De Smokkelaarsbende. Gemengd Nieuws Keciitzaken. Sport. Ingezonden Mededeelingen. Waarom zoiiüt uw stoom- en j verf&oederen naar elders zenden, terwijl „DE PHOENIX", telef. 15, u even sioed en viuir bedient? Liturgie. K D ILLE T-O N De heer Van Doorn (u.-l.) stelt bij art. 4 voor achter het le lid toe te voegen „Indien echter zulk bedmg betreft de wijze van gebruik of bewoning der woning, blijft de huurder verplicht dat beding dienaangaande na te leven." Het is de bedoeling dat de huurder verplicht is alle bedingen uit het huurcontract na te leven. De M i n i 11 e r neemt het over. Het amendement wordt aangenomen met 64 tegen 3 stemmen. Bij artikel 7 stelt de heer De Geer(c.-h.) voor, alinea 4, in de plaats van de woorden „vóór 1 Januari 1918" te lezen „vóór de in werkingtreding dezer wet". De bedoeling is de wet ook te doen gelden voor den termijn van 1 Januari 1918 tot de in werkingtreding der wet. De Minister neemt dit over. Het wetsontwerp wordt z. h. s. goedgekeurd. Regeling van werkzaamheden. De Voorzitter stelt voor deHerkeu- ringvan de afgekeurdenende Maat regelen voor da lichting 1919, die Maandag aan de orde zot den zijn, te behandelen nadat de Ministers het woord hebben gevoerd. Conform besloten. Beschikbaarstelling van Levensmiddel en. De algemeene beschouwingen worden voort gezet Minister Posthuma vervolgt zijn rede. Wei degelijk zijn de menschen, die den huis brand noodig hebben, vertegenwoordigd in het Centraal Verrekenkantoor. Alle kolen moesten worden ingebracht bij de egalisatie. Het Cen traal Kantoor stelt de prijzen vast voor de diverse soorten. Alleen de gebruikswaarde ver keerd taxeeren is de eenige fout die dit kan toor kan maken tot schade van den huisbrand. Dat is echter niet geschied. De directeur van de Kolendistributie zal daarvoor wel zorgen. De bevoordeeling van de groot-industrie laat de Min. onbesproken, omdat deze in de M. v. A. al is besproken. Onjuist zijn de cij fers, die gegeven zijn over de Limburg- schemijnen. De productie 1916 en vol gende jaren was resp. 1.725.000. 1.900.000 1.950.000 ton, terwijl het gebruik hier te lande resp. van drie jaar was 550.000. ton, 650.000 ton, 990.000 ton. Daaruit blijkt dat hier niet alle kolen werden verbruikt. Een consequente, afdoende regeling van de spijzen was onvermijdelijk voor 1918 zal de prijsre geling van de Huisbrandkolen wellicht anders zijn. Meer kan de Min. daarover thans niet zeggen. Vervolgens geeft de Minister een overzicht van hetgeen gedaan is inzake de verstrekking van kolen tegen verlat gdenpr ij s, en speciaal overleg dat met het Amsterdam- sche gemeentebestuur heeft plaats gehad. De kosten die de verstrekking met zich droegen kwamen voor rekening van het gemeentebe stuur. De Minister weigerde bij te dragen, omdat de kosten 19 millioen zouden beloopen. Enkele kleine punten en vragen van onder- gescnikt belang werden voorts door den Minis ter beantwoord, Overal is voldoende brandstof aanwezig ge weest. Over de turf endeturfverscheping geeft de minister eenige ophelderingen en mededeelingen. De klachten die geuit zijn zal de minister alsnog onderzoeken. Voor het nieuwe seizoen»zullen de bepalingen nog eens worden onderzocht. De minister constateert dat de mededeelingen van den heer Duys over sabotage van de commissie v. Bijstand onwaar zijn en keurt de houding van den heer Lagro af. Wat er ver teld is over benzineolie die ter beschikking van den heer Valstar is gesteld, is evenzeer misleidend. Onwaar is het praatje dat Spr. in conflict is met zijn ambtgenoot van buiten- landsche zaken. Dat de heer Krölier den toevoer van kolen uit Engeland zou belemmerd hebben, is in flagranten strijd met de waarheid. De condities der Britsche regeering waren een tijdlang onaannemelijk. De Minister kan er niet genoeg den nadruk °P 'e?gcn dat zijn politiek altijd is geweest om de zee zoowel als de landgrens open te houden. Adviezen van wien ook, ook van den heer Krölier, die niet in die richting mochten gaan, heeft de Minister nooit willen aanvaar den. De economische afhankelijkheid gevoelt spr. pijnlijk, maar het verschijnsel zelf moet men niet al te tragiseh nemen. Duidelijker dan ooit is gebleken, dat de landen alle op elkaar zijn aangewezen. Wan neer de eene buur niet geeft wat spr. wil hebben, dan moet hij zich tot den anderen wenden. Spr. komt nu tot het slot van zijn rede en zegt dat men in hoofdzaak op den reeds ge volgden weg moet voortgaan. Spreker hoopt op meer opbouwende critiek. Verschillende wetten zullen noodzakelijk zijn. Wetten tegen den kettinghandel, verhooging van de oorlogswinstbelasting, Jachtwet enz. zullen er komen. Doch al zijn die er allemaal, dan is de goede gang van zaken nog niet \verzekerd. Aller medewerking is beslist noodzakelijk. „Allen, die dit niet doen, maken zich schul dig aan een misdrijf niet alleen tegenover hun medeburgers, maar tegenover het vaderland Spr. vervult zijn ambt niet uit goedheid, maar uit plichtsbesef. Zijn plicht gedaan te hebben is het eenige waarover men nooit berouw heeft, zei Thor- becke, en spr. neemt dit woord over. Het voteeren van deze gelden zal spi. niet beschouwen als het goedkeuren van spr.'s volledig beleid. De zondebok is een historisch element geworden Na 3 jaar werken kunntn de moeilijkheden der tijden ontspanning vinden door ze af te laden op één persoon. De minister kan den gemoedelijken raad, dien de geachte afgevaardigde uit Leeuwarden hem gaf, om uit eigen beweging heen te gaan, niet opvolgen. De minister is volkomen bereid om af te treden wanneer de a- m e r, nadat zij het crediet zal hebben ge voteerd, den wensch te kennen geeft, dath ij zal heengaan. De vergadering wordt verdaagd tot Maandag namiddag. De ex-Directeur van de N. U.M. Men meldt uit 's-Gravenhage aan de ?<Tel.» Omtrent het ontslag van den ex-directeur van de N. U. M„ den heer A. den Arend, vernemen wij tfader, dat een van de vermoe delijke redenen van dit ontslag ook een ver denking van smokkelarij geweest moet zijn, in welke affaire oud-minister Golijn ingegrepen moet hebben. De verdachte is thans weer op vrije voeten gesteld, daar de aard der verdenking nog niet geheel vaststaat. de voorkamer was opengebroken en talrijke sieraden, o.a. eenige ringen met juweelen, een dito broche en een zware gouden schakelarm band werden vermist. Eigenaardig was evenwel, dat de dief ver schillende andere kostbare voorwerpen had t laten liggen. Een slaapkamerkast was even- I eens opengebroken. Het daarin aanwezige geld werd evenwel niet aangeroerd. De dader is de verloofde van een vroeger dienstmeisje van mej. Ter Schouw, j Het spoor leidde de politie naar dit meisje, dat, toen zij aan het hoofdbureau van politie over deze zaak gehoord werd, oogenblikkelijk vertelde, dat haar aanstaande Zondagavond een paar van die voorwerpen onder de kast bij haar thuis had verstopt. P., die militair is, uit het Ziekenhuis was weggeioopen, doch door de marechaussees naar de kazerne werd gebracht, waar hij in verzekerde bewaring gesteld is, heeft bekend. Hij beweert het andere gedeelte van het ge- stolene in het water te hebben gegooid. Aanslag op een schildwacht. Waarschijnlijk is, naar de „Leeuw. Crt." meldt, een poging aangewend tot aanranding van den schildwacht, die voor het kantoor van den Rijksbetaalmeester, aan de Willemskade te Leeuwarden op post stond. De schildwacht, de soldaat Nieuwenhuis, zag uit de richting der Sophialaan snel een man, die op kousen liep, naderen. Naderbij gekomen, bleek die man een mes in zijn hand te hebben, en het gelaat zwart gemaakt. De soldaat, die onraad vermoedde, nameen verdedigende houding aan en riep den man toe: Wie daar staat!, waarop geen ant woord volgde en waaraan geen gevolg werd gegeven. Daarentegen keerde de aangéroepene, die op 6 a 7 pas afstands was genaderd, snel terug. Daarop lost de schildwacht een schot en toen de man zijn vlucht voortzette, riep hij hem andermaal aan en schoot nogmaals. Beide schoten misten. Intusschen was er van het politiebureau uit versterking gezonden. De geheele buurt werd afgezocht, doch 't mocht niet gelukken een spoor van den aanrander te ontdekken. De soldaat bracht, ontsteld, na aflossing ver slag uit aan den wachtcommandant en is door de politie langdurig gehoord. In verband met het gebeurde wordt een zeer ernstig onderzoek ingesteld. millioen, welke reeds door de regeering zijn toegestaan De Tilburgsche moordzaak., Naar men aan de „N. Tilb. Ct." mededeelt, is de per soon, die zich bijl de Haagsche politie aanklaagde als zijinde de dader van den moord op Maria Kessels en tengevolge daarvan ter beschikking gesteld werd van de justitie te Breda, gisteren bij een verhoor door den rechter commissaris op zijn eerst afgelegde verklaringen terugëkomen. Weefsels van papier. Wat voor enkele jaren onmogelijk en voor alles onnoodig scheen, wordt thans mogelijk en bitter noodig. Wij hebben op het oog de weefsels, van papier garens gemaakt welke o wonder, gewasschen kunnen worden. Natuurlijk moet daarmede voorzichtigheid betracht worden en kan men het goed niet wringen en knijpen, zooals men dat met wollen- of katoenen-stoffen gewoonlijk doet. Deze papierstoffen worden o.a. gebruikt voor gordijnstoffen ter vervanging van d« tegenwoordig abnormaal dure wollen of katoe nen stoffen. U Papier is stug, zal men zeggen; toch heeft een fabriek in Fwenthe het zoover gebracht, dat zij inderdaad souple papierweefsels levert, welke voor gordijnen geknipt zijn. Op de Tweede Jaarbeurs hing inderdaad een stel gordijnen, aan ringen schuivende op een stok en op het eerste gezicht was het er niet aan te zien, dat de grondstof eigenlijk inferieur was. Nu valt papier erg mede, wat sterkte betreft als men het maar niet met prima wol of katoen vergelijkt, bijv. draagt men in Duitsch- land (natuurlijk noodgedwongen) er kleeding van, maakt men er postzakken van zoowel als tentdoek voor het leger. Ook zonneschermen voor buiten aan de huizen. In dezen tijd van duurte kan men toch al moeilijk voor een eenvoudig stelletje half wollen gordijnen voor de slaapkamer (aan één raam) f 120.betalen. Men zal dat dan ook niet doen, wanneer men een zeer goed surro gaat, dat lange jaren meegaat (in alle geval zoolang medegaat totdat de wollen gordijnen weer zeer veel minder kosten) voor nog geen f 20.kan krijgen. Ziedaar het succes van de papieren gordijnen. De moord in de Alexanderkazerne. W oensdag], 15 April, zal voor den krijgsraad in Den Haag terecht staan de wachtmeester v. d. B., verdacht van den moord op den adjudant- onderotficier Galle, verleden jaar Maart in de Alexanderkazerne geplleegd. Mr. Schiimiann uit Rotterdam zal als zijn ver dediger optreden. Houtdiefstal. Iemand, die bij de jongste houtverkooping van het Kroondomein eenige perceelen beukenhout in de Hoog-Soe- rensche^ bosschen had gekocht, kwam tot de ontdekking, toen hij zijn eigendom naar huis wilde transporteeren, dat een ander al van i het grootste gedeelte bezit had genomen. Diefstal van juweelen. Men meldt uit Groningen De politie heeft aangehouden den 22-jarigen A. P., die Zondagavond ingebroken heeft ten huize van mej. A. ter Schouw, Oude Ebbinge- straat no. 8 te Groningen. Deze dame, die alleen met een huishoudster woont, was Zon dagavond ongeveer half zeven uitgegaan de huishoudster eveneens. Da laatste kwam tegen elf uur thuis, zag aanvankelijk niets bijzon ders, maar bemerkte na eenigen tijd, dat een slaapkamerdeur open stond, een kast open was gebroken en het beddegoed over den vloer lag. Zij schrok hevig en veronderstellende, dat mej. Ter Schouw onder het beddegoed be dolven lag, ging zij naar een broer van ge- noemde juffrouw, om hulp te halen. Het bleek evenwel, dat mej. Ter Schouw nog niet thuis was. Men ontdekte echter, dat een kast in Diefstal in een fort. Maanden lang reeds werd er op het fort Blauw kapel bij Utrecht gestolen. Van alles verdween. Nu eens een fiets, dan weer een uitrustingsstuk, dan weer iets anders. Men speurde en speurde, maar vond niets Eindelijk heeft de Centrale Recherche te Utrecht een klein gedeelte van den buit achterhaalt te Nijkerk. De 12 rollen prikkeldraad ter waarde van eenige honderden guldens vertegenwoordigde. Hierop volgde de in beslagneming van tgl van militaire dekens bij inwoners te Utrecht. Een en ander leidde tot arrestatie van een onderofficier, een mili cien, drie burgers, van Utrecht, en de „dame" te Utrecht die verdacht wordt de diefstallen te hebben gepleegd. S. V. V. I A rastel I. Deze wedstrijd is voorzeker een der belang rijkste in dit seizoen alhier omrede het hier zal gaan wie wel of niet de laatste plaats in de B.- afdeeling zal bezetten. Beide ploegen zullen compleet zijn en dit zegt voor de spanning: al genoeg. Het wordt een zware strijd waarvan het resultaat niet te voorspellen is. Hoewel 2 uur aangekondigu zal er zoo mo gelijk vóór dat uur worden aangevangen. Van een bezoek aan deze wedstrijd zal wel niemand spijt hebben. De ratnpin Halifax. Reuter seint uit Ha lifax Rogers, de voorzitter van de steuncommissie, heeft een officieel rapport gepubliceerd over de ontploffing van de „Mont Blanc." Hij! schat dat ongeveer 1,800 a 2000 personen gedood zijln. De materieele schade bedraagt meer dan 22V2 millioen dollar. Hij: schat dat nog; 13 millioen noodig zijn vopr de getroffenen, behalve de 7 ST. JOSEPH. De grootheid van een mensch, niet volgens de wereld, maar volgens onze Roomsche be ginselen beoordeeld, wordt bepaald door zijn 15 .v i „Monster I 1 zeide Jenny, met beide handen het wapen van den smokkelaar grijpende, „in dien verschrikkelijk en nacht toen gij mij de keuze liet tusschen het hoofd van mijn vader en het hoofd van mijn moeder, en tusschen zijn geheim, hebt gij mij gedwongen te spre ken, niet om hem te verraden, niet om hem te vermoorden. Wat wilt gij? de vrijheid? Vlucht dan met ons; wraak? neem-die dan op mij. Ik lijd zoolang mijn leven duurt." „Gij bemint hem dus," zeide de smokkelaar, „ga dan afscheid van hem nemen en hem voor het laatst omhelzen; want hij1, die u zooveel liefde inboezemde, zal weldra niets meer zij'n dan een dood lichaam, dat op de golven zal rollen." En met zijn sterken arm stiet Graindemer het arm meisje van zich, dat voor de voeten van Calvina rolde. Het oog' van den Spanjaard fonkelde. Hij trad op zijn mededinger toe, en zeide hem: „Kies en spoedig. De vlucht met ons of het gevecht." y „Ja, het gevecht... op leven en dood," her nam Graindemer met woede. „Op uwe hoede dan," antwoordde Esteban zijn ponjaard trekkende. „Komaan, bloed voor bloed; ponjaard tegen ponjaard." De beide mededingers vielen elkander aan. Het was niet een van die duels, waarbij de hand, ëer bedacht op verdediging dan aanval, slechts de borst van de tegenpartij treft, wan neer de verdediging mist. Neen; zij hadden korte wapenen, en bij gevolg stevig in de hand, en voldoende ter verdediging en daar door waren zijl in staat elkander dicht te na deren, voet tegen voet, borst tegen borst. Ook zou de worsteling niet lang geduurd hebben. Een onverwacht voorval belette zulks. De beide vaartuigen, meevoerende den com missaris- van politie en diens agenten, naderden, en versnelden hunne vaart zoodanig, dat den banneling elk middel tot ontsnapping beno men was. Op dat vaartuig, hetwelk het dichtst hij Estaban Ianddêj stond, met den mantel aver den schouder geslagen, de sombrero in de hand, een-bleek jongeling. Bij! zijn aanblik bleef Esteban stil staan, zij'n -haren rezen te berge, zijn wangten namen een doodsbleeke kleur aan en sftjn mond gaf een dof geluid als dat van een stervende. Jenny naderde den ongelukkige, bevende van angst. „Zie, zie! dezen man!" .zeide Calvina be vend, „het is de politie, Jenny! het is: de dood! het is de zoon van Jago, Basilio de Bandeira." Basililio was met één sprong op het strand. „Esteban! zeide hij, „gij hebt hem bij een gesprek van liefde overvallen, gij hebt hem op een bal vermoord, gij hebt zijn ontzield lichaam onder de bloemen, onder het gespeel van een geheel Orkest doen neerstorten. Gij, die zoo goed de omstandigheden weet te schikken, spreek, zeg mij1 hoe hij gewroken moet wor den." „Ga, hernam Esteban„God is rechtvaar dig en ik ben bereid. De zoon tegen den va der, de zoon tegen den zoon, tegen den laat ste n .beul, het kind van zijln slachtoffer; dat is de wet der wedervergelding." „Wees ons genadig, help ons, heilige Maagd van Lactudyl riep de dochter van Drack uit, den banneling in hare armen knellende. „En ik ook," hernam Basilio op zegevieren den toon. „Ik ontruk u aan de vrouw, die gij bemint; en ik ook, ik zal u tot schouwspel voor de oogen der menigte doen strekken, niet in den weltiekenden dampkring van een zaal, bij het licht der waskaarsen, bij! zachte dansmu ziek; maar op klaarlichten dag, maar onder j,., het gejouw van een woeste menigte, die aan het schavot nieuwe gewaardingen vraagt. En h'ij, die u zal treffen, zal de man zijn, die schand- vleklt, wanneer hij! doodt, de beul!..." „De beul! zeide Esteban verontwaardigd, zijn ponjaard toonende, dien hij op zijn borst zette; „het zwaard van het gerecht heeft zich nooit boven een Calvina opgeheven,- hoort gij, BasilioEn hij1 viel, doodelijk gewond neer. Men schoot tóe op het geschreeuw van zijn geliefde; zich over hem heenbuigende, sprak zij in haar raAigst zijn naam1 uit, zij ontving op hare lippen den adem, die aan zijn lippen ont snapte. Bruno knielde ook bij1 den zieltogende neder. „Ik ben gewroken!" zeide hij, Esteban zag hem aan met gebroken oogen onder 't tnurmeien der woorden: „God zij mij genadig!" stierf hij. Het gerecht vernam niets over den moord der tolbeambten van PI ova n. Jenny trad nodit in het huwelijk. Na "den dood van hare ouders ging zij bjj Cartnel wo nen. EINDE. SP

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Nieuwe Schiedamsche Courant | 1918 | | pagina 6