Dagblad voor Schiedam en Mr. M. J. C. M. KOLKMAN. De Oorlog. 41ste Jaargang. Woensdag 19 Juni 1918. No. 12168 Gratis Ongevallen verzekering Buitenlandse h Mienws. FEUILLKT O K, MAR0US8IA. BureauKoemarkt 4. IbOBuemamtlB 18.— g. kwartaal, Telef. 85, na kantoortijd no. 448. par 8 Kuaadsa 1.50, par .weffik IS ?.&3oadcrijjfc6 aummara 3 cent. Incassokosten worden berekend. Postbus89. fesaea p. Advertentiëa:*2 15 regels f 1.30 elke regel daarboven 25 ct. 3 maal plaatsen wordt 2 maal berekend. Ingezonden mededeelingen 50 ct. p. regel. Speciale conditiën voor herhaaldelijk adverteeren. Tarieven worden op aanvrage toegezonden. Op alle advertentieman het Zaterdagavondnummer 10 oorlogstoeslag-. Incassokosten worden berekend. levenslange B J 11 T6*lies van geheele 111 een hand, invaliditeit; 8 U %J voet ol oog; De verzekering wordt gewaarborgd door de Hollandsche Algemeene Verzekeringsbank te Schiedam. bij verlies van een duim; bij veriiea van een wijavingerj M verlies van eiken ands* 1 ren vinger. Tweede Kamerverkiezing op 3 Juli as. Elk kiezer mag slechts op oen candidaat stemmenWie wieer dan een hokje zwart wiaaktstemt ongeldig. Stemt van lijst No. 3, de Katholieke lijst), No. 1 DE GROOTE SLAG IN ITALIë. Het Agentschap Stefani seint uit Iiome dd. gister Re algemeene lijhen van den grooten slag zijn den loop' van den dag van gisteren niet ge wijzigd. Tenvijl onze voortdurende krachtige druk öp het plateau van Asiag© en in de streek van de 'Grappa den toestand herstelde, zoo-als hij1 vóór het offensief was' of den vijand verhinderde aanvallen te hervatten, wordt de strijd in de streek van den Montelloi en langs de bened-en- Riave met zijn oorspronkelijke hardnekkigheid en in al zijn verwoedheid Voortgezet, De vijand, die hier gestadig met een groot© strijdmacht zijn aanvallen hernieuwt, tracht het. door hem be zette gebied ,op den rechteroever uit te brèi- ten einde zicih de overgangen te verzeke ren, doch zijn heftige actie stuit af op onze machtige tegenwerking. Onze tegenaanvallen be antwoorden onmiddellijk zijn aanvallen en na elk van zijn tusschenpopzen, tengevolge zijner vermoeidheid, neemt onz:e druk' toe en breiden wij onze voordeden uit Het is onmogelijk de linie, waarop wij met den v'ijland cjojitaict hebben, aan te- duiden, daar het friont zich elk' oiogenblik verplaatst volgens de richting der aanvallen en tegenaanvallen. Er zijnjg een linies-, doch gebieden van strijd, die de streek benoorden den Montello, en langs de Riave en een strook Van eenige K.M. diepte Rsschen de spioodijhen Odetizo-Treviso en Po- rógruro-Mestro omvatten. in de streek van de Grappia sloegen wijl de gedeeltelijke aanVallen van den vijand af, de hen geslaagde pverVallen en maakten een hon derdtal gevangenen. In het dal van de Brenta en beoosten het dal van de Frenzela werd de vij' Uit het Fransch. II. andelijkte stoot volkomen gestuit. Op den zoom van het plateau, van Asiago ontrukten onze troe pen den vijand Pizza Razzea en de hoogten Zuidoostelijk Van Sasse, waarbij zij 300 gevan genen maakten. j Een afdeeling onzer troepen en een contingent Franschen ondernamen een kïachtigen aanval en wonnen terrein in het berggebied van Costalunga. Zij namen eenige tegenstanders gevangen. Verder westelijker hebben de Bdtsc'h© troepen talrijke, gevangenen gemaakt, Uit de berichten en mededeelingen van de Italianen en de documenten en verklaringen van gevangen genomen vijanden blijkt de prachtige tegenstand van de Italiaansche troepen en de contingenten der geallieerden steeds schitteren der. De Engelisehe pers beschouwt de laatste be richten vo-oti het Oostenrijksche offensief ate1 een bevestiging, dat het mislukt is. De „Djajly Telegraph" legt op den iaagge- stemden toon v,an de O-ostentiijteühe officieele berichten nadruk'. j De grootheid v.an de verrichtingen der Ita lianen moeten niet onderschat worden, daar het Oostenrijksche offensief het grootste is, dat ooit in de geschiedenis tegen Italië ondernomen is en 750.000 Oostenrijkers er deel aan nemen. De MoTning Post" meent, dat Italië nu gelegenheid rijgt, iom een Voor de zaak der1 geallieerden boslissenden slag te slaan. Het stuiten van den aanval pp de hoogvlakte van Asiago- en in de Grappa-bergen is het beste bewijs van de ernstige ndeiiaag, die Oostenrijkers in het bergvak heb ben geleden. De „Daily News" merkt op, dat de vijand op mèer dan tweederden van het front op alle punten teruggeslagen is. Op het overige derde hebben zij; kleine vorderingen gemaakt, maar' alles bij elk'aar kunnen zij zich op weinige uitkomsten in den tweedaagschen gecioncentreerden aanval beroemen. De „Diaily Mail" zegt, dat de Duitschers niet zullen gedongen, dat hun vazallen het offensief staken. De slag zal dus misschien nog eenigen tijd voortduren, maar als de Italianen vastberaden verzet blijven bieden, kan hij maar iop een ma nier eindigen, en in dat geval zal de uitwer king daarVan het eerst in Oostenrijk te bespeu ren zij'n. WESTELIJK FRONT: De „Matin" van oordeel dat, indien de vijand de tusschenpooa in den strijd verlengt, hieruit niet de gevolgtrekking moet worden gemaakt dat hij van zijn aanvalsplannen heeft afgezien. Hij maakt van deze korte pauze ge bruik om zijn troepen te concentreeren en het vierde offensief te „monteeren", dat in hevig heid de voorgaande stormloopen zal evenaren. Duitsche staf meldde gistermiddag Legergroep prins Rupprecht. De vijande lijke artillerie ontwikkelde in enkele sectoren in Vlaanderen, aan weerszijden van de Ley en tusschen Albert en Atrecht groote activiteit. Na een hevigen vuuroverval viel de vijand tegen middernacht ten Zuid-Westen van Albert aan, doch werd met achterlating van gevan genen teruggeslagen. Legergroep van den kroonprins. Ten Zuidwesten van Noyon en ten Zuiden van de Aisne werd de artillerie 's avonds ster ker. Partieele aanvallen van den vijand ten Noorden van de Aisne en ten Noord Westen van Chateau-Thierry werdan afgeslagen. Het Duitsche avondcommuniqé Van de gevechtsfronten geen nieuws. Fransche stafbericht van gistermiddag Zuidelijk van de Aisne hebben de Franschen geslaagde plaatselijke ondernemingen bezuiden Ambleny en beoosten Montgaubert verricht. Zij namen een honderdtal vijanden, waaronder twee officieren gevangen. Tusschen de Ourq en de Marne hebben Fransche patroelje3 ge vangenen gemaakt. De nacht was kalm op het overige front. Fransch avondcommuniqé De geschutwerkzaamheid is vrij levendig ge weest noordwestelijk van Montdidier, alsmede op verseheiden punten tusschen Montdidier en de Aisne. De Franschen hebben hedenochtend een plaatselijken aanval gedaan bezuiden Valsery, die hun in staat heeft gesteld hun stellingen te verbeteren, een honderdtal tegenstanders gevangen te nemen en machinegeweren buit te maken. In de streek van Avocourt is een Duitsche overval afgeslagen. De Duitschers hebben lijken op het terrein achtergelatende Franschen hebben eenige gevangenen gemaakt. Het Britsch middagcommuniqué meldt: Een vijandelijke aanvalsgroep werd gister avond door ons ten Zuid-Oosten van Mers Bretonneux teruggeslagen. Wij maakten enkele gevangenen. Andere gevangenen en machinegeweren vielen onze troepen in handen bij welgeslaagde raids ten Zuid-Westen van Albert en nabij Moyenneville, alsmede patrouilleschermutse lingen ten Oosten van het Nieppe-woud. De vijandelijke artillerie ontwikkelde in den afgeloopen nacht een meer dan gewone acti viteit in het Amere-dal ten Zuiden van Al- bert en toonde ook bedrijvigheid ten Westen van ïserre. Britsch avondcommuniqé Gisteravond hebben wij benoorden Lens een geslaagden overval gedaan. Hedenochtend heb ben de Engelsche troepen de vijandelijke loop graven bezuiden Hullich overrompeld en na een feilen strijd verscheiden gevangenen gemaakt. Van het overige front valt, behalve de we- derzijdsche geschutwerkzaamheid niets te melden. OOSTENRIJK-HONGAR1JE. Een onbekende reiziger. Men was bij Danilo Tsjabane hijeen. Het Was een donkere avond, en de gasten waren in &ePeins verzonken en stil. Zelfs ae 'meesters van den huize glimlachten slechts met moeite, -^en sloeg elkander Veeleer stilzwijgend gade, 'R'c dat men sprak. Er viel' niet aan te twij felen of een ieder werd do-ooi dezelfde zorgen gekweld, van tijld tot tijd wendde men zich tot Andry Krank: „Z-ouden de muren van Tsjiguirine in staat zijn een aanval te verduren? Waren do verdedigers sterk genoeg? Als men eens de laat je proclamatie van den aanvoerder nalas9 En kelen kenden den inhoud nog niet. Wist men Wok of zich vele vrijwilligers' aanmeldden? Andry Kreuk, die klaarblijkelijk gioed -op- de hoogte van dit alles was, antwoordde Vlotweg. beschreef de walien van Tsjiguirine, zijne achten, zijne p-cprten, zijne ■verschansingen, als iemand die dat alles nog' slechts kort te voren met eigen po-gen -opgenomen had. Terwijl de mannen spraken, bleven de spinne wielen Pusten, luisterden de Vrouwen gespannen toieen wanneer de mannen zwegen en rook ten, wisselden zij fluisterend enkele woorden ton der elkander. „Er is wederom slag geleverd bijt Velik'a," zei- de een harer. „Hoeveel do-oden zijn eti?" vroeg Moghiia. „Men beeft Terny in brand gestoken; al de j huizen zijn in de asch gelegd, en het dorp Kri- nitza staat in vlammen. „Weet gij! -ook," vroeg een jong meisje: „weet gij .of...?" Maar zijl was buiten -staat den volzin uit te spiektenhape lippen verbleekten, hare oogen wer den -door groot© tpanen beneveld, har© 'do-olr1 smart opeengeklemde tanden konden geen klank méér doorlaten. Eene oude vrouw, wier ho-ofd bedekt was met een bruinen doek, waaruit golvend wit haar te Voorschijn kwam, en wier hooghartige, strenge gelaatstrekken do-or twee groote zwarte oogen verhelderd werden, antwoordde: „De mijnon zijn allen dood. Ik' sta alleen io-p de werteld. Zij zeiden allen: „Wij gaan vechten," en ik zag hen aan en zeide: „Ja, kinderen;" en zij voegden er hij, „De Ukraine zal zijne on afhankelijkheid herwinnen," en nogmaals gal ik ten antwoord: „Ja, kinderen!" Alle drie zijn -op het slagveld gebleven, en de Ukraine is niet vrij!" „Helaas!" sprak eene jonge Vr(oiuw: „zijl laten zich dooiden en wij winnen daarmede niets. In dien zij slechts konden zeggen: „Ik sterf, maar ik laat aan anderen de vruchten plukkten van mijn ste-rven!" De -oude Wouw viel haar in de rede: „Gij hebt mijne woorden niet verstaan. Wan néér het vaderland er mede gemoeid is', staat men vo-o-r niets stil, Vraagt men zich niet af: „zal ik slagen?" maar zegt men: „Het is mijln plicht," en werpt zich te mid-den van het strijd gewoel. Zoo men bezwijkt, dan heeft men een schoio-nen dood gevonden en -dat fe beter dan met een wroeging in het hart Voort te leven. De mijhen hebben aldus gehandeld. God -o-ntotrme zi-c'h pver hunne ziel.! Als zij! nog eens voor het feit -geplaatst waren, zonden zijl hetzelfde doen." „Gij hebt gelijk, gij hebt groot gelijk," zei den verscheidene vrouwen. Anderen wederom -antwoordden niet maar be gonnen te schreien. O-ok' -de kindePen walen afge trokken. Zij' speelden niet, en dachten niet' aan lachen of stoeien, maati stonden ademloos in de hoekten' van het vertrek, onafgebroken hot gelaat der V-olwassenen gadeslaande en naar hun ne gesprekken luisterend, Een klein, heel klein meisje, met blonde lok ken, groote stralende -oogen en rooskleurige bp- Het „Fremdenblatt" t# Weenen bevat een interview van den hoofdredacteur van dit blad met den minister van buitenlandsche zaken baron Burian over de rede, die Lord Milner den 14n Juni te Londen heeft gehouden. De minister zeide o.a. dat uit de rede van Milner opnieuw de wensch is gebleken om de oorlogsdoeleinden der middenrijken voor te stellen als een poging van Duitschland om de opperheerschappij te verkrijgen over tegen standers, zoowel als over eigen bondgenooten. Als illustratie van dit streven wees hij op de vredesverdragen met Rusland en Roemenië. Maar, zeide Burian, zijn de Russen dan na den vrede inderdaad onder vreemde heer schappij gekomen Of zou misschien een zegevierend Engeland de koloniën van onzen bondgenoot zachtmoediger behandeld hebben, dan wij ten opzichte van Roemenië zijn op getreden Maar de voorstelling van zaken door onze tegenstanders moet de ententevol ken overtuigen van de noodzakelijkheid van den vertwijfelden strijd tot aan de volkomen uitputting. Dat bijna alleen van Duitschland wordt gesproken, is een bewijs van de een heid van de middenrijken in den strijd en ten opzichte der oorlogsdoelen. Het doel dat Milner daarmee beoogt fs echter om Oosten rijk tegen Duitschland op te hitsen. Dat zal evenwel niet gelukken. Burian wees voorts op de vriendschap en de gemeenschappelijke belangen, welke tus schen de beide landen bestaan en herinnerde aan de moreele eenheid ten aanzien van het gemeenschappelijk doel. Ten slotte zou hij Lord Milner willen aanraden een ernstig on derzoek in te stellen naar de werkelijke oor logsdoeleinden der middenrijken. Hij zal ver baasd zijn, hoe hemelsbreed onze doelen af wijken van die, welke onze tegenstanders ons steeds weer trachten toe te schrijven. Ik geef Lord Milner gelijk dat de doeleinden, die ons worden opgedrongen, onbereikbaar zijn. Ik kan hem echter zonder meer verzekeren, dat er in de middenrijken, en hier mag Oostenrijk ondanks Lord Milner ook namens Duitschland spreken, geen mensch met gezond verstand is, die zich dergelijke doeleinden, ook maar in zijn stoutmoedigste droomen, heeft durven denken. Een telegram uit Genéve meldt, dat een afvaardiging uit de Krain zich naar Weenen heeft begevenom de regeering bekend te maken met de moeilijkheden van de levens middelenvoorziening. De afvaardiging drong erop aan, om de bevolking van de steden on middellijk te helpen en gewaagde van de toe nemende sterfte als gevolg van de gebrekkige voeding. SIRERIë. Volgens berichten aan de Duitsche bladen uit St. Petersburg, is de bolsjewistische regee ring in West-Siberië door contra-revolutionai ren en Tsjechen ten val gebracht. Omsk is pen, scheen de eenige te zin die zich uitsluitend met haar eigen zaken bezig hieid. Zij haalde tea-kens riethalmen uit haar boezelaar te voor schijn en Vioe-ht er een aarciig matje van. Het werd ai later op den avond, de duisternis nam meer en meer toe en o-ok de sombere stemming. Een ieder zweeg thanshet kleine meisje sliep in, met haar onvoltooide mat tus schen de vingeren. De sterren begonnen te flikkeren. Plotseling klopte men aan het ves-ter. Dit geschiedde zon onverwacht dat niemand z£ne -ooren vilde griooven; maar men tikte nog maals aan, en dat zoo- duidelijk -en luid dat er geen twijfel -overbleef. De meester des hujzes stond op- en trad naar de deur o-m deze te openen. Zijne gasten en vrienden staken hunne pijpen op en begonnen te r,oioken. Ten derde male weetik lonk er e-ein nog driftiger geklop -op het raam. De bezoekers blik ten haastig- -op en de kinderen zagen elkander vragend aan. Danilo deed de dteuT ten halve open. „Wie meldt zich hieti aan?" vroeg hi/ Eene vaste, mannelijke stem antwoofdue, dat een verdwaald reiziger -om gastvrijheid verzoent. (Wordt vervolgd ■T'üïiriÉ - ii.ii'ii .iH'ii'T-mi'. -nrr f60

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Nieuwe Schiedamsche Courant | 1918 | | pagina 1