niet alleen biljetten van 60 van 1912 had na
gemaakt. doch ook biljetten van den llden
Juni 1918. De recherche constateerde voorts,
dat deze twee soort biljetten niet bij Hesse
zelf, doch bij een zijner kennissen werd ver
vaardigd. Als medeplichtigen werden de litho
graaf Hoelscher en een reiziger, zekere Ernst
Schmahl gearresteerd. De valsche biljetten
werden door een zekeren Kwibus, afkomstig uit
Dusseldorp, naar Berlijn gebracht.
De commissaris van politie Liebermann von
Sonnenberg zet met de grootste energie den
strijd tegen de valsche munters voort. Op het
oogenblik leidt hij het onderzoek naar de ver
vaardigers der valsche biljetten van 200 en
en hij hoopt, hen binnenkort het handwerk te
verleeren.
Valutaconferentie. Wolff seint uit
Kopenhagen
v- Vertegenwoordigers van de staatsbanken der
drie Noordelijke landen hebben dezer dagen te
Stockholm een conferentie gehouden. Verschil
lende kwesties van gemeenschappelijk belang
werden besproken, waaronder ook de valuta
verhoudingen. Binnen enkele dagen zal een offi
cieel bericht betreffende hetgeen ter conferentie
besproken werd gepubliceerd worden.
Nader meldt men
In het officieele verslag van de zoo juist te
Stockholm gehouden conferentie van vertegen
woordigers der nationale banken van Denemar
ken, Noorwegen en Zweden wordt het volgende
medegedeeld
Wanneer Engeland den eersten stap zal hebben
gedaan tot overwinning van de bestaande valuta
moeilijkheden door wederinvoering van den gou
den standaard, zullen andere landen ongetwijfeld
niet lang aarzelen dit voorbeeld te volgen. Zoo
lang Engeland de waarde van het pond sterling
niet heeft gestabiliseerd in verhouding tot den
dollar, is geen der Noordelijke landen in staat
om uit eigen kracht de verhouding tusschen de
kroon en den dollar te herstellen. Zoolang er geen
vaste internationale waardebasis bestaat, moe
ten de kleinere landen wel van een stabiliseering
van hun valuta afzien, willen zij in de toekomst
niet in het gedrang komen. De stabiliseering van
de gewone prijsbasis ligt buiten het terrein der
centrale banken en zefls indien een discontopoli-
tiek der banken voldoende was om de prijzen te
steunen, dan zouden de banken onder de be
staande omstandigheden toch nog machteloos
tegenover de taak-staan om het gewone prijsni
veau te steunen. Wanneer de valuta's van een
aantal landen gestabiliseerd zouden zijn door de
wederinvoering van den gouden standaard en
wanneer het vertrouwen tusschen de volken, dat
noodzakelijk is voor een onbelemmerd internati
onaal crediet, eder hersteld zou zijn, dan zou men
eerst kunnen verwachten, dat de discontopoli-
tiek weder haar normalen invloed zal uitoefenen.
DeAmerikaanschehandelsvloot.
Uit New York wordt aan de „Frankf. Ztg."
geschreven
De in Engeland en ook in tal van kringen op
het Continent heerschende meening, dat de
Amerikaansche handelsvloot zoo langzamerhand
als factor in het wereldverkeer kan worden uit
geschakeld, is moeilijk te bewijzen. In elk geval
kan Amerka, zooals uit een thans gepubliceerde
statistiek blijkt, ook bij de tegen-woordige de
pressie zich op den Eceaan flink handhaven, voor
al voor zoover de schepen in particulier bedrijf
zijn. De door de Shipping Board onderhouden
lijnen hebben inderdaad aan vracht verloren,
deze ging zelfs, voor zoover het den uitvoer be
treft, van 1.110.796 ton in Juli 1920 tot 673.963
ton in Juli 1921 terug, doch de exportvracht der
particuliere lijnen steeg van 786.449 ton tot
1.113.361 ton, terwijl het vervoer van de buiten-
landsche lijnen van 2.583.399 ton op 2.665.929
ton kwam, nadat het in drie maanden in het na
jaar van 1920 meer dan 3.000.000 ton had be-
loopen.
De invoervracht daalde bij alle lijnen bij
de regeeringsschepen echter het meest, want deze
daalde Van 56.707 ton tot 86.788 ton, bij de par
ticuliere lijnen van 531.382 tot 300.358 ton en bij
de buitenlandsche van 608.008 tot 442.558 ton.
Het buitenland participeerd tegenwoordig met
60 pet. aan de uitvoer- en met 54 pet. aan de
invoervracht. De nieuwe leider van de Shipping
Board, de heer Lasker, tracht met groote energie
de belangen van de Amerikaansche zeescheep
vaart te behartigen en hij schrikt ook niet voor
krachtige maatregelen terug, wanneer hij belooft
zijn doel te kunnen bereiken. Zoo heeft hij, om
aan Amerika het dit land toekomende aandee'
in het Egyptische katoentransport te verzekeren,
het tarief 10 shilling beneden dat der Engelsche
lijnen gesteld.
De storm. De storm van 7 Nov. j.l. heeft
zich in ons land gekenmerkt door een buitenge
wone hevigheid.
Het zal vermoedelijk velen wel interesseeren
een enkel woord te vernemen over dit verschijn
sel van luchtbeweging.
De luchtbeweging wordt hoofdzakelijk ver
oorzaakt door drukverschil De lucht stroomt om
gestoord evenwicht te herstellen van hoogen
luchtdruk naar lagen luchtdruk.
De eigenlijke oorzaak der luchtbeweging over
de geheele aarde meer in temperatuursverschillen
tusschen de polen en de evenaar gezocht worden.
Op 30° N.B. ligt een maxium luchtdruk en
bij de pool een minium (IJsland) dat zich als
volgt verklaard.
In het gebied der grootste verhitting in de
tropen tusschen den Kreefstkeerkring en den
Steenbokskeerkring stijgt de lucht op, door af
koeling en samenpersing wordt zij zwaarder en
daalt op -F 30° N.B. naar de aarde. De barometer
(luchtdrukmeter) stijgt.
De nu ontstanen Zuidenwind wordt door de
wenteling der aarde om haar as en door haar
bolvormige gedaante in een Zuid-Westen wind
veranderd.
Deze lucht stroomt over den warmen Atlanti-
schen Oceaan, bevat veel waterdamp, die, hoe
meer zij in koudere lagen komt, afkoelt en in
water overgaat (regenval).
Daardoor wordt de spanning minder en de
lucht verwarmt zich door vrijgeworden gebonden
warmte en ze tuit, dat ten gevolge heeft, dat de
barometer daalt.
In de windichting worden periodieke veran
deringen geconstateerd. De hooge druk op het
vaste land. in den winter en de lage druk in
den zomer veroorzaken een zeker verband tus
schen land en zeewind.
Deze en nog andere oorzaken doen ons het
verschijnsel waarnemen, dat de wind hier niet
altijd uit den Westhoek waait.
Windrichting wordt bepaald met behulp van
een windvaan en door de bekende internationaal
vastgestelde teekens uitgedrukt.
Het bekend zijn met. overheerschende wind
richting is uit gezondheidsoog punt van belang.
Zoo hebben rookerige steden hun aangenaamste
woonwijk in de heerschende windrichting. Ter
wijl men ook bij woonhuizen maatregelen neemt
om de gevels liggend in die windrichting tegen
windsinvloeden te beschermen.
De windsterkte en do windsnelheid worden in
meters per seconde en de winddruk in K.G. per
M2 uitgedrukt.
De storm van 7 Sept. had op sommige oogenbli-
ken een snelheid van meer dan 29 M per seconde
dat een druk van meer dan 100 K.G. per Ma be-
t eekent.
Schruring langs het aardoppervlak, boomen en
gebouwen en de warrel iingen dien ten gevolge
ontnemen den wind veel kracht. De invloed van
den wind op een dakvlak is nu bij gelijkmatig
klimmende snelheid als volg;t
Loopt de snelheid van 5 M. per sec.(matige
wind) op tot een snelheid van 30 M. per sec.
storm van 7 K.M. dan buigt de kap door.
Het arbeidsvermogen van den wind wordt
gedeeltelijk omgezet in arbeidsvermogen van
plaats en overigens in levende kracht.
Er ontstaat een heen- en weergaande beweging
De laatste kracht wordt niet geheel aan de
kap medegedeeld, maar grootendeels in warmte
tengevolge van de wrijving der onderdeden, om
gezet.
Deze veroorzaakte belasting moet een kap
kunnen doorstaan.
Anders wordt het geval bij windstooten,
wanneer deze elkaar snel opvolgen en wel zoo
snel, dat de volgende stoot reeds valt, wanneer
de kap door den eersten stoot nog in zwieping is.
Er ontstaat dan opeenhooping van arbeids ver
mogen van beweging. Nu kan het gebeuren, dat
de kap blijvend beschadigd of vernield wordt.
Van velen door den laatsten storm vernielde
kappen was echter het volgende de oorzaak
De wind blies nu onder de kap en wanneer een
op zulke wijze door wind belaste kap bij gering
eigengewicht niet goed in de muren veranderd
is gaat zij er onherroepelijk af en vernielt in haar
val het metselwerk.
Vensters, liggend op de windrichting, werden
ingedrukt, of vernield door met den wind mede
gevoerde steentjes, Welke afkomstig kunnen
zijn van in de nabijheid met grint afgedekte
platte daken.
Betreffende het groot aantal gesneuvelde
boomen valt het volgende op te merken.
Naast den wind als hoofdoorzaak heeft men
nog grootere trefkans in open trerrein, het welk
kan zijn (door regens) van den grond, in blad
staan, ouderdom en gebreken.
Naaldboomen berijken na -f- 120 jaar hun vol
len wasdom en sterven dan spoedig, loofboomen
blijven na hun vollen wasdom nog lang leven,
doch toonen veel eerder gebreken, als kernrot
heid enz. Dit laatste doet hun levenskansen
bij stormweer sterk minderen.
De economische toestand, in
Ned I n d i is nog altijd zeer gedrukt.
Gister had te Soerabaja een run plaats op do
Ned.-Indische Handelsbank.
Te Samarang vroegen de Ghineezen hun de
posito's bij de banken op.
an Batavia uit moest steun aan de banken
worden verleend.
Gister was er een ontzettend aanbod aandee-
lenN.I.Handelsbank op de Amsterdamsche beurs
voor Indische rekening.
Indië is voortdurend met groote posten fond
sen aan de markt.
Er is in de laatste dagen alleen in aandeelen
N.l. Handelsbank voor millioenen omgezet tegen
sterk terugloopende prijzen.
Binnenland.
De bioscoopwet.
Het voorloopig verslag der Tweede Kamer is
verschenen omtrent het wetsontwerp tot bestrij
ding van de zedelijke en maatschappelijkegeva-
ren van den bioscoop.
Eenige leden verklaarden zich met het ont
werp te kunnen vereenigen. Deze leden wilden
niet ontkennen, dat het bioscoopbezoek voor
sommige categoriën van personen eenig gevaar
brengt. Zij achten evenwel een inmenging der
overheid, op een wijze als in het ontwerp wordt
voorgesteld, allerminst gewenscht. Een zoo
danige inmenging zou naar hun meening on
juist en overbodig zijn.
Onjuist achten zij haar, omdat door de
keuring van alle films door de in het ontwerp
genoemde centrale commissie inbreuk wordt
gedaan op de geestelijke vrijheid der burgers
En overbodig oordeelden de leden, hier aan
het woord, de voorgestelde regeling, omdat
in de eerste plaats art 188 der gemeentewet
den burgemeester de volledige bevoegdheid
geeft om bioscoopvertooningen welke in strijd
zijn met de openbare orde of zedelijkheid, te
verbieden, terwijl voorts films, welke door de
meerderheid van het publiek en deze be
staat toch wel uit niet op sensatie en perver
siteiten belusten worden afgekeurd door de
ondernemers van bioscoopvoorstellingen toch
niet zullen worden vertoond, omdat hiermede
geen financieel voordeel zal zijn te bereiken.
De leden die deze beschouwingen hielden,
waren van oordeel, dat, wil de overheid er toe
medewerken het bioscoopwezen in betere .be
nen te leiden zij dit beter dan door het voor
stellen van wettelijke bepalingen als die, welke
thans aan het oordeel der Staten-Generaal zijn
onderworpen zal kunnen doen door het ver-
leenen van subsidies ten behoeve van vertoo
ningen van veredelende en opvoedende films,
welke de zedelijke verheffing van het volk
kunnen bevorderen.
Eenige andere leden meenden de aanneming
van het wetsontwerp te moeten ontraden, met
het oog op de uitgaven aan de uitvoering der
voorgestelde bepalingen verbonden.
Zeer velen leden daarentegen juichten de in
diening van het wetsontwerp toe.
De van andere zijde geuite bewering, dat
de meerderheid van het publiek niet op sen
satie belust is, verklaarden deze leden althans
voorzoover het bioscoop-bezoekende publiek
betreft, onjuist te achten. En ook de opvat
ting, dat de uitvoering der in het wetsontwerp
vervatte regeling groote uitgaven met zich
zou brengen, meenden zij, gezien ook het feit
dat zij, die films ter keuring aanbieden, daar
voor een nader door de Kroon vast te stellen
bedrag zullen hebben te betalen, als geheel
bezijden de werkelijkheid te moeten aanmerken
Verschillende opmerkingen werden gemaakt
over de voorgestelde Centrale keuringscommissie.
Loop der bevolking in Nederland over 1920.
Aan de Statistiek van den loop "der bevol
king in Nederland over 1920, die het Centraal
Bureau voor de Statistiek in het 328e nummer
zijner Bijdragen heeft uitgegeven wordt het vol
gende ontleend
Op het einde van 1920 telde ons land volgens
de bevolkingsregisters 6.926.314 inwoners (49.80
mannen en 50.20 vrouwen), volgens de
voorloopige uitkomsten der Volkstelling, welke
uitkomsten gepubliceerd zijn in de Ned. Staats
courant van 18 April 1921, No. 74, 6.841.155
(49.66 mannen en 50.34 vrouwen), een ver
schil alzoo van ruim 85.000 personen.
Het aandeel der vrouwen wordt voortdurend
minderop 1000 mannen waren in 1830 1045
vrouwen, thans slechts 1008.
De toeneming der bevolking sedert 1909 be
draagt gemiddeld 1.42 (door geboorte-over
schotten 1.26 door meer vestiging dan ver
trek 0.16
Het aantal levend aangegevenen, was in ver
gelijking met vorige jaren in 1920 hoog, 192.987
(1000 meisjes tegen 1063 jongens), en bedroeg
28.4 per 1000 inwoners. De demobilisatie en het
groote aantal huwelijken in 1919 heeft echter
de afgenomen huwelijksvruchtbaarheid niet we
der op peil gebracht van de jaren 1910/14. Het
geboortecijfer was in 1840 pl.m. 33, steeg met
schommelingen tot 37 in 1876 en daalde zoo
goed als geregeld tot het lage cijfer van 24 in 1919
in de laatste jaren ook beinvloed door den oor
log. Op het platteland is de geboorte grooter dan
in de steden.
Met betrekking tot de levenloos aangegeve
nen (in 1920 7506) verdient opmerking, dat zoo
bij wettig als bij onwettig geborenen het rela
tieve aantal sedert de periode van 1870/9 da-
ende is. Op 100 (geborenen op het platteland
meer dan in de steden) was dit aantal in 1840/49
4,79 het steeg tot 5,19 in 1870/9 en daalde gelei
delijk tot 3,47 in 1919, om in 1920 weer iets te
stijgen (3.74).
Het aantal onwettig geborenen (in de groote
gemeenten belangrijk grooter dan in de kleine)
bedroeg in 1840/9 per 100 geborenen 5,01, daal
de voortdurend tot 2,10 in 1919, met een ge
ringe toeneming in 1920 (2.20).
Het aantal huwelijken, dat van 1840/9 tot
1870/9 steeg van 7,39 tot 8,10 per 1000 inwoners,
daalde met schommelingen tot 7,34 in 1918 (in
1915 was het onder den oorlogsinvloed het
laagst, 6.67), en steeg in 1919 en 1920 resp. tot
8,56 en 9,62.
Door echtscheidingen werden in 1920 1962
huwelijken ontbonden of l1/, per 1000 echtpa
ren, terwijl 288 scheidingen van tafel en bed
of 0,26 per 1000 echtparen plaats vinden. In
1850/59 bedroegen deze cijfers resp. 0,15 en 0,4.
De sterfte (bij de vrouwen lager dan bij de
mannen, doch van lieverlede gelijk wordend)
is sedert 1840/9, (26,56 per 1000 der bevolking),
zoo goed als geregeld gedaald tot 1913 12,30.
In de oorlogsjaren (1914.1917) is zij gestegen
jtot 13.12 en in 1918 tot 17.10 (griep-epidemie),
In 1919 was het sterftecijfer 13.17 per 1000 in
woners, terwijl voor 1920 het laagste cijfer is
bereikt dat ooit is voorgekomen (11,99).
Emigratie naar Zuid-Afrika.
Van officieele zijde ontvangt de Nederl.
Vereeniging ,>Lnndverhuizing" Bezuidenhout
30 te s-Gravenhage de navolgende waar
schuwing, met verzoek deze bekend te maken
in Nederland: Vele mijnwerkers van over-
zeesche landen komen thans in Zuid-Afrika
met het doel te werken in de goudmijnen aan
de ,,Witwatersrand" (in Transvaal) menigeen
ziet zich echter dan afgewezen door het Miners
Phtisis Medical Bureau (Medisch bureau voor
onderzoek op het t.b.c.) als lichamelijk onge-
schik voor ondergrondsch werk overeenkomstig
de desbetreffende wetsvoorschriften der Zuid-
Afrikaansche Unie. Het gevolg is dan dat zij er
het aantal werkloozen vermeerderen, en al de el
lende, daarvan ondergaan. Zij, die over vertrek
naar Zuid-Afrika denken met het doel aldaar in
de mijnen te gaan werken, dienen er daarom
ernstig rekening mede te houden, dat zij ver
plicht zijn zich in Zuid-Afrika te onderwerpen
aan een medisch onderzoek door bovenvermeld
bureau.
Verontreiniging openbare wateren.
Door den Minister van Arbeid is aan Ged.
Staten der onderscheidene provincies een cir
culaire gericht van den volgenden inhoud
Het steeds toenemen van de verontreiniging
van openbare wateren door afvalwater van
fabrieken leidt tot ernstige misstanden, die o.a.
gevaar voor de gezondheid en nadeel voor
den vischstand opleveren.
Zooals U bekend is, zijn de inspecteurs van
de Volksgezondheid, in het bijzonder belast
met de zakën, rakende he hygiëne van bodem,
lucht en water, de aangewezen ambtenaren
om voorlichting te verstrekken bij het nemen
van maatregelen, welke ten doel hebben te
Voorkomen, dat door de loozing van bedoeld
afvalwater de volksgezondheid wordt geschaad.
Meer in het bijzonder het nadeel ,dat de vis-
scherij van de verontreiniging van openbare
wateren ondervindt, bracht den Minister van
Landbouw, Nijverheid en Handel er toe, in
samenwerking met den Minister van Arbeid
de totstandkoming te bevorderen van een
instituut dat tot taak zou hebben de oorzaken
dier verontreiniging op te sporen en de middelen
aan te wijzen, waardoor verontreiniging in 't
vervolg zal kunnen worden voorkomen.
Dientengevolge werd bij Kon. besluit van
30 Juli 1920 no. 53 het Rijksinstituut voor
zuivering van Afvalwater in het leven geroe
pen.
Vertrouwd mag worden, dat met de voor
lichting van den instituut krachtiger dan tot
dusverre de verontreiniging van openbare wa
teren zal kunnen worden tegengegaan.
Om daartoe te geraken is het vooral van
belang, dat het instituut in samenwerking
met de inspecteurs van de Volksgezondheid
belast met de hygiëne van bodem, water en
lucht, in staat wordt gesteld bij de oprich
ting van fabrieken we'ker afvalwater veront
reinigen van openbare wateren kan veroor
zaken, de noodige voorlichting te verschaffen
Ik moge Uw college daarom verzoeken de
gemeentebesturen in Uw gewest uit te noodi-
gen om, alvorens vergunning ingevolge de
Hinderwet te verleenen tot het oprichten van
bedoelde fabrieken, over de vraag, welke
maatregelen tot het tegengaan van de veront
reiniging van openbare wateren genomen be
lmoren te worden, de voorlichting te vragen
van den inspecteur van de Volksgezondheid,
belast met dej^hygiëne van bodem, water en
lucht, die de toegezonden stukken na daarop
voor zooveel noodig met 't oog op de volksgezond
heid advies te hebben uitgebracht ter verdere
behandeling zal doorzenden aan den directeur
van het Rijksinstituut voor Zuivering van Af
valwater. Het inwinnen van advies, als hier be
doeld, verdient met name aanbeveling te aanzien
van de navolgende inrichtingenmouterijen,
brouwerijen, branderijen, spiritusfabrieken, sui
kerfabrieken, en -raffinaderijen, zuivelfabrieken,
aardappelmeel-, glucose- en jamfabrieken, stroo-
carton en andere papierfabrieken, stijfselfabrie
ken, exportslachterijen, abattoirs, en vleesch-
warenfabrieken, leerlooierijen, huidenzouterijen
bloeddrogerijen, vetwerwerkingsinrichtingen,
margarinefabrieken, textielfabrieken, ververijen
katoenbleekerijen, wolwasscherijen, wollenstoffen
fabrieken, chemische fabrieken en gasfabrieken.
Gelijke voorlichting ware te vragen, indien
een gemeentebestuur op grond van verontrei
niging van openbare wateren door het afval
water der bovengenoemde inrichtingen voor
nemens mocht zijn, toepassing aan artikel 17
der Hinderwet te geven.
Beohlzaken.
Diefstal. Op 31 Augustus j.l. werd op
het stadhuis te R'dam gearresteerd een bruids
paar, dat even te voren in de echt getreden was,
omdat het bruidje een gestolen japon aan had.
De japon was ten nadeele van de N. V. Cohn Don-
nay en Co., met nog een ander costuum, ont
vreemd. Het bleek, dat de bruid zelf de japon ge
stolen had. De andere was door haar zuster ge
stolen. Beide vrouwen zijn beruchte winkeldie
ven herhaaldelijk zijn zij reeds voor dergelijke
misdrijven, een keer ook voor een berooving ver
oordeeld.
Zij ontkenden.
De officier van justitie der R'damsche Recht
bank, mr. de Visser, eischte tegen haar, de 32-
jarige M. C. v. d. V., huisvrouw van T. v. Z., en
A. M. v. d. V., 43 jaar, gescheiden vrouw van C.
H., beiden zonder beroep, recidiviste en gedeti
neerd, ieder een jaar en zes maanden gevange
nisstraf.
Mr. W. C. H. van Dillen pleitte vrijspraak.
Uitspraak 24 dezer.
Moord. Voor de rechtbank te Roermond
had zich te verantwoorden H. J., 25 jaar, opper
man, wonende te Blerick, gedetineerd, aange
klaagd, dat hij op 4 Sept. j.l. te Blerick met voor
bedachten rade Dina van den Bosch van het
leven heeft beroofd door twee schoten uit een re
volver op haar te lossen, waardoor zij zoodanig in
wendig werd verwond, dat de dood weinige oo-
genblikken later intrad.
De beklaagde bekende het hem ten laste ge
legde en verklaarde reeds geruimen tijd te voren
het plan te hebben opgevat Dina van den Bosch,
zijn vroeger meisje, van het leven te berooven,
omdat deze de verkeering met hem had afgebro
ken en hem voortdurend bleef plagen.
Het O. M. eischte tegen bekl. eene gevangenis
straf van twintig jaar.