DAGBLAD VOOR SCHIEDAM EN OMSTREKEN.
F£ü1Il£TON
De Diamantenschat,
45ste Jaargang.
Zaterdag 8 April 1922.
No. 19307.
mm
Bureau KOEMARKT 4. Telefoon Intercommunaal 85. Postbus39.
Abonnementen per 3 maanden 2.per week 15 cent, franco per
post 2.50 per kwartaal. Afzonderlijke nummers 3 cent.
Advertentiën: 15 regels 1.75 elke regel daarboven 35 cent, 3 maal
plaatsen wordt 2 maal berekend. Ingezonden mededeelingen 75 ct. per regel.
Speciale conditiën voor herhaaldelijk adverteeren. Tarieven worden op aanvraag
toegezonden. Incassokosten worden berekend.
Dit nummer bestaat uit twee bladen
en een Geillustreerd Zondagsblad.
Bq of krachtens wetten of verordeningen voor
geschreven en andere officieele af- en aan
kondigingen van het Gemeentebestuur.
DRANKWET.
Burgemeester en Wethouders van Schiedam
brengen ter openbare kennis, dat bij hen is
ingekomen een verzoek van WILLEM VAN
PELT, alhier, om verlof voor den verkoop van
alcoholhoudenden drank, anderen dan sterken
drank, voor gebruik ter plaatse van verkoop in
het benedengedeelte van het perceel Bakkers
straat 6 en
herinneren dat binnen 2 weken na deze be
kendmaking tegen het verleenen van het verlof
schriftelijk bij hun College bezwaren kunnen
worden ingebracht.
Schiedam, 8 April 1922.
Nijvcrheidsavondschool Schiedam.
Tentoonstelling van teekeningen.
Op MAANDAG 10 en DINSDAG 11 April des
avonds van 7 tot 9 ure in de Ambachtschool,
St. Liduinastraat 15. Toegang vrij. Kinderen
alleen onder behoorlijk geleide.
Buitenlandse^ Nieuws.
DE CONFERENTIE TE GENUA.
Jules Sauerwein, de bekende correspon
dent van de Matin", vertoeft in afwachting
van de opening der conferentie van Genua reeds
in Italië en wel in Rome. Hij heeft daar mer ver
schillende politici, gewezen eerste-ministers en
ininisters gesproken en het is hem opgevallen,
hoe weinig men over het algemeen eigenlijk weet
van wat te Genua aan de orde zal komen. Het is
alles negatief wat men hoort, zegt hij, maar wat
aan positief werk verricht zal kunnen worden
tot het herstel van Europa, daaromtrent weet
niemand iets met zekerheid te zeggen.
Men heeft te Rome dan ook den indruk,
aldus Sauerwein, dat Genua niet veel meer
zal bereiken dan de financieele conferentie
te Brussel in 1920 op instigatie van den Volken
bond gehouden, waar ook op allerlei wijze reso
luties zijn aangenomen, welke toch nooit zijn
uitgevoerd.
In werkelijkheid zijn de deskundigen, of ze
nu diplomaat, financier of staatshuishoud
kundige zijn niet in staat hun oude tradities en
opvattingen ter zijde te stellen, hoewel men daar
mee tegenover den chaos van tegenwoordig maar
heel weinig kan uitrichten. Lloyd George, schrijft
Sauerwein, zei me eens Ik haat dat soort men-
schen, die volkomen steriel aan origineele denk
beelden zijn. Met hun allen hebben ze minder
verbeeldingskracht dan ik in mijn duim.
Het onaangename van het geval is, ver
volgt deze correspondent, dat deze verbeel
dingskracht alleen, tot dusverre al even weinig
resultaat heeft opgeleverd als het werk der des
kundigen.
Een gemeenschappelijke gedachte hebben
de volken, welke over enkele dagen te Ge
nua zullen vergaderen, niet doch er is één
gevoel, dat hen tot een soort samenhoorigheid
brengt en dat is de vrees voor een fiasco, dat zijn
terugslag zal hebben voor een ieder, die van de
conferentie daarmee thuiskomt.
Jn een dergelijke bijeenkomst zegt Sauer
wein, zal als de redder hij verschijnen die met
een handige rhetoriek de onderneming aan het
doel het best beantwoordend zal weten voor te
36
Toen de man zichzelven den brief overluid
had voorgelezen, liet hij een dof gekreun hoo-
ren, dat meer op het huilen van een gewond
dier dan op een menschelijke stem geleok.
Daarop vouwde hij den brief zorgvuldig dicht,
legde hem in het gevlekte couvert met de
zegels van de Kaapkolonie er op, en stak hem
in den zak. Toen hij dit gedaan had, bleef
hij een paar seconden in gepeins verdiept zit
ten, terwijl zijne oogen op het grillige spel
der op de folven dansende zon gericht bleven.
Doch de man dacht niet aan het zonlicht. Zijn
ziel verwijlde bij dat treurspel in Zuid-Afrika
bij al die elkander zoo snel opvolgende sterf
gevallen en bij die zonderlinge erfenis, die
erfenis van dorst naar goud en dorst naar
bloed. Hij dacht aan zijn eigen zonderlingleven,
dat leven van zonde, rustelooze begeerte
naar schatten en onleschbaren dorst naar
macht. Visioenen van het verledene rezen
voor hem op. Hij zag het gelaat van zijn vader,
het gelaat van een Napoleon of van eenmisdadi-
ger. Hij zag nog andere gezichten gezichten
van mannen, die zijne slachtoffers geweest
stellen, terwijl de rol van den zondebok aan
hem zal ten deel vallen,^die zelfs met de beste
redenen van de wereld een ontwikkeling van het
debat zal tegenhouden.
Al die^menschen, die geen oplossing we
ten voor het geheel der Europeesche problemen,
zullen dan zeggen We hadden een plan. Men
heeft ons verhinderd te spreken en handelend op
te treden.
Het zal zuiver comedie zijn, maar de toe
schouwster, de openbare meening in Europa za)
zich laten vangen,
Te Genua, besluit Sauerwein, moet men dade
lijk denkbeelden meebrengen en niet alleen tegen
werpingen.
Volgens den correspondent te Praag van
de „New York Herald" wil de Tsjecho-Slo-
vaaksche minister van buitenlandsche zaken.
Benes als woordvoerder der Kleine Entente te
Genua voorstellen, dat de V. S. en Engeland een.
groote leening zullen uitschrijven ten gunste van
Duitschland tot dekking van de geallieerde scha-
deloosstellingseischen. Deze zouden worden ge
waarborgd door de Duitsche belastingen en.
douane-inkomsten.
Te Washington is officieel bekend gemaakt,
dat de Amerikaansche regeering heeft besloten,
om, wanneer op de conferentie te Genua een
overeenkomst mocht worden gesloten omtrent
de regeling der buitenlandsche schulden van
Rusland, deelneming daaraan te eischen bij vol
komen gelijkstelling met de andere Entente-
mogendheden.
Ofschoon Amerika te Genua niet officieel
zal zijn vertegenwoordigd, moeten de Entente-
mogendheden er zich rekenschap van geven, dat
zij niets ten eigen gunste kunnen besluiten zonder
toestemming van Amerika.
Uit Rome verneemt de „Msb."
Naar aanleiding van het herderlijk schrijven
van den aartsbisschip van Genua, over de al
daar te houden conferentie, heeft Z.H. de Paus
een schrijven, eveneens over de conferentie
handelend, aan den aartsbisschop van Genua
gezonden.
- Uit Genua wordt gemeld, dat de minister
raad te Rome thans de Italiaansche delegatie
voor Genua definitief heeft vastgesteld. De mi
nisters Facta, Schanzer, Bertoni en Rossi zijn»
hoofdgedelegeerden. Hulpgedclegeerden zijn se
nator Berazzini, de socialistische afgevaardigde
Banepa, de democraat Belesia en de liberaal
Olivetti.
DUITSCHLAND.
De crisis in de metaalindustrie in Beieren
en Wurtemberg verergert gaandeweg. Met in
begrip van Oost Pruisen zijn 130.000 metaal
bewerkers buiten verdienste zoowel ten gevolge
van staking als door uitsluiting aan de zijde der
patroons.
BULGARIJE.
De in tergeallieerde commissie heeft volgens
een bericht uit Berlijn aan Bulgarije meege
deeld, dat het als schadevergoeding voor de
eerste twee jaren 18 en 20 millioen gouden
frs. moet betalen, terwijl dit bedrag volgens
het vredesverdrag 45 millioen per jaar moest
zijn.
De congrescommissie voor arbeidsaan-
gelegenheden poogt een conferentie tot stand
te brengen tusschen de vertegenwoordigers van
patroons en arbeiders, ten einde over een bijleg
ging van't conflict te onderhandelen. Er schijnt
een kleine kans te bestaan op welslagen.
De regeering heeft een crediet van 875
millioen dollar aangevraagd in verband met niet
afbouwen en niet sloopen van een reeks oorlogs
schepen, die volgens de afspraak van Washing
ton niet kunnen worden gehandhaafd. De regee
ring heeft namelijk het voornemen de enorme
hoeveelheden metaal, die door het afbreken der
schepen vrijkomen, voorloopig zelf te bewaren
om te voorkomen, dat de metaalmarkt te zeer
zou worden geschokt.
AMERIKA.
In het mijndictrict Wilkesbarre (Penn-
sylvanië) heerscht volgens bericht uit New York
een zekere opwinding, doordat de, bij den mijn-
werkersbond aangesloten arbeiders, die aan 't
werk waren gelaten om de lijnen te bewaken,
door niet aangeslotenen zijn vervangen en extra
politie is ontboden. Men ziet hierin een aanslag
op de vakbonden.
waren. Sommige van die gezichten had hij in
jaren niet voor zich gezien, sommige had hij
vergeten, of had hij gewenscht te vergeten.
Al die visioenen verdwenen weder om plaats
te maken voor een enkel gelaat, een forsch, goe
dig gelaat, omlijst met rood haar, een gelaat,
waarop nog zoo kort geleden de blos van ge
zondheid had gezeteld, maar dat nu verbleekt
was door den dood. Toen dat gelaat voor hem
zweefde, lachte de man van wreede voldoe
ning, doch die lach bestierf hem op de lippen,
want het visioen was verdwenen om plaats
te maken voor een ander, dat van een jonge,
wonderschoone vrouw. Bij de gedachte aan
dat gelaat sprong hij met een tweeden kreet
op, strekte zijne armen uit en maakte een
beweging alsof hij iets wilde grijpen, dat buiten
zijn bereik was.
„Ook dat zal ik winnenmompelde hij,
„dat en alles, Ilij maakte een gebaar
alsof hij iets van zich afschudde, en toen zich
omkeerende, liep hij naar de rivier.
Wie hem op dat oogenblik voorbij was ge
gaan en hem in het heldere daglicht gezien
had, zou ontdekt hebben, dat hij een man was
met een alleronaangenaamst uiterlijk, een
man, die bij deze sombere, griezelige omgeving
behoorde; maar niemand ging hem voorbij.
De rivier was geheel verlaten men zag er niets
ALLERLEI.
Zijne Heiligheid de Paus heeft naar de „Msb."
uit Rome verneemt op het verzoek, hem gedaan
door den koning van Spanje om stappen te doen
ten gunste van de weduwe en de kinderen van
ex-keizer Karei, geantwoord, dat hij reeds stap
pen in dien geest ondernomen heeft. De" Paus
verzoekt verder den koning, een vertegenwoordi
ger te machtigen om op de conferentie te Genua
ook in zijn naam desbetreffende stappen te
doen.
Naar de Echo de Paris verneemt heeft de
Raad van Gezanten besloten, dat pogingen
gedaan moeten worden om de vraagstukken
nopens de apanage van keizer Karei tot oplos
sing te brengen. Naar verluidt hebben keizerin
Zita en haar kinderen machtiging gekregen om
Madeira te verlaten. Een verblijf zal hun in
Europa worden toegestaan met uitzondering
van Hongarije.
De Prins van Wales is Donderdag in Hong
kong met geweldige geestdrift ontvangen en
in een gouden baldekijn naar het groote ontvang-
paviljoen gedragen,waar een Chineesch welkomst
adres is aangeboden, 's Avonds werd een Chi-
neesche optocht voor hem gehouden met kleuri
ge lampions in den vorm van visschen.
In het Zuid-Slavisch parlement heeft de soci
aal-democratische afgevaardigde Moskoflje-
vitsj den minister-president geinterpelleerd over
het verblijf van generaal Wrangel op Zuid-Slar
visch grondgebied. De afgevaardigde beweerde
in zijn interpellatie te kunnen bewijzen dat
Wrangel een inval in Rusland organiseert en
dat zijn agenten propaganda voor dezen inval
onder de Russische vluchtelingen maken. Mos-
kofljévitsj verzocht den minister-president te
willen mededeelen, welke maatregelen hij tegen
de actie der Russische monarchisten denkt te
treffen.
Binnenland.
De Tweede Kamerverkiezingen.
De stemming over de candidaten in de Ka
tholieke kiesvereenigingen heeft plaats gevon
den en is dezer dagen beëindigd, zoodat. in
eiken kieskring de lijst thans definitief is vast
gesteld.
Deze lijsten luiden thans naar „De Tijd" meldt
als volgt
's-Hertogenbosch. 1. Jhr. mr. A. F. O.
Sasse van Ysselt. 2. A. N. Fleskens. 3. dr. L.
N. Deckers. 4. J. J. Wintermans, 5. P. J. J.
A. v.d. Putt. 6. 6. M. Krijgsman, 7. mej. F. Jan
sen. 8. mr. dr. Jan van Best. 9. J. J. Belien,
10. mevr. W. Brouns-van Besouw.
Tilburg. 1. mr. dr. A. van Rijckevorsel,
2. Jan van Rijzewijk, 3. Ir. L. J. M. Feber, 4.
W. J. F. Juten, 5. dr. G. M. Kusters, 6. mr. J.
C. A. M. v.d. Mortel, 7. G. L. D. Nivard, 8.
mevr. J. Kaller-Wigman, 9. H. J. Borghols.
Arnhem-Nijmegen. 1. Mr. A. baron van
Wijnbergen, 2. mr. J. R. H. van Schaik, 3.
dan slechts een paar op het water dobberende
schuiten.
De man liep voorzichtig langs den smal-
len waterkant, totdat hij bij de plaats kwam,
waar zijn bootje gemeerd lag. Hij stapte in dat
bootje, maakte het touw los, legde de roeispanen
in het water en koos toen het ruime sop. Hij
roeide stevig stroomopwaarts, eerst uiterst
langzaam, maar toen met zulk een vaart, dat
het bootje over het water scheen te vliegen.
Wind en stroom waren tegen hem, maar hij
roeide stevig voort, met een kracht en behen
digheid, die een prijsroeier bewondering zouden
hebben afgedwongen.
Toen hij een flinken afstand had afgelegd,
vertraagde hij plotseling zijn spoed en zijn bootje
keerende, ging hij snel stroomafwaarts. Weder
roeide hij rusteloos voort, totdat hij bij het ge
deelte van de bedijking der rivier kwam, waar
de oude botanische tuin was gelegen. Hier legde
hij op eens de riemen neer, en het bootje op
het water latende dobberen, dreef hij met den
stroom mede, terwijl zijne oogen geketend hle-
fen op een rooden muur en een huis, die tusschen
een rij boomen zichtbaar waren. Terwijl hij
staarde en staarde, bewogen zich zijne lippen en
hij mompelde
„Ik wil en ik zal het groote spel winnen. Ik
zal er alles voor in de waagschaal leggen."
G. Bulten, 4. L. baron van Voorst tot Voorst
5. P. J. J. Haazevoet, 6. mevr. S. L. C. Brons-
veld-Vitringa, 7. L. A. M. van Basten Baten
burg.
Rotterdam. 1. H. Stulemeijer, 2. mej.
Annie Meijer, 3. dr. B. J. J. Iluybers, 4. W.
Mooyman, 5. dr. H. C. Vriens.
's-Gravenhage. 1. mr. M. J. C. M. Kolk
man, 2. mr. P. J. M. Aalberse, 3. mej. Annie
Meyer, 4. prof. mr. J. A. Veraart, 5. li. J.
Borghols.
Leiden. mr. dr. D. A. P. N. Kooien, 2.
F. A. Moerel, 3. mevr. S. Bronsveld-Vitringa,
4. A. J. Loerakker, 5. H. J. Borghols.
Dordrecht:1. C. J. Kuiper, 2. H. J.
Borghols, 3. mr. dr. Jan van Best, 4. mevr. S.
Bronsveld-Vitringa, 5. dr. A. C. A. Hoffman,
6. Ir. L. J. M. Feber, 7. mevr. D. Brouns-van
Besouw, 8. prof. mr. J. A. Veraart.
(In dezen kieskring is de uitstag der stem
ming tot op dit oogenblik niet bekend ge
maakt. Dit is de volgorde van het politieke ad
vies.)
Amsterdam. 1. J. B. van Dijk, 2. mevr.
5. Bronsveld-Bitringa, 3. J. II. A. L. von F rij -
tag Drabbe, 4. L. H. van Rooijen, 5. mr. G. C.
J. D. Kropman, 6. mr. L. Kortenhorst.
DenHelder-Haarlcm. -1. mr. J. B. Bomans,
2. Ch. L. v. d. Bilt, 3. mr. Paul J. Reijmer, 4.
mevr. S. Bronsveld-Vitringa, 5. A. B. Michiel-
sen, 6. mr. A. J. M. Leesberg, 7. A. J. Loerak
ker, 8. B. Veltman, 9. P. Heilker, 10. Chr. M.
Jansen.
Middelburg. 1. L. A. Fruytier, 2. F. J. L.
M. van Waesberghe, 3. J. W. Vienings, 4.
G. Adriaanssens.
..Utrecht. 1. J. G. Suring, 2. G. Knigge,
3. P. II. L. Steenhof.
Leeuwarden-Groningen-Assen. 1. .Z. C. A.
van Vuuren, 2. dr. H. W. Takkenberg, 3.
mevr. W. Brouns-Van Besouw, 4. mr. dr. Jan
van Best.
Zwolle. A. II. Engels, 2. L. baron vanVoorst
tot Voorst, 3. mr. P. J. M. Aalberse, 4. prof. mr.
J. A. Veraart, 5. mr. A. C. B. Arts, 6. G. H. P.
Bloemen.
Maastricht. mgr. dr. W. H. Nolens, 2.
jhr. mr. Gh. Ruys de Beerenbrouck, 3. M. C.
E. Bongaerts, 4. II, G. M. Hermans, 5 L J.
C. Ament, 6. P. Rutten, 7. mr. M. A. M.
Waszink, 8. A. A. W. LI. Konig, 9. P. L. H.
Gremers, 10. J. M. J. M. Lambooy.
II. Colijn.
De Raad van Beheer van de Bataafsche
Petroleum Maatschappij heeft Donderdagmid
dag naar het „Hbl." meldt, aan den
heer H. Colijn, ter gelegenheid van zijn
afscheid als directeur, een lunch aangeboden.
De heeren mr. Capadose, president-commis
saris, de honourable captain Walter Samuel,
chairman van de Shell, en jhr. de Jonge, namens
zijn mededirecteuren, hebben daarbij in zeer
waardeerende woorden herdacht wat de schei
dende directeur voor de Koninklijke is geweest.
De heer Colijn was zeer getroffen door deze
hartelijke toespraken.
Vreemdelingen.
Ook de bijzondere bepaling, dat Belgische
onderdanen, die langer dan drie maanden in ons
land vertoeven, zich bij de politie moeten aan
melden ter plaatse yan hun, vestiging, zal naar
het „Hbld." meldt, in de tweede helft van deze
maand worden igetrokken.
Navolging
Naar het Centr. verneemt, zal eerstdaags te
Utrecht van Protestansch-christelijke zijde een
vergadering worden gehouden van personen, die
Toen perste hij zijne lippen op elkander en
liet aich met het dobberende bootje mededrij-
ven. Het huis verdween langzaam uit het ge
zicht en toen was het geheel buiten het bereid,
roeide hij zoo hard als hij kon weer terug naar
het spookachtige hutje, dat hij zich tot verblijf
plaats had gekozen.
Nadat hij het bootje weer vastgebonden
had en de hut was binnengegaan, zeeg hij
op een stoel neer met een plof, die de oude
muren van het gebouwtje op hunne grond
vesten deed daveren. Een tijdlang bleef hij
in gepeins verzonken zitten. Toen stond hij
op, en naar een in een hoek staand kastje gaan
de, haalde hij daaruit een fleschje te voor
schijn. Hij hield dat tegen het licht en zeide met
grimmigen lach
„Dit is geen drank om de hand vast te ma
ken en den geest helder te houden, maar ik kan
er vandaag niet buiten."
Hij goot toen een hoeveelheid van de vloei
stof in een glas en hield het glas al peinzend in
de hand, terwijl hij mompelde
„Dit zal en moet mij geluk brengen 1"
Toen wierp hij zich op den grond, met don
rug tegen den muur en bleef daar zwijgend lig
gen, om de visioenen af te wachten die liet be
dwelmend vocht hem voor de oogen zou too-
veren. (Wórdt vervolgd)
NIEUWE SCHIEDAMSCHE COURA