DAGBLAD VOOR SCHIEDAM EN OMSTREKEN.
FEUILLETON.
De Di&mantenscbat
45ste Jaargaiig.
Zaterdag *t Juni 1922.
No. 19959.
Bureau: KOEMAK KT 4. Telefoon Intercommunaal 85. Postbus: 39.
Abonnementen per 3 maanden 2.per week 15 cent, franco per
post 2.50 per kwartaal. Afzonderlijke nummers 3 cent.
Advertentië n: l5 regels 1.75 elke regel daarboven 35 cent, 3 maal
plaatsen wordt 2 maal berekend. Ingezonden mededeelingen 75 ct. per regel.
Speciale conditiën voor herhaaldelijk adverteeren. Tarieven worden op aanvraag
toegezonden. Incassokosten worden berekend.
üit nummer bestaat uit twee bladen
en een Geillustreerd Zondagsblad.
TWEEDE BLAD
Binnenland.
Ilollandsche hariug.
Men schrijft uit Vlaardingen aan de „N.R.Crt."
Het geheele Nederlandsche Noordzeeharing-
visscherijbedrijf verkeert in buitengewone moei
lijkheden. De oorzaak daarvan is kort gezegd
het verlies van afzetgebied voor het product.
We hebben hier toch te maken met een export
bedrijf slechts een zeer gering deel van de jaar-
lijkscbe ontvangst komt in de binnelandsche
consumptie.
Het is zonder twijfel zeer te betreuren, maar
niettemin waar dat het Nederlandsche volk geen
haring van beteekenis heet. Dit bij uitstek ge
zonde en goedkoope voedingsmiddel gaat er uit,
naar Duitschland vooral, en al of niet via Duitsch
land naar Polen en daaromtrent. Verder pleegt
er voornamelijk in den tijd van maatjesharing,
zoo in Juli en Augustus, nog al eenige verzending
plaats te hebben naar Zweden, terwijl ook België
tot de geregelde afnemers behoort.
Ten slotte is er een niet onbelangrijke verzen
ding naar overzeesche gewesten, vooral naar de
Vereenigde Staten.
De hoofdafnemer was en is echter steeds Duitsch
land, en het is gemakkelijk te begrijpen van welk
een noodlottigen invloed de verregaande inzin
king van het Duitsche betaalmiddel op den Hol-
landschen haringexport is geweest. Op betee-
kenende verzending daarheen bestaat voorloo-
pog geen uitzicht, en het Duitsche systeem van
zelfsupporting belooft ook in een verdere toe
komst voor onzen haringuitvoer niet veel goeds,
m,et nog meer kracht dan in de jaren voor den
oorlog leggen de Duitschers zich op uitbrei
ding van hun eigen haringvloot toe.
Voorshands moet er mee gerekend worden, dat
het grootste deel van onze haringmarkt verloren
is gegaan. Deze omstandigheid wordt nog ver
zwaard doordat de metNederland concurreerende
landen voor hetzelfde geval staaD.
Ook Noorwegen en Engeland ondervinden ge
lijke moeilijkheden zij exporteerden insgelijks
naar Duitschland en Polen, maar vooral naar
Rusland. In de laatste jaren voor den oorlog
ging er jaarlijks niet minder dan ongeeer 1
millioen tonnen Britsche haring naar Rusland,
welk afzetgebied thans eveneens als verloren kan
worden beschouwd.
Gevolg van een en ander is dat de Nederlan
ders op het overgebleven terrein in versterkte
mate de buitenlandsche concurrentie ondervin
den. Het is duidelijk dat van dit overgebleven
terrein de Vereenigde Staten een belangrijk, we
mogen wel zeggen het belangrijkste deel vormen
En nu wil het ongeluk dat daar tariefplannen
in overweging zijn, bij welker verwezenlijking
de Nederlandsche haringexport in belangrijk
slechter conditie zal zijn gekomen dan de export
in Engeland, Schotland en Noorwegen.
Wat toch is het geval De financieele com
missie uit den Senaat heeft bij dit lichaam een
ontwerp voor nieuwe invoertarieven ingediend,
Waarin wordt voorgesteld op gezouten haring
in verpakking van meer dan 30 Amerikaansche
ponden een recht te heffen van 1 dollarcent pei
pond, en in verpakking van niet meer dan 30
ponden een recht van 25 pet. berekend naai de
waarde.
Voor den Nederlandschen export nu is deze
onderscheiding van bijzonder belang. In tegen
stelling toch tot de andere Europeesche landen,
Welke uitsluitend heele vaten haring exporteeren
75
Fidelia ontstelde hevig en haar verschrikt
gelaat verried den sluwen schermmeester dat
zijn stoot raak was.
„Hij is gisteren hier geweest," ging Bland
voort. Ik wist het toen ik dien aristocraat
Robert Granton, de hand zag uitsteken om de
Uwe te vatten. Ik zag den droevig smeekenden
blik waarmede hij op u toetrad en hoe gijpachter
uitweekt, en ik zag ook den blik van verwonde-
rig in de oogen van Lady Scardale. Toen ging
er een licht voor mij op. Ik had reeds vage ver
moedens, maar dit was een openbaring! De
zwager van Lady Scardale, Fidelia, is dus de
man die uw vader doodde Welk een aardig
nieuwtje om haar te vertellen Welk een over
macht geeft mij dit op hem
,,Op hem Hij zou zich daar niets aan laten
gelegen liggen. Hij heeft mij reeds alles gezegd
„Ah, zoo LIeeft hij haar ook alles al ge
zegd
„Het is dus uw streven die lieve goede
Vrouw in uwe macht te krijgen, mijnheer Japhet
Bland
„Neen, haar niet. Aan haar is unj mets
gelegen. Maar door haar, hoop ik u in mijn macht
te krijgen."
zendt Nederland sedert vele jaren, naast eenige
duizenden heele en halve vaten, jaarlijks nog
circa 1 millioen z.g. witbandbaatjes naar de
Vereenigde Staten, daar bekend onder den naam
„whitehoop kegs", die door de zorgvuldige ver
pakking en het typisch Hollandsch karakter
daar te lande, vooral in de westelijke steden, een
zekere reputatie hebben verkregen en dooi
de consumenten zeer vaak worden geprefe
reerd boven iedere andere verpakking.
Deze vaatjes hebben een netto vischgewicht
van ongeveer 4'ƒ2 Kilo, en zij vallen dus onder het
tarief van 25 pet. van dë waarde. Bij een eenigs-
zins normalen haringprijs zal dit invoerrecht
ongeveer 20 dollarcents per vaatje, en dus het
dubbele van het recht, gebaseerd op let. per
pond netto vischgewicht, bedragen, hetgeèn
naar te vreezen staat ten gevolge zou hebben,
dat onze export in kleine verpakkingen zooniet
geheel vernietigd, dan toch zeèr aanmerkelijk
verminderd zal worden.
Zooals reeds gezegd, is geen ander land dan
Holland op den export van gezouten haring in
kleine verpakkingen ingericht en aangewezen,
zoodat uitvoering der in Amerika gekoesterde
Lariefplannen hierop neer zou komen, dat de
haring van Nederlandsche herkomst goeddeels
tweemaal zoo zwaar belast wordt als die uit
andere, concurreerende landen. De heffing van
het zooveel hoogere recht op de kleine verpakking
richt zich dus uitsluitend, en rechtstreeks tegen
den Nederlandsche haringexporthandel naar
Amerika en is practisch voor ons van een gevaar
lijk en hoogst onvriendelijk karakter.
Ook administratief zal een verschillend recht
voor groote en l.leine verpakkingen voor onzen
handel groote bezwaren meebrengen daar de
Amrikaansche koopers hun haring gewoonlijk
in carloadpartijen betrekken, welke bijna steeds
uit een combinatie van heele en halve vaten en
een gedeelte kegs bestaan.
Op de vraag of, bij invoering van deze onge
lijke belasting niet belangrijk meer groot fustuit
Nederland naar de Vereenigde Staten geëxpor
teerd worden, zou ontkennend moeten worden
geantwoord, daar het speciaal bij groot fust is
dat met de vinnige, concurrentie van Engeland,
Schotland en Noorwegen rekening moet worden
gehouden, in welke landen mede door verleenden
regeeringssteun de verzending naar de Vereenig
de Staten sterk bevorderd wordt en is.
Maar zelfs indien de vermindering of vernie
tiging van onze verzending in kleine verpakking
vervangen werd door een gelijkwaardige ver
zending in groot fust, dan nog zou het een ramp
zijn voor het Nederlandsche haringbedrijf. De
vervaardiging toch dezer kegs geeft in den win
termaanden aan honderden kuipers werk de
verpakking van de haring hierin vergt ongelijk
meer arbeidskracht dan in groote vaten, en aan
de verzending als van hier naar Amerika, wordt
bij kleine fust veel meer verdiend dan bij groote
verpakking.
Ook de hoepels, welke voor deze -vaatjes in
zeer groot aantal gebruikt worden, zijn een
Hollandsch prodeuct en vormen een niet onbe
langrijk handelsartikel
Het is duidelijk, dat in het haringbedrijf met
angst 't verloop der zaken aan de overzijde van
den Oceaan wordt gevolgd. Wanneer bij alle
reeds bestaande zwarigheden ook deze bemoei
lijking nog moest komen, wordt werkelijk dit
aloudeNederlandsche bedrijf met volkomen onder
gang bedreigd.
Het is dan ook te hopen, dat het gevaarf als
nog kan worden afgewend en dat met name onze
regeering geen poging ongedaan zal laten om
de Amerikaansche autoriteiten te bewegen af
te zien van dezen, tegen een belangrijken Neder
landschen exporthandelgeruchten uitzonderings
maatregel.
„Vlei u daarmede maar niet," zeide Fi
delia. „Maar laat mij nu voorbij, of ik ver
zeker u dat het slecht met u zal afloopen."
Als Fidelia slechts de twouwe oogen gezien
had, die op ditzelfde oogeblik voor haar raam
stonden, zou zij zeker niet gewanhoopt hebben.
Doch ofschoon zij niet wist dat er hulp nabij
was, bleef zij moed houden en deed zij haai
best hare tegenwoordigheid van geest niet te
verliezen.
„Professor Bostock," zeide zij rustig, „gij
zijt een te fatsoenlijk man om zoo plotseling de
kamer van een meisje binnen te sluipen en haar
te dwingen u aan te hooren. Ik wil niet met u
spreken."
„Wat kunt ge daartegen doen
„Ik zal de deur openen en weggaan of
ik zal schellen totdat er iemand komt
„Altijd als ik u dit toesta."
|,Gij zult mij niet door geweld kunnen weer
houden."
„Zeker zal ik dit," antwoordde hij, verwoed
Maar ik zal u geen kwaad doen, tenzij ge mij
daartoe drijft. Alleen als gij schreeuwt, vermoord
ik u of zeg ik dat ge mij bij u hebt laten ko
men.
Fidelia keerde zich vol verachting van hem
af. „Wie zou dat gelooven zeide zij.
„Ik zal zeggen," sprak hij, „dat ge weet dat
ik Japhet Bland ben en dat gij dit geheim voor
ieder verborgen hebt. En ik zal zeggen dat ik
Uitvoering veewet.
Stbl. No. 78 en 217 bevatten de Kon. besluiten
waarbij maatregelen worden genomen tot bestrij
ding van tuberculose onder het rundvee en
verdere besmettelijke ziekten.
Wij ontleenen er het volgende aan
Aan veefokkers wordt, voor zoover het be
drag van de daarvoor beschikbaar gestelde
irelden zulks toelaat en onder voorwaarde, dat
hunne veestallen aan redelijke hygiënische
1 ischen voldoen, gelegenheid gegeven, met steun
■/an rijkswege de tuberculose onder hun rund
vee te bestrijden.
Met vergunning van den minister, niet de uit
voering van dit besluit belast, en onder door
dezen vast te stellen voorwaarden, kan deze ge
legenheid ook worden, geboden aan andere vee
houders, mits geen handelaren in vee zijnde.
Voorts is bepaald, dat ingeval van afmaking
van vee, dat aangetast is door veepest, long
ziekte, kwaden droes, schaapspokken en honds
dolheid, aan den eigenaar als schadeloosstelling
uitgekeerd wordt 50 en in geval van afma
king van vee, dat aangetast is door mond- en
klauwzeer, 90 van de waarde, welke het vee
in gezonden toestand zou hebben.
De veetelling van 1921.
In de verslagen en mededeelingen van de
Directie van den landbouw komt een beschou
wing voor over de veetelling vn 1921.
Het aantal stuks rundvee heeft vergeleken
met 1910 slechts zeer weinig verandering onder
gaan het is gestegen van 2.026.943 tot 2.062.771
In de weidestreken kan over 't algemeen van
een uitbreiding worden gesproken, terwijl in
de kleistreken, waar de akkerbouw overweegt,
een vermindering valt waar te nemen.
Het aantal paarden is sinds 1910 sterker
toegenomen dan dit met het rundvee het ge
val was het steeg van 327.377 stuks in 1910
tot 363.668 in 1921, dus met 11%.
Het totaal aantal schapen bedroeg in 1921
668.211 stuks tegen 889.036 stuks in 1910. Er
'talt dus een vermindering van 220.825 stuks
of bijna 25 te constateeren.
Het sterkst is deze achteruitgang bij de heide-
schapen, waar de vermindering bijna 43 be
droeg.
Het aantal varkens was in 1921 belangrijk
grooter dan in 1910 het bedroeg 1.519.245
stuks tegen 1.259.844 in het laatst genoemde
jaar; een vermeerdering dus van ruim 20 pet.
Deze toeneming is vooral merkwaardig, daar
gedurende de oorlogsjaren de varkensstapel
zeer sterk was geslonken. In het voorjaar van
1919 telde hij nog slechts 449.829 stuks.
Evenals de varkensstapel had ook de hoen
derstapel zeer veel onder het gebrek aan Voe
der geleden en was daardoor sterk ingekrom
pen. De snelle vermenigvuldigingswijze dezer
dieren heeft er echter zorg voor kunnen dra
gen, dat op het tijdstip, waarop de telling ge
houden werd, de hoenderstapel zich weder bijna
had hersteld. In 1910 bedroeg het totaal aantal
hoenders 9.777.962 stuks en in 1921 9.660.799
stuks.
In 1910 waren op een totaal van 9.777.962
hoenders 3.068.369 kuikens en in 1921 op 9.660.7
hoenders 3.81.7.860 kuikens, zoodat in 1921
de kuikens 39.5 pet. van het aantal hoenders
uitmaakten tegen 31.3 pet. in 1910.
Het aantal korven en kasten met bijen steeg
sinds 1910 van 69.466 tot 93.637.
Gemengd Nieuws.
u ten huwelijk heb gevraagd en dat gij ook dit
geheim hebt gehouden. En ik zal zeggen dat gij
mij hier hedenavond bij u hebt laten komen.
Waarom zouden zij dat niet gelooven?"
„Wij zullen het beproeven," zeide zij verachte
lijk. Laat mij voorbij."
„Waarom zouden wij vijanden zijn zeide
hij. „Ik heb u waanzinnig lief. „Gij moet met
mij trouwen. Ik ben wanhopig
„Neen, ik zal nooit met u trouwen. Ik haat
U Dood mij, als ge wilt, maar vraag mij niet
zulke vreeselijke dingen. Stil, luisterIk hoor
voetstappen. O, Goddank En toen schreeuw
de zij het uit en gilde om hulp.
Een oogenblik een seconde dacht zij dat
hij haar wilde dooden. Zijne oogen vlamden van
hartstocht en hij scheen naar een wapen te zoe
ken. Doch er werd reeds aan de deur geklopt en
hij liet haar los.
Toen vloog zij naar de deur, deed die open
en Lady Scardale en Robert ijlden de kamer in.
„Red mij van dien man," zeide zij, alle zelf
bedwang verliezende.
Robert sprong op Bland toe en gaf hem een
slag, die hem op den grond neer deed smak
ken.
„Pas op Pas op riep Fidelia uit. „Hij zal
u vermoorden."
Robert bleef onbeweeglijk staan en wachtte
den aanval af, doch Bostock kroop langzaam van
den grond op en deed geen poging om zich op
Hulp bij elect, riciteitsongeval-
1 e n. De heer van Gravesteun, Consulent-be
stuurder der Maatschappij tot Redding van
Drenkelingen, schrijft
Enkele dagen geleden las ik in een der groote
dagbladen een uit de „Asahi" overgenomen be
richt, betreffende een werkman, die in een Duit
sche electriciteitscentrale bij een val, een 5000
voltdraad greep, oogenblikkelijk dood bleef
liggen en een half uur later gevonden werd. Men
paste zonder resultaat de gebruikelijke methode
tot opwekking der levensgeesten, waarschijnlijk
de ook in deze zeer waardevolle armbewegin
gen volgens Silvester toe, doch zonder resultaat.
Daarna verrichtte een dokter geruimen tijd tong
trekkingen, die als een nieuwe methode werden
vermeld, en had het geluk het leven weer te
doen terugkeeren.
Allereerst wil ik eraan herinneren, dat deze
methode niet nieuw is, maar door Laborde lan
gen tijd geleden is uitgevonden en, in Frankrijk
vooral, ook bij drenkelingen met goede resul
taten toegepast zeer ten onrechte is de waarde
daarvan vaak miskend en waar ze zelfs met
Silvester te combineeren is, zou ik er bij elec-
triciri itsongevallen ook steeds gaarne van ge
bruik maken.
Prof. Jellineck uit Weenen komt de groote
verdienste toe, er krachtig op gewezen te heb
ben, dat, door den electrischen stroom getroffe
nen nooit of bijna nooit direct dood zijn, maar
schijndood, en dat zoo spoedig mogelijk zaak
kundig toegepaste pogingen tot opwekking der
levensgeesten in zeer vele gevallen den getrof
fene kunnen redden.
De Maatschappij tot Redding van Drenkelin
gen, gevestigd te Amsterdam. Rokin 114, tracht
ook de bij electrische ongevallen te verleenen
hulp meer algemeen bekend te maken, die, be
halve de technische hulp, bestaande in stroom-
afsluiting of op voor helpers en getroffene on
schadelijke wijze verwijderen van den eventueel
nog in contact met den verongelukten zijnden
draad, verder vrij wel geheel met de hulpver
leening aan schijndood drenkelingen' overeen
komt.
Genoemde Maatschappij geeft medaiilles di
ploma's en geldelijke premies aan hen, die
op deskundige wijze met succes aan dergerlijke
schijndooden hulp verleenen en rijkt gratis bro
chures uit, waarin de Verschillende methodes
van redding duidelijk worden beschreven.
Het is eén dringende eisch, dat alle arbeiders
in electriciteitsbedrijven weten, dat een door
den plectrischen stroom getroffene niet dood,
maar schijndood is en dat snelle goede hulp hem
of haar kan redden. Het is van belang, dat
elk mensch dit weet, want ook zeer zwakke
stroomen, zooals die voor huiselijk gebruik van
allerlei aard, kunnen schijndood veroorzaken en
als men niet spoedig ingrijpt treedt de dood in,
die te voorkomen is. Roep dus in die gevallen
snel een geneeskundige, maar begin, na ver
wijdering van draad of stroomafsluiting, di
rect zelf met kunstmatige ademhaling.
Het nieuwe mond- en klauwzeer
middel. De heer van den Berg wiens middel
ter genezing, van vee, lijdende aan mond
en klauwzeer, hier te lande zoo'n algemeene
bestrijding heeft gevonden en nooit aan een
ernstige proef werd onderworpen, heeft meer
succes gehad in Duitschland Daar heeft men hem
in Berlijn de gelegenheid gegeven zijn middel
toe te passen, onder toezicht van dr. Paeppel,
die op wetenschappelijke gronden het middel
als waardeloos had verklaard.
zijn vijand te wreken.
„Ik vecht niet in tegenwoordigheid van vrou
wen," zeide hij.
„Ik heb u anders in de tegenwoordigheid van
vrouwen wel eens iemand zien doodslaan,
zeide Robert Granton. „Herinnert ge u dat
niet
„Robert," zeide Lady Scardale, „houd u
bedaard. Vertel ons alles, Fidelia. Blijf hier,
mijnheer Bostock."
„Neen, ik wil liever gaan," zeide Bland, zijne
oude ijzige koelheid weder hernemende. „Ik
weet niet wat ik hier verder zou moeten doen
„Hoe zijt gij hier gekomen?" vroeg Lady
Scardale, verontwaardigd. „Hoe hebt gij het
gewaagd op zulk een uur hier hmnen te drin-
°tn'wi'j hebben zooveel samen geschermd,"
antwoordde hij, „en ik wilde haar nog een lesje
geven."
Granton maakte een gebaar van ongeduld,
doch Lady Scardale legde hare hand op hert
en hield hem tegen.
Een schermles om elf uur in den avond," zeide
zij, Wat bedoelt u daarmede, mijnheer Bostock."
„Ik wilde juffrouw Locke nog iets anders lee-
ren j ik wilde haar iets mededeelen omtrent
enkele menschen, wat zij behoort te weten,"
zeide Bland, met een grimmigen blik op Gran
ton. „liet was mijn plan niet haar kwaad te
doen." (Wordt vervolgd}
NIEUWE SCHIEDAMSCHE COURANT