DM@BL.AD VOORSCHIEDAM
46ste Jaargang.
Zaterdag 25 Augustus 1923.
No. 13727
Bureau KOEMARKT 4 Telefoon Intercommunaal 85. Postbus 39.
Abonnementen per 3 maanden f 2.per week 15 cent, franco per
post f 2.50 per kwartaal. Afzonderlijke nummers 3 cent.
Advertentiën 15 regels f 1.75 elke regel daarboven 35 cent, 3 maal
plaatsen wordt 2 maal berekend. Ingezonden mededeelingen 79 ct. per regel.
Speciale conditiën voor herhaaldelijk adverteeren. Tarieven worden op aanvraag
toegezonden. Incassokosten worden berekend.
Dit nummer bestaat uit twee bladen
en een Geïllustreerd Zondagsblad.
TWEEDE BLAD
Oranje en JRoocL
De Oranjefeesten, de blijde dagen van her
denking van het 25-jarig regeeringsjubileum van
de Oranje-Vorstin, uit het geslacht, dat reeds
zoovele eeuwen met de nauwste en hechtste ban
den aan het vrije Nederlandsche Volk is verbon
den, zijn van zeer nabij in zicht nog slechts enke
le dagen scheiden onsvan dit heugelijke, grootsche
gebeuren. En al moge de uiterlijke stemming,
gekweld en benauwd door den miserabelen tijd,
dien We thans doormaken, waarin bijna niemand
meer opgewekt en vertrouwvol leeft, aan vrij
heid en blijheid wat missen, innerlijk verheugt
het toch ieder en rechtgeaarden Nederlander,
dat hij zijn Koninginne-jubileum mag mede
vieren en hij hoopt, dat God Haar na Haar
zilveren feest nog een rijke periode van weer
bloeienden volkswelvaart en Weldadige evenwich
tigheid moge doen beleven. Zij niet het minst
zal evenals in de vervlogen 25 jaren, Haar beste
krachten, ziele- en geestesgaven geven, om Haar
geliefde onderdanen de bloeiende wegen van
rust en welvaren weer te helpen bewandelen.
Onmogelijk is 't, hier alle goede woorden en da
den van onze Koningin, reeds voor Haar Volk
gesproken en gewrocht,in herinnering te brengen,
genoeg zij het, te vermelden, dat verreweg de
meeste Nederlandsche burgers dit zelf weten en
waardeeren ook, en dat eveneens tot ver over
onze grenzen de roem van Wilhelmina's beleid
vol bestuur voortleeft. Als een verstandige Sou-
vereine wist Zij zich in alles te gedragen en han
delde Zij met 't juiste inzicht in 't wel en Wee
van haar land nooit zullen allen dit vergeten,
die er trotsch op gaan, deze edele telg vanNeer-
lands roemrijk Vorstenhuis nog in hun midden
te mogen hebben.
Spijtig is het daarom, dat er ook landgenooten
zijn gelukkig een kleine minderheid die er
zoo geheel anders over denken, die in hun uto
pistische ideeën, er maar op los fantaseeren en
schromelijk voorbij zien, dat 't overgroote deel
van 't volk van hun gedoe en gepraat niet ge
diend is en walgt van hun leeg, materialistisch,
socialistisch geharrewar en gefleem. Juist in deze
dagen van voorbereiding op het jubileumfeest,
komen ze met feller driestheid en onbeschaamd
heid nog eens uit den hoek, Vergetend, dat alle
Oranje-gezinden met een minnen lach al hun
gebazel van zich afschuiven en slechts behoeven
te wijzen naar November 1918, toen zonneklaar
is getoond, hoe Nederland wcnscht geregeerd
te worden toen 't rood moest wijken voor 't
oranje, hoe veel scheller zijn kleur dan ook is.
De „Voorwaarts" het roode schimpblad bij
uitnemendheid, gaat ook in deze roode actie
tegen ons regeeringshoofd natuurlijk weer voor
aan. Het blad betitelt de jubileumfeesten als
arm, hol, ijdel, voos, gespeend aan elke bezielende
gedachte en nog eene reeks van dergelijke klan
ken volgen er, bijzonder geschikt om de hol- en
leegheid van hun eigen gewauwel aan te duiden.
't Durft zich ook te verstouten, het prachtige
Gedenkboek 18981923, waarvoor een lange
rij van de meest vooraanstaande personen bij
dragen hebben geleverd, met zijn ongure critiek
te bezwadderen, terwijl het dom over 't hoofd
ziet, de onlogische handelwijze van de beide
roode leiders Troelstra en Schaper, die er voor
bedankt hebben, èen artikel voor hetGedenkboek
te schrijven, maar Wel hun portret er in hebben
laten afdrukken.Hoe beteuterd moet een socialis
tische niet-leider kijken, wanneer hij hier weer
eens de schrille tegenstelling verneemt die er
zoo dikwijls tusschen woorden en daden van zijn
leiders valt te constateeren.
Och, laten de socialisten tenslotte zooveel
schelden en schimpen als ze willen, 't. blijven
woorden, die niets bewijzen en niet de kracht
hebben tot daden te inspireeren en zeker ons,
verdedigers en eerbicdigers van het wettig Oran-
je-gezag, er niet zullen afbrengen; onze hoogge
achte Koningin met haar jubileum op waardige
yijze te huldigen.
Binnenland.
Een schoone lei.
De „Rsb." en „De Maasbode" meenen, dat,
wanneer het stelsel van het rapport Barge wordt
aanvaard en de Verkiegingsraad er komt, er een
schoone lei moet worden gemaakt.
Alle aftredende candidaten dienen dan hun
mandaat ter beschikking te stellen van den
erkiezingsraad, die dan vrij en onafhankelijk
^un iets zal hebben te beoordeelen, Welke af-
1 et enden voor een nieuwe candidatuur in aan
merking komen.
1 "Dagblad v. N.-Brabant" komt in een
artikel, getiteld „Schoonschip", eenzelfde
VoCg®g verdedigen. Het blad motiveert dit als
aer'*S £ernakke]ijk omdat immers, zoo wordt
s er>eerd, zittende leden, zoo zij al niet hunne
het'ren kben verdiend, toch in ieder geval in
staa^^n6' '00Pen> 9* m het traditioneels ,,rij"-ke
n> dat zij een streepje voor hebben.
Het is ook geheel overeenkomstig de onder
vinding, dat gekozenen, als zij eenmaal in het
zadel gezeten zijn, daar zelfs bij verkiezingen heel
moeilijk zijn uit te wippen. Niemand zal het
overigens kwalijk willen nemen, dat bekleeders
van plaatsen der eere, hun posten vóór alles
gaarne behouden willen, al kan uit dien hoofde op
geen enkel geschreven recht aanspraak worden
gemaakt.
Feit is, dat tot nu toe enkel nieuwe verkiezin
gen een klein kansje boden om liever niet meer
gewilde vertegenwoordigers kwijt te geraken.
Tusschentijds is daar heelemaal geen kijk op, wat
met het geval-Michielsen frappant is geïllustreerd
Het blad wijst dan nog eens op het geval
Michielsen en dat van Wintermans, die onze
Katholieke Staatspartij door hun houding in
opspraak brachten, en vervolgt dan
Het is Weinig haitverheffend en een des te
grooter grief, omdat het hier katholieke kamer
leden betreft, dat nog geenszins zeggen wil, dat
dergelijke staaltjes hierbij zouden moeten worden
bepaald.
Hoe het zij, het mag een spoorslag wezen
om middelen te beramen, waardoor met meer
kans dan tot nu toe schoonschip kan worden
gemaakt.
Het Rapport-Barge, met als een der hoofd
moten de Verkiezingsfaad ligt er nog steeds.
Wat van dit alles worden gaat, dient te worden
afgewacht. Maar ei zou al een stap verder worden
genomen, wanneer bij de candidaatstelling onder
een nieuw regime kon worden verkregen, dat de
kicsvercenigingen en de kiezers, met mede
werking van den Verkiezingsraad, of hoe het
zijn zal, met een blanco lijst kon beginnen.
Practisch is dat zeer zeker nu ook zoo. Maar,
er zijn al teveel invloeden, die aan het zittend
college een bevoorrechting toekennen, waar
onderuil dient te Worden geraakt. Verdienste
lijke kamerleden zullen er toch wel weer komen
en wat er erder rond cn aanhangt, ook in het
licht' van opgedane ondefvindifig, zal ge
makkelijker van de baan worden geschoven.
Het is misschien nog AVel vroeg, zegt de „Rsb.",
om nu al over voorbereidende verkiezingsmaat
regelen te spreken. Maar het is toch niet over
bodig om te voren reeds vast te stellen, hoe die
Verkiezingsraad eventueel moet werken, opdat
de verkiezingstroebelen, die anders natuurlijk
weer zullen voorkomen, bijtijds uit den weg
kunnen Worden geruimd.
Dit zou reeds een groot voordeel zijn voor het
stelsel-Barge, dat nog heel wat pro-argumenten
gebruiken kan.
Een streep er onder. En dan beginnen met een
schoone lei. Dat is noodig en in hooge mate ge-
wenscht.
Hoe het P. en T. personeel bezuiniging wil
bereiken.
Bij beschikking van den directeur-generaal
der Posterijen en Telegrafie van 12 Jan. '22 werd
ingesteld een commissie om rapport uit te bren
gen over de door het personeel ingezonden voor
stellen, welke zouden kunnen leiden tot even-
tueele vermeerdering van inkomsten of ver
mindering van uitgaven van het staatsbedrijf
van de Posterijen, Telegrafie en Telefonie. Voor
zitter dezer commissie was hoofdinspecteur J.
M. v. d. Poel.
Aan het verslag dezer commissie, dat thans
verschenen is, ontleenen we
Niet minder dan 2873 voorstellen, betrekking
hebbende op ruim 700 onderwerpen, Werden
ingezonden door de ambtenaren. Verscheiden
der ontwikkelde denkbeelden hebben inderdaad
aanleiding gegeven tot meer of minder belang
rijke wijzigingen in de uitvoering van den dienst
Welke ongetwijfeld het geheele bedrijf ten goede
zullen komen.
Van vele zijden Werd op beperking van de
statistieken aangedrongen. Ook ten opzichte van
de comptabele administratie was men van oordeel
dat aanzienlijke beperking mogelijk zou zijn.
Ten opzichte van de tarieven waren de mee
ningen zeer verdeeld, aangezien het aantal amb
tenaren, dat voor verhooging pleitte, even groot
was als dat, hetwelk aandrong op verlaging.
Na al hetgeen evenwel den laatsten tijd over
de tarieven is geschreven behoeft zeker niet in
dezen tijd van malaise aan verhooging te worden
gedacht. De commissie heeft gemeend zich ten
opzichte van verlaging van advies te moeten
onthouden. Verlaging der tarieven zal Wel is waar
het gebruik doen vermeerderen, doch dit zal
zonder twijfel vrij spoedig tot verhooging van de
exploitatie-uitgaven leiden.
Het heeft de commissie bijzonder getroffen, dat
de administratie nog steeds verschillende extra
werkzaamheden moet verrichten zonder dat
eenige betaling daar tegenover staat. Als voor
beeld dienehet navragen van onvolledige
adressen bij gemeentebesturen, het aanbieden
van pakketten bij den waarborg en het wijzigen
der adressen voor het nazenden van stukken aan
tijdelijke adressen.
Geen enkel particulier bedrijf toch zou er
aan denken om dergelijke Werkzaamheden koste
loos te doen.
De aandacht wordt gevestigd op ondoordachte
verkwisting van materieel, voornamelijk rijks-
formulieren.
Een belangrijk verschijnsel werd waargenomen
bij de behandeling van de voorstellen betreffende
personeelsaangelegenheden. Behalve dat enkele
ambtenaren maatregelen aan de hand hebben
gedaan om tot een betere arbeidsprestatie van
het personeel te geraken, was een groot deel der
Voorstellen gericht op de uitbreiding van de
werktijden, vermindering van verlof, verlaging
van de reis- en verblijfkosten, afschaffing van
yacantiegelden, examengelden, vacantie- en
jubileumtoelagen, toelage voor waarneming van
hoogere functie enz.
Bij de bespreking van de tot de eigenlijke
dienstvoorwaarden behoorende onderwerpen is
de commissie van het standpunt uitgegaan, dat
het over het algemeen niet wenschelijk moet
worden geacht, de dienstvoorwaarden van het
personeel aanmerkelijk slechter te maken,
doch dat het wel aanbeveling verdient, een aan
tal bepalingen, welke ól' geen redelijken grond
van bestaan hebben óf bij de toepassing in de
practijk aanleiding tot onbillijkheden hebben
gegeven, te laten vervallen, aan te vullen of te
wijzigen.
In aanmerking nemende- de gunstige resul
taten, indertijd opgeleverd door het zg. For
matiebureau van het hoofdbestuur, belast met
de controle van de personeelssterkte in de in
spectiën, waardoor de spoedige totstandkoming
van een goeden toestand in overeenstemming
met de gewijzigde omstandigheden zeer werd
bevorderd, heeft de commissie zich de vraag
gesteld, of niet op overeenkomstige wijze ge
handeld zou kunnen worden door het samen
stellen van een soortgelijk bureau voor den
technischen dienst.
Bij het verslag zijn gevoegd eenige bijlagen,
waarin opgenomen de verschillende voorstellen,
gerangschikt naar de diensten, waarop zij be
trekking hebben, een opgave van het aantal
voorstellers, verdeeld naar de verschillende
takken van dienst en statistische opgaven be
treffende het aantal ingekomen voorstellen.
Gemengd Nieuws.
Een gesprek met keizer Wil-
h e 1 m. De heer A. Prell, hoofdredacteur van de
„Deutsche Wochenzeitung für die Niederlande",
heeft te Doorn gesproken met keizer Wilhelm en
zijn gemalin. Eerst met deze. Zij vertelde, dat ze
in September weer naar haar landgoed Saabor in
Silezië gaat ter wille van haar kinderen. Zij
sprak vervolgens met opgewektheid over haar
leven te Doorn» over den levendigen geest van
haar echtgenoot enz. Bezoek ontvangt hij gaarne,
zeide zij. Bij zulke gelegenheden ging zij Voort
heb ik mij steeds veiwonderd over de groote
talenkennis, de belezenheid, de vriendelijkheid en
den takt der Hollandsche dames en heeren. Vroe
ger waren zij mij als terughoudend, vormelijk cn
stijf beschreven. Maar ik vond hier Werkelijk het
•tegendeel.Het bevalt mij hier dan ook uitstekend
en u zoudt mij een genoegen doen, wanneer u uw
collega's zoudt willen medcdeclen, dat ik mijn
man hier niet lang alleen zal laten.
Vervolgens sprak de heer Prell met keizer
Wilhelm. Hij zag er vertelt de schrijver
zeer gezond uit. Geen spoor van den uit ver
schillende foto's bekenden strengen blik. Lachend
dreigde hij met de vuist en zeide „Wanneer u
mij over de politiek wilt uithooren, dan zit er wat
op
„Dat zal Wel onvermijdelijk zijn, gezien de
geruchten over samenzweringen, nachtelijke
bezoeken
„Ja, ja, u hebt gelijk, daar heb ik natuurlijk
van gelezen. Maar wie kan mij kwalijk nemen
dat ik mijn kinderen op bezoek ontvang Gunt
men den kroonprins dan niet, dat hij zoo nu en
dan zijn eenzaam eiland verlaat om hier wat
Verstrooiing te zoeken Dat hij in den laatsten
tijd bezoeken heeft ontvangen, is waar. Iemand,
dien hij nog van vroeger kende, graaf Rotenburg,
legde met zijn jacht aan den oever aan. Ook
twee stoombooten van een Duitsche Vereen, te
Rotterdam deden dat.
Wat die heeren daar hebben samengezworen
kan ik niet beoordeelen. Ifi ieder geval moet het
er verschrikkelijk nauw geweest zijn, toen die
paar honderd dames en heeren in de pastorie aan
het conspireeren waren. En dan (met komieke
ontsteltenis) vindt u het niet merkwaardig, dat
men altijd kletspraatjes houdt over jonkers die
den kroonprins per stoomboot of luchtschip
willen ontvoeren Hij praat daar op Wieringen
toch dikwijls met de bemanning van Duitsche
sleepbooten uit Emden, wascheclite socialisten
en anarchisten. Maar ik heb nog nooit gelezen,
dat deze lieden een poging hebben gedaan om
hem op hun sleepbooten mede te nemen.
Het bericht, dat de kroonprins Cacilienhof
verkocht heeft, is gelogen.
Mijn zoon Eitcl is ook verscheidene malen hier
geweest. Ook is waar, dat dr. Helfferich en boven
dien nog eenige professoren mij hebben bezocht-
Geestelijken en kunstenaars, die mij wenschen te
spreken, heb ik gaarne ontvangen. Is het dan een
misdaad, wanneer ik met zulke lieden den toe
stand in Duitschland bespreek Wil men mij
dan ten slotte ook nog het recht benemen mij te
interesseeren voor wat er in Duitschland ge
schiedt
Doorn is een glazen kastje, waar ieder naar
binnen kan kijken. Wie er komt. en gaat, wordt
bekend. Daarom ben ik verbaasd, dat men hier
ook Stinnes heeft willen zien. Ik ken mijnheer
Stinnes niet persoonlijk. Van bekenden heb ik
gehoord, dat liij zich voor politiek slechts matig
kan interesseeren. Of hij een vriend of een tegen
stander van mij is, weet ik werkelijk niet.
Werkelijk ben ik met mijn vrouw in Noordwijk
geweest, natuurlijk met toestemming der Neder
landsche regeering. We hebben graaf Bentinck
bezocht en Ilsemann, die op het oogenblik aan
geelzucht lijdt.
Tennis heb ik er niet gespeeld en dus er ook
geen prijs gewonnen.
Dat zijn zoo van die kleine verdachtmakingen,
die eigenlijk niet waard zijn besprokente worden.
Eigenlijk zou ik hier een heel persbureau kunnen
inrichten om alle kletspraatjes tegen te spreken.
Maar dat zou zonde van het geld zijn.
Het is opmerkelijk, dat juist in den laatsten
tijd de aanvallen tegen mijn persoon en tegen den
kroonprins zoo veelvuldig worden en dat het
aantal in Doorn en omgeving rondloopende
buitenlandsche journalisten zoo sterk toeneemt.
Kort geleden ga ik met mijn vrouw in Doorn
wandelen, toen er een Engelsch sprekende dame,
lang en dun als een boonestaak, op mij toekomt,
haar potlood te voorschijn haalt en mij vraagt
„Bent u de keizer Toen ik haar vraag be
vestigend had beantwoord, zeide zij „Ik zou
graag uw oordeel over de royalistische beweging
weten." Dat was mij toch wel te sterk. Ik ant
woordde haar clan ook „Ik woon in Doorn en
wil rust hebben, mijn naam is Wilhelm en ik weet
van niets."
Welke geruchten over een samenzWeung deze
dame uit die woorden heeft samengeWeven, weet
ik niet. Haar blikken verrieden echter niets
goeds.
Mijn vraag besluit de heer Prell of hij
met het schrijven van een bock bezig was, be
antwoordde de keizer ontkennend. Hij leest veel
binnenlandsche en buitenlandsche kranten, voor
ziet artikels, die hem belang inboezemen, van
aanteekeningen en praat er over met zijn om
geving.
Nog sprak de keizer ten slotte over de aan
gename betrekkingen, die hij met verscheidene
Hollandsche families onderhoudt en over het
welwillende optreden der bevolking in de buurt
van Doorn.
Kerkelijke statistiek. „Kipa" pu-
pliceert in haar jongste mededeelingen een inte
ressante statistiek over het aantal arbeiders en
arbeidsters in den Wijngaard des Heeren.
Volgens dit bureau zijn er momenteel 1650
bisschoppen en 300 missie-bisschoppen, 300.000
priesters, 10.000 Europeesche en' Amerikaan-
sche missionarissen, 5.000 inlandsche missie
priesters, 5.000 missie-broeders en 30.000 mis
siezusters.
In de verschillende missies arbeidden aan de
bekeering der heidenen in het jaar 1922 2549
Franciscanen, 1879 Jezuicten, 1180 missiona
rissen van Parijs, 1058 Capucijnen, 650 Laza
risten, 575 Redemptoristen, 573 Paters van
den H. Geest, 538 Augustijnen-Recollecten, 505
Witte Paters, 500 Dominicanen, 440 Oblaten,
407 Salesianen, 400 Ma risten, 266 missona-
rissen van het LI. Hart, 246 missionarissen
van Steijl, 165 Benedictijnen, 130 missiona
rissen van Milaan, 130 Augustijnen-Heremie
ten, 110 Conventueelen, 110 Carmlieten en
Assumptionisten, 75 Passionisten en nog tien
tallen leden uit kleinere congregaties.
Jan-S tv en-huishouding. In den
staat Georgië (V. St.) is de driestheid van allerlei
benden, die op eigen houtje „de wet handhaven"
door overtreders uit hun huis te halen en af te
ranselen, heel erg. Het schijnt dat zulke ben
de van oordeel zijn dat de autoriteiten hun plicht
niet met voldoenden ijver nakomen. Zoo is er een
bende die 't voorzien heeft op de dranksmokke
laars, een andere, die klopjachten houdt op
lieden die hun gezin verwaarloozen, een derde die
lieden mishandelt omdat zij zich niet houden aan
de plaatselijke gewoonten en gebruiken en ten
slotte een vierde bende die negers afranselt of
lyncht, waarbij de werkelijk heel gemakkelijke
redeneering wrordt gevolgd, dat indien zulke ne
gers schuldig zijn, zij de straf hebben verdiend, en
indien zij onschuldig waren, het toch altijd „een
waarschuwing" is voor de overige kleurlingen.
De ruwheid en wanorde in den staat zijn door
een en ander van zóó groote ergelijkheid en on
duldbaarheid geworden, dat de staatsregeering
gaat ingrijpen. De gouverneur van den staat,
Walker, heeft, in overleg met den bevelhebberder
staatsgroepen, generaal Cox, de g. wapende macht
in beweging gezet; en er zijn al drie mannen het
zijn broers gepakt, die betrapt werden op
het afranselen van een neger.
Men heeft het echter nog niet noodig geacht
den staat van beleg af te kondigen.
NIEUWE SCHIEDAMSCHE COURANT