Wij kunnen zeggen dat thans de bevolkings
administratie goed is, maar mocht de noodige
controle gaan ontbreken, dan zou langzamer
hand weder een toestand ontstaan, welke voor
alle diensten, die op het bevolkingsregister zijn
aangewezen en dat zijn er vele onhoudbaar
is.
Ook zou met één Controleur niet kunnen
worden voldaan aan de bepaling van art,. 13,
2e lid van het Koninklijk besluit van 12 Decem
ber 1922, Staatsblad 670, dat een controle vor
dert van minstens eenmaal per jaar.
Wij meenen daarom, dat op dezen post, niet
kan worden bezuinigd, wel willen wij trachten
in de vacature te voorzien door daarmede iemand
te belasten, die in een andere tak van dienst
kan worden gemist.
Voïgn. 11. Jaarwedde van den Ge
meente-accountant en het p e r-
s o n e e 1 b ij den nccöuntants-
diens t.
Waar bij de invoering der nieuwe begrootings-
en rekenings voorschriften weder werk van den
Gemeente-Accountant naar Afdeeling Finan
ciën zou moeten overgaan, hebben wij gemeend
tot dergelijken teruggang niet te moeten over
gaan, doch integendeel bij deze gelegenheid de
lijn reeds gedeeltelijk getrokken, door te trek
ken, door de financieele aangelegenheden bij
het Accountantskantoor bijeen te brengen,
terwijl dan Afd. C. zou worden de Afdeeling
voor onderwijszaken, pensioenen, traktementen,
personeelsaangelegenheden, subsidiën enz.
Dit bracht mede, dat personeel van Afd. C.
naar den Accountant overging, waardoor de
heer Kleijn, gewezen ambtenaar ten kantore
van den Gemeente-Ontvanger, die dus steeds
met financieele werkzaamheden belast was
geweest, destijds de aangewezen persoon was.
Bij Int verlaten door den heer Kleijn van het
kantoor van den Gemeente-Ontvanger om als
Chef van Afd. C. op te treden, was echter den
Gemeente-Ontvanger toegezegd, dat de heer
Kleijn als zijn waarnemer zou worden aange
wezen. Toen de heer Kleijn overging naar het
Accountantskantoor werd dit bevestigd. De
300.die hij te voren als chef ontving, zou hij
nu voortaan als zoodanig ontvangen.
Wij meenen, dat door deze reorganisatie,
waardoor versnippering van krachten wordt
voorkomen weder een besparing van werk is
verkregen.
Van een overcompleet van ambtenaren bij
dezen dienst kan geen sprake zijn.
Wij achten voor een bezuinigingsinspectenr,
die in de groote gemeenten reden van bestaan
kan hebben, in 'n gemeente van den omvang als
onze geen plaats.
Volgn. 12. Kosten van de klee
ding en uitrusting van de boden
en de bevolkingscontroleurs.
Evenals op een gelijke vraag bij de begrooting
van het loopende jaar mogen- wij er op wijzen,
dat aan de boden niet aan de bevolkings
controleurs reeds jaren ambtskleeding wordt
verschaft en dat het ons blijft voorkomen, dat
daarvoor alle reden is.
Volgn. 13. S c h r ij f 1 o o n e n.
Het zal steeds voorkomen, dat voor uitge
breide werkzaamheden veelal als gevolg van
nieuwe wettelijke maatregelen, die in korten
tijd het opmaken van vele stukken eischen, bijv.
destijds het opmaken der leerplichtskaarten,
het opmaken van nieuwe pensioenkaarten en
het doen van pensioenopgaven, de werkzaam
heden voor de volkstelling, die voor de ver
kiezingen en dergelijke, bijzondere maatregelen
worden genomen, daar het gewone personeel
daarop niet is berekend.
Er bestaat geen bezwaar dezen post tot het
bedrag van 150.terug te brengen.
Volgn. 15. Druk en bindwerk.
Deze post kan al dadelijk, afgezien van de
nieuwe werkwijze, met ƒ5000.worden ver
laagd. Al stellen wij ons voor, dat de nieuwe
werkwijze die tevens een zeer noodige ver
betering in den dienst zal brengen belang
rijke besparing zal ^opleveren, durven wij het
bedrag daarvan niet te ramen.
Wij stellen den Raad dus voor zich voorhands
tot de verlaging van 5000.te bepalen.
Volgn. 17. Onderhouden en
schoonhouden van het gebouw
of vertrek, bestemd.voor de ver
gadering van den Raad en van
Burgemeester en Wethouder sen
voor de secretarie der Gemeen
te.'
De kosten van schoonhouden kunnen niet
worden verminderd.
Wat de kosten van onderhoud betreft, moeten
wij opmerken, dat, vergeleken met dc loopende
begrooting, al reeds flink bezuinigd is. Het uit
getrokken bedrag ad 2000.nog verder te
verminderen, lijkt ons niet mogelijk.
Volgn. 18. Onderhoud e"n aankoop
van meubelen voor die gebouwe n
of vertrekken.
Wij merken op, dat deze post blijkens ons
aanvnllingsvoorstel voor behoorlijke afwerking
der verbouwing met 1060.— moet worden
verhoogd.
Wij meenen, dat deze aanvraag slechts het
allernoodzakelijkste bevat. Het behang van de
vioegere secretariskamer, thans commissieka
mer dat meer dan 20 jaren hangt, is reeds jaren
in slechten toestand, doch thans na de verande-
ïingen is het in geen geval meer te handhaven.
Ook overigens zal men niet anders kunnen
zeggen clan, dab aan het onderhoud van hel
raa,iuuis zeer weinig pleegt te worden ten koste
gelegd. ÏLt uitgetrokken bedrag kan dan ook
onmogelijk worden verminderd.
Volgnummer 22. Kosten van aan
plakken en omroepen.
Voorloopig wordt een proef genomen met het
doen verrichten van de werkzaamheden voor
het aanplakken door een werkman bij den dienst
der Gemeentewerken. Ook over verpachting is
gedacht. Gaarne zouden wij echter eerst dc re
sultaten van den proef willen afwachten.
Volgnummer 23. Kosten wegens
het plaatsen 'van advattentiin.
Wij hebben geen bezwaar tegen de gevraagde
vermindering van 200.
Volgnummer 28. Kosten van de
Commissie voor georganis'eerd
overleg.
Deze post kan met 200..wordenverminderd
en alzoo worden gebracht op 300.in ver
band met de aanschaffing van de nieuwe cyclo
style, waarop voortaan de notulen dier Commis
sie zullen worden afgedrukt
Volgnummer 29. Kosten voor het
opmaken der notulen van den
gemeenteraad.
Het zal toch niet de bedoeling zijn, de verla
ging van het salaris van den verslaggever te
beschouwen buiten verband met een algemeene
loonsverlaging.
Volgnummer 35. Contributie voor
het lidmaatschap der vereeni-
ging van Nederlandse he gemeen-
t e n.
Op de vraag van enkele leden kunnen wij vol
staan met het antwoord, dat deze Vereeniging
als de algemeene organisatie van de gemeenten
is te beschouwen, waarin zoo goed als alle ge
meenten zijn vereenigd. Door haar wordt zeer
veel in het belang der gemeenten gedaan.
Volgnummer 45. Pensionneering
van wethouders.
Ons bepalende tot de toekomstige Wethou
ders willen wij opmerken, dat bezwaarlijk een
andere regeling zai worden gevonden, daar de
regelingen algemeen in den lande op den zelf
den voet zijn geschoeid. Wel is waar wijkt de
nieuwe Zaandamsche regeling daarvan af, doch
waar deze enkel een uitgesteld pensioen in uit
zicht stelt, kan deze niet anders dan onvolledig
worden genoemd, daar zij geen rekening houdt
met de dadelijk bij het aftreden van den Wet
houder zich voordoende bezwaren, die mede
zijn te beschouwen in verband met de opofferin
gen, die hij zich heeft moeten getroosten om het
Wethouderschap te kunnen waarnemen.
Volgnummer 59. K-I eeding en uit
rusting der politiedienaars cn
veldwachters.
Wat betreft de kleeding van het personeel:
deze werd vroeger aanbesteed onder deSchiedam-
sche kleermakers. De laatste aanbesteding had
plaats in 1915, voor den tijd van 3 jaren, en
daarvoor werd, zooals gewoonlijk, slechts door
2 hier gevestigde kleermakers ingeschreven,
van welke een met de levering werd belast. Na
afloop dier 3-jarige periode kon, met het oog
op de groote schommeling iri de prijzen der stof
fen, niet met aanbesteding worden voortgegaan
en bleef bedoelde leverancier met de levering
der kleeding, waarvoor door de gemeente zelf
de stof werd gekocht, belast. Nu de prijzen der
stoffen weer eenigszins stationair worden, kan
weder een openbare aanbesteding in overweging
worden genomen. Het ligt evenwel voor de hand,
dat niet alle hier gevestigde kleermakers aan de
eischen, die aan een goede uniform kunnen wor
den gesteld, kunnen voldoen. Het maken van een
uniform is een bepaald vak en, zooals gezegd,
werd bij de aanbesteding ook slechts door enkele
kleermakers ingeschreven.
Volgn. 61. Kosten van wachtge-
bouwen en bureaux, alsmede
licht en brandstoffen voor die
lokalen.
Wanneer met de vraag in afdeeling 3, betref
fende het schoonmaken van het hoofdbureau
van Politie, wordt bedoeld, den concierge té
vervangen door een werkvrouw, moet worden
geantwoord, dat dit onmogelijk is. Behalve het
schoonhouden van het gebouw zijn er tal van
werkzaamheden, genoemd behoeft slechts te
worden de zorg voor de arrestanten en de arres-
tantenlokalen, en voor de centrale verwarming,
die onmogelijk door een vrouw kunnen worden
verricht. Bovendien is er voor den concierge,
behalve het schoonhouden, nog zooveel ander
werk, dat deze niet kan worden gemist.
Vergeleken bij de loopende begrooting is op
den post reeds een belangrijke besparing ver
kregen.
Wij moeten in verband hiermede verdere
vermindering ontraden. Werd het nu uitgetrok
ken bedrag verminderd, dan zouden de nood
zakelijke uitgaven niet bestreden kunnen wor
den.
Volgn. 65. Belooning voor twee
deskundigen, belast met het
schouwen van de distilleerke
tels en helmen in de brander ij-
en en distilleerder ij en.
Hierbij moeten wij U weder verwijzen naar
ons vroeger antwoord op een dergelijke vraag,
toen wij opmerkten, dat zoolang distilleerderijen
bestaan, deskundigen noodig blijven. Wij willen
hieraan nog toevoegen, dat niet vergeten mag
worden, dat de titularissen een vaste aanstel
ling hebben en dus bij opheffing hunner betrek
king aanspraak op wachtgeld kunnen maken.
Volgn. 68. Subsidie aan de ver
eeniging „De Schiedamsche Bur
ger w a c h t."
Het Bestuur van de Burgerwacht ziet geen
kans zonder het uitgetrokken bedrag haar .be
grooting sluitende te krijgen.
Wat de afschaffing van deze instelling be
treft, deze zaak werd reeds meer dan eens in
den Raad besproken, zoodat wij naar de toen
gevoerde besprekingen mogen verwijzen. Ons
standpunt is daarbij duidelijk uitgesproken.
Volgn. 70. Subsidie aan politie-
vaksc holen.
In deze zaak heeft dc Raad den 7en Decem
ber 1923 reeds een beslissing genomen.
Volgn. 76. Belooniog en premiën
a a n brandmeesters en b r a n d-
s p u i 11 i e d e n.
De opmerkingen onder volgnummer vinden
haar beantwoording reeds onder de algemeene
beschouwingen.
Volg. 82a. Kosten brandweer
inrichting.
Door een drukfout werd deze post in plaats
van met brandwekkerinrichting met brandweer-
inrichting betiteld.
Bij nadere beschouwing bleek ons het uitge
trokken bedrag ad. f 1460.niet in overeen
stemming met de kosten, berekend naar den
thans bestaanden toestand.
Hierdoor zijn wij genoodzaakt den post tot
1900.te verhooger.
Volgn. 89. T o e 1 a g e aan de gezond
heidscommissie.
Het doen vervallen van dezen post zou in
strijd zijn niet art. 205, letter N der Gemeente
wet, juncto de artt. 11 en 12 der Gezondheids-
w et.
Volgn92. Vergoeding aan de
bouwvereeniging Eendracht"
van de k.o sten van haar badhuis.
Deze zaak maakt een punt van overweging bij
ons College uit. Wordt vnvohjd).
R. K. Vrouwenbond.
De leden van den R.K. Vrouwenbond maken
wij attent op de annonce in dit blad, welke een
vergadering aankondigt op a.s. Donderdagavond.
Hoog water.
Door den N. W. storm 'steeg gisteravond het
water zoo onrustbarend, dat de bewoners van de
huizen aan 't Hoofd, tegen half 12 gewaarschuwd
moesten worden om de vloedplanken uit te zet
ten.
Ouderavond.
De Vereeniging tot Bevordering van Christe
lijk Onderwijs hield gisteren avond voor hare
3 scholen, Oostsingel, Broersvest en Lekstraat,
een ouderavond in den R. K. Volksbond.
Dat deze avonden wel in den geest der ouders
vallen, getuigde weer het groote aantal aan
wezigen. Behalve dat de zaal geheel gevuld was
en menigeen zich met een staanplaats moest
tevreden stellen, keerden sommigen, om deze
reden, bij hunne komst terug.
Nadat Ds. P. Bokma, als voorzitter, de bij
eenkomst geopend had werd aangevangen met,
het afwerken van het programma bestaande
uit het doen van voordrachten, het zingen van
versjes en het verrichten van gymnastische
oefeningen door de kinderen.
Terwijl in de pauze een kop thee met een
versnapering werd rond gediend en de kinderen
een stukje chocolade hadden ontvangen, was de
gelegenheid opengesteld vragen te stellen of
klachten naar voren te brengen.
Te ruim half twaalf sloot Ds. Tonsbeek de
bijeenkomst.
Voor elke plek ven Uw huid
welke ruw is of schrijnt gebruikt men het beste
Purol. In doozen 90, 60 en 30 ct. Bij apoth.
en diogisten. ,7966 6
Gemeenteraad.
Agenda.
1. Voorstel van B. en W. tot vaststelling
van de Regeling van het verhaal van bijdragen
voor pensioen ten aanzien van personeel ver
bonden bij het Openbaar Onderwijs.
Voorgesteld wordt de regeling aldus vast te
stellen
Artikel 1. Van a. het onderwijzend personeel
van den Gemeentelijken Handelsavondcursus
b. het onderwijzend personeel aan de Openba
re Lagere Scholen voor Gewoon Lager- en Uit
gebreid Lager Onderwijs, alsmede de Reserve
onderwijzers, voorzoover de wedden van dit
personeel of een gedeelte daarvan niet door het
Rijk wordep vergoed, waarvoor de Gemeente
Schiedam de bijdragen, bedoeld in art. 36 der
Pensioenwet 1922 verschuldigd is, wordt ver
haal uitgeoefend en wel
a. terzake van het ambtenarenpensioen, ten
bedrage van 3% 's jaars van den pensioens
grondslag of van de gezamenlijke pensioens
grondslagen in een of meer dier betrekkingen
b. terzake van het weduwen- en weezenpen-
sioen, ten bedrage van 5V2% 's jaars van den
pensioensgrondslag of de gezamenlijke pen
sioensgrondslagen in een of meer dier betrek
kingen, met dien verstande, dat, indien die
grondslag of de som dier grondslagen meer be
draagt dan ƒ3000.het zooeven genoemde
percentage berekend wordt over ƒ3000.—.
Artikel 2. Indien een ambtenaar nog andere,
dan de in artikel 1 genoemde, pensioengerech
tigde betrekkingen een bedrag van 3000.
overschrijden, dan beloopt het bedrag, waar
over verhaal voor weduwen- en weezenpensioen
ingévolge artikel 1 plaats vindt, slechts een
zoodanig gedeelte van ƒ3000.als de grond
slag van zijn in artikel 1 genoemde functies
staat tot het totaal der grondslagen van al zijn
pensioengerechtigde betrekkingen.
Artikel 3. Deze regeling wordt geacht te zijn
inwerking getreden den len Januari 1923.
Weth. de Bruin meent scherp stel1 irig
tegen dit voorstel te moeten nemen. Spr. acht
het absoluut onjuist de hier bedoelde personen
als rijksambtenareh te betitelen ook de pen
sioenkorting is niet gerechtvaardigd, daar ze
2Vg jaar later dan de gewone onderwijzers in
salaris zijn gelijk gesteld. Daarom zal weth. tegen
het voorstel stemmen.
De heer C o 11 vindt het onbillijk, ambte
naren en arbeiders zelf hun pensioenbijdragen
te laten betalen. Uit principe zal hij dan ook
tegen het voorstel stemmen.
De heer H ij m a n is het met weth. de Bruin
eens.
De heeren Evers én Kavelaars zul
len thans vóór stemmen, om geen verkeerde
situatie te scheppen tegenover de leeraren van
het buitengewoon Onderwijs, die onlangs ook
hun premievrij pensioen hebben verloren.
Weth. B o d d e s wil tegenover weth. de
Bruin opmerken, dat het wel gerechtvaardigd is,
om ook deze leerkrachten hun pensioenbijdra
gen te laten betalen en of ze wat later zijn gelijk
gesteld, is maar toevallig, dat doet aan de eigen
lijke zaak niets af. Verder blijft weth. bij zijn
bekende meening en wil er verder nu niet meer
op ingaan.
Weth. de Bruin acht het standpunt
van de heeren Evers en Kavelaars niet recht
vaardig. Men moet anders ook het bewaarschool-
personeel laten betalen.
De heer Kavelaars zegt de vorige maal
(bij de buitengewone onderwijzers) blanco te
hebben gestemd, omdat bij 't niet wenschelijk
achtte, dergelijke besluiten met terugwerkende
kracht te treffen.
De heer Evers herhaalt, dat hij in dit geval
geen onderscheid met de buitengewone onder
wijzers wil maken.
De heer G o 11 blijft bij zijn principiéele
opvatting.
Weth. B o d d e s wijst de bewering van
weth. de Bruin inzake liet bewaarschoolperso-
neel van de hand, daar deze leerkrachten niet
aan een rijksregeling zijn onderworpen.
't Voorstel van B. en W. wordt hierop met 18
9 st. aangenomen.
Tegen stemmen de heeren Dinkelaar, Korpel
de Bruin, Collé, Kramer Freher, v. d. Hoek,
Hijm n, J. M. van Pelt en Mevr. KoetenOoms.
2. Voorstel van B. en W. om
lo. aan de Buitengewone School voor Zwak
zinnigen een z.g. bezinkingsklasse te verbinden
2o. deze klasse onder te brengen in het ge
bouw der Buitengewone School aan de Gedemp
te Baansloot.
De heer Kavelaars vraagt, of ook doof
stommen enz. op deze klasse plaats kurmen
vinden.
Weth. de Bruin: alleen zwakzinnigen.
't Voorstel wordt z.h.s. aangenomen.
3. Voorstel van B. en W. om hun College
machtiging te verleenen tot ingebrnikgeving
van lokalen van openbare scholen en andere
gemeentegebouwen, en van sportterreinen, als
mede tot het geven van staanplaatsen op de
openbare straat en terreinen van de Gemeente
voor comsumptietenten en daarvoor in aan
merking komende inrichtingen van vermaak.
De heer B r o u n t s dringt er op aan, dat
geen venters van buiten de stad hier toegelaten
worden.
De voorzitter: enkel zijn hier bedoeld,
wafelkramen en eenige spelen van vermaak.
Weth. B o d d e s wil juist de beslissing
over de vermakelijkheden aan den raad over
laten.
De heer v. Noordennen sluit zich hierbij
aan.
De heer Collé vindt het onmogelijk, al d;e
beslissingen aan den Raad over te laten, maar
B. en W. moeten niet meer zoo doen als dezen
zomer, toen ze voor niets de Oranje Ver. terrei
nen afstonden.
De voorzitter zegt rekening te moeten
houden met de gemengde bevolking der gemeen
te.
Weth. v. V e 1 z e n meent, dat op 't punt
van vermakelijkheden 't College steeds sober is
geweest en begrijpt niet, dat deze zaak beter
door den raad zon kunnen worden beoordeeld
dan door het College in zijn huidige samenstel
ling. Men kan toch ook niet voor ieder spel een
raadszitting houden.
De heer L. v. P elt wil uit het voorstel van
B. en W. over 't punt vermakelijkheden apart
stemmen.
De heeren Boddeüs en v. d. Kraan
vereenigen zich hiermee.
De heer v. d. Valk gaat met't voorstel van
B. en W. mee, hij is niet tegen gepaste vroolijk-
heid. Alleen in bijzondere gevallen zou hij den
raad willen laten beslissen.
Weth. v. V e 1 z e n is niet tegen de splitsing
van het voorstel, zooals den heer v. Pelt dat wil.
De heer Kavelaars is er om rechts
gronden wel voor te vinden.
't Voorstel van v. Pelt wordt echter met 13
tegen 14 st. verworpen en hiermee -is 't voorstel
van 't College aangenomen.
Voor stemmen de heeren Ingelse, Kavelaars,
Boddeüs, L. v. Pelt, v. d. Kraan, Slavenburg,
Evers, Scheffers, v. Velzen, v. Noordennen,
v. d. Most, v. d. Tempel, Brounts, Swartjes.
Gemeentcbegrooting 1924.
Algemeene beschouwingen.
De heer Dinkelaar begint de debattem
en wil er allereerst op wijzen, dat de door B. en
W. aangegeven basis in de begrooting niet in
den smaak van de S.D.A.P. valt, daar die koers
van B. en W. vol reactie is en alles weer wil
afbreken, wat sinds 1914 tot stand is gebracht.
De vraag rijst echter, of de nieuwe raad B. en
W. zal volgen en dat acht spr. niet mogelijk,
dat heeft trouwens nog pas de uitslag der ver
kiezingen bewezen, die o.a. bij de rechtsche
fracties verschillende arbeiders in den nieuwen,
raad hebben gebracht dat pleit er dus wel
voor, dat men den democratischen weg op wil.
Zonden nu die arbeiders niét met de andere
democraten meegaan, dan vreest spr., dat bin
nenkort* Schiedam een van de meest conserva
tieve gemeenten zal zijn. En toch schijnt het
dien kant al op te gaan, gezien het feit nog van
onlangs, dat twee rechtsche arbeiders tegen de
door de S.D.A.P. voorgestelde verhooging der
reducties op de cokesprijzen stemden. Ook het
rapport der C. H. fractie bevat vele dingen,
waarin men reactionnair nog verder wil gaan
dan B. en W., b.v. bezuinigen op bewaarschool-
onderwijs, opheffing huurcommissie enz. Spr.
meent dan ook, dat bij die leden er veel te veel
de schrik is ingeslagen en men wat den slechte^