DAGBLAD VOOR SCHIEDAM EN OMSTREKEN*
DITJES EN DATJES.
"tweede blad.
47ste Jaargang.
Zaterdag il October 1924.
No. 14071
BureauKOEMARKT 4. Telefoon Intereommunaal 85 Postbus 39
Abonnementen per 3 maanden 2.70, per week 20 cent, franco per
post ƒ3.— per kwartaal. Afzonderlijke nummers 4 cent. Zalerdagavondnummer
met Officieel Kcrkbericht 10 ets.
Advertentie n: 1—5 regels 1.75 elke regel daarboven 35 cent, 3 maal
plaatsen wordt 2 maal berekend. Ingezonden mededeelingen 75 ct. per regel.
Speciale conditiën voor herhaaldelijk adverteeren. Tarieven worden op aanvraag
toegezonden. Incassokosten worden be ekend.
(jratis-Onncvallenverzekering f hÜÖbij levensloze gehcele invaliditeitf 20U bij verlies van een hand, voet oï oogf 200 bij dood 200 bij verlies van«êl
verlies van een wijsvinger; 115 bij verlies van eikenjmderen vinger. De verzekering wordt gewaarborgd door ae NHoll.Aigem. Verz.bsnk Schiedam
Dit nummer bestaat uit twee bladen
Binnenland,
Voor- en achteruitgang
Het „Gentrum" schrijft
„De invloed der Katholieke partij is in de
laatste tientallen jaren in ons land belangrijk
toegenomen. De waardeering onder anders
denkenden is gestegen en met vreugde con-
stateeren wij, dat de bekwaamheden onzer
groote mannen ook aan de overzijde erkend
worden.
En toch is voor den aandaehtigen beschou
wer" onze toekomst niet enkel rozengeur en
maneschijn.
Daar zijn in onze partij innerlijk nog zwakke
plekken.
Wie constateert niet met schrik, vooral in
onze groote steden, het toenemend getal ge
mengde huwelijken Wie slaat niet met angst
gade de verregaande onverschilligheid omtrent
godsdienstige, sociale en politieke vraagstukken
bij onze jongeren Hoe geheel anders is dat dan
twintig dertig jaar geleden
Welke funeste invloed wordt uitgeoefend
door fiets, voetbal en bioscoop
Daar zal een krachtige actie noodig zijn om
dit kwaad te keeren.
Daar zal de onverdroten arbeid onzerpriesters
te kort schieten.
Daar zal de pers met krachtige hand moeten
steunen.
We moeten onze Roomsche bladen in alle
Roomsche gezinnen brengen.
In die gezinnen, waar de neutrale en socialisti
sche pers hare verwoestingen aanricht in de
eerste plaats.
Waar geregeld een Roomsche courant in
huis komt, zal het gemengde huwelijk een zeld
zaamheid zijn.
Wie geregeld een Roomsche krant leest, zal
zich niet gemakkelijk bij een neutrale of socialis
tische vereeniging aansluiten.
Wie Roomsch leest, stemt Roomsch. t Is
een harde en dure plicht, onze Roomsche pers
sterk te maken.
Hebt u wel eens gehoord van de grenzenlooze
offervaardigheid der sociaal-democraten voor
hun pers
Hoe worden de liberale bladen door de groote
banken en handelsondernemingen met reus
achtige advertentiebedragen gesteund
Daarom mogen de Katholieken niet achter
blijven om hun pers, die hunne dierbaaiste
belangen verdedigt, die dag-in, dag-uit voor
de Roomsche belangen opkomt, sterk te maken.
Men kan zoo gemakkelijk steunen bij vrienden
en kennissen, die nog aan t liberale of neutiale
gif verslaafd mochten zijn.
Een kalmeerende stem.
„Het Vaderland," het vooruitstrevende libe
rale blad uit Den Haag, schrijft in een hoofd
artikel onder meer het volgende
„Ten slotte een woord over de te verwachten
„Hetze" tegen Colijn. In zooverre die zal komen,
en ze zal o.i. niet uitblijven, omdat Colijn oj
sluitende begrooting aanstuurde, waarvan het
gevolg was, dat zeer velen een niet lieht te tellen
offer gebracht hebben, veroordeelen wij die bij
voorbaat, en dat zonder eenige reserve. Wij hopen
dan ook, dat wat de vrijzinnigen betreft, alle
oppositie tegen het ministerie in het algemeen
en tegen Colijn in het bijzonder zal beginnen met
de zeer duidelijke uitspraak, dat wie daar ook
gezeten had als Minister van Financiën evenveel
gevoeligheid zou lubben opgewekt als Colijn,
ook al had hij op andere wijze op sluitende be
grooting aangestuurd. Niet mag vergeten worden
/lat toen Wibaut te Amsterdam als wethouder
van Financiën de salarissen der gemeenteamb
tenaren verminderde, hij direct uit eigen partij
het verwijt kreeg te hooren, dat hij niet anders
deed dan Colijn. De strijd kan trouwens niet
loopen over het materieele, omdat iedere staats
man, die zich zijne verantwoordelijkheid bewust
is, er voor moet terugdeinzen den kiezers het
absurde denkbeeld te suggereeren, dat een ander
minister geene zware offers van de Nederland-
sche natie zou hebben moeten vragen."
RotterdamC'est moi.
De sociaaldemocratische raadsfractie te Rot
terdam houdt haar clubvergaderingen ten stad-
huize.
Ietwat zonderling werd dit recht door den
rooden wethouder Heykoop in de raadsver
gadering van de vorige Week geconstrueerd.
Uit den wethouder lij ken mond vloeiden deze
woorden „Die vergadert op mijn kamer. Dal
is mijn recht ze te ontvangen. Het zijn dan mijn
gasten."
Ietwat kritisch aangelegden zouden tegen
deze verdediging heel wat bezwaren kunnen
brengen. Van een bedenkelijke verwarring van
publieke functies en particuliere rechten zou
kunnen worden gewaagd en nog voor menige
andere bedenking Nzou plaats zijn.
Toch zou het verkeerd wezen die kritiek
breed uit te spinnen en de zaak al te hoog op te
vatten.
Immers eene onschuldige zielkundige ver
klaring ligt voor de hand.
Ook Rotterdam heeft zijn Lodewijk XIV.
Wel een kleintje, maar toch een Lodewijkje.
En gelijk Lodewijk XIV de trotsche uitspraak
gaf L'état, c'est moi De staat, dat ben ik,
zoo bedoelde de heer Heykoop met zijn zinrijke
interruptie aan te geven, dat hij zich zoo zeer
de verpersoonlijking van Rotterdam voelde,
dat voor hem gold het „Rotterdam, c'est moi
Rotterdam, dat ben ik."
Rotterdam ben ik, en dus ook het raadhuis
is van mij.
Tegen deze liefhebberij bestaat geen overne-
gend bezwaar als Rotterdam maar niet hoeft te
zeggen „Heykoop c'est moi" „Heykoop, dat
ben ik"
Liturgie.
ACHTTIENDEN ZONDAG NA PINKSTEREN.
Al weder een afstraffing van de Schriftge
leerden vandaag en daarin een heilzame les
voor ons Wat moet de zonde van ongeloof
toch. geweldig beleedigend zijn voor God, dat
ze telkens aanleiding is tot beschaming door
Christus We zien voortdurend zondaren rond
om Hem, zoo zelfs, dat de Phariseeën er een
verwijt van maken „ziet deze gaat om met
zondaars en eet met ben", de Meester stoot
ze niet af, trekt ze veeleer lot zich en beroept
er zich op als op een kenteeken van zijn Messias-
schap. „Ik ben gezonden om te redden wat ver
loren was in Israël en „niet de gezonden hebben
een geneesheer noodig aar de zieken. Ja alle
zonden schijnt Christus te kunnen vergoeilijken
denk aan Magadalena, de overspelige vrouw,
den goeden moordenaar alleen ongeloof is
Hem een gruwel daar tegen trekt Christus
immer te velde, daarvoor kent hij geen veront
schuldiging, omdat het geen zonde van zwak
heid is maar van onwil. Daarin ligt voor ons èen
heilzame les opgesloten Meer nog dan in de
Phariseeën zal in ons de zonde van ongeloof
hatelijk zijn voor God. Zij hoorden Christus
leeraren en moesten het oordeel der menigte
onderschrijven „nooit sprak iemand gelijk deze
Zij zagen zijne wonderwerken en meer dan het
volk moesten zij daarin zien de vervulling der
Godsspraken Zij voelden zijn felle geesel-
striemen en als ze telkens gedwongen werden tot
erkenning „dat ze Hem niet 'aan konden
Dat alles had ze moeten brengen tot de belij
denis van de volksschare dat deze was de gezon
dene Gods, de beloofde Messias. Maar de mid
dagzon-helderheid van zijn wonderwerken was
voor hen niet waar te nemen omdat zij ver
troebeld werden, beneveld door hun afgunst en
nijd, gegroeid uit hun onbedwongen zelfzucht
en hoogmoed. Ziet daar de spiegel, waarin wij
ons zacht kunnen spiegelen Naast al hetboven-
genoemde hebben wij de 20 eeuwen geschiede
nis der kerk, die ons Christus Godheid als t
kon nog duidelijker bewijst Waar zullen wij
verontschuldiging zoeken als ons geloof niet is
als van de schare, belijdend, omdat zij 't erkende,
de Godheid van den Christus. Moeten wij dan
niet de stemming overnemen van den H. Pau-
lus, die dankbaar is wat wij dus nog meer
moeten zijn „om de genade Gods welke ons
is gegeven in Christus Jezus dat wij namelijk
rijk zijn geworden door Hem in alle leer en in
alle kennis. zoodat het ons aan geen enkele
genade ontbreekt." Zeker er kunnen duistere
dagen komen ook voor ons schijnt de zon van
't geloof niet altijd in middaghelderheid, maar
de massa van overtuigingsmateriaal voor ons
gelooven is toch zóó groot, dat bij goeden wil
we die nevelen spoedig hebbn verdreven
Laten we ons verblijden kinderen te zijn der
kerk, die de geloofsschatten des Heeren te be
waren kreeg „ik verheug er mij over dat mij
gezegd wordt Naar het huis des Heeren zullen
we gaan." En in de beloften, die haar gegeven
zijn brengen wij onzen oogenblikkenlijken twij
fel bij God zeiven, biddend „Geef vrede o Heer,
aan die op U hopen, opdat ujv propheten waar
achtig gevonden worden. Met andere woorden
we doen een beroep op 's Heeren eigen belofte
dat Hij ons niet alleen zal laten staan maar steeds
tot onze hulp gereed zal zijn. En in dat vertrou
wen bidden wij „Mogen onze harten, zoo smee-
ken uwe U Heer, geleid worden door de werken
Uwer barmhartigheid omdat wij zonder U,
onmogelijk U kunnen behagen."
Gemengd Nieuws.
Het duurt nog ruim een hall jaar eer de vei-
kiezingen zullen beginnen maar het rommelt
reeds aan den politieken hemelde verschillende
partijen morrelen al zoo nu en dan in hun tuig
huizen om zich uit te rusten voor den komenden
slag. Ik geloof niet dat zelfs de grootste pacifist
iets tegen deze militaire beeldspraak zal hebben,
daar de bedoelde strijd hoogstens het bloed
verhitten en niet zal doen stroomen. Kenners
beweren dat er aan de overzijde voornamelijk
gearbeid wordt aan een tariefwetboeman, met
Welken befaamden kinderschrik ook in 1913 het
kiezersvolk werd bang gemaakt en bedot. Hel
bedrijf van het desrijds zoo ijverige anri-tariefwet-
comité, werd nooit kostelijker aan de kaak ge
steld, dan door een spotprent van van Geldorp,
waarop de anti-tariefheeren, met kunst en vlieg
werk bezig waren, om de tariefwet, terecht voor
gesteld door een prachtig koebeest, te grimeeren
tot een boozen leeuw.
Deze en dergelijke „waarheden als koeien
hebben toen niet mogen baten, want de door
nood vereenigde buitenlandsche fabrikanten en
binnenlandscbe handelaren stonden met zulke
sommen voor de echtheid van het beestje in, dat
Jan Publiek hun gelooven ging, kippevel voor
een looze leeuwenhuid kreeg en onze nationale
welvaart tot op den huidigen dag voor een goed
deel om zeep bracht.
En dit comedie-spel gaat nu weer beginnen.
Zal de goegemeente er weer inloopen Bij
't overwegen van die mogelijkheid, bevangt je
toch waarlijk de vrees, dat wanneer de menschen
zulke kronkels in hun hersenen hebben, „Maas
oord" en soortgelijke inrichtingen binnen kor
ten tijd te klein zullen zijn.
't Is waar, dat er van iedere leugen wat
hangen blijft, maar er moet dan toch al heel
veel gelogen zijn als er op 't laatst zoo'n Londen-
sche mist drijft voor de oogen onzer burgers, dat
het licht der waarheid met geen mogelijkheid
meer hun gezichtsveld kan binnendrin
gen.
De man uit het volk, die zich tegen de tarief-
wet verzet, van een bescherming onzer industrie
dus niets wil weten, moet zonder eenigen twijfel
met blindheid zijn geslagen, of „met een bord
voor den kop loopen" want anders hadden de
ontstellende cijfers die het centraal bureau voor
statistiek mededeelt, hem toch iets moeten
zeggen, van ons hollen naar den economischen
afgrond.
Iedere oultuurstaat tracht naar een uitvoer,
die den invoer boven gaat.
Koning Willem I, dien wij, hoe weinig we
overigens met hem sympathiseeren, gerust
kunnen eeren als een voortreffelijk financier,
zou nooit den Nederlandschen staat uit het
materieele moeras hebben kunnen trekken
indien hij niet in genoemden geest gehandeld
had.
Zijn eerste werk was krachtig bevorderen dei-
nijverheid om ons minder afhankelijk te maken
van het buitenland en het weinige kapitaal wat
in ons verarmd land nog aanwezig was te be
houden en te vermeerderen. Zijn pogingen had
den succes want de handelsbalans was spoedig
in evenwicht. (Vergeten mag natuurlijk niet
worden, dat België daar veel toe bijdroeg).
En nu In de eerste 8 maanden van dit jaar,
overtrof cle invoer in ons land den uitvoer met
bijna 500 millioen gulden voor de overige 4
maanden kan het nadeelig overschot veilig
op 200 millioen gulden geschat worden. In één
K uns I m a I i g e pet r o 1 e u m. Het de
zer dagen vermelde bericht, dat een Fransch
geleerde er in geslaagd is kunstmatige petroleum
te vervaardigen, die volkomen gelijk is aan het
natuurlijke product, heeft in Frankrijk en ook
daarbuiten opzien gebaard. Het opent verre
perspectieven naar een tijd waarin Frankrijk
zich ten aanzien van dit voor industrie en auto
mobilisme allerbelangrijkste artikel onafhanke
lijk van de wereldproductie zal kunnen maken
en zelf net zooveel petroleum zal kunnen maken
als het noodig heeft. Op de tentoonstelling te
Buc van synthetische motor-brandstoffen zijn
welgeslaagde proeven genomSn met, petroleum,
welke uit bruinkool, cokes en water was ver
kregen. De heeren Andry-Bourgeoi3 en Olivier
zijn nog verder gegaan en hebben ontdekt,
dat zij petroleum kunnen maken van bijna
iedere stof, welke koolstof bevat, ook uit dier
lijke en plantaardige oliën, welke worden verhit
in een toestel dat de uitvinders een „catalyseur"
noemen en dat een dikke olie levert, waaruit
de petroleum kan worden gedistilleerd.
Het toestel dat noodig is om kunstmatige
petroleum te vinden is volgens prof. Mailhe,
die naar aanleiding van de merkwaardige vin
ding door de „Intransigeant" geinterviewd
werd, heel eenvoudig en klein van afmeting.
Men zou het overal kunnen opstellen, waai
de noodige grondstoffen voorhanden zijn. Tech
nisch is 't vraagstuk volkomen opgelost, maar
economisch nog niet. Want, al is men er in
geslaagd synthetische petroleum te maken,
waarmede een motor goed en regelmatig heeft
geloopen, een vervaardiging op groote schaal
zou nog te kostbaar worden. Prof. Mailhe heeft
uitgerekend, dat hij, om voor een waarde van
1700 francs petroleum en glycerine te maken,
hij voor 3000 francs plantaardige oliën noodig
zou hebben. Men moet er dus naar streven
goedkoope plantaardige oliën te verkrijgen en
Prof. Mailhe zeide, naar aanleiding daarvan,
dat een oplossing te vinden zou zijn wanneer
men in Fransch West-Afrika, waar het terrein
zich daartoe voortreffelijk leent, uitgestrekte
plantages aanlegde van aardnoten, palmen en
djaraks of „wonderboomen," waariiit de rici
nusolie gewonnen wordt. Een oppervlakte van
250.000 hectaren met diezelfde plantages be
dekt, zou vier millioen hectoliter petroleum
per jaar leveren en een millioen hectoliter smeer
olie. Het zou natuurlijk eenigen lijd moeten
duren voordat men bij de uitvoering Van een
dergelijk plan tot practische resultaten kwam,
maar prof. Mailhe heeft ook al overwogen, dat
voor de vervaardiging van kunstmatige petro
leum eveneens bladgroen gebruikt kan worden
en dat dat in de toekomst het maken van pe
troleum verboden zou kunnen worden aan som
mige industrieën, die spinbare planten noodig
hebben, zooals vlas, alfagras, brem, sparto-gras,
enz., en die vezelige residus opleveren. De syn
thetische petroleum zou dus een bijproduct
kunnen worden van de papierindustrie, van de
jaar tijds dus 700 millioen gulden meer uitge
geven dan ontvangen
Men kan tegenwerpen dat tegenover deze
zichtbare handelsbalans ook nog een andere
balans staat, en wel de „onzichtbare", die ge
vormd wordt door de binnenkomende renten
van buitenlandsche effecten, de scheepvaart
winsten, de Indische baten enz., maar het
blijft niettemin waar, dat wij ver boven onzen
stand leven, den gebraden haan uithangen en
dat daardoor ondanks die buitengewone win
sten, de malaise hier blijft heerschen, alle opti
mistische voorspellingen ten spijt.
Ook de „onzichtbare" handelsbalans kan het
ongunstig verschil van 700 millioen gulden met
geen mogelijkheid vereffenen nationale ver
arming is ons voorland.
Denk eens, dat slechts de helft van 't geweldi
ge bedrag in ons land besteed werd. In één slag-
was aan de sloopende werkloosheid een einde
gemaakt, zou men de 36 millioen gulaen aan
steunuitkeeringen kunnen besparen, evenals de
vele andere uitgaven aan werkverschaifing, land-
verhuizing, enz. Dit alles is mogelijk wanneer
eerst maar een flink tarief aan de overstrooming
van buitenlandsche producten paal en pei k
stelt.
't Leven zal duurder worden, beweert men.
Geef eerst onze, door de valuta bijkans geworgde
nijverheid, gelegenheid om op adem te komen en
het tegendeel zal blijken.
Maar zelfs al ware dit het geval, het geld zou
er wezen om de hoogere prijzen te betalen en de
nadeelen zouden niet in vérhouding staan Lot
de voordeelen, die een arbeidsmarkt heeft, waar
vraag en aanbod een minder schrille tegenstel
ling geven dan op heden.
En dat er een grootere vraag naar arbaids-
kracht zou komen is zeker, want niet alleen zal
de eigen industrie opbloeien, maar ook zullen
buitenlandsche fabrikanten, om aan de hooge
invoerrechten te ontkomen, hier filialen van hun
ondernemingen stichten.
Duizenden huisvaders, die nu met hun gezin
den ondergang nabij zijn, zouden weer een be
hoorlijke levenskans krijgen, evenzooveel jonge
lieden zonder vooruitzichten, konden weer
hooger stijgen op den maatschappelijken laddei
Dat dit'geen utopieën zijn, is met voorbeel
den te bewijzen. Voor het schoenenwetje er was,
heerschte er in die industrie groote werkloosheid,
waaraan, na dc aanneming van hot beschermen
de wetje, plotseling een einde kwam, en ondanks
alle sombere profetieën, zijn de schoenen niet
duurder geworden, omdat door 't stijgen van
den omzet, de fabrieken even economisch konden
werken als in 't buitenland.
't Zelfde is met de sigaretten-industrie het
geval geweest. De huidige ongekend groote
consumptie van dit genotmiddel wordt sinds
de invoering van de tot 40 verhoogde rechten,
bijna uitsluitend voorzien uit binnenlandsche
productie, geeft aan talrijke arbeiders brood en
nooit waren de prijzen lager dan thans.
Toch zullen de vrijhandelaren, mei. hun
aanhang van politieke avonturiers, wel blijven
jeremieeren over de dreigende duurte, maar
alleen het feit dat de z.g. goedkoopte van thans,
tengevolge heeft de ellende van duizenden
werkloozen, moest hun van schaamte doen
zwijgen.
't Is van harte te hopen, dat, nu de regeering
de tariefswetwijziging binnenkort zal indienen,
wat tenminste een kleine stap in de goede rich
ting is, de rechtsche fracties zich niet door kie-
zersvrees van de wijs zullen laten brengen.
Maaslandus.
nr r».Qfl AHvnrf. pnl i P n 1Ft rPPP.Ia 1.7«") 1 ölkf I'GIZCl dl
Óff* I,richt 10 ets lUCgCZiOllUCU. A ihjodju nu juv j-v ?t