Bij Ruwe.
Schrale Huid
PU ROL
Maar dal zal niet bereikt worden in enkeie
jaren tijd. Dat zal bovendien niet bereikt worden,
wanneer niet aller vertrouwen zich op den Vol
kenbond concentreert. Het gaat hier om den be
kenden vicieuzen cirkel. Zonder vertrouwen kan
de Volkenbond geen kracht ontwikkelen en velen
schijnen geneigd om dat vertrouwen eerst aan
den Volkenbond te geven, wanneer hij door da
den zijn kracht heeft kunnen toonen. Men moet,
terwille van het eigenbelang van het land en ook
van individuen, dezen laatsten eisch laten varen.
Men moet den Volkenbond gelegenheid geven
zich te ontwikkelen en werkt men daartoe mede,
dan kan men eischen stellen. Teneinde die mede
werking op groote schaal te geven, bestaan er in
bijkans alle landen Vereenigingen voor den Vol
kenbond. In Nederland is er de Vereeniging voor
Volkenbond en Vrede. Zij is op politiek en gods
dienstig gebied geheel neutraal zij kent leden
van alle kleur en richting. Zij is vertegenwoor
digd in het meerendeel der steden en plaatsen
van ons lad door afdeelingen, die leden rondom
zich groepeeren.
Ook in Schiedam bestaat een
a f d e e 1 i n g. Bedenkt dan, dat zij noodig heeft
leden, zoo mogelijk vele. Zoo gij nog geen lid
zijt, wendt U dan tot het Afdeelingsbestuur,
(secretariaat Prins Mauritsstraat 4 minimum
contributie vijftig cent per jaar) en geeft U op
als lid. Dan doet ge althans wat ge kimt om den
Volkenbond een kans te geven zich te ontwikke
len tot een instituut, dat tot een geheel gewijzig
de verhouding der volken het zijne kan en zal
bijdragen.
Dit zal het beste bewijs zijn, dat onze tijd de
beteekenis van dezen 18 Mei wil erkennen.
Weeldeverteringsbelasting.
In de Tweede Kamerzitting van 7 Mei jl. is,
naar men weet,door den minister van Financiën,
den heer De Geer, o.a. medegedeeld, dat het nog
steeds aanhangige wetsontwerp tot aanvulling
van de Zegelwet (de zgn. weeldebelasting) zal
worden ingetrokken en vervangen door twee
andere ontwerpen nl. een herziening van de
Zegelwet en een Weeldeverteringsbelasting.
De herziening van de Zegelwet zal betrekking
hebben op de vertering in hotels, restaurants,
café's en pensions, doch vooral wat de laatste
categorie aangaat, veel mildere bepalingen be
vatten, dan het wetsontwerp van ex-minister
Colijn.
Nopens de a.s. weeldeverteringsbelasting ver
nemen wij, dat de grondslag daarvan zal zijn be
lastingheffing bij de bron, dat wil dus zeggen,
dat voorwerpen, die als weeldezaken zullen wor
den beschouwd en hier te lande worden ingevoerd
bij de grens zullen worden belast. Weeldevoor
werpen, die hier te lande worden vervaardigd,
bij het verlaten van de fabriek.
Dat de belasting bij' de bron zal worden ge
heven, is vooral van belang voor den nering
doenden middenstand, omdat aldus het om
slachtige zegels plakken op de verkoop-nota's
zal worden vermeden.
Het Nederlandsch-Belgisch verdrag.
Naar men verneemt hebben de onderhande
lingen met de Belgische Regéering naar aanlei
ding van het gesloten Verdrag haar beslag ge
kregen en kan ook de onderteekening van het
Tractaat met Engeland en Frankrijk, waarinhet
vervallen van de collectieve tractaten van
1839 wordt vastgegelegd, worden tegemoet ge
zien.
Belas tingverhooging.
De Haagsche gemeenteraad heeft gisteravond
het voorstel van B. en W. tot verhooging der
inkomstenbelasting en wederinvoering der za-
kelijae bedrijfsbelasting, na verwerping der des
betreffende moties, niet 26 tegen 13 stemmen
aangenomen.
De Zaanlaudschc Bank.
De Zaanlandsche Bank hervat heden haar
bedrij f
R.K. Werkliedenverbond.
Het eerste congres van het R.K. Werklieden
verbond wordt ter herdenking van d^ encycliek
Rerum novarum gehouden te Utrecht op Zondag
30 Mei a.s. in de Tivoli-zaal.
s Morgens en s middags worden zittingen
gehouden. Sprekers zijn prof. Aalberse, Alph.
Laudy, Henri Hermans en pater Borromae'us.
Door uitzending zal het congres ook per radio
zijn te volgen.
Slad - en Gewestelijk Nieuws.
40-jarig jubileum.
De heer G. M. PI. Oosterholt, zal 24 Mei
a.s. den dag herdenken, dat hij gedurende 40
jaren bij de firma Herman Jansen, distillateur
werkzaam zal zijn.
Als knaap bij de firma op kantoor gekomen
is hij steeds in positie opgeklommen, zoodat hij
thans procuratiehouder der firma is.
Natuurlijk zal dit zeldzame jubileum her
dacht worden en om de velen vrienden van den
heer Oosterholt gelegenheid te geven, van hun
belangstelling blijk te geven, zal dien dag van
3 tot 4 uur receptie gehouden worden op het
kantoor der firma aan de Zijlstraat no. 6.
Wcthouderspensioen.
De raadscommissie voor weth.-pensioen schrijft
aan den Raad
In Uw vergadering van 29 December 1924
werd bij de behandeling van de begrooting voor
1925 aangenomen de motie Scheffers, luidende
„de Raad der Gemeente Schiedam, gehoord de
daarover gehouden discussies, besluit
Burgemeester en Wethouders uit te noodigen
een voorstel bij den Raad in te dienen om de Ver
ordening regelende de pensionneering der Wet
houders in dien zin te wijzigen, dat Wethouders,
die na 1 Januari 1925 voor de eerste maal zullen
worden verkozen, een uitgesteld pensioen zullen
krijgen." (Gedrukte notulen 1924 blz. 494).
In 1 w vergadering van 2 October 1925 werd
besloten voor het onderzoek van deze zaak een
raadscommissie in te stellen van vier leden onder
voorzitterschap van den burgemeester, van wel
ke Commissie als leden werden aangewezen de
heeren van den Bovenkamp, Dinkelaar, Schef
fers en Slavenburg.
Daarna heeft onze Commissie, aldus samenge
steld, haar onderzoek aangevangen. Zij heeft
daarbij niet letterlijk aan de motie vastgehouden
doch in het licht der discussies de bedoeling van
den Raad zoo opgevat, dat de geheele zaak der
Wethouderspensioenen zou worden overzien,
alleen met de beperking, die haar taak zeer ver
gemakkelijkte, dat een nieuwe regeling slechts
zou gelden voor nieuwe Wethouders, andere dan
de tegenwoordige.
Bij ons onderzoek zijn wij begonnen het over
zicht te raadplegen, dat reeds was gemaakt van
de verschillende regelingen hier en elders, het
welk wij met de daarbij behoorende samenvat
tende beschouwingen hierbij voegen.
Daaruit blijkt, dat men hier indertijd bij de
invoering der tegenwoordige regeling het in de
Gemeente algemeen geldende model heeft ge
volgd
In den laatsten tijd is men daaraan gaan tor
nen in verschillende Gemeenten. Achteraf is dit
ons volkomen begrijpelijk geworden, daar de
zaak, waarop men algemeen een pensioen
regeling heeft toegepast, veeleerom een wacht
geld regeling vraagt.
Het gaat hier immers vooral om de regeling
van de gevolgen van het feit, dat iemand een
betrekking verliest en de terugkeer in het parti
culiere leven moeilijkheden geeft. Daarom moet
een wachtgeldregeling vooropstaan.
Bij het geleidelijk afloopend wachtgeld, dat
door ons nu is ontworpen, is rekening gehouden
met den leeftijd waarop men ophoudt Wethou
der te zijn. Erkend zal worden, dat dit voor de
regeling van het wachtgeld een belangrijke factor
is.
Naast het wachtgeld achtte onze Commissie
een uitgesteld ouderdomspensioen op
zijn plaats als vergoeding voor de bijzonder zwa
re eischen, gevorderd van den persoon van den
Wethouder gedurende het Wethouderschap. Uit
den aard der zaak speelt hierbij de leeftijd waarop
men ophoudt Wethouder te zijn geen rol.
Het tegenwoordig invaliditeits pen
sioen voor invaliditeit ontstaan gedurende het
Wethouderschap is door ons met eenige verbete
ring door invoering van een minimum overgeno
men.
Een afzonderlijk weduwen pensioen ligt
niet in onze bedoeling, maar, waar men toch ge
drongen zou worden om bij het overlijden van
een Wethouder dus tijdens zijn Wethouder
schap zich het lot van zijn weduwe aan te
trekken, achtten wij het voor de hand te liggen,
de weduwe in het genot te stellen van het afloo
pend wachtgeld, dat de Wethouder zou hebben
genoten, hetwelk dan natuurlijk bij eventueel
volgend huwelijk zou vervallen.
Wij meenen, dat op deze grondslagen een pas
sende regeling wordt verkregen. Wel hebben wij
overwogen, of er aanleiding bestond om geen
wachtgeld en pensioen te verleenen bij aanzien
lijke vermogensinkomsten, of bij latere inkom
sten een korting toe te passen, doch wij hebben
daarvan afgezien, omdat men op onbillijkheden
en groote moeilijkheden zou stuiten.
Wij hebben van de regeling, zooals wij die ons
voorstellen een schema opgemaakt, dat wij hier
bij aanbieden met de bedoeling om Uw Raad in
de gelegenheid te stellen zich ontrent de hoofd
punten en de regeling in haar geheel uit te spre
ken.
Blijkt Uw Raad zich in beginsel met een derge
lijke regeling te kunnen Vereenigen, dan kunnen
wij deze, met inachtneming van eventueele be
slissingen omtrent de hoofdpunten, nader uit
werken.
Schema van een wachtgeld en
pensioenregeling voor de
wethouders.
N.B. Overeenkomstig de uitdrukkelijke be
perking volgens de motie Scheffers, zal de nieuwe
regeling alleen gelden voor de wethouders, die
na 1 Januari 1925 voor de eerste maal zullen
worden verkozen.
Wachtgeldregeling.
Recht op wachtgeld wordt verkregen bij op
houden van het wethouderschap na 1 jaar dienst.
Hier is een korte tijd gesteld. Waar de duur van
het wachtgeld gelijk is aan den diensttijd, be
stond daartegen geen overwegend financieel be
zwaar, terwijl het zijn nut kan hebben, omdat
het den wethouder, die reeds spoedig mocht
blijken niet de gewenschte man te wezen zijn
aftreden met het oog op de geldelijke gevolgen
minder moeilijk zou maken. Gelijk zal blijken
wordt voor het uitgesteld pensioen een veelver-
der strekkende eisch gesteld. Daar is een dienst
tijd van zes jaar tot, voorwaarde gesteld.
De duur van het wachtgeld exclusief de
hierna te noemen twee perioden van ieder zooveel
maanden als de diensttijd bedraagt, waarin een
vast bedrag wordt genoten is gelijk aan den
diensttijd van de wethouders. In bijzondere ge
vallen kan de duur van het wachtgeld door den
Raad worden verlengd.
Het bedrag wordt bepaald als volgt
Gedurende een aantal maanden gelijk aan het
aantal jaren van den diensttijd is het wachtgeld
gelijk aan de genoten wedde, gedurende een gelijk
aantal maanden daarna 50
Na deze twee perioden bedraagt het wachtgeld
voor hem, die bij het ophouden van h^t wethou
derschap den GO-jarigen leeftijd reeds heeft be
reikt of overschreden 50 der wedde. Voor hem,
die op jongeren leeftijd ophoudt wethouder te
van Handen en Gelaat
Doos 30-60-90ct
1658 8
zijn, is het wachtgeld voor ieder jaar dat bij het
ophouden van het wethouderschap nog aan den
leeftijd van 60 jaar ontbreekt, 1.25 van de
wedde geringer dan het zou zijn wanneer voor
noemde leeftijd bereikt was.
De bedragen na de eerste twee perioden worden
dus
60 j. 50% 1500.
50 j. 37£% -1125.—
40 j. 25 - 750.—
30 j. 12J% - 375—
Flet wachtgeld loopt af
Na de eerste twee perioden wordt het bedrag
ieder jaar verminderd met een jaarlijks gelijk
percentage.
Is een wethouder derhalve 8 jaren in dienst
geweest, dan wordt het verminderd ieder jaar
met 1/8.
Bij het bovenstaande wordt, zoover niet an
ders bepaald is, een gedeelte van een jaar voor
een geheel gerekend.
Uitgesteld ouderdomspensioen.
Recht op dit pensioen wordt verkregen bij het
bereiken van den 65-jarigen leeftijd, mits de
diensttijd minstens zes volle jaren bedraagt.
De tegenwoordige regeling, die per dienstjaar
1/20 van de wedde met een maximum van 50%
toekent, blijft verder in hoofdzaak doch zonder
art. 2, sub. c. gelden.
Bij samenvallen van recht op uitgesteld pen
sioen en op wachtgeld, bijv. als iemand op 65-
jarigen leeftijd nog een aantal jaren recht op
wachtgeld heeft, geldt de voor den betrokkene
voordeeligste regeling.
Invaliditeitspensioen.
Ook hiervoor blijft de bestaande regeling in
hoofdzaak gelden.
Om dit pensioen echter niet geheel afhankelijk
te maken van de dienstjaren, wordt, evenwel,
evenals verschillende andere gemeenten in dezen
ook doen, een minimum opgenomen. Voorgesteld
wordt dit te bepalen op 1/4 van de wedde, ver
meerderd met het gewone 1/20 per dienstjaar,
met het algemeene maximum van de helft der
wedde in totaal.
Weduwenpensioen.
Het ligt niet in de bedoeling van onze Com
missie dat een afzonderlijk weduwenpensioen
zal worden ingevoerd. Wel meent zij, dat wanneer
het geval zich mocht voordoen, dat een wethou
der tijdens zijn wethouderschap overlijdt, men
zich gedrongen zal voelen zich het lot van de
weduwe aan te trekken. Men meende, dat het
met het oog daarop voor de hand lag de weduwe
in het genot te stellen van het afloopend wacht
geld, dat de wethouder zou hebben genoten. Uit
den aard der zaak zou dit bij volgend huwelijk
vervallen.
Geen spreck-uur.
Op verzoek vermelden wij dat de school-arts
morgen geen spreek-uur houdt.
Mej. D. is gistermiddag in de
Nieuwstraat door een hond in haar mantel
gebeten. De eigenaar van den hond heeft de
schade Vergoed.
Gisteravond half tien heeft
op de Lange Haven een individu een Vrouw wil
len aanranden toen deze dreigde om hulp
te roepen koos hij 't hazenpad. De Vrouw was
echter zoo kordaat hem achterna te loopen en
te roepen „houdt hem". Op de Groote Markt
werd de man door zijn achtervolgers gegrepen en
aan de politie overgeleverd. Daar de verdachte
ontkende en er geen getuigen waren, moest de
politie hem weer de vrijheid hergeven.
Lijst van onbestelbare brieven
en briefkaarten van welke de afzenders onbekend
zijn.
I erugontvangen in de le helft der maand Mei.
Brieven binnenland: IJ. Bakker,
Rotterdam A. Goedendorp, Bussum W. B. A.
Lecke, Amsterdam Raad van Arbeid, Delft.
Brieven buitenland: Credit Foncier
d'Anvers, Antwerpen Freskows Tiichterheim,
Bad Suderode.
Briefkaarten binnenland :J. van
Beers, Geertruidenberg J. Feucht, Rotterdam
Wink, Rotterdam.
UIT OVERSCHIE.
Het drama te Oversehie.
Later meldt men nog dat de twee agenten, die
surveilleerden op den Floofdweg aldaar, om een
uur in den nacht werden gewaarschuwd, dat in
de boerderij van de gebroeders Wijnand en Jan
Hoogewerf, gelegen aan den Hofweg, was inge
broken. Deze hoeve is eenzaam gelegen aan een
zijweg op ongeveer een halven K.M. van den
Hoofdweg, tusschen Oversehie en Delft, nabij
De Zwet. De agenten vonden er de gebroeders
Jan en Wynand Hoogerwerf, beiden zwaar ge
wond.
Het onderzoek wees uit, dat Jan Hoogerwerf
1 uur thuiskomend, de deuren openvond. Hij
riep daarom luidkeels tot zijn broeder „Wijnand,
kom d'r uit, want de heele zaak staat open".
Wijnand is daarop ijlings uit het bed gekomen
met het bekende noodlottige gevolg. Wijnand
waarschuwde eerst nog een arbeider, die in een
hooger gelegen vertrek sliep. Deze is toen aan
stonds de politie gaan alarmeeren. Onmiddellijk
kwam, behalve de agenten, ook de burgemeester,
de heer E.G. Konings ter plaatse eveneens kwa
men de doktoren Karreman en Donkersloot,
beiden uit Oversehie, die den zwaargewonden
1 de eerste hulp verleenden. Beiden zijn door den
G.G.Di van Rotterdam naar het ziekenhuis
aan den Coolsingel vervoerd en daar ter verple
ging opgenomen. De toestand van Wynand is
nog zeer ernstig, die van Jan is nog levensge
vaarlijk.
Het parket kwam o.a. ter plaatse, waarbij
Mr. J. G. Holsteijn. Gebleken is, dat er slechts
één inbreker is, geweest, die per motor is ge
komen. Hij heeft zijn motor tegen een schuur
gezet, die gelegen is nabij den ingang van den
Hofweg. Men is in de gelegenheid geweest hét
nummer van de motor op te nemen, zoodat er
gegronde hoop bestaat, dat men den inbreker
weldra zal kunnen arresteeren. Onmiddellijk is
het nummer naar alle omstreken getelefoneerd,
terwijl inlichtingen zijn ingewonnen. De banden
van de op de boerderij staande rijwielen waren
doorgesneden, om achtervolging te voorkomen.
Het onderzoek is nog in vollen gang.
Gemengd Nieuws.
Aanvaring. De stoomboot Harderwijk,
van de N.V. Stoomboot Mij. Holland-Veluwe-
lijn, die gisteravond naar de werf teruggebracht
zou worden, is bij het uitvaren door de zuiging
vah de boot in de haven te Rotterdam met de
schepraderen in aanraking gekomen met een
botter, de HIK. 80, van den visscher G. Peter
sen, welk schip eveneens de haven verlaten
wilde. De botter is gezonken en heeft veel averij
gekregen de mast is stuk, de zeilen zijn vernield,
enz. Ook de boot heeft schade gekregen.
Tiet ongeval wordt aan de onhandelbaarheid
van de boot toegeschreven.
De boot is nu niet vertrokken.
Hoog water. De Maas is de laatste 24
uur verbazend gewassen. Gister was de stand
15 c.M. vanmorgen 85 c.M. en om 6 uur 2.29 M.
(dus 144 c.M. gewassen). Een ongewone stand
voor dezen tijd van het jaar.
Men schrijft uit Eibergen
Voor de zooveelste maal staan de Berkeluiter-
waarden onder water. Het vee, dat nog pas een
paar weken buiten was, moet weer naar stal.
Liet zijn vooral de bijbeken en beekjes, die ten
gevolge van de tallooze ontginningen het regen
water zoo snel aanvoeren, dat het riviertje het
niet kan verzwelgen.
Felle brand. Gistermiddag omstreeks
1 uur is brand uitgebroken in het bovengedeelte
van het perceel Mariastraat 30 te Utrecht, be
woond door den kampper P.C. van Breemen
Jr., die in het benedenhuis een sigarenmagazijn
heeft. Het vuur greep zóó snel om zich heen dat
de bewoner geen gelegenheid had om in het
bovenhuis nog eenig geld te redden bij zijn po
ging daartoe kreeg hij brandwonden aan het
hoofd. De brandweer was spoedig ter plaatse en
was weldra het vuur meester.
Het bovengedeelte van het pand is uitgebrand.
Bertus, de knecht van den Bis
schop. Wij lezen in „De Nieuwe Haarl. Crt."
Al sinds geruimen tijd wordt Bertus, de
knecht van den Bisschop, in de Mariastichting
te Haarlem verpleegd en een dezer dagen hoor
den wij, dat hij zijn zeventigsten verjaardag ge
vierd heeft.
Dit laatste feit was voor ons een prikkel om
eens met Bertus te gaan praten en van het
babbeltje eens iets aan onze lezers te vertellen.
Want, niet waar, Bertus is een bekend man,
bij alle katholieken van heel het Haarlemsche
diocees
En zoo zaten wij een dezer dagen, na een
welwillende introductie van den rector der
Mariastichting aan zijn ziekbed óp de vriendelijke
kamer no. 2 van ons mooie, Roomsche zieken
huis.
Ik had gedacht, zoo begon hij, dat u maar
liever wachten moest met wat over mij te schrij
ven, totdat Monseigneur over twee en een half
jaar zijn zilveren jubileum als bisschop viert.
Dan ben ik 35 jaar knecht in het geheel en 25
jaar in dienst van Mgr. Callier.
Meneer Hoogeveen dit is zijn van
niemand in Haarlem en in het diocees zal zich
kunnen voorstellen, dat u al zeventig jaar bent
geworden. De meesten geven u zeker niet meer
dan 55 a 60 jaar en dus is uw zeventigste ver
jaardag wel een berichtje waard. Maar dat kun
nen wij toch mooilijk zoo simpel en alleen ver
melden. Daar hooren wat bijzonderheden bij.
Voor dit argument bleek de heer Hoogeveen
te bezwijken en hij vertelde.
Hij vertelde, dat hij nu 32 jaar geleden in
Zoeterwoude woonde, dat wijlen Mgr. Botte-
manne daar 15 jaar pastoor was geweest, van
daar naar Amsterdam was overgeplaatst en
toen praeses van het seminarie Warmond was
geworden. Daarop volgde zijn benoeming tot
Bisschop van Haarlem.
En toen gebeurde het, vertelde Bertus,
dat Monseigneur zonder knecht en ik zonder
werk was. De pastoor van Stompwijk, pastoor
Bekker,' raadde -mij aan bij Mgr. Botte-
manne naar de betrekking te solliciteeren. Hij
zou er een goed woordje bij doen en bovendien
kende Mgr. Bottemanne mij van jongsaf. Ik
was op zevenjarigen leeftijd als misdienaar
bij hem. Maar toen ik in Haarlem kwam om
mij te presenteeren was de slag feitelijk
al gevallen. Er was een ander benoemd. Mijn
voorganger hield het echter maar tien
dagen uit. Toen schreef Mgr. Bottemanne dat ik
in dienst kon treden. Toen Mgr. Bottemanne
stierf en Mgr. Callier hem opvolgde ben ik mij
direct bij hem gaan presenteeren en meende
een schreefje op de andere sollicitanten voor te
hebben, omdat ik al tien jaar dienst had als
knecht. Het kwam in orde en ik werd door Mgr-
Callier aangenomen. En nu zal ik op 31 Mei
a.s. al 32 jaar op het bisdom zijn.