OMSBLMD WOOR SGHSEDMM ER OMSTREKEM.
WEEK-REVUE.
DE TURCO VAN DE COMMUNE.
49ste Jaargang.
Zaterdag 22 Mei 1926
No. 14561
?r?tis;°"^y.al,e°VerZekerin9 :J 5.°° bij if-6?.8.13119,? Sebeele invaliditeitt 200 bij verlies van een band, voet of oog f 200 bij dood I' 200 bij verlies van een
duim; f 60 bij verlies van een wijsvinger; f lo bij verlies van eiken anderen vinger. De verzekeringwordt gewaarborgd door deN.Holl.Algem. Verz. bank Schiedam
Dit nummer bestaat uit 2 bladen
TWEEDE BLAD.
A
Binnenland.
SCHIEDAMSC
OURANT
Bureau K\0E M A R'K|T 4. -|TeIeloon Intercommuuaal 68085 - Postbus 39. Advertenti ëjn 15 regels 1.75 elkeTregelfdaarboven^Efcent, 3*maal
Abonnementen per 3 maanden 2.70 per week 20 cent, franco per plaatsen wordt 2 maal berekend! Ingezonden mededeelmgen" kfct. per "regel.
T^iTT ,nfT erhj nUmmerS Zaterdagavondnummer Speciale conditiën voor-J herhaaldelijk adverteeren. Tarieven [worden op aanvraag
met Officieel Kerkbencht 10 ets. toegezonden. Incassokosten worden berekend.
Binnenland.
Deze week is Sperling begraven. Of er aan zijn
graf veel belangstelling was, weten we niet
ook niet, of er veel geschitter was van unifor
men, glans van hooge hoeden en de strakheid van
ongevoelige gelegenheidsgezichten, welk ver
toon een uitvaart van een der grooten dezer
aarde pleegt te begeleiden, 't Zal wel niet, want
Sperling was een eenvoudige zeeman en zijn
roem dankte hij niet aan de glinstering van een
aantal ridderorden, maar alleen slechts aan het
feit, dat hij bij de vreeselijke ramp van de Ber
lin door zijn doodsverachting het leven van
velen wist te redden en daarna nog dikwijls als
redder in den nood optrad. Deze vermaardheid
van Sperling moge niet zoo stralend zijn als die
van de grooten uit de militaire, staatkundige of
diplomatieke wereld, ze is toch waardevoller en
meer blijvendi De naam Sperling behoeft maar.
genoemd te worden en al zijn tijdgenooten her
inneren zich aanstonds den roem, die door de
Berlinramp om dezen naam geweven is, en ook
het nageslacht zal hem eeren, als het moedig
optreden der Sperlings, nog verheerlijkt door
de fantasie der historie, van ouder op kind wordt
over verteld.
In het harnas stierf hij, grepen en omstrengeld
door een lier, een der instrumenten, waarmee hij
heel zijn leven gestreden had om aan de machti
ge zee-elementen haar prooi te betwisten.
Sperling is de eenvoudige werker gebleven.
Voor dat lot mag hij dankbaar geweest zijn. We
kennen een anderen zeeheld, wiens naam mede
steeds op aller lippen is Dorus Rijkers, aan wien
heel wat medeschepselen hun leven danken. Zij
die meenden, dat deze man geëerd moest worden,
hebben hem uit zijn vredige rust gesleept ze
hebben den man naar voren geschoven, vóór
het front der publieke belangstelling, terwijl zijn
promotors zich zoo dicht mogelijk bij hem plaat
sten in de hoop, dat er een weinigje van 's mans
roem op hen zou afstralen de een hoopt zoo
voldoende populairiteit voor een kamerzetel
te winnen, de ander zoekt zakelijk voordeel,
een derde streelt op die wijze eigen ij delheid.
Een poos geleden ontmoetten we den man, waar
mee aldus gesold wordt, in een groot café m
Rotterdam. Daar was een kermis georganiseerd
door het Dorus Rijkers-fonds. Op een groot veld
stonden st.oommoiens, draaimolens, schommels,
tobogan en andere denkbare kermisvermaken,
en voor den luttelen prijs van 15 cent op
sommige dagen cent, kon men toegang ver
krijgen tot het kermisterrein om er te lollen, te
dansen, te draaien of zich op andere wijze te
vermaken. Te dier gelegenheid moest Dorus
Rijkers zelf overkomen en de caféhouders be
twistten elkaar het bezit van dezen man, ter-
(Naar het Franach.)
Kadour was tamboer bij een regiment tirail
leurs, dat uit inboorlingen van Algiers was
samengesteld. Hij zelf was afkomstig van den
stam der Djendels en behoorde tot dat handje
vol Turco's, dat met het leger van Linoy te
Parijs gekomen was. Hij had den geheelen oorlog
Van Weiszenburg tot Champigny medegemaakt.
Met zijn ijzeren trommelstokken en zijn derbouka
(Arabische trom) was hij gelijk een stormvogel
dé slagvelden overgetrokken, zóó vlug en steeds
zoo bewegelijk, dat de kogels niet geweten had
den, waar zij hem treffen moesten. Gedurende
den zomer was alles goed gegaan, maar toen de
winter aanbrak, was onze kleine, bruine, onder
het schrootvuur slechts wat rooder geworden.
Afrikaan niet bestand tegen een wacht bij win
ternacht en tegen het onbeweeglijk staan in de
sneeuw.
Eens op een morgen vond men hem aan den
oever van de Marne met bevroren voeten en
geheel door de koude verkleumd. Hij werd
in het hospitaal opgenomen en langen tijd duur
de het, vóór hij genezen was. In dieinrichting
Was het, dat ik hem voor het eerst zag.
Stil en geduldig, als een zieke hond, lag de
Turco met zijn groote, zachte oogen om zich
heen te kijken. Sprak men hem aan, dan glim
lachte hij en vertoonde zijn witte tanden. Dat
Was alles, wat hij doen kon, want de Fransche
taal was hem onbekend.
Op deze wijze verliepen twee maanden. Parijs
had in die twee maanden heel wat doorleefd,
"aaar Kadour had daar geen flauw vermoeden
Van. Hij had de moedelooze en ontwapende troe
pen bij hunne terugkomst onder zijn venster
hooren voorbijtrekken, later had hij gehoord
«lat van den vroegen morgen tot den laten avond
kanonnen door de stad gerold werden, daarna
wille van dereclame. Zoo verwisselde hij
geregeld van plaats, in de café-zaal „ten toon"
zittende, getooid met zijn reddingsmedailles
op zijn borst. ,Ik zal blij zijn, als ik weer thuis
ben bekende hij ons. Niet alleen in Rotterdam,
maar in tal van plaatsen heeft men zulke ker
missen georganiseerd „ten bate van het Dorus
Rijkersfonds Die baten bestonden uit het
dubbeltje entree de vermakelijkheden werden
\oor rekening van de tenthouders geëxploiteerd.
Zulken roem en populairiteit heeft Sperling
zich met, verworven, maar voor dat lot kan hij
slechts dankbaar zijn. Mannen als Dorus Rij
kers moesten op hun leeftijd door den staat ge
pensioneerd worden. Als de staat nalatig blijft,
is het te prijzen, dat particulieren de taak over
nemen, maar dat zij met onze zeehelden gaan
euron, ze „t,e kijk" stellen, hun populairiteit
misbruiken om aan een uitgestorven kermisge-
oe nieuw leven in te blazen, dat is afkeurens
waardig.
Als men voor philantropische doeleinden geld
zamelt, dan behoort men kieskeurig te zijn op
H "''T6'®11 en °°k te zorgen, dat men beschei-
eii blij ft. 't Aantal inzamelingen is tegenwoordig
egio de eene bloemendag volgt den anderen op.
ie bloemen, speldjes en andere insignes geven
een min of meer dwingend karakter aan de lief-
adigheid, omdat men zonder 't tooisel van zoo'n
insigne al gauw vreezen moet voor een vrek te
worden aangezien. Men mag niet vergeten, dat
er tegenwoordig duizenden menschen op straat
oopen, die onder zware zorgen gedrukt gaan,
voor wie elk dubbeltje 'n dubbeltje is, al zou
men dat aan hun zorg voor hun uiterlijk ook niet
zeggen. Als de inzameling dan opdringerig is,
dan werkt ze wel eens verbitterend.
Spoediger dan de Culemborgsche moord-affaire
is de overval te Overschie die overigens met
<- eerstgenoemde zaak veel overeenkomt -op-
gehelderd. De dader was den volgenden dag al
gearresteerd, 't Bleek een jongen te zijn van 19
nu' eCn ~CT overigens van dezen tijd.
iuianks z'Jn jeugd had hij een meisje, een motor-
liets en een revolver. Iemand, die al zóó ver is.
moet natuurlijk ook een eigen „zaak" hebben.
Vroeger werkte men daarvoor, jaren lang soms.
egenwoordig heeft de jeugd daarvoor nóch lust,
noch tijd. 't Moet gauw gaan en zonder te veel
moei e. Daarom reed dit jongmensch op zijn
motor naar menschen, die wél gewerkt hadden,
ro zijn revolver voor hun lichamen af en wilde
nemen, wat anderen door werken gegaard hadden.
V een zaalt „koopen."
i laar gelukkig werd dit geval eens door de
gerechtigdheid achterhaald.
r t Buitenland,
p °nS V0"S overzicht schreven we, dat in
0 en een ministerscrisis ontstaan was met een
ec je revolutiedreiging, 't Gaat allemaal gauw
tegenwoordig, want terwijl we een week later
1 overzicht schrijven is de revolutie, die inder-
Uitbrak, al weer afgeloopen ook, en wel
o uusver althansmet een overwinning van
de opstandelingen, aangevoerd door maarschalk
Pilsoedski.
Maar toch vielen er in die enkele dagen nog
ruim 300 dooden. Pilsoedski steunt op de demo
cratische elementen en hij is meer Duitsch jfezind
zijn verslagen tegenstander Witos, gesteund dcor
generaal Haller, steunde op de conservatieven en
anti-Duitsche elementen. Eigenaardig is, dat de
Poolsche sociaal-democraten maarschalk Pil
soedski steunen en zelfs van hem eiscben, dat hij
de Kamers ontbindt, wat niet kan zonder de
grondwet terzijde te stellen. De sociaal-democra
ten blijken dus de „kans" ook wel te willen
aangrijpen, als het geweld hun gunstig is, ter
wijl zij een Mussolini zijn dictatoriale neigingen
erg kwalijk nemen.
Maarschalk Pilsoedski was vroeger een ijve
rig socialistisch agitator. Of hij op zijn beurt ook
weer zijn „kans" benutten zal en de macht zoo
veel mogelijk aan zich halen? Mussolini was
eertijds ook een vurig sociaal-democraat.
De onrust over het uitblijven van berichten
omtrent Amundsen c.s., die met de „Norge"
over de Pool trokken, is gelukkig ongegrond ge
bleken. Ze zijn toch behouden in Alaska aange
komen. Ze ontdekten geen land iets anders we
ten ze eigenlijk niet te vertellen. En het publiek
is er tevreden mee men vraagt niet naar resul
taten ze hebben het waagstuk gelukkig
volbracht, dat is de eenige conclusie. Een zeer
koene sportieve prestatie is deze toch inderdaad
geweest, maar ook niets anders.
In Engeland gaat alles weer z'n gangetje, nu
de algemeene staking is afgeloopen. Tenminste
dat meent de buitenstaander. De opluchting,
die het beëindigen van de algemeene staking gaf,
is zóó groot, dat men bijna vergeet, dat de groote
mijnwerkersstaking nog steeds voortduurt. En
dat is erg genoeg, want door het gebrek aan
kolen, dat langzamerhand ontstaat, dreigt de
industrie toch weer stilgelegd te moeten worden.
Alle bemiddelingspogingen van de regeering
hebben tot nu toe gefaald en de mijnwerkers
schijnen van plan om den strijd hardnekkig voort
te zetten, want zij hebben zelfs het millioenen
cadeau uit Rusland aanvaard, voor het accep
teeren waarvan het bestuur van de algemeene
vakbonden zich te fatsoenlijk achtte.
De Russen beschouwen het gezonden geld
natuurlijn slechts als een geschikte brandstof om
het revolutie-vuurtje aan te wakkeren. Van soli-
dairiteit kan geen sprake zijn, want als de ar
beiders in Rusland, waar de joonen en sociale
omstandigheden nog slechter zijn, durven staken,
dan worden ze door de roode gardisten neerge-
knuppeld. Vrijheid van drukpers, vrijheid van
politieke overtuiging, vrijheid van godsdienst of
van vergaderen worden in Rusland niet geduld
sociaal-democraten zijn er slechts goed genoeg
om als schietschijf te dienen, getuige de moorden
in Georgië en de „processen" tegen de z.g. sociaal
revolutionairen. Bij zulke ideeëen is geen plaats
voor solidairiteit.
r'r TT TJ het luiden van de Stormklok en einde-
11 l i C!onderen van het geschutvuur. Van dat
a s ia uj, óf niets begrepen, óf hoogstens zich
voorges e d,dat er nog altijdoorlog was en dat hij
we er cn strijde zou kunnen trekken, zoodra
zijn voe en maar genezen waren. Eindelijk
moe ij het hospitaal verlaten en ging hij met
de trom op den rug er op uit, om zijn compagnie
zoe en' J z°cht niet lang, want eenige com
munisten, die hem ontmoeten, namen mem
mede naar La Place.
Na een langdurige ondervraging, waarbij men
me s van ïem te hooren kreeg, dan het' onver-
s aan aie bono, bezef macache bono, gaf de
op dien dag bevelvoerende generaal der commu-
nl.s en.. ^len franc en een omnibuspaard ter-
wijl uj ïem aan zijn staf toevoegde.
e was een bont mengelmoes, die heeren der
commune men zag er roode stalkielen en Pool-
sche man els, matrozenboezeroenen en Hongaar-
sche a ias, met goud en fluweel, maar ook
met klatergoud en tin belegde en omzoomde klee
deren. e urco met zijn blauw met geel afge
zette umlorm, zijn tulband en zijn derbouka pas
te volkomen bij deze maskerade. De Turco
was ge u' ïg. Overtuigd, dat de oorlog tegen de
Pruisen nog altijd voortduurde gaf deze van zijn
misdaad met eens bewuste deserteur zich geheel
aan het groote Parijsche bachanaal over en werd
hij voor het oogenblik een beroemdheid.
Iets ontbrak echter aan het geluk van Kadour.
Hij had willen vechten, hij had het knallen van
zijn geweer willen hooren. Ongelukkig voor hem,
waagden de heeren van de commune zich even
zelden in het vuur als die van het Keizerrijk. Als
hij geen ordonnance-diensten te verrichten had,
of op de parade moest verschijnen, bracht de
arme Turco door op de Place Vendóme of op
het binnenhol van het Ministerie van Oorlog, te
midden van altijd open staande vaten brande
wijn, van de deksellooze tonnen spek, van slem
perijen in de open lucht, die een zonderling con-
Aljjemeene iverksinkiujj.
„V e r d e r f e 1 ij k e o n z i n."
De nieuwe voorzitter van de S.D.A.P., de
heer Henri Polan, neemt in „HetVolk" zijnlinks-
georiënteerde partij genópt.en eens flink onder
handen. De aanhef van deze afstraffing luidt
als volgt
Partijgenoote Mien Lansen is zoo vriendelijK
een artikel van mij, eenige maanden geleden
verschenen in het „Weekblad" van den Dia-
mantbewerkersbond, „dwaas geschrijf" te noe
men en het later te bestempelen als „dit moois",
waarmede zij natuurlijk bedoeltdit leelijks.
Ik gun haar dit genoegen van harte. Zij heeft
er waarschijnlijk pleizier van en mij hindert
het niet. Alleenlijk verstout ik mij haar er op
te wijzen, dat haar „studie%en ervaring" van
twaalf jaren, de laatste waarschijnlijk in de
bewaarschool opgedaan, die zij niet zonder zelf
verheffing etaleert, mij niet zullen weerhouden
een enkele maal een oordeel over sociale en
partij-aangelegenheden neer te schrijven, onge
acht den indruk, die zulks op haar moge maken.
Verder schrijft de partijvoorzitter nog
Indien partijgenoote Lansen dit „geschrijf"
niet zóó dwaas" vindt, dat het beneden hare
door 12-jarige studie gewette aandacl* is, zou
zij wellicht het antwoord, als Stenhuis' mede
link s'-georiënteerde, willen geven. Doch als
zij zich verwaardigt dit te doen, dan wil ik
haar te voren reeds waarschuwen, niet te ko
men aandragen met onjuiste voorstellingen van
zaken, als deze, dat de pas geëindigde werk
staking in het Britsche Rijk gericht was op „de
vestiging van het «Mialisme". nog voor dit
geslacht." Want (le %iders der staking hebben
even uitdrukkelijk als herhaaldelijk verklaard,
dat de staking geen politiek doel had en geen
andere strekking had dan den loonstandaard
der Britsche arbeidersklasse te beschermen
wijl deze gevaar zou loopen; indien de mijnwer
kers liet onderspit zouden delven.
Eigenlijk is in de hier gewraakte valsche
voorstelling, die Mien Lansen van-de Britsche
werkstaking geeft, de oplossing van het heele
raadsel der „buiten-parlementaire middelen"
gelegen. Die fameuse, geheimzinnige „midde
len" komen neer op het oude recept de algemee
ne werkstaking.
Wij hebben het N.V.V. gesticht, ruim 20
jaren geleden, niet in de laatste plaats als een
bolwerk tegen dezen ^erderfelijken onzin en
nu komen onze „links-georiënteerden" met niet
weinig misbaar ons vertellen, dat deze nonsens
de hoogste wijsheid is en dat wij, door haar toe
te passen, „voor dit geslacht" het socialisme
zullen verwezenlijken, d.w.z. de kapitalistische
productiewijze binnen weinig jaren vervangen
zullen hebben door de socialistische.
Gedurende de laatst-verloopen eeuw is in
verschillende landen het droombeeld van de
algemeene werkstaking aan groepen arbeiders
verschenen als het middel tot redding uit den
trast vormden met het hongerlijden gedurende
het beleg. Te geloovig Mohammedaan om aan
die zwelgpartijen deel te nemen, hield Kadour
zich op een afstand, rustig verrichtte hij zijn
werk in een hoek en, steeds matig, bereidde hij
zich zijn maal met een handvol korreldeeg dan
trommelde hij een liedje op zijn derbouka, wik
kelde zich vervolgens in zijn mantel en legde
zich op de straatsteenen te slapen in de nabij
heid van een der bivakvuren. Eens op een mor
gen in Mei werd onze Turco gewekt door een
vreeselijk geweervuur. Alles was in rep en roer,
allen liepen door elkander, allen vluchtten. Werk
tuiglijk deed hij als de anderen, hij sprong op
zijn paard en volgde den staf. In de straten klonk
een oorverdoovend trompetgeschal, de batal
jons liepen ordeloos dooreen. Men brak de stra
ten op en begon barricaden te werpen Zonder
twijfel gebeurde er iets bijzonders. Naar
mate men de kade paderde, klonk het geweer
vuur duidelijker en werd de verwarring grooter.
Op de brug de la Concorde verloor Kadour den
staf uit het oog. Iets verder gekomen, werd
hem zijn paard ontnomen dit geschiedde ter-
wille van een man, die een kepi met acht galons
droeg en die verbazend veel haast had, om te
gaan zien, wat er bij het stadhuis geschiedde.
Woedend liep de Turco in de richting van den
strijd. Al voortgaande, laadde hij zijn geweer,
terwijl hij tusschen de tanden bromde „Macach
bono", Brissien", want naar zijn meening waren
de Pruisen in de stad doorgedrongen. Reeds
floten de kogels om de obelisk en in het geboomte
van den tuin der Tuileriën.- Op de barricade der
straat Rivoli riepen hem de wrekers van FJou-
rens toe: „Hé, Turco-, Turco!" Het waren er
slechts een dozijn, maar Kadour alleen was een
leger waard.
Trotsch en fier beklom hij de barricade en
streed, voortdurend springend en schreeuwend,
onder een hagelbui van kogels. Een oogenblik,
onder twee salvo's in,trok de rook, die de strijden
de partijen als een gordijn voor elkaar verborg,
een weinig op, waardoor Kadour roode zouaven-
broeken te zien kreeg, diebp de Champs-Elysee's
geschaard stonden. Hij aarzelde, maar meenend,
dat hij zich vergist had, hervatte hij denstrijd
met nieuwe kracht. Plotseling zweeg het
vuur der barricade. De laatst overgebleven ar
tillerist was gevlucht, na het losbranden van het
laatste schot. De Turco echter wist van geen
wijken. Hij onderzocht nog eens eerst, of zijn
bajonet wel behoorlijk aan het geweer bevestigd
was, en legde zich toen in hinderlaag, gereed om
op den vijand toe te springen, zoodra hij zich
vertoonde
In plaats van deze verscheen echter door den
rook heen de Fransche linie-infanterie. Onder
het geraas van de in den looppas aanstormende
troepen, kon men de officieren hooren roepen:
„Geeft u over
Een minuut stond de Turco als door den blik-
sen getroffen, toen echter vloog hij met het ge
weer in de hoogte vooruit, roepende „Bono,
bono, Francaise
De arme wilde meende, dat hij het leger van
Faidherbe of Chauzy begroette, dat leger, waarop
de Parij zenaars zoo lang gewacht hadden, ho
pend, dat het 't beleg zou doen opbreken en de
Pruisen verjagen. Wat was hij verheugd en wat
lachte hij denaderendentoemetzijnwitte tanden
In een oogwenk was de geheele barricade
bezet. Men omringt den Turco, men duwt hem
heen en weer.
„Laat je geweer zien
Zijn geweer was nog warm.
„Laat je handen zien."
Zijn handen waren nog zwart van het kruit, hier
toont hij ze, terwijl hij voortdurend goedig
lacht.
Daarop duwt men hem tegen een muur en.
dan
De Turco was dood, zonder dat hij iets van de
situatie begrepen had.