REGELING VOOR DEN KLEINHANDEL
IN ALCOHOLHOUDENDE DRANKEN
FEUILLETON
li
Donder~ïaf* 3 Januari 1979
Derde Rlad
Pagina 1
De beantwoording door de Regeering
DE VIJFDE VINGER
HET VERSLAG VAN DE COMMISSIE VAN
j VOORBEREIDING BETREFFENDE HET WETSONTWERP
DE INVOERING DER PLAATSELIJKE KEUZE
DE PLAATSELIJKE KEUZE.
EEN AVONTURENVERHAAL.
'j O
Verschenen Is het Verslag van de Commis
sie van Voorbereiding betreffende het wetsont
werp houdende bepalingen tot regeling voor den
kleinhandel ln alcoholhoudende dranken. Daar
aan wordt het volgende ontleend. Nadat het
afdeellngs-onderzoek, waarvan de Commissie
©en leidraad had opgemaakt, had plaats gehad,
heeft de oommissie de regeering een verslag
doen toekomen, houdende de beschouwingen en
opmerkingen, waartoe het afdeellngaonderzoek
en de beraadslagingen over het ontwerp in den
boezem der commissie eenheid hadden gegeven.
Dat verslag werd door de regeering schrifte
lijk beantwoord. Daarna had tusschen de com
missie en de regeering een mondeling overleg
plaats.
De bij de voorbereidende behandeling door
de regeering in het ontwerp aangebrachte wij-
algingen zijn vervat In een nota van wijziging,
welke met een gewijzigd ontwerp van wet en
©en gewijzigd vergelijkend overzlciht van den
tekst van het ontwerp en van dien der be
staande Drankwet aan het verslag zijn toege
voegd. De commissie van voorbereiding acht
de openbare beraadslaging over het wetsont
werp thans genoegzaam voorbereid.
Verscheidene leden betreurden het, dat de
rageering zich niet heeft bepaald tot een tech
nische herziening en achtten het niet juist ge-
eten thans weder te komen met een voorstel
tot invoering der plaatselijke keuze. Van andere
zijde werd opgemerkt, dat de vroegere voor
stellen inzake plaatselijke keuze verworpen
zijn, mede op grond van de overweging, dat
voor een regeling van dezen aard het initiatief
van de regeering behoort uit te gaan.
De gevoerde gedachten wisseling leidde er
toe, dat algemeen de wenschelijkheld werd
erkend en bepleit vooi' het treffen van scherpe
maatregelen tegen het gebruik van alcohol
houdende dranken door jeugdige personen.
In zijn schriftelijk antwoord merkt de minis
ter van Arbeid, Handel en Nijverheid tegenover
•de critlek op de opneming van de plaatse-
lli ke k e uz e in het voorstel op: le. dat in
de Regeerlngsverklaring van 11 Maart 1926 is
aangekondigd een wijziging van de Drankwet
o.m. tot invoering van plaatselijke keuze: 2e.
flat dus verschillende van de vastgestelde
technische herzieningen bepalingen van de
Drankwet 1904 soepeler znllen werken en zal
worden tegemoetgekomen aan bezwaren of
wemehen van belanghebbenden.
De Minister betwist dan ook dat zijn wets
ontwerp van onverzoenlijkheid getuigt, onder
opmerking, dat het allerminst de radicale
drankbestrijders bevredigt. Het feit, dat parti
culiere belangen moeten worden teruggedron
gen voor het algemeen belang kan echter op
zichzelf nog niet grond van schadevergoeding
zijn tot beperking van het voorstel in hoofd
zaak tot scherpe maatregelen tegen het gebruik
van alcoholhoudende dranken door de jeugd kan
de Minister vooralsnog niet overgaan.
Handhaving van het voorstel ln zijn oor
spronkelijke vormen beteekent evenwel aller
minst, dat de volksvertegenwoordiging niet
vrij zou zijn in haar beslissing. Het ontwerp
13 voor velerlei verandering vatbaar: de Minis
ter is tot gemeen overleg gaarne bereid.
Verscheidene leden wezen er vervolgens op,
dat de Regeoring wel zeer weinig gegevens
heeft verstrekt ter beoordeeling van de con
clusies, welke zij uit hare overwegingen heeft
getroffen en welke in de bepalingen van het
ontwerp haar weerslag vinden en drongen er
op aan dat de Regeering de bedoelde gegevens
alsnog zou overleggen.
De argumenten voor het intact laten van den
grondslag, waarop de wet is opgetrokken, het
m a x I m u m-v er gunningstelsel
noemen verscheiden leden uitermate zwak.
Andere leden konden zich niet vereenigen met
het stelsel, door den heer van der Weele, in
specteur van politie en chef van het bureau
Drankwet en vermakelijkheden te Rotterdam
ontwikkeld, en met de zienswijze dat niet een
beperking doch een opvoering van het gehalte
der gelegenheden waar drank te verkrijgen is,
thans behoefte bestaat.
Naar de meening van den Minister is het
pleidooi van verscheidene leden tegen het
maximum-stelsel in te somberen
toon gesteld.
Vele leden gaven voorts uiting van waar
deering voor het feit, dat de Regeering tot
een algeheel© technische herziening der wet
het initiatief heeft genomen.
Verscheidene leden bevelen voorts verdere
omschrijving van het begrip s t e r k e n
drank aan.
Zij zouden als zoodanig willen zien beschouwd
allen alcoholhoudenden drank met uitzondering
van bier en wijn. Het begrip alcoholhoudende
drank moet dan natuurlijk nog meer door an
deren worden begrensd.
Versclieidenen leden was 't niet duidelijk, hoe
de Minister, gezien zijn uit de overige bepalin
gen van het ontwerp blijkende mentaliteit, tot
de omzetting van de verplich
te splitsing voor den verkoop
in het tappen en slijten in
een facultatieve is kunnen overgaan.
Da Minister antwoordde dat hij zich bij de
technische herziening tot doel heeft gesteld,
dwingende bepalingen, die niet voldoende te
motiveereu zijn, soepeler te maken of te schrap
pen. Op het platteland, waar de splitsing nu
reeds niet geldt, zijn de herbergen de eenige
gelegenheid, waar men sterken drank per flesch
kan koopen. Van bezwaren is daar nog nooit ge
bleken.
Bij vele leden bestond ernstig bezwaar tegen
de heffing van een recht voor
hoteiverg u n n I n g e n.
De Minister verklaarde zich bereid aan het
bezwaar der uniformiteit in zooverre tegemoet
te komen, dat, met behoud van een maximum
bedrag van 25 het recht bij algeméenen maat
regel van bestuur nader wordt geregeld naar
gelang van het aantal voor logeergasten beschik
bare bedden.
Nadere overweging hoefit evenwel sterker
naar voren gebracht de ondeugdelijkheid van
het middel van controle, dat gezocht werd in
de gegevens van den dienst der accijnzen. Voor
dien dienst doet het er niet toe of do persoen,
die inslaat, een strooman is. Voor den minister
is per slot geen andere conclusie mogelijk dan
dat men bij den voorgestelden grondslag alleen
op d» boeking van de belanghebbenden zeiven
zou zijn aangewezen. Dit nu is voor hem zóó
groot bezwaar, dal hij zijn voorstel op dit punt
terugneemt en dan grondslag, die thane ln de
wet is neergelegd, overneemt.
Met betrekking tot de overdracht
van het recht tot uitoefening
van een vergunning aan een
naamlooze vennootschap en
van het recht van uitoefe
ning van meer dan één vergun-
n i n g aan één persoon verklaarde de Regee
ring, tot uitbreiding van de bevoegdheid tot
overdracht, die door een aantal leden gevraagd
werd, niet te kunnen; overgaan, wijl concentra
tie in enkele handen van een belangrijk aantal
rechten tot uitoefening van een vergunning een
nieuwe grootmacht van kapitaal in zou scha
kelen, dio allicht met terzijdelating van iedere
persoonlijks ronsideratio uitsluitend op winst
bedacht zou zijn.
Tegen de voorgestelde uitbreiding van de wet
ten aanzien van bier eu wijn bestond bij ver
scheidene leden zeer etnstig bezwaar. Van mis
bruik op groote schaal van bier en wijn is hier
te lande geen sprake.
Ook bij het mond ling overleg meende een
aantal leden erop te moeten aandringen, dat de
Regeeriug alsnog terug zal komen op haar voor
stel tot uitbreiding van het maximumstelsel
tot de verloven.
Da Regeering meende evenwel het <#sor haar
ingenomen standpunt te moeten handhaven.
Zeer vele leden waren van meening, dat het
onmogelijk maken van den
verkoop van bier of wijn per
flesch in winkels, waar ook andere zaken
worden verkocht, te ver gaat.
De minister doelde mede, dat zich hierbij de
vraag voordoet, of deze maatregel kan worden
doorgevoerd met vermijding van sekado voor
de tegenwoordige verkoopera. Hij meent, dat
aanvaard kan worden de vrijstelling van het
verbod voor de pereeelen, waar die verkoop op
1 Juni 1928 plaats had. zoolang de tegenwoor
dige verkoopers daarin hun bedrijf uitoefenen,
doch niet langer dan 1 Juni 1935. Het wetsont
werp wordt dienovereenkomstig gewijzigd.
Bij het mondeling overleg werd er de aan
dacht op gevestigd, dat het verbod van v e r-
koop van zwa k-a lcoholischeu
drank in winkels waar ook andere zaken wor
den verkocht, in verband met de omzetting van
de verplichte splitsing van den verkoop in het
tappen en slijten in een facultatieve een zeer
slechte werking zal blijken te hebben. De in de
tweeda plaats genoemde omzetting zal zonder
twijfel ten gevolge hebban, dat afzonderlijke
süjtvergunnmgen in de toekomst vrijwel niet
meer zullen voorkomep.
In vele plaatsen bestaan zoodanige winkels,
waar uitsluitend zwak-alcoholische dranken
verkocht worden, niet. In die plaatsen zal men
dus maar één der boven bedoelde gelegenheden
hebben om zich hl het bezit te stellen van zoo
danige dranken; het zïch begeren naar een ver
gunningslokaal, waar ook getapt wordt. Dit nu
achtte men geheel onjuist. Op deze wijze wordt
vermeerdering van het drankgebruik in het al
gemeen en in het bijzonder van sterken drank,
uitgelokt.
De regeering verklaarde aan de geuite bezwa
ren te willen tegemoetkomen. Zij vestigde ech
ter de aandacht op de omstandigheid dat in
grootere gemeenten veelal wel winkels, waar
uitsluitend zwak-alcoholische dranken worden
verkocht, zullen bestaan, zoodat de genoemde
bezwaren vooral betrekking :kebbcn op den toe
stand ten plattelande,
Tegen de toekenning aan den
Raad van de bevoegdheid tot
verspreiding van de verlo
ven voor den verkoop van zwak-alcohollscheu
drank, oyer de gemeente, bestond bij verschei
dene leden ernstig bezwaar. In elk geval zal
naar hun meening in de wet een zoodanig cri
terium moeten worden opgenomen, dat niet
alleen op grond van „vrees voor misbruik" tot
het droogleggen van bepaalde wijken kan wor
den overgegaan.
Voorts kan de Minister niet voorstellen een
verbod van zwak-alcoholische dranken te schen
ken aan personen beneden 15 jaar.
Ook sluiting voor jongelieden beneden IS
jaar van verlofslokallteiten, wier exploitanten
drankwetovertredingen hebben gepleegd, of
hebben gepoogd te plegen, kan hij niet voorstel
len.
Tegen invoering der plaatselijke
keuze bestond bij verscheidene leden ern
stig bezwaar. Volgens hen zal invoering van dit
stelsel aanleiding geven tot het ontstaan van
onrust in erschlllende gemeenten. Immers her
haaldelijk zal men trachten stemmingen over
een geheel© of gedeeltelijke drooglegging te
doen houden. Voorts zou bij toepassing van hot
stelsel ontduiking op groote schaal zijn waai
te nemen.
De minister deelde o.m. in zijn antwoord
mede, dat hij zich zeer wel kan vereenigen
met hetgeen door de voorstanders ten gunste
van het instituut ia aangevoerd. Hij acht zich
tot het voorstellen der plaatselijke keuze gebon
den, zoowel door de Regoeringsverklaring van
li Maart als door het feit, dat zij van vele
zijden begeerd wordt.
De voorstanders der plaatselijke keuze ver
klaarden met leedwezen te hebben gezien, dat
de vergunningen, verleend
vóór 1 Mei 1904 aan de werking
der regeling zijn onttrokken. Het gevolg hier
van zal zijn, dat in verschillende gemeenten
het stelsel nog in geen 15 jaar toepassing zal
kunnen vinden. Bovendien wordt de onmoge
lijke toestand geschapen, dat de oude vergun
ninghouders bet grootste belang krijgen bij
den gunstigcn uitslag van een referendum. Zij
worden daardoor monopolist. Dit alleen reeds
wijst op het volkomen ongezonde en onnatuur
lijke karakter van de te dien opzichte voor
gestelde regeling.
In zijn antwoord deelde de minister mede,
dat hij ten deze zijn standpunt niet kan wij
zigen. Voor noodige of zeer wenscbelijke maat
regelen kan geen geld worden beschikbaar ge
steld. De minister acht het voorn niet wen-
schelijk, ook stemming over het Verleenen van
nieuwe vergunningen mogelijk te makken.
Het niet toelaten der plaat-
selijke keuze voor verlaging
van het maximum werd door
sommige leden betreurd, naar de meening
dezer leden is ecu zoodanige beperkte toe
passing van het beginsel der plaatselijke keuze,
vqoral voor de groote gemeenten van veel
meer practisclie beteekenis dan de meer uit
gebreide, welke het ontwerp wei kent.
De minister antwoordde, dat hij van gevoe
len blijft, dat dit ontwerp niet van voldoende
belang daarvoor is. Bovendien zouden ook
daarbij de houders van bestaande vergunningen
een al te groot belang hebben.
De in het ontwerp geschapen mogelijkheid
van plaatselijke keuze ten
aanzien van één of meor
wijken eener gemeente werd
door verscheidene leden toegejuicht.
Andere leden hadden tegen een stemming
per wijk ernstig bezwaar.
De minister antwoordde, dat er, telkens
wanneer het gaat om vervallen van vergun
ningen en niet weer verleenen van nieuwe
vergunningen, reden is, de plaatselijke keuzo
mogelijk te maken.
Sommige leden zouden in het ontwerp op
genomen wenschen te zien een verbod
tot het verkoopen van ster
ken drank ln openbare dans
gelegenheden. Andere leden verklaar
den zich met een^ zoodanig verbod niet te kun
nen vereenigen.
In zijn antwoord zelde de minister, dat bij
zoodanig verbod aan de burgemeesters een stuk
van de plaatselijke politieregeiing zou worden
ontnomen, zonder dat dit door de omstandig
heden volstrekt 'geboden schijnt.
Bij het mondeling overleg verklaarde de Re-
goeriug zich echter bij nadere overweging be
reid, aan dezen aandrang ten deele gevolg te
geven. Zij deelde daarbij mede, dat tot die be
slissing mede had bijgedragen het kort te voren
verschenen rapport van de Tucht-Unie, waar
uit haar gebleken was, dat volgens het oordeel
van deskundigen, krasser optreden tegen d«
combinatie ,,dans-aJcobol" noodig kan zijn. De
regeering achtte de beste oplossing van deze
kwestie gelegen in een aanvulling van artikel
53 in dien zin, dat verlof van den burgemeester
noodig zal zijn voor het bieden van gelegenheid
iu voor het publiek toegankelijke localiteiten
met vergunning of verlof A in die gemeenten,
die daarvoor bij Kon. besluit mochten worden
aangewezen. Op deze wijze blijft het toezicht
van den burgemeester gehandhaafd.
Sommige leden waren van meening, dat het
aanbeveling verdient een algemeen© over
gangsbepaling in het leven te roepen,
welke het mogelijk maakt, dat zij die thana
meer dan één zaak exploiteeren, hetzij van meer
dan één vergunninghouder vervangen zijn, het zij
door rersehiüende vervangers hem vergunnin
gen doen exploiteeren, tenminste hetzelfde aan
tal zaken op dezelfde wijze zullen kunnen blij
ven drijven.
Ben zoodanige overgangsbepaling ontmoette
echter bij den minister bezwaar.
ARTIKELEN.
Bij de artikelen deelde de minister nog mede,
dat verhooging van de grens voor bier tot 100
liter bij hem bezwaar ontmoet.
Het is niet de bedoeling van art. 1 terrassen
en tuinen van hotels en sociëteiten uit te sluiten.
De minister ziet er geen bezwaar in om d«
grens van 2 d.L. voor gebruik elders dan ter
plaatse terug te brengen tot 1 d.L.
Bij nader inzien kan het bewijs, dat de ver
zoeker om een vergunning de beschikking heeft
over de localiteit, gemist worden. Vermelding
van de oppervlakte van de localiteiten In het
verzoekschrift is evenwel noodig en wordt
daarom alsnog Ingevoegd.
De minister heeft er geen bezwaar tegen de
bepaling op te nemen, dat een verlof A boven
het maximum kan worden verleend, indien d©
machtiging aan B. en W. om voor één of meer
localiteiten, welke deel uitmaken van een bui
tengewone inrichting voor maatschappelijk ver
keer, een tapvergunuing boven het vastgesteld©
maximum te verleenen, wordt ingetrokken.
Het aantal dagen, waarop inwoners van een.
gemeente, nlet-leden eener sociëteit, in die
sociëteit kunnen worden toegelaten, achtten
sommige leden veel te hoog.
Opgemerkt werd, dat bij verschillende col
leges van Gedeputeerden de goede gewoonte b»
staat, den belanghebbenden inzage te geven
van de stukken, welke op het beroep betrek
king hebben en hen in de gelegenheid te stel
len hun belangen mondeling toe te lichten. Men
wensebte aan deze methode wettelijken grond
slag te geven en haar toepassing verplicht ta
stellen.
De minister zal hieraan gevolg geven.
De minister maakt geen bezwaar tegen ©en
gewenscht geachte wijziging, waardoor belang
hebbenden, die zich door een uitspraak van den
gemeenteraad niet bevredigd achten bij den
Raad van Beroep voor de directe belastingen ln
beroep kunnen komen (art. 21).
Betaling van het vergunningsrecht in tei>
mijnen zou voor de gemeenten te veel werk en
controle beteekeneu, aldus meent de minister.
De commissie maakte bezwaar tegen de bepa
ling dat de verkoop op het water door z.g. pro
viandvoerders verboden wordt. De minister
merkt op dat het hier betreft den verkoop van
bier en wijn. Hij acht het juist een voordeel dat
deze verkoop door de proviandvoerders niet
meer zal zijn toegelaten.
G-evraagU werd waarom ook aan brouwerijen
niet het recht Is toegekend zonder verlof bier
dat brouwerijen geen bier in 't klein plegen te
verkoopen. Willen zij dit, dan kunnen zij een
in 't klein te verkoopen. De minister antwoordt,
lokaal inrichten.
naar het Egelsch van WILLIAM LE QUHUX.
f
I Wat zou er in zitten? vroeg Bill
Waarin?
In wat jij hebt, natuurlijk, zou ik denken.
Wc-et ik veel. Een minnebrief natuurlijk.
Of een bom. Even gevaarlijk.
Goed geslapen?
Stik.
Weer voeren ze verder zonder een mond open
te deen. Toen luchtte Jim zijn opgekropt ge
moed.
Die meid is handig en vulsch. Je laat het
wel uit je lijf om er in te kijken. Overal heeft
za vallen en strikken voor on3 weggelegd.
En toen Bill IXeatou maar nik3 terug zei:
Laat ze opdonderen!
En die laatste verwenschiug ging met een
zwaren vuistslag op het dek gepaard, zoodat
Bill Heaton even opkeek.
Zei jo wat?
Dat 't koud is! antwoordde Jim met een
gezicht van zeven dagen onweer.
In Henley nam een knecht het bootje over
en do twee mannen namen een straat, die naar
het Red Lion Hotel voerde. Daar hingen nog
wat klanten, die min of meer met het luxe be
drijf dezer plaats te maken hadden, maar het
Wereldberoemde in luxueuse hotel had nu niets
van de gezellige en bonte jolijt, die schoonheid
en sport er ten toon spreiden tijdens de Hen
ley Regatta week.
Ondeiweg overhandigde Franklyn de doos
aan den ander met de woorden:
't Is beter dat jij het maar neemt, ouwe.
Ik hoop maar, dat ie niet uitbarst, terwijl jij
hout op je hart draagt!
Heaton liet het ln een fijn lederen actetasch
glijden, dia hij uit do motorboot had meegeno
men en deed die toen op slot. Franklyn liep
naar den tcgenoverliggenden Ingang van het
hotel, terwijl Heaton door de hoofddeur binnen
trad on zich onmiddellijk naar de koffiekamer
begaf.
Aan een tafel bij het raam zat een jong
meisje, dat alle leeftijden tusschen de vijftien
«n zeventien kon hebben. Al het frissche, het
gnschu Uiige, het argeloozs van wat de Engel-
schen een „sweet seventeen" noemen was in
de leuke oogen en de frissche wangen te Vin
den. Ze keek verlangend uit het raam. De re
gen had opgehouden en een bundel zonlicht
zag kans op haar mooie blonde haar te komen
zitten, dat natuurlijk volgens de mode kortge
knipt was. Maar do natuur stoort zich niet aan
vneuwengrillen en zoo zag ze kans ook in deze
korte haren de zachte golving te brengen, die
vroeger in lange vlechten langs haar schou
ders was gestroomd.
Hallo Dad' Ben je daar eindelijk. He, wat
ben Ik blij! riep ze, terwijl ze opsprong.
Daar lag een heerlijke spontane vreugde in
haar gezicht en in haar oogen, die het diepe
blauw hadden van een rookkolom, die op het
uitgestrekte Russische landschap omhoog kan
stijgen, lag de verhoogde gloed Van dó blijde
verrassing. Ook Heatons joviale gezicht zette
zich in een gulden glimlach, toen hij zijn dech-
ber naar zich toe zag komen. Maar toch voegde
hij haar fluisterend toe:
Ssst. Elsie Wij zijn steeds gewend zacht
te spreken, als we zaken doeii.
Hij volgde zijn eigen voorzorgsmaatregelen
onmiddellijk op, door haar behoedzaam een
zoen op het voorhoofd te drukken. Toen kwam
er op Elsie Heaton's gezicht een uitdrukking
van diepe teleurstelling en ze keek weer naar
buiten en zei:
Wat zijn dat voor zaken, Dad? Je geeft
me altijd maar hoopeu gold, maar nooit heb
je een oogeubllk voor me over. Trouwens zij
aarzeldedaar schijnt altijd iets geheim
zinnigs te zijn. als we toevallig eens samen
komen.
Geheimzinnigs?
Ja, waarom ging die andere man, is het
een vriend of is het een knecht.maar waar
om ging die andere man niet met u mee naar
binnen. Waar Is hij nu?
Haar vader nam haar hand en zei geruststel
lend:
Och, dat zijn goon zaken voor zoo'n klein
meisje. Blijf altijd maar even braaf als je nu
bent en we zullen nog eens heiel rijk worden
en dan zullen we werkelijk altijd samen zijn,
jij en ikeu dan nemen we een cottage er
gens langs de Thames en een bootje. Maar je
moet nog een beetje geduld hebben en precies
doen wat ik je vraagdat Is het beste....
zoowel voor jou als voor mij.
Toen herkreeg haar beweeglijk gezicht weer
de blijde uitdrukking en ze antwoordde:
Best, Dadi Ik zal braaf blijven en doen
wat je van me vraagt. Na een stilte voegde ze
er aan toe Maar voor niemand anders hoor. Ik
hou niet van dien anderen manJim Frank
lyn bedoel ik. Ik krijg altijd een gevoel of hij
je kwaad >vil doen. Die man is niet eer
lijk, Dadi.
Daar kon je wel gelijk in hebben, zei Bill
Heaton meer tegen zich zelf dan tegen zijn
dochter, maar in ieder geval moet Je ook met
scherpe messen kunnen snijden, alleen is het
dubbel oppassen, als ze uitschieten ben je er
zelf het ergste aan toe.
Op een middag nam Elsie Heaton op het per
ron van het Eaddington Station afscheid van
haar vader. Ze nam de trappen naar Praed
Street, stak London Street over en door een
zijstraatje kwam ze ten slotte in Babywater
Road.
Ze wandelde heel vlug en keek telkens om
zich heen, want blijkbaar scheen ze iemand te
verwachten. Wel vijf minuten stond ze te
wachten op den hock van Stanhope Street en
toen stapte ze met een erg ontevreden ge
zichtje door de Victorian Cate Hyde Park bin
nen. Ze nam een drentel pas en sloeg links af
naar de Marble Arch.
Dat is gemeen van htm! begon ze zich
zelf te beklagen en den ander te beschuldigen.
Hij weet, dat ik maar een schimmetje tijd heb.
En zou Dad niet woest zijn, als hij wist, dat ik
hier zoo maar loop te luieren?
Elsie kwam aan het groote open stuk vlak
voor de Marble Arch. Terwijl ze de gelegenheid
afwachtte om den breeden verkeersweg over
te steken en door den onophoudelijken stroom
van bussen en auto'3 een spaarzaam toegeme
ten doorgang te vinden kwam er een Jonge
man door de poort gerend, die haar erg opge
wekt begroette.
't Spijt me geducht, Elsie! Ik kon beslist
geen minuut eerder van dat ellendige kantoor
weg! Toen heb lk maar een smoesje verzonnen,
dat mijn vriend begraven moest worden en
toen zet de directeur, zou je geen bonbonaetjes
voor je dooien vriend mee nemen? Toch aar
dig! Maar hier ben ik! Kijk nu vriendelijk en
bewonder me!
Hij ratelde er al die zinnetjes buiten adem
uit, maar op Elsie's leuke gezichtje kwam die
eigenaardige uitdrukking van vrouwelijke te
leurstelling eigen aan jonge meisjes, als de
,,boy'', dia nog niet haar verloofde is, maar
er op vlast het zoo spoedig mogelijk te mogen
worden, haar heeft laten wachten. -
Vergeef je me niet eens? Vind je het dan
niet prettig, dat ik toch nog gekomen ben,
Elsie? pleitte de Jonge man.
Je behoeft me niet Elsie te noemen. Zeg
maar Miss Heaton, pruilde het meisje.
Laat ons naar den bioscoop gaan, stelde
de jonge man voor.
Toen klaarde Elsie's gezicht weer heelemaal
op en de pruilende lippen trokken zich tot een
hoogst beminlijken glimlach terug.
Harry Robson was nog maar achttien. Groot,
gespierd, donker en met mooi krullend haar,
waar Elsie dol op was. Trouwens welke jonge j
vtouw kan de bekoring van krullend haar
weerstaan? Hij was bediende bij een groote
showroom van automobielen in Great Port
land Street. Hij was bizonder groot voor zijn
leeftijd en had altijd een kop boven zijn kor
nuiten uitgestoken. Toen hij nog maar dertien
was had hij tegen fancy loonen gewerkt in een
munitiefabriek en vanaf dien tijd had hij zich
met een specialen aanleg gewoTpen op het
technisch bedrijf. Hij kon zich nu beroemen op
een buitengewone bekwaamheid als chauffeur
eu monteur, bleek een handig verkooper te
zijn en had het reeds tot zeven pond per week
weten te brengen met provisie.
Ilc heb er niets op tegen, maar ik moet
eerst naar South Street In Mayfalr, was het
eigenaardige antwoord van een zeer welkome
uitnoodiging, die immers het vooruitzicht
opende op chocolade en thee en cakes en Turk-
sche cigaretten en een heterlijk half belichte
zaal.
In orde! We zullen een taxi nemen, stem
de Harry er grif mee ln.
Na drie of vier minuten, veroorzaakt door
een ellendige verkeersopstopping aan de Gr as-
ven or Gate ln Park Lane stopte de taxi aan een
typisch oud Lopdensch huis in South Street,
Mayfalr.
Moet je binnen zijn? vroeg Harry, toen
Elsie reeds uit de taxi stapte. Kun je de bood
schap niet aan de deur afdoen?
Nten ik moet ze persoonlijk afgeven, ant
woordde ze.
Aan belde kanton van de donkergroene deur,
die een groote koperen klopper van Grieksch
model droeg, was een ijzeren hek. Aan het hek
aan je rechterhand zat, vlak bij de trap om
naar binnen te gaan een groote, geroeste,
ouderwetsche toortsbiusscher. Die oude toorts-
blusschors zijn tegenwoordig verbazend zeld
zaam. Ze dateeren uit de dagen, dat Londen
maar heel slecht verlicht was, de paden onvei
lig waren en de politie zoo goed als ontbrak.
Toen liepen de toortsdragers, die men huren
kon, indien men niet over eigen bedienden
beschikte, voor de Sedandraagstoelen of de
loopende voorbijgangers met hun vlammende
toortsen om hen voor te lichten op donkere
en mistige avonden.
De hlusschers werden dus aan de hekken be
vestigd op de gerieflijke hoogte en dienden om
de toorts zoolang te do oven. als het bezoek
duurde.
De deus- werd geopend door ecu zeer strojn-
gen bediende in een keurig passend livrei van
zwart laken, waaronder hij een zwart en geel
gestreept vest droeg. Hij was groot en flink ge
bouwd en droeg een goed getraind en glad ge
schoren onbeweeglijk gezicht, dat zeer verach
telijk kon staan indien hij in functie was, maar
de trekken yaa detf lach voor goed had afge
zworen. Hij was de verpersoonlijking van d»
zuivere „livrei".
Elsie overhandigde hem een kaart. De deur
werd voorzichtig gesloten en men liet haar
in de hall wachten, die klein geschenen zon
hebbon, indien niet van den vloer tot het pla
fond spiegels liepen, die de eigenlijke ruimte
tot in het oneindige verveelvuldigden.
I-Iandig gebruik makend van deze eenige ge
legenheid, deed Elsie een zorgvuldig onderzoek
naar haar bruine costume tailleur dat tot haar
algeheele voldoening als een bus sloot om baar
slanke middel en de lofuitingen van de nauw
gezette winkeljuffrouw uit een der rijkste win
kels van Oxford Street volkomen rechtvaar
digde.
Ja! Elsie was werkelijk een zeer aantrekke
lijke verschijning. Dat moest zo zonder blozen
van zich zelf getuigen en daarom vond ze het
dubbel schande van Ilarry, dat hij haar zoo
lang had laten wachten. Toch weer leuk, dat
hij onmiddellijk aangeboden had 'n taxi te ne
men. En Elsie weerde en wendde zich (lat hot
een lust was. Ze zou werkelijk een huichelaar
ster geweest zijn, als ze niet had toegegeven,
dat het een van haar gezelligste vijf minuten
waren, die ze den laatsten tijd had gekend.
Trouwens haar vader, die tot die geheimzin
nige club in de verborgen bungalow in Peck-
ham behoorde en dikwijls naar de onherberg
zame hut in Raslar trok, stelde haar ruim
schoots in de gelegenheid om zich goed in de
kleereu to steken op een voorwaarde, dat alles
wat ze zich aanschafte altijd behoorlijk zou
zijn. Al of niet in de mode, kon hem minder
schelen, maar onbeschaamd of opzichtig kon
hij van zijn dochter niet uitstaan.
Waarom waakte Bill Heaton er zoo angst
vallig voor, dat Elsie zich van alle wereldsche
invloeden zuiver zou houden, hij die haar bijna
geheel aan zich zelf over liet?
De bediende kwam terug eu met een lichte
lioffeiijko bulging van zijn hoofd, die tot eea
volledige reverence zou uitgegroeid zijn, indien
hij een menuet had gedanst, zei hij:
Wil u mij maar volgen, miss. Madame
wenscht u te spreken.
Elsie Heaton was heelemaal niet vertrouwd
met de gewoonten van Mayfair en een beetje
beduusd door al die statige manieren van de
zen onberlspelijken lakei, wist ze een oogonbliK
niet wat to doen. Hij stelde bijna haar ,,boy" ia
ds schaduw en heimelijk deed zo eerst nog eens
haar uiterste best om Ilarry Robson tot een
wave Adonis en een phenomeeu van technisch©
vaardigheid te verheffen, bang als ze was, dat
een langere tegenwoordigheid met dit toon
beeld van plichtsvervulling eu nauwgezetheid
haar ontwakende vereering voor Harry nam
het wankelen zou brengen.
(Wordt vervolgd^. J