REGELING VOOR DEN KLEINHANDEL IN ALCOHOLHOUDENDE DRANKEN FEUILLETON li Donder~ïaf* 3 Januari 1979 Derde Rlad Pagina 1 De beantwoording door de Regeering DE VIJFDE VINGER HET VERSLAG VAN DE COMMISSIE VAN j VOORBEREIDING BETREFFENDE HET WETSONTWERP DE INVOERING DER PLAATSELIJKE KEUZE DE PLAATSELIJKE KEUZE. EEN AVONTURENVERHAAL. 'j O Verschenen Is het Verslag van de Commis sie van Voorbereiding betreffende het wetsont werp houdende bepalingen tot regeling voor den kleinhandel ln alcoholhoudende dranken. Daar aan wordt het volgende ontleend. Nadat het afdeellngs-onderzoek, waarvan de Commissie ©en leidraad had opgemaakt, had plaats gehad, heeft de oommissie de regeering een verslag doen toekomen, houdende de beschouwingen en opmerkingen, waartoe het afdeellngaonderzoek en de beraadslagingen over het ontwerp in den boezem der commissie eenheid hadden gegeven. Dat verslag werd door de regeering schrifte lijk beantwoord. Daarna had tusschen de com missie en de regeering een mondeling overleg plaats. De bij de voorbereidende behandeling door de regeering in het ontwerp aangebrachte wij- algingen zijn vervat In een nota van wijziging, welke met een gewijzigd ontwerp van wet en ©en gewijzigd vergelijkend overzlciht van den tekst van het ontwerp en van dien der be staande Drankwet aan het verslag zijn toege voegd. De commissie van voorbereiding acht de openbare beraadslaging over het wetsont werp thans genoegzaam voorbereid. Verscheidene leden betreurden het, dat de rageering zich niet heeft bepaald tot een tech nische herziening en achtten het niet juist ge- eten thans weder te komen met een voorstel tot invoering der plaatselijke keuze. Van andere zijde werd opgemerkt, dat de vroegere voor stellen inzake plaatselijke keuze verworpen zijn, mede op grond van de overweging, dat voor een regeling van dezen aard het initiatief van de regeering behoort uit te gaan. De gevoerde gedachten wisseling leidde er toe, dat algemeen de wenschelijkheld werd erkend en bepleit vooi' het treffen van scherpe maatregelen tegen het gebruik van alcohol houdende dranken door jeugdige personen. In zijn schriftelijk antwoord merkt de minis ter van Arbeid, Handel en Nijverheid tegenover •de critlek op de opneming van de plaatse- lli ke k e uz e in het voorstel op: le. dat in de Regeerlngsverklaring van 11 Maart 1926 is aangekondigd een wijziging van de Drankwet o.m. tot invoering van plaatselijke keuze: 2e. flat dus verschillende van de vastgestelde technische herzieningen bepalingen van de Drankwet 1904 soepeler znllen werken en zal worden tegemoetgekomen aan bezwaren of wemehen van belanghebbenden. De Minister betwist dan ook dat zijn wets ontwerp van onverzoenlijkheid getuigt, onder opmerking, dat het allerminst de radicale drankbestrijders bevredigt. Het feit, dat parti culiere belangen moeten worden teruggedron gen voor het algemeen belang kan echter op zichzelf nog niet grond van schadevergoeding zijn tot beperking van het voorstel in hoofd zaak tot scherpe maatregelen tegen het gebruik van alcoholhoudende dranken door de jeugd kan de Minister vooralsnog niet overgaan. Handhaving van het voorstel ln zijn oor spronkelijke vormen beteekent evenwel aller minst, dat de volksvertegenwoordiging niet vrij zou zijn in haar beslissing. Het ontwerp 13 voor velerlei verandering vatbaar: de Minis ter is tot gemeen overleg gaarne bereid. Verscheidene leden wezen er vervolgens op, dat de Regeoring wel zeer weinig gegevens heeft verstrekt ter beoordeeling van de con clusies, welke zij uit hare overwegingen heeft getroffen en welke in de bepalingen van het ontwerp haar weerslag vinden en drongen er op aan dat de Regeering de bedoelde gegevens alsnog zou overleggen. De argumenten voor het intact laten van den grondslag, waarop de wet is opgetrokken, het m a x I m u m-v er gunningstelsel noemen verscheiden leden uitermate zwak. Andere leden konden zich niet vereenigen met het stelsel, door den heer van der Weele, in specteur van politie en chef van het bureau Drankwet en vermakelijkheden te Rotterdam ontwikkeld, en met de zienswijze dat niet een beperking doch een opvoering van het gehalte der gelegenheden waar drank te verkrijgen is, thans behoefte bestaat. Naar de meening van den Minister is het pleidooi van verscheidene leden tegen het maximum-stelsel in te somberen toon gesteld. Vele leden gaven voorts uiting van waar deering voor het feit, dat de Regeering tot een algeheel© technische herziening der wet het initiatief heeft genomen. Verscheidene leden bevelen voorts verdere omschrijving van het begrip s t e r k e n drank aan. Zij zouden als zoodanig willen zien beschouwd allen alcoholhoudenden drank met uitzondering van bier en wijn. Het begrip alcoholhoudende drank moet dan natuurlijk nog meer door an deren worden begrensd. Versclieidenen leden was 't niet duidelijk, hoe de Minister, gezien zijn uit de overige bepalin gen van het ontwerp blijkende mentaliteit, tot de omzetting van de verplich te splitsing voor den verkoop in het tappen en slijten in een facultatieve is kunnen overgaan. Da Minister antwoordde dat hij zich bij de technische herziening tot doel heeft gesteld, dwingende bepalingen, die niet voldoende te motiveereu zijn, soepeler te maken of te schrap pen. Op het platteland, waar de splitsing nu reeds niet geldt, zijn de herbergen de eenige gelegenheid, waar men sterken drank per flesch kan koopen. Van bezwaren is daar nog nooit ge bleken. Bij vele leden bestond ernstig bezwaar tegen de heffing van een recht voor hoteiverg u n n I n g e n. De Minister verklaarde zich bereid aan het bezwaar der uniformiteit in zooverre tegemoet te komen, dat, met behoud van een maximum bedrag van 25 het recht bij algeméenen maat regel van bestuur nader wordt geregeld naar gelang van het aantal voor logeergasten beschik bare bedden. Nadere overweging hoefit evenwel sterker naar voren gebracht de ondeugdelijkheid van het middel van controle, dat gezocht werd in de gegevens van den dienst der accijnzen. Voor dien dienst doet het er niet toe of do persoen, die inslaat, een strooman is. Voor den minister is per slot geen andere conclusie mogelijk dan dat men bij den voorgestelden grondslag alleen op d» boeking van de belanghebbenden zeiven zou zijn aangewezen. Dit nu is voor hem zóó groot bezwaar, dal hij zijn voorstel op dit punt terugneemt en dan grondslag, die thane ln de wet is neergelegd, overneemt. Met betrekking tot de overdracht van het recht tot uitoefening van een vergunning aan een naamlooze vennootschap en van het recht van uitoefe ning van meer dan één vergun- n i n g aan één persoon verklaarde de Regee ring, tot uitbreiding van de bevoegdheid tot overdracht, die door een aantal leden gevraagd werd, niet te kunnen; overgaan, wijl concentra tie in enkele handen van een belangrijk aantal rechten tot uitoefening van een vergunning een nieuwe grootmacht van kapitaal in zou scha kelen, dio allicht met terzijdelating van iedere persoonlijks ronsideratio uitsluitend op winst bedacht zou zijn. Tegen de voorgestelde uitbreiding van de wet ten aanzien van bier eu wijn bestond bij ver scheidene leden zeer etnstig bezwaar. Van mis bruik op groote schaal van bier en wijn is hier te lande geen sprake. Ook bij het mond ling overleg meende een aantal leden erop te moeten aandringen, dat de Regeeriug alsnog terug zal komen op haar voor stel tot uitbreiding van het maximumstelsel tot de verloven. Da Regeering meende evenwel het <#sor haar ingenomen standpunt te moeten handhaven. Zeer vele leden waren van meening, dat het onmogelijk maken van den verkoop van bier of wijn per flesch in winkels, waar ook andere zaken worden verkocht, te ver gaat. De minister doelde mede, dat zich hierbij de vraag voordoet, of deze maatregel kan worden doorgevoerd met vermijding van sekado voor de tegenwoordige verkoopera. Hij meent, dat aanvaard kan worden de vrijstelling van het verbod voor de pereeelen, waar die verkoop op 1 Juni 1928 plaats had. zoolang de tegenwoor dige verkoopers daarin hun bedrijf uitoefenen, doch niet langer dan 1 Juni 1935. Het wetsont werp wordt dienovereenkomstig gewijzigd. Bij het mondeling overleg werd er de aan dacht op gevestigd, dat het verbod van v e r- koop van zwa k-a lcoholischeu drank in winkels waar ook andere zaken wor den verkocht, in verband met de omzetting van de verplichte splitsing van den verkoop in het tappen en slijten in een facultatieve een zeer slechte werking zal blijken te hebben. De in de tweeda plaats genoemde omzetting zal zonder twijfel ten gevolge hebban, dat afzonderlijke süjtvergunnmgen in de toekomst vrijwel niet meer zullen voorkomep. In vele plaatsen bestaan zoodanige winkels, waar uitsluitend zwak-alcoholische dranken verkocht worden, niet. In die plaatsen zal men dus maar één der boven bedoelde gelegenheden hebben om zich hl het bezit te stellen van zoo danige dranken; het zïch begeren naar een ver gunningslokaal, waar ook getapt wordt. Dit nu achtte men geheel onjuist. Op deze wijze wordt vermeerdering van het drankgebruik in het al gemeen en in het bijzonder van sterken drank, uitgelokt. De regeering verklaarde aan de geuite bezwa ren te willen tegemoetkomen. Zij vestigde ech ter de aandacht op de omstandigheid dat in grootere gemeenten veelal wel winkels, waar uitsluitend zwak-alcoholische dranken worden verkocht, zullen bestaan, zoodat de genoemde bezwaren vooral betrekking :kebbcn op den toe stand ten plattelande, Tegen de toekenning aan den Raad van de bevoegdheid tot verspreiding van de verlo ven voor den verkoop van zwak-alcohollscheu drank, oyer de gemeente, bestond bij verschei dene leden ernstig bezwaar. In elk geval zal naar hun meening in de wet een zoodanig cri terium moeten worden opgenomen, dat niet alleen op grond van „vrees voor misbruik" tot het droogleggen van bepaalde wijken kan wor den overgegaan. Voorts kan de Minister niet voorstellen een verbod van zwak-alcoholische dranken te schen ken aan personen beneden 15 jaar. Ook sluiting voor jongelieden beneden IS jaar van verlofslokallteiten, wier exploitanten drankwetovertredingen hebben gepleegd, of hebben gepoogd te plegen, kan hij niet voorstel len. Tegen invoering der plaatselijke keuze bestond bij verscheidene leden ern stig bezwaar. Volgens hen zal invoering van dit stelsel aanleiding geven tot het ontstaan van onrust in erschlllende gemeenten. Immers her haaldelijk zal men trachten stemmingen over een geheel© of gedeeltelijke drooglegging te doen houden. Voorts zou bij toepassing van hot stelsel ontduiking op groote schaal zijn waai te nemen. De minister deelde o.m. in zijn antwoord mede, dat hij zich zeer wel kan vereenigen met hetgeen door de voorstanders ten gunste van het instituut ia aangevoerd. Hij acht zich tot het voorstellen der plaatselijke keuze gebon den, zoowel door de Regoeringsverklaring van li Maart als door het feit, dat zij van vele zijden begeerd wordt. De voorstanders der plaatselijke keuze ver klaarden met leedwezen te hebben gezien, dat de vergunningen, verleend vóór 1 Mei 1904 aan de werking der regeling zijn onttrokken. Het gevolg hier van zal zijn, dat in verschillende gemeenten het stelsel nog in geen 15 jaar toepassing zal kunnen vinden. Bovendien wordt de onmoge lijke toestand geschapen, dat de oude vergun ninghouders bet grootste belang krijgen bij den gunstigcn uitslag van een referendum. Zij worden daardoor monopolist. Dit alleen reeds wijst op het volkomen ongezonde en onnatuur lijke karakter van de te dien opzichte voor gestelde regeling. In zijn antwoord deelde de minister mede, dat hij ten deze zijn standpunt niet kan wij zigen. Voor noodige of zeer wenscbelijke maat regelen kan geen geld worden beschikbaar ge steld. De minister acht het voorn niet wen- schelijk, ook stemming over het Verleenen van nieuwe vergunningen mogelijk te makken. Het niet toelaten der plaat- selijke keuze voor verlaging van het maximum werd door sommige leden betreurd, naar de meening dezer leden is ecu zoodanige beperkte toe passing van het beginsel der plaatselijke keuze, vqoral voor de groote gemeenten van veel meer practisclie beteekenis dan de meer uit gebreide, welke het ontwerp wei kent. De minister antwoordde, dat hij van gevoe len blijft, dat dit ontwerp niet van voldoende belang daarvoor is. Bovendien zouden ook daarbij de houders van bestaande vergunningen een al te groot belang hebben. De in het ontwerp geschapen mogelijkheid van plaatselijke keuze ten aanzien van één of meor wijken eener gemeente werd door verscheidene leden toegejuicht. Andere leden hadden tegen een stemming per wijk ernstig bezwaar. De minister antwoordde, dat er, telkens wanneer het gaat om vervallen van vergun ningen en niet weer verleenen van nieuwe vergunningen, reden is, de plaatselijke keuzo mogelijk te maken. Sommige leden zouden in het ontwerp op genomen wenschen te zien een verbod tot het verkoopen van ster ken drank ln openbare dans gelegenheden. Andere leden verklaar den zich met een^ zoodanig verbod niet te kun nen vereenigen. In zijn antwoord zelde de minister, dat bij zoodanig verbod aan de burgemeesters een stuk van de plaatselijke politieregeiing zou worden ontnomen, zonder dat dit door de omstandig heden volstrekt 'geboden schijnt. Bij het mondeling overleg verklaarde de Re- goeriug zich echter bij nadere overweging be reid, aan dezen aandrang ten deele gevolg te geven. Zij deelde daarbij mede, dat tot die be slissing mede had bijgedragen het kort te voren verschenen rapport van de Tucht-Unie, waar uit haar gebleken was, dat volgens het oordeel van deskundigen, krasser optreden tegen d« combinatie ,,dans-aJcobol" noodig kan zijn. De regeering achtte de beste oplossing van deze kwestie gelegen in een aanvulling van artikel 53 in dien zin, dat verlof van den burgemeester noodig zal zijn voor het bieden van gelegenheid iu voor het publiek toegankelijke localiteiten met vergunning of verlof A in die gemeenten, die daarvoor bij Kon. besluit mochten worden aangewezen. Op deze wijze blijft het toezicht van den burgemeester gehandhaafd. Sommige leden waren van meening, dat het aanbeveling verdient een algemeen© over gangsbepaling in het leven te roepen, welke het mogelijk maakt, dat zij die thana meer dan één zaak exploiteeren, hetzij van meer dan één vergunninghouder vervangen zijn, het zij door rersehiüende vervangers hem vergunnin gen doen exploiteeren, tenminste hetzelfde aan tal zaken op dezelfde wijze zullen kunnen blij ven drijven. Ben zoodanige overgangsbepaling ontmoette echter bij den minister bezwaar. ARTIKELEN. Bij de artikelen deelde de minister nog mede, dat verhooging van de grens voor bier tot 100 liter bij hem bezwaar ontmoet. Het is niet de bedoeling van art. 1 terrassen en tuinen van hotels en sociëteiten uit te sluiten. De minister ziet er geen bezwaar in om d« grens van 2 d.L. voor gebruik elders dan ter plaatse terug te brengen tot 1 d.L. Bij nader inzien kan het bewijs, dat de ver zoeker om een vergunning de beschikking heeft over de localiteit, gemist worden. Vermelding van de oppervlakte van de localiteiten In het verzoekschrift is evenwel noodig en wordt daarom alsnog Ingevoegd. De minister heeft er geen bezwaar tegen de bepaling op te nemen, dat een verlof A boven het maximum kan worden verleend, indien d© machtiging aan B. en W. om voor één of meer localiteiten, welke deel uitmaken van een bui tengewone inrichting voor maatschappelijk ver keer, een tapvergunuing boven het vastgesteld© maximum te verleenen, wordt ingetrokken. Het aantal dagen, waarop inwoners van een. gemeente, nlet-leden eener sociëteit, in die sociëteit kunnen worden toegelaten, achtten sommige leden veel te hoog. Opgemerkt werd, dat bij verschillende col leges van Gedeputeerden de goede gewoonte b» staat, den belanghebbenden inzage te geven van de stukken, welke op het beroep betrek king hebben en hen in de gelegenheid te stel len hun belangen mondeling toe te lichten. Men wensebte aan deze methode wettelijken grond slag te geven en haar toepassing verplicht ta stellen. De minister zal hieraan gevolg geven. De minister maakt geen bezwaar tegen ©en gewenscht geachte wijziging, waardoor belang hebbenden, die zich door een uitspraak van den gemeenteraad niet bevredigd achten bij den Raad van Beroep voor de directe belastingen ln beroep kunnen komen (art. 21). Betaling van het vergunningsrecht in tei> mijnen zou voor de gemeenten te veel werk en controle beteekeneu, aldus meent de minister. De commissie maakte bezwaar tegen de bepa ling dat de verkoop op het water door z.g. pro viandvoerders verboden wordt. De minister merkt op dat het hier betreft den verkoop van bier en wijn. Hij acht het juist een voordeel dat deze verkoop door de proviandvoerders niet meer zal zijn toegelaten. G-evraagU werd waarom ook aan brouwerijen niet het recht Is toegekend zonder verlof bier dat brouwerijen geen bier in 't klein plegen te verkoopen. Willen zij dit, dan kunnen zij een in 't klein te verkoopen. De minister antwoordt, lokaal inrichten. naar het Egelsch van WILLIAM LE QUHUX. f I Wat zou er in zitten? vroeg Bill Waarin? In wat jij hebt, natuurlijk, zou ik denken. Wc-et ik veel. Een minnebrief natuurlijk. Of een bom. Even gevaarlijk. Goed geslapen? Stik. Weer voeren ze verder zonder een mond open te deen. Toen luchtte Jim zijn opgekropt ge moed. Die meid is handig en vulsch. Je laat het wel uit je lijf om er in te kijken. Overal heeft za vallen en strikken voor on3 weggelegd. En toen Bill IXeatou maar nik3 terug zei: Laat ze opdonderen! En die laatste verwenschiug ging met een zwaren vuistslag op het dek gepaard, zoodat Bill Heaton even opkeek. Zei jo wat? Dat 't koud is! antwoordde Jim met een gezicht van zeven dagen onweer. In Henley nam een knecht het bootje over en do twee mannen namen een straat, die naar het Red Lion Hotel voerde. Daar hingen nog wat klanten, die min of meer met het luxe be drijf dezer plaats te maken hadden, maar het Wereldberoemde in luxueuse hotel had nu niets van de gezellige en bonte jolijt, die schoonheid en sport er ten toon spreiden tijdens de Hen ley Regatta week. Ondeiweg overhandigde Franklyn de doos aan den ander met de woorden: 't Is beter dat jij het maar neemt, ouwe. Ik hoop maar, dat ie niet uitbarst, terwijl jij hout op je hart draagt! Heaton liet het ln een fijn lederen actetasch glijden, dia hij uit do motorboot had meegeno men en deed die toen op slot. Franklyn liep naar den tcgenoverliggenden Ingang van het hotel, terwijl Heaton door de hoofddeur binnen trad on zich onmiddellijk naar de koffiekamer begaf. Aan een tafel bij het raam zat een jong meisje, dat alle leeftijden tusschen de vijftien «n zeventien kon hebben. Al het frissche, het gnschu Uiige, het argeloozs van wat de Engel- schen een „sweet seventeen" noemen was in de leuke oogen en de frissche wangen te Vin den. Ze keek verlangend uit het raam. De re gen had opgehouden en een bundel zonlicht zag kans op haar mooie blonde haar te komen zitten, dat natuurlijk volgens de mode kortge knipt was. Maar do natuur stoort zich niet aan vneuwengrillen en zoo zag ze kans ook in deze korte haren de zachte golving te brengen, die vroeger in lange vlechten langs haar schou ders was gestroomd. Hallo Dad' Ben je daar eindelijk. He, wat ben Ik blij! riep ze, terwijl ze opsprong. Daar lag een heerlijke spontane vreugde in haar gezicht en in haar oogen, die het diepe blauw hadden van een rookkolom, die op het uitgestrekte Russische landschap omhoog kan stijgen, lag de verhoogde gloed Van dó blijde verrassing. Ook Heatons joviale gezicht zette zich in een gulden glimlach, toen hij zijn dech- ber naar zich toe zag komen. Maar toch voegde hij haar fluisterend toe: Ssst. Elsie Wij zijn steeds gewend zacht te spreken, als we zaken doeii. Hij volgde zijn eigen voorzorgsmaatregelen onmiddellijk op, door haar behoedzaam een zoen op het voorhoofd te drukken. Toen kwam er op Elsie Heaton's gezicht een uitdrukking van diepe teleurstelling en ze keek weer naar buiten en zei: Wat zijn dat voor zaken, Dad? Je geeft me altijd maar hoopeu gold, maar nooit heb je een oogeubllk voor me over. Trouwens zij aarzeldedaar schijnt altijd iets geheim zinnigs te zijn. als we toevallig eens samen komen. Geheimzinnigs? Ja, waarom ging die andere man, is het een vriend of is het een knecht.maar waar om ging die andere man niet met u mee naar binnen. Waar Is hij nu? Haar vader nam haar hand en zei geruststel lend: Och, dat zijn goon zaken voor zoo'n klein meisje. Blijf altijd maar even braaf als je nu bent en we zullen nog eens heiel rijk worden en dan zullen we werkelijk altijd samen zijn, jij en ikeu dan nemen we een cottage er gens langs de Thames en een bootje. Maar je moet nog een beetje geduld hebben en precies doen wat ik je vraagdat Is het beste.... zoowel voor jou als voor mij. Toen herkreeg haar beweeglijk gezicht weer de blijde uitdrukking en ze antwoordde: Best, Dadi Ik zal braaf blijven en doen wat je van me vraagt. Na een stilte voegde ze er aan toe Maar voor niemand anders hoor. Ik hou niet van dien anderen manJim Frank lyn bedoel ik. Ik krijg altijd een gevoel of hij je kwaad >vil doen. Die man is niet eer lijk, Dadi. Daar kon je wel gelijk in hebben, zei Bill Heaton meer tegen zich zelf dan tegen zijn dochter, maar in ieder geval moet Je ook met scherpe messen kunnen snijden, alleen is het dubbel oppassen, als ze uitschieten ben je er zelf het ergste aan toe. Op een middag nam Elsie Heaton op het per ron van het Eaddington Station afscheid van haar vader. Ze nam de trappen naar Praed Street, stak London Street over en door een zijstraatje kwam ze ten slotte in Babywater Road. Ze wandelde heel vlug en keek telkens om zich heen, want blijkbaar scheen ze iemand te verwachten. Wel vijf minuten stond ze te wachten op den hock van Stanhope Street en toen stapte ze met een erg ontevreden ge zichtje door de Victorian Cate Hyde Park bin nen. Ze nam een drentel pas en sloeg links af naar de Marble Arch. Dat is gemeen van htm! begon ze zich zelf te beklagen en den ander te beschuldigen. Hij weet, dat ik maar een schimmetje tijd heb. En zou Dad niet woest zijn, als hij wist, dat ik hier zoo maar loop te luieren? Elsie kwam aan het groote open stuk vlak voor de Marble Arch. Terwijl ze de gelegenheid afwachtte om den breeden verkeersweg over te steken en door den onophoudelijken stroom van bussen en auto'3 een spaarzaam toegeme ten doorgang te vinden kwam er een Jonge man door de poort gerend, die haar erg opge wekt begroette. 't Spijt me geducht, Elsie! Ik kon beslist geen minuut eerder van dat ellendige kantoor weg! Toen heb lk maar een smoesje verzonnen, dat mijn vriend begraven moest worden en toen zet de directeur, zou je geen bonbonaetjes voor je dooien vriend mee nemen? Toch aar dig! Maar hier ben ik! Kijk nu vriendelijk en bewonder me! Hij ratelde er al die zinnetjes buiten adem uit, maar op Elsie's leuke gezichtje kwam die eigenaardige uitdrukking van vrouwelijke te leurstelling eigen aan jonge meisjes, als de ,,boy'', dia nog niet haar verloofde is, maar er op vlast het zoo spoedig mogelijk te mogen worden, haar heeft laten wachten. - Vergeef je me niet eens? Vind je het dan niet prettig, dat ik toch nog gekomen ben, Elsie? pleitte de Jonge man. Je behoeft me niet Elsie te noemen. Zeg maar Miss Heaton, pruilde het meisje. Laat ons naar den bioscoop gaan, stelde de jonge man voor. Toen klaarde Elsie's gezicht weer heelemaal op en de pruilende lippen trokken zich tot een hoogst beminlijken glimlach terug. Harry Robson was nog maar achttien. Groot, gespierd, donker en met mooi krullend haar, waar Elsie dol op was. Trouwens welke jonge j vtouw kan de bekoring van krullend haar weerstaan? Hij was bediende bij een groote showroom van automobielen in Great Port land Street. Hij was bizonder groot voor zijn leeftijd en had altijd een kop boven zijn kor nuiten uitgestoken. Toen hij nog maar dertien was had hij tegen fancy loonen gewerkt in een munitiefabriek en vanaf dien tijd had hij zich met een specialen aanleg gewoTpen op het technisch bedrijf. Hij kon zich nu beroemen op een buitengewone bekwaamheid als chauffeur eu monteur, bleek een handig verkooper te zijn en had het reeds tot zeven pond per week weten te brengen met provisie. Ilc heb er niets op tegen, maar ik moet eerst naar South Street In Mayfalr, was het eigenaardige antwoord van een zeer welkome uitnoodiging, die immers het vooruitzicht opende op chocolade en thee en cakes en Turk- sche cigaretten en een heterlijk half belichte zaal. In orde! We zullen een taxi nemen, stem de Harry er grif mee ln. Na drie of vier minuten, veroorzaakt door een ellendige verkeersopstopping aan de Gr as- ven or Gate ln Park Lane stopte de taxi aan een typisch oud Lopdensch huis in South Street, Mayfalr. Moet je binnen zijn? vroeg Harry, toen Elsie reeds uit de taxi stapte. Kun je de bood schap niet aan de deur afdoen? Nten ik moet ze persoonlijk afgeven, ant woordde ze. Aan belde kanton van de donkergroene deur, die een groote koperen klopper van Grieksch model droeg, was een ijzeren hek. Aan het hek aan je rechterhand zat, vlak bij de trap om naar binnen te gaan een groote, geroeste, ouderwetsche toortsbiusscher. Die oude toorts- blusschors zijn tegenwoordig verbazend zeld zaam. Ze dateeren uit de dagen, dat Londen maar heel slecht verlicht was, de paden onvei lig waren en de politie zoo goed als ontbrak. Toen liepen de toortsdragers, die men huren kon, indien men niet over eigen bedienden beschikte, voor de Sedandraagstoelen of de loopende voorbijgangers met hun vlammende toortsen om hen voor te lichten op donkere en mistige avonden. De hlusschers werden dus aan de hekken be vestigd op de gerieflijke hoogte en dienden om de toorts zoolang te do oven. als het bezoek duurde. De deus- werd geopend door ecu zeer strojn- gen bediende in een keurig passend livrei van zwart laken, waaronder hij een zwart en geel gestreept vest droeg. Hij was groot en flink ge bouwd en droeg een goed getraind en glad ge schoren onbeweeglijk gezicht, dat zeer verach telijk kon staan indien hij in functie was, maar de trekken yaa detf lach voor goed had afge zworen. Hij was de verpersoonlijking van d» zuivere „livrei". Elsie overhandigde hem een kaart. De deur werd voorzichtig gesloten en men liet haar in de hall wachten, die klein geschenen zon hebbon, indien niet van den vloer tot het pla fond spiegels liepen, die de eigenlijke ruimte tot in het oneindige verveelvuldigden. I-Iandig gebruik makend van deze eenige ge legenheid, deed Elsie een zorgvuldig onderzoek naar haar bruine costume tailleur dat tot haar algeheele voldoening als een bus sloot om baar slanke middel en de lofuitingen van de nauw gezette winkeljuffrouw uit een der rijkste win kels van Oxford Street volkomen rechtvaar digde. Ja! Elsie was werkelijk een zeer aantrekke lijke verschijning. Dat moest zo zonder blozen van zich zelf getuigen en daarom vond ze het dubbel schande van Ilarry, dat hij haar zoo lang had laten wachten. Toch weer leuk, dat hij onmiddellijk aangeboden had 'n taxi te ne men. En Elsie weerde en wendde zich (lat hot een lust was. Ze zou werkelijk een huichelaar ster geweest zijn, als ze niet had toegegeven, dat het een van haar gezelligste vijf minuten waren, die ze den laatsten tijd had gekend. Trouwens haar vader, die tot die geheimzin nige club in de verborgen bungalow in Peck- ham behoorde en dikwijls naar de onherberg zame hut in Raslar trok, stelde haar ruim schoots in de gelegenheid om zich goed in de kleereu to steken op een voorwaarde, dat alles wat ze zich aanschafte altijd behoorlijk zou zijn. Al of niet in de mode, kon hem minder schelen, maar onbeschaamd of opzichtig kon hij van zijn dochter niet uitstaan. Waarom waakte Bill Heaton er zoo angst vallig voor, dat Elsie zich van alle wereldsche invloeden zuiver zou houden, hij die haar bijna geheel aan zich zelf over liet? De bediende kwam terug eu met een lichte lioffeiijko bulging van zijn hoofd, die tot eea volledige reverence zou uitgegroeid zijn, indien hij een menuet had gedanst, zei hij: Wil u mij maar volgen, miss. Madame wenscht u te spreken. Elsie Heaton was heelemaal niet vertrouwd met de gewoonten van Mayfair en een beetje beduusd door al die statige manieren van de zen onberlspelijken lakei, wist ze een oogonbliK niet wat to doen. Hij stelde bijna haar ,,boy" ia ds schaduw en heimelijk deed zo eerst nog eens haar uiterste best om Ilarry Robson tot een wave Adonis en een phenomeeu van technisch© vaardigheid te verheffen, bang als ze was, dat een langere tegenwoordigheid met dit toon beeld van plichtsvervulling eu nauwgezetheid haar ontwakende vereering voor Harry nam het wankelen zou brengen. (Wordt vervolgd^. J

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Nieuwe Schiedamsche Courant | 1929 | | pagina 9