FEUILLETON
TAND OM TAND
DE WIJZIGING DER INVALIDITEITSWET
DONDERDAG 21 FEBRUARI 1929
TWEEDE BLAD
PAGINA 2
KINDERAREEID IN DEN LANDBOUW
INGEZONDEN
RADIONIEUWS
TWEEDE KAMER
HET WETSONTWERP ZONDER HOOFDELIJKE STEMMING AANGENOMEN
Dat de materie van de Invaliditeitswet tn-
gevikkeld is en dat er maar weinigen zijn.
die er in thuis zijn, is gistermiddag herhaal
de malen betoogd. De minister had zich er goed
ingewerkt en kon op bijna alle vragen, die
hem gesteld werden een afdoend antwoord
geven, maar ten slotte moest hij toch ook de
v.ag strijken, toen de heer Beumer hem over
de terugwerkende kracht van een artikel ten
opzichte van te achterhalen premies wat
vr eg -Op die vraag had hij niet gerekend
>e nacht had raad gebracht, zoodat de Ka
mer dadelijk door kon gaan. waar ze den vori-
gon dag geëindigd was. De commissie van
rapporteurs had het herhaaldelijk gewijzigde
artikel III rustig bekeken efenals het am-n
dement-Duijs en adviseerde nu, dat de minis
ter zijn Dinsdag aangebrachte wijziging maar
moest terugnemen, wat hij dan ook deed. Tegen
het door den minister overgenomen amende-
ment-Beumer bestond geen bezwaar en toen
de Kamer daarna weer het amendement-Duijs
had aangenomen, was men eindelijk met dit
artikel gereed.
De nieuwe redactie van artikel 210 der in
validiteitswet had de minister ook klaar. De
rangorde van inningen bij faillissement is nu
geworden: grondbelasting, hypotheek, en pre
mie Invaliditeitswet. Toen deze moeilijkheden,
waarin de Kamer Dinsdag was blijven steken
uit den weg waren geruimd, kon de rest wor
den afgewerkt..
Hcei lang is gepraat om een overgangstijd,
in 1922 in de wet opgenomen en die op 30
Augustus 1928 afgeloopen was, weder voor
Vijf jaar in te voeren. Het gold hier de kwes
tie om personen, die zooals men dat wel noemt
ln de „sukkeljaren" die aan invaliditeit vooraf
gaan, niet steeds geplakt hebben, toch recht
te geven op volle uitkeering. Volgens den
minister was deze bepaling nu niet meer noo-
dig, wat door den heer Duijs bestreden werd.
Ten. slotte heeft deze zijn amendement maar
ingetrokken, nadat de minister pertinent ver
klaard had, direct met een wijziging te zullen
komen, zoo het blijken mocht, dat de Centrale
Raad er anders over denkt, als over een der
gelijke kwestie uitspraak moet worden ge
daan.
Een belangrijke wijziging in dit ontwerp
voorgesteld is ook dat als arbeider niet meer
beschouwd wordt degene, die als leerkracht
in dienst is bij een inrichting o£ instelling
voor onderwijs, indien hem door het Rijk pen
sioen is verzekerd. Tot heden was de onder
wijzer bij het bijzonder onderwijs in den zin
Van de Invaliditeitswet een arbeider en de
onderwijzer bij het openbaar onderwijs een
mijnheer. Voor den eerste moest premie betaald
worden, als hij van het onderwijs wegging of
overging naar het onderwijs in het Rijk bui
ten Europa voor den laatste niet.
Over het voorstel van den minister om die
ongelijkheid tnsschen bijzonder- en openbaar
onderwijs weg te nemen, had de Kamer niets
dan lof. De heer Bijleveld wenschte echter
verder te gaan door de in dit ontwerp nu
neergelegde gedachte der gelijkstelling van
het bijzonder en openbaar onderwijs ook ten
aanzien van dit punt terugwerkende kracht
te geven. Bovendien wilde hij alle vorderingen
laten vervallen. Waar het geld vandaan moest
komen, baarde hein in het begin weinig zorg.
Het makkelijkst was natuurlijk 's Rijks kas,
maar toen de minister zich daartegen ver
zette, meende hij dat maar bij algemeene maat
regel van bestuur bepaald moest worden, dat
het geld moest worden terug betaald uit het
Invaliditeitsfonde. De personen voor wie be
taald is, hebben echter rechten en door terug
betaling der geklpn aan de besturen zon men
die aan bean ontnemen.
Alhoewel de minister zich reeds zoowat ge
wonnen had gegeven en geen bezwaren meer
opperde tegen het amendement, werd het toch
met groote meerderheid verworpen.
Meer succes had de heer Smeenk, die ais
geheelonthouder kwam pleiten voor de belan
gen der kellners. Die zullen voortaan ook
onder de wet vallen niettegenstaande er zijn
die voor hun arbeid ln dienst van een werk
gever slechts fooien van derden ontvangen.
Nu zullen er zijn, die reeds de leeftijdsgrens
overschreden hebben en alhoewel ouder dan 35
jaar er toch nog prijs op stellen onder deze
wet te vallen. Doordat de minister het amende
ment overnam, kan dat mits zij binnen 15
maanden na het tijdstip, waarop deze wet in
werking treedt, daartoe een verzoek indienen
bij den Raad van Arbeid.
Hiermede was de behandeling van dit wijzi
gingsvoorstel ten einde en zag de minister
het aangenomen met alleen de stem van den
heer Kersten tegen.
Met medewerking van onze Nederland ache
delegatie onder Mgr. dr. Nolens is er op 19
November 1921 te Genève in de derde zitting
van de Alg. Conferentie van de Internationale
organisatie voor den Arbeid van den volken
bond een ontwerp-verdrag aangenomen be
treffende den leeftijd, waarop kinderen mogen
worden toegelaten tot arbeid in den landbouw
Thans bijna acht jaar later vraagt de regeering
voorbehoud der bevoegdheid tot toetreding tot
dit ontwerp verdrag, dat reeds door tien lan
den, waarvan de meeste op sociaal gebied ons
zeker niet vooruit zijn, geratificeerd is.
Het verdrag zelf is van weinig beteekenis.
de omschrijving is niet alleen zeer ruim. maar
bovendien gaat onze nationale wetgeving reeds
verder dan het verdrag eischt. Toch ontstond
eT een uitgebreid debat, waaraan leiders
der fracties deelnamen.
Do heer Heemskerk en later ook de heer
Schokking gaven duidelijk blijk niets te voelen
voor ratificatie van dit verdrag.
Hierdoor ging het debat ver boven het ont
werp van de regeering uit en werd feitelijk
de vraag aan de orde gesteld of Genève wel
competent is voor bet ontwerpen van derge
lijke verdragen. Geen wonder dat Mgr. Nolens
dat niet onbestreden kon laten, want als men
de ratificatie van dit verdrag zou verwerpen,
dan verwerpt men principieel de geheeie in
ternationale regeling van den arbeid. Men
lean ook geen uitzondering maken voor den
landbouw, want juist daarover is toen te Ge
nève dei groote strijd gevoerd onder leiding van
Frankrijk. Toen is uitgemaakt ook door Ne
derland dat de conferentie ook voor den land-
bouwarbeid competent is en om dat te laten
uitkomen, is dit verdrag daar toen behandeld.
Bet rekkelijk onverwacht kan hierover heden
nog een uitvoerige gedachten wisseling plaats
hebben.
UIT HET KUIPERSBEDRIJF
De staking bij Brice Whyte Sons Ltd.
te Schiedam
Naar aanleiding van de elkaar tegensprekende
berichten in de verschillende nieuwsbladen
omtrent de stichting van arbeiders werkzaam
bij de Engelsche Kuiperij der Brice Whyte en
Sons Ltd. te Schiedam hebben wij ter bevoegden*
plaatse om inlichtingen gevraagd.
Men deelde ons mede, dat de oorzaak der
staking moet gezocht worden ln het feit, dat
de Ned. Vereeniging van Fabrieksarbeiders
wemscht, dat de bij dez© firma In dienst zijnde
arbeiders volgens het collectief contract werk
zaam zullen zijn.
Aan dezen eiseh wenscht de directie niet te
voldoen, omdat het haar in do omstandigheden
waarin het bedrijf zich bevindt, ten eenenmale
onmogelijk is.
Door de heerscheud© ijstoestanden ia er niet
voldoende werk en met het oog hierop was reeds
aan een 4 tal arbeiders ontslag aangezegd.
Dit ontslag werd echter niet aanvaard,
waarna de 10 arbeiders op aandringen van hun
vereeniging het werk neerlegden.
Op het oogenblik duurt de staking nog steeds
voort
Drie arbeiders hebben het werk tegen den wil
van het bestuur hervat.
Dr. KARL SONNENSCHEIN t.
Gisterenmorgen is de bekende priester-publi
cist dr. Karl Sonnensehein te Berlijn overleden.
HET HARINGPAKKERS- EN
KUIPERSBEDRIJF
De eischen der organisatie door de
werkgevers afgewezen
MEN WIL DE VOORWAARDEN NIET
AANVAARDEN.
In de vergadering van de samenwerkende
organisaties, n I. de R. K., de Chr. en de Mo
derne, te Vllaardingen gehouden, is verslag
uitgebracht i.z. de onderhandelingen met de
vereeniging van haringhandelaren, waaruit
bleek, dat de werkgevers zoo goed als alle
eischen hebben afgewezen, zelfs nog enkele
verslechteringen 1» de arbeidsvoorwaarden
willen zien aangebracht. De leden hebben
besloten, aan de werkgevers te berichten, dat
zij niet beiredd zijn. de door de werkgevers
gestelde voorwaarden te aanvaarden. Wel zijn
zij genegen, een nieuwe overeenkomst aan te
gaan, wanneer de ondernemers bereid zijn de
verslechteringen in te trekken en de reeds
door hen voorgestelde verbeteringen in te
voeren, o.a. vooral verhooging der tarieven
voor het werk dat valt onder de controle der
Haringwet.
VOOR DE RIJKSWERKLIEDEN
Uitbetaling van een tegoed verzocht
Het hoofdbestuur van den Bond van Perso
neel in Overheidsdienst heeft zich, volgens het
„Volk", tot den Ministerraad gewend met
een verzoek om uitbetaling van het tegoed
aan de Rijkswerklieden.
Het blad weet ook te meiden, dat er
groote kans bestaat, dat aan dit verzoek zal
worden voldaan.
DE WERKLOOZE BEDIENDEN
Extra-uitkeering gevraagd
Het hoofdbestuur van den Nederl. R.K. Bond
van Handels-, Kantoor- en Winkelbedienden
heeft ziich telegrafisch gowend tot den Minis
ter van Arbeid, Taadel en Nijverheid met aet
dringend verzoek machtiging te verleenen aan
de trekkende werkloozen gedurende ten minste
twee weken een extra uitkeering te doen van
5.per week.
NA DEN STADHUISBRAND TE LEIDEN.
De nieuwe volkstelling.
Onder leiding van den hoofdambtenaar van
den Burgerlijken Stand, den heer Diebeis, zal
te Leiden binnen enkele dagen reeds een aan
vang worden gemaakt met het houden eener
volkstelling, welke naar berekening drie dagen
in beslag zal nemén. De gemeentebesturen van
Amsterdam, Rotterdam, Den Haag en Utrecht
hebben een aantal bevolkingscontroleurs ter
beschikking gesteld, die in 25 wijken der stad
ieder de leiding zullen hebben over 12 tellers.
Een groot aantal dames en hoeren voor het
meerendeel onderwijzers en studenten, hebban
zich als teller beschikbaar gesteld.
EEN STELLETJE INBREKERS GEPAKT
Da ve:raderlijke hoed.
Verleden week hebben op een avond inbre
kers zich toegang verschaft tot de woning van
den heer D. in. de le Dorpstraat te Zeist, met het
doel de brandkast daar tel" plaatse aan den ach
terkant open te schuiven en te plunderen, of de
brandkast in haar geheel in een auto, die bij
de Ned. Herv. kerk stond te wachten, mee te
nemen om haar op een stille plek open te
breken. Door het gestommel echter der onge-
noode gasten werd de heer D. wakker, die ter
stond "zijn personeel riep. waarop de inbrekers
zoo overhaast op de vlucht sloegen dat één
der heeren vergat zijn hoed mee te nemen.
Dié vergeten hoed is d,en inbrekers nood
lottig geworden, meldt het „U.D." Dank zij
den speurzin der Zeister recherche werd wel
dra een spoor gevonden, dat leidde naar Rot
terdam, waar spoedig een vijftal verdachten
werd gevat, o.a. ook de eigenaar van den hoed.
Bij dit vijftal zijn de drie inbrekers, onder wie
zich een voormalig bediende van den heer D.
bevindt, die voor ruim 10 jaar bij hem in be
trekking was.
Reeds meermalen zijn zij met de justitie in
aanraking geweest. Deze verdachten zijn tevens
de daders van een diefstal gepleegd bij een
familie te Den Helder, waar brieven uit een
portefeuille waren ontvreemd.
Naar verluidt hebben de verdachten reeds
bekend.
DE GEMEENTE-ONTVANGER
VAN IJSSELMONDE
Naar het Engelsch
door
P. A. SHEEHAN
Vertaling
van
JAC. J. SCHOON
22;
Ik zal verdwalen, mompelde hij, ik had
wijzer gedaan te wachten, totdat Jack terugge
komen was. Maar nu is het, helaas, te laat!
Hij marcheerde op goed geluk al maar ver
der, vaak verder achteruit dan voorwaarts
komend. De koude werd snijdend; zijn voeten
zakten diep in de sneeuw en hij voelde, dat hij
van den goeden weg af was geraakt. Daarbij
was het haast pikdonker geworden, maar toch
werd hij aangedreven, almaar verder te gaan;
hij kon toch niet den nacht hies* doorbrengen
als wanneer hij wellicht, door vermoeienis over
weldigd, zou inslapen en... bevriezen. Hij
mocht het ook niet wagen, de constabels te ont
moeten, daar hij dan waarschijnlijk in hechte
nis genomen zou worden, als verdacht, met de
emokkelaara in betrekking te staan. En, een
maal gevangen genomen, zou ongetwijfeld het
doodvonnis en de galg volgen
Cij die gedachte maakte een geweldige schrik
zich van hem meester; het koude angstzweet
brak hem uit en parelde op zijn voorhoofd
hij voelde geen grond meer onder zijn voeten
In welke gevaren had zijn dwaze ijverzucht hem
gedompeld! Hoe verwenschte hij nu zijn misstap
en Nelly, aan wie bij alle schuld toeschreef.
Als hij hier omkwam, zou Nelly hem dan even
zeer betreuren, als zij geweend had om Toruy?
Neen, moest hij zelf bekennen, neen, zij zou dan
weey vrij zijn, en hem spoedig vergeten.
Dit denkbeeld spoorde hem tot nieuwe inspan
ning aan, om een uitweg uit het gebergte te
vinden. Wel een nuriang worstelde hij nog tegen
duisternis, sneeuw en de onmogelijkheid, om
den weg t© vinden. Eindelijk zeeg hij, uitgeput
van vermoeienis ter aarde, en verloor het be
wustzijn
X
DE GRIJSAARD
Hoe lang bleef William Pody in dezen toe
stand? Toen hij weder tot bewustzijn kwam,
voelde hij zich in alle ledematen verstijfd,
niet in staat -om een hulpkreet te slaken. Het
zwakke licht van een lantaarn belichtte het
eenzame pad, en vóór hem stond een zonder
linge verschijning. Het was een grijsaard. Een
lange tunica van schapenvachten omhulde het
lichaam; de lange witte baard reikte bijna tot-
aan den gordel en zilverwit haar golfde over zijn
schouders. De grijsaard bezat, om zoo te zeggen,
een bovenaardschen blik, had een bleek gelaat,
dat onwillekeurig eerbied inboezemde. Hij legde
zijn beenderigè hand op de wang van William,
als om te onderzoeken, of de jonkman nog
warm, of reeds bevroren was. Bij deze kille aan
raking, dacht William niet anders, dan dat
do Dood voor hem stond en hem opriep; hij
deed een wanhopige poging om op te staan, doch
viel weer krachteloos achterover.
Wat vreest gij. mijn zoon? vroeg de ver
schijning met zachte stem.
Genade! Genade! smeekte de ongelukkige,
terwijl hij de oogen opsloeg.
Er verscheen een glimlachje om de magere
lippen van den oude.
Gij houdt mij voor een geest. Het is waar,
In een ziekenhuis opgenomen
De heer N. is gisteren te IJsselmonde terug
gekeerd, waar hij zich zelf uit eigen beweging
bij den burgemeester heeft aangemeld. Op
advies van een zenuwarts is hij in Bethesda
te Rotterdam opgenomen, daar hij zieh in een
overspannen toestand bevond.
Hij is niet, zooals sommige bladen melden,
aangehouden en ter beschikking van de
Justitie gesteld.
Of er van verduistering sprake is, kan
nog niet tuet zekerheid worden gezegd.
MONUMENTENDAG.
De derde Monumentendag zal worden gebon
den op Zaterdag 2 Maart e.k. in het Kunst
historisch Instituut, Drift 25 te Utr-eclht.
DE AANNEMERSKWESTIE
De mislukking te Deventer
Men meldt ons uit Deventer:
B. en W. hebben besloten, den bouw der
nieuwe bewaarschool, waardoor de aanbesteding
in verband met de aannemerskwestie mislukte,
in eigen beheer uiit te voeren
VERDUISTERING VAN fBO.'JCO
In enkele jaren door aanslagen en
en dwangbevelen
SEMARANG, 19 Februari. (ANETA). Naar
de „Locomotief" verneemt, staat het vertrek
van den officier van Justitie van Makassan
naar Ambon mede in verband met de verden
king, die gerezen is tegen een commies van het
perceptie-kantoor van de afdeeling. Hij zon
door middel van aanslagen en dwangbevelen
in enkele jaren 80.-000 gulden verduisterd heb
ben. De verdachte is reeds onder toezicht van
de politie gesteld.
EEN DROOM, DIE NIET UITKWAM.
Een kassier gearresteerd
SOERABAJA, 19 Februari. (ANETA). De
kassier van de Staatsspoor van het station
Kotta verdobbelde 1200 gulden kasgeld. Hij
werd gearresteerd en verklaarde de verduiste
ring te hebben gepleegd, omdat hij gedToomd
had met het geld 75.000 gulden te zullen win
nen.
EXAMEN VROEDVROUW.
Bij beschikking van den Minister van Arbeid,
Handel en 'Nijverheid is bepaald:
-dat de commissie, die ln 1929 belast is met
het afnemen van de examens van vroedvrouw,
zitting zal houden te Amsterdam, Rotterdam en
Heerlen;
en zijn benoemd: a. tot voorzitter der oom
missie voor de zitting te Amsterdam dr. L. F.
Driessen, arts, te Amsterdam; tot lid, tevens
plaatsvervangend voorzitter, dr. R. J. Th. Meo-
rer, geneesheer-directeur van de Rijkskweek
school voor vroedvrouwen te Amsterdam; tot
lid dr. C. F. T. J. 'Meuleman, geneesheer-direc
teur van de kweekschool voor vroedvrouwen
te Heerlen;
'o. tot v-oorzitter .der oommissie voor de zitting
te Rotterdam .dr. D. G. Wesselink, geneesheer-
directeur vaa de RijkiBkweekedkoot voor vroed
vrouwen te Rotterdam; tot lid, tevens plaa's-
vervangend voorzitter, dr. C. F. T. J. Meuleman,
geneesheer-directeur van de kweekschool voor
vroedvrouwen te Heerlen; tot lid dr. R. J. Th.
Mcurer, geneesheer-directeur van de Rijles-
kweekschool voor vroedvrouwen te Amsterdam;
c. tot voorzitter van de commissie voor de
zitting te Heerlen dr. C. F. T. J. Meuleman,
geneesheer-directeur van de kweekschool voor
vroedvrouwen tf Heerlen; tot lid, tevens plaats
vervangend voorzitter, dr. R. J. Til. Meurer,
geneesheer-directeur van de Rijkskweekschool
voor vroedvrouwen te Amsterdam; tot lid dr.
D. G. Wesselink, geneesheer-directeur van de
Rijkskweekschool voor vroedvrouwen te Rot
terdam
d. tot plaatsvervangende leden: J. G. J. Blals-
se, arts, Amsterdam; dr. P. Klamper, arts, te
Rotterdam; dr. J. Rietdijk, arts, te Rotterdam;
A. J. v. d. Kamp. arts, te Heerlen.
R. K. VEREEN. „HET GOED KOSTHUIS"
TE EINDHOVEN
Van alle deelen des lands komen jongens ea
meisjes naar Eindhoven om werk te vinden
in de zich daar geweldig uitbreidende indus
trie.
De godsdienstige en zedelijke gevaren voor
onze katholieke jongens en meisjes onafschei
delijk aan hun arbeid in de groot-iiwlustrie
verbonden, worden niet weinig vergroot door
de vele ongewenscl te toestanden op het ge
bied van het kosthuiswezen in deze stad.
Om deze dikwijls ergerlijke toestanden tegen
te gaan is gesticht de R. K. Vereeniging „Het
Goed JCosifhuis"van welks diensten ieder,
die zich in Eindhoven wil vestigen, gratis ge
bruik kan maken; de eenige voorwaarde is, dat
men een goed getuigschrift overlegt van een
der geestelijken van de parochie, waar men
den laatsten tijd heeft gewoond.
Voor zoover hst m enschclijk er wij ze mogelijk
is, staan wij er voor in, dat aan degenen, die
zich tot het bureau van onze Vereeniging wen
den, een degelijk katholiek kosthuis wordt ver
schaft.
Het bureau verstrekt verder alle Inlichtin
gen omtrent het godsdienstig en sociaal ver-
eenigingsleven, ontspanniingsgeiegenheden e.d.
Aan alle katholieken die zieh te Eindhoven
vestigen, wordt daarom ten zeei*ste aangeraden
met een bewijs van een der geestelijken zich
tot ons bureau te wenden.
Het bureau is gevestigd in het gebouw der
R. K. Werklieden-Vereenïging van Eindhoven,
Wal S; en is geopend op de werkdagen van
912 uur voormiddag; 's avonds van 79 uur;
's Zondags van 121 uur en van 6 tot 7 uur.
A. VAN DIJK
Aalmoezenier van den Arbeid
PROGRAMMA'S VOOR VRIJDAG. j
Kuizen (336,3 M., na 6 uur 1852 M.) U.
Prot. uitzending; 12.30—1.39 concert door het
K.R.O.-trio; 34.vrouwenuurtje door mej.
N. Mens; 4—5.X. -..R. V. Gracnofoonnimitkj
56.45 concert. Het Nederlandsen Vocaal ensem-1
ble. Th. Ponten (piano); 6.45—7.— Radiopraatje!
door W. Peetere. De MexSeaansche hond; 77.25j
spr. J. C. v. d. Plaat: Centrale verwarming; 7.35'
Prot. uitzending.
Hilversum (1071 M.) 1030—10.45 gramo-
foonmuziek; 10.4511.45 Jaarbeurseoncert door
het Kling-trio; 11.4512.gramofoonmuziek
12.152.— concert door het A,V.R.O.-trio; 2.45
4.gramofoonmuziek; 55.30 tuinbouwhalf-
uurtje door hr. H. Gorter; 5.30—6radio
praatje; 67.15 concert door het A.V-R-O.-triof
7.15—7.45 schippersles door A. A. Kleyn; 8.—
concert door het Omroep-orkest; 8.309.le
zing door den lieer Perey: Vocht in huizen; 9.—
kamermuziek. Hartveld-kwartet; 10.persbe
richten; 10.15—11.(vervolg) concert. Operette
programma; 1112.dansmuziek.
Daventry (1502 M.) 11.05 kookpraatje;'|
11.20 gramofoonmuziek; 12.20 sonaten. H. Luardi
(cello) M. Dteon (piano); 12.50 orgelconcert;i|
3.20—2.20 orkest.; 2.50 voor de scholen: 3.15 mu-
ziek; 3.20 lezing; 3.49 muziek; 3.45 lezing?;!
Pasteur; 4— muziek; 4.05 Sybil Eaton strak-1 -
kwartet4.50 orkest; 5.35 kinderuurtje; 0.20 le-;
zing; 6.35 nieuwsberichten; 6.50 berichten; 7.05
Handei's vioolsonaten; 7.20 lezing; 7.35 muziek;!
7.45 lezing; 8.05 A. Moxon (sopraan). Orkest;]:
9/.20 nieuwsberichten; 9.40 debat: Scottish Na-'
tionalïsm; 10.40 „Airy nothings", schets van de
Connel; 11.2012.20 dansmuziek.
P a rü s (Radio-Paria 1750 M.) 12.502.10 en
4.655.05 orkest; 7.057.50 gramofoonmuziek;
8.20 liter, causerie; 8.5011.10 symphonie-concert
Langenberg (462 M.) 9.35—10.30 en 11.30
gramofoonmuziek; 12.251.50 orkest; 5.05—5.50
orkest; 7.20 Werag-okrest8.208.40 concert
uit Frankfurt. Daarna onbekende walsen van
Joh. Strauss. Vervolgens dansmuziek.
Zees en (1649 M.) 11.20—3.50 lezingen; 3.50
4.30 orkest; 4.507.05 lezingen; 7.20 orkest
o. 1. v. Max. Roth; S.20 concert uit Frankfurt.
Hamburg (391.6 M.) 10.2011.20 gramofoon-
platen; 12,40 muziekuitzending voor scholen)'
3.35 orkest. Werken van Oscar Strauss; 5.20 con
cert; 6.20 voortzetting concert; 7.E0 „Etagen-
haus", hoorspel van Otto Alfred Palitzsch; 8.35
Winterliehes Tagewerk in Dorfe. Oude volkslie
deren. Mannenkoor, bariton en sopraan; 10,20
concert.
Brussel (511.9 M.) 5.20 orkest; 6.55 trio;
7.20 gramofoonplatenS.35 fragmenten uit „De
Barbier van Sevilla", Rossini, met medew. van
Vida en de heeren Letroye, Fabre, Bracony en
Merlot.
Bern (411 M.) 6.507.20 voordracht van dr.
Albert Bauer over Egyptische kunst; 7.20?8.15
radio-zangspel Martin, der Zaubergeiger, zang
spel van Jacques Offenbach; S.159.05 orkest
v. d. Kurzaal; 9.03—.9.20 weer- en nieuwsbe
richten.
(lat ik tot een lang verleden tijd behoor; God
heeft toegestaan, dat de levensduur voor mij
werd verlengd.
Do taal van dezen man, was stellig even zon
derling als zijn voorkomen; niettemin stelde
zij Pody gerust, daar hij thans begreep, met een
gewoon menschelijk wezen te doen te hebben.
Wie gij ook zijt. edele grijsaard, zeide hij,
heb medelijden met mij- Doordien ik vreemd in
deze streken ben, raakte ik verdwaald; de nacht
heeft mij overvallen, en maakt het onmogelijk,
den weg te herkennen. Wijs mij, als het II
belieft, den uitgang uit het gebergte.
De kluizenaar vestigde op den jonkman, een
van die blikken, welke tot op den bodem der
ziel doordringen.
Hoe komt gij hier? vroeg hij.
William geraakte in verlegenheid, doch stout
weg gaf hij ten antwoord:
Zooals Ik U reeds zeide, ben ik een vreem
deling hier; ik hóórde de schoonheid van dit
landschap roemen, en wilde het met eigen oogen
aanschouwen. Daarbij werd ik door den nacht
verrast.. het overige weet U.
De grijsaard schudde het hoofd.
Jonge man, Uw lippen spreken niet de
waarheid.
Ziet gij dan niet, stotterde William, dat ik
door uitputting en koude haast niet in staat
ben, U te verstaan.
Jonkman, het is niet moeilijker de waar
heid to zeggen, dan een leugen, wanneer men
niets heeft te verbergen! In Uw oogen lees ik
geen oprechtheid. Met welk doel zijt gij hier ge
komen? vroeg de grijsaard met klem en nadruk.
Goed© grijsaard, smeekte William, houdt
op, met Iemand, die geen kwaad heeft gedaan,
te kwellen. In den naam van God, dien wij
belden aanbidden, help mij uit deze bergen!
Sta op, mijn zoon, ik wil U helpen, uit
liefde tot onzen Oppersten Meester; maar eerst
moet gij zweren, geen spion te zijn, uitgezonden
door de Engelsehen, om het verblijf van onze
ongelukkige broeders uit te vorschen.
Dat zweer ik! zeide William, op een toon,
die oprecht klonk.
Ditmaal spreekt gij de waarheid. Alhoewel
gij niet gekomen zijt, om de natuur te bewon
deren, zijt ge tenminste geen verrader.
Neen, William had nog nooit verraad ge
pleegd, doch alhoewel zijn geweten hem ver
gunde, zulks met een eed te bekrachtigen, ver
weet het hem toch heel zachtjes, dat hij er niet
vei* af was, een verrader te worden. Zijn gemoed
brandde van haat en een karakter als het zijne
was heel gemakkelijk in staat, den ladder van
slechtheid zeer diep af te dalen, teneinde zijn
hartstochten te bevredigen.
De kluizenaar hield zijn lantaarn dicht voor
het gelaat van den jonkman, om diens trekken
des te beter te kunnen beoordeelen. Eensklaps
verscheen er een zacht blosje op zijn bleeke
wangen en begonnen zijn oogen te schitteren.
Langzaam streek hij met de hand over zijn
voorhoofd, als wilde hij de oude herinneringen
wakker schudden.
Pody! zeide hij dof, en deinsde een schrede
achteruit.
Er ging een rilling door het lichaam van den
jongen man. Deze grijsaard, die wei honderd
jaar kon zijn, noemde hem bij zijn naam! Bezat
die man dan den blik van een profeet? Was hij
een der laatste overlevenden van die vrome
kluizenaars, van wie gezegd werd, dat zij de
geheimen van het verleden, zoowel als van de
toekomst konden doorgronden?
De oude hief den jongen man op en zeide:
Volg mij!
William zou liever op do vlucht zijn gegaan,
maar dan was hij ongetwijfeld omgekomen. Der
halve volgde hij den grijsaard en kwam aan
een spelonk.
Treed binnen! zeide de grijsaard, g® hebt
een weinig rust van noode. Daarna moet ik U
spreken!
Hij blies het vuur aan en verschafte hem een
verwarmden drank.
Ik dank U, zeide William, nadat hij ge
dronken had, nu gevoel ik mij verkwikt. Maar
het is reeds laat en ik moet beslist nog naar
Greenish.
Dat zou onverstandig zijn, gaf de grijsaard
ten antwoord. Blijf dezen nacht hier. Morgen
vroeg kunt gij zonder gevaar naa.r het dorp
terugkeeren. Gij hebt bij mij volstrekt niets te
vreezende cel va.n den dienaar Gods is een
geheiligde plaats, waar gij even rustig slapen
kunt als bij U thuis.
Houd mij niet terug, edele grijsaard; mijn
afwezigheid zou ongerustheid veroorzaken; het
is waarschijnlijk reeds laat in den nacht; wie
weet ol' mijn wegblijven zelfs geen argwaan
bij de politie kan opwekken!
De grijsaard antwoordde:
Ik zal niet verder bij U aandringen, mijn
zoon; zoodra gij U weer sterk genoeg gevoelt,
geleid ik U tot aan den uitgang der Kloof.
Niettemin, zoo heel laat is het nog niet.
William haalde uit zijn wambuis een zilveren
horloge te voorschijn. Het was zes uur in den
avond. Gerustgesteld nam hij weer plaats bij het
vuur; de warmte bracht nieuw leven in zijin
verstijfde ledematen en hij kreeg zij bedaard
heid terug.
Eerbiedwaardige grijsaard, zeide hij, gij
hebt mij bij mijn naam genoemd; vanwaar kent
gij mij? Ik ben nog nooit hier geweest en het
schijnt mij toe, dat gij de wereld reeds lang
vaarwel hebt goeegd.
(Wordt vervolgd).