FEUILLETON BRAAT S STOKPAARDJE NU DE ZON WEER WARMTE BRENGT TAND OM TAND ZATERDAG 2 MAART 1929 TWEEDE BLAD PAGINA 2 TOETREDING TOT HET KELLQGGPACT HATELIJK OPTREDEN VAN JONGE BELASTING AMBTENAREN? Februari '29 sloeg alle koude records. HOE ERNSTIG DE GRIEP HEERSCHT I, TWEEDE KAMER ZIJN ZOMERTIJDHAAT Stemplicht en stemdwang Nadat de voorzitter mededeeling had ge daan van het binnenkomen van het initiatief voorstel van wet tot steun aan de suikerindus trie hetgeen wij reeds Donderdagavond kon den' melden, stemde de Kamer, zonder dat er ook maar één woord over gezegd werd, het initiatief-voorstel van den heer Braat tot af- Bcliafflng van den zomertijd af. Alleen de voor eteller zelf was er voor. Wie verwacht mocht hebben, dat bet Kel- logg-paet in verband met hetgeen velen In deze dagen zoowel hier als inhet buitenland ver vult, aanleiding zou hebben gegeven tot een bespreking van die zaken, kwam bedrogen uit. Slechts ln zeer verwijderd verband werd er nu en dan een opmerking over gemaakt. De Kamer behandelt evenals de regeering, al wat Zich om het nu algemeen besproken Franscb Belgisch geheim militair verdrag afspeelt, met do grootste voorzichtigheid, Nederland behandelt dergelijke zaken met groote kalmte. Door den heer Vliegen werd het debat over het. voorbehoud door de regeering gevraagd om tot het verdrag toe te treden ingezet, door nog eens na te gaan de totstandkoming ervan uit het te hernieuwen vriendschapsverdrag tnsschen Frankrijk en Amerika. AI is het thans aan de Nederlandsche Staten-Generaal voorgelegde verdrag niet van denzelfden geest doortrokken als dat tusschen die twee lan den, de bedoeling om den oorlog te vermijden Is er wel en daarom kunnen we Kellogg nj,et dankbaar genoeg zijn, dat hij het initiatief heeft genomen het verdrag uit te ba-elden tot alle Staten, die maar willen toetreden. De Inhoud van het pact ls zeer zakelijk en luidt: ..De hooge contracteerende partijen verkla ren plechtig, tn naam van hnntne volken, dat «ij het ten oorlog gaan om internationale ge schillen op te lossen veroordeelen, en dat zij van oorlog als Instrument van nationale poli tiek In hun onderlinge betrekkingen afzien. De hooge contracteerende partijen kernen overeen, dat het uitmaken of oplossen van ge schillen of conflicten, die tusschen hen zouden kunnen rijzen, nooit, wat de aard of de oor- eprong ook moge zijn, door Iets andera dan door vreedzame middelen zal worden verwe zenlijkt". Volgens Mgr. Nolens ls 't verdrag 'n gez am en- li: se verklaring, 'n mooi gebaar. Dat neemt niet weg, dat het van groote zedelijke beteeke- nis is en dat de geest die er uit spreekt door de bnlp van allen zal moeten doorwerken in de regeeringsbureaux en ook In die van de gene rale staven, zooals bil er somler ophef aan toe voegde. Dat er geen sancties waren werd bestreden door den heer Heemskerk die lich evenals trouwens de heer Marchant er op beriep, dat aan diengene der het verdrag sluitende staten die ln den vervolge mocht trachten zijn natio naal belang te dienen door tot oorlog over te gaan, de voordeelen van het huidig Verdrag moeten worden ontzegd. Het ls natuurlijk een opvatting, maar laten wij toch van een dergelijk veTdrag niet meer verwachten, dan zedelijk mogelijk ls. De be handeling er van ln deze dagen in de Fransche Kamer duidt er op. Waar behalve de heeren Kersten en Zandt ln de Kamer geen tegen standers waren van het verdrag omdat het wat de gedachten aangaat geheel overeenstemt met den geest van vrede en verdraagzaamheid die hier te lande heerscht, daar waren vele beschouwingen overbodig. Als de heer Knotten belt kennis had genomen van hetgeen Kellogg zelf over het recht van een verdediging tegen een aanvaller had gezegd, zou zijn vraag daar omtrent overbodig zijn geweest. De Amerikaan- sche minister zeide op den wapenstilstandsdag: ,.Oe vraag ls opgeworpen, of het onderhavige verdrag een staat verhinderen kan om zich ln geval van een aanval te verdedigen. Het kwam mij onbegrijpelijk voor dat een staat kon mee- nen, dat een natie van baar wettig recht van zelfverdediging beroofd kon worden. Geen natie zou een verdrag onderteekenen waarin expres- selijk of duidelijk een verplichting vervat was, welk© bet recht ontkende om zich zelf te ver dedigen. a's zij door een ander land aangevallen werd. Ik verklaarde, dat dat een recht was. Inherent aan eiken souverelnen staat, en dat deze alleen bevoegd ls om uit te maken, of de omstandigheden vereischen, dat men tot zelf verdediging zijn toevlucht neemt. Indien het een goede zaak is, zal de wereld haar toejui chen en niet veroordeelen. Maar een natie zal zich voor de rechtbank van de openbare mee ning moeten verdedigen, of haar aanspraken op het recht van zelfverdediging een afdoende rechtvaardiging voor haar zijn om ten oorlog te trekken." Deze uitlating bewijst tevens de beteeikenis die hij zelf er aan hecht en daardoor wordt de kracht van de sanctie tot ongeveer niets terug gebracht, omdat iedere staat rechter wordt over de vraag of hij zelf een verdedigingsoorlog voeren gaat of niet. Nadat het verdrag was aangenomen, kon wor den voortgegaan met de behandeling van de motie-Zandt. Een oude kwestie is de stemplicht en stemdwang. Reeds In 1S95 dienden Harte v Teckelenburg en Bahlman er een amendement voor in, óm het in de wet te krijgen en nu het er in staat komt jaar ln jaar uit de actie om het er uit te krijgen. Minister Ruijs de Beerenbrouck heeft destijds een poging gedaan om onder behoud van den stemdwang de sanctie, dus de straf op de niet-vervulling uit de wet te schrappen. Door een amendement van de heeren van Sasse van Ysselt en Wintermans bleef de wet echter ongewijzigd. In plaats dat de Staatkundig Gereformeerde Partij van Kersten nu een initiatief-ontwerp indient, wat volgens den heer Beumer in vijf minuten klaar ls, komen ze met een motie, die, zooals hij aantoonde, nog revolntlonnair ls bovendien. Wij zouden vragen aan deze staats lieden wat doet ge in de kou. In hun motte noodigen zij de regeering uit de wet te herzien; dat kan niet volgens ons staatsrecht, want de regeering kan slechts een ontwerp indienen, dus een wetswijziging voor stellen. Jammer, dat de heer Beumer deze opmerking niet bewaard heeft voor een verklaring voor de stemming, dan had ieder er tegen knnnen stemmen. Veel kans heeft de motie niet, want de regeering denkt er niet aan er gevolg aan te geven en wat een nieuw kabinet zal doen, daarvan kan gezegd worden als van het wedea-, het kan vriezen of het kan dooien. DE VERBINDING VAN AMSTERDAM MET' DEN BOVEN-RIJN. Nog geen beslissing Het „HbW." bevatte gisterochtend het vol gende bericht: „De minister Tan Waterstaat heeft aan het dagelöksch bestuur dezer gemeente medege deeld, dat hi) nu definitief heeft besloten het Geldersche-vallelplan voor de verbinding van Amsterdam met den Boven-Rljn de voorkeur te geven. B. en W. zullen thans spoedig een desbetref fende nota bij den Raad indienen". Op bet departement van Waterstaat, waar toe wij ons om Inlichtingen terzake wendden, deelde men ons fntusschen mede. dat de minis ter nog geen beslissing had genomen en dat de correspondentie over deze kwestie mot het Amsterdamsch gemeentebestuur nog voort duurde. BESTRIJDING DER WRATZIEKTE. BIJ AARDAPPELEN Gemeentelijk verbod voor den verbouw? In de vergadering van den gemeenteraad van Anna Poulowna werden uitvoerige besprekin gen gehouden, naar aanleiding van een adres van de Zaaizaadvereeniglng, waarin gewezen wordt op bet gevaar, dat de wratziekte ten aan zien van de teelt van pootaardappelen oplevert en ook voor de bloembollencultuur en - waarin wordt gevraagd een verbod te willen uitvaar digen van den verbouw van de meeste soor ten, als Bravo, Kampioen, De Wet en Beentjes Besloten werd, dat B. en W. een onderhoud zul len aanvragen bij bet Ministerie, om de moge lijkheid van uitvoering van een eventueel be sluit te onderzoeken. KIND VERBRAND. Te Breda had het 5-jarig zoontje van een bewoner op het Nonnenveld het ongeluk zich zóó ernstig aan de kachel te branden, dat het, naar het St. Ignatiusgesticht overgebracht, al- den. BELASTINGONTDUIKING TE HELLEV OETSLUIS. Vragen van Braat beantwoord Door den heer Braat waren aan den Minister van Financiën de volgende vragen gesteld: Is den Minister bekend: dat in de streek, vallende onder de inspectie der belastingen te Hellevoetsluis, een groote haat ontstaan is door het optreden van den inspecteur en den adjunct-inspecteur aldaar, doordat zij bijna eiken belastingplichtige te hunnen kantore ontbieden om op de vraag te antwoorden: „Hebt gij alles aangegeven wat gij hebt?" of: „Op welk bank doet gij uw zaken?", iets, dat evengoed schriftelijk gevraagd en beantwoord kan worden; dat het aantal personen, dat daar verplicht wordt om te verschijnen, varieert van 5 tot 14 per dag; dat de inspectie daarna bijna alle aanslagen hooger stelt dan uit de later blijkende resul taten werkelijk noodig is; dat daaruit noodeiooze moeilijkheden voor de aangeslagenen en den Raad van Beroep voortspruiten? Is de Minister niet van oordeel: dat deze inspecteur en adjunct-inspecteur, wegens hun leeftijd en het gemis van tact en van algemeene, practische kennis van men- schen en zaken, nog niet geschikt zijn, de be langrijke funetlën, waartoe zij zijn geroepen, te vervullen; dat een meer bezadigd en ervaren man hier aan h'et hoofd der inspectie moeet staan Is de Minister bereid te bevorderen: dat dit noodeiooze persoonlijk verschijnen van zoovelen worde vervangen door een schrif telijke beantwoording der vragen; dat aan het hoofd dezer inspectie een ge schikt ambtenaar worde geplaatst, opdat worde voorkomen een noodzakelijk geworden geza menlijk optreden van de opgeroepenen, door bun oproepingskaart voor kennisgeving aan te nemen en ter zijde te leggen? Hierop heeft Minister de Geer als volgt geantwoord: Vraag I. Ter beantwoording van deze vraag zij medegedeeld, dat de daarin gegeven voor stelling van zaken niet ia overeenstemming is met de werkelijkheid. Het ls onjuist, dat bijna elke belastingplich tige ter inspectie wordt ontboden. Het totaal aantal belastingplichtigen, waarvan do aanslagen worden vastgesteld ter inspectie der directe belastingen te Hellevoetsluis, be draagt meer dan 15.000, terwijl ln de jaren 1927 en 1928 gemiddeld per dag niet meer dan 3 of 4 personen, aangevers of reclamanten, zijn opgeroepen. Aangezien bij het optreden van den tegen- woordigen inspecteur te Hellevoetsluis enkele gevallen van schromelijke belastingontduiking aan het licht waren gekomen, werd een grondig onderzoek naar de juistheid van verscheidene aangiften noodig geoordeeld. Dit onderzoek vangt in den regel afm met het stellen van schriftelijke vragen en wordt c.q. gevolgd door een mondelinge behandeling ter Inspectie. Het hierboven bedoelde onderzoek heeft tot Tesultaat gehad, dat in ruim anderhalf jaar tljds 300 gevallen van belasting-ontduiking aan 't licht zijn gekomen, met een gezamenlijk bedrag aan verzwegen roerend kapitaal van tfc 6.000.000. Het bedrag aan bijbetaalde ontdoken belasting ls tot beden voor de inspectie Helle voetsluis ongeveer 600.000. Dat bij sommige belastingontduikers oen baat ls ontstaan tegen den Inspecteur en den adjunct-Inspecteur te Hellevoetsluis, is niet uit gesloten. Bij het weldenkende deel der be volking en bij personen, die op verantwoorde lijke posten in de gemeenten staan, bestaat echter, naar den ondergeteekende gebleken is, groote voldoening over bet optreden van dezen inspecteur en adjunct-inePecteur- Ook de belde laatste onderdeelen van deze vraag worden ontkennend beantwoord. Vraag II. Ondergeteekende ls van oordeel, dat meergenoemde Inspecteur en adjunct-inspec teur bij hun uitstek moeilijke taak met den noodigen tact en bezadigd verrichten en dat zij voor hun functiën ten volle geschikt zijn. Hij acht het dan -ook niet noodig, een anderen ambtenaar aan het hoofd van de inspectie te Hellevoetsluis te plaatsen. Vraag III. Verwezen moge worden naar de beantwoording der voorafgaande vragen. Tot een gezamenlijk optreden van de opgeroe- 1 Blijkens het voorloopig overzicht van het K.N.M.I. over het weer in Februari was do temperatuur over de vijf hoofdstations gemid deld 8.9 gr. C. te laag. Zij was in alle dekaden 5<A, 13% en7 graad. Er was geen enkele dag met een twnperatuurs-af wijking boven normaal. De grootste afwijking kwam voor op den 14den en bedroeg 18 graden. De gemiddelde maximum-te peratuur was 6% graad, de gemiddelde minimum tempera tuur 8 A gr. beneden normaal. Behalve op den 24sten was op alle dagen de minimum temperatuur beneden bet vriespunt. De periode van 11 tot 15 Februari was te De Bilt do koudste sinds het begin der waarne mingen In 1849. De afgeloopen maand was de koudste wintermaand op één na. Het gemiddel de der temperatuurs-waarnemingen (4.5 gr. C.) weid n.l. overtroffen door Februari 1855 met 5.3 gr. C. De regenval was over het geheele land belangrijk beneden normaal. Over het algemeen viel slechts 10 tot 20 pet. van de normale hoeveelheid behalve in Fries land, Groningen en Zeeland, waar respeotiev lijk 30, 30 en 35 pet. van de normale hoevee.- heid viel. Te De Bilt weiden 111 uren zonneschijn waargenomen tegen 86 normaal. Het filiaal van het K. N. M. I. te Amsterdam deelt ons het volgende mede: Sinds de waarnemingen te Amsterdam ln 1886 zijn begonnen is Februari 1929 de koudste maand geweest met een gemiddelde negatieve afwijking van de oehtendtemperatuur van 8.3 gr. C. Van de 672 uren, die de maand telde, vroor het gedurende 526 uur; het vroor 279 uur onafgebroken. Het aantal vorstdagen (dagen met minimum temperatuur onder nul) was 27, alleen 23 Februari viel uit; het aantal ijsdagen (dagen met maximum-temperatuur onder nul) was 17. De neerslag was buitengewoon klein, namelijk 5.6 m.M„ tegen 43 gemiddeld; het aantal uren geregistreerde zonneschijn 115 tegen ongeveeT 63 normaal. Alle hier gegeven getallen werden tot nu toe niet bereikt. De vooruitzichten geven intusschen thans hoop op hoogere temperatuur. DE TOESTAND OP RIVIEREN EN KANALEN. De val der rivieren zet nog door, al noteer de Keulen gistermorgen slechts 1 c.M.. Lobith meldde nog 20 en Nijmegen 2 c.M. val. De Rijn ta Arnhem was 2 c.M. gestegen. Van den IJssel werd uit Westervoort 2 c.M. val en uit Deven ter 7 c.M. was gemeld. Wat tenslotte de Maas betreft. Maastricht, Venlo en Grave seinden alle val namelijk resp. 17, 54 en 18 c.M. De Rijn voerde gistermorgen te Keulen eenig drljfljs evenals de Maas ln Maastricht, ln Venlo besloeg het de helft der rivierbreedte. Het jjs OP de Maas. De Maas bij Roermond gaat weer met drijfijs. De Roer is dichtgevroren. De veerdienst DordrechtZwijndrecht. Gisterenmiddag is het gelukt om met de veer pont aan den Zwijndrechtschen wal aan te leg gen, nadat eerst sieepbooten het water voor den aanlegponton zooveel mogelijk ijsvrij hadden gemaakt. DE VERBINDING MET DE EILANDEN. Postvluchten. Gistermorgen precies om 10 uur is 'tK.L.M.- vllegtuig, PHADX, bestuurd door den neer Sillevis. van Schiphol gestart naar Schiermon nikoog en Terschellling, om 824 K.G. post te brengen. Er bevonden zich geen passagiers aan boord. Later zou nog een tweede vlucht worden ondernomen met bestemming naar Terschelling en Vlieland. penen, als in deze vraag bedoeld, bestaat niet de minste aanleiding. Mocht het door verkeer de voorlichting daartoe komen, dat zou dit slechts tot moeilijkheden voor de opgeroepenen leiden PER AUTO OVER HET IJS AAR LEMMER Een oorkonde gemaakt j Men meldt uit Lemmer: Gisterenmiddag zijn om 2,39 uur alhier ge arriveerd de heeren Job. de Goeien en AJb. Hagens, redacteur van de Arnbemsche Crt., uit Arnhem, die gisterenmorgen om 10 uur per auto van Kampen via Schokland over het ijs naar Urk en vandaar naar Lemmer waren gegaan. Zij meldden zich bij den havenmeester en door den burgemeester van Lemsterlaud werd een oorkonde ter herinnering aan den tocht opgemaakt. Het was de eerste auto, die in de haven van Lemmer arriveerde. PER AR NAAR URR. Gistermorgen te ongeveer half 12 zijn op Urk drie arresieden uit Lemmer aangekomen. In iedere slede zaten vier personen. In 1890 is ook eenmaal "en dergelijke toent gemaakt. VOORBEELD TER NAVOLGING. Dubbel weekloon In verband met de aanhoudende hevige koude, heeft de N.V. Hollandscb Zwitsersche Chocola defabriek te Amsterdam besloten, haar geheele personeel deze week een dubbel weekloon uit te betalen. PATER SILVERIUS BRETDVELDT O.F.M. t Te Weert overleed gisterenmorgen plotseling da zeereerw. Pater fr. Silverfus Breidfelt. Met Pater Breidfeldt verliest de katholieke kerk een van haar heilige priesters en de Nederlandsch» Provincie der Minderbroeders een van haar voorbeeldigste leden. DE GEFINGEERDE BEROOVING TE DEVENTER. |j Broer van den „beroofde" op vrije voeten De broer van den kantoorbediende S., da 18-jarige H. J. A. S-, die wegens medeplichtig heid aan de gefingeerde beroovlng Zaterdag J.L was gearresteerd en enkele dagen tater naar Zutphen overgebracht, is weer op vrtJe voeten gesteld. Zooals we reeds meldden, hebben da gebroeders S. bekend. De personen D. en van 3. blijven hardnekkig ontkennen, lets met de zaait te maken te hebben. 1 4000 GEVALLEN TE DEVENTER. i Te Deventer zijn alle gemeentescholen voor loopig drie dagen gesloten wegens het heer- schen der griep. Er komen daar plm. 4000 griepgevallen voor. Enkele personen, btJ w1a deze ziekte gepaard ging met longontsteking zijn gestorven. GESPRONGEN GASBUIS BEDWELMT |i EEN GEZIN V Gelukkig tijdig ontdekt Gisterenmorgen te ongeveer 9 uur ontdekten buren dat er iets niet ln orde was tn hot ga. zin van M. Zuidema in de Barest raat te Gro ningen. Toen men de woning binnenkwam, vond men den man bewusteloos op den grond liggen, terwijl de vrouw en 2 kinderen even eens bewusteloos In bed werden aangetroffen. Het bleek, dat heit geziD door gas bedwelmd was, dat uit een lek, in een buitenleiding, ont snapt was. Het ls den ln allerijl ontboden ge neesheer gelukt, allen weer bij te brengen. LANDBOUWSCHUUR EEN PROOI DER VLAMMEN Vee omgekomen Te Mariaparochle ls de landbouwschuur van het erve Klein Robberhaar, toebehoorende aan den heer E. ten Cate en bewoond door den land bouwer J. Muller, geheel afgebrand. Drie pin ken kwamen ln de vlammen om, terwijl een drietal varkens moest worden afgemaakt. De brandweer wist bet woonhuis te behouden. Naar het Engelsch door P. A. SHEEHAN Vertaling van JAC. J. SCHOON 30) De hoofdman is maar al te zeker van zijn zaak, gaf O'Warn ten antwoord. Deze weg loopt recht naar het park van den lord! Maar dat ls gewoonweg vreeselljk, zuchtte Tomy. O, als ik alles te voren geweten had! Onder moordenaars kan lk niet leven! Stilte, beval Gaspard nu: daar komt hij aan! De maan trad van achter de wolken te voor schijn. Twee ruiters kwamen aandraven; nu waren ziji nog slechts enkele passen verwijderd en koe men zeer duidelijk den landlord en zijn Tij'-uecht herkennen. Plotseling klonken twee schoten door de nacht en de paarden stortten neer. Hun berij ders wilden naar de pistolen grijpen, maar zij werden fluks door gespierde vuisten aange grepen. In weerwil van hun tegenstand werden zij naar een open plek ln het diepst van het bosch gesleept; hier hield men halt. Men stopte den knecht een prop In den mond en bond hem aan een boom. Gaspard keek den landlord aan, gelijk een wild beest zijn ptrooi, die hem niet meer kan ontsnappen, aanstaart. Lord Sultan was van nature dapper, maar toen hij weerloos tegenover deze vergadering, met haar dreigende houding stond, begreep hij, dat hij in een val was gelokt, waaruit hij niet meer levend zou te voorschijn komen. Wat wilt gij? vroeg hij. Weet gij niet, wie ik ben? Dat weten wij maar al te goed, gaf Gas pard spottend ten antwoord. De Ieren,'die het ongeluk hebben, in dit land te moeten leven, kennen den hooghartlgen lord Sultan zeer wel. Waarom overvalt gij mij? Mijn beurs kunt gij krijgen. Geef mij de vrijheid. Wij verlangen Uw goud niet! Uw leven is lu onze tend. Gij staat voor uw rechters en zult U over Uw misdaden moeten verantwoor den. De edelman rilde maar hij behield zijn fiere houding. Wie geeft U het recht, mij te vonnissen, gij, die zelve door de Justitie zijtt veroordeeld? De daad, welke gij voornemens zijt te plegen, zal de allerverschrikkelijkste gevolgen na zich slepen. Bedenk dat wel! Die bedreigingen jagen mij geen vrees aan, lord Sultan. Het lot der Ieren kan niet erger worden. Vervloekte tiran! Gij hebt de tranen Uwer slachtoffers bij stroomen vergoten; gij hebt gelachen om hun zuchten, hun klagen, hun doodsangst. Gij hebt hen zonder medelijden overgeleverd aan hongersnood en dood, en hun bezittingen bij Uw eigendom getrokken. Wat hebben de Ieren, die gij hebt verdreven, U gedaan? Wat hadden die menschen U gedaan, dia door Uw gerechtsdienaars vermoord wer den? En die oude vrouw, die door de constabels voor haar brandende hut vermoord werd, wat had zij U gedaan? Ik heb zulke bevelen niet gegeven! ant woordde de landlord. Gij zijit verantwoordelijk voor de daden Uwer ondergeschikten. Gij zljt do hoogste rech ter Jn den lande, en wij hebben nooit verno men, dat dergelijke uitspattingen van Uw lieden door U zijn gestraft. Ik wist er in 't geheel niets van. Ik zal een onderzoek instellen en beloof U, die aldus gehandeld hebben, streng te straffen. Gij zult niemand meer straffen, lord Sul- ton-; de maat Uwer misdaden is boordevol. Thans bevindt gij U lajnün Wie zijt gij dan, als ik vragen mag? Wie ik ben? Zie mij aan! Gaspard plaatste zich vlak voor den gevangene. Ik ben Gaspard, ging hij voort, de struik- roover, dien Uw politie ai sinds vijftien jaar zoekt en wiens hoofd op honderd pond is ge schat. Herinnert gij U mijner niet meer, lord 8ult«n?- Ik herinner mij Uwer, zeide de Engelsch- man, en werd bleek. Gaspard, lk heb ongelijk gehad; ik zal het onrecht, dat U wedervaren is. weer goed maken. Kunt gij mijn vrouw en kind teruggeven, die door U ellendig zijn omgekomen? Vergiffenis Gaspard! mompelde de lord. Er bestaat geen vergiffenis voor UI riep de bandiet ijskoud en meed oogenloos. Vijftien jaar heb lk gewacht op het uur der vergelding. Nu ia het oogenblik van afrekenen aangebro ken. Er bestaat geen genade voor hem, die nooit ln zijn leven genade beoefend heeft. En nu begonnen de kameraden van den hoofd man Gaspard den lord te verwijten, wat elk hunner aan ongerechtigheid had verduurd. De landlord, neergedrukt door de beschuldi gingen, welker waarheid bij niet betwisten kon, had zijn zelfbewustzijn verloren. Hij stond daar als een overtuigd misdadiger. Een enkele man had nog niets gezegd: Clary. Hij had niet min der geleden dan de anderen, en zijin haat tegen den bewerker van zijn ellende zou evenzeer ge grond zijn geweest, maar in de van den jongen man was het ongeluk niet in staat ge weest, alle gevoel uit te dooven. Clary sprak op ontróerenden toon: Ik kan een overwonnen vijand niet den laatsten stoot toebrengen. Ik ben bereid, den vijand van mijn volk op het slagveld met de wapens in de hand te bestrijden; maar ik ver oordeel het vermoorden van een weerloos menscb bier ln 't bosch, en ln het donker van den nacht. De landlord hief zijn blik op naar den spre ker. Op het zien van dezen jóngen man met die edele houding, daalde er een straaltje van hoop In zijn gemoed. Wie zljt gij? vroeg hij. Uw gezicht schijnt mij bekend. Ik bon de laatste der O'Warn's, zeide Clary. Lord Sulton herinnerde zich deze familie zeer goed, wier vroegere eigendommen grootendeels ln zijn bezit waren. Ilt weet, ook gij hebt U over mij te bekla gen, zeide bij. Gij zijt de edele spruit van een waardige stam. De Engelschen zouden beter ge daan hebben, de Ieren tot zich te trekken, inplaats van hen te vervolgen; dat was een fout welk diepen haat beeft gewekt. Ik zal voor taan aan dat werk des vredes arbeiden; ik zal de constabels wegzenden, en de ongerechtighe den, die er zijn gepleegd, weer trachten goéd te maken. Ik zweer U, dat er voor het land een nieuw leven zal beginnen. Gij zult mij daarbij helpen, O'Wam, want Uw grootmoedigheid heeft meer invloed op mij, dan alle dreigemen ten van deze misleide menschen. De taal van den lord klonk oprecht, en een onwillekeurige ontroering bij de bergbewoners deed zien, dat zij indruk gemaakt had. Indien de lord zijn belofte gestand deed, dan was het voor hem een.kleinigheid, aan alle ballingen gratie te schenken, en hun de middelen tot een vreedzaam leven te werschaffen. Clary wilde van de gelegenheid partij trekken. Vrienden, begon" hij weer, mij dukt, wij moesten den lord in staat stellen zijn beloften te volvoeren. Wanneer wij van hem een recht vaardig bestuur verkrijgen, dan bewijzen wij daardoor heel het graafschap een onschatbaren dienst, terwijl daarentegen een misdaad, bet lijden van de bevolking nog slechts kan ver zwaren. Myloird moet zich verplichten, ons allen de vrijheid, en de middelen tot een fatsoenlijk bestaan te verschaffen. Houdt hij echter zijn belofte niet, dan Verwijder je, O'Warn, jij hebt bier niets te bevelen! schreeuwde heit opperhoofd ln woede ontstoken. Jij bezit een lafhartig gemoed, den naam, dien je draagt, onwaardig. Treed terug, of lk vermeng het bloed van den ontaarden Ier met dat van den vervloekten Engelschman. En Clary werd ruw achteruit gedrongen. Lord Sulton, begon Gaspard, U heeft de tegen U uitgebrachte beschuldigingen verno men! En nu volgt Uw vonnis: Lord Sulton, gij hebt den dood verdiend. Bid God om genade en bereid U voor te sterven. Genade! mompelde de ongelukkige edel man. Genade herhaalden ook Clary en Tomy. Op een teelten van Gaspard wierpen twee bergbewoners zich op de beide jongelieden om hen iedere verdere Inmenging te beletten. Nu verborg de maan zich achter zwarte wolken en hulde de aarde in diepe duisternis, "'aar aan den horizont, welke men door een gaping in het bosch kon zien, steeg plotseling een heldere gloed omhoog; deze werd al grooter en zond vuurzuilen ten hemel. Verwijderd ge schreeuw was duidelijk hoorbaar en de wol ken werden rood gekleurd. Gaspard keek met wilde opgetogenheid naar dat schouwspel. Zie, lord Sulton, riep hij lachend uit, wat een moois illuminatie; het is Uw kasteel dat brandt! Nu is de beurt aan U! (Wordt vervolgd), J

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Nieuwe Schiedamsche Courant | 1929 | | pagina 6