FEUILLETON
VERDERFELIJKE
'BANDEN.
HET COMMUNISTENINTERNEERINGSKAMP VAN BOVEN-DIGOEL
DÖNDËRÖAÖ 28 MAART 1929
PAGINA 3
DE NEDERLANDSCH-BELGISCHE
5 KWESTIE
DE VERHOUDING TUSSCHEN
BELGIë EN NEDERLAND
CONTROLEUR MONSJOU VERTELT VAN ZIJN ERVARINGEN
EERSTE AFRIKAANSCH IJ
EUCHARISTISCH CONGRES
t
-i -JL «v
EEN GEPEPERDE REDE VAN
STAATSMINISTER SEGERS.
„Wij moeten daden stellen"
GEVRAAGD WORDT, DAT DE REGEERING
MET KRACHT DE BELGISCHE EISCHEN
ZAL VERDEDIGEN.
Staatsminister Segers heeft te Antwerpen in de
taal Pro Arte een voordracht gehouden over de
Nederlandsch-Belgische kwestie en 't SoheWe-
vraagstuk. Er was veel belangstelling; daar
waren niet alleen vertegenwoordigers van alle
handels- en scheepvaart-lichamen maar ook
groepen van vaderlandslievende vereenigingea
met haar vaandels. Men vreesde blijkbaar een
aanval want de gangen en bet tooneel waren
Efgezet door leden van de Legion Nationale
i hun bonte uniformen.
Staatsminister Segers gaf eerst een over
zicht van de besprekingen met Nederland se
dert 1919. Hij was daarin zeer onvolledig. De
aohtbaro heer Segers vertelde wel, dat hij een
aandeel had gehad in deze onderhandelingen
maar niet, dat ook hij zich had ingelaten met
het ongeluks-werk deT natiionale politiekers,
aan wie hij ala onderhandelaar van de Parlj.
echo conferentie-tafel het berucht geworden te
legram zond. Segers klaagde dat de stemming
ln Nederland ten opzichte van België vergif
tigd was, maar hij schoof de schuld daarvan
alleenlijk op het Rotterdamsche comité dat in
1925 1 mllüoen gulden bijeenbracht om tegen
het verdrag te ageeren alsmede op het ge
heime werk van de gevluchte activisten.
Do heer Segers vergat echter het groote
BOhuld-aandeel der anncxionisten, waartoe ook
hij een tijd lang behoorde, en die tensiotte be
letten dat in 1921 de ontworpen Nederlandsch--
Belgische overeenkomst werd goedgekeurd. Ook
over dit belangrijk feit ln de Nederlandscli
Belgische onderhandelingen gleed de staats
minister heel handig heen; hij deed het zelfs
voorkomen alsof het Nederland's schuld was,
dat de onderhandelingen werden afgebroken.
Voorts herinnerde spr. aan de nieuwe Neder
landscliBelgische besprekingen sedert de
verwerping van het verdrag door de Eerste
Kamer. Wij hebben, aldus de heer Segers, op
heldering gevraagd aan den minister van bui-
tenlandsche zaken, den heer Hijmans. Uit zijn
antwoord blijkt, dat wij verslagen zijn. Maar
met den steun van groote vaderlanders moe
ten wrj ons opnieuw oprichten. Wij mogen niet
langer met gekruiste armen blijven staan. Het
geheel» land moet zich voor de kwestie inte-
ressepreii.
V
Dan bespreekt de heer Segers de Schelde-
■kwestie. Hij verwijt Nederland, dat het zijn
plicht niet doet en het vaarwater niet voldoen
de onderhoudt. Om daaraan een einde te ma
ken is er slechts een oplossing mogelijk; do
Internationalisatie der Schelde; deze oplossing
la wel niet het ideaal, maar zij is in elk geval
beter dan de bestaande toestand. Wij kunnen,
kid us de heer Segers, niet langer eèn regime
dulden, dat ons misschien op zekeren dag zou
beletten ln ons eigen huls be komen. Wij moe
ten een beroep doen op de mogendheden.
Vervolgens behandelde de heer Segers het
Vraagstuk der Rijn-verbindingen. De toestand,
■waarin deze zich bevinden, is onhoudbaar, al
dus 3pr. Nederland heeft nochtans den plicht
goede wegen ter beschikking te stellen.
De kwestie van het Hellegat, dat, zoo ver
volgde de heer Segers, zóó verzand is, dat zelfs
de Nederlandsche peil-schepen aan den grond
raakten, bewijst dat de Nederlandsche autori
teiten kwaadwillig zijn en dat zij geheel liggen
onder den hiel der magnaten van Rotterdam
fcn Amsterdam.
Ook inzake het Antwerpen-Luik-kanaal trach
ten tie Nederlanders tegen te werken, maar
hier juist kunnen wij de Nederlanders slaan.
Laten de Antwerpenaren en de Luikenaren
samenwerken; zij hebben de Nederlandsch-
Belgische betrekkingen in handen. Zij moeten
zorgen dat wij binnen zes maanden aan het
werk zijn om het Antwerpen Luik-kanaal te
graven.
Wij moeten daden stellen. Na ons bevrijd te
hebben van de onderdrukking van een vijand
mogen wij niet in de klauwen vallen van een
andere tyrannleke natie; wij moeten onze
rechten doen zegevieren.
Na de rede, welke langdurig werd toege
juicht besloot de vergadering, welke belegd
was door de „Ligue Maritime", met een tele-
De vergadering vanwege den
Kath. Vredesbond.
IR. L. J. M. FEBER SPREEKT VOOR
NEDERLAND,
De vergadering, vanwege den R. K. Vredes
bond in Nederland, waarin de verhouding tus-
scben België en Nederland zal worden bespro
ken, ter bevordering van de goede verstandhou
ding tusschen beide landen, is tlhans definitief
vastgesteld op Maandag 8 April, te Den Haag.
Zooals" men weet zal Pater Senator Rutten
voor België het woord voeren.
Naar wij thans uit goede bron vernemen zal
voor Nederland spreken het Tweede Kamerlid
lr. L. J. M. Feber.
Het initiatief voor deze bijeenkomst ging niet
nit van Mgr. Nolens, zooals de Brusselsche
Standaard en enkele andere bladen, die het
bericht van deze courant overnamen, vermeld
den, doch van het Tweede Kamierlid, den heer
Henri Hermans, te Den Haag, propaganda-voor-
zltter van den R. K. Vredesbond.
ONTSLAG AAN DE ARTILLERIE-
INRICHTINGEN
Welke regelen in acht (moeten) worden
genomen
Op de terzake gestelde vragen van het Tweede
Kamerlid L. L. H. de Visser heeft de minister
vian defensie geantwoord:
Ad. 1. Het is ondergeteekende bekend, dat
aan de Artillerie-Inrichtingen ongeveer 250
contract-arbeiders zijn ontslagen; hieronder
bevindt zich echter geen enkele met zes dienst
jaren en langer.
Ad 2. Opdat de directie der Artillerie-Inrick-
richtingen bij dit ontslag rekening zou houden
met de regelen, die door de regeering in het
algemeen worden gevolgd ten aanzien van het
ontslag van het personeel in 's Rijks dienst,
heeft ondergeteekende 6 Maart j.l. aan genoemde
directie kennis gegeven, na op den voorgrond
te hebben gesteld, dat bij ontslag steeds het
dienstbelang in de eerste plaats moet gelden,
dat de volgende regelen in acht zijn te nemen.
I. Ongeschoolde arbeiders komen vóór de
geschoolden in aanmerking voor ontslag.
Voor het bepalen van de volgorde, waarin
de ongeschoolden zullen worden ontslagen,
moeten de Artillerie-Inrichtingen als één ge
heel worden beschouwd, d.w.z. moet de split
sing der Artillerie-Inrichtingen in verschil
lende bedrijven bulten beschouwing worden
gelaten. De volgorde zal zijn:
a. ongehuwden vóór gehuwden:
b. de werklieden met korteren diensttijd
vóór de werklieden met langoren diensttijd.
II. Ten aanzien van de geschoolde arbeiders
indien ook dezen voor ontslag tn aan
merking moeten komen zullen voor wat
betreft de volgorde, de regelen gelden, welke
onder I ten aanzien van de ongeschoolden
zijn gegeven.
Ad. 3 Het is thans niet het tijdstip voor
ondergeteekende om te beslissen, of contract
arbeiders na een bepaalden tijd vam dienst vast
moeten worden aangesteld en of een Rijksar
beidsreserve moet worden Ingevoerd, omdat
de regeering omtrent bet al of niet aannemen
van personen op arbeidscontract en de regeling
hunner rechtspositie nog geen beslissing heeft
genomen.
JAN C. DE VOS .Jr.
De heer Jan C. de Vos Jr. zal aan het eind
van dit speelseizoen het Ned.-Indisch Tooneel
(directeur Cor Ruys) verlaten.
BEPPIE DE VRIES.
Mevrouw Beppie de Vries zal gedurende de
maand April een reeks gastvoorstellingen
geven in het Theater Scala te Den Haag.
gram te zenden aan minister Jaspar, waarin
gevraagd wordt dat de regeerjng met kracht de
Belgische eischen inzake de vrije verbindingen
met de zee en het Moerdijkkanaal zal ver
dedigen en de meening wordt uitgedrukt, dat
een beroep moet gedaan worden op de mogend
heden.
nog ALTIJD RADDRAAIERS, MAAR OOK GEÏNTERNEERDEN
DIE TOT ANDERE GEDACHTEN KOMEN
Controleur M. A. Monsjoa, die gedurende
15 maanden te Tanah-Merah. (Boven-DlgoeJ)
was geplaatst en de vorige maand miet ziekte
verlof op Java Is teruggekeerd, heeft aan de
Indische Courant verteld van zijn ondervin
dingen ln Inent taterneeringsfcamp.
Dat ziekteverlof, zeide controleur Monsjou,
had Ik zeker wel noodig, wtant wij mijn
vrouw en mijn persoon lijden sinds eenl-
gen tijd aan Mallraia. Of Bovem-Digoel onge
zond is:? CDat zou dik zeggen! Hlet plateau,
waariop de interneeringsklampan zijn opge-
trokken, ïlgit omgeven door moerassen. Velen
lijden er dan ook aan malaria.
Da algemeone toestand is er bevredigend.
Toen gouverneur Tideman onlangs een be
zoek aan het 'kamp ibraciht, werd er hier en
daar gevlagd en zelfs ihiet „Wilhelmus" voor
hem gespeeld. Hij sprak zijn tevredenheid uit
over deu gang der zaken daar. En ook vol
gens mijn meening ig die zaalk er rustig. Ik
heb de toedracht van de zaak aan mijn supe
rieuren uiteen gezet en ik hen van meening,
dat ik in het gelijk gesteld zal worden. Ik heb
de militairen nooit noodig gehad en Ihet ge
lukkig steeds met mijn eigen mannetjes kun
nen klaarspelen. In den weg hebben wij elkaar
niet behoeven tie loopen. Er zijn daar aan den
Boven-Dtgoeï op het oogenbüik ongeveer 80
man militairen, die heusöh niet stil zitten.
Ten eerste gaan ze bijna iéder en dag op ver
kenning uit om de omstreken te leeren ken
nen en dan hielbben ze hun bewakingsdiensten.
U moet namelijk weten, dat de troepen en ook
wij, B.B.-menschen, onze verblijfplaats hebben
tusschen de twee internearingskampen in. Er
is, zooals u weet, een speciaal "kamp voor de
raddraaiers, die niet werken willen en zelfs
in dat afgelegen oord hun kontjo's (kamera
den) trachten op te stoken. Daarvoor hebben
zij vaak een tocht door de bosischen over om
langs onze verblijfplaats naar het internee-
rlingskamp van de werkwilligen te sluipen.
Daar werden zij wel eens aangetroffen, ter
wijl zij hun lotgenooten aan het opruien wa
ren. Ooik zal het misschien voorgekomen zijn,
dat zij de rivier overstaken, langs den over
kant de kalizijde volgden om op de plaats
van het andere intemeeringslkamp weer de
rivier over te stelten. Die mogelijkheid bestaat,
doch wij hebben de raddraaiers op een der
gelijke excursie nooit kunnen betrappen.
Om aan die oprui-partijen een einde te
kunnen maken, is meai thans voornemens het
kamp van de raddraaiers te verplaatsen. Daar
zitten ze veilig en zullen dan zeker geen con
tact meer kunnen zoeken. Maar dan zullen
20 mannen der bewaklngstroepen moeten ver
huizen, waardoor de sterkte t© Tannah-Mera
niet mtier op het veretlsohte peil zal staan.
Ik vermoed dan ook, dat, wanneer het zoo
ver is, er troepenaanvulling zal dienen te wor
den aangevraagd.
Hoe de geïnterneerden er leven? Wel, tot
nu toe kregen zij voor den door hen gepres-
teerden arbeid betaling. Zij verdienden, ge
loof ik, 12.60 per maand en kregen dan nog
9 als een bijdrage voor het opzetten van een
huis. Van die 21.60 konden zij er komen,
maar een luxueus leven hebben zij er zeker
niet van kunnen leiden, omdat de prijzen der
levensmiddelen, welke in de gouvernoments-
toko zijn te verkrijgen vrij hoog zijn. Tot
dusver hebben wij nog steeds nuttig werk
voor de geïnterneerden kunnen vinden. Zoo
bouwen zij op hat oogenbllk een nieuwen aan
legsteiger. Maar aan dezen toestand zal natuur
lijk binnenkort een einde komen. Er zullen
verschillende prdducten verbouwd dienen te
worden. Het eerste jaar zal op den grond rijst
en djagoeng (gersit) geplant worden. Rijst
staat er nu al heel goed. Na een jaar of drie
zal er koffie geplant kunnen worden en weer
later, bij voorbeeld na een jaar of vijf, zes
zal er rubber verbouwd kunnen wiorden. Alle
koffie en zeker niet de rubber zal' voor eigen
consumptie aangewend kunnen worden. Dan
zal men dus gedwongen zijn om een soort van
coöperatieve veskoop-centrale te Stichten. De
koffie-oogst zal dan met den K. P. M.-stoomer
die iedere maand gecharterd wordt, voor Bo-
ven-Digool moegegeven worden. Dat schip
Heeft, terugvarende, nu toch nooit lading. De
koffie en de rubber zullen te Ambon of te
Makasser op de markt gébracht kunnen wor
den en van de opbrengst zullen de werkwil
ligen een bestaan kunnen hebben.
Er zullen natuurlijk raddraaiers zijn die
geen vinger willen verroeren, want die zijn
er nu óók al, maar die zullen van het gouver
nement ten slotte niets anders dan hun -eten
krijgen. Voor de rast zulan ze hebben te wer
ken. Dat lijkt mij ook een gezond standpunt.
U wilt mijn meening weten over hetgeen er
ten slotte met de Digoefl-iklanten aal gebeu
ren. Ik tea or zéker van, dat de meesten weer
binnen afzienbairen tijd naar hun Heimat zul.
len kunnen teruggaan. Misschien zal er een
tuissohenstadium bestaan, waarin zij nog op
een andere plaats worden geïnterneerd, Welke
meer in de bewoonde wereld is gelegen en
waar zij van hun bekeerling zullen kunnen
blijk geven, maar dat zal dan toch maar een
tusschenistadiium blijven.
Er zijn nu reeds menschen, die te midden
van hun kontjo's een geheel andier denkbeeld
hebben gekregen van het communisme, dan
vroeger. Sommigen geven daar openlijk blijk
van. Anderen durven dat niet te doen. Er is
zeifis één van de geïnterneerden uit het In-
terneeringsfcamp van de raddraaiers, die mij
om overplaatsing naar het andere kamp heeft
gevraagd, hetgeen tk hem ook heb toegezegd.
Bij velen zijn de oogen open gegaan.
Over het algemeen kan ik zeggen, dat er
rust heerscht in het kamp. Natuurlijk komen
er wel eena oneenigheden en vechtpartijen
voor, net zooals dat in iedere kampong op
Java en in de buitenbezittingen plaats heeft.
Laatst sloeg één van de geïnterneerden met
een slagwapen een tegenstander, die zijn vrouw
beleedlgd had, den hals in. Zijn zaak Is reeds
berecht. Zij staan onder onze rechtspraak, hoe
wel' zij het recht hebben om bun eigen kam
ponghoofden ite kiezen.
Geleldelijk-aan heeft Boven-DIgoel ziich In
die 15 maanden tijd, dat ik het bestuur van
kapitein L. T. Becking overnam, ontwikkeld.
De toestanden zijn er, zoowel vooir de geïnter
neerden als voor de bewakingsmanschappen,
dragelijk geworden.
GEORGANISEERD OVERLEG RIJKS
TUCHT- EN OPVOEDINGSWEZEN ENZ.
De bijzondere commissie voor georganiseerd
overleg in zaken, Takende de ambtenaren van
het Rljks-Tucht-, Opvoedings-, Gevangenis- en
Reclameeeringswezen heeft ln hare laatstge
houden vergadering haar advies vastgesteld
betreffende wijziging ln de regeling deir afvoe
ring van overcompleet -personeel; betreffende
de regeling van den beamhtenddenst aan het
Rijksopvoedingsgesticht te Doetmchem en be
treffende maatTegelen voor administratief per
soneel met betrekking tot het examen voor
commies en commies ter directie. Het advies
betreffende de ölaapwacht in de gevangenissen
en aanverwante gestichten werd, in afwachting
van nadere gegevens, aangehouden tot de vol
gende vergadering.
BESMETTELIJKE ZIEKTEN.
In Stscrt. 61 wordt medegedeeld eene opgave
van het aantal aangegeven gevallen van besmet-
lelijke ziekten over de week van 17 tot en met
23 Maart 1929.
In deze week werd afgeleverd: door de ent
stofinrichting te Amsterdam koepokstof voor
3700 personen, te Rotterdam voor 691 personen,
te Groningen voor 758 personen, totaal voor
5149 personen.
In de week van 17 tot en met 23 Maart 1929
zijn geen gevallen van encephalitis na inenting
ter kennis van het Staatstoezicht op de Volks
gezondheid gekomen.
Te Durban zal van den 29sten Mei tot dé(
Sea Juni het eerste Afrikaamsch Euch|arl8<
tisah congres plaats hebben ter golog«uh«W
van heit zilveren bisschoipsjubllé vam NataH
kerkvoogd, mgr. H. Delalle O.M.I.
Tevens zal dan het feit herdacht wordea
dat voor 100 Jaar de Katholieken van Engw
land en de koloniën bun godsdienstvrijhe»
herkregen.
Behalve een groot aantal priesters e»
geloovigen zullen alle bisschoppen en apostw
lische prefecten van Z.-Afrika met den Pause
lijken gezant het congres met hun tegeia
woordigheid opluisteren.
De processie met bet Allerheiligste oi
Zondag, den 2en Juli belooft het glanapua
te worden van het euch. congres.
DE ABT VAN DORONSÏDE OVERLEDES
Een bekend bekeerling
Op vijf en zestigjarigsm leeftijd is te Doren,
side, bij Bath, overleden Dom. H. Leande
Ramsay, O.S.B., abt.
De overledene was een gewezen geestelijk)
dier Engelsche staatskerk en een der autorb
telten op het ge/bied der oud-Christelijk»
literatuur.
PLECHTIGE UITVAARTDIENST VOOR
- EM.-P ASTOOR J. L. WOUTERS.
In de parochiekerk van den H. Bonifacius t«
Alphen a. d. Rijn werden Dinsdagavond do
plechtige Metten gezongen voor de ziele rust
van den Z.Eerw. heer J. L. Wouters emeritus,
pastoor van Vlaardingen, overleden in het St
Elisabethgasthuis te Leiden en sinds enkele
jaren wonende in het St. Joseph Gesticht te
Alphen a.d. Rijn. Bij de Metten was agens de
Zeereerw. heer A. Hakkeling, Pastoor te Reen
wijk. O.ra. waren aanwezig de Zeereerw. heeren
Pastoor H. van Dijk van Nieuwkoop, J. Zand
vliet, pastoor te Zevenhoven, G. v. d. Meer-
pastoor te Rotterdam, F. Keet, pastoor te Bode
graven, Th. Beukers, pastoor te Leiden.
Gisterenmorgen had de plechtige H. Requiem
Mis plaats voorafgegaan door de Lauden.
De plechtige H. Requiem-Mis werd opgedra
gen door den Zeereerw. Deken J. M. Hellegere»
Het zangkoor voerde op verdienstelijke wljz<
de stemmige Requiem-Mis van Perosi uit. Na d»
H. Mis werd de lijkrede gehouden door der
Weleerw. heer J. C. Groot.
De begrafenis van Pastoor Wouters had gis
teren plaats te Vlaardingen.
LUIT. GENERAAL P. J. H. VAN DER PALÜf
Naar wij vernemen, is do luitenant-generaa
P. J. H. van der Palm, chef van den Generale)
Staf, benoemd tot Commandeur ln de Orde val
den Nederiandsohen Leeuw.
OUD-KAMERLID W. JUTEN.
De ziektetoestand van den heer W. Juten, oud
lid der Tweede Kamer der Staten-Generaal eq
oud-burgemeester van Wouw is thans zoodanig
verergerd, dat hem de laatste H.H. Sacramen
tien zijn toegediend.
EERSTE STEENLEGGING VEILINGS
GEBOUW.
Te Beverwijk had met eenige plechtigheid
en onder groote belangstelling, de eens te-steen
legging plaate vo-o-r het nieuw te stichten vel
ltniggeboiuw ten behoeve van de R. K. Coöp
Tuindersvereenlgtng „Kennemeriand".
VAKOPLEIDING VOOR HET
STRAATMAKERSBEDRIJF
Het resultaat van besprekingen
Maandag had eon bespreking plaats op ha
Ministerie van Onderwijs, Kunsten en Weten
schappen met het hestnr van den Straatnmkers_
bond over bovengenoemde onderwerp. Door den
Minister was de behandeling dezer aangelegen
heid in handen gesteld van den Inspecteur
Generaal van het Nijverheidsonderwijs die daar
voor groote belangstelling toonde en de toe
zegging deed met den noodigen spoed, deize
vakopleiding bij het algemeen leerlingstelsel
in te deelen en te be aandelen.
Het ligt ln de bedoeling de vakopleiding in
de groote centra te doen plaats vinden, zonder
dat daarvoor speciale vakscholen behoeven te
worden gesticht.
Het Bestuur vau deu Straatmakensbond nam
de opdracht aan een uitgewerkt plan hiervoor
samen te «tellen en zoo noodig de organisatie
daarvan mede te aanvaarden
NAAR HET FRANSOH
cooir
JEAN TH IER Y
lu
Wat scheelt er aan, m'n waarde heer Cor-
neille. Ik zie wel dat er Iets aan hapert!
Hij reikte nu een telegram over dat luidde:
het wat ruim te maken, kuchte even, en begon
toen moeizaam:
Nu ik kan het wel in uw hijzijn zeggen
ik weet niet wat er met mijn kinderen gebeurt!
Antonln!
Meer kon de moeder niet uitbrengen. Maar
de prinses gaf de vraag een duidelijker ka
rakter:
Verklaar u nader!
Hij reikte nu een telegram over dat luidde:
We verkeeren ln pijnlijke omstandigheden,
kom zonder uitstel. Wij zij|n gezond en wel.
RENEMBURG
Waar zijn ze?
Daar begrijp ik juist niets vanzij zijn
in Ledon in Le .don!
Bij m'n zuster? vroeg mevrouw Corneille
opgewonden.
Ja, bij Je zusterMaan wat moesten ze
daar in die negerij doen? bulderde mijnheer met
ftloteeling geweld, want zijn emotie was in
Jqorn losgebroken. Het"W vanzelfsprekend voor
iemand dit dat schepsel kent, dat datdat.
dat
Hij vond niets anders om zijn 'schoonzuster
te betitelen dan een menigte termen die veel
te grof waren voor de ooren van een Russische
prinses. Hij staakte dus liever zijn poging om
dat verachtelijke schepsel uit Ledon te brand
merken zooals ze dat verdiende.
Met de handen aan het voorhoofd vervolgde
bij klagend:
Maar wat kan hun in 's hemelsnaam over
komen zijn?
Gaat u daar zelf eens van overtuigen
mijnheer Corneille, ried de prinses, immers
het telegram zegt dat u zonder uitstel moet
komenik begrijp eigenlijk niet dat u nog
niet vertrokken bent.
Hij keek haar aan alsog hij zelf nog niet
op die gedachte gekomen was. Dan stamelde hij
Ik wilde er eerst met m'n vrouw over spre
ken, en hooren of zij misschien ook vermoeden
kon wat onze kinderen overkomen is.
Neen, mevrouw weet natuurlijk van niets.
Maar nu u het bewijs ln handen hebt, behoeft u
niet meer te aarzelen, vertrek! vertrek
Zeker prinses, maar u vergeet, of liever
gezegd u weet niet, dat wij met onze zuster
op gespannen voet leven
Prinses, U Is een energieke vrouw, u hebt
gelijk, ik ga m'n spoorboekje halen.
Op 't station zullen ze u wel inlichten, er
loopen zooveel treinenvertrek dus maar
gauw!
Nooit had mevrouw Corneille haar armen
Antonln zoo bestookt gezien. Hij wilde juist
niet heengaan, zag te zeer tegen de reis op.
De arme man! Een der redenen van zijn
talrijke handelssuccessen was juist geweest dat
hij zich nooit opgehouden had met dingen die
min of meer duister voor hem geweest waren.
Zijn vrouw wist dat, begreep hem daarom nu
zoo goed en keurde zijn aarzeling dan ook niet
af,.. De gezondheidstoestand v»n Marcello
en Wilhelm was immers bevredigend!
De salondeur gin? open en een klinkende
stem riep:
Mijnheer Patrick O'Lynnas!
Zoodra de aangekondigde mijnheer Corneille
zag, sloeg hij de armen ln de lucht en riep
met bliksemende oogen:
Wat mijnheer, U nog hier? Nóg hier!
Maar vertrek dan toch. Ik heb zoo even vree-
selijke berichten ontvangen uit Ledon.
Mevrouw Corneille richtte zich verschrikt op.
zakte toen weer als verlamd in haar fauteuil
terug, terwijl haar man den bezoeker radeloos
aankeek en met diepe. halfversmoorde stem
uitbracht:
O'Lynnaa, wat zegt ge daar?
Er gebeurt Iets rreeselijks daarIets wat
natuurlijk op een vergissing, een dwaling moet
berusten Maar uw schoonzoon ia er het
slachtoffer van.
Mijn schoonzoon? Hij, een graaf van
Renemburg?
Ja, waarde vriend. Men beschuldigt hem
den schat der kathedraal gestolen te hebben en
alsof dat nog niet genoeg was, verdenkt men
hem ook van doodslag op een oude vrouw...
wil men -hem verantwoordelijk stellen voor de
verdwijning van den koster van Ledon
O'Lynnas!
Die beschuldiging is het eerst geuit door
de oude vrouw die half dood is gevonden
een zekere juffrouw Grapin!
Grapin. Ursule! weeklaagde mevrouw Cor
neille.
Een dolksteek had haar niet vreeselijker kun
nen treffen.
Mijnheer balde de vuisten, zijn doodsbleek
gezicht nam een ontstellende uitdrukking aan
en op z'n vrouw toeschietend, schreeuwde hij
met heesche stem:
Wat heb lk Je gezegd? Heb ik je niet altijd
gewaarschuwd?... O dat vervloekte serpent..
De prinses kwam tusschenbeide:
Ko-m mijnheer Corneille, niet alleen aan u
zelf denklen. Uw vrouw is al ongelukkig genoeg
Ja, laten we ons hoofd er niet bij verlie
zen, vertel verder O'Lynnas
't Is gebleken, dat die oude juffrouw
krankzinnig is Enfin, de schuldigen waren ge
vlogen en men verdenkt drie reizigers die in
een hote! overnacht hebben en vertrokken zijn
zonder te betalen. Maar het gerecht moet zij|n
gang gaan en daarom hecht men geloof aan de
getuigenis van die ongelukkige vrouw. De dok
ter heeft verklaard dat zij ijlde en toch neemt
de rechter van instructie notitie van haar
woorden.
Maar wat moest m'n schoonzoon daar in
Ledon doen? vroeg mijnheer Corneille op kla-
genden toon.
Dat vroeg de rechter hem juist ook, ver
volgde O'Lynnas.
En wat antwoordde hij?
Dat hij daar heengegaan was om zijn
tante een bezoek te brengen, dus een familie-
plicht te vervullen. v
- Och familleplichtenln Bohemen ja!
merkte de prinses wat schamper op.
Mevrouw Corneille snikte.
O'Lynnas hernam:
Het leelijkate van 't geval is, dat hij daar
ln Ledon Cêsar Olero ontmoet heeft. Cèsar
maakte er een grondige studie van de buiten
gewone collectie waaruit de schat der kathe
draal bestaat. Wilhelm die zooals u weet, zich
voor die zaken buitengewoon Interesseert, hielp
hem daarbij. Juffrouw Grapin ontving hem zoo
hartelijk, dat zij hun verblijf in Ledon wat
gerekt hebben
En ik dacht dat ze In Bohemen waren?
In Bohemen! O neen, op 't oogenbllk
ie dat onmogelijk, vraagt u dat maar aan de
prinses.
Zij beaamde op geheimzinnigen toon:
Onmogelijk!
Waarom hebben 'ze dat niet gezegd?
Als een plechtige uitspraak klonk het toen
den nadruk leggend op leder woord:
Renemburg kon dat niet bekennen. Maar
Gode zij dank, Wilhelm kan het tijdsgebruik van
den nacht, waarin de diefstal bedreven werd,
heel goed verantwoorden! Hij wilde van den
helderen, m mooien nacht profiteeren om een
autotocht te maken met Olleromaar u be
grijpt, nu de schuldigen niet te vinden zijn,
moet er maar een slachtoffer gemaakt worden
en de keuze is op uw schoonzoon gevallen.
Och, och! Wat een kostbaren tijd verlie
zen we met praten! merkte de prinses onge
duldig op.
Maar mevrouw, wat denkt u dan dat ik
daar in Ledon kan doen? vroeg mijnheer
Corneille aan de prinses.
Zij keek hem aam, haalde de schouders op en
zei met minachting:
't Is eigenaardig te constateercn hoe wei
nig een man begrijpt van hetgeen men hem
vraagt
O'Lynnas minder hautain, zei geduldig maar
met nadruk:
Wat u daar kunt doen, m'n waarde heer?,,
Wel natuurlijk uw schoonzoon verdedigen, hem
helpen, steunen en ontrukken uit de macht
van het gerecht. Uw rechtschapenheid, uw
smetteloos verleden en het prestige van «W
naam maken uw invloed allerkrachtigst... H
zult zien m'n beste vriend, dat ook deze zaak
bewijst dat een welbesteed, edel leven de ver
gelding in zich draagt
M'n beete O'Lynnas, ik gaIn dit kri
tieke oogenbllk heb lk het aan U te donkern
dat ik begrijp welden weg ik volgen moet. Dat
zal lk nooit vergeten!
(Wordt vervolgd).