Zaterdag 27 April 1929 Tweede Blad Pagina 1 HUN WOORD EN ONZE DAAD NATIONALE BEDEVAART NAAR ROME BEROOVING VAN EEN BANKLOOPER KLEEREKOPER OVER DE FILM P AANKOMST IN DE EEUWIGE STAD KARD. GASPARRI NAAR M. CASSINO BELGISCHE PELGRIMS TE ROME HET DRAMA TE HOEK VAN HOLLAND IN DE LINNAEUSTRAAT TE AMSTERDAM I MOEDER MET 3 KINDEREN DOOR GAS BEDWELMD u r r11 Het Kamerlid Kleerekoper heeft oalaugs )ijn wekelijksch artikel in de soc.-dem. pers Sewijd aan een overweging der politieke j)ropaganda-film „Het Heldendicht van de lioomsche daad". Wij kunnen begrijpen, dait de heeren der j. D. A. P., die met een film begonnen zijn 'maar geen kans zagen iets behoorlijks te .naken om de eenvoudige reden, dat zij bijna kiets te vertoonen hebben, met leede «ogen een film zien, die zwart op wit getuigenis aflegt van datgene wat katholieke een dracht en katholieke offerziin, begeesterd floor katholiek ideaal, hebben gewrocht *>p allerlei gebied. Wij rekenen daarvoor op geen lof van -de S. D. A. P.; wij vragen alleen het eer lijk oordeel van onbevangen toeschouwers Maar het lijkt cuns onnoodig, dat de heer Kleerekoper, die de vrijheid neemt, oins niet slechts vragen te stellen waarop wij gaarne antwoorden, meteen een soort spuw-bewegiing in onze richting maakt. De soc.-dem. schrijver noemt onze film een „steken van de trompet over eigen goede werken in direkten strijd met den letterlijken teksit van het Evangelie". Wij zouden willen herinneren aan nóg een tekst in het evangelie die ons aanspoort ons licht te laten schijnen voor de men- schen „opdat deze, onze werken ziende, den Vader zouden verheerlijken". Wat wij deen, is niet anders dan een kras ant woord geven aan hen, die dag aan dag den mond vol hebben over onze verwaar- loozing van de eischen van menschelijkheid. Deze film toont eenvoudig aan wat de ka tholieken, in dienst van ware menschelijke idealen hebben gedaan. - „Hoever is de openbare kas bij het ge val betrokken?" vraagt de heer Kleereko per, die behoort tot een partij voor welke de openbare kas ongeveer de eigen kas is. Maar wij kunnen veilig antwoorden: zeer en zeer weinig. En ln zoover de openbare kas, dank zij onze staatkundige -ïnedezeggingsc.hap, ons werk steunt, kun nen socialisten er eveneens een beroep op "doen. De heer Kleerekoper kent onze kracht niet en schijnt het een „kinderlijke voor stelling" te achten dat „dit alles uit parti culiere giften zou zijn bijeengebracht. Het schijnt, naar zijn inzicht, te strijden met onomische mogelijkheden". Pat denken er meer, maar zij vergis sen zich stellig; voor zoover wij weten, Steunen socialisten evenmin katholieke- als liberalen gereformeerde werkeen. Maar, aldus Kleerekoper, „veel van het geen luier vertoond wordt als liefdadig- .heid, is als zuivere geldbelegging geplaatst eri wordt ook als zoodanig beheerd". Veronderstelt, dat de soc. schrijver gelijk heeft, moet die geldbelegging dan niet gewaarborgd wezen en wie zorgen daar amders voor dan alle goedgeefsche katho lieken? Indien seminaries en een handels- hoogeschool en een universiteit en een doof- stommeninstituut en patronaten en missie staties en een partij-bureau zulke uitste kende geldbeleggings-voorwerpen zijn, waar om zijn de katholieke leiders dan eigenlijk zoo naïef er duizenden en duizenden voor te vragen en spelen zij het niiet met wat advertenties voor liefhebbers klaar? De heer Kleerekoper schijnt „in al deze indrukwekkende gebouwen en instellingen" toch wel een „bestamddeel der liefdadigheid" te zien, maar, zegt hij, „de katholieke gift is een geloofsdaad". Zeggen wij soms iots anders? •Ta maar, aldus de soc.-dem. schrijver, „het is onwaar dat in deze giften en gaven een drijfveer van onbaatzuchtige liefde zou tot uiting komen in een zin, welke ook op ïnenschen die deze geloofsvoorstellingen tïief. deelen, kan worden toegepast". tet is natuurlijk buitengewoon vriende lijk van den heer Kleerekoper, dat hij onze h -ten en nieren zoo doorgronden kan, ter wijl wij geven, maar zoolang socialistische geloofsvoorstellingen er niemand toe brengen zijn leven lang melaatschen te gaan ver plegen, uit hoogere beweegreden naar on beschaafde gewesten te trekken, afstand to 'do en van eigen geld, eigen wil, alle ge- pïak en alle familie-gezelligheid om zich to V'ij den aan den dienst van armen, zieken et ongelukkigen, zoolang lijkt het ons be- W, dat de socialist zich maar niet aan Vergelijkingen waagt tusschen de „geloofs voorstellingen" van den geloovige en do j lij ne. De heer Kleerekoper vervolgt: I De katholieke partij Is, gelijk zij zich noemt, een „Volkspartij", een vergaarbak aller klassen, en zij gaat daar groot op. Zij bergt Kapitaal en Arbeid, en verwijt ons de eenzijdigheid onzer samenstelling uit het laatste element alléén. Voelt men dhn de grove oneerlijkheid als men in den strijd tegen de partij van den Arbeid pa radeert met de giften van het Kapitaal? l En erger: aanvaardt men, aldus geuren- tj de, ook de zedelijke verantwoordelijkheid f' voor de wijze waarop die laatste giften f door de edele schenkers verdiend zijn? Dit is weer een van die samenweefsels jVtn onjuistheden waarin de heer Kleereko- )Per zoo sterk is. Wij hebben de S. D. A. P. nooit verweten ^onzijdigheid van samenstelling uit arbei ders alleen. Hoe zouden wij het kunnen bij Wn partij, die niet alleen onder haar leden HULDEBETOOGING BIJ HET GRAF VAN DR. SCHAEPMAN Donderdagavond om 5 minuten over zeven, is de NederlandsObo .National© Bedevaart ln dien- besten welstand te Rome aangekomen na een prachtige reis. Op het station werden wij verwelkomd door vele Katholieke Hoogwaar- idigheidsbakleeders, die In de stad des Pausen verblijven. Gistermorgen om 9 uur droeg Mgr. Diepen ia d© St. Pieter voor enz© bedevaart een H. Mis op. Daarna begaven alien ziah naar het Duiiteohie kerkhof, waar, zoo ate men weet, dir. Schaepman begraven ligt. Bij het graf van den priester-staatsman aprak Staatsraad mir. R. Romme de volgende rede uit: Rede mr. R. H. A. M. Romme Waarde geloof sgenóoten, Wij zijn opgegaan naar Rome. om hulde te brengen aan onzen H. Vader Z. H. den Paus, ter gelegenheid van Zijn gouden priesterfeest. Naar Rome, de stad, waarvan ons ln de kin derjaren reeds werd verteld, wier naam zoo tot ons spreekt, omdat zij één is met ons Heilig Geloof, omdat zij de zetel Is van Christus Ste dehouder, de stad met een geschiedenis zoo als geen andere. Waar wij onze blikken wenden, overal doemt een herinnering uit kerk of school voor ons op, welke ons onderscheideiijk tot bewondering, eerbied, weemoed, dankbaarheid, vreugde, enthousiasme voort._ En het is ons te vóel, om aan al die gevoelens uiting te geven. Nu we echter hier staan bij het graf van onzen grooten landgenoot, Dr. Schaepman, z.g. past het ons een enkel woord van diepgevoel de vereering en weemoedige herinnering te spreken. Waar we zijne beeltenis aanschouwen op den gedenksteen, daar rljs.t weer voor ons op de forsehe gestalte van den grooten rede naar, die tot zijn wapenspreuk had gekozen „Credo pugno' '.omdat zooals hij zelf heeft ge tuigd in de Chronioa van 1901, hij ln zijne da gen noodig had de knots en het breede zwaard; dan hooren wij weder zijn machtig geluid, dat als een donder in de tallooze vergaderzalen heeft geklonken, waar hij optrad tot heil van Kerk en staat, dan gedenken wij ln dankbaar heid, dat hij zijn gaven en talenten ln dienst heeft gesteld van de ook ons heilige zaak en Als pauselijk legaat Z. H. de Paus heeft den kardlnaals-staats- seoreitariis Gaaparri benoemd tot pauselijk legaat bij d© oipemlng van d© eeuwfeesten op de Mombé Oaeslno. Mgr. Cesarinl en mgr. Barbetta van d© pauselijke staats secretarie zullen bem vergezellen. De kardinaal-legaat vertrok gistermorgen, per extra-ftrein naar Oassino, vanwaar hij,, onder officieel© eerbetuigingen der troepen, de reis naar d© abdij zal voortzetten. Mgr. Heylen gaat van daar naar Carthago Donderdagmiddag is mgr. Heylen, bisschop van Namen, met 425 Belgische pelgrims te Rome aangekomen. Van daar reist mgr. Heylen naar Carthago in Afrika om de eerste toebereidselen te treffen voor het internationaal Eucharistisch Congres dat daar, zooals men weet, in 1930 zal plaats hebben. maar ook onder haar leiders, zoowel in ons land als daarbuiten, zeer rijke lieden telt? Wat wij dm de S. D. A. P. veroordeelen is het feit, dat zij zegt een klasse-partij te zijn en naar de heerschappij van één klas se te willen streven. De heer Kleerekoper stelt het voor alsof de Kerk vooral leeft van giften van het kapitaal, terwijl iedere pastoor hem omge- veer het tegenovergestelde zou kunnen lee- ren, al worden groote giften van enkele „kapitalisten" dankbaar herdacht. Zeker, niemand heeft ooit gevraagd hoe de Rotter- damsche heer Blok, die een millioen aan weezen en ouden van dagen naliet, zijn geld verdiende maar hebben sociaal-demo craten dit aan Wibauit gevraagd, die „Het Volk" uit de put hielp of aam Van Kol, die een bank cadeau deed aan het Troelstra-oord of aan Barmait, die de „Voorwaarts" van geld voorzag? Vragen Belgische socialisten hoe Vander- velde en Franschen hoe Blum aan zijn mil- lioenen komt? „Het is miert vriendelijk deze dingen te zeggen", meneer Kleerekoper, „en wij zoe ken ze geenszins op". Maar als gij met voorbijzien van al de enorme, persoonlijke offers van duizen den ons verwijt, dat oms heele cultureele werk eigenlijk neerkomit op geld halen bij rijken om daarmee „liefdadigheid te be drijven"; als gij insinueert, dat deze lief dadigheid eigenlijk voor on3 een surro gaat is, dat het recht moet vervangen, dan zeggen wij eenvoudig, dat dit een even boosaardige als kwaadaardige leugen is en dat uw spuwende minachting voor het werk van amderen, dat gij bespotten maar in de verste verte niet evenaren kunt, ons eenvoudig herinnert aan ons eerlijk, oud-Hollandsch spreekwoord: „Het zijn de slechtste vruchten niet, waaraan de wespen knagen". i dat hij voor Nederland's Katholieken, zoo ont zettend veel bereikte, zonder daarbij ooit het algemeen welzijn uit het oog te verliezen. Ja, Schaepman heeft door zijn oprecht en tactvol optreden bereikt, dat de Katholieken als gelijkwaardig aan hunne medeburgers ln den Nederlandschen Staat werden beschouwd dat het zonderlinge vooroordeel, dat tegen hen bestond, zooals mr. Limburg in 1903 tn het So ciaal Weekblad schreef, verdween, althans veel verminderde, dat het zwarte kleed van den priester niet meer die donkere gevoelens bij het Nederlandsche volk verwekte, welke dik wijls tot afschuw en haat waren gegroeid. Schaepman is geweest de emancipator van Nederland's Katholieken. Vurig strijder voor zijne Kerk, was hij te vens uitmuntend Vaderlander. Hoe heerlijk heeft hij in 1904 daaraan uiting gegeven, toen hij optrad in Duitschland voor het Duitsche Centrum. Bovenal had Schaepman zijne Kerk lief. Zijn geheel leven Is daarvan het hewtis en in zijn laatste levensdagen te Rome heeft Schaepman het zoo innig geuit. Toen in 1925 de heer van Wijnbergen op deze zelfde plaats eeu woord van hulde aan onzen grooten Doctor z.g. bracht, kon hij er op wij zen, dat de wensch van Schaepman, in 1896 ln zijn program geuit, tot herstel van het gezant schap hij den H. Stoel, in vervulling was ge gaan. Dat brengt ons ook nu in de herrinnering, dat de eerste gezant mr. Louis Regout, helaas zoo spoedig na zijn optreden van deze aarde weggenomen, ook hier zijne laatste rustplaats heeft gevonden. Dankbaar gedenken wij, wat die begaafde, werkzame, karaktervolle per soonlijkheid voor zijne kerk en zijn vaderland is geweest. Weinig kon in Mei 1925 worden vermoed, dat kleinzielig anticlerical isme, gemengd met verkeerd begrepen politiek, aan de vertegen woordiging bij den H. Stoel nog datzelfde jaar een einde zou maken. Wat zouden wij gaarne in dien nacht van 11 November Schaepman ln de Tweede Kamer hébben gezien en zijn woord gehoord! Doctor Schaepman, u danken wij voor Uw voorbeeld! Het lijk van een der redders opgevischt Door het visschersvaartuig OD 15 is, nabij Ouddorp, het lijik opgevischt van P. A. Verwey van de Reddingsboot „Prins der Nederlanden". Heden aal het naar Hoek van Holland worden vervoerd. VAN DE ZAANSCHE STAKING Mishandeling van den politie-commissaris IN DRIFT GEHANDELD; GEEN MISDADIGE OPZET Voor den Haarlemschen politierechter, mr. Schutte, stond terecht de 24-jarige J. B., wien ten laste was gelegd, ln den avond van 10 April den commissaris van politie te Zaan dam, den heer v. d. Laan, te hebben mis handeld, door hem uit opzet te schoppen en zijn amhtsketting af te rukken. Verdachte, die doof is, bekende dit feit en zeide in een opgewonden hui te hebben ge handeld. De commissaris geloofde niet, dat de ver. dachte het volle besef had van wat hij deed. Op een vraag van den verdediger, mr. J. E. W. Duys, aan den. commissaris o£ hij hij een en ander een misdadigen opzet veronder stelde, antwoordde deze ontkennend, aldus „De Crt." Het O. M. hoopte, dat dit het eenlge stakingsgeval zou zijn dat hier behandeld wordt. Deze verdacht© is zeker zijn hoekje te bulten gesgaan, doch hij handelde ln een drift bui. Van misdadigen opzet is dan ook geen sprake. Ook de volkomen doofheid van ver dachte kan als verzachtend© omstandigheid worden aangemerkt. Hij prefereerde ver- dachte's veroordeeling tot een voorwaardelijke gevangenisstraf van drie maanden me,t een proeftijd van twee jaar. De politierechter veroordeelde verd. over eenkomstig den eisch. DE REEDERS EN VISCHLOSSERS De strijd te IJmuiden GEDEELTELIJKE OVEREENSTEMMING BEREIKT De sedert eenlge weken te IJmuiden gevoer de ónderhandelingen tusschen de reeders van visschersvaartuigen en de lossers wqrden nog steeds voortgezet. In tegenstelling met de loopende geruchten, als zou een conflict niet onwaarschijnlijk zijn, kan de Courant mededee- len, dat in de conferentie tusschen de besturen der reedersvereeniglngen en de leiders der be trokken organisaties gedeeltelijke overeenstem ming is bereikt, zoodat verwacht mag worden, dat vóór 1 Mei, den datum waairop het loopende contract eindigt, het nieuwe contract vastgesteld zal kunnen worden. UIT HET SCHILDERSBEDRIJF Uitsluiting in Friesland? Het conflict in het Frlesohe sclhildersibedrljf duurt voort. Er zijn nog geen teekenen, die wijzen op een spoedige bijlegging van het ge schil. Zelfs verscherpt zich de strijd en lijken de kansen op aanneming van het compromis-voor stel zeer onzeker. „In leder geval van niet-aan- neming gaat Maandag a.s. de uitslutiing ln het Frlesche schildersbedrijf in", zoo meldt „De Courant". Een zaak met tal van moeilijkheden voor de Amsterdamsche Rechtbank f EEN VRIJSPRAAK EN TWEE VEROORDEELINGEN GEëlSCHT In den avond van 8 Maart 1926 stond een 78-}arige banklooper in de Llnnaeusstraat, nabij de Muiderkerk, te Amsterdam, op de tram te wachten. In de hand droeg hij een geldtrommel, welke een bedrag aan geld inhield van 6611, welk bedrag toebehoorde aan de Spaarbank van de Stad Amsterdam. De oude man had opdracht gekregen, dat geld te brengen naar hei. hoofdkantoor aan den Singel van deze Bank. Op een gegeven oogenblik werd de looper aan gevallen door een individu, dat hem tegen den grond sloeg, hem den trommel ontrukte en er van door ging! Dé aanrander vluchtte de straat over en klom ln een oogwenk over het hek van het Oosterpark, waar hij in de duister nis onder de boomen verdween. Alles was in enkele oogenblikken geschied, zoodat voorbij gangers die van de brutale daad getuigen waren geweest, niet in staat waren, in te grijpen Ook hadden zij, evenmin als de beroofde, gelegen held gehad het gelaat van den onverlaat op te nemen. De politie stond bij haar onderzoek voor een moeilijke taak, de banklooper zelf kon weinig positieve mededeellngen doen hij is inmid dels overleden en er verliepen ruim twee en een half jaar, eer zij eenige aanwijzingen in handen kreeg. In anarchistische en anti-miliitai- ristisch© kringen weTd n.l. over het gebeurde gemompeld; de politie legde haar oor te luiste ren en het gevolg was dat op 8 Maart 1928 ge arresteerd werden de metselaar J. v. d. G., thans 34 jaar oud, de timmerman K. A. J. H., thans 29 jaar, en de brochurehandelaar H. W. E., thans 31 jaar. Het drietal werd in het Huis van Bewaring gedetineerd en op 22 Januari 1.1. werd E. op vrije voeten gesteld, daar er geen voldoende termen waren om zijn voorarrest te verlengen. Gisteren stonden de drie verdachten terecht voor de Vierde Kamer der Amsterdamsche Rechtbank. Hun was in de eerste plaats afzon derlijk diefstal van den trommel ©n van den in houd ervan ten laste gelegd; subsidiair werd elk der verdachten beschuldigd van heling, welke bestaan zou hebben in het uit winstbe jag veroveren van dezen trommel en van het geld, of van het aannemen van ©en gedeelte van dat geld als geschenk. Er waren in deze zaak niet minder dan drie en dertig getuigen a charge en verschillende a décharge gedagvaard; zoodat vóór den aan vang der behandeling de zaal geheel gevuld was. De belangstelling op de publieke tribune was zeer groot; de mees#te plaatsen werden daar ingenomen, door vrienden en vriendinnen van de verdachten. Verdediger van v. d. G. was mr. Mensing van Charante, voor H. en E. traden resp. op mr. dr. Benno J. Stokvis en mr. Si mon de Jong. Op verzoek van het O. M., waargenomen door mr. de Blécourt, ging de Rechtbank, die gepresi deerd werd door mr. Huisinga, er mede accoord. de drie zaken gevoegd te behandelen. Alle drie verdachten ontkenden in korte, maar niettemin krachtige taal, ook maar iets mef de berooving te maken te hebben! De geheele zitting werd bijgewoond door den inspecteur van politie J. T. van Slobbe, die in het onderzoek van deze zaak een belangrijk- aandeel heeft gehad, en op wien aanvullende, verklaringen op het verhoor van getuigen door de Rechtbank werd prijsgesteld. Gehoord werd o.m. de politie-scheikundige C. J. van Ledden Husebosch, die een zakboekje en een brief onderzocht heeft, hem door de recherche ter onderzoek gegeven. Verd. v. d. G. had erkend dat het zakboekje en het daarin geschrevene van hem waren, den brief had hij echter nooit gezien. In dezen brief komt de zinsnede voor: „Ik ben de dader van het Oosterpark en ik ga naar Brussel, ze zullen mij niet pakken". De heer van Ledden Hulsebosch deelde als resultaat van zijn onderzoek der schrifturen mede, dat het boekje en de brief door dezelfde hand zijn geschreven. Brief en boekje zijn eveneens onderzocht door den schriftdeskundige dr. J. Schrijver. Volgens dr Schrijver zijn van beide schrifturen alle typische kenmerken dezelfde en de afwijkingen niet van essentieele beteeken is. Hierna werd een deel der verklaringen voor gelezen, door den overleden banklooper in de instructie afgelegd. Het verhoor van enkele getuigen, die op 8 Maart 1926 gezien hadden, dat den banklooper den trommel werd ontrukt, leverde niets posi tiefs op. Geen enkele kon omtrent den persoon van den beroover eenige positieve mededeelfng doen. Nadat de Rechtbank eenige oogenblikken in Raadkamer was geweest, trad voor het getulgen- hekje getuige D. J. v. d. Berg. Deze getuige, die er aanvankelijk zelf van verdacht is geworden, aan de berooving debet te zijn geweest, verklaar de dat bij destijds een gesprek over de beroo ving heeft gehad met verd. H. Over dit gesprek heeft hij aan de politie mededeellngen gedaan. In dit gesprek zou H. get. hebben toevertrouwd, dat hij verdachte met vd. G. en E. de berooving hadden „opgeknapt". Van de G. moet. H. ge zegd hebben heef-t den banklooper aangevallen hij heeft toen ln het Oosterpark den trommel aan mij overgegeven en ik heb bem weer over handigd aan E.! Verd. H. (zich fluisterend tet den veldwachter naast hem wendend:) „Meineed"! Get. deelde voorts mede, dat H. ln een ge sprek met zekeren Wlggers gezegd heeft: „Ik heb twee ruggen gehad"! Verd. H. diende get. hierna ln een storm van woorden van repliek, waarin hij te kennen gaf, dat alles wat v. d. Berg beweerd had, on waarheid was. Dr. Stokvis (verdediger van H. lot get.): „Heeft U er eenig belang bij dat H. wordt ver oordeeld?" Get.: „Heelemaal niet"! Een getuige, die er aan den Oostzaneudijk een motor- en rijwielzaak opnalioudt, verklaar de dat v. d. G. in Maart 1926 een motorfiets bij hem heeft gekocht, waarvoor hij een bank biljet van ƒ1000 ln betaling gaf. Voorts bleek dat v. d. G. nog een ander biljet van ƒ1000 had gewisseld; doch volgens hem was dit afkomstig van een getuige, die van hem een motorfiets had gekocht voor 325. De schoonvader van v. d. G. kwam verklaren, dat hij het gezin van verd. geruimen tijd met geld en ook anderszins gesteund heeft. Kort na 8 Maart 1926 bleek hem, dat v. d. G. plotse- HET KATHOLIEK INDISCH BUREAU 2e Jaargang van zijn „Wegwijzer" Wij ontvingen den nieuwen jaargang vai den „Wegwijzer voor Katholieken die voor nemens zijn naar Indië te vertrekken en vooi hen, die van Indlë naar Holland komen" samengesteld door den heer P. J. F, J. Schneb bellé, directeur van het Katholiek Indiscl Bureau ling in goeden doen was en geen steun meei noodig had. Te -ongeveer half twee werd de zitting ge schorst tot kwart over twee. Na de pauze deelde verd. E. op een vraag van president mr. Huisinga mede dat hij in bëgln Maart 1926 een radio-toestel heeft ge kocht voor 300. Een deel van dit bedrag heeft hij dadelijk betaald, de rest van het geLd bij de levering. De som was volgens verd. bij elkaar gebracht door een combinatie van vijf men- schert. Een getuige, bij wie E. op kamers heeft ge woond, verklaarde dat verd. er arm aan toe was; immer was hij achter met de huur en in dezen zorgelijken toestand is geen verandering geweest. Verd. heeft tot Augustus 1926 bij haar gewoond. Get. J. A. Harinck deelde mede dat op een vergadering van anti-militairisten, waar ook E. tegenwoordig was, gemompeld is over de beroo ving in de Llnnaeusstraat. E. zou toen opgevlogen zijn en geroepen hebben: „Nou kan het me niet meer verd.... nou zal ik alles vertellen!" „E., pas op je vrouw en kinderen, bijt liever je tong af!" werd er toen in die vergadering geroepen. Pres.: „En heeft E. toen verteld dat hij schuldig was aan de berooving?" Getuige: Wel neen, heelemaal niet, hij heeft niets gezegd!" (gelach). Hierna werd de vrouw van verd. v. d. G. gehoord, die haar man reeds eenlgen tijd heeft verlaten. Get. deelde mede dat in het begin van 1926, toen zij nog bij haar man was, de financieele toestand thuis „gewoon" was. Eenige leden van de Anti-militaristische Vereeniging kwamen hierna de een na den ander meedeelen ,dat zij ln de eerste helft van 1926 geregeld op een avond van de week Duitsche les van verd. hebben ontvangen. Die lessen duurden van half acht tot kwart over negen en één dezer getuigen was zeer posi tief in verklaring, dat die lessen immer op Maandag plaats vonden. Dus moet ook op den Maandagavond van de berooving E. thuis aan het les geven zijn geweest. Requisitoir 1 Hierna was het woord aan het O.M. Mr. de Bléoourt, die meende, dat als vaststaand kan worden aangenomen, dat v. d. G. en H. zich hebben schuldig gemaakt aan diefstal door twee of meer vereendgde personen. Wat verd. E. betreft, zijn houding ter zit ting deed weldadig aan in vergelijking met die van de belde andere verdachten. Maar er zijn aanwijzigen, die tegen hem pleiten; vol. gens spreker is hij de man geweest, die het pflan aan de hand heeft gedaan. Maar die aan wijzingen zijn niet sterk genoeg om daaruit zijn schuld te concludeeren. De Officier vorderde derhal re voor E. vrij spraak; voorts eischte hij veroordeeling van elk der bedde ander© verdachten tot drie jaar gevangenisstraf. (Beweging in de zaal). De afsluiting van een gasleiding gesprongen In perceel Hooftskade 135 te 's Gravenhag© is gisterochtend omstreeks 12 uur een afsluit- dop van een gasleiding gesprongen, waardoor het gas vrijelijk de vertrekken instroomde. Op dat oogenblik bevonden de 35-jarlge vrouw A. F. B. en haar drie kinderen zich in huis. Zij werden allen min of meer door het binnen- stroomende gas bedwelmd. De Geneeskundige Dienst werd onmiddellijk gewaarschuwd en heeft d© vier slachtoffers ter observatie naar het Gemeentelijk Ziekenhuis overgebracht; de kinderen konden evenwel, na t© z(jn bijgebracht, weder naar huls terugkee- ren. De toestand der moeder was echter van dien aard, dat zij in het ziekenhuis moest wor den opgenomen. OPZIENBARENDE HOTELDIEFSTAL Voor 600.000 juweelen verdwenen Donderdagnacht is een dief doorge drongen in de appartementen van den bekenden Nederlandschen Margarine-fabrikant Anton Jurgens in het Hyde Park te Londen. Alle Juweelen van mevrouw Jurgens, tot een waard© van 600.000 zijn verdwenen. Elk spool van de daders ontbreekt tot nog toe. DRIE MANNEN AANGEHOUDEN Verdacht van verschillende diefstallen Door 'n 4-tal rechercheurs van de Centrale Recherche zijn te A'dam 'n 3-tal mannem aan gehouden, van wie twee bekenden der politie, die verdacht worden van verschillend© dief stallen. In beslag werden tevens genomen 18.000 si garetten, afkomstig van d© firma Kerckhoff uit de Spuistraat. Bovendien werden gevonden, eenlge paren zijden kousen, een hoeveelheid zijden damesondergoederen, en een achttal bontkragen. Waar deze laatste goederen gesto len werden kon nog niet worden nagegaan. BRANDSTICHTING ln de woning van zijn patroon De rechtbank te Assen veroordeelde gisteren D. J. H. bakkersknecht te Nieuw Buinen wegens brandstichting in de woning van zijn patroon tot twse jaar gevangenisstraf.

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Nieuwe Schiedamsche Courant | 1929 | | pagina 5