feuilleton DE ONVOORZIENE AANKLAGER DE ZEVENJARIGE LEERPLICHT DEFINITIEF GEREGELD HET TRAMWEGVRAAGSTÜK VRIJDAG 3 MEI 1929 voorwaardelijke veroordeeling en in vrijheid-stelling DE KRANKZINNIGENWET EN HET RECLASSEERINGSSTELSEL TWEEDE BLAD PAGINA 2 RADIONIEUWS DE JAVASCHE BANK JHR. MR. F. X. A. VERHEYEN t TWEEDE KAMER De Kamer bad weer haar gewone aanzaen, doordat ooik de banken dear roode fractie weder bezet waren. De dames en heeren waren in dit land, waar zij nog niet aan de re-geering zijn, gezond en zonder buiiien of schrammen terug gekeerd. Nadat een groot aantal wetsontwer pen zonder eenige discussie onder den hamer wa-s doorgegaan, kon de behandeling van de wijziging van de Krankzinnigenwet worden voortgezet. De bedoeling van dit wetsontwerp is, dat er in de wet moer waarborgen komen tegen willekeurige opneming in krankzinnigen gestichten en dat de mogelijkheid geopend wordt, wat helaas noodzakelijk is gebleken, dat ook een verpleegde zelf zijn ontsilag uit het gesticht verzoeken kan. Een andere, ook zeer belangrijke wijziging Is, dat tegemoet gekomen wordt aan een bezwaar, dut za-oh laat gelden ten aanzien van de verpleging van onver- mogenden tn de aangewezen inrichtingen. Patiënten, diie daar tevens werk verrichten kunnen daardoor ontkomen aan een andere moedige plaatsing in een officieel krank zinnigen gestichtNiet aMijd blijkt de Overheid bereid de verplegdngskosten te betalen van on vermogend em in een aangewezen inrichting. Door deze nieuwe regeling van de kosten der verpleging wordt daaraan in het belang van de onvermogenden tegemoet gekomen, wat tot gevolg zal hebben, dat lichte patiënten niet meer direct naar de officteele krankzirmigen- gestiehten zrcfflen worden gezonden. Het amendement-van Schalk, waarvan de bedoeling was, dat de regeering een aantal psychiaters als deskundigen zo-u aanwijzen, waaruit een rechtbank, in gevallen, dat, dit noodiig zon Wijken, een keuze zon kunnen doen, werd verworpen. Hetzelfde geschiedde met het amendement van mej. Katz. Nadat dit wetsontwerp was aangenomen, kregen we plotseling bij een heel eenvoudige verbetering van de Leerplichtwet, weder een principieel debat over den leerplicht, tenge volge van een amendement van den heer Tilanus. De zeven-jarige leerplicht heeft dit kabinet al heel wat moeilijkheden bezorgd en is jaarlijks onderwerp geweest van een debat. Er Week verschil van opvatting te bestaan ten aanzien van de vraag, wanneer een kind daar aan vóór het veertiende levensjaar had vol daan. Om hieraan een einde te maken werd door den Minister de volgende omschrijving voorgesteld: De verplichting eindigt, zoodra het kind zeven jaren leerling' is geweest van een lagere schooi of twee aaneensluitende lagere scholen, waarvan de klassen of gezamenlijke klassen een leertijd van zeven jaren omvatten, en het allo klassen dtoorlocxpen heeft; of, indien het onderwijs aan die school of scholen gegeven wordt in kilassen, die samen eon langoren leertijd dan zeven jaren innemen, zoodra het zoovele klassen doorloopen heeft, als samen een leertijd van zeven jaren omvatten; met dien verstande, dat de verplichting nimmer eindigt, voordat het kind den dertien-jarigen leeftijd bereikt en de klasse, waarin het bij het bereiken van dien leeftijd geplaatst was, door- loopen heeft. De heer Tilanus wensebte in deze bepaling te schrappen, dat het niet noodig te, dat hot kind als het dertien jaar wordt, alsnog de klas doorloopt, waarin het bij het hereiken van dien leeftijd geplaatst is. Vooral voor meisjes en ook voor jongens ten plattelan.de is dat van groot belang, maar het is onmoge lijk hier drie afzonderlijke leerplichtwetten te maken, voor meisjes, voor de steden en voor het plattel-andTegen hot voorstel van den heer Tilanus bestond dan ook groot bezwaar, zooals vooral de heer Snring dfuidedijk uiteen zette. Er zon hierdoor een drang ontstaan om de kinderen zoo vroeg mogelijk naar school te zenden om hen reeds bij het bereiken van den dertien-jarigen leeftijd er a.f te kunnen nomen. Het gevolg zou zijn, dat hierdoor hot hiaat tnaseinen Leerplichtwet en Arbeidswet weder word vergroot, want het aantal kin deren, dat voor het veertiende levensjaar de schooi zou verlaten, zou daardoor toenemen. Men mag toch niet vergeten, dat het voor die kinderen steeds beteekent het eind-onderwijs en dat dit zoo goed mogelijk moet zijn. De heer Rutten en ook de anti-revolutionairen, die steeds bezwaar hebben gehad tegen den leer plicht, steunden den heer Tilanus. De heer Rutten haalde er zelfs de liefde bij, die vindingrijk is, hetgeen den voo-rziitteT de op merking ontlokte, dat hij over den leerplicht en niet over de liefde moest spraken, wat mej. Groeneweg niet aardig vond, zij mocht dat wel hooren, merkte ze op. De Kamer nam dit alles nogal goed op, wiant er werd ook onbedaarlijk gelachen toen mej. Westerman op merkte, dat de heer Tilanus zich hier waaruit men opmaakte in de Kamer altijd druk maakte voor de meisjes. Na bestrijding door den Minister werd hert amendement ver worpen en het ontwerp aangenomen. Minister Waszink heeft voor het volgend Kabinet den zeven-jarigen leerplicht nu definitief geregeld, zoodat het daar geen moeilijkheden meer mee zal hebben. Op het daarop volgende ontwerp tot wijzi ging van de Lager Onderwijswet 1920 met betrekking tot de herplaatsing van op wacht geld gesteld onderwijtaend personeel, waren versohillendie amendementen ingediend door de hoeren Zjjlstra, Suring en Gerhard. De be doeling van het ameodement-Zijlstra, waarop door den heer Suring een sub-amendement was Ingediend, was, duidelijker dun tot heden in de wet te laten uitkomen, dat het Rijk voor een zelfde onderwijzersplaats niet tegelijkertijd onderwijzerssalaris en wachtgeld betaalt. De Minister nam deze amendementen, die onge twijfeld een verbetering waren, over. Hetzelfde geschiedde met hot amende ment-Genhard, dut van gehoed andere strekking was en betrekking had op het ullkeeren van gelden door een ge meente aan een school, gelegen in een andere gemeente, en welke bezocht wordt door kin deren uit eerstbedoelde gemeente. Op die uiibkeeringen zijn niet altijd in min dering gebracht de schoolgelden. Door een arrest van den Hoogen Raad van 1 Juni 1928 is dat noodzakelijk gebleken. Vele gemeenten zouden alsnog aanspraak kunnen maken op de volle uitkeeoring voor die scholen, maar het gevolg daarvan zou zijn, dat de financiën van kleine schoolgemeenten in wanorde zouden worden gebracht. Het amendament-Gerhard wiilde dit voor komen. In het ontwerp is nu bepaald dat der gelijke vorderingen, die betrekking hebben op eenig dienstjaar vóór 1 Januari 1928, niet meer ingesteld kunnen worden ten aanzien van gemeenten welker rekeningen voor l Januari 1928 voorlooplg zijn vastgesteld. Voor tal van kleine gemeenten is deze bepaling van groot belang. Nadat ook dit wijzdgings-ontwerp was aan genomen, werden de drie belangrijke straf- ontwerpen van Minister Donnar aan de orde gesteld, die een perfectionneering van het hier te lande zich steeds meer ontwikkelende reolassieefringsstelsal beoogen, een aantal wijzi gingen brengen in de voorwaardelijke veroor- deeling en de voorwaardelijke in vrijheidstel ling invoeren. Door de drie sprekers werd den Minister hulde gebracht voor dit werk, al betoogde de heer Kleerekoper, die een voordracht hield uiit zijn brochure over deze ontwerpen geschreven, dat hij ze slechts aanvaardde als een eersten stap in de goede richting. Meer onverdeeld in hun lof waren de heeren van Sasse van Yseelt en mevr. BakkerNort. Er volgen echter nog vele sprekers, zoodat we in volgende dagen nog ruimschoots gelegenheid zullen hebben er op terug te komen. VLIEGTUIG OP GERINGE HOOGTE Het ongeval liep gunstig af Gistermorgen had te Soesterberg een vlieg ongeval plaats, dat gelukkig goed afliep. Bij het maken van landfogxproeven kwam de luitenant Coppers met een FokkerjageT in vlakke vrille op geringe hoogte. Doordat eerst de vleugel dein grond raakte en dus den schok opving, bleef de Tomp intact en liep het ongeval gunstig af. Luitenant Coppers kwnm niet een enkel schrammetje vrij De financieele verhouding tusschen het Rijk en de intercommunale tramwegen EEN COMMISSIE VAN ONDERZOEK INZAKE EVENTUEELE WIJZIGING De Ministers van Waterstaat en van Finan ciën hebben: ingesteld een commissie tot onder zoek van de vraag of en in h-oeverre de finan cieele verhouding tusschen het Rijk en de Inter communale tramwegen, die in het belang van het verkeer in stand moeten worden gehouden, behoort te worden gewijzigd. i Tot lid en voorzitter van bovenbedoelde com missie is benoemd ir. A. H W. van der Vegt, oud-hoofd inspecteur-generaal der spoor- en tramwegen, tot leden de heeren H. J. van Braambeek, lid van de Tweede Kamer der Staten-Generaalmr. dr. A. van Doorninck, thesauridr-generaal bij het Departement van Financiën; ir. J. A. Kalft, directeur der Neder- landsche Spoorwegen; mr. H. J. Silvergieter Hoogstad, administrateur, hoofd der afdeeling Vervoer- en Mijnwezen van het Departement van Waterstaat; A. W. E. Weijerman, oud- directeur van de Haagsehe Tramweg Maat schappij en oud-voorzitter van de Vereeniging van Locaalspoor- en Tramwegen. Als secretaris is aan de commissie toegevoegd de heer C. H. Conrad, hoofdcommies bij het Departement van Waterstaat UIT HET LANDARBEIDERSBEDRIJF Staking in Groningen 'N CONFLICT, WAARBIJ 2000 ARBEIDERS BETROKKEN ZIJN In Oostelijk Groningen is een staking van landarbeiders begonnen, welke gedurende eenige weken dreigde, ten gevolge van een loonconüict. De arbeiders, die gemiddeld on geveer 26 cent per uur verdienen, eischeu een loonsverhooging van 15 pet. De landbouwers zijn echter niet geneigd, om een verhooging toe te staan. De staking omvat ongeveer 2000 ar ooi Iers, gTootendeels georganiseerd in den modernen landarheidersbond. Ook een paar honderd on georganiseerden hebben het werk neergelegd. Dezen krijgen een uitkeering van 6 per week plus 0.60 toeslag voor elk kind (de geo-rguni- seerden ontvangen 9.met kindertoeslag). DE STAKING TE ZAANDAM Versterking der politie Als averechtsch resultaat der gehouden raadsinterpellatie is met Ingang van gister de politiemacht tijdelijk versterkt met 25 man Rijksveldwacht, hoofdzakelijk ter bescherming der werkwilligen. Voor bewaking te water wordt een met rijks veldwachters bemande politieboot naar de ge meente gedetacheerd. DE DOETINCHEMSCHE BELEEDIGINGS- ZAAK Een veroordeelend vennis Het Gerechtshof te Arnhem heeft uitspraak gedaan in de zaak tegen mr. B. J. N., advo caat te Zutfen, die terecht heeft gestaan we gens beleeddging van den wethouder V. te Doetinchem door het schijven van een inge zonden stuk over de Doetiinchemsche gas- kwestie. Het Hof heeft den verdachte met vernieti ging van het vrijsprekende vonnis der Zut- fensche rechtbank veroordeeld tot 50 boete. RAADSLID NAAR DE GEVANGENIS Wachtmeester der marechaussee mishandeld De vorige week stond voor het gerechts hof te Arnhem terecht het gemeenteraadslid H. te Duiven, die een wachtmeester der ma rechaussee bad mishandeld en zich tegen zijn arrestaties had verzet. Het Hof veroordeelde den verdachte thans tot drie weken gevangenisstraf. BESMETVERKLARING VAN BEYROUTH ingetrokken. De minister van Arbeid, Handel en Nijver heid heeft zijne beschikking van 21 November 1928 waarbij de haven Beyrouth (Syrië) besmet werd verklaard wegens pest ingetrokken. INBREKER IN EEN LIFT De vrouw was listiger dan hij Een zeer amusant voorval heeft zich, vertelt Mde Telegraaf", Dinsdagavond in het Centraal Station te A'darn afgespeeld. Mevrouw Muller, de echtgenoote van den stationschef, hoorde omstreek tien uur een verdacht gemorrel aan de deur. Toen zij naar de deur ging bemerkte zij,, dat de kruk zacht heen en weer bewoog. Daar zij begreep, dat er inbrekers aan bet werk wa ren, begaf zij zich langs een anderen uitgang naar de woning van den concierge. Bedde wo ningen zijn gelegeD aan een zeer langen cor ridor, die zich op de eerste verdieping van het Oosten naar het Westen uitstrekt. Langs het station begaf mevrouw Muller zich naar de eon cierge-woning en belde daar aan. De con cierge zelf kon niet helpen, daar hij ziek te bed lag, doch diens echtgenoote knapte het zaakje op. En wel op zoo'n slimme manier, als slechts in fantastische detective-verhalen voorkomt. De vrouw ging namelijk den corridor in en vond daar den verdachten man. Zij vroeg wat bij daar deed, waarop hij antwoordde, dat hij op de W.C. in slaap gevallen was en nu het, gebouw niet meer kon verlaten. De concierge- vrouw deed alsof zij medelijden met den man had en zeide, dat zij niet wilde, dot hij al die trappen zou afloopen. De inbreker, die eenigs-- zins bejaard was, dacht dat hij het sipel reeds gewonnen had en ging gretig in op het voor-' «tel der vroitw om met de lift omlaag te gaan. Hij stapte in, de deur werd gesloten en de lift zakte. Doch halverwege schakelde de Slimme vrouw den stroom uit, zoodat de dader veilig- en wel tusschen hemel en aarde opgeborgen was. Haar dochter ging daarna de politie halen en toen de lift parterre was aangekomen, ston den eenige -polftie-agenten op den inbreker te wachten. Hij werd later overgebracht naai- het bureau Warmoesstraat eu bleek een volledige collectie tobrekerswerktuigen en loopers bij zich te. hebben. De ongeluksvogel was pas in Januari uit Schevendngen ontslagen, waar hij vijf jaar had opgeknapt. INBRAAK IN EEN GOUDSMIDSWINKEL Verdachte tot gevangenisstraf verordeeld De arrondissementsrechtbank te Groningen veroordeelde M. V. B„ wegens inbraak in den goudsmidswinkel van de firma K. in de Boe lestraat te GToningen, tot twee jaar en zes maanden gevangenisstraf. DIEFSTAL MET BRAAK Minder gekregen dan geëischt De rechtbank te Tiel heeft uitspraak ge daan in de zaak tegen L. V. en H. J. v. d. S., beiden gedetineerd, van wie de eerste 4 jaar en de ander 1 jaar en 8 maanden gevangenis straf had hooren eischen wegens diefstal met braak op 1 Med 1927 in de meelfabriek van G. C. v. d. Z. te Leeuwen. Het vonnis luidde: V. 3 jaar en v. d. S. 1 jaar gevangenisstraf. DUITSCH INBREKER TE ARNHEM Tot twee jaar veroordeeld Voor het gerechtshof te Arnhem stond een Duitscher terecht, die te Heteren had inge. broken en o.a. eenige effecten ontvreemdde. Later werd hij aangehouden in het kantoor van de Ned. Bank, hij probeerde coupons van de verdwenen effecten te verzilveren. Het Arnhemsche Gerechtshof veroordeelde den man tot twee jaar gevangenisstraf. OPZETTELIJKE BRANDSTICHTING De straf tot de helft verminderd De rechtbank te Tiel deed uitspraak in de zaak tegen R. P. N. te Lieden, tbans ge- detiucerd, wien ten laste was gelegd, opzet telijke brandstichting in zijn woning. Deeisch was 2 jaar gevangenisstraf. Verdachte werd veroordeeld tot 1 jaar gevangenisstraf. RELLETJES IN DEN HAAG Gevangenisstraf het einde De Rechtbank te 's-Gravenhage heeft den loodgieter uit Den Haag, wegens opruierij te gen het wettig gezag, gepleegd In den nacht van 20 op 21 Januari j.l. tijdens het bekende relletje in het Westeinde, tot acht maanden gevangenisstraf. PROGRAMMA'S VOOR ZATERDAG. Huizen (336.3 M„ na 6 uur 1852 M.) Uitsl. KRO-uitzendingen11.30—12 Godsdienstig halfuurtje: 12.00 Tijdsein; 12.15—1.15 KRQ- trio; 1.152 Gramofoonplaten-; 34.15 Kinder- ^uurtje; 5.306.40 Gramofoonplaten6.457.00 Literaire causerie; 7—7.30 Gramofoonplaten; 7.30—8 Causerie over de grot van Bethlehem; 8.00 Tijdsein; 8.01—11 Concert. De Schola Can tor um en orkest; 1112 Vroolijk programma. Hilversum (1071 M.) 12.152 AVRO- trio; 24 Aansluiting van het Tuschinski- theater te Amsterdam; 4—5 Italiaansche les; 5.30—6.30 AVRO-trio; 6.30—7.45 AVRO-jeugd- tooneel. Opvoering van „De Nachtegaal". Ver taling, bewerking en regie: Johan Schaake. Aan den vleugel Thora Brester. Daventry (1562 M.) 10.05—10.20 Huls- houdpraatje; 12.20—1.20 Orkest; 1.50 Rugby wedstrijd, Cup-final. Wlgen tegen Dewsbury; 2.10 Verslag van de match; 3.56 Squire Celeste Octet; 4.35 Kinderuurtje; 5.20 Muziek; 5.35 Kinderuurtje; 6.00 Muziek; 6.05 Bach's piano muziek; 6.20 Omroeppraatje; 6.35 Lezing: Cricket; 6.50 Concert. Militaire kapel. R. Owens tenor, E. Kalisz piano; 8.20 Nieuwsber.; 8.35 Lezing: The week in Londen; ft50 Nieuwsber.; 8.55 Dansorkest en variëté-artisten. Aansluiting ■van hét London Palladium: 9.55—11.20 Dans muziek. P a r y s („Radio-Paris'' 1744 M.) 11.50 Or kest; 3.35 Dansmuziek; 5.55 Gramofoonmuziek; 7.35 Orkest, jazzband en solisten; 8.20 Dans muziek. Langenberg (462 M.) 9.35 en 11.30 Gramofoonmuziek; 12.251.50 Orkest; 5.05 5.50 Jazz-symphonie-orkest van B. Etté; 7.20 Vroolijke avond. Orkest, jazzband en solisten. Daarna tot 12.50 Dansmuziek, Etté-orkest. Z e e s e n (1649 M.) 11.204.20 Lezingen; 4.205.20 Orkest; 5.207.20 Lezingen; 7.20 Beelduitzending; 7.25 „Robert und Bertram". Daarna persberichten en tot 11.50 dansmuziek. Hamburg (391.6 M.) 3.35 Declamatie en liedjes by de luit; 4.20 Concert; 7.20 Orkest met medew. van solisten. Werken van Johann Strauss; 8.35 Bandonion-eoncert; 10.20 Cabaret. Brussel (511.9 M.) 4.20 Dansmuziek; B.50 Gramofoonmuziek; 7.35 OrkeBt met medew, van solisten. EEN NIEUWE DIRECTIE BENOEMD Met ingang van 1 Juli 1929 is benoemd tot president van de Javasche Bank de heer Mr. Dr. G. G. van Buttingha Wichers en tot direc teur de heer A. Praasterink, tot dusver agent van de Javasche Bank te Soerabaja. Deze benoemingen geschiedden in verpand met de aftreding op bovengenoemden datum van den heer mr. L. J. A. Trip als president en den heer Tb. Ligthart als directeur. Voorts is benoemd tot eersten praatsvervangend presi dent de heer K. W. J. Mtchielsem, thans direc teur en tot tweede plaatsvervangend president de heer A. Praasterink. Sedert einde October ie de heer van But tingha Wichers bij de Javasche Bank a!a di recteur in functie. Vóór dien tijd was hij ad junct-secretaris van de Nederlandsoh Bank In den ouderdom van ruim 77 jaar te gister morgen, na voorzien te zijn van de H.H. Sacra menten der Stervenden, te 's Her togen bosck overleden Jhr. Mr. F. X. A. Verheyen, lid der Eerste Kamer, jagermeester en kamerheer t. b. d. van H. M. de Koningin. OUD-NOTARIS G. VAN POETEREN Notaris G. van Poeteren, die gedurende een groot aantal jaren notaris te den Haag was, en die, cm gezondheidsredenen verleden jaar het notarisambt heeft neergelegd, is op 64- jarigen leeftijd te Territet overleden. J. B. VAN DEVENTER t- Te 's Hage is giste ren op 71-jarigen leeftijd overleden de heer J. B. van Deventer, oud- dirigeerend officier van Gezondheid der 1ste klasse van het Oost-Indisch Leger. OTTO VAN REES Otto van Rees houdt de eerste helft van deze maand een tentoonstelling van zyn werk bij Pavolozky te Parijs, rue Bonaparte 13. 4ndré Salmon schreef een sympathieke inleiding voor den catalogus. DR. A. GREVKNSTUK Naar het „Hbd." verneemt, is dr. A. Greven- stuik, assistent aan het laboratorium voor phar- macotherapie te Amsterdam, benoemd tot hoog- leeraaT in de pharmacologic aan de Genees kundige Hoogeschool te Batavia. naar het It&liaansek van DE MARCHI 14) De emotie was te groot, omdat de angst te smartelijlk was geweest Ditmaal kon de baron «eh niet beheerschen. Hij brak in een zenuwiach ,«lt, zoodat zijn heele lichaam er van schudde. In dit plotselinge uitbarsting ontlaste zich angst van vele lange dagen en slapeiooze karaten, de teleurstelling van den vorigen dag tv bet lijden van de vreeselijke vizioenen die *yn. geest gevangen hielden. De herbergier keek den jager verbaasd aan. Toen deze een weinig tot bedaren gekomen »C>8. trachtte hij ■ven verklaring te geven van /gjr. zonaorlinge handelwijze. Ha. ha, wat «en raar geval(J kout £#n Antonio, taker weJ. Nu sluda bij zijn hoed Verloren heeft, haeft hij geen rust meer.ha, ha! Penk «ene aan dat it »(fn eenige hoed *n hij is he arm -im hm «nieten te koopen. Stel u hem MM voor, blootshoofd, bjj zonneschijn of regen X«, ha! ft Is om te lachen... Ik was er juist 'tÊt toen de secretaris van het Raadhuis, een btirere .rerrolino Juist. Jervoliao kwam op de gedachte dat ,1 den hoed minachten meegenomen hadt Och, Ik heb alles in een zak gepakt. Na moet er nog bijkomen dat men u be schuldigt een gewijd voorwerp gestolen te heb ben De herbergier keek den ander ontsteld aan. Maak u maar niet ongerust; u ziet wei dat ik een grapje maak, nietwaar? Een dief zou er niet veel mee opschieten zooiets te stelen. De hoed is zoo kaal en ver schoten als de ezel van den molen. Wacht ik zal hem even halen En hij verdween langs een kleine houten trap. De baron bon niet blijven zitten; door onge duld gedreven ging hij de plaats op en liep dan eenige stappen op en neer, zonder het venster der benedenzaal uit bet, oog te verlie zen. Plotseling sidderde hij. Achter liet raam bemerkte hij den fameuzen priestershoed 't Was een grap van den vroo- lijken Petrol De jongeman bad den hoed opge zet en verscheen eenige oogenblikken later met het misvormde en versleten hoofddeksel voor den baron, terwijl hij schaterlachend riep: Hier is het prachtexemplaar. U bewijst ma een dienst als u mij er van verlossen wilt. Wacht, ik zal dat ding in uw weitasch doen. De vogei is wol wat groot, maar als we de vleugels wat samendrukken gaat het toch Zoou verdient nu- wel een complimentje voor het ongewone wild dat u geschoten hebt. De baron dacht aan niets anders meer dan aan zoo spoedig mogelijk te vertrekken. Hoeveel ben ik u schuldig? Anderhalve lira. De hoed krijgt u dan voor niets. v De baron bedankte en vertrok. Zoodra hij uit het gezicht van den herber gier was, versnelde hij zijn loop. 't Was ditmaal een blije opgewondenheid, geheel verschillend van die der laatste dagen, welke hem voortdreef. Hij had immers het resultaat bereikt dat hij zoo vurig verlangde. De hoed, die geduchte aanklager was eindelijk in zijn bezit. Wat zou hij er nu mee doen? Hem vernie tigen, natuurlijk! Maar hoe? Hem verbergen, begraven? Aan kleine stukjes knippen? Of hem in 't water werpen? Juist liep hij langs eenzame velden en zag hij op korten afstand een beekje. Hij naderde het, bukte zich deed de weitasch open en beek nogmaals om zich heen af nie mand hem kon gadeslaan Maar neen, de hoed zou misschien niet ver dwijnen op die wijze en de uiterste voorzich tigheid moest in acht genomen worden. De schuldige ging n«w den weg terug en zette zijn tocht voort. Weldra bereikte hij het station en stapte in een wagon 3e klas. De een voudige medereizigers trokken hem in hun ge sprek en praatten over honden, hazen en vogels; zij hadden immers met een jager te doen! Gedurende eenige minuten vergat deze wie hij was; hij voelde zich" een gewone jager die geen anderen moord op z'3n geweten heeft dan dien op het wild gepleegd. Bij het vallen van den avond kwam hij in Napels aan, waar hij sdch eerst naar de buiten wijken begaf. Het eenvoudigste scheen, weitasch en hoed te verbergen in een der afvoerbuizen, welke in die volkrijke buurten op straat uitko men. Doch neen! De een of andere straatjongen zou ze kunnen vinden en er uit halen. Ronddolend kwam hij aan het strand, waar de priester had het volk "reeds eenige legenden gewevenIn ieder geval was do publieke nieuwsgierigheid gaande gemaakt en de gering ste aanwijzing zou voldoende zijn om die te leiden. Ook de hoed bad zijn geschiedenis. Men vertelde overal dat don Cyrillus hem betaald had met de aanwijzing van een winslnummer. En niet alieen sprak het volk daarover, maar ook de bladen hadden op het thema allerlei beschouwingen gebouwd. Verder was het zoo goed als zeker, dat ook de herbergier van Faida zijn tong zou roeren. Om zijn klanten te vermaken zou hij niet na laten hun de anekdote te verhalen van den ouden hoed, welken een jager in naam van den pastoor kwam halen De baron kon dus niet te voorzichtig zijn. Ronddolen kwam hij aan het stand, waar de golven hun schuim wierpen en dan spoorloos verdwenen. Links lag Napels, fonkelend van duizenden lichten in nachtelijke rust. De hemel was bedekt, en men ontdekte maan noch sterren. Nauwelijks kon men een meter of tien voor zich uit zien om de rotsen te onder scheiden die hun voeten in het frissche zee water baadden. Een oude visseherspink lag met een ijzeren ketting aan een der rotsen gemeerd. De baron klom er in, maakte de ketting los en roeide een eindje de zee in. Daar dreef hij alleen op den onmetelijken waterspiegel, van alle kanten omringd door de indrukwekkende duisternis en stilte van den nacht. Nu opende hij zijn weitasch en greep den hoed, zonder dat, hij een poging durfde wagen het beschuldigende voorwerp, de stomme ge tuige zijner misdaad in het donker te zien. Met een touwtje dat hij in zijn zak vond bond hij den hoed Btevig aan zijn geweer, en stak dit met den loop in het waterhet vol gende oogenblik opende hij de hand. Geweer en hoed verdwenen geruischloos in de sombere diepte dei- zee. Dat is eindelijk gedaan! mompelde de baron en onmiddellijk roeide hij naar het strand terug. DE HAND VAN HET GERECHT Op dat zelfde uur begon voor don Antonio, den pastoor van Santafusca, een reeks moeilijk beden. Een vertegenwoordiger der politie, vergezeld van twee karabiniers, vroeg hem te spreken. De politie karabiniers! Wat moet dat bel eekenen? In eenige seconden had de priester zich ge kleed en verliet toen zijn kamer om die angst aanjagende personen te ontvangen. Waar kan ik de heeren mee van dienst zijn? vroeg de arme verschrikte grijsaard be leefd en onderdanig. Don Antonio, erkent u de schrijver te zijn van den brief welken u dezer dagen aan den hoedenmaker Mantica gezonden hebt? werd hem gevraagd Ja zeker Die brief vergezelde een hoed Ik heb hem geschreven Daar de hoed in de omgeving van Santa fusca gevonden is, zou de Procureur des konings willen weten op welke plek precies, door wien en op welken dag en welk uur. Bij die litanie van vragen, steeg de verwon dering van den pastoor tot verbazing. Ik moet n waarschuwen, eerwaarde, dat uw verklaringen worden opgeteekend en dat men u misschien op zal roepen om ze bij het publieke verhoor te bevestigen. Bij het publieke verboor? Groote hemel! Waar word ik dan van beschuldigd? Ik heb den hoed wat laat opgestuurd, dat is het eenige wat men mij verwijten kan. Maar heb tk daar door verdiend voor de rechtbank gesloept t» worden? Bl-ijf kalm, don Antonio en zeg ons'be daard en duidelijk alles wat n van die zaak afweet. Er is in ft geheel geen sprake van U aan te houden. (Wordt vervolgd)

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Nieuwe Schiedamsche Courant | 1929 | | pagina 6