FEUILLETON DE IDEALIST PUROL er op! fl NA HET GEBEURDE TE CURACAO WOENSDAG 12 JUNI 1929 TWEEDE BLAD PAGINA 3 DE MEENING VAN DEN OUD-GOUVERNEUR BRANTJES WAT MEN BIJ DE BATAAFSCHE ZIJDE MOORDAANSLAG OP EEN VROUW DOOR EEN AUTO AANGEREDEN EN GEDOOD DE GOUVERNEUR IN VERBINDING MET DE REGEERING EEN AANVAL DER BANDIETEN OP CORO DE STAAT VAN BELEG AFGEKONDIGD DE „KORTENAER" ONDERWEG i DE MOC1D TE GIESSEN-NIEUWKERK MET HET GELD VAN ZIJN PATROON j OP STAP J Het verzacht en geneest. xviri eên liand gaf; dat deed hij anders nooit. Des avonds was een politieagent gekomen, die ver dachte de boodschap bracht, dat hij In Rot terdam bij de politie ontboden werd. Ver dachte was toen zenuwachtig geworden en had zich verkleed, omdat er in den broek van het costuum, dat hij droeg een gat zou geweest zijn. Getuige had dit niet gezien; later heeft do echtgenoote van verdachte haar nog willen suggereeren, dat zij dit gebrek gezien had, maar getnige hield vol, er niets van te hebben opgemerkt. Een paar dagen later was mevr. van O. bij getuige gekomen en had verteld, dat haar man haar gewezen bad op de noodzakelijkheid, vooral het nur te onthouden, waarop hij was thuis gekomen. Op een nacht was verdaehte's vrouw bij haar x thuis gekomen. Zij was toen radeloos en riep „Nou heb ik het toch gedaan!" Aanvankelijk kon zij niet te weten komen, wat mevr. van O. hiermee bedoelde, doch ten slotte vertelde deze dat zij een pakje in het water had gegooid. Later is dit pakje, zooals men weet door de politie uit een sloot hij het verversohinrs- kanaal, dicht bij de woning van v. O. opge- viselit. Het bleek den bos sleutels te bevatten, waaraan de sleutel door van O., aan zijn schoon zuster gegeven. Deze sleatel paste op het hek van de zaak aan de Oost-Admiralite! t ska de Verdachte wordt nu weer in verhoor geno men en geeft als verklaring voor dit alles, dat hij bang is geweest, gefouilleerd te wor den en dat de beruchte sleutel dan op hem zou worden gevonden. De president vindt dit zeer vreemd voor iemand die zich alleen fraude bewust was en niets met den moord te maken had. Zoo iemand gaat men todh niet fouilleerem. Mr. Kokosky merkt op, dat verdachte toch makkelijk den sleutel zelf in het water had kunnen gooien. De president glimlacht en zegt; Ja zeker, dat kunt u voor de verdediging goed gebruiken. Als mevr. Logger verder wordt gehoord en de president er verdachte nogmaals op ge wezen heeft dat hij op den bewusten Donderdag ■toclh, gezien het feit dat het regende en dat hij vioolles zou krijgen, alle mogelijke rtden, had met de tram naar het station te gaan in plaats van te loopen, zegt van O., dat het dien avond toch niet zoo erg hard regende. „Pas op", zegt mr. Canes, „van een gewoon regentje worden uw schoenen niet zoo nat, als hij den schoenmaker is gebleken; op die manier ontneemt u zichzelf de verdediging op het punt van de schoenen". Verdachte zegt, dat het *s avonds toen hij naar Den Haag terug ging, wel hard regende. Hij heeft toen eenigen tijd op den Coolsingel heen en weer geloopen om op de bus te wach ten. Hierna komt de anonieme schriftelijke ver klaring omtrent verdachte weer ter sprake. Aan mevr. Logger wordt nadrukkelijk ge vraagd, of zij deze verklaring voor den Haag- schen politie-inspecteur van der Mark heeft afgelegd, waarhij deze ontkent. Inspecteur Hermans wordt hierna gehoord omtrent een in het proces-verbaal opgenomen uitlating van getuige Logger, die gezegd zou hebben toen zij hoorde dat Lans vermoord was: Dat heb ik wel gedacht. Mevr. Logger kan van deze uitlating geen af doende verklaring geven of zij nu v. O. als den dader heeft beschouwd ja dan neen. Zij is buitengewoon door deze zaak geenerveerd. Het verhoor van deze getuige neemt nog geruimen tijd in beslag, zij wordt geboord over verschillende omstandigheden in het huis houden van v. O; zij kan niet zeggen of mevr. v. 0. veel geld uitgaf. De president vindt het vreemd dat deze mevr. Logger zoozeer door de zaak van haar stuk ie gebraeht, terwij! zij Lans niet kende en van O, niet als den dader zou hebben beschouwd. Nogmaals komen de schoenen ter sprake. Voor de politie heeft van O. gezegd, dat hii den laaie ten t(jd geen schoenen In reparatie heeft gegeven, terwijl toch het bewuste paar op den Zaterdag na den moord bij den schoen maker was gebracht. „Ik had dit feitelijk niet moeten zeggen", zegt de verdachte, „maar ik dacht er niet zoo gauw aan dat die schoenen weg waren. „Waarom hebt n den morgen van den 3Oston weer hetzelfde pak aangetrokken, dat u op den dag van den moord droeg? Uw vrouw heeft de broek 's morgens heel vroeg nog moeten repa- reeren, opdat u dit pak toch zoudt aan kunnen doen". Ik wilde allen schijn vermijden. „U verdacht u zelf van den moord. Of hebt u soms den volgenden dag er op gelet of leder een op het kantoor wel dezelfde kieeren aan had als den dag tevoren?" Ook hebt u toen u na den moord weer thuis kwam bijna met geen woord over het gebeurde met uw vroiw gesproken. Mijn vrouw was zoo nerveus, ik wilde baar sipairen. Het is totóh vreemd, dat terwijl u den heelen nadht tijd had erover te spreken en zoo vol moest zijn van het gebeuren, zelfs aan uw vrouw, ook ai was zij nerveus, haast niets ver teld hebt. Uw vrouw heeft later, toen zij bijzonder heden over de zaaik hoorde, nog gezegd (doelende op u)„Wat een gekke vent, nu moet ik van een pnder nog hooren, hoe *t ge beurd is". Hierna doen de verdedigers verschillende vragen aan mevr. Logger, de vjooUeerares, over het karakter van verdachte, of hij niet lief was met zijn kinderen enz. Hulde voor het onderzoek Als inspecteur Hermans nogmaals een in lichting moet geven, vindt mr. Canes gelegen heid hem alle hulde te brengen voor de zeer minutieuze wijze waarop hij het diepgaande onderzoek heeft verricht. Het anonieme rapport Dan komt nogmaals het anonieme 'rapport over v. O. ter sprake, waarin hij wordt ge- krwail if ioeerd als zeer wreed en sluw en als iemand die zich uitnemend kan beheerschen. Inspecteur van der Mark, die het samenstel de, wordt gehoord en verklaart onder eede, dat dit rapport hem is opgegeven door mevr. Logger. Er is groote verbazing In de zaal. De presi dent roept mevr. Logger terstond naar voren en vraagt naar uitleg. Zij is verbouwereerd, doch zegt, dat zij zich van dit rapport niets meer kan herinneren. De president gaat het rapport uitvoerig na en vraagt in het bijzon der naar het feitelijke daarin, n.l. dat van 0. zich bijzonder goed kon beheerschen, omdat hij op een avond tegen zijn vrouw en mevr. Logger heeft gezegd; ,,Kan ik me nu niet goed beheerschen, nu heb iik vandaag mijn ontslag gekregen en jullie hebt er niets van gemerkt". Zoowel mevr. Logger als verdachte moeten toegeven, dat iets dergelijks gezegd is. De president concludeert hieruit, dat de positie van v. 0. bij de firma allesbehalve sterk was, want al was het niet waar, dat hij ont slag had gekregen, hij wist zelf wel dat hij zeer zwak stond. Ook diit geeft de verdachte toe. Mr. Kokosky protesteert heftig tegen het feit, dat dit anonieme rapport, dat nu achteraf van mevr. Logger blijkt te zijn, door de recht bank gebruikt wordt. Mr. Canes zegt, dat de rechtbank daar niet de schuldige van is, doch degeen die het in bracht. Nadat nog eenige getuigen zijn gehoord om trent het opvisschen van de sleutels, verdaagt de president de zitting tot hedenmorgen 10 wr. Hiermede was de eerste dag van de moord zaak Lans ten einde. Vermoedelijk zal men van daag nauwelijks aan het requisitoir toekomen. Daar- de rechtbank Donderdag geen zitting houdt, zal Vrijdag de behandeling moeten wor den voortgezet. De belangstelling voor deze merkwaardige zaak, welke op zulk een uiterst scherpzinnige wijze geleid wordt, is inmiddels nog stijgende. Want nog is er geen oplossing gekomen om trent den gehetazinnigen moord. De dader voortvluchtig Maandagnacht heeft de 24-jarige letterzetter B. V. C. op de Brouwersgracht te Amster dam een moordaanslag gepleegd op een vrouw uit Nijmegen, waarmee hij sinds eenigen tijd in een hotelletje ln het centrum der stad woonde. Omstreeks half een bevonden zij zich op de Brouwersgracht nabij de tramremise, waar zij ruzie kregen, vermoedelijk naar aan leiding van het feit, dat de vrouw den man wilde verlaten. De man heeft hoen met een scherp voorwerp de vrouw een tweetal steken in borst -en onderlijf toegebracht Toen de vrouw om hulp riep is de dader weggeloopen en sinds dien is hil voortvluchtig. De dadeT, die ook uit Nijmegen afkomstig is, heeft zich verwijderd in de richting van de Haarlemmer straat en is daarna uit hei oog verloren. De ge wonde vrouw is in het Binnengasthuis opge nomen. Het 3-jarig zoontje van D. Lemstra te Wol- vega is bij het oversteken van den weg door een auto aangereden en gedood. Maatregelen, om verdere raids te voorkomen HET FORT AMSTERDAM VERSTERKT De gouyerneur, die van de zeereis als ge vangene va® de vrijbuiters geen letsel heeft ondervonden, heeft Maandag den geheel en dag in verbinding gestaan met de regeeringen van Nederland en Venezuela, ten einde maatregelen te beramen cm verdere raids te voorkomen. Zekere elementen uit Venezuela, die op Curasao een toevlucht hebben gezocht, worden thans nauwlettend in het oog gehouden. Het fort Amsterdam is thans versterkt. (United Press) DOOR DE VENEZOLAANSCHE REGEERINGSTROEPEN AFGESLAGEN Reuter seint d.d. gisteren uit Caracas; De Venezolaansche revol utionnaireu, die Zaterdagavond hun bandieten-overval pleeg den op Willemstad en daarna naar (Venezuela vluchtten, (hebben Zondag een aanval onder nomen op Coro, de hoofdstad van de Veneszo- laansohe provincie Falcon. De regeeringetroe- pen hebben den aanval echter afgeslagen. Na een gevecht van verscheidene uren werden de opstandelingen tot den aftocht gedwongen. De bandieten door de Venozolaansche regeei-ingstroepcn verspreid DE TOESTAND TE WILLEMSTAD Reuter seint ons uit Willemstad d.d. 12 dezer: Bij wijze van voorzorgsmaatregel is de staat van beleg afgekondigd. De Venozolaansche opstandelingen door regeeringstroeepen achtervolgd. Men -seint ons uit New York d.d. 12 Juni.: De Venuzolaansehe opstandelingen, die Wil lemstad overvielen en wier getal sedert tot 2000 man is aangegroeid hebben zJch in hun hoofdkwartier ln de buurt van Coro ver schanst, nadat zooals gemeld voor Coro een ge vecht geleverd was. Generaal Gomez, de vroe gere president en tegenwoordige opperbevel hebber had het garnizoen van Coro tijdig ver wittigd van den dreigenden aanval, zoodat de regeeringstroepen op den aanval voorbereid waren en de bevolkng zich tijdig in veiligheid kon brengen. Bij dé gevechten is de bevel hebber van het garnizoen gesneuveld. De ben de trok zich ten slotte in wanorde terug en liet een zeer groot aantal dooden en zwaaT ge wonden op het slagveld achter. De regeerings troepen hebben ook gevangenen gemaakt. Reuter seint ons uit Curagao d.d. 12 dezer; De minister van oorlog deelde mede, dat de bandieten, die Zondag na hun overval op Willemstad in de "Venezolaansche provincie Falcon zijn geland, geheel verslagen zün en in de bergen zijn verspreid, ze korden door de regeeringstroepen achtervolgd. HET REISPLAN Indien de weersomstandigheden het loopen van groote vaart niet beletten, zal het navol gende reisplan worden gevolgd; 14 Juni aankomst en vertrek Ponta DelgaJa 21 Juni aankomst en vertrek St. Thomas; 22 Juni aankomst Curacao. OOK „DE HERTOG HENDRIK" NAAR CURAcAO Thans is vastgesteld dat ook Hr. Ms. pant serschip „Hertog Hendrik" naar Curacao zal worden gazonden. Het schip zal morgenmiddag daas-heen ver trokken. Of het garnizoen sterk genoeg is, BIJ HERHALING WAS OP VERSTERKING VAN POLITIEMACHT AANGEDRONGEN De in 1928 afgetreden gouverneur van Cura cao, bit. N. J. C. Brantjes, heeft aan een man van de Haagscke Crt eenige mededeelingen gedaan, waaraan het volgende ontleend is: Het bericht komt voor mij absoluut onver wacht. Gedurende mijn gouverneurschap op Curacao, aldus mr. Brantjes, heb ik nooit Iets kunnen bemerken van bewegingen onder de gemengde inheemsche bevolking van het eiland tot omverwerping van het Nederland- sche gezag. Evenmin bemerkte ik ooit een strooming om van Curasao uit een revolutlon- naire actie te beginnen in Venezuela. De bevolking van het eiland is niet lang sta- tionnair. Wekelijks komen er tientallen hij en vertrekken er anderen, voor het meerendeel arbeiders in de raffinaderijen der Bataafsche Petroleum Maatschappij. Alle vreemdelingen, die op Curasao aanko men, zijn op de hoogte van het verbod tot het dragen van wapens en de controle op de nale ving van deze bepaling is uiterst nauwgezet. De militaire bevelhebber is zeer wel op de hoogte van de mentaliteit der immigranten en zijn scherpe maatregelen zijn geenszins over bodig. Wat Intussehen ook gebleken is. Het komt mij dan ook niet waarschijnlijk voor, dat de bende, die den overval pleegde, over andere, dan slagwapens, hakmessen, bij len enz. heeft beschikt. Daartegenover staat, dat de honderd man sterke troepenmacht, waarover Curasao be schikt, uit uitstekende soldaten is samenge steld, gerecruteerd nit de politietroepen hier te lande. Men mag hen zeer zeker berekend achten voor de hun opgedragen -taak, doch de vraag blijft, of het garnizoen als geheel sterk genoeg is. Buiten deze bescheiden legermacht, aan wel ke de bescherming van een belangrijk eiland met een kostbare industrie is toevertrouwd, heeft de Bataafsche zelf nog een aantal parti culiere politieopzieners in dienst, een soort van onbezoldigde rijksveldwachters, die voorname lijk zorgen voor de bewaking van de kampe menten van arbeiders der raffinaderijen. Deze mannen, meestal Nederlanders, althans Euro peanen, zijn ook gewapend. Men heeft nooit kunnen voorzien, dat wat nu gebeurd is, plaats zou vinaen, oordeelde mr. Brantjes. Wel heeft de Bataafsche bij her haling aangedrongen, op versterking van de politiemacht, hetgeen de maatschappij dan zelf zou betalen. Er bleken echter te veel be zwaren tegen een maatregel als deze te be staan en na langdurige besprekingen was het resultaat, dat er niets gebeurde. Op de vraag of Curacao niet de beschikking heeft over een behoorlijk bewapend marine- vaartuig, antwoordde de heer Brantjes, dat in December van het vorige jaar de noodzakelijk heid van aanschaffing van een dergelijk pa trouillevaartuig is besproken in het gouverne ment, waarna korten tijd later het betreffende besluit afkwam. Do boot die er Intussehen nog niet is» zou voornamelijk de bestemming heb ben, regelmatig voeling te houden met Aruba waar ook belangrijke raffinaderijen gevestigd zijn en zoo noodig gebruikt worden tot 't ver- leenen van assistentie aldaar. Eventueel kon den er ook soldaten mee worden overgebracht. In het onderhavige geval zon het vaartuig van bijzonder nut kunnen geweest zijn. Wat de binnenkomende vreemdelingen be treft, was mr. Brantjes van meening, dat op het oogenhlik de kans gering is, dat zich daar onder revoluitionnaire dementen bevinden. Vroeger, toen president Castro in Venezueie regeerde, was dat anders. Toen Is bij herhaling .getracht van Curasao een uitvalspooTi te ma ken op Venezuela, maar de indringers kregen dan geen kans. De laatste tien jaar is het niet meer noodig geweest, den „generaals" dia overkwamen, een wenk te geven om te ver dwijnen. Veeleer komen tegenwoordig Portori- co en Trinidad voor deze en dergelijke esca pades in aanmerking. CORRESPONDENTIE VOOR OPVARENDEN De correspondentie, bestemd voor opvaren den van H. M. torpedotoootjager „Kortenaer" zal in afzonderlijke brievenmalen worden op genomen, welke met dezelfde booten zullen wonden verzonden als de gewone mail voor Curasao: De beweging niet onverwacht gekomen j ALLE VERZOEKEN TOT HEDEN ZONDER RESULTAAT Bij Informatie ten kantore vaat de Bataal» sche Petroleum Mij. tapte men den verslagge ver van de Haagsche Crt alt een ander vaatje; In verband ook met herhaalde moeilijkhe den met het sterk gem&leeTde werkvolk, dat uit nagenoeg alle Zuid-Amerikaansohe natio naliteiten bestaat, aatagevuld met menschen van de omliggende eilanden, drong de Bataaf sche telkens opnieuw op versterking van de' politie- en troepenmacht aan, doch tot op heden zonder eenig resultaat. Uit hetgeen thans gebeurd is, blijkt echter duidelijk, hoe ernstig de sitnatie was. Voor hen, die ter plaatse met den toestand op de hoogte zijn, is de beweging niet onver wacht gekomen. De gistingen in Venezuela vonden steeds weerklank op Curasao, waar onder de duizenden arbeiders zich altijd groe pen bevinden, die met de eene of andere partij in het land sympathiseerden. En hoe sterker de maatregelen werden in Venezuela tegen de vevolutionnairen genomen, des te meer steeg de kans, dat men zich een geschikte plek huiten de grenzen zou uitzoe ken, om een omwenteling voor te bereiden. Dat daartoe de keuze viel op Curasao is ge makkelijk te begrijpen, omdat dit eiland het dichtst bij de kust gelegen is, ten hoogste een dag afstands varen. Teunissen en Klunder naar Amsterdam Naar wij vernemen, zijn de beide veroordeel den in de moordzaak Giessen-Nieuwkerk nit de strafgevangenis te Leeuwarden overga bracht naar het Huis van Bewaring te Am sterdam. Teunissen en Klunder vertrokken afzonderlijk, de een per trein van 13,02 over Zwolle, de ander per trein van 13,30 uur vla Stavoren en over zee. DOOR DEN STROOM GEDOOD. De draad van de electrische leiding Gisterenmiddag omstreeks half vier heeft in de Darmenslijmerij van de N. V. Bacon- fabrieken te Uithoorn een ernstig ongeval plaats gehad. De 15-jarige arbeider Koolmoes uit Mijdrecht werd bij het aanraken van een draad van de electrische geleiding gedood. De onmiddellijk ontboden geneesheer Dr. F. Cee- Jen trachtte nog de levensgeesten op te wek ken, hetgeen niet mocht haten. 11 Snoepreisje naar Antwerpen verijdeld Op de NederlandachBelgische grens, bij Putten, is gisteren, op verzoek van de politie te Nijmegen, aangehouden de minderjarige H., uit Utrecht, die ten nadeele van zijn slagers patroon, te Nijmegen eenige honderden guldens verduisterd heeft H, was op weg naar Ant werpen. Dit moet Uw eerste gedachte zijn hij i Brand- en Snijwonden, Ontvellingen en allerlei Huidverwondingen j Red. 27053 VM 8 De eerste verzending vindt plaats op 14 Juni aa. rechtstreeks uit Amsterdam met de Colon- lijn van de K. N. S. M. De aandacht wordt erop gevestigd, dat de correspondentie, om ln de bedoelde zendingen te worden opgenomen, volledig gefrankeerd moet zijn en voorzien van twee ellkaar snijden de lijnen over het gdheele adres. jjf VRIJ NAAR HET ENGELSCIl VAN "i E. P. ISPHILL 27) Hdideincss, riep hij nit, laten wc in Gods '"tam liter vandaan gaan. Ik zal nog stikken. Laten wo «ea zijstraat nemen. loldern-we Held hem op zijn beurt bij den Arm, mot ijzeren greep. - Hint is lied goed, dat je het voelt, zei hij. Da: Kits mijn bedoeling. Het j3 hartverscheurend, Diek. HoMorncns glimlachte hcèj even. Ik begrijp, wat jc voelt, zei hij. Ik heb ®ct z«,f ook doorgemaakt. En hoor eens hier. '*e vrouwen met parelsnoeren om haar hals, ®u hoogmoed in Itaar oogen, zijn evenzeer te "«'klagen als anderen, die jij op het oog hebt; Misschien nog meer. Vergeet ook niet, dat de °histandigheden, waaronder iemand leeft, veelal ®Jn deugd of ondeugd bepalen, al Is de deugd e Prijzen, en de ondeugd te laken. Die dingen dikwijls betrekkelijk. Het Is niet altijd, 0r»dat men zoo of zoo gekozen heeft Je bedoelt, dat men goed praten heeft, als niet aan dezelfde verleiding bloot staat? Holderness lachte. En dan zelf nog niet eens een goed voor meld geeft, vulde hij aan. 2ij waren nu in de stille straten gekomen. Lm kamers waren vlak bij. Weet u beslist zeker, zei het meisje ge jaagd, dat miss Thorpe-Hatton me wil spreken? Ziet u, er is een trein om tien nur, dien ik zou kunnen halen. De huishoudster keek op van het menu, dat ze aan het schrijven was, en tikte ongeduldig mc,t haar potlood op de tafel Boste kind, sei ze, is het te denken, dat ik je hier zou houden, zonder daartoe order te hebben? "We hebben een telegram aan je moeder gestuurd, en jij moet wachten tot miss Thorpe Hattcn gereed is, om je te ontvangen. Om welken tijd komt ze gewoonlijk bene den? vroeg Letty. Alle mogelijke tijden, antwoordde Mrs. Brown, terwijl ze haar taak hervatte. Ze was gisteravond weer heel gauw terug-; ze is maar even bij de gravin gebleven; ze kan dus ieder «ogenblik naar je laten vragen. Doe toch niet zoo zenuwachtig, lieve kind. Ik "ben in de war vanmorgen. We krijgen vier-en-twintig men schen te dineeren, en ik heb nog geen enkel idee in mij hoofd. Ik ben bang, dat ik Francois moet laten komen. Is Francois de kok, die ook naar Thorpe meekwam? vroeg Letty. Mrs. Brown knikte. De chef, hoor je te zeggen, antwoordde zij. Een heele bekwame man, op zijn manier, dat is zeker, maar je moet hem heel wat achter na zitten. Gaat u over het heele personeel? vroeg Letty. Geeft miss Thorpe zelf nooit een order? Mrs. Brown keek haar gast medelijdend aan. Mijn beste kind, zei ze, ik betwijfel, of ze je op drie of vier na zou kunnen zeggen, hoeveel dienstboden er in huis zijn. En wat aangaat een order geven, ik geloof niet, dat zoo iets ooit in haar hoofd is opgekomen. Daar komt James aan. Misschien Is het een boodschap voor jou. Een knecht kwam binnen, en groetite Letty vriendelijk. Goede morgen, jongedame, zed hij, n wordt verzocht, dadelijk In de spreekkamer te komen. Letty stond dadelijk op. Is... is zij daar? vroeg ze zenuwachtig. Zoo is het, antwoordde de man, en als ik u was, juffrouw, dan zou ik maar niet veel meer doen, dan eenvoudig antwoord geven op haar vragen, en "er vandoor gaan. Ik heb zelf nog geen onderhoud met haar gehad, maar mademoiselle zegt, dat ze meer dan tamelijk uit haar humeur is, vanmorgen. Slecht geslapen of zoo iets. Maak het kind niet bang, James, zei Mrs. Brown verwijtend. Ze zal je denkelijk niet veel te zeggen hebben, lieve, Ga er gauw heen, kom dan terug, en neem een glas wijn met een bis cuit, vóór je weggaat. Wijfe haar den weg, James. Wilt u maai' meekomen, juffrouw ant woordde de man, opni«uW eeo automaat wor dend. Letty werd in een klein vertrek gelaten, dat vol was, naar het haar toescheen toen ze bin nenkwam van zonneschijn en bloemen. Wllhel- mina, in ©en eenvoudige japon van wit serge, met een snoer kralen van vreemden blauwen glans om haar hals, zat in een hooggerugden leunstoel. Een klein houtvuur brandde in den haard, en vervulde het vertrek van een aan genomen aromatischer, geur. Het venster, dat op het plein uitzag stond wijd open. Op een tafel naast baar bevonden zich een stapel brieven, een ivoren vouwbeen, verschei dene couranten, e.d. Voor het oogenhlik evenwel vroeg niets van dat alles baar aandacht. De dame des huizes leunde achterover in haar stoel, en haar oogen waren half gesloten. Als ze nie.t met haar rug naar het licht gezeten had, zou Letty misschien de donkere kringen onder haar oogen opgemerkt hebben. Het was waar, dat zij niet goed geslapen had. Letty kwam aarzelend verder de kamer in. Wilhelmlna wendde het hoofd om. O ben jij het, zei ze, Kom hier bij de tafel waar ik je zien kan. Mrs. Brown heeft me verteld» dat a me wilde spreken, vóór ik wegging, zei het meisje aarzelend. Wilhelmina zweeg een oogenhlik. Zij sloeg het meisje gade. Ja, ze was aardig, o haar lan delijke, onge cultiveer de manier. Haar figuur was betrekkelijk ongevormd, haar handen en voeten zooals men dat had kunnen verwach ten, en het was wel te zien, dat ze geen smaak had. Weiden mannen werkelijk door dat soort van wezens aangetrokken? Ja zei Wilhelmina, ik wilde je spreken. Ik ben niet geheel voldaan omtrent gisterenavond. Letty zei niets. Ze werd xood,t«n dan bleek. De wijze waarop Wilhelmina haar gadesloeg, was onbarmhartig. Ik wenschle te weten, zei Wilhelmina, wie die kameraad was, die ook bij het gezelschap hooide, waarmee je gedineerd hebt, enzoovooTt. Ik houd het er voor, dat die persoon voor een goed deel aansprakelijk ervoor is, dat je den trein gemist hebt. Letty wensehte van ganscher harte, dat ze in den grond mocht zinken. Haar ergste voorstel lingen, waren nog niet zoo vreeselijk geweest, als dit Zij bleef zwijgen, niet ln staat, om een woord te zeggen. Ik wacht nog altijd, zei Wilhelmina on barmhartig. Ik geloof, dat het duidelijk genoeg is, maar ik wil het nit je eigen mond hooren. Ikhijik denk niet, dat hij graag zou hebben, dat ik het u vertelde, juffrouw, stamelde zij. Wilhelmina glimlachte het was geen aan gename glimlach. Waarschijnlijk niet, antwoordde zij. Maar dat heeft er niet mee te maken. Ik wil het weten. Het meisje was wanhopig. Het was voor haar ook werkelijk een moeilijk geval. De meesteres van Thorpe beleedigen was zoo iets als maje steitsschennis, maar ze wist heel goed, wat Stephen zou willen, dat ze deed. Met uw welnemen, jufrouw, zei ze ten laatste, dat kan ik niet zeggen. Wilhelmina zei niets, voor een oogenbllkj alleen trok zij even haar wenkbrauwen op. Als je het niet zegt, zei ze dan kalm, moet ik je moeder schrijven, en haar zeggen, wat Ik van je vreemde gedrag denk. Ik wil niet graag mensehen om me heen hebben, die ongehoor zaam zijjn, of zich dwaas aanstellen. Het meisje bartte in tranen uit. Wilhelmina keek naar haar met koel geduld. Ik veronderstel, zei ze, dat het Mr. Mache- son was. Je hoeft zijn naam niet te noemen. Je hoeft alleen maar te zeggen: „ja". Het meisje zei niets. Mr. Madieson heeft bij je moeder gewoond, geloof ik? ging Wilhelmina voort. Ja, fluisterde het meisje. En jij bediende hem? Ja, zeide zij. Ze richtte het hoofd op. Maar Mr. Macheson heeft zicht altijl als een heer tegenover me gedragen, voegde re er aan toe. Wilhelmina keek haar verachtelijk aan. Jouw ideeën van wat dat is: „zich als een heer gedragen", zijn waarschijnlijk hed pri mitief, zei ze. Ik geloof niet, dat ik je hoef lastig te vallen om een rechtstreekseh antwoord. Toch zou het heter voor je zijn, als je dat gaf. Weer zweeg het meisje. Ei- werd aau de deur geklapt. De knecht Het Stephen Hurd ia. (Wordt vervolgd)

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Nieuwe Schiedamsche Courant | 1929 | | pagina 7