OPNIEUW DE GERUCHTMAKENDE
MOORDZAAK TE GIESSEN-NIEUWKERK.
inderen
NA KALM OVERLEG HAAR MAN VERGIFTIGS).
WOENSDAG 11 SEPTEMBER 1929
TWEEDE BLAD
PAGINA 2
WAAROM DE HOOGE RAAD DE NIEUWE BERECHTING
BEVOLEN HEEFT.
VREESELIJKE BEKENTENIS DER
MOEDER.
DE KINDERMOORD TE STEENDEREN.
VERDUISTERINGEN BIJ HET
LANDSTORMVERBAND TE LEIDEN
DE HAAGSCHE WERKLOOZEN TE
OLDEMARKT.
DE MOORD AAN HET
BEZUIDENHOUT.
ONDER DE MACHT VAN EEN „VRIEND"?
SLACHTOFFER VAN
SPEELWOEDE?
ALS LIEFDE VERANDERT IN HAAT
FRAUDULEUZE GRONDAANKOOP
TE MONSTER
DOOR HET OVERKOKEN VArI
VERF EN RUBBER.
DE REVISIEBEHANDELING VOOR
HET A'DAMSCHE GERECHTSHOF
Nu Donderdag a.s. voor het Gerechtshof te
Amsterdam de behandeling in revisie zal aan
vangen van de geruchtmakende zaak, betrek
king hebbend o'p den in 1923 gepleegden moord
op den spoorwegwachter De Jong te Giessen-
Nieuwkerk, is het wellicht dienstig, nog eens
de aandacht te vestigen op de verschillende
feiten, welke er toe geleid hebben, dat de
Hooge Raad van de ten uitvoerlegging van het
veroordeelend arrest van het Haagsche Ge
rechtshof ten aanzien van J. Teunissen en J.
C. Klunder, die ieder ter zake van dezen
moord waren veroordeeld tot vijftien jaren ge
vangenisstraf, de schorsing bevolen en de zaak
ter nieuwe berechting naar het Amsterdam-
sche Hof verwezen heeft. Inmiddels hebben
Klunder en Teunissen ruim vier jaren in de
gevangenis te Leeuwarden doorgebracht en be
vinden zij zich thans als „verdachten" in het
Ruis van Bewaring te Amsterdam.
De voorgeschiedenis
In den nacht van 3 op 4 Augustus van het
jaar 1923 werd de spoorwegwachter Jacob de
Jong te Giessen-Nieuwkerk op de spoorbaan,
op ongeveer 40C meter afstand van zijn woning,
vermoord. Bij het krieken van den dag werd
het lijk van den vermoorde nabij een seinpaal
gevonden door een inwoner van Giessen-Nieuw
kerk, zekeren Kras. In den arm van het ont
zielde lichaam lag een ijzeren hamer. De moord
moet met dit voorwerp zijn verricht.
Het door politie en justitie ingestelde onder
zoek leidde allereerst naar zekeren Boxmeer,
wiens daderschap aan het gruwelijke misdrijf
aannemelijk werd gemaakt door de verklarin
gen van den ijsventer Mijnster, die o.m. had
medegedeeld dat hij Boxmeer in den omtrek
had gezien. Laatstgenoemde was echter zoo
gelukkig, dat hij zijn alibi volledig bewijzen
kon. Getuige Mijnster wist echter nog meer te
vertellen, zijn verklaringen kwamen hierop
neer dat de hamer, welke bij het lijk was ge
vonden, het eigendom was van de familie
Kroon te Sliedrecht. Nu was in den avond en
den nacht van het gebeurde ten huize van het
echtpaar Kroon een feestje geweest, waaraan
behalve door de Kroons werd deelgenomen
door zekeren Vermeer en door Klunder en Teu
nissen. De laatste twee waren resp. als arbei
der en onderbaas werkzaam bij het herstellings
werk langs de spoorlijn Dordrecht-Hardinx-
veld. Als gevolg van de aanwijzingen van Mijn
ster werden Klunder en Teunissen gearresteerd,
doch spoedig weer vrijgelaten. In Februari
1925 warden beiden echter opnieuw, als ver-*'
dacht van den moord, in arrest gesteld. Zoowel
Klunder als Teunissen bleven hun onschuld
volhouden. Wat betreft hun deelnemen aan het
feestje bij de Kroons kon uit bun verklarin
gen worden opgemaakt dat vrouw Kroon aan
Teunissen, die toendertijd in Dordrecht woon
de, verzocht had, te haren huize te blijven over
nachten. Teunissen had hierin toegestemd,
doch het raadzamer geacht, eerst een bedrag
van 500, welke som hij bij zich droeg om den
volgenden morgen aan zijn arbeiders uit te be
talen in veiligheid te brengen hij zekeren (in
middels overleden) Bouwmeester, bij wien
Klunder in de kost was en die op een paar
huizen afstand van de Kroons woonde. Zoo zou
toen te ongeveer 11 uur Teunissen aan de
Kroons gezegd hebben, dat hij even weg moest,
zonder hiervan echter de reden op te geven.
Met Klunder heeft hij toen het huis der Kroons
verlaten en aan eerstgenoemde heeft hij daarna
ten huize van Bouwmeester het geld overgedra
gen. Beiden zijn toen naar de woning der
Kroons teruggekeerd, waar het gezellig avondje
tot twee uur 's nachts is voortgezet. Volgens de
verklaringen der verdachten zouden zij hoog
stens 'n kwartier zijn weggeweest, zoodat zij
dus onmogelijk te Giessen-Nieuwkerk, dat op
14 kilometer afstand van de woning der
Kroons ligt, iemand hadden kunnen vermoor
den. Zij zouden toch in dat geval in een kwar
tier tijds èn den moord gepleegd èn in 't ge
heel achtentwintig kilometer afgelegd moeten
hebben.
Dat. het afwezig zijn van Klunder en Teunis
sen niet langer dan een kwartier geduurd bad,
verklaarden aanvankelijk ook de beide Kroons,
alsmede de derde gast te hunnen huize Hen
drik Vermeer. Bovendien verklaarden zij. dat
zij den hamer, die op het lijk van de Jong
was gevonden, nooit gezien hadden. De justitie
nam deze verklaringen echter niet aan en na
dat de Kroons kort na den moord eerst tien
dagen en veel later nog eens veertig dagen
in voorarrest hadden gezeten, herriepen zij hun
aanvankelijke verklaringen en verklaarden zij,
dat Klunder en Teunissen van elf uur tot
kwart voor één waren weggeweest, en voorts
dat de hamer hun eigendom was!
Wat Vermeer betreft, deze bleef zijn verkla
ring ten opzichte van den hamer volhouden,
na echter 70 dagen in voorarrest te hebben
doorgebracht, wijzigde hij zijn verklaring om
trent het afwezig geweest zijn van Klunder en
Teunissen in zooverre, dat liij niet meer sprak
van een kwartier, maar van „geruimen tijd"....
Het was hoofdzakelijk op de verklaringen
dezer hoofdgetuigen, dat Klunder en Teunis
sen door de Rechtbank te Dordrecht aan den
moord schuldig verklaard en-deswege ieder tot
vijftien jaar gevangenisstraf veroordeeld wer
den. Het Gerechtshof te Den Haag bevestigde
dit vonnis in hooger beroep, waarna de Hooge
Raad het cassatie-beroep verwierp.
DE POGINGEN TOT REVISIE
Vrienden en verwanten zaten niet stil
Vrienden en verwanten van Klunder en Teu
nissen, die ondanks alles arfn hun onschuld
waren blijven vasthouden, zaten echter niet
stil. Er werden verschillende pogingen in het
werk gesteld om revisie van het vonnis te
verkrijgen. Hierbij dienen de namen te wor
den genoemd van mr. H. van Meerten te Den
Haag, mr. J. de Vrieze te Amsterdam en mr.
H. H. Roobol te Arnhem. Eerstgenoemde, die
op verzoek van de verdachten cassatie had aan-
geteekend tegen het arrest van het Haagsche
Gerechtshof, (welk cassatieberoep, naar men
weet, werd verworpen) was bij bestudeering
van de stukken tot de conclusie gekomen, dat
hier van een gerechtelijke dwaling moest wor
den gesproken. Het onderzoek van mr. van
Meerten, waarbij hij krachtig werd terzijde
gestaan door den heer C. P. Stuy, aannemer
te Amersfoort en zwager van Teunissen, leidde
ecliter niet tot positieve resultaten. Hierna
volgde in Juni 1928 een revisie-verzoek door
mr. J. de Vrieze, waarop eind 1928 de advocaat-
generaal hij den Hoogen Raad afwijzend be
schikte. Begin April 1.1. volgde hierna, naar
aanleiding van nieuwe recherches van zijn
kant, een revisie-verzoek van mr. H. H. Roobol.
ONDER PRESSIE GELOGEN?
Het echtpaar Kroon aan 't spreken gebracht
Zóó wa3 dus de stand van zaken, toen het
enkele dagen later den heer C. H. Geudeker,
redacteur van „Het Volk", mocht gelukken,
het echtpaar Kroon tot spreken te brengen. In
een onderhoud, dat in den avond van 8 April
1.1. plaats had tusschen de Kroons en de hee-
ren Geudeker en Roobol, deden eerstgenoem-
den de volgende opzienbarende mededeelingen:
ten eerste: dat zij beiden gelogen hebben ter
terechtzitting, waarin de moordzaak van
Giessen-Nieuwkerk behandeld werd;
ten tweede: dat zij heiden hun verklaringen
hadden afgelegd onder pressie van justitie en
politie, die hun, hetgeen zij hebben getuigd,
hebben voorgezegd en ben bedreigd met ge
vangenisstraf, indien zij anders zouden ver
klaren.
ten derde: dat Klunder en Teunissen on
mogelijk den moord op Jacob de Jong kun
nen hebben gepleegd, daar zij slechts tien mi
nuten zijn weg geweest van het gezellige
avondje, dat op den bewusten dag ten huize
van de Kroons te Sliedrecht was georgani
seerd;
ten vierde: dat de hamer, waarmede de
moord is gepleegd, hun eigendom niet was, en
dat de beide veroordeelden dit voorwerp dus
niet kunnen hebben geleend;
ten vijfde: dat zij, nadat zij eerst tien da
gen en daarna nog gedurende veertig dagen
met nog een zekeren Vermeer (die 70 dagen
werd opgesloten) in hechtenis waren gehou
den, bezweken zijn voor den drang, die op hen
door den Rijksrechercheur de J., den gevan
genisdirecteur, den substituut-officier en den
rechter-eommissaris te Dordrecht werd uitge
oefend, en de bezwarende getuigenissen, wel
ke hun door deze heeren waren voorgeschre
ven, hebben afgelegd, op welke verklaringen
Teunissen en Klunder zijn veroordeeld.
De Kroons zouden dus onder pressie
meineed hebben gepleegd.
Hierna zijn te Dordrecht verschillende ver-
hooren gehouden.
Men weet dat mr. H. H. Roobol zijn oor
spronkelijk revisie-verzoek van begin April j.l.
ingetrokken en op 16 April d.a.v. een nieuw
re«(sie-verzoek bij den Hoogen Rand inge
diend heeft, waarin behalve verschillende an
dere feiten, de verklaringen van het echtpaar
Kroon waren opgenomen.
Dit revisie-verzoek is op 3 Juni 1.1. door den
Hoogen Raad behandeld, welks hoogste rechts
college op 10 Juni d.a.v. hij vervroeging uit
spraak deed. De zaak werd verwezen naar het
Amsterdamsche Gerechtshof, met bevel tot
gevangenhouding der beide veroordeelden.
Het aantal gedagvaarde getuigen k charge
en k décharge bedraagt ver over de honderd
Het proces zal dan ook mede met het oog
op het feit dat het in de bedoeling ligt om
twee dagen per week zitting te houden
geruimen tijd in beslag nemen.
Het Hof kan verdachten nooit een zwaar
dere straf opleggen; het kan óf het vroeger
gevelde vonnis handhaven, óf dit geheel of
gedeeltelijk vernietigen en opnieuw rechtdoen
Volgens de wet moet het Hof in dit laatste ge
val verdachten óf vrijspreken, óf ontslaan van
rechtsvervolging óf opnieuw veroordeelen, met
oplegging van een minder zware straf.
Naar wij nader vernemen komen op de lijst
van getuigen, die door het Amsterdamsch ge
rechtshof gehoord zullen worden de namen voor
van 97 personen. Van de zijde van den procu
reur-generaal zijn 61 getuigen gedagvaard, ter
wijl de voorzitter van het Gerechtshof er 12
gedagvaard heeft. De verdediging heeft voorts
2i getuigen ft décharge laten dagvaarden.
Inzake den kindermoord te Steenderen ver
nemen wij, dat de gearresteerde Belgische
vrouw thans bekend heeft haar drie weken oud
kindje om het leven te hebben gebracht.
WEER BEREID HET WERK TE
HERVATTEN
OFFICIEREN STAAN TERECHT VOOR
HET HOOG MILITAIR GERECHTSHOF
Voor het Hoog Militair Gerechtshof heeft gis
teren terecht gestaan de gedetineerde le luite
nant van het -4e regiment Infanterie te Leiden,
werkzaam bij het Landstorm ver band aldaar, C.
H., die dooir den krijgsraad te 's Hertogenbosch
wegens verduistering 1b veroordeeld tot 8 maan
den gevangenisstraf en ontslag uit den militai
ren dienst.
Beklaagde erkende de hem te laste gelegde
feiten.
Beklaagde drong voorts aan op een voorwaar
delijke veroordeeling.
De procureur-generaal achtte de gepleegde
feiten voor een officier zeer ernstig en achtte
voor een wijziging der opgelegde straf geen
aanleiding. Hij vroeg dan ook bevestiging van
het vonnis van den krijgsraad.
De raadsman van beklaagde, mr. B curlier,
meende, dat van opzet geen sprake was. Boven
dien is het bedrag terugbetaald.
Pleiter hoopte dat het Hof rekening zou hou
den met de toekomst van beklaagde door hem
voorwaardelijk te straffen en hem in de gele
genheid te stellen zelf zijn ontslag uit den mi
litairen dienst te nemen.
De uitspraak volgt later.
Daarna stond te recht de gedetineerde ser-
geant-majoor-administrateur E. hij het Land-
•stormverband te Leiden.
De krijgsraad te 's Hertogenbosch had hem
wegens verduistering veroordeeld tot 8 maan
den gevangenisstraf en ontslag uit den mili
tairen dienst.
Beklaagde had bedragen, welke hij voor an
deren op kwitanties inde bij den administrateur
van het 4e regiment, niet of eerst veel later
doen toekomen aan de rechthebbenden.
Bij zijn verhoor ontkende beklaagde de ten
laste gelegde feiten.
De gelden, welke hij had geïnd, zou hij heb
ben afgedragen, óf aan luitenant H. óf aan den
administrateur v. d. H.
Dat dit juist is, moet volgens beklaagde wel
blijken uit het feit, dat hij verschillende perso
nen, die gelden moesten ontvangen, daarvoor
telkens heeft verwezen naar luit. H. of naar v.
d. H.
Daarna werd als getuige gehoord de le luite
nant H. Deze verklaarde nimmer gelden van
■beklaagde' te hebben ontvangen, welke bestemd
waren voor anderen.
Verder werd nog als getuige gehoord de ser
geant-majoor-administrateur hij het Landstorm-
verband in Leiden, v. d. H.
Deze zeide zich niet te kunnen herinneren,
van E. gelden voor zaalhuren te hebben ontvan
gen.
Op een vraag van den verdediger mr. Trap
man, zegt getuige, dat hij nooit heeft gezien,
dat E. gelden voor zaalhuren heeft gegeven aan
luitenant H.
De advocaat-fiscaal, mr. Royer, oordeelde ook
in deze zaak bevestiging van het vonnis van
den krijgsraad.
De uitspraak volgt later.
Ten slotte stond in dit verhand terecht de
sergeant-majoor-administrateur van der II. Deze
was door den krijgsraad veroordeeld tot 2 maan
den gevangenisstraf en "verlaging tot den rang
van soldaat.
De advocaat-fiscaal kon zich met de opgelegde
straf volkomen vereenigen en requireerde tot
bevestiging van het vonnis.
Beklaagdes raadsman, nar. Tonnaer pleitte
vrijspraak, in ieder geval ongedaanmaking van
de degradatie.
De uitspraak volgt later.
Bemiddeling van de gemeente
De werklooze arbeiders uit den Haag, welke
door het Rijk te Oldemarkt te werk waren ge
steld en in staking waren gegaan, hebben zich
gisteren weer bereid verklaard het werk we
derom te hervatten.
De gemeente 's-Gravenhage heeft zich daar
op met het Rijk in verbinding gesteld om de
te werkstelling te verkrijgen.
WAAR KOMT IIET SCHEERMES
VANDAAN?
De toestand van de gewonde huishoudster
Het onderzoek in de zaak van den moord op
mevrouw O. aan het Bezuidenhout, wordt door
do politie krachtig voortgezet.
De gisteren geplaatste oproep betreffende
de dame en den heer, met wie de verdachte op
een bank in het Haagsche Bosch op den dag
van den moord zou hebben zitten praten, heeft
succes 'gehad. Beide personen hebben zich bij
de politie gemeld. Uit hun verklaringen bleek,
dat K. v. d. M. inderdaad eenige uren met hen
had zitten praten over verschillende familie
omstandigheden.
Voorts heeft de verdachte medegedeeld, dat
hij enkele dagen in Amsterdam is geweest. Op
Koninginnedag zou hij daar met een kennis
zijn uitgeweest. De politie zou het op prijs stel
len, indien deze kennis zich bij de politie zou
willen vervoegen om enkele nadere inlichtin
gen te verstrekken.
De mogelijkheid bestaat, dat het scheermes,
waarmede de moord is gepleegd, door den ver
dachte in Amsterdam is gekocht. Ook is het
niet uitgesloten, dat hij bet van dezen of gene
heeft gekregen.
Het is een oud scheermes met zwaTt heft. Op
bet lemmet staat het woord; Ellavas.
De commissaris van politie verzoekt nu
hem, die aan verdachte een zoodanig scheer
mes heeft gegeven of verkocht op of kort vóór
5 September zich te willen melden.
Het signalement van den verdachte is: 45
jaar oud, pl.m. 1.80 M. lang, smal gezicht, slank
postuur, grijsachtig costuum.
De toestand van de gewonde huishoudster
is nog steeds vrij ernstig-
De teraardebestelling *an het slachtoffer
Op de begraafplaats Zorgvlied te Amsterdam
is gisterenmiddag aan den schoot der aarde
toevertrouwd het stoffelijk overschot van me
vrouw E. Odem-Christiaans, die in haar wo
ning aan het Bezuidenhout vermoord werd.
Een honderdvijftigtal belangstellenden woonde
de begrafenisplechtigheid bij.
Als eerste spreker trad naar voren notaris
de Booy, die jaren lang vertrouwde en
Taadsman van de overledene Is geweest. Hij
wees op de algemeene deelneming na dezen
gruwelijken moord en herinnerde voorts aan
den eenvoud van de overledene.
Hierna voerde het woord de heer Diesber-
gen, die namens de familie woorden van troost
sprak.
Nadat notaris De Booy namens de familie
bedankt had voor de belangstelling, was de
plechtigheid ten einde.
KLEINE HOEVEELHEDEN
SUBLIMAAT TOEGEDIEND
Voor de Utrechtsche Rechtbank stond
terecht de 29-jarige huisvrouw C. J. A. K, te
Amersfoort, beklaagd van, na kalm overleg,
naar man meerdere malen hoeveelheden subli
maat te hebben toegediend in zijn eten en
drinken in totaal ongeveer 10 gram, in por
ties van 10 tot 20 milligram per dag.
Verdachte verklaarde dikwijls oneenigheid met
haar man te hebben gehad, daar zij baars in
ziens te weinig huishoudgeld ontving.
Zij kreeg 45 per maand huishoudgeld
waarvan zij en haar twee kinderen moesten
rondkomen. Inmiddels erkende zij op de vraag
van den president er een vriend op na te
houden.
De man was vau de regelmatige kleine dosis
sublimaat langzamerhand ziek geworden. Zijn
mond was ontstoken, de tanden raakten los,
op a Ju beenen kwamen blazen te voorschijn
.en zijn nieren en darmen waren geheel van
streek. De dokter behandelde hem, doch noem
de geen oorzaak. Tenslotte kwam de man in
het hospitaal terecht, waar hij zeven weken
verbleef. Verd. kwam hem alle dagen bezoeken
dikwijls vergezeld van den „huisvriend", die
haar tot de misdaad had aangespoord.
De man herstelde langzaam.
Toen de man na zijn verblijf in het hospi
taal weer thuis kwam, begon de vrouw weer
opnieuw, haar vergiftigings-systeem toe te
passen. Regelmatig kreeg de man weer kleine
hoeveelheden sublimaat te slikken. Nadat zij
er nog veertien dagen mee was doorgegaan^ be
trapte de man haar, terwijl zij een hoeveelheid
sublimaat in zijn kopje strooide.
Verd. verklaarde nog snikkend, dat zij vree-
selijk onder de macht stond van haar zgn.
vriend. Zij mocht b.v. slechts zeer kort bij haar
man in het hospitaal blijven als zij op bezoek
was.
Vervolgens werd als eerste getuige de
echtgenoot gehoord, die juist een week gele
den geheel hersteld was en weer zijn beroep
als militair uitoefende.
Get. verklaarde, dat er wel eens oneenig-
heden tusschen hem en zijn vrouw voorkwa
men. Eerst to«n hij uit 't hospitaal kwam, was
argwaan bij hem opgekomen.
Get. was echter zeer oplettend geworden en
het resultaat van zijn waakzaamheid was, dat
hij zijn vrouw op eeu middag in de keuken
bezig zag terwijl zij iets in zijn kopje strooide.
Onmiddellijk bad hij de zakken in de klee-
MET 1400 GULDEN ER VAN DOOR
De verduistering in het Savoye-hotel
te Scheveningen
Voor de Haagsche rechtbank stond gisteren
terecht de 33-jarige A. A. N., gewezen boek
houder van het Savoy-hotel te Scheveningen,
die in den avond van 2 Juli j.l. er van door is
gegaan met de kas van het hotel, waarin zich
ruim 1400 gulden bevond.
Verdachte bekende.
De officier vond het feit zeer ernstig en
eischte 1 jaar gevangenisstraf.
President: Hoe is u toch gekomen tot deze
verduistering?
Verdachte: Dat weet ik niet. Het was een
opwelling.
President: U had een zeer goede positie. Er
moet toch een reden geweest zijn. Wat hebt
u met het geld gedaan?
Verdachte: Ik heb hij mijn daad heelemaal
niet nagedacht. Met het geld heb ik gespeeld
in Brussel.
De verdediger, mr. Temmink uit Voor
schoten, voerde aan, dat verdachte nooit met
de justitie in aanraking is geweest. Hoe hij
opeens tot deze verduistering kwam, is een
groot raadsel. De man weet het zelf niet.
Merkwaardig is, dat hij op 2 Juli 's avonds nog
rustig aan het werk was. Om 10 uur ging hij
van kantoor en nam hals over kop den laatsten
trein naar Brussel. Toen hij over veel
geld beschikte, heeft èen speelwoede zich van
hem meester gemaakt, welke hij in Brussel
kon botvieren. PI. meent, dat een em au der
kan dlienen ais verzachtende omstandigheid
en vraagt een voorwaardelijke vero-ordeeling.
De officier gevoelde daar niets voor. De uit
spraak werd bepaald op 24 September.
KOMT MEN WEL EENS TOT
EIGENAARDIGE ONTDEKKINGEN
Er was te A'dam 'n meneer in de Transvaal-
straat die liefde had opgevat voor een juffrouw
in de Jan Steenstraat. Deze liefde dateerde van
1921 en bleef dus voor het huidig tijdsgewricht
van langen duur.
Niettemin ook deze liefde bleek vergankelijk
en veranderde volgens de klassieke gewoonte
in haat.
Toen kwam de meneer tot de ontdekking, dat
de juffrouw hem sedert 1921 onder leugen
achtige voorwendsels verschillende groote be
dragen afhandig had weten te maken tot een
totaal bedrag van niet minder dan f 15.000.
De man liep nu naar de politie, om zijn vroe
gere geliefde aan te klagen.
Ware het niet beter zulk een handig vrouws
persoon te blijven liefhebben?
ARME KLEINE
Trap van een paard
Te Anreep (gem. Assen) kreeg het zoontje
van den landbouwer R. Nymeyer, dat met zijn
vader mee ging om het paard naar de weide
te brengen, een slag van het paard tegen het
hoofd. Het kind werd bewusteloos naar huis
gedragen, waar de ontboden geneesheer
ernstige hersenschudding constateerde. De
toestand is zeer ernstig.
ding van zijn vrouw onderzocht en er een
poeder in gevonden. Toen hij van dit poedet
proefde kwam hij tot de ontdekking dat &et
poeder den zelfden smaak had als hij reed*
hij zijn eten en drinken had bemerkt.
Dadelijk had hij het poeder naar zijn dokte?
gebracht.
De arrestatie van de vrouw was spoedig g®*
Yolgd.
Hierna werden nog eenige getuigen gehoord
onder wie de huisdokter, die mededeelde, dat ie
toestand van den man zeer ernstig geweest '3
en dat zijn herstel verbazingwekkend mag ®e0'
ten. Ook achtte de dokter de mogelijkheid nle
uitgesloten dat tengevolge van deze vergi£tl'
ging de man zeer vatbaar is geworden voo
andere ziekten, met name een nierkwaal.
Mr. Fabius, requisitoir nemend, merkte oP
dat het plan om haar man te vermoorde-1»
reeds in December door verd. is gemaakt.
Verd. heeft zich schuldig gemaakt aan ®e
voortgezette misdrijf van poging tot moord me
voorbedachten rade.
Een verzwarende omstandigheid is zeer zeke-
dat het slachtoffer haar eigen echtgenoot w®9'
Zij heeft het vergif geheel uit eigen beweS*D®
toegediend. Dat verd. in die weken zeer ove
spannen was, kan spr. niet indenken. Ia lia'
hechtenis heeft verd. er echter blijk van Se°
ven dat zij zich van het geval niet al te
aantrok. Spr. eischte tenslotte een gevang®®
straf van zes jaar.
Mr. Pit, die als verdachte's verdediger °'<f
trad, betoogde dat wel bewezen was de pog11
tot doodslag, doch niet de poging tot nio<n
zooals haar was ten laste gelegd. Hier was *a
kalm beraad en een vooraf opgezet plan g€
sprake. Verd. verkeerde in een zeer overspa
nen toestand en stond bovendien onder intl°
van haar vriend, die haar geheel in zijn
had. Ook haar echtgenoot verklaarde dat M
van overtuigd was, dat zijn vrouw onder 1
vloed van iemand anders had gestaan.
PI. vindt zes jaar gevangenisstraf veel
hoog, als men de omstandigheden in aan'®®
king neemt. Tenslotte wijst pi. op den ?oCl
afloop van het geval. De man is weer volkom1
hersteld.
Spr. roept de clementie van de rechtbank
De rechtbank bepaalde de uitspraak OP
September. Hevig snikkend en gillend werd
vrouw weggeleid.
De vriend zal afzonderlijk wegens aanzet
tot moord worden vervolgd.
vallen en bezeeren zich dikwijls
en het wiegekind heeft vaak last
van roode of gesmette huid. D"
verzacht en geneest men met
S'.ïSvW'WWi
V GENEZING
ELKE plek
HUID
Doozen 30-60 en 90 ct. Tube 80 c<"
Bij Apoth. en Drogisten
De verdachten up vrfje voeten
Het Gerechtshof te 's Gravenhage heef'
teren bevestigd de beschikking van de ?a
sche rechtbank, waarbij de gevangenhouding
bevolen van F. v. d. K., tuinier en D- 8.
smid, beiden te Monster, die waren ge®1
teerd als verdacht van oplichting in ver
met grondaankoop aldaar. ^0
Het Hof heeft echter de uitvoering va®
beschikking der rechtbank geschorst,
door de verdachte op vrije voeten worde®
steld, evenwel onder betaling van r®n
resp. van 7000, en van 10.000.
A. HILLEN'S SIGARENFABRIEK!-
De heer Hioolen neemt ontslag
Naar wij vernemen heeft de heer Hil'P te
directeur van A. Hilen's Sigarenfabriek®
Delft, zijn ontslag als zoodanig aaug',N0ne
en zal over die aanvrage in de eerstv®81(st,
aandeelhoudersvergadering worden b*'1jee*
I'ntusschen hebben commissarissen den
Hioolen verzocht zich tot dien niet mee^e^
de zaken te bemoeien, waarin de betro
heeft toegestemd.
Groote brand te Alkmrai
Maandagmiddag om half 1 ontstom
het overkoken van een mengsel verf joUt*
ber, brand in een der gebouwen van te
ziederij van den heer D. Bosman jui'S®'
Alkmaar. De politie, die met 'n blusclia r.'ra,,d
spoedig verscheen, slaagde er niet in
df.U-i®eer^
te blusschen. De brandweer werd geal-5
en gaf om kwart voor 1 volop wateT,
stralen, waardoor de brand tot het
waarin hij was uitgebroken, beperkt 1
Verzekering dekt de schade.
ERNSTIG MOTORONGELUK.
Twee ernstig gewonden
ndnê"
Op den Rijksweg te Baarlo had -» 0f
avond een botsing plaats tusschen twee
rijwielen. De beide motorrijders, de te Tiel
gedetacheerde militairen Builtenbeek v-ef'
en Uberbach uit Helder, werden erïiS®> veöio
wond en moesten naar het ziekenhuis
worden overgebracht. De toestand v®
noemde, die een schedelbreuk had dW
was Dinsdagmorgen nog ernstig. .^pe®»
verwondingen aan het hoofd
is buiten gevaar.