OPNIEUW DE GERUCHTMAKENDE MOORDZAAK TE GIESSEN-NIEUWKERK. inderen NA KALM OVERLEG HAAR MAN VERGIFTIGS). WOENSDAG 11 SEPTEMBER 1929 TWEEDE BLAD PAGINA 2 WAAROM DE HOOGE RAAD DE NIEUWE BERECHTING BEVOLEN HEEFT. VREESELIJKE BEKENTENIS DER MOEDER. DE KINDERMOORD TE STEENDEREN. VERDUISTERINGEN BIJ HET LANDSTORMVERBAND TE LEIDEN DE HAAGSCHE WERKLOOZEN TE OLDEMARKT. DE MOORD AAN HET BEZUIDENHOUT. ONDER DE MACHT VAN EEN „VRIEND"? SLACHTOFFER VAN SPEELWOEDE? ALS LIEFDE VERANDERT IN HAAT FRAUDULEUZE GRONDAANKOOP TE MONSTER DOOR HET OVERKOKEN VArI VERF EN RUBBER. DE REVISIEBEHANDELING VOOR HET A'DAMSCHE GERECHTSHOF Nu Donderdag a.s. voor het Gerechtshof te Amsterdam de behandeling in revisie zal aan vangen van de geruchtmakende zaak, betrek king hebbend o'p den in 1923 gepleegden moord op den spoorwegwachter De Jong te Giessen- Nieuwkerk, is het wellicht dienstig, nog eens de aandacht te vestigen op de verschillende feiten, welke er toe geleid hebben, dat de Hooge Raad van de ten uitvoerlegging van het veroordeelend arrest van het Haagsche Ge rechtshof ten aanzien van J. Teunissen en J. C. Klunder, die ieder ter zake van dezen moord waren veroordeeld tot vijftien jaren ge vangenisstraf, de schorsing bevolen en de zaak ter nieuwe berechting naar het Amsterdam- sche Hof verwezen heeft. Inmiddels hebben Klunder en Teunissen ruim vier jaren in de gevangenis te Leeuwarden doorgebracht en be vinden zij zich thans als „verdachten" in het Ruis van Bewaring te Amsterdam. De voorgeschiedenis In den nacht van 3 op 4 Augustus van het jaar 1923 werd de spoorwegwachter Jacob de Jong te Giessen-Nieuwkerk op de spoorbaan, op ongeveer 40C meter afstand van zijn woning, vermoord. Bij het krieken van den dag werd het lijk van den vermoorde nabij een seinpaal gevonden door een inwoner van Giessen-Nieuw kerk, zekeren Kras. In den arm van het ont zielde lichaam lag een ijzeren hamer. De moord moet met dit voorwerp zijn verricht. Het door politie en justitie ingestelde onder zoek leidde allereerst naar zekeren Boxmeer, wiens daderschap aan het gruwelijke misdrijf aannemelijk werd gemaakt door de verklarin gen van den ijsventer Mijnster, die o.m. had medegedeeld dat hij Boxmeer in den omtrek had gezien. Laatstgenoemde was echter zoo gelukkig, dat hij zijn alibi volledig bewijzen kon. Getuige Mijnster wist echter nog meer te vertellen, zijn verklaringen kwamen hierop neer dat de hamer, welke bij het lijk was ge vonden, het eigendom was van de familie Kroon te Sliedrecht. Nu was in den avond en den nacht van het gebeurde ten huize van het echtpaar Kroon een feestje geweest, waaraan behalve door de Kroons werd deelgenomen door zekeren Vermeer en door Klunder en Teu nissen. De laatste twee waren resp. als arbei der en onderbaas werkzaam bij het herstellings werk langs de spoorlijn Dordrecht-Hardinx- veld. Als gevolg van de aanwijzingen van Mijn ster werden Klunder en Teunissen gearresteerd, doch spoedig weer vrijgelaten. In Februari 1925 warden beiden echter opnieuw, als ver-*' dacht van den moord, in arrest gesteld. Zoowel Klunder als Teunissen bleven hun onschuld volhouden. Wat betreft hun deelnemen aan het feestje bij de Kroons kon uit bun verklarin gen worden opgemaakt dat vrouw Kroon aan Teunissen, die toendertijd in Dordrecht woon de, verzocht had, te haren huize te blijven over nachten. Teunissen had hierin toegestemd, doch het raadzamer geacht, eerst een bedrag van 500, welke som hij bij zich droeg om den volgenden morgen aan zijn arbeiders uit te be talen in veiligheid te brengen hij zekeren (in middels overleden) Bouwmeester, bij wien Klunder in de kost was en die op een paar huizen afstand van de Kroons woonde. Zoo zou toen te ongeveer 11 uur Teunissen aan de Kroons gezegd hebben, dat hij even weg moest, zonder hiervan echter de reden op te geven. Met Klunder heeft hij toen het huis der Kroons verlaten en aan eerstgenoemde heeft hij daarna ten huize van Bouwmeester het geld overgedra gen. Beiden zijn toen naar de woning der Kroons teruggekeerd, waar het gezellig avondje tot twee uur 's nachts is voortgezet. Volgens de verklaringen der verdachten zouden zij hoog stens 'n kwartier zijn weggeweest, zoodat zij dus onmogelijk te Giessen-Nieuwkerk, dat op 14 kilometer afstand van de woning der Kroons ligt, iemand hadden kunnen vermoor den. Zij zouden toch in dat geval in een kwar tier tijds èn den moord gepleegd èn in 't ge heel achtentwintig kilometer afgelegd moeten hebben. Dat. het afwezig zijn van Klunder en Teunis sen niet langer dan een kwartier geduurd bad, verklaarden aanvankelijk ook de beide Kroons, alsmede de derde gast te hunnen huize Hen drik Vermeer. Bovendien verklaarden zij. dat zij den hamer, die op het lijk van de Jong was gevonden, nooit gezien hadden. De justitie nam deze verklaringen echter niet aan en na dat de Kroons kort na den moord eerst tien dagen en veel later nog eens veertig dagen in voorarrest hadden gezeten, herriepen zij hun aanvankelijke verklaringen en verklaarden zij, dat Klunder en Teunissen van elf uur tot kwart voor één waren weggeweest, en voorts dat de hamer hun eigendom was! Wat Vermeer betreft, deze bleef zijn verkla ring ten opzichte van den hamer volhouden, na echter 70 dagen in voorarrest te hebben doorgebracht, wijzigde hij zijn verklaring om trent het afwezig geweest zijn van Klunder en Teunissen in zooverre, dat liij niet meer sprak van een kwartier, maar van „geruimen tijd".... Het was hoofdzakelijk op de verklaringen dezer hoofdgetuigen, dat Klunder en Teunis sen door de Rechtbank te Dordrecht aan den moord schuldig verklaard en-deswege ieder tot vijftien jaar gevangenisstraf veroordeeld wer den. Het Gerechtshof te Den Haag bevestigde dit vonnis in hooger beroep, waarna de Hooge Raad het cassatie-beroep verwierp. DE POGINGEN TOT REVISIE Vrienden en verwanten zaten niet stil Vrienden en verwanten van Klunder en Teu nissen, die ondanks alles arfn hun onschuld waren blijven vasthouden, zaten echter niet stil. Er werden verschillende pogingen in het werk gesteld om revisie van het vonnis te verkrijgen. Hierbij dienen de namen te wor den genoemd van mr. H. van Meerten te Den Haag, mr. J. de Vrieze te Amsterdam en mr. H. H. Roobol te Arnhem. Eerstgenoemde, die op verzoek van de verdachten cassatie had aan- geteekend tegen het arrest van het Haagsche Gerechtshof, (welk cassatieberoep, naar men weet, werd verworpen) was bij bestudeering van de stukken tot de conclusie gekomen, dat hier van een gerechtelijke dwaling moest wor den gesproken. Het onderzoek van mr. van Meerten, waarbij hij krachtig werd terzijde gestaan door den heer C. P. Stuy, aannemer te Amersfoort en zwager van Teunissen, leidde ecliter niet tot positieve resultaten. Hierna volgde in Juni 1928 een revisie-verzoek door mr. J. de Vrieze, waarop eind 1928 de advocaat- generaal hij den Hoogen Raad afwijzend be schikte. Begin April 1.1. volgde hierna, naar aanleiding van nieuwe recherches van zijn kant, een revisie-verzoek van mr. H. H. Roobol. ONDER PRESSIE GELOGEN? Het echtpaar Kroon aan 't spreken gebracht Zóó wa3 dus de stand van zaken, toen het enkele dagen later den heer C. H. Geudeker, redacteur van „Het Volk", mocht gelukken, het echtpaar Kroon tot spreken te brengen. In een onderhoud, dat in den avond van 8 April 1.1. plaats had tusschen de Kroons en de hee- ren Geudeker en Roobol, deden eerstgenoem- den de volgende opzienbarende mededeelingen: ten eerste: dat zij beiden gelogen hebben ter terechtzitting, waarin de moordzaak van Giessen-Nieuwkerk behandeld werd; ten tweede: dat zij heiden hun verklaringen hadden afgelegd onder pressie van justitie en politie, die hun, hetgeen zij hebben getuigd, hebben voorgezegd en ben bedreigd met ge vangenisstraf, indien zij anders zouden ver klaren. ten derde: dat Klunder en Teunissen on mogelijk den moord op Jacob de Jong kun nen hebben gepleegd, daar zij slechts tien mi nuten zijn weg geweest van het gezellige avondje, dat op den bewusten dag ten huize van de Kroons te Sliedrecht was georgani seerd; ten vierde: dat de hamer, waarmede de moord is gepleegd, hun eigendom niet was, en dat de beide veroordeelden dit voorwerp dus niet kunnen hebben geleend; ten vijfde: dat zij, nadat zij eerst tien da gen en daarna nog gedurende veertig dagen met nog een zekeren Vermeer (die 70 dagen werd opgesloten) in hechtenis waren gehou den, bezweken zijn voor den drang, die op hen door den Rijksrechercheur de J., den gevan genisdirecteur, den substituut-officier en den rechter-eommissaris te Dordrecht werd uitge oefend, en de bezwarende getuigenissen, wel ke hun door deze heeren waren voorgeschre ven, hebben afgelegd, op welke verklaringen Teunissen en Klunder zijn veroordeeld. De Kroons zouden dus onder pressie meineed hebben gepleegd. Hierna zijn te Dordrecht verschillende ver- hooren gehouden. Men weet dat mr. H. H. Roobol zijn oor spronkelijk revisie-verzoek van begin April j.l. ingetrokken en op 16 April d.a.v. een nieuw re«(sie-verzoek bij den Hoogen Rand inge diend heeft, waarin behalve verschillende an dere feiten, de verklaringen van het echtpaar Kroon waren opgenomen. Dit revisie-verzoek is op 3 Juni 1.1. door den Hoogen Raad behandeld, welks hoogste rechts college op 10 Juni d.a.v. hij vervroeging uit spraak deed. De zaak werd verwezen naar het Amsterdamsche Gerechtshof, met bevel tot gevangenhouding der beide veroordeelden. Het aantal gedagvaarde getuigen k charge en k décharge bedraagt ver over de honderd Het proces zal dan ook mede met het oog op het feit dat het in de bedoeling ligt om twee dagen per week zitting te houden geruimen tijd in beslag nemen. Het Hof kan verdachten nooit een zwaar dere straf opleggen; het kan óf het vroeger gevelde vonnis handhaven, óf dit geheel of gedeeltelijk vernietigen en opnieuw rechtdoen Volgens de wet moet het Hof in dit laatste ge val verdachten óf vrijspreken, óf ontslaan van rechtsvervolging óf opnieuw veroordeelen, met oplegging van een minder zware straf. Naar wij nader vernemen komen op de lijst van getuigen, die door het Amsterdamsch ge rechtshof gehoord zullen worden de namen voor van 97 personen. Van de zijde van den procu reur-generaal zijn 61 getuigen gedagvaard, ter wijl de voorzitter van het Gerechtshof er 12 gedagvaard heeft. De verdediging heeft voorts 2i getuigen ft décharge laten dagvaarden. Inzake den kindermoord te Steenderen ver nemen wij, dat de gearresteerde Belgische vrouw thans bekend heeft haar drie weken oud kindje om het leven te hebben gebracht. WEER BEREID HET WERK TE HERVATTEN OFFICIEREN STAAN TERECHT VOOR HET HOOG MILITAIR GERECHTSHOF Voor het Hoog Militair Gerechtshof heeft gis teren terecht gestaan de gedetineerde le luite nant van het -4e regiment Infanterie te Leiden, werkzaam bij het Landstorm ver band aldaar, C. H., die dooir den krijgsraad te 's Hertogenbosch wegens verduistering 1b veroordeeld tot 8 maan den gevangenisstraf en ontslag uit den militai ren dienst. Beklaagde erkende de hem te laste gelegde feiten. Beklaagde drong voorts aan op een voorwaar delijke veroordeeling. De procureur-generaal achtte de gepleegde feiten voor een officier zeer ernstig en achtte voor een wijziging der opgelegde straf geen aanleiding. Hij vroeg dan ook bevestiging van het vonnis van den krijgsraad. De raadsman van beklaagde, mr. B curlier, meende, dat van opzet geen sprake was. Boven dien is het bedrag terugbetaald. Pleiter hoopte dat het Hof rekening zou hou den met de toekomst van beklaagde door hem voorwaardelijk te straffen en hem in de gele genheid te stellen zelf zijn ontslag uit den mi litairen dienst te nemen. De uitspraak volgt later. Daarna stond te recht de gedetineerde ser- geant-majoor-administrateur E. hij het Land- •stormverband te Leiden. De krijgsraad te 's Hertogenbosch had hem wegens verduistering veroordeeld tot 8 maan den gevangenisstraf en ontslag uit den mili tairen dienst. Beklaagde had bedragen, welke hij voor an deren op kwitanties inde bij den administrateur van het 4e regiment, niet of eerst veel later doen toekomen aan de rechthebbenden. Bij zijn verhoor ontkende beklaagde de ten laste gelegde feiten. De gelden, welke hij had geïnd, zou hij heb ben afgedragen, óf aan luitenant H. óf aan den administrateur v. d. H. Dat dit juist is, moet volgens beklaagde wel blijken uit het feit, dat hij verschillende perso nen, die gelden moesten ontvangen, daarvoor telkens heeft verwezen naar luit. H. of naar v. d. H. Daarna werd als getuige gehoord de le luite nant H. Deze verklaarde nimmer gelden van ■beklaagde' te hebben ontvangen, welke bestemd waren voor anderen. Verder werd nog als getuige gehoord de ser geant-majoor-administrateur hij het Landstorm- verband in Leiden, v. d. H. Deze zeide zich niet te kunnen herinneren, van E. gelden voor zaalhuren te hebben ontvan gen. Op een vraag van den verdediger mr. Trap man, zegt getuige, dat hij nooit heeft gezien, dat E. gelden voor zaalhuren heeft gegeven aan luitenant H. De advocaat-fiscaal, mr. Royer, oordeelde ook in deze zaak bevestiging van het vonnis van den krijgsraad. De uitspraak volgt later. Ten slotte stond in dit verhand terecht de sergeant-majoor-administrateur van der II. Deze was door den krijgsraad veroordeeld tot 2 maan den gevangenisstraf en "verlaging tot den rang van soldaat. De advocaat-fiscaal kon zich met de opgelegde straf volkomen vereenigen en requireerde tot bevestiging van het vonnis. Beklaagdes raadsman, nar. Tonnaer pleitte vrijspraak, in ieder geval ongedaanmaking van de degradatie. De uitspraak volgt later. Bemiddeling van de gemeente De werklooze arbeiders uit den Haag, welke door het Rijk te Oldemarkt te werk waren ge steld en in staking waren gegaan, hebben zich gisteren weer bereid verklaard het werk we derom te hervatten. De gemeente 's-Gravenhage heeft zich daar op met het Rijk in verbinding gesteld om de te werkstelling te verkrijgen. WAAR KOMT IIET SCHEERMES VANDAAN? De toestand van de gewonde huishoudster Het onderzoek in de zaak van den moord op mevrouw O. aan het Bezuidenhout, wordt door do politie krachtig voortgezet. De gisteren geplaatste oproep betreffende de dame en den heer, met wie de verdachte op een bank in het Haagsche Bosch op den dag van den moord zou hebben zitten praten, heeft succes 'gehad. Beide personen hebben zich bij de politie gemeld. Uit hun verklaringen bleek, dat K. v. d. M. inderdaad eenige uren met hen had zitten praten over verschillende familie omstandigheden. Voorts heeft de verdachte medegedeeld, dat hij enkele dagen in Amsterdam is geweest. Op Koninginnedag zou hij daar met een kennis zijn uitgeweest. De politie zou het op prijs stel len, indien deze kennis zich bij de politie zou willen vervoegen om enkele nadere inlichtin gen te verstrekken. De mogelijkheid bestaat, dat het scheermes, waarmede de moord is gepleegd, door den ver dachte in Amsterdam is gekocht. Ook is het niet uitgesloten, dat hij bet van dezen of gene heeft gekregen. Het is een oud scheermes met zwaTt heft. Op bet lemmet staat het woord; Ellavas. De commissaris van politie verzoekt nu hem, die aan verdachte een zoodanig scheer mes heeft gegeven of verkocht op of kort vóór 5 September zich te willen melden. Het signalement van den verdachte is: 45 jaar oud, pl.m. 1.80 M. lang, smal gezicht, slank postuur, grijsachtig costuum. De toestand van de gewonde huishoudster is nog steeds vrij ernstig- De teraardebestelling *an het slachtoffer Op de begraafplaats Zorgvlied te Amsterdam is gisterenmiddag aan den schoot der aarde toevertrouwd het stoffelijk overschot van me vrouw E. Odem-Christiaans, die in haar wo ning aan het Bezuidenhout vermoord werd. Een honderdvijftigtal belangstellenden woonde de begrafenisplechtigheid bij. Als eerste spreker trad naar voren notaris de Booy, die jaren lang vertrouwde en Taadsman van de overledene Is geweest. Hij wees op de algemeene deelneming na dezen gruwelijken moord en herinnerde voorts aan den eenvoud van de overledene. Hierna voerde het woord de heer Diesber- gen, die namens de familie woorden van troost sprak. Nadat notaris De Booy namens de familie bedankt had voor de belangstelling, was de plechtigheid ten einde. KLEINE HOEVEELHEDEN SUBLIMAAT TOEGEDIEND Voor de Utrechtsche Rechtbank stond terecht de 29-jarige huisvrouw C. J. A. K, te Amersfoort, beklaagd van, na kalm overleg, naar man meerdere malen hoeveelheden subli maat te hebben toegediend in zijn eten en drinken in totaal ongeveer 10 gram, in por ties van 10 tot 20 milligram per dag. Verdachte verklaarde dikwijls oneenigheid met haar man te hebben gehad, daar zij baars in ziens te weinig huishoudgeld ontving. Zij kreeg 45 per maand huishoudgeld waarvan zij en haar twee kinderen moesten rondkomen. Inmiddels erkende zij op de vraag van den president er een vriend op na te houden. De man was vau de regelmatige kleine dosis sublimaat langzamerhand ziek geworden. Zijn mond was ontstoken, de tanden raakten los, op a Ju beenen kwamen blazen te voorschijn .en zijn nieren en darmen waren geheel van streek. De dokter behandelde hem, doch noem de geen oorzaak. Tenslotte kwam de man in het hospitaal terecht, waar hij zeven weken verbleef. Verd. kwam hem alle dagen bezoeken dikwijls vergezeld van den „huisvriend", die haar tot de misdaad had aangespoord. De man herstelde langzaam. Toen de man na zijn verblijf in het hospi taal weer thuis kwam, begon de vrouw weer opnieuw, haar vergiftigings-systeem toe te passen. Regelmatig kreeg de man weer kleine hoeveelheden sublimaat te slikken. Nadat zij er nog veertien dagen mee was doorgegaan^ be trapte de man haar, terwijl zij een hoeveelheid sublimaat in zijn kopje strooide. Verd. verklaarde nog snikkend, dat zij vree- selijk onder de macht stond van haar zgn. vriend. Zij mocht b.v. slechts zeer kort bij haar man in het hospitaal blijven als zij op bezoek was. Vervolgens werd als eerste getuige de echtgenoot gehoord, die juist een week gele den geheel hersteld was en weer zijn beroep als militair uitoefende. Get. verklaarde, dat er wel eens oneenig- heden tusschen hem en zijn vrouw voorkwa men. Eerst to«n hij uit 't hospitaal kwam, was argwaan bij hem opgekomen. Get. was echter zeer oplettend geworden en het resultaat van zijn waakzaamheid was, dat hij zijn vrouw op eeu middag in de keuken bezig zag terwijl zij iets in zijn kopje strooide. Onmiddellijk bad hij de zakken in de klee- MET 1400 GULDEN ER VAN DOOR De verduistering in het Savoye-hotel te Scheveningen Voor de Haagsche rechtbank stond gisteren terecht de 33-jarige A. A. N., gewezen boek houder van het Savoy-hotel te Scheveningen, die in den avond van 2 Juli j.l. er van door is gegaan met de kas van het hotel, waarin zich ruim 1400 gulden bevond. Verdachte bekende. De officier vond het feit zeer ernstig en eischte 1 jaar gevangenisstraf. President: Hoe is u toch gekomen tot deze verduistering? Verdachte: Dat weet ik niet. Het was een opwelling. President: U had een zeer goede positie. Er moet toch een reden geweest zijn. Wat hebt u met het geld gedaan? Verdachte: Ik heb hij mijn daad heelemaal niet nagedacht. Met het geld heb ik gespeeld in Brussel. De verdediger, mr. Temmink uit Voor schoten, voerde aan, dat verdachte nooit met de justitie in aanraking is geweest. Hoe hij opeens tot deze verduistering kwam, is een groot raadsel. De man weet het zelf niet. Merkwaardig is, dat hij op 2 Juli 's avonds nog rustig aan het werk was. Om 10 uur ging hij van kantoor en nam hals over kop den laatsten trein naar Brussel. Toen hij over veel geld beschikte, heeft èen speelwoede zich van hem meester gemaakt, welke hij in Brussel kon botvieren. PI. meent, dat een em au der kan dlienen ais verzachtende omstandigheid en vraagt een voorwaardelijke vero-ordeeling. De officier gevoelde daar niets voor. De uit spraak werd bepaald op 24 September. KOMT MEN WEL EENS TOT EIGENAARDIGE ONTDEKKINGEN Er was te A'dam 'n meneer in de Transvaal- straat die liefde had opgevat voor een juffrouw in de Jan Steenstraat. Deze liefde dateerde van 1921 en bleef dus voor het huidig tijdsgewricht van langen duur. Niettemin ook deze liefde bleek vergankelijk en veranderde volgens de klassieke gewoonte in haat. Toen kwam de meneer tot de ontdekking, dat de juffrouw hem sedert 1921 onder leugen achtige voorwendsels verschillende groote be dragen afhandig had weten te maken tot een totaal bedrag van niet minder dan f 15.000. De man liep nu naar de politie, om zijn vroe gere geliefde aan te klagen. Ware het niet beter zulk een handig vrouws persoon te blijven liefhebben? ARME KLEINE Trap van een paard Te Anreep (gem. Assen) kreeg het zoontje van den landbouwer R. Nymeyer, dat met zijn vader mee ging om het paard naar de weide te brengen, een slag van het paard tegen het hoofd. Het kind werd bewusteloos naar huis gedragen, waar de ontboden geneesheer ernstige hersenschudding constateerde. De toestand is zeer ernstig. ding van zijn vrouw onderzocht en er een poeder in gevonden. Toen hij van dit poedet proefde kwam hij tot de ontdekking dat &et poeder den zelfden smaak had als hij reed* hij zijn eten en drinken had bemerkt. Dadelijk had hij het poeder naar zijn dokte? gebracht. De arrestatie van de vrouw was spoedig g®* Yolgd. Hierna werden nog eenige getuigen gehoord onder wie de huisdokter, die mededeelde, dat ie toestand van den man zeer ernstig geweest '3 en dat zijn herstel verbazingwekkend mag ®e0' ten. Ook achtte de dokter de mogelijkheid nle uitgesloten dat tengevolge van deze vergi£tl' ging de man zeer vatbaar is geworden voo andere ziekten, met name een nierkwaal. Mr. Fabius, requisitoir nemend, merkte oP dat het plan om haar man te vermoorde-1» reeds in December door verd. is gemaakt. Verd. heeft zich schuldig gemaakt aan ®e voortgezette misdrijf van poging tot moord me voorbedachten rade. Een verzwarende omstandigheid is zeer zeke- dat het slachtoffer haar eigen echtgenoot w®9' Zij heeft het vergif geheel uit eigen beweS*D® toegediend. Dat verd. in die weken zeer ove spannen was, kan spr. niet indenken. Ia lia' hechtenis heeft verd. er echter blijk van Se° ven dat zij zich van het geval niet al te aantrok. Spr. eischte tenslotte een gevang®® straf van zes jaar. Mr. Pit, die als verdachte's verdediger °'<f trad, betoogde dat wel bewezen was de pog11 tot doodslag, doch niet de poging tot nio<n zooals haar was ten laste gelegd. Hier was *a kalm beraad en een vooraf opgezet plan g€ sprake. Verd. verkeerde in een zeer overspa nen toestand en stond bovendien onder intl° van haar vriend, die haar geheel in zijn had. Ook haar echtgenoot verklaarde dat M van overtuigd was, dat zijn vrouw onder 1 vloed van iemand anders had gestaan. PI. vindt zes jaar gevangenisstraf veel hoog, als men de omstandigheden in aan'®® king neemt. Tenslotte wijst pi. op den ?oCl afloop van het geval. De man is weer volkom1 hersteld. Spr. roept de clementie van de rechtbank De rechtbank bepaalde de uitspraak OP September. Hevig snikkend en gillend werd vrouw weggeleid. De vriend zal afzonderlijk wegens aanzet tot moord worden vervolgd. vallen en bezeeren zich dikwijls en het wiegekind heeft vaak last van roode of gesmette huid. D" verzacht en geneest men met S'.ïSvW'WWi V GENEZING ELKE plek HUID Doozen 30-60 en 90 ct. Tube 80 c<" Bij Apoth. en Drogisten De verdachten up vrfje voeten Het Gerechtshof te 's Gravenhage heef' teren bevestigd de beschikking van de ?a sche rechtbank, waarbij de gevangenhouding bevolen van F. v. d. K., tuinier en D- 8. smid, beiden te Monster, die waren ge®1 teerd als verdacht van oplichting in ver met grondaankoop aldaar. ^0 Het Hof heeft echter de uitvoering va® beschikking der rechtbank geschorst, door de verdachte op vrije voeten worde® steld, evenwel onder betaling van r®n resp. van 7000, en van 10.000. A. HILLEN'S SIGARENFABRIEK!- De heer Hioolen neemt ontslag Naar wij vernemen heeft de heer Hil'P te directeur van A. Hilen's Sigarenfabriek® Delft, zijn ontslag als zoodanig aaug',N0ne en zal over die aanvrage in de eerstv®81(st, aandeelhoudersvergadering worden b*'1jee* I'ntusschen hebben commissarissen den Hioolen verzocht zich tot dien niet mee^e^ de zaken te bemoeien, waarin de betro heeft toegestemd. Groote brand te Alkmrai Maandagmiddag om half 1 ontstom het overkoken van een mengsel verf joUt* ber, brand in een der gebouwen van te ziederij van den heer D. Bosman jui'S®' Alkmaar. De politie, die met 'n blusclia r.'ra,,d spoedig verscheen, slaagde er niet in df.U-i®eer^ te blusschen. De brandweer werd geal-5 en gaf om kwart voor 1 volop wateT, stralen, waardoor de brand tot het waarin hij was uitgebroken, beperkt 1 Verzekering dekt de schade. ERNSTIG MOTORONGELUK. Twee ernstig gewonden ndnê" Op den Rijksweg te Baarlo had -» 0f avond een botsing plaats tusschen twee rijwielen. De beide motorrijders, de te Tiel gedetacheerde militairen Builtenbeek v-ef' en Uberbach uit Helder, werden erïiS®> veöio wond en moesten naar het ziekenhuis worden overgebracht. De toestand v® noemde, die een schedelbreuk had dW was Dinsdagmorgen nog ernstig. .^pe®» verwondingen aan het hoofd is buiten gevaar.

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Nieuwe Schiedamsche Courant | 1929 | | pagina 6