DAMRUBRIEK.
MODEPRAATJES
MAANDAG 30 SEPTEMBER 1929
!#ür
FAILLISSEMENTEN.
SCHAAKRUBRIEK.
27 bad wel damslag opgeleverd door 2721
(zw. 17 26 gedw.), 3732 en 33 2, maar de
dam werd door 38 en 9 18 voor een schijf
genomen zonder dat aan wit eenlg voordeel
overbleef; zelfs had deze een schijf kunnen ver
liezen door aan den damslag 2520 40 20 en
3530 vooraf te doen gaan, want de dam werd
niettemin door 1924 en 35 24 voor een schijf
genomen.
17.
46—41
4— 9
18.
43—38
2— 7
19
37—32
7—12
20.
49—43
17—21
21.
33—28
14—20
22.
25 14
9 20
23.
41—37
21—26
24.
47—42
3025 om tot 1014 te noodzaken, had dan
toch ook tevens do rechterzijde van wit vast
gelegd.
24. 20—25
25. 3833! 25 34
26. 40 20 15 24
27. 42—38
Stand zwart: 3, 5, <1, X. 1 |U, 18,3, 23/4 en 26.
Wit: 27/8, 31/3, 35/3, it i en 48.
27. 10—14
Vele spelers, die minder zeker van zich zelf
de gewoonte hebben om bij voorkomen Helst
maar af te ruilen, zouden op 1217? met 3530?,
3329, 39 30, 2721 en 32 14 geantwoord
hebben zonder eenige winst voor wit, terwijl er
dan toch stellig een schijf te winnen viel op
de volgende wijze:
27—21, 32 12, 12 14, 36 47,
Indien ,12—17? 16 27, 23 41, 26 37, 10 19,
33—28, 39—33, 35—30, 33 24, 38—32,
24—29a, 19—24b, 24 35, 13—18c, 18—22d,
32 41, 4339 en 4842 een schijf winnende.
22 33, 33—38.
a. Wit wint een schijf, op 1318 door 38—32,
gevolgd op 1822 door 32 41 en 39 28; en op
18—23 door 32 41, 48—42 en 42—38.
b. Op 2934? wordt door 4439 o£ 40 minstens
een schüf gewonnen.
c. Winst van een schijf, op 1117, 1722,
22 33 en 33—38 door 38—32, 32 41, 43—39 en
4842en op eiken anderen zet door 38 32
d. Op 18—23 wint 32 41, 48—42! en 42—38
een schijf.
28. 4440
Speelbaar had wit slechts 44 en 45; 4842
zou hinderlijk geworden zijn.
28. 5—10
Op 1117, voornemens om met 1721 den
driehoek te bezetten, had wit zich door 2721
of 22 en 31 11 vrij kunnen maken, waardoor
tevens de rechterzijde van zwart zwakker werd.
Op 12—17 zou 27—21, 32 12, 12 23, 36 47
gevolgd zijn door 812 zonder schijf verlies en
niet door 510? waarop wit met 47—42 schijf
37 won, want liep deze door naar 41, dan volgde
2217, 4237, 38 29 met drie schijven winst.
29. 39—34
Bereidt een hinderlaog voor, maar 4440 was
anders wei te verkiezen.
29. 14—20?
Loopt in den tamelijk verborgen, niettemin
wel gekenden valstrik. De juiste zet was 2429
en 19 39 gevolgd, op 28 19 en 43 34 door
14 23, 2329 en 18 29, en op 43 34, door
23—29 en 18 29.
30. 27—22! 18 27
31. 32 21 23 41
32. 36 47 16 36
33. 47—41 36 17
34. 33—32 47 29
35. 34 5 12—18
Dreigt de dam voor twee schijven te nemen
door 1823, 1117 en 6 17 en daardoor met
een schijf in de meerderheid te komen.
36. 32—27!
Gedwongen om dadelijk verlies van de dam
te voorkomen. Indien 3228, dan was van zwart
812! gevolgd en wit zou genoopt geweest zijn
om schijf 28 op te offeren teneinde te voorko
men, dat de dam door 1319 en 18 29 voor een
schijf afgeruild werd met winst van de partij.
36. 20—25
37. 40—34!
In geval van 546 nam zwart de dam door
1823 en 25 34, waarbij zes schijven tegen
zes overbleven.
Op 510 ging de dam verloren door IS—22
en 3:5, mitsgaders de partij.
37. 11—17!
Dwingt tot overgaaf van de dam.
38. 5— 41 13—19
39. 41 5 18—23
40. 5 11 6 17
Overblijvende met zes schijven tegen zes,
werd de dam zonder offer gevangen, echter be
houdt wit een klein voordeel in den stand, doch
theoretisch onvoldoende om te winnen.
41. 43—39
Ook 4338 en 4842 had gespeeld kunnen
worden om zoo mogelijk met 3429 en 38 29
af te ruilen en daarna 45 in het spel te bren
gen, terwijl de zwarte schijf 25 bewegingloos
bleef.
41. 8—13
Om hetzij door 38 of 1319 het veroveren
van een schijf door wit 4843, 3430 en 39 19
te keeren.
42. 39—33
Stand wit: 27, 33, 34, 35, 45, 48.
Zwart: 3, 13, 17, 24, 25, 26.
42 .13—18
13-19 leidde eveneens tot remise.
43. 33—28!
Indien 2721? verlies door zwart 2530 en
30 19.
43. -> 3—8
44. 4842 18—22"
Dit schijfoffer leidt fot remise. 8—12 of 13
gaf ook remise.
45. 27 18 17—21!
46. 28—23
"Voorzeker het beste.
46. 26—31!
47. 35—30
Offert de gekregen schijf op om door te gaan
naar dam, maar winst geeft zulks niet.
47. 25 35
48. 23—19 21—26!
49. 18—13 35—40
Haast zich niet om dam te haien, maar stelt
zich tevreden met afruilen, waardoor het aantal
schijven vermindert en tegenslag zooveel doen
lijk voorkomen wordt.
50. 13 2 40 29
El. 42—38 31—36
52. 2— 7 36—41
53. 7 34 41—47
54. 38—32 26—31!
Om twee dammen te vn-V: rijgen.
55. 32—28 31—37
56. 19—14 37—41
57. 34—23 47—15
68. 14— 9 41—47
59. 9— 4
Remise met voordcel voor wit \an vier tegen
drie stukken.
Deze partij, gespeeld tusschen twee uitmun
tende kringen van damspelers, ls grondige stu
die overwaard.
De opening werd van weerszijden bekwaam
ingeleid en leverde gelijk spel op tot aan den
2Oston zet, waar zwart de fout beging van gele
genheid te geven tot een mooien damslag, welke,
ofschoon verborgen, gemakkelijk te mijden ge
weest was, want de Hollandsche meesters ken
nen dezen slag ongetwijfeld.
No. 84. (29 September 1929.)
Alle correspondentie te richten aan den dam-
redacteur dezer courant.
PROBLEEM No. 190.
W. J. v. d. Voort, Nieuw-Vennep.
Zwart.
Wit.
Zwart: 2, 8, 13/4, 19, 29, 33, 35, dam op 26.
Wit: 15, 17, 21/2, 28, 30, 32, 39, 40, 44 en 48.
PROBLEEM No. 191.
W. J. v. d. Voort, Nieuw-Vennep.
Zwart
Wit
Zwart: 7/9, 13/5, 17, 21, 30, 35 en 45.
Wit: 23/4, 28/9, 31/3, 37, 39, 44 en 50.
PROBLEEM No. 192.
W. J. v. d. Voort, Nieuw-Vennep.
Zwart
Wit.
Zwart: 3, 5, 8, 11, 13, 16/9, 22, 25 en 45,
Wit: 27, 30/4, 37/8, 40, 44, 48/9.
PROBLEEM No. 193.
W. J. v. d. Voort, Nieuw-Vennep.
Zwart
Wit
Zwart: 4, 8/9, 11, 13, 15, 17/22, 27 en 35.
Wit: 24, 29, 32, 36/9, 42/5 en 48/50.
Partij gespeeld bij correspondentie tusschen de
vereeniglng „Damier Lyonnais" te Lyon (wit),
en de Damvereeniging „Constant", te Rotterdam
(zwart.
1. 34—30 18—23
2025 verdiende de voo-rkeur, want wit moest
dan opsluiten met 39 of 4034 en lastig vervolg,
of wel laten slaan, hetgeen zijn rechtervleugel
misvormen zou.
2. 30—25 12—18
Had zwart 2024 gespeeld, dan kon wit
antwoorden met 3228 en 37 28 om het midden
t® bezetten en tijdelijk den driehoek, gevormd
door 25 en 19, in bedwang te houden.
3. 4034 7—12
4. 44—40 1—7
5. 6044 20—24
6. 32—28! t
Goede ruil. Wit bezet heit middenvak 28, tevens
zwart daar verdrijvende en verhindert dezen
bovendien om met 1420 en 9 20 af te ruilen.
6. 23 i 82
7. 37 28! 18—23
8. 42—37
Op 3832? zou zwart twee schijven ver
meesteren door 2329, 1722, 19 16 en 11 22
of 12 21.
8. 23 3?
0. 37 i 28 Ï3—18
10. 34—80
Neemt den goeden drlehóekatand.
10. 18—23
11. 30—32 17—21
12. 32—27 21 821
13. 28 37 18
14. 31—27 11—17
7127 had tot wit 2722! geleld, daarna
2520 en 40 i 7.
15. 36—Dl 7—11
16. 41—<3 9—18
Het veroveren van de dam heeft tto een be
langwekkend eindspel geleid en zwart slaagde
er in door het offeren van een schijf een mooie
remise te behalen.
A PERNET.
OPLOSSINGEN,
Probleem No. 184 (J. VARDON).
ZwarL: 7, 12/3, 17/8, 24, 31, 34/6 en 40.
Wit: 28, 32/3, 38, 41/3, 45, 47 en 50.
Wit 42—37, 41—37, 32—27, 4741, 38—32,
43—39, 50 8 en 45 1.
Probleem No. 185 (J. VAKDON).
Zwart: 3, 8, 10, 11, 13/5, 18/9 en 26.
Wit: 22, 29, 32, 34, 37/9, 44, 47/8.
Wit 32—28, 38—32, 37—31, 47—41, 44—40,
29 20, 39—33 en 34 5.
Probleem No. 186 (M. PUTUOD).
Zwart: 7, 9, 12/3, 17.9, 23/4 en 29,
Wit: 21, 30, 32, 35, 36, 39, 43, 47/9.
Wit 30—25, 32—28," 36—31, 48—42, 39—34
en 25 8.
Goede oplossingen ontvangen van: J. Boelens,
Nieu wes-.hans tNo. 180/3)J. v. d. Hulst, L. Turk
en H. S P. Vrijburg, allen te Oud-Ade; W. J.
v d. Voort, Nieuw-Vennep: Joh. LodewiJkx, C.
v'. d. S„ D. R„ J. P. H„ H. H. W. Borghardt,;
allen Rotterdam.
Het is een witte handschoen met leerincrusta-
ties van blauwe en roode pastilles versierd. Da
andere handschoen is van zwart glacé met om
geslagen manchet, waarop een garneering van
wit chevreau met borduursels in zwarte zij.
Van de twee taschjes is een van zwarte en
witte strooken van jersey-de-soie, versierd met
borduursteken in zilver. Het andere model 13
een rij rechte plaatjes van beige galalithe, ge
vat in een kader van rood leer. De sluiting
i8 een ring van beige galalithe.
DE SCHEEPVAARTHEWKGING IN DE
AFGELOOPEN WEER.
Gedurende de afgeloopen week zijn vOlpA
onze statistiek den Nieuwen Waterweg binne*-'
gekomen 304 schepen, waarvan 0 zeilschepen en
9 zeelichters. Hiervan waren bestemd voor Rot
terdam, met inbegrip van Hoek van Holland, 276
schepen, m. 438,540 n. reg. tons, voor Vlaardingen
16, Schiedam 8, Pernis 1 andere Nederl. plaatsen
5 en Duitsehland 0.
Voor Poortershaven waren bestemd 2 stoom
schepen, terwijl 11 schepen den Waterweg zijn
binnengekomen om te bunkeren.
Gedurende hetzelfde tijdvak van 1928 kwamen
den Nieuwen Waterweg binnen 290 scheien
waarvan zeilschip en 0 zeelichters. Hiervan
waren bestemd voor Rotterdam met inbegrip van
Hoek van Holland 260 schepen voor V laar dingen
12, Schiedam 9, Pernis L andere Nederl. plaatsen
7 en Duitsehland 1.
Sedert 1 Januari zijn aangekomen
Schepen Netto Keg. ton
N. Waterweg 1929 10,498 17.868.2S2
1928 10,468 17.481.431
Nu 30 386.851
Tegen vorige week 16 384.035
Rotterdam 1929 9469 16.166.797
1928 9339 15.910.501
Na +130 256.699
Tege vorigen week +113 237,958
Bunkerbooten zijn ln deze statistiek
inbegrepen.
Opgestoomd 5 schepen met 10,975 netto ton*
EERVOLLE VERMELDINGEN.
9de Probleemtornooi „Skakbladet 1929".
Afd. tweezetten.
Gespeeld in 't Dultsoh meestertornooi te
Duisburg 1929.
PROBLEEMOPLOSSINGEN. r
No. 4201. 1. Le5—f6 enz.
No. 4202. 1. Dg8e6 enz.
No 4203. 1. Db7b5 dreiging; 2. Db5et enz.
1. Kd5 (Ld5), Ke6 (Lh7), Lc4; 2. f4, De8f,
Dc4: enz.
GOEDE OPLOSSINGEN.
H. v. Gaaien, Rotterdam alle; J. L. v. Grieken,
Botterdam alle; Jef. Hetmer, Heerlen, no. 4201
en 4202; J. Marcells, Rotterdam idem; H. Smeets
en J. v. Geldirop, Roermond idem; H. Verheggen,
Roermond idem; P. J. H. Willems, Schiedam,
Idem; W. H Haring Kethel no. 4201; D. T. v.
Niekerk, Rijzenburg idem.
CORRESPONDENTIE.
V. P te Z. In no. 4201 wordt 1 Lb2
weerlegd door 1Te6.
D. v. N. te R. 1. Als U in no. 4202 speelt
1. Ld7 dan plaatst U den w, koning in het schaak
van Dd5.
E. v. P. te Z. Indien 1. d3f in no. 4202,
dan Td3: en wit kan niet voortzetten met
2. Ld3: daar deze looper gepend is door Dd5.
J. M. te R„ D. v. N te R. en H V. te R. 1.
Df3 faalt In no. 4203 door 1. Lh7: en 1. f3
door 1Ke6, Indien 2. c4, dan 2Pc7.
UITSLAGEN VAN PROBLEEMTORN OOIEN.
3de halfjaarltjksch tornooi „The Sport Re
feree 1929".
lste prijs: J. A. Schiffmann, Roemenië.
2de prijs: J. J. Rietveld, Kesteren.
3de prijs: B. G. Fegan, Nieuw-Zuid-Wales.
4de prijs: P. A. Koetsheid, Rotterdam.
PROBLEEM No. 4211.
P. A KOETSHEID, Rotterdam.
IVde prijs tornooi als voren.
Mat in twee zetten.
lste eerv. verm.: P. A Koetsheid, Rotterdam.
2de eerv. verm.: Tan Hein Yan, Java.
3de eerv. verm.: S. S. Lewmann, Rusland.
4de eerv. verm.: J. J. Rietveld, Kesteren.
5de eerv. verm.: H. Beechey, N. Zuid-Wales.
6de eerv. verm.: G. Crlstoforatoo, Roemenië.
Afd. driezetten.
lste prijs.: D. G. Lauritzen.
2e prijs: K. A L. Kubbel.
3de pirijs: II. V. Tuxen.
4de prijs: E. Palkoska.
lste eerv. verm.: A Akerblom.
2de eerv. verm.: A. Akerblom.
3de eerv. verm.: R. Hannemann.
PROBLEEM No. 4212.
P. A KOETSHEID, Rotterdam,
lsrte eerv. verm. tornooi als voren.
Mat in twee zetten.
lste prijs: R. Hannemann.
2de prijs: J. P. Latzel.
3de prijs: R. A. K. Larsen.
4de prijs: K. A. L Kubbel.
lste eerv. verm.: S, Leites.
2de eerv. verm.: Arthur Madsen.
3de eerv. verm.: A. P. Gulaen.
4de eerv. verm.: A N. Lebêdeff.
5de eerv. verm.: A E. Fossum.
PARTIJ No. 927.
Dame-pion-opening.
Zwart: W. Orbach.
1. d2d4
Pg8—f«
2. Pgl—f3
e7e6
3. e2e3
d7—d5
5. Lfld3
Pb8d7
5. Pbld2
ö7—c6
c7c5 is energieker
6. 0—0
Lf8—e7
7. Ddle2
Dd8c7
8. e3e4
d5Xe4
9. Pd2Xe4
Pf6Xe4
10. Ld3Xel
0—0
11. Pf3e5
Pd7Xe5
c6c5; 12. Lf4:
12. d4X©5
f7—f5
13. Le4d3
Wit wil de zwarte stukken niet door ef be
vrijden.
13Lc8d7
14. f2—f4 Kg8h8
15. Tfl—f3 a7—a6
16. Lele3 c6c5
17. Tf3h3 g7g6
18. c2c4 Tf8—bS
Niet Tab8 waarmede hij na 19, a4 door b7,
b5 kan voortgaan.
19. Le3d2 Tb8g8
b7b5 is niet juist bevredigend. Men onder-
zoeke bijv. 19.... b5; 20 Lc3, bc?; 21 Lf5: en
wint.
2-0. Ld2c3 Tg8g7
21. g2—g4 Ld7—c6
22. g4—g5 b7b6
De witte stelling heeft ver de meerderheid.
Zwart kan zich niet roeren en moet afwachten
tot de tegensitamder ln alle gemoeds-ist zijn
stukken laat optrekken om daarna er op los te
hakken.
23. Th3—g3 Lc6—b7
24. h2—h4 Kh8—g8
25. Kgl—f2 Kg8—f7
26. h4—ih5 Tg7g8
27. Tg3—h3 Dc7c6
28. Tal—gl Ta8d8
29. Tgl—g3 Tg8h8
30. Kf2—el Dc6c8
31. De2h2 Td8g8
32. Th3—h4 Kf7—g7
33 Tg3—h3 Dc8—a8
34. h5Xg6 h7Xgü
H. NIELSEN,
lste prijs „Nya Dagligt Allehandas 1928".
Mat in drie zetten.
Nu volgt een fraai slot.
35. Ld3Xf'5! Th8Xb4
Niet gf wegens 36 Th7f, Th7:; 37 Th7:j\ Kf8;
8 Dh6f, Ke8; 39 De6:.
36. Th3Xh4 Lb7—f3
37. Th4h7f Kg7—f8
38. Dh2—h6f Kf8—e8
39 Lf5Xg6f TgSXgS
40. Th7—h8f Ke8—f7
41. Dh6h7f Opgegeven.
(Aanteekeningen M. Bin ln de
Deutsche Schachzeltung.)
Wit: K. Richter.
PROBLEEM No. 4214.
D. G. LAURITZEN.
lste prijs, 9de probleemtornooi
Shakbladet 1929,
Mat ln drie zetten.
Stand na den 34sten zet van zwart.
PROBLEEM No. 4215.
[j. OPLOSSINGEN OVER DRIE WEKEN.
ÏJeee worden bij ons Ingewacht tot Dinsdag
October.
FAILLISSEMENTSSTATISTIEK
In de week van 28 tot 28 September werden lri
Nederland uitgesproken 55 faillissementen.
Harmonie, en nog eens harmonie in alle dee-
len en toebehooren van ons toilet, is, wij heb
ben er meermalen op gewezen, het groote stre
ven van den laatsten tijd. Schoenen, handschoe
nen, tasch en hoed moeten zich bij het costuura
aansluiten. Nü ensembles uit tweed bijv. zulk-
een furore maken, kieze men bij zulk een en
semble hoed en tasch. uit dezelfde stof.
Wat de garneering van die taschjes betreft,
men ziet het meest een lijn versiering met grova
zij geborduurd. Voor den namiddag geeft men
voorkeur aan modellen van zwart daim met een
sluiting van marcassite, 's avonds aan allerlei
modellen van zachte tinten, licht gevlamd met
een sluiting en ketting van metaal.
De handschoenen zijn vrij sober van model
en garneering. Als eenige garneering past men
graag versieringen van leer toe: applicaties, in
crustaties, uitgepunte afzettingen enz. De korte
modellen worden vaak gedragen met een man
chet, die kan worden omgeslagen. Maar ook
de lange handschoen komt weer meer op den
voorgrond. Op onderstaande teekeuing vindt
men een model weergegeven.
PROBLEEM No. 4213.
H. HANNEMANN.
Eerste prijs, 9de probleemtornooi
Shakbladet 1929.
Mat in twee zetten.
Redacteur: P. A KOETSHEID.
Beukelsweg 51b. Rotterdam..
.Verzoeke alle mededeelingen aan bovenstaand
Alras te richten.
VERZOEKE OP DE ADRESVERANDE
RING TE LETTEN.
PROBLEEM No..4210.
J. A SCHIFFMANN.
u late prijs 3de halfjaarlijksch probleemtornooi
„The Sports Referee 1929".
Mat in twee zetten.