DE OVERHEID EN DE MIDDENSTAND INSCHR1J VINGS LIJST FEUILLETON Een positieve en negatieve taak DE VALSCHE MUNTER. DINSDAG 22 OCTOBER 1929 De Radio-omroep DE TAAK DER ORGANISATIES IS HET: DE POLITIEKE RIJPWORDING NAAR VERMOGEN TE BEVORDEREN. Het resultaat der ongebonden vrijheid van concurrentie DE KON. NED. MIDDENSTANDS BOND. VAN HASSELT CONTRA BRENNINKMEYER. HAARLEMSCHE DIOCESANE SYNODE. VOOR HET NEDERLANDSCH COLLEGE TE ROME. ',De gouden keten, die Rome e Nederland bindt, zal door he Nederlandsch priester-college Rome in glans en hechthe nog toenemen" Paus Pius XI in Zijn toesptoa tot de Nat. Nederl. Bedevo.aT' POSTVLUCHTEN NAAR INDIë. io.-- 2.-- 2.5" io.-" 8.-" 5.-- 2.5" io.-- 10< 2.5" Totaal 22.652-® NEDERLANDSCH TEHUIS VOOR ZEE LIEDEN TE GENUA. Onder veel belangstelling had Zondagnari Dat is even onmogelijk! wierp mevrouw j VERDEELING VAN DEN ZENDTIJD ZELFREGELING VAN HET BEDRIJF Het voortbestaan eener breodc groep zelfstandigen is van belang voor de gansche volksgemeenschap Schier telkenmale, als wij spraken of schre ven over bovenstaand onderwerp, betoogden W3 met nadruk, dat de middenstander, in den uitermate moeilijken bestaansstrijd van onze dagen, allereerst en in overwegende mate aan gewezen blijft op eigen persoonlijk kennen en kunnen, aangevuld nochtans en gesterkt door organisatorische samenwerking met vak- en standgenooten. Daarom zou de middenstander verkeerd han delen, indien hij zooals nog wel eens ge beurt bij iedere ernstige moeilijkheid, waar voor de snelle ontwikkeling van het sociaal- economisch leven hem stelt, een beroep zou doen op de tusschenkomst van de burgerlijke overheid. Dit al te sterke en al te dikwijls aanleunen tegen de burgerlijke overheid, zou zich nood zakelijk wreken aan zijn toekomst, temeer wijl de betrokkenen daardoor gebracht worden tot een niet-benutten van de middelen, waarover zij beschikken, om zelf en uit eigen kracht te arbeiden aan de versteviging hunner economi sche en maatschappelijke positie. Wil dit zeggen, dat de overheid in 't geheel geen taak heeft te vervullen ten overstaan van den middenstand? Allerminst! De huidige ergerlijke misstanden in het be drijfsleven zijn het natuurlijke resultaat der ongebonden vrijheid van concurrentie. Daarom wil het program der Katholieke Staatspartij geleidelijk komen tot een zelfrege ling van het bedrijfsleven door de bedrijfsge- nooten zelf, onder toezicht nochtans van de overheid, die te waken heeft voor het gemeene welzijn des volks en voor de rechten en be langen van de minderheden in iedere bedrijfs groep. De hier bedoelde zelfregeling echter van het bedrijfsleven onderstelt, dat de diverse betref fende bedrijfsgroepen de daartoe noodige be voegdheid erlangen van de burgerlijke over heid. En nu teil het ons voorkomen, dat reeds thans "bepaalde bedrijfsgroepen kunnen worden aangewezendie in staat zijn, onder de voren- gestelde voorwaarden, de regeling van het be drijfsleven voor bepaalde aangelegenheden zelf- ftandig ter hand te nemen. En dat bijgevolg de overheid geroepen is, met omzichtigheid de eerste stappen te doen iri die richting. Daarbij zal, althans met betrekking tot den middenstand -— blijken, dat die zelfregeling nu eens landelijk dan weer gemeentelijk moet geschieden. En waar de belangen van het arbeidende per soneel bij de te treffen regeling zijn betrokken, zal deze uiteraard in gemeen overleg met deze laatsten dienen tot stand te komen. Een andere gedetailleerde uitwerking van deze gedachte Iaat ik hier kortheidshalve achter wege. Alleen moge ik er nog op wijzen, dat de hier gegeven opvatting niet alleen wordt aangehan gen in „katholieke middenstandskringen, maar evenzeer in die van christelijken huize wordt gehuldigd, en dat sedert den laatsten tijd ook in het neutrale middenstandskamp stemmen van leidende personen zijn opgegaan, die ten deele in dezelfde richting wijzen. Maar is deze zelfde gedachte ook rijp voor politieke verwezenlijking? Het lijkt mij de taak der middenstandsorgani saties, die politieke rijpwording naar vermo gen te bevorderen. lijn van haar natuurlijke taak zich tienmaal dienen te bedenken alvorens maatregelen te treffen of stappen te doen, waardoor het be staan van een deel dier zelfstandige klasse wordt bemoeilijkt of onmogelijk gemaakt. En zou diezelfde overheid aansturend op wat zij acht te zijn een zaak van „algemeen be lang" telkenmale ernstig en terdege moeten zinnen op maatregelen en middelen, die met behoud der economische zelfstandigheid van de betrokken ondernemers en door overleg en samenwerking met dezen, het beoogde doel evengoed, zoo niet beter, bereikbaar maken. Of dit in werkelijkheid geschieden kan? De ervaring geeft op deze vraag een bevesti gend antwoord. En 't is bekend, dat wat in de eene gemeente direct of indirect door de overheid zelf wordt ter hand genomen in ongelijke concurrentie met een bepaalde groep 'van zelfstandigen, elders in loyale samenwerking met dezen, op uitnemende wijze en met gunstig gevolg blijkt ten uitvoer te worden gelegd. Maar 't. is, alsof de meerderheid van menig vooral gemeentelijk overheidscollege, goeddeels onverschillig staat tegenover de belangen der kleine ondernemers, althans daarop weinig acht geeft en ze in den regel „en bagatelle behandelt. Het advies van den Radio-raad definitief vastgesteld Uit Den Haag wordt aan het „Volk" gemeld: „In ambtelijke kringen alhier, gaat het ge rucht, dat in de Donderdag gehouden vergade ring van den Radioraad het definitief advies aan den minister is vastgesteld. Dit advies zou een grondslag bevatten voor een billijke verdee ling van den zendtijd. De inhoud van dit ad vies zou bereids den verschillenden omroepver- eeniging en vertrouwelijk zijn medegedeeld; deze vereenigingen zouden zijn uitgenoodigd tot een gemeenschappelijke vergadering met de zendtijdcommissie uit den Radioraad op Donderdag 24 October in Den Haag. Volgens dit gerucht, bevat dit door den Radioraad uit gewerkte schema een gemeenschappelijk alge meen programma wan zeer kleinen omvang, dat door de verschillende omroepvereenigingen gezamenlijk zou moeten worden verzorgd. EEN AFGEBROKEN PROTESTREDE Weer een incident Zondagavond heeft de heer Vogt voor den A.V.R.O.-zender zijn getrouwen in het geweer geroepen, in verband met het advies dat de Radio-raad thans gereed heeft over de verdee ling van den zendtijd. Dit plan is onder geheim houding aan de omroepvereenigingen medege deeld en zal in een Donderdag te houden ver- 't Komt mij voor, dat in die colleges opzich-1 gadering door haar worden besproken. Niette- tens den middenstand vaak wordt aangetrof fen een mentaliteit, die een zekere minachting verraadt, althans een voelbaar gemis aan ach ting voor de maatschappelijke waarde en be- teekenis van een breed ontwikkeld kleinbe drijf. Zoo kreeg ik, nog slechts weinig dagen ge leden, onder de oogen een rekwest, dat door de gezamenlijke middenstandsorganisaties van een vrij groote plaats was gericht aan het gemeen tebestuur en waarin feiten en gedragingen werden gememoreerd, die, al zouden ze slechts voor de helft onaanvechtbaar blijken, een ge zindheid opzichtens den middenstand verraden, die inderdaad betreurenswaardig moeten wor den genoemd. Moge in die mentaliteit een spoedige en radicale verandering intreden! Dr. J. VAN BEURDEN, Geestelijk Adviseur van de Hanze in het Bisdom 's Bosch. VERGADERING VAN DE BEIDE GROEPSBESTUREN Het uitverkoop-wezen Oneerlijke concurrentie Het valt niet te betwisten, dat heel bijzonder do gemeentelijke, en soms ook de provinciale overheid er ongemeen gemakkelijk toe komt, -het terrein van het particuliere bedrijfsleven te betreden, om daar een vinnigen en doorgaans ongelijken concurrentiestrijd aan te gaan tegen den kleinen zelfstandigen ondernemer. Toch is het voortbestaan eener breede en sterke groep zelfstandigen, van eminent belang voor de gansche volksgemeenschap, wier wel zijn de overheid heeft te behartigen en te be vorderen. Daarom zou die overheid handelend in de In een onder leiding van den algemeenen voorzitter, den heer Ed. G. Schürmann, te 's Gravenhage gehouden vergadering der beide groepsbesturen van den Kon. Ned. Midden standsbond zijn geïnstalleerd als lid van groepsbestuur A, de heer A. Spaander, Hoorn (vacature Joh. A. van Os) en als lid van groeps bestuur B de heer B. W. Grootendorst, Gouda (vaeature Ch. H. Th. Schmalz). In het algemeen bestuur werd in de vacature P. Lips van groep B gekozen de heer R. O. Bottinga Utrecht, voorzitter, van den Bond van Piano en Orgelhandelaren. Ais leden van het algemeen bestuur werden voorts herkozen voor groepsbestuur A de heer H. J. Peletier Leeuwar den en voor groepsbestuur B de heer L. de Groot Rotterdam. Laatstgenoemde werd tevens als voorzitter van groepsbestuni B herkozen. Teneinde te confereeren met de commissie uit de Ned. Mij. voor Nijverheid en Handel over het „afbetalingssysteem" werden aangewezen de heeren J. J. Korff. H. .1 Peletier en R. O. Bottinga. Om aan het Bondsbestuur rapport uit te brengen over de vraag of riet uitverkoopwezen hier te lande al of niet wettelijk geregeld dient te worden en tevens op welke wijze de straf baarstelling van het plegen van „oneerlijke con currentie" verscherpt kan worden, werd een commissie samengesteld, waarin werden be noemd als lid en voorzitte- de beer mr. M. J. Wolff Arnhem en ais leden de heeren S. K. Citroen den Haag, R. J. Koopmeiners Rotter dam, J. A. Neuyen Amsterdam en C. J. de Vrie- ze Winschoten. V oorts werd een commissie samengesteld in gevolge de in de algemeene vergadering te Enschede aangenomen motle-Oitroen (verplicht lidmaatschap van stands- en vakorganisatie), waarin'benoemd werden als lid en voorzitter de heer H. F. van Baaren Enschede, en als leden de heeren W. C. van As Sommeisdijk en S. K. Citroen den Haag. min meent de directeur van de A.V.R.O. te moeten mededeelen, dat de V.A.R.A., want dit was in dezen de doodsvijand, vrijwel al haar wenschen zag ingewilligd en dat uitvoering van de voorgestelde regeling voor de A.V.R.O niet minder dan de strop beteekende. Daartegen moest worden geprotesteerd en hiervoor werden de luisteraars te wapen geroe pen. Gisterenavond herhaalde de heer Volgt dit protest tegen het dreigend „onrecht". De V.A.R.A. had Intusschen, naar hij mede deelde, bij den minister op haar beurt geprotes teerd tegen zijn optreden en verzocht niet toe te staan, dat dit zou worden herhaald. Waarschijnlijk als gevolg van dit verzoek heeft men bij de P. T. T. gisterenavond Hilver sum gecontroleerd en blijkbaar de gegrondheid van de klacht der socialistische omroepveree- niging ingezien. Althans op een gegeven moment zweeg de stem des heeren Vogt midden in een zin en verbrak niets dan het lichte gekraak van lucht storingen de stilte. Na eenige minuten wachten kwam de omroe per mededeelen dat op last van den directeur- generaal der P. T. T. de rede was afgebroken en Nico Treep en zijn mannen vervolgden hun concert Een nieuw betreurenswaardig incident is ge schapen, een incident dat ons inziens behoorde te zijn voorkomen. Laten wij hopen, dat de gemoederen er Don derdag niet dermate door verhit zullen zijn, dat van redelijk overleg geen sprake meer kan wezen. belang van den definitieven radio- In het vrede. UIT DE KLANKFILMINDUSTRIE De patentenstrijd Op verzoek van de Tobis Maatschappij heeft het Landgericht in Berlijn voorloopig beslist, dat het opnemen van geluidsfilmen, zooals dit tot dusver door de Fox Mij. met „Aeo" licht geschiedde, verboden wordt. De Tobis heeft voorts een definitieve aanklacht tegen Fox- movietone opnamen ingediend. Warner Bros hebben toegestemd, dat de Singing Fool dp Tobis apparaten vertoond mag worden. Het ligt in de bedoeling, nog meer Warner films op Tobis toestellen te vertonnen. Als gevolg van do vertooning van „Land ohne Fraueri' te Berlijn, is de vraag naar Tobis-apparaten sterk gestegen. Eén van de grootste bioscoop concerns, het Henschel con cern in Hamburg, heeft voor acht groote bios copen, met circa 9000 zitplaatsen, Tobis appa raten besteld. NA HET CONFLICT IN OOST-GRONINGEN- Weer normale toestanden Te Winschoten heeft de burgemeester gisteren het samenscholingsverbod ingetrokken. Andere gem eenten volgen. De manschappen der mare- chaussée hebban gistamorgen hun detache ment in Oost-Groningen reeds verlaten. Een mededeeling van C. A. Naar aanleiding der verslagen betreffende de behandeling voor den Hoogen Raad van het ver zoek tot cassatie van het door het Hof gewezen arrest in de zaak der firma Van Hasselt contra de N.V. C. A. Brenninkmeyer's Confectie bedrijven, verzoekt de directie der laatstge noemde N.V. om het volgende te willen op nemen: In genoemde verslagen wordt allereerst ten onrechte medegedeeld, dat tegen onze firma een vordering wegens oneerlijke concurrentie zou zijn ingesteld. Dit is geheel onjuist en kan dan ook niet onweersproken blijven. De mede deeling nog in dit verband, dat onze firma in hooger beroep is veroordeeld tot betaling van een schadevergoeding, moet noodzakelijk den schijn wekken, alsof deze veroordeeling ter zake dier oneerlijke concurrentie zou zijn uit gesproken. Dit is natuurlijk evenzeer onjuist, Tot goed begrip voor het publiek van hetgeen wel geschied is, moge door ons kortelings het volgende in herinnering worden gebracht. In de jaren 1922/1923 werden door de firma Van Hasselt in hare etalages voortdurend goe deren lager geprijsd dan in haar winkel. Op tijden, dat de winkel gesloten was, b.v. des Zondags, werden door haar in^e etalages zelfs goederen geprijsd op ongeveer de helft van de verkoopwaarde. De firma Van Hasselt weiger de echter stelselmatig die lagergeprijsde ar tikelen te verkoopen. Hiertegenover werd door C. A. de tactiek toegepast, om te trachten deze laaggeprijsd^" goederen uit de etalages van Van Hasselt t"e doen wegkoopen. Allereerst ge beurde dit door het personeel van C. A.; toen Van Hasselt aan dezen weigerde te ver koopen, door vrouwen, die daartoe door C. A. waren aangezocht. Werd door Van Hasselt verondersteld, dat deze laaggeprijsde artikelen gevraagd werden door iemand, die handelde in opdracht van C. A., dan werden de goederen door Van Hasselt met inktstempels onbruikbaar gemaakt. Dit trof echter in de practijk niet alleen koopsters, die namens C. A. kwamen, maar evenzeer anderen, die met geen van beide firma s iets uitstaande hadden, en gaf natuur lijk aanleiding tot groote verontwaardiging van den kant van het publiek. De tactiek van C. A. nu tot het doen op- koopen van ver beneden de waarde geprijsde goederen uit de etalages van Van Hasselt is door alle rechtscollege's voor wie de zaak in behandeling kwam, toegejuicht, althans gebil lijkt. De president der rechtbank noemde Van Hasselt's handelwijze deloyale concurrentie, en wat C. A. deed, niet een poging om haar eigen handelsdebiet ten koste van Van Hasselt te vergrooten, doch den opzet om zich zelve te vrijwaren voor schade door een poging om te voorkomen, dat Van Hasselt haar debiet tén koste van C. A. zou vergrooten. De rechtbank noemde de methode van Van Hasselt een laakbare handelwijze en was van oordeel, dat C. A., trachtende die op overi gens niet ongeoorloofde wijze te beletten, niets onbehoorlijks deed. Ook het Hof onderschreef dat oordeel. De Rechtbank oordeelde, dat de handelingen der firma Van Hasselt aan den goeden naam van den handel en den winkelstand in het alge meen ernstig afbreuk deden en dat zij bij het publiek terecht verontwaardiging moesten wek ken. De president der rechtbank noemde het volkomen begrijpelijk dat het gezond verstand van liet publiek zich keert tegen den koopman die niet verkoopen wil, wat hij ten verkoop heeft aangeboden, nog wel met opgave van den prijs, hetgeen hem tegenover ieder, die op zijn aanbod ingaat en betalen wil, tot levering ver plicht is. De bewering, welke ook in recente persver slagen is geuit, dat C en A. opdracht zou heb ben gegeven tot- het veroorzaken van relletjes bij yan Hasselt, is noch door de rechtbank, noch door het Hof bewezen geacht. De rechtbank overwoog in haar vonnis, dat Van Hasselt zelf aan die 'relletjes aanstonds een einde had kunnen maken door haar onbe hoorlijke practijken te laten varen. Het Hof beeft niettemin op een onderdeel der vordering onze firma tot schadevergoeding veroordeeld en wel op grond van de overweging, dat C. A. onder de gegeven omstandigheden zich niet gehouden zou hebben aan de zorgvuldigheid, die in het verkeer betaamt ten aanzien van een anders belang. Tegen dit o.i. volkomen onbevredigende oor deel is door ons cassatie ingesteld, waarvan de r.itspraak nog moet worden afgewacht. Hoe deze uitspraak echter ook zal zijn, vast staat reeds thans, dat deze nimmer over een vraag van oneerlijke concurrentie kan loopen. De plechtigheid aangevangen Gistermorgen is in die kathedrale kerk te Haarlem aangevangen de diocesane Synode voor het bisdom Haarlem. De plechtigheden begonnen met een pontifi cale H. Mis (Votiefmis ter eere van den H. Geest) opgedragen door Z. D. H. mgr. J. D. J. Aengenent, die daarbij werd geassisteerd door den hoogeerw. heer mgr. H. J. M. Taskin als presbyter assistens, de Hoogeerw. heeren H. A. Th. van Dam, deken van 's Gravenhage, en M. W. A. Wijtenburg,regent van Hageveld als troondiaken, de Zeereerw. heeren J. P. Hui- bers .deken van Hoorn en B. M. J. van Rooy, deken van Gouda als diaken en subdiaken. De lagere assistenties werden vervuld door verschillende Eerw. heeren rectoren. De Gregoriaansche gezangen werden gezon gen door een schola, gevormd uit priesters, die tot de synode waren uitgenoodigd. Deze schola stond onder leiding van den Zeereerw. heer Th. M. Beukers, pastoor te Leiden. De deelnemers aan de synode hadden plaats genomen aan weerszijden van het hoogkoor.. De plechtigheid werd door vele geloovigen hij- gewoond. Van den toren der Kathedraal wap perden de Pauselijke en de Nederlandsche vlag. Na afloop van de H. Mis begaf mgr. Aenge nent zich naar de plebanie. Om 12 uur begonnen de voorbereidende plech tigheden van de synode, welke bestonden in het afleggen der geloofsbelijdenis en van den eed en het voorlezen van de decreten. Deze plechtigheden namen ongeveer een uur In beslag, waarna in besloten zitting de synode werd voortgezet. Zoo goed als alle genoodigden woonden de synode bij, welke naar verwacht wordt, heden avond zal eindigen. Giften worden aan ons kantoor te Rotter^ en aan ,onze Bijkantoren te Amsterdam, v Haag, Dordrecht, Schiedam, Gouda en Pretoi laan Rotterdam, tegen kwitantie gaarne ontvangst genomen, alsmede per giro °n no. 11735 Rotterdam. Vorig bedrag 22.46S-S" 12-" De noodlanding van het vierde vliegtuig De heer Aler, eerste bestuurder van het post vliegtuig, dat hij Coustantinopel ernstige averij opliep, seint, dat de geheele bemanning thans hersteld is van de gevolgen van de noodlanding. STAKING VAN METAALBEWERKERS In Amsterdam ONDER LEIDING DER SYNDICALISTEN Vanwege de syndicalistische federatie van metaalbewerkers wordt o.m. medegedeeld: Het personeel der iirma N. V. Frank Rijsdijk aan den Cruquiusweg te A'dam heeft gewei gerd het werk te hervatten omdat de directie weigerde de defecte hijschkranen te laten her stellen. De arbeiders zullen het werk hervat ten op de volgende voorwaarden: lo. de hijschkranen moeten zoodanig zijn hersteld dat er zonder gevaar voor het leven mee kan worden gewerkt; 2e. de twee ontslagen kraandrijvers (zij wei gerden met deze slechte kranen te werken) moeten in dienst teruggenomen worden. De staking staat onder leiding der syndica listische federatie van metaalbewerkers. STAKING VAN SCHILDERS Werkend bij den bond van gemeentewoningen Maandagmorgen hebben van de 20 schilders, werkzaam bij den bouw van 83 gemeéntewonin- gen aan de Soesterweg te Amersfoort 17 het werk wegens een loonkwestie gestaakt. De uit voerster is de firma H. v. d. Wal, uit Win schoten. N. N., Raalte J. L. M. S., Amsterdam J. M. J„ Middelharnis E. te Steenbergen Fam. H„ Helmond A. W., Hulst G. M. B. T., Nijmegen W. C. G„ Zeist P. J. B., Oud-Beijerland W. IC. R., Den Haag „Ook meedoen", U. Y. M. te K Pensionaat „St. Louis", Weert G. G., Leeuwarden H. S. te Leiden B.Fr. te Veghel, ter eere van den H. Gerardus V. v. S. v. IJ., 's Bosch J. v. d. K„ Vlaardingen N. N., Bergen (N.-H.) N. N. te Jutphaas Wed. H. v. C.—v. G., R'dam IC. Stram proy Van de 3e Orde St. Franciscus, af- deeling Lei-den N. C. G. B., Dordrecht Mevr. C., Rijswijk (Z.-H.) J. H. E., tot zekere intentie N. N„ Oss N. N-, Noord-Beemster J. T., Leiden, uit dankbaarheid J. A. D., Rotterdam N. N., Rotterdam, voor de bekeering van een vader, op voorspraak van den H. Jozef Jopie P., R'dam B.-" 2.5" 3.5" ïo.-- 20.-- 5--- 2 5" 10.-" 5.-" 10--' 10.-" V 1.-" I--" 10.-' f ïo.-; 2.5" K id' dag te Genua de feestelijke opening plaats het Nederlandsch Tehuis voor Zeelieden. va11 Te genwoordig waren o.m. Jonkvrouw J. W. or^ uit Rotterdam, secretaresse van den ZeemaD^ bond, Ds. L. D. Poot uit Haarlem, secreta® van de Nederlandsche Zeemanscentrale, teni'U de Consul-Generaal te Genua, de heer J- Hosang, de Nederlandsche Regtering bij plechtigheid officieel vertegenwoordigde. VoflÉ*#) bevonden zich onder de aanwezigen de vice-ri§J-< sul, de heer L. J. Breman en. mevrouw Breri|/ Brown, te Genua vertoevende zeelieden, b®" vens vele leden der Hollaudsche Kolonie, a mede de leiders van andere buitenlandse» zeemanshuizen. VISSCHEN MET EEN HENGEL, GEAASP MET VISCH. De kantonrechter te Leiden heeft gistere» J. E., amateur-visscher te Leiden, die in »e ONTSLAG BIJ DE ZUIDERZEEWERKEN. Door het vorderen der werkzaamheden overcompleet geworden Bij de Amsterdamsche Ballast-Maatschappij afd. Sluisbouw der Zuiderzee-werken te Den Oever zijn Zaterdag j.l. 50 arbeiders hoofdzake lijk timmerlieden en ijzerwerkers ontslagen, omdat de werkzaamheden zoodanig zijn gevor derd, dat zij overcompleet zijn geworden. INDISCHE TOURNEE VAN HET „HAAGSCHE TOONEEL" Het Haagsche Tooneel, bestaande uit de dames en heeren: Elly van Stekelenburg, Jan Mulder, Chris de la Mar, ICitty Posthumus en Jo Meyer (administrateur) zal met het stoom schip „Patria,, dat den 25sten October van Mar seille naar Indië vertrekt, een reis naar Indië ondernemen. VERVOER VAN ALCOHOL EN SPIRITUS. De Minister van Waterstaat heeft het ver voer van alcohol en spiritus in gesloten spoor- en tramwagens toegestaan op voorwaarde, dat eeno zoodanige ongevulde ruimte in het vaat werk wordt gelaten, dat bij uitzetting van de vloeistof ten gevolge van temperatuursverhoo- ging tijdens het vervoer geen lekkage gevreesd behoeft te worden. Door R. DOMBRE. Vertaald door A. VERSCHUUR. 20) O ja. nu herinner ik medie dokter, vriend van den valschen munter, de man met dat Ieelijke gezicht die onze arme Jeanne zoo goed verzorgd heeften waarvan de kinde ren zoo veel, zoo onzinnig veel eigenlijk hielden. Ik geloof dat die arme jongen een oogje had op Beatrix, maar zij zal niets met hem op gehad hebben. *t Zou anders nog zoo'n kwade partij niet voor haar geweest zijn. Alsjeblieft, zei ze tot haar man, die juist binnenkwam met een glunder, pas geschoren gezieht, en ze reikte hem den brief toe, een schrijven van den dokter dien we vroeger wel eens bij Janne's ziekbed aantroffen. De blanke, gladde hand van mijnheer Valé- eourt nam het papier aan, echter niet zonder even te zuchten. Als Beatrix maar niet dood is, hernam mevrouw plots onsteltL Stel je voor, dan zouden de kinderen in rouw zijn en niet naar het feestje bij Durand kunnen. Hij zag het schrijven in. Nou. nou, risp hij opeens, dat is me ook een nieuws! Leopold.Leopold Carbriant. die we al dood waanden, schijnt nog spring levend te zijn. En schrijft dokter Méralde dat? Onder strikte geheimhouding. Hij schrijft onder bedekte termen, noemt geen naam, maar 'hij kan niemand andora bedoelen. Enfin wat zegt hij eigenlijk?.... vroeg zijn vrouw die steeds b'eeker werd en zenuw achtig begon te doen. ....Dat degene die-n we kennen, niet ver dronken is zoo-a!s er reden was te meenen, maar naar Frankrijk teruggevaren is. met hulp van een andermans papieren. - Dat Is al zoo wat het ergste wat ons over komen kan. zei m'vi-ouw Valéc-ourt, terwijl ze kracht €»n troost zoent bij een flaconnetje eau da cologne. Haar man dacht zwijgend na, starend in de ruimte. Lees verder! Wat wil die ongeluksvogel? Geld? Dat moet er nog bijkomen! Je bent wel hard voor je lieven schoon broer, merkte mijnheer lachend op Zij sprong geprikkeld op. Noem heni alsjeblieft niet'mijn schoon broer. Hij vraagt geen geld. Wat dan? Toch niet de kinderen hoop ik? Wettig kan hij hen niet opeiseben, want hij heet geen Carbriant meer. En mocht hij zich toch onder dien naam hier aanmelden, dan loopt hij gevaar onmiddellijk ingepikt te worden. Trouwens zijn veroordeeling ontneemt hem ook de rechten van zijn vaderschap. Zijn vriend die weet waar de vluchteling zich ophoudt, schrijft voor hem. Carbriant verlangt dat wij zijn bestaan aan de meisjes bekend maken. D3t is onmogelijk! En dat wij hen nu en dan een bezoek bij hen toestaan, ais zij zich tenminste niet voor hem schamen. Voor de omgeving zou hij dan door kunnen gaan voor een familielid dat naar Parijs is gekomen. Op die manier behoeft niemamd iets van de waarheid te weten. Valécourt tegen. Haar man haalde de schouders op, vouwde den brief van den dokter met een voornaam minachtend gebaar en verklaarde overtuigd: Dat is mijn meening ook. Madeleine en Juliette moeten onwetend blijven op dat punt: wij hebben moeite genoeg gedaan om bet ver loden uit hun geheugen te wissehen, totdat er niet meer 't minste spoor overbleef. En waartoe zou het di nen het verzoek van (lira dwazen dokter in te willigen? Och hij wil dien vriend van hem een plezier doen. Enfin wat denkt je te antwoorden? Niets.. Wat niets? Zeker, indien ik beslist weiger de kinderen op de hoogte te brengen, dat wil zeggen, als wij hen hier houden, dan moet ik niet ant, •.voordien. Uit. dat zwijgen kan hij dan ons fermeei besluit opmaken en die boodschap aan zijn vriend overbrengen Voetengeschuifel en gedempt gelach klonk in de gang. Daar zijn ze, waarschuwde mevrouw haas tig. Gauw man, verberg dien brief, ze mogen daar niets van weten. We hebben dus besloten?.... Te zwijgen! De deur ging open. Beide meisjes waren charmant in hun frisch ochtendtoiletde jong ste als altijd luidruchtig vroolijk, gelijk een verwend kind dat alles mag doen, de oudste meer bezadigd, maar niet zonder een inne mende glimlach. Terwijl Madeleine naar mevrouw Valéeonrt ging om haar goeden morgen te kussen, wendde Juliette zich tot mijnheer; maar het wilde kind was oorzaak dat de brief, dien hij nog in de hand had, op dien grond viel, vóór hij hem in zijn zak had kunnen steken, Madeleine raapte het papier op uit gedlen- ich" ld binnenwater De Zijl te Leiden heeft gevis1 met een hengel, geaasd met visch, veroordeel tot 1 boete subs. 1 dag hechtenis. In deze zaak, die was uitgelokt door den Ne»- Hengelaarsbond, was o.m. aangevoerd, dat »e ministerieele verbod bindende kracht miste. „PASSING SHOW." „Je bent dus van je moeder weggeloopeh e» wil niet meer terugkeeren. Zou ze je slaan? Nee, maar ze zou mijn haar kammen." stlgheid en zonder nieuwgierige bijbedoelingen. Haar scherpe oogen lazen evenwel werktuigelijk eenige woorden. „....ongelukkigeelf jaar verbannen ....zijn beide dochters Hot meisje lette niet op den zin dier woor- ren, las ze zonder er bij na te denken. Uit kieschheid keerde ze het in vjere-n gevouwen papier om. zoodat de kant welke het minst beschreven was, naar bovengekeerd lag. Doch ditmaal werd haar aandacht getrokken door de handteekening.zij meende den naam Méralde te lezen. Vanzelfsprekend bracht ze toen de andere woorden daarmee In verband en deze kregen door die handteekening waarde voor haar, zoodat ze vast in haar geheugen geprent werden. Dank jc wel lieveling! zei mijnheer Valé court en stak het schijven nu aanstonds hij zich. Da beid3 zusters verlieten daarop weer het vertrek, Juliette lachte en zong vervulde het heele huls met haai-'druk gedoe. Toch was zo niet aanstellerig te noemen, maar naar opgewekt, zorgeloos karakter vond Ieder oog en blik een gelegenheid om haar speelschheid of spotzucht bot te vieren. Madeleine was vooral nu veel stiller; onwil lekeurig dacht ze na over de toevallig ont dekte woorden uit den brief. I VI. IN 'T PLANTSOEN. Juffrouw Madeleine Valécourt, anders zoo'n ijverige leerlinge, volgde dien Maandagmorgen de pianoles met de grootste verstrooidheid. In plaats dat ze bezig was met haar plano en muziekboek, dacht ze aan de geheimzinnige woorden „ongelukkigeelf jaar verban nen..., sdjn beide dochters,'' Eigenlijk heeft nooit iemand ons verze kerd dat vader dood is, dacht ze. Als ik nu en dan een vraag waagde, werd die met vage woorden beantwoord. Zoo heette het dat de boot schipbreuk geleden had, maar bijzonderheden konden niet gegeven worden. Bleef ik aandrin. gen, dan zei men eenvoudig dat er nooit geen nieuws meer gekomen was. Plots was het of er een licht opging in haar hersenen. Juist i#i begrijp ik bet. De boot waarop vader zich bevond kan omgekomen zijn, maar vader zal zich gered hebben, hoeft daarna wel licht op een eenzaam eiland geleefd, tot hij eindelijk gelegenheid kreeg naar het vader land terug te gaan. En thans wil hij zijn doch ters weer bij zich hebben, traoht door tusschein komst van Dr. Méralde in zijn rechten te wor den hersteld. O als het eens waar 'was dat onze dierbare vader nog leefde, wat zou ik hem dan door een teode-re genegenheid schade looss tel kn voor zooveel ongeluksjaren. Elf jaar! Juist zoolang is hij wee. „Zijn telde dochters," dat kunnen wij zijn, Juliette en ik. O God, geef dat ik goed gezien heb!Maar wat blijft alles ondertusschen geheimzinnig en zon derling! Eén gedachte stelde haar gerust. Indien haar vader teruggekomen was en dokter Méralde dat wist, dan zou tante Beatrix het nieuw3 toch ook vernomen hebben. En Madeleine kende haar goede tante voldoende om er van overtuigd te zijn dat zij haar nichten zoo'n belangrijk ge beuren niet verbergen zou. Zoolang tante Beatrix dus niet geschreven had, wist zij ook v-t niets. En Madeleine had zich dus zonder reden overgegeven aan hersen schimmige gedachten waar Juliette zeker har telijk ora gelachen zou hebben. Door deze en dergelijke redeneeringen stelde het meisje haar angstig zoekende geest gerust. En weer ging bet leren, rijn gewonen, meed-1 zamen gang. Do regen had de meisjes verscheidene dag'6» thuis gehouden, doch zoodra hiet weer zie» hersteld had, kwamen de dagelijkse he wand®" lingen weer op het program. Vergezeld van hu® onderwijzeres, juffrouw Louise, gingen ze TtBSf het naburige plantsoen. In een schaduwrijk hoekje haddien eenige jongelui een tennisveld ingericht en de jongedames Valécourt koz®» dat plekje bij voorkeur uit. Op een middag kreeg deze lommerrijke plaats bezoek van een bejaarden heer die eein bank uitkoos schuin tegenover de jongedames. M** deleine herkende hem eerst niet en toch vra® het haar of zij hem reeds eerder gezien had- Waar? Zij zocht iin haar geheugen en herin' nerde zich den heer die haar in den weg t?®" loopen had., toen ze op een avond van hu19 ging. Weer dacht ze nu -terug aan den Indruk welke die eerste ontmoeting op haar gemaakt had. Vreemd, die oude man want dat was b«.' al schenen zijn gelaatstrekken jonger dan zij» geheele voorkomen, keek haar en haar zus ter telkens heimelijk aan. Madeleine wilde niet meer op hem letted' speelde wat met eenige kinderen die om haaf bank liepen en vergat don nieuwsgierigen overt buur. Den volgenden middag zat deze weer dezelfde plaats en de eerstkomende dage® eveneens. Langzamerhand begon Madeleine aan die® eenzamen wandelaar te gewennen en ten laatst® vond ze hem niet onsympathiek met zijn mag®1" bleek gezicht, zijn matte, droeve oogen en g®* lijr.cl voorhoofd, dat door een lidteeken Ke' merkt was; want hij had tets goedigs, iel® zachts in zijn uitdrukking (Wordt vervolgd).

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Nieuwe Schiedamsche Courant | 1929 | | pagina 2