m m Goede reclame moet altijd reusachtig zijn SPORT EN SPEL. DONDERDAG 28 NOVEMBER 1Ö2Ö ST. JOSAPHAT-FEEST IN DE GRIEKSCHE KERK EERSTE BLAD PAGINA -- t $üf H iÉÉÜB 1 Een lugubere humaniteit EEN GELUKKIGE EN NOODZAKELIJKE COMBINATIE MISSIE-ZORG VOOR MELAATSCHEN ZÓUTVRIJ DIEET BIJ TUBERCULOSE SPORT IN ENGELAND irii et>- t>E NIEUWE WIJ-BISSCHOP VAN LEMBERG PONTIFICEERT (Van onzen correspondent.) De Grieksche Kerk viert het feest van den H. Aartsbisschop en martelaar Josaphat, op den dag van zijn gewelddadigen dood, 12 No vember. Dit feest wordt vooral in Weenen in het Grieksch-Katholiek bedehuis, plechtig ge vierd. wijl de H. Relieken van den Bibedge- tuige daar worden bewaard en vereerd. Op bijna wonderbare wijze werden de reli- quieën, die meer dan twee eeuwen lang verbor gen bleven, in het tweede jaar van den vree- selijken wereldkrijg, door Oostenrijksche sol daten in Gallicië teruggevonden. Het was een lit el bijzondere beschikking van Gods Voorzie nigheid, dat juist in dien tijd en door die per sonen, die relieken werden gevonden. Waren zi] een paar jaar eerder ontdekt, dan zouden zeker de schismatieken en vooral de Rus sen, alles hebben gedaan, om ze weer te doen verdwijnen; waren ze door anderen, b.v. I door niet-katholieke Duitschers, gevonden, haar lot zou wel eveneens bezegeld zijn. De Oostenrijksche soldaten echter brachten ze vol eerbied naar Weenen, waar ze in triómf werden bijgezet in de kerk van de H. Barbara, de Grieksch-Katholieke parochiekerk van Oos tenrijk. Het was alsof Onze Lieve Heer zelf daarmee Weenen andermaal wilde wijzen op zijn plicht, mee te werken, heel intensief, aan de hereeni- ging der Kerken. Zóó tenminste heeft Wee- nen's kardinaal een en ander opgevat. Met zijn medewerking werd spoedig een vereeniging van den H. Josaphat in het leven geroepen, terwijl Z.Em. ook financieelen steun verleende bij het bouwen der kapel, waar in een sarco- phaag de overblijfselen van den H. bisschop rusten ifflsl Vreemde heel- en scheikunde De pontificale zegen na de eerste ponti ficale H. Mis van mgr. Buczko. De sarcophaag, die op een altaar rust. is van geslepen glas, de lijsten van gedreven goud. In rijke gewaden gehuld, op het doorschoten en doorboorde hoofd de Grieksche bisschops ktoon, ligt St. Josaphat thans in de devote kapel aan de rechterzijde van het bedehuis. Sedert het jaar 1923, toen men het derde eeuwfeest van zijn zaligen dood vierde, is het den twaalfden November feest in de Grieksch- Katholieke kerk, een feest, dat ook door velen van den latijnschen ritus, priesters zoowel als leeken. wordt meegevierd. Dit jaar had het feest een heel bijzonder ca chet. Z. D. II. mgr. dr. Johannes Buczko, die kort tevoren in Rome door den metropoliet van Lemberg, mgr. Szeptyckyi, tot bisschop was geconsacreerd, en die thans aangewezen is. Om een gedeelte van de taak van Lem berg's aartsbisschop als diens wijbisschop over te nemen, droeg er een Pontificale Hoogmis op Een plechtig triduum was aan den eigenllj ken feestdag voorafgegaan; de bekende litur- gist, Pius Barscli uit Klosterneuburg, had drie avonden achtereen een verklaring gegeven van de drie voorname deelen der pontificale Hoogmis. Op den feestdag zelf werd een H. Mis aan het altaar van St. Josaphat gecelebreerd naar den Rus3isch-Katholieken ritus, daarna een naar den latijnschen en tenslotte weer een een naar den Armenisch-Katboliéken ritus. Om 9 uur betrad de nieuwe bisschop .net de plechtgewaden bekleed en omgeven door een breede schare van priesters, het kerkgebouw Als een koning, die van zijn rijk bezit gaar nemen, schreed hij voort. Over den saccus van goudbrocaat slingert zich het zijden otnophn- rion, het Grieksche pallium, dat rijk met gou den kruisen is bezet, om de schouderen .van den bisschop. Voor hem uit gaan de acolythen, die den ring dragen, het panagia, een beeld der Moe der Gods dat de Opperpriester draagt zooals dr latijnsche bisschoppen het borstkruis, den dikiriort en den trikirion, een kandelaber met drie brandende kaarsen en een met twee bran dende kaarsen, welke de bisschop in de nanden houdt, wanneer hij bij de H. Mis het volk zr gent. Na een feestpredikatie van een oud-landge noot. den herder der kerk van den H. Clemens Höfbauer In Weenen, begint de pontificale Hoogmis. Als mede-celebranten staan naast mgr. ter rechterzijde de pastoor der kerk, dr. Myron Hornykevitsch, terv.ijl ter linkerzijde dr. Dimitrij Artemjeff dezelfde functie ver tuit. De man, met zijn fijnbesuedeh gelaat, was eens professor aan de universiteit in Moskou; de bolschewisten verdreven hem uit uit zijn vadei'land; als banneling kwam hij naar Ber lijn, waar hij de waarheid der Katholieke Kerk leerde inzien en in den zomer van dit jaar de H. Priesterwijding ontving. En dan ontplooide zich heel die schitterende rijkdom van den Griekschen ritus met zijn diepe, tot innige devotie stemmende reveren ties en buigingen, met zijn herhaald» zegenin gen o beden voor nil -i. Eu l- "i; 'Ir a a' o'; ok n uit hfet gn'den rcokvrt de idduwe wol1- es omhoog krugdeii langs het rijk-vergulde Ikonostasion, den al taarwand met de beeltenissen van Christus en de heiligen, ruischt telkens en telkens weer Van links naar rechts; mgr. Gregorius Lakota, wij-bisschop van Przemysü; mgr. Dionisius Njarady, bisschop van Krizcoc (Kroatië); mgr. Khomyszyn, bisschop van Stanislaov (mede consecrator); Johannes Bukzko, wij-bisschop van Lemberg (de nieuwgewijde bisschop); Andreas gf. Zzeptylti, aartsbisschop en metropoliet van Lemberg; mgr. Josaphat Kocylowskyi bisschop van Przemysl (consecrator)mgr. Con.stant.inus Bohaczewskyi, bisschop v. Amerika (voor de Oekrainers en Galicië), mede-consecrator; mgr. Petrus G-ebey, bisschop van Munkaez_ De plechtigheid vond plaats in dë Oekrainsche kerk, bij het Oekrainseh college, te Rome. het biddend-smeekende Hospodi pomiluj, Heer ontferm U onzer, door het kerkgebouw. Na de Pontificale Hoogmis wijdde de bis schop nog plechtig het water ter eere van den K. Josaphat. Midden op straat stond het vat met water, waarover de bisschop met wljdsch gebaar den zegen uitsprak. Herhaaldelijk dom pelde hij het kruis in het water, terwijl de assistenten afwisselend met het koor de litur gische gezangen ten gehoore brachten. Het was ongeveer twaalf uur toen mgr., als eerste, zijn lippen aan het gewijde water zette; mv hem dronken allen ervan, en daarmpe was do plechtigheid geëindigd. Des avonds om zes uur hieid weer onz» oud- landgenoot een treffende predikatie over de hereeniging der Kerken, waarna een kort !a- tijnscli Lof volgde, dat met den plechtigen ze gen met het Allerheiligste, door mgr. gegeven, werd besloten. Het was een onvergetelijk oogenblik. Staan de met liet Allerheiligste in de hand naar liet volk gekeerd, voor de geopende koninklijke pcort, zingt de bisschop, telkens hooger, den lof van den Koning, die de wereld overwon en die zichzelf verborg onder de gedaante van brood. Naar «lie zijden zegent hij de geloovigen, ge heel de stad, en geheel de wereld, met de monstrans. Nadat het Allerheiligste weer in het taber nakel is geslóten, reikt de bisschop zelf de ré- liqufeën van St. Josaphat ter vefeering aan do geloovlgen, die daarna met een stukje vaii het gezegend brood, dat door de aco'lethen wordt uitgedeeld, huiswaarts gaan. WAT HET WOORD „TYPISCH" BETEEKENT Alles wat zich er toe leent om folkloristisch beschouwd te worden, heeft een .wondertaai leven. En als wij zeuren en klagen over zoo veel wat in den brakken zondvloed van in ternationale mode, en uitheemsche gewoonten en graag en lichtzinnig nageaapte, vreemdge- aarde hobbies, aan eigen volksaard verdelgd wordt, dan vergeten wij meestal veel te zwaar op de hand en te blamvgebrild de veie i.tieme eigenaardigheden van eigen familie, eigen streek en eigen volksaard, die zich misschien laten overwoekeren, maar lang niet gauw ver stikken. Wanneer dan zulke ty pische eigenaardigheden n laatste instantie te- ugwijzen op algemeen nenschelijke hoedanig- lèden op een vertrouw den omgang met sagen ;n oeroude legenden of op een beleving van godsdienst of bijbelken nis, dan Eunnen wij deze „typische" dingen niet al gauw doodgedrukt wa nen, en ingedeeld ook al bij dien vreeselijk ouden in even ergen, goeden ijd. Het ware te wen- schen, dat het woord .typisch" een beetje zijn lorspronkelijk karakter had bewaard. We nóe- nen dezen reclamereus .typisch", omdat hij op t eerste gezicht vreemd- oortig is; wij zien in en „type" een uitzonde ring op een regel, maar veeleer moeten wij er in jien het kenmerkende in en juist algemeenen till. In dezen laatsten zin bedoeld, is dan het typische "van dezen re- ■iame-piccolo dat wij, die ons zoo ver (en ten onrechte) van dien ouden, vreeselijk goeden tijd af meenen. dat typische ge loof aan reuzen, en die typische voorkeur aan reuzen nog geenszins -erloren hebben. U mist misschien in dazen steitenreus het verwrongen, karakteristieke earnavalsmas- ker, dat eerder wijst op menscheüjke instinc ten dan op meer geestelijke kwaliteiten van den menscli. U mist in dezen langbeen wél allen afglans van Goliath of Magog, van fol klore of bijbel. Maar deze 'reus mist het „typische" masker van zijn tijd niet, al draagt liij geen be nauwd mombakkes van papier-maché. Als u in reuzen zinnepoppön wehseht te zien, ziet dan 's jo'ngeljngs gladde kinnebak, een sym bool def oppervlakkigheid; een melkmond, het merkteeken der eigenwijsheid; zijn slanke lijn, het zinnebeeld van haast en efficiency; zijn lengte grijpt naar alles wat wij vandaag „reuze" vinden; reuze-mooi en reuze-ieelijk, reuze-leuk en reuze-vervelenden ten slotte heel het cachet van zijn houding, zijn kleeding en manier van doen teekent en typeert het doel, waarom deze piccolo in een- reuze-lange broek werd gestoken: de reclame. Zoo geestig om op de-n huldigen dag zelf reu zen uit te vinden, zouden wij niet zijn. Dat is een ingegroeide liefhebberij, die, zooals wij ge lezen hebben, dateert uit de dagen van de kinderen. Enaks, Wij hebben alleen de hoedanigheid om een beetje practisch met ons reuze (n) idee om te gaan, en stellen hen daartoe in dienst van de reclame. Wij zijn nu eenmaal, dat ls ons „typische" van ons practisch geslacht. Wij scheren van onze moderne huizen al die onpractische krul len en versierselen af, en vergeten vaak in een blinden ijver een overigens toch wel practische hijsehtakel hoven aan die reuze-hooge huizen te laten. Wij verhuren de rez-de-chaussée van kerktorens als winkels. Wij hebben zooveel mo gelijk „graue Theorie" van de reuze-lange en reuze-zware opleiding voor actes en diploma's. de minstens zeven sleutels op het practi sche leven afgedankt, en de quantiteit bo ven de qualiteit verkoren, en het zoover ge bracht dat wij lezingen kunnen gaan honden, boekdeelen schrijven, en al aardig hier bezig zijn om een betoog te leveren over „de theo rie van de praktijk". En zoo hebben wij ónze reuzen in dienst van de reclame gesteld, om dat reuze-reclame een gelukkige en noodzake lijke combinatie vórmt, eën „standaard-combi natie", een zoo'n gelukkig paar, waarvan de een niet buiteiv den ander kan. Goede reclame moet altijd reusachtig zijn; in giganteske afmetingen op de reuze liooge gebouwen; in reusachtig schelle kleuren; reus achtig wijd verspreid; ten koste van reusach tige kapitalen. Vorm, inhoud en organisatie van een reclame-campagne staan ten dienste van één leuze, één strijdkreet, dat het goed of de waar, die aangeprezen wordt, zich hemel hoog verheft boven en zich reusachtig onder scheidt van alles wat de concurrent op de markt brengt. Het is een wedloop in het enor me, een concours met zevenmijlslaarzen EEN VERDWIJNEND STUKJE HISTORIE Onze berichtgever te IJmuideh schrijft: Het zeemanshuis aan de Bik Arnoldkade alhier, dat geexploiteerd wordt door de te Am sterdam gevestigde Vereeniging Zeemansrust zal gesloten eh verkocht worden in verband met den bouw van een nieuw schaftlokaal der vereeniging aan de Zuidzijde der visschers- liaven. Met den verkoop van dit gebouw, dat aan zoovele zeelieden van allerlei nationaliteit een onderdak bood, zal een stukje historie van IJmuiden en vah de ontwikkeling van het visscherijbedrijf verdwijnen. Toen de visehhandel te IJmuiden nog in zijn beginperiode .was en de aanvoer van tréil- visch in hoofdzaak door Engèlsche kotters en stóomtreildrs geschiedde, nam de British Mis sion to Deepsea Fishermen het initiatief in een bestaand geheelonthouders-koffiehuis een eigen afdeeling op te richten eh werd wijlen Miss Woodman met de leiding belast. De zaak liep zoo druk, dat men alras de behoéfte gevoelde aan een eigen gebouw doch met het groeien Van de IJmuider vloot verminderde het verkeer Èngelsche schepen, zoodat men na een aantal jaren het Werk voor de zeelieden Jtier wilde op geven. Dit werd toen voortgezet voör de bovengenoem de Nederlandsche Vereeniging, maar allengs werd ook de omvang van haar werk kleiner door het beter worden van het spoor- en autb- busvsrkeeV, dat den zeelieden nog in den avond dé gelegenheid bood naar hunne woon steden te reizen. Het aantal logeergasten verminderde der mate, dat het bestuur niet langer de verant woording op zich durfde te nemen ten hunnen behoeve een dergelijke dure exploitatie, welke bestreden moet worden uit vrijwillige bij dragen, langer te laten voortduren. Vandaar het plan een naar de eiscben des tijds ingericht gebouw te stichten voor dagver blijf alleen; de bouw daarvan is reeds zoover gevorderd dat het de volgende maand geopend kan worden, VAT OVER MAKABERE MEESTER WERKEN VERTELD WORDT Enkele dagen geleden kwam op een der fotopagina's van „De Maasbode" 'n gemummi- fieerd hoofd voor van een Indiaan. Het onder schrift vermeldde, dat men er nog steeds niet was hekter gekomen welk procédé werd ge bruikt, om een hoofd zoo goed te conserveeren De reproductie in kwestie herinnerde ons aan een dergelijk hoofd, dat te Brussel het eigendom is van een weinig bekend Belgisch schrijver d'expression frangaise, die het pre cieus bewaart, minder gelooven wij, om er zich door te laten inspireeren (schrijvers zijn anders wel zonderlinge snaken) dan als curiosum. Een ander schrijver, die dat ding in zijn han den heeft gehad, zette er eens een heele boom over op, waarvan wij een en ander hebben ont houden. Wat hier gaat volgen hebben wij dus niet uit de eerste bron, in casu vin de heeren kop pensnellers zelf, die wij tot heden nog niet geïnterviewd hebben, al lijken zij ons anders wel over voldoende s te e khoudende argumen ten te beschikken om eens aan den tand ge voeld te worden. Wij geven ons verhaal dus graag voor beter, in afwachting dat wij eens met de koppensnel lers in relatie zullen komen, om, nadat zij ons hun vertrouwen zullen hebben geschon- ke, uit hun mond de juiste toedracht der zaken te vernemen. Het gemümmifieerd Indianenhoofd, dat de schrijver in kwestie in den bruidskorf heeft gevonden van zijn vrouw, die van de kanten van den Evenaar afkomstig is, werd op werke lijk meesterlijke wijze van den romp gescheiden door een wapen, dat in zijn slag niet de minste aarzeling heeft gekend.. De „Sansa", zooals men dit soort hoofden noemt, (het schijnt, dat men „tchantcha" moet zeggen) die in de werkkamer van den Brussel- scheh auteur wordt bewaard, verspreidt; als zij uit haar koffertje komt, een sterken reük, waarin de kamfer domineert. Lange slierten zwarte, glimmende liarën omlijsten het hoofd, waarvan de mond met drie touwtjes is dichtge naaid, om de lippen gesloten te houden. Platte neus en gesloten oogen. Donkere, zwarte huid waarop, als men goed kijkt, zoowaar nóg dons is waar te nemen! Het is het hoofd van een volwassene, dat ingekrompen is tot de grootte van een kinder hoofd. Al de trekken en onderdeelen van een menschenlioofd zijn nog aanwezig, zij het dan ook in verkleinde proporties. De humaniteit van deze „sansa" is luguber. Het is eeh doods hoofd, dat een vreemd posthuum léven schijnt te leiden, buiten de geciviliseerde wereld, een leven latén wij eens paradoxaal zijn zoö- als slechts weinig doodshöofden van de ttiil- liarden en milliarden lijken, die door den grond werden ingezwolgen, het verschrikkelijk voorj recht hébben dat te mogen voortzetten. De haren zijn gelustreerd en zacht alsof zij van een levende waren en zij vooral zijn het, die aan de doode trekken van het hoofd een Illusie van het leven geven. Hoe bleef dat hoofd zoo goed bewaard? Door de vreemde heelkunde, de niet minder Vreemde scheikunde en de ttog vreemder kunst van wilden. Ik héb eené eèn documéntarisehe film gezien, waarop „head hunters" van de Philippljüen be zig waren éen „sansa".... voor den handel te pVepareéren, ja heüsch: voor dén handel Aanvankelijk snelde men ginds koppen, óm ze als oorlogstrofee te bewaren of om er het hart mede te winnen van een donkere schoone. Later ging, als wij ons zoo mogen uitdruk- ke, alle dichterlijkheid er af en Werd het kop pensnellen een vulgaire handelszaak! Deze op vreemde wijze geprepareerde koppen werden exportartikelen zooals, bijvoorbeeld, dood- banale cocosnoten! Op het laatst ontstonden moordpartijen op groote schaal, om zooveel mogelijk koppen aan de amateurs te kunnen leveren. Dë Jibaros waren voortdurend niet elkaar op voet van oorlog en men spreekt van een geval waarin een geheele nederzetting ineens in de pan werd gehakt, wat een oogst gaf van onge veer drie duizend hoofden die, na preparatie, vermoedelijk den weg hebben gevonden naar particuliere verzamelingen, naar Amerikaan- sche en andere musea, nadat de koppenhande laars van Quito en Guayaquil er een flinken duit aan verdiend hadden. Men betaalde tót vijfhonderd dollars voor een naar de regelen der «kunst geprepareerden gesnélden kop. De overheden wilden ingHjpén, doch de Jibaros hielden zich schuil in hun oerwouden en zetten daar onverdroten hun liefhebberij voort. De regeeringen namen dan hun toe vlucht tot het verbieden van den handel in deze hoofden. Wat de „productie" wel eenlgs- zins deed verminderen. Bij onderzoek van den kop uit de verzame ling van den Brusselschen schrijver werd ge constateerd, dat in den nek de hoofdhuid dicht is genaaid met aloë en men veronderstelt dat de Indische „artist" vermoedelijk langs daar zijn akelige chirurgie is begonnen. Dan heeft hij dé huid van den schedel gescheiden, zónder dat er ook maar de kleinste snede in voor komt, die den haartooi had kunnen séhénden. Verondersteld wordt, dat het hoofd daarna be werkt werd in een afkooksel van planten, om het vleeSch en 'de huid te doen krimpen, bm vervolgens gerookt te Worden. Hieromtrent is men het echter niet eens, want er'zijn personen die beweren, dat de preparators deze inkrim ping hebben verkregen met warme steenen langs den hals in het hoofd te plaatsen, dat hierdoor verkleind werd tot de grootte van een vuist, zonder dat de onderlinge verhouding der verschillende gëlaatsdeeien er door vei* broken werd, terwijl ós bewerking zonder In vloed bleef op het haar, de wimpers, de wenk brauwen en het dons op de wangen, die hun natuurlijke afmetingen behielden. Ziedaar wat men zooal'vertelt over de maka- bëre meesterwerken van het sóórt, dót ons even heeft beziggehouden en waarvan men in zekeren zin mag zeggen, dat het hoofden zijn, dje op den dood werden gesmokkeld. Wij weten niet, in hoeverre deze lezingen over het preparèeren van gesnelde koppen ofte „sansas"- juist zijn, daar dit soort werk niet tot onze specialiteiten behoort en geven wij, zooals gezegd, deze dan ook gaarne VOor beter. Brussel. T. B. Wat de Witte Zusters voor deze ongelukkigen doen Uit Bembeke (Nyassaland, Britsch Oost-Afri- ka) wordt aan „Agentia Fides" geschreven: Te Mua, dat gelegen is in de lage en heete vlakte, die het Nyassa-meer in het Oosten be grenst, hebben dé witte zusters yan Nyassa een hospitaal voor mélaatschen ge'opënd. De „British Empire Leprosy Relief Association" heeft door een subsidie meegewerkt aan den bouw van dit hospitaal. De gebouwen bestaan uit een operatiezaal en twéé grootére zalen, één voor mannen en één voor vrouwen, die het bed moeten houden.. In de omgeving van de leproserie vormt zich reeds een geheel dorpje. De missie heeft een twintigtal hutten laten bouwen, en de melaat- schen, die nog tot werken in staat zijn, bouwen zelf aanhoudend nieuwe. Men Verschaft hun enkël het materiaal voor den bouw. Sinds de eerste maand hebben zich 80 lepro- sen aan het ziekenhuis aangemeld. Elke week komen er nieuwe bij. Veertig er van wonen in het hospitaal. De andere komen slechts op een bepaalden dag uit hun eigen dorp, om eer in jectie met chaulmogra te krijgen. Nooit ontbreekt iemand op het appel; zoo groot is hun verlangen naar eenige verlichting, en zoo volkomen is het vertrouwen, dat de zie kenzuster hun inboezemt. Niets is meer in staat tot medelijden te be wegen, dan de aanblik van deze schaar van on gelukkigen, wier ledematen in stukken afval len en die reeds de vreeselijke lucht der ont binding afgeven. Het meerendeel van deze menschen zijn door heel hun familie verlaten, zoodat de missie hun onderhoud tè haren laste hééft moeten nemen. De faam der witte zusters is reeds voor goed gevestigd. In de twee laatste jaren hebben ze 5000 injecties tegen de pinan toegediend, waar van het gevolg is dat deze ziekte, die een zus ter van de melaatschheid is door haar hardnek kigheid en afschuwelijkheid, tenslotte geheel uit het land is gebannen. De zieken kwamen van meer dan 100 kilometer uit den omtrek bm zich door de zusters te laten behandelen. In 1928 hebben alleen reeds te Mua en Otaka- taka 37.000 zieken de zorgen der zusters onder vonden. Dit cijfer zal dit jaar nog belangrijk worden oversèhreden. Het aantal zieken, dat in 1928 in het vicariaat Nyassa geholpen werd, bedroeg 78.624. DE VOUW IN DE BROEK VAN DEN LORD MAYOR Mannelijke mannequins WAT ORGANISATIE VERMAG De kleermakers van Huil, te Huil zijn alle kleermakers gentlemen-tailors, zijn in verzet gekomen tegen den Overigens zeer aoh- tenswaardigen Lord Mayor hunner stad. Coun cillor B. Pearlman, omdat deze zich verstout heeft openlijk lucht te geven aan zijn eerlijke overtuiging, dat de Huiler kleermakers niet te vergelijken zijn bij de Lohdensche. Nadat van het gilde der hurkézitters de eën den ander langen tijd boosaardig had aange- zién, zoolang zij vermoedden, dat eén hunner de levérancier moest wezen van 's Lords tenu, hebben zij, toén het verraad van den burge meester aan een der eerzaamste groepen der bürgers aan het licht was gekomen, zich hecht aaneengesloten, en niet nagelaten de heftigste verwijten te richten aan het adres van den magistraat; zoodat deze zich genoodzaakt heeft gezien een uitvoerige rede op papier te zetten, waarin hij zich verantwoordt en waarin hij betoogt, tën eerste, dat éen burgemeester, eeh Councillor, een Lord Mayor van een Stad als Huil In allés ten voorbeeld moet strekken en ook een toonbeeld moet zijn van eon gentle manlike gekleed burger; ten tweede, dat hij er verre van gebleven is om alle Huilenaren naar de Londensehe kleermakers te Verwij zen; en ten Slotte wierp hij, lacie tevergeefs, zijn hoogste troef op tafel en biechtte hij op, dat hij het wis en waarachtig bij drie kleer makers uit de sitad geprobeerd had. Maar het verbolgen gilde hief een vervaarlijk gekrijsch aan om te protesteeren, en de drie kleer makers, wien een bewijs van onvermogen was uitgereikt, schreeuwden het hardst. Het was daarop de echtgenoo.te van den Lord Mayor, die met een limineus plan haar gemaal in dezen bedenkelijken, politieken strijd kwam bijstaan. Hij liet zich vijf van de best gekleede man. nen van Huil aanwijzen en verzocht ze in hun Zondagsch pak te haren hüize. Daar hebben deze heeren zich ertoe geleend om als manne lijke mannequins te dienen van de Hullsche heerenmodé;' zoo althans meent het mevrouw specifiek de Lordsche. Zij Hebben Zich lateii bewonderen; zij heb ben coupe en snit laten prijzen van de hün aangegoten costumes, en toen hun gevraagd werd bnv de adressen van hun kleermakers, noemde de een na den ander een van de vijf bekendste firma's té.... Londen. ..LONDON OPINION". Lakei: „Heeft u gescheld, mijn heer?" De verwende parvenu: „Ja, ik heb mijn zeep verloren. Spring eens even Het gevaarlijk gebrek aan eetlust In de tuberculose-commissie van het Genoot schap voor Volksgezondheid te Weenen heeft, volgens de „N. R. Ct." prof. Durig verslag uit gebracht over een reis die hij met prof. Eisels- berg eh eeh aantal geheeshééren naar Duitsch- land ondérnoméh hééft ÓM de uitkomsten van behandeling van tuberculose met zoutvrij diëet te bestudeeren. Hij be|on met op te merken dat bij long- tuberculose het gevaarlijke gebrek aan eetlust dikwijls een gevolg van gebrek aan zoutzuur in het maagsap is. Hij acht daarom de poging om dergelijke patiënten zonder zout te voeden, een tweesnijdende^ zoo niet gevaarlijken maat regel. De geheele waarde van de diëetkuur in de buitenlucht die totdusver is toegepast, ligt in da prikkeling van den eetlust om het lichaam béter bestand tegen de ziekte te maken. Wat hij in Duitschland gezien had, had hem de overtuiging verschaft, dat de behandeling van lijders aén longtuberculose met zoutvrij diëet weinig belooft. Anders is het gesteld met de chirurgische tuberculose. Hlefvan is de kuur niet alleen veelbelovend, maar kan men de uitkomsten ook beter beoofdëelen Prof. Durig heeft zich over tuigd dat bij éhirurglschfe- en liUid-tuberculose succes is bereikt. Hij is er daarom Voor, de nieuwe behandeling in eeh inrichting waar vele kinderen bijeen zijn toe te passen en biedt zich aan, om dé uitkomsten te helpen controleeren. De tijden veranderen WALES GESLAGEN „Mefc-as-je-me-noh", zei deze week Mie, hoogblonde huis-diva van nauwelijks 75 len tegen Trijn, de groentevrouw, „wat een raI\, tijd toch tegenwoordig met die vliegmachin^ dat gescharreiton, die luidsprekers en die ov8 winningen van Engeland". J En 't goeie mensch had gelijk. Doch er sts^ niet voor niets geschreven: de tijden vera® deren en wij veranderen met hen. En zoo ik U het nieuwste van het allernieuwste op disschen. Elf rasechte Engelschen, tezamen. coB' strueerend hét officieele Èngelsche elftal, sl®?i gén Woensdag Wales met zes-nhl! Alle „Mie5 ten spijt. Toen ik het hoorde, was het alsof de bliks8®1 ergens insloeg. Eerst werd 'n paar weken Se den Ierland in Belfast klein .gemaakt met en het had zeventien jaar geduurd sinds NSjL' land aan de overzijde van dat Kanaal won. hadden in dien tijd een kleine oneenigheiü gemaakt tusschen 'n paar mogendheden, we h® den en passant eenheidsworst gegeten en vie jaar aan de grens geluierd en de schrik va^' Belfast is nog niet over, of met zes-nul Wales er aan gelooven. Ik heb de notities «e® opgeslagen en ben teruggegaan tot 1908 om e8 nederlaag van Wales te vinden, die er ee beetje op leek: de 71 van Wrexham. dat was in de grijze oudheid. Mijn Engels8^ grootvader zal het zich mogelijk nog wél her'®* heren. IerlandEngeland 03; Engeland—Ws'e 6—0; ergo gesp. 2, gew. 2, doelsaldo 9—0 nóg niet tevreden, dan moet er inderdaad haperen. En toch zijn alle critici het er. °vó*' eens dat deze daverende cijfers en dit laats'9 donderend succes nog bij lange ha niets gen en dat het Èngelsche elftal noódig ee0^ op de helling moet. En vooral nota bene!' de voorhoede. Men schrijft de zege groots3' deels toe aan het zeer teleurstellende, spel tegenstanders. May be! Maar als Engeland. jaar het kampioenschap niet wint, met Schot' la:ld te Wembley als zijn laatsten tegenstand®^ dan wachten we gedwee wepr een jaar of W tig en als ik dan oud en vergrijsd zal zijn e® het ls eenmaal zoover, dan schrijf ik tegen-, die® tijd wel eens een feest-artikel en laat er groot? koppen boven zetten, van „Lang gewacht niaar toch gekregen" of zoo iets. Of zooals ds Yanke®9 dat zoo netjes zeggen; „Better late than beV«r' but better never late!" We gaan eens even tuinen In de eerste visie. Niet dat er grandiose wijzlglngén hebb®0 plaats gevonden, maar van tijd tot tijd diene® we even den stand van zaken te bepalen. zij allereerst geconstateerd, dat Leeds Unit®d« dat eenmaal, oogenschijnlijk voor eeuwig 6a® het hoofd ging, Zaterdag tegen Liverpo" opnieuw een nederlaag te slikken kreeg, 30°* dat weer eens te meer bewezen werd dat roeBl op dit ondermaansehe vergankelijk is. Ze is minste voorloopig uit de leidende kringen v'er* dwenen en geen sterveling neemt er op üe oogenblik meer notitie van, wanneer het ba"' delt om de suprematie van Engeland. Manch®8" ter City leidt en zij bevestigt haar reput®1'0 door haar elfde achtereenvolgende zege, e® wel op Sheffield United, zoodat ze .met puhten voorsprong op Sheffield Wednesday safe bovenaan staat. Voor. zoover dan ooit-.®®? positie van een club in de League safe genoé11"' kan worden. Voor de onderste rangen van deze klasse v°° een heftig treffen plaats in Newcastle, waar d« United tegen Portsmouth uitkwam. Beide clebS zijn toch altijd nog min of meer candidat® voor de bengel-positie. Portsmouth verloor deZ® match van Hugh Gallachêr. Deze. buitenge^00? handige voorwaarts, die alleen zijn humeur n'e mee heeft, had er Zaterdag danig het oog en scoorde in zijn eentje vier doelpunten daardoor wist de United met 41 te win110®] wat ze hard noodig hadden. Nu staat Ma® Chester United onderaan en het gaat er z®_ langzamerhand naar uitzien dat de twee Maa Chester clubs de twee tegenstrijdige P°le blijven in de League: de City de plus-pool de United de min-pool. Eens heb ik gedacht dat het'Pr^ bleem van het internationale kampioen3®11.3'' door de veel-géven-weinig-nemen-BOlitielv beslag zou krijgen, maar ik heb me eenvP„ dig vergist. Zooals U weet, draaide deza<l hierop uit, dat de Èngelsche clubs ervoor dankten om hun dure spelers yoor interland® matches af t# staan op Zaterdagen, dat b® League-rad wentelde, zoodat ze en, blpc v°° stelden deze matches op weekdagen te-hob??.: terwijl Ierland,-Wales, en Schotland, ({Me V'elf spelers in Engeland hebben) vanwege de p cuniën den Zaterdag als wedstrijd-dag hebben gehandhaafd. Men was er algemeen overtuigd dat beide partijen wat water in wijn zouden doen. t Aldus is niet geschied. Het edele drietal da® aan de centen en stemde eenvoudig voor d® Zaterdag en Engeland bleef in de minderb®1 Maar de Èngelsche clubs en de F. A. zullen 11 er niet bij laten, en wanneer de voorteeken0 niet bedriegen, dan zal de geheele affaire strekkende gevolgen hebben. Hét is natuu1'"^ logisch, dat Engeland zich niet' de wet la voorschrijven door Ierland, Wales en sc^gt land, die jaarlijks voor hun sterren de nood'®^ ponden laten betalen door Engeland, maar 0 nog over die sterren willen besohikken dagen, dat ze per ongeluk' een internation® wedstrijd te spelen hebben. Er wordt nu al geredeneerd over de a®' welke Engeland tegen deze decisie gaat Men wil namelijk op de volgende vergader o 'n voorstel doen luister! om allen Foo'^^j. League Clubs te verbieden spelers af te st® voor welken internationalen weds'1^, ook, met uitzondering wanneer de club SeVl)g, tigd is in het betrokken land. Deze laatste paling geldt dus practisch genomen alleen Wales en wel voor clubs als Cardif f::Cit}'f Swansea, die Èngelsche League-clubs zijn 111 in Wales haar home hebben, - ,ep In ieder geval: de knuppel is in het hoen hok geworpen. Want het lijdt geen twÜ^e'^ de drie landen laten zich evenmin een derg® drastische behandeling, als dbor BMe wordt voorgesteld, welgevallen. Zij zullen gaan, en daarmee is meteen de Internatioaef. Board van het tooneel verdwenen. Daaroie® vallen natuurlijk ook alle internationale t. strijden van Engeland tegen zijn naaste lui. Ik moet er eenvoudig niet aan denken- ging nu net zoo aardig met die drie nul en zes-nul, waarop ik zeventien jaar lang smart heb zitten wachten .md Enfin, er is weer een „relletje". Dat i® t« leuk om over te Schrijven, en U zult er zijner tijd het vervolg van booren. Ik h00' dat gerecht te kunnen serveeren met eén sausje. Het leven is toch zoo saai dat tijd tot tijd éoo'n opldkkertje noodig ti"bB®

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Nieuwe Schiedamsche Courant | 1929 | | pagina 2