m m
Goede reclame moet altijd reusachtig zijn
SPORT EN SPEL.
DONDERDAG 28 NOVEMBER 1Ö2Ö
ST. JOSAPHAT-FEEST IN DE
GRIEKSCHE KERK
EERSTE BLAD
PAGINA
--
t $üf H
iÉÉÜB 1
Een lugubere humaniteit
EEN GELUKKIGE EN NOODZAKELIJKE COMBINATIE
MISSIE-ZORG VOOR
MELAATSCHEN
ZÓUTVRIJ DIEET BIJ
TUBERCULOSE
SPORT IN ENGELAND
irii
et>-
t>E NIEUWE WIJ-BISSCHOP VAN
LEMBERG PONTIFICEERT
(Van onzen correspondent.)
De Grieksche Kerk viert het feest van den
H. Aartsbisschop en martelaar Josaphat, op
den dag van zijn gewelddadigen dood, 12 No
vember.
Dit feest wordt vooral in Weenen in het
Grieksch-Katholiek bedehuis, plechtig ge
vierd. wijl de H. Relieken van den Bibedge-
tuige daar worden bewaard en vereerd.
Op bijna wonderbare wijze werden de reli-
quieën, die meer dan twee eeuwen lang verbor
gen bleven, in het tweede jaar van den vree-
selijken wereldkrijg, door Oostenrijksche sol
daten in Gallicië teruggevonden. Het was een
lit el bijzondere beschikking van Gods Voorzie
nigheid, dat juist in dien tijd en door die per
sonen, die relieken werden gevonden. Waren
zi] een paar jaar eerder ontdekt, dan zouden
zeker de schismatieken en vooral de Rus
sen, alles hebben gedaan, om ze weer te
doen verdwijnen; waren ze door anderen, b.v. I
door niet-katholieke Duitschers, gevonden,
haar lot zou wel eveneens bezegeld zijn.
De Oostenrijksche soldaten echter brachten
ze vol eerbied naar Weenen, waar ze in triómf
werden bijgezet in de kerk van de H. Barbara,
de Grieksch-Katholieke parochiekerk van Oos
tenrijk.
Het was alsof Onze Lieve Heer zelf daarmee
Weenen andermaal wilde wijzen op zijn plicht,
mee te werken, heel intensief, aan de hereeni-
ging der Kerken. Zóó tenminste heeft Wee-
nen's kardinaal een en ander opgevat. Met zijn
medewerking werd spoedig een vereeniging
van den H. Josaphat in het leven geroepen,
terwijl Z.Em. ook financieelen steun verleende
bij het bouwen der kapel, waar in een sarco-
phaag de overblijfselen van den H. bisschop
rusten
ifflsl
Vreemde heel- en scheikunde
De pontificale zegen na de eerste ponti
ficale H. Mis van mgr. Buczko.
De sarcophaag, die op een altaar rust. is van
geslepen glas, de lijsten van gedreven goud.
In rijke gewaden gehuld, op het doorschoten
en doorboorde hoofd de Grieksche bisschops
ktoon, ligt St. Josaphat thans in de devote
kapel aan de rechterzijde van het bedehuis.
Sedert het jaar 1923, toen men het derde
eeuwfeest van zijn zaligen dood vierde, is het
den twaalfden November feest in de Grieksch-
Katholieke kerk, een feest, dat ook door velen
van den latijnschen ritus, priesters zoowel als
leeken. wordt meegevierd.
Dit jaar had het feest een heel bijzonder ca
chet. Z. D. II. mgr. dr. Johannes Buczko, die
kort tevoren in Rome door den metropoliet
van Lemberg, mgr. Szeptyckyi, tot bisschop
was geconsacreerd, en die thans aangewezen is.
Om een gedeelte van de taak van Lem berg's
aartsbisschop als diens wijbisschop over te
nemen, droeg er een Pontificale Hoogmis op
Een plechtig triduum was aan den eigenllj
ken feestdag voorafgegaan; de bekende litur-
gist, Pius Barscli uit Klosterneuburg, had drie
avonden achtereen een verklaring gegeven
van de drie voorname deelen der pontificale
Hoogmis.
Op den feestdag zelf werd een H. Mis aan
het altaar van St. Josaphat gecelebreerd naar
den Rus3isch-Katholieken ritus, daarna een
naar den latijnschen en tenslotte weer een een
naar den Armenisch-Katboliéken ritus.
Om 9 uur betrad de nieuwe bisschop .net de
plechtgewaden bekleed en omgeven door een
breede schare van priesters, het kerkgebouw
Als een koning, die van zijn rijk bezit gaar
nemen, schreed hij voort. Over den saccus van
goudbrocaat slingert zich het zijden otnophn-
rion, het Grieksche pallium, dat rijk met gou
den kruisen is bezet, om de schouderen .van
den bisschop.
Voor hem uit gaan de acolythen, die den
ring dragen, het panagia, een beeld der Moe
der Gods dat de Opperpriester draagt zooals
dr latijnsche bisschoppen het borstkruis, den
dikiriort en den trikirion, een kandelaber met
drie brandende kaarsen en een met twee bran
dende kaarsen, welke de bisschop in de nanden
houdt, wanneer hij bij de H. Mis het volk
zr gent.
Na een feestpredikatie van een oud-landge
noot. den herder der kerk van den H. Clemens
Höfbauer In Weenen, begint de pontificale
Hoogmis. Als mede-celebranten staan naast
mgr. ter rechterzijde de pastoor der kerk, dr.
Myron Hornykevitsch, terv.ijl ter linkerzijde
dr. Dimitrij Artemjeff dezelfde functie ver
tuit.
De man, met zijn fijnbesuedeh gelaat, was
eens professor aan de universiteit in Moskou;
de bolschewisten verdreven hem uit uit zijn
vadei'land; als banneling kwam hij naar Ber
lijn, waar hij de waarheid der Katholieke
Kerk leerde inzien en in den zomer van dit
jaar de H. Priesterwijding ontving.
En dan ontplooide zich heel die schitterende
rijkdom van den Griekschen ritus met zijn
diepe, tot innige devotie stemmende reveren
ties en buigingen, met zijn herhaald» zegenin
gen o beden voor nil -i.
Eu l- "i; 'Ir a a' o'; ok n uit hfet gn'den
rcokvrt de idduwe wol1- es omhoog krugdeii
langs het rijk-vergulde Ikonostasion, den al
taarwand met de beeltenissen van Christus en
de heiligen, ruischt telkens en telkens weer
Van links naar rechts; mgr. Gregorius Lakota, wij-bisschop van Przemysü; mgr. Dionisius
Njarady, bisschop van Krizcoc (Kroatië); mgr. Khomyszyn, bisschop van Stanislaov (mede
consecrator); Johannes Bukzko, wij-bisschop van Lemberg (de nieuwgewijde bisschop);
Andreas gf. Zzeptylti, aartsbisschop en metropoliet van Lemberg; mgr. Josaphat Kocylowskyi
bisschop van Przemysl (consecrator)mgr. Con.stant.inus Bohaczewskyi, bisschop v. Amerika
(voor de Oekrainers en Galicië), mede-consecrator; mgr. Petrus G-ebey, bisschop van
Munkaez_ De plechtigheid vond plaats in dë Oekrainsche kerk, bij het Oekrainseh college,
te Rome.
het biddend-smeekende Hospodi pomiluj, Heer
ontferm U onzer, door het kerkgebouw.
Na de Pontificale Hoogmis wijdde de bis
schop nog plechtig het water ter eere van den
K. Josaphat. Midden op straat stond het vat
met water, waarover de bisschop met wljdsch
gebaar den zegen uitsprak. Herhaaldelijk dom
pelde hij het kruis in het water, terwijl de
assistenten afwisselend met het koor de litur
gische gezangen ten gehoore brachten.
Het was ongeveer twaalf uur toen mgr., als
eerste, zijn lippen aan het gewijde water zette;
mv hem dronken allen ervan, en daarmpe was
do plechtigheid geëindigd.
Des avonds om zes uur hieid weer onz» oud-
landgenoot een treffende predikatie over de
hereeniging der Kerken, waarna een kort !a-
tijnscli Lof volgde, dat met den plechtigen ze
gen met het Allerheiligste, door mgr. gegeven,
werd besloten.
Het was een onvergetelijk oogenblik. Staan
de met liet Allerheiligste in de hand naar liet
volk gekeerd, voor de geopende koninklijke
pcort, zingt de bisschop, telkens hooger, den
lof van den Koning, die de wereld overwon
en die zichzelf verborg onder de gedaante van
brood.
Naar «lie zijden zegent hij de geloovigen, ge
heel de stad, en geheel de wereld, met de
monstrans.
Nadat het Allerheiligste weer in het taber
nakel is geslóten, reikt de bisschop zelf de ré-
liqufeën van St. Josaphat ter vefeering aan
do geloovlgen, die daarna met een stukje vaii
het gezegend brood, dat door de aco'lethen
wordt uitgedeeld, huiswaarts gaan.
WAT HET WOORD „TYPISCH"
BETEEKENT
Alles wat zich er toe leent om folkloristisch
beschouwd te worden, heeft een .wondertaai
leven. En als wij zeuren en klagen over zoo
veel wat in den brakken zondvloed van in
ternationale mode, en uitheemsche gewoonten
en graag en lichtzinnig nageaapte, vreemdge-
aarde hobbies, aan eigen volksaard verdelgd
wordt, dan vergeten wij meestal veel te zwaar
op de hand en te blamvgebrild de veie i.tieme
eigenaardigheden van eigen familie, eigen
streek en eigen volksaard, die zich misschien
laten overwoekeren, maar lang niet gauw ver
stikken.
Wanneer dan zulke ty
pische eigenaardigheden
n laatste instantie te-
ugwijzen op algemeen
nenschelijke hoedanig-
lèden op een vertrouw
den omgang met sagen
;n oeroude legenden of
op een beleving van
godsdienst of bijbelken
nis, dan Eunnen wij deze
„typische" dingen niet al
gauw doodgedrukt wa
nen, en ingedeeld ook al
bij dien vreeselijk ouden
in even ergen, goeden
ijd.
Het ware te wen-
schen, dat het woord
.typisch" een beetje zijn
lorspronkelijk karakter
had bewaard. We nóe-
nen dezen reclamereus
.typisch", omdat hij op
t eerste gezicht vreemd-
oortig is; wij zien in
en „type" een uitzonde
ring op een regel, maar
veeleer moeten wij er in
jien het kenmerkende in
en juist algemeenen
till. In dezen laatsten
zin bedoeld, is dan het
typische "van dezen re-
■iame-piccolo dat wij,
die ons zoo ver (en ten
onrechte) van dien ouden,
vreeselijk goeden tijd af
meenen. dat typische ge
loof aan reuzen, en die
typische voorkeur aan
reuzen nog geenszins
-erloren hebben.
U mist misschien in dazen steitenreus het
verwrongen, karakteristieke earnavalsmas-
ker, dat eerder wijst op menscheüjke instinc
ten dan op meer geestelijke kwaliteiten van
den menscli. U mist in dezen langbeen wél
allen afglans van Goliath of Magog, van fol
klore of bijbel.
Maar deze 'reus mist het „typische" masker
van zijn tijd niet, al draagt liij geen be
nauwd mombakkes van papier-maché. Als u
in reuzen zinnepoppön wehseht te zien, ziet
dan 's jo'ngeljngs gladde kinnebak, een sym
bool def oppervlakkigheid; een melkmond, het
merkteeken der eigenwijsheid; zijn slanke lijn,
het zinnebeeld van haast en efficiency; zijn
lengte grijpt naar alles wat wij vandaag
„reuze" vinden; reuze-mooi en reuze-ieelijk,
reuze-leuk en reuze-vervelenden ten slotte
heel het cachet van zijn houding, zijn kleeding
en manier van doen teekent en typeert het
doel, waarom deze piccolo in een- reuze-lange
broek werd gestoken: de reclame.
Zoo geestig om op de-n huldigen dag zelf reu
zen uit te vinden, zouden wij niet zijn. Dat is
een ingegroeide liefhebberij, die, zooals wij ge
lezen hebben, dateert uit de dagen van de
kinderen. Enaks,
Wij hebben alleen de hoedanigheid om een
beetje practisch met ons reuze (n) idee om te
gaan, en stellen hen daartoe in dienst van de
reclame.
Wij zijn nu eenmaal, dat ls ons „typische"
van ons practisch geslacht. Wij scheren van
onze moderne huizen al die onpractische krul
len en versierselen af, en vergeten vaak in een
blinden ijver een overigens toch wel practische
hijsehtakel hoven aan die reuze-hooge huizen
te laten. Wij verhuren de rez-de-chaussée van
kerktorens als winkels. Wij hebben zooveel mo
gelijk „graue Theorie" van de reuze-lange en
reuze-zware opleiding voor actes en diploma's.
de minstens zeven sleutels op het practi
sche leven afgedankt, en de quantiteit bo
ven de qualiteit verkoren, en het zoover ge
bracht dat wij lezingen kunnen gaan honden,
boekdeelen schrijven, en al aardig hier bezig
zijn om een betoog te leveren over „de theo
rie van de praktijk". En zoo hebben wij ónze
reuzen in dienst van de reclame gesteld, om
dat reuze-reclame een gelukkige en noodzake
lijke combinatie vórmt, eën „standaard-combi
natie", een zoo'n gelukkig paar, waarvan de
een niet buiteiv den ander kan.
Goede reclame moet altijd reusachtig zijn;
in giganteske afmetingen op de reuze liooge
gebouwen; in reusachtig schelle kleuren; reus
achtig wijd verspreid; ten koste van reusach
tige kapitalen. Vorm, inhoud en organisatie
van een reclame-campagne staan ten dienste
van één leuze, één strijdkreet, dat het goed of
de waar, die aangeprezen wordt, zich hemel
hoog verheft boven en zich reusachtig onder
scheidt van alles wat de concurrent op de
markt brengt. Het is een wedloop in het enor
me, een concours met zevenmijlslaarzen
EEN VERDWIJNEND STUKJE HISTORIE
Onze berichtgever te IJmuideh schrijft:
Het zeemanshuis aan de Bik Arnoldkade
alhier, dat geexploiteerd wordt door de te Am
sterdam gevestigde Vereeniging Zeemansrust
zal gesloten eh verkocht worden in verband
met den bouw van een nieuw schaftlokaal der
vereeniging aan de Zuidzijde der visschers-
liaven.
Met den verkoop van dit gebouw, dat aan
zoovele zeelieden van allerlei nationaliteit een
onderdak bood, zal een stukje historie van
IJmuiden en vah de ontwikkeling van het
visscherijbedrijf verdwijnen.
Toen de visehhandel te IJmuiden nog in
zijn beginperiode .was en de aanvoer van tréil-
visch in hoofdzaak door Engèlsche kotters en
stóomtreildrs geschiedde, nam de British Mis
sion to Deepsea Fishermen het initiatief in een
bestaand geheelonthouders-koffiehuis een eigen
afdeeling op te richten eh werd wijlen Miss
Woodman met de leiding belast. De zaak liep
zoo druk, dat men alras de behoéfte gevoelde
aan een eigen gebouw doch met het groeien Van
de IJmuider vloot verminderde het verkeer
Èngelsche schepen, zoodat men na een aantal
jaren het Werk voor de zeelieden Jtier wilde op
geven.
Dit werd toen voortgezet voör de bovengenoem
de Nederlandsche Vereeniging, maar allengs
werd ook de omvang van haar werk kleiner
door het beter worden van het spoor- en autb-
busvsrkeeV, dat den zeelieden nog in den
avond dé gelegenheid bood naar hunne woon
steden te reizen.
Het aantal logeergasten verminderde der
mate, dat het bestuur niet langer de verant
woording op zich durfde te nemen ten hunnen
behoeve een dergelijke dure exploitatie, welke
bestreden moet worden uit vrijwillige bij
dragen, langer te laten voortduren.
Vandaar het plan een naar de eiscben des
tijds ingericht gebouw te stichten voor dagver
blijf alleen; de bouw daarvan is reeds zoover
gevorderd dat het de volgende maand geopend
kan worden,
VAT OVER MAKABERE MEESTER
WERKEN VERTELD WORDT
Enkele dagen geleden kwam op een der
fotopagina's van „De Maasbode" 'n gemummi-
fieerd hoofd voor van een Indiaan. Het onder
schrift vermeldde, dat men er nog steeds niet
was hekter gekomen welk procédé werd ge
bruikt, om een hoofd zoo goed te conserveeren
De reproductie in kwestie herinnerde ons
aan een dergelijk hoofd, dat te Brussel het
eigendom is van een weinig bekend Belgisch
schrijver d'expression frangaise, die het pre
cieus bewaart, minder gelooven wij, om er
zich door te laten inspireeren (schrijvers zijn
anders wel zonderlinge snaken) dan als
curiosum.
Een ander schrijver, die dat ding in zijn han
den heeft gehad, zette er eens een heele boom
over op, waarvan wij een en ander hebben ont
houden.
Wat hier gaat volgen hebben wij dus niet
uit de eerste bron, in casu vin de heeren kop
pensnellers zelf, die wij tot heden nog niet
geïnterviewd hebben, al lijken zij ons anders
wel over voldoende s te e khoudende argumen
ten te beschikken om eens aan den tand ge
voeld te worden.
Wij geven ons verhaal dus graag voor beter,
in afwachting dat wij eens met de koppensnel
lers in relatie zullen komen, om, nadat zij
ons hun vertrouwen zullen hebben geschon-
ke, uit hun mond de juiste toedracht der zaken
te vernemen.
Het gemümmifieerd Indianenhoofd, dat de
schrijver in kwestie in den bruidskorf heeft
gevonden van zijn vrouw, die van de kanten
van den Evenaar afkomstig is, werd op werke
lijk meesterlijke wijze van den romp gescheiden
door een wapen, dat in zijn slag niet de minste
aarzeling heeft gekend..
De „Sansa", zooals men dit soort hoofden
noemt, (het schijnt, dat men „tchantcha" moet
zeggen) die in de werkkamer van den Brussel-
scheh auteur wordt bewaard, verspreidt; als
zij uit haar koffertje komt, een sterken reük,
waarin de kamfer domineert. Lange slierten
zwarte, glimmende liarën omlijsten het hoofd,
waarvan de mond met drie touwtjes is dichtge
naaid, om de lippen gesloten te houden. Platte
neus en gesloten oogen. Donkere, zwarte huid
waarop, als men goed kijkt, zoowaar nóg dons
is waar te nemen!
Het is het hoofd van een volwassene, dat
ingekrompen is tot de grootte van een kinder
hoofd. Al de trekken en onderdeelen van een
menschenlioofd zijn nog aanwezig, zij het dan
ook in verkleinde proporties. De humaniteit
van deze „sansa" is luguber. Het is eeh doods
hoofd, dat een vreemd posthuum léven schijnt
te leiden, buiten de geciviliseerde wereld, een
leven latén wij eens paradoxaal zijn zoö-
als slechts weinig doodshöofden van de ttiil-
liarden en milliarden lijken, die door den grond
werden ingezwolgen, het verschrikkelijk voorj
recht hébben dat te mogen voortzetten.
De haren zijn gelustreerd en zacht alsof zij
van een levende waren en zij vooral zijn het,
die aan de doode trekken van het hoofd een
Illusie van het leven geven.
Hoe bleef dat hoofd zoo goed bewaard?
Door de vreemde heelkunde, de niet minder
Vreemde scheikunde en de ttog vreemder kunst
van wilden.
Ik héb eené eèn documéntarisehe film gezien,
waarop „head hunters" van de Philippljüen be
zig waren éen „sansa".... voor den handel te
pVepareéren, ja heüsch: voor dén handel
Aanvankelijk snelde men ginds koppen, óm
ze als oorlogstrofee te bewaren of om er het
hart mede te winnen van een donkere schoone.
Later ging, als wij ons zoo mogen uitdruk-
ke, alle dichterlijkheid er af en Werd het kop
pensnellen een vulgaire handelszaak! Deze op
vreemde wijze geprepareerde koppen werden
exportartikelen zooals, bijvoorbeeld, dood-
banale cocosnoten!
Op het laatst ontstonden moordpartijen op
groote schaal, om zooveel mogelijk koppen aan
de amateurs te kunnen leveren.
Dë Jibaros waren voortdurend niet elkaar op
voet van oorlog en men spreekt van een geval
waarin een geheele nederzetting ineens in de
pan werd gehakt, wat een oogst gaf van onge
veer drie duizend hoofden die, na preparatie,
vermoedelijk den weg hebben gevonden naar
particuliere verzamelingen, naar Amerikaan-
sche en andere musea, nadat de koppenhande
laars van Quito en Guayaquil er een flinken
duit aan verdiend hadden. Men betaalde tót
vijfhonderd dollars voor een naar de regelen
der «kunst geprepareerden gesnélden kop.
De overheden wilden ingHjpén, doch de
Jibaros hielden zich schuil in hun oerwouden
en zetten daar onverdroten hun liefhebberij
voort. De regeeringen namen dan hun toe
vlucht tot het verbieden van den handel in
deze hoofden. Wat de „productie" wel eenlgs-
zins deed verminderen.
Bij onderzoek van den kop uit de verzame
ling van den Brusselschen schrijver werd ge
constateerd, dat in den nek de hoofdhuid dicht
is genaaid met aloë en men veronderstelt dat
de Indische „artist" vermoedelijk langs daar
zijn akelige chirurgie is begonnen. Dan heeft
hij dé huid van den schedel gescheiden, zónder
dat er ook maar de kleinste snede in voor
komt, die den haartooi had kunnen séhénden.
Verondersteld wordt, dat het hoofd daarna be
werkt werd in een afkooksel van planten, om
het vleeSch en 'de huid te doen krimpen, bm
vervolgens gerookt te Worden. Hieromtrent is
men het echter niet eens, want er'zijn personen
die beweren, dat de preparators deze inkrim
ping hebben verkregen met warme steenen
langs den hals in het hoofd te plaatsen, dat
hierdoor verkleind werd tot de grootte van
een vuist, zonder dat de onderlinge verhouding
der verschillende gëlaatsdeeien er door vei*
broken werd, terwijl ós bewerking zonder In
vloed bleef op het haar, de wimpers, de wenk
brauwen en het dons op de wangen, die hun
natuurlijke afmetingen behielden.
Ziedaar wat men zooal'vertelt over de maka-
bëre meesterwerken van het sóórt, dót ons
even heeft beziggehouden en waarvan men in
zekeren zin mag zeggen, dat het hoofden zijn,
dje op den dood werden gesmokkeld.
Wij weten niet, in hoeverre deze lezingen
over het preparèeren van gesnelde koppen
ofte „sansas"- juist zijn, daar dit soort werk
niet tot onze specialiteiten behoort en geven
wij, zooals gezegd, deze dan ook gaarne VOor
beter.
Brussel. T. B.
Wat de Witte Zusters voor deze
ongelukkigen doen
Uit Bembeke (Nyassaland, Britsch Oost-Afri-
ka) wordt aan „Agentia Fides" geschreven:
Te Mua, dat gelegen is in de lage en heete
vlakte, die het Nyassa-meer in het Oosten be
grenst, hebben dé witte zusters yan Nyassa een
hospitaal voor mélaatschen ge'opënd. De „British
Empire Leprosy Relief Association" heeft door
een subsidie meegewerkt aan den bouw van dit
hospitaal.
De gebouwen bestaan uit een operatiezaal en
twéé grootére zalen, één voor mannen en één
voor vrouwen, die het bed moeten houden..
In de omgeving van de leproserie vormt zich
reeds een geheel dorpje. De missie heeft een
twintigtal hutten laten bouwen, en de melaat-
schen, die nog tot werken in staat zijn, bouwen
zelf aanhoudend nieuwe. Men Verschaft hun
enkël het materiaal voor den bouw.
Sinds de eerste maand hebben zich 80 lepro-
sen aan het ziekenhuis aangemeld. Elke week
komen er nieuwe bij. Veertig er van wonen in
het hospitaal. De andere komen slechts op een
bepaalden dag uit hun eigen dorp, om eer in
jectie met chaulmogra te krijgen.
Nooit ontbreekt iemand op het appel; zoo
groot is hun verlangen naar eenige verlichting,
en zoo volkomen is het vertrouwen, dat de zie
kenzuster hun inboezemt.
Niets is meer in staat tot medelijden te be
wegen, dan de aanblik van deze schaar van on
gelukkigen, wier ledematen in stukken afval
len en die reeds de vreeselijke lucht der ont
binding afgeven.
Het meerendeel van deze menschen zijn door
heel hun familie verlaten, zoodat de missie hun
onderhoud tè haren laste hééft moeten nemen.
De faam der witte zusters is reeds voor goed
gevestigd. In de twee laatste jaren hebben ze
5000 injecties tegen de pinan toegediend, waar
van het gevolg is dat deze ziekte, die een zus
ter van de melaatschheid is door haar hardnek
kigheid en afschuwelijkheid, tenslotte geheel
uit het land is gebannen. De zieken kwamen
van meer dan 100 kilometer uit den omtrek bm
zich door de zusters te laten behandelen.
In 1928 hebben alleen reeds te Mua en Otaka-
taka 37.000 zieken de zorgen der zusters onder
vonden. Dit cijfer zal dit jaar nog belangrijk
worden oversèhreden.
Het aantal zieken, dat in 1928 in het vicariaat
Nyassa geholpen werd, bedroeg 78.624.
DE VOUW IN DE BROEK VAN DEN
LORD MAYOR
Mannelijke mannequins
WAT ORGANISATIE VERMAG
De kleermakers van Huil, te Huil zijn
alle kleermakers gentlemen-tailors, zijn in
verzet gekomen tegen den Overigens zeer aoh-
tenswaardigen Lord Mayor hunner stad. Coun
cillor B. Pearlman, omdat deze zich verstout
heeft openlijk lucht te geven aan zijn eerlijke
overtuiging, dat de Huiler kleermakers niet
te vergelijken zijn bij de Lohdensche.
Nadat van het gilde der hurkézitters de eën
den ander langen tijd boosaardig had aange-
zién, zoolang zij vermoedden, dat eén hunner
de levérancier moest wezen van 's Lords tenu,
hebben zij, toén het verraad van den burge
meester aan een der eerzaamste groepen der
bürgers aan het licht was gekomen, zich hecht
aaneengesloten, en niet nagelaten de heftigste
verwijten te richten aan het adres van den
magistraat; zoodat deze zich genoodzaakt
heeft gezien een uitvoerige rede op papier te
zetten, waarin hij zich verantwoordt en waarin
hij betoogt, tën eerste, dat éen burgemeester,
eeh Councillor, een Lord Mayor van een Stad
als Huil In allés ten voorbeeld moet strekken
en ook een toonbeeld moet zijn van eon gentle
manlike gekleed burger; ten tweede, dat hij
er verre van gebleven is om alle Huilenaren
naar de Londensehe kleermakers te Verwij
zen; en ten Slotte wierp hij, lacie tevergeefs,
zijn hoogste troef op tafel en biechtte hij op,
dat hij het wis en waarachtig bij drie kleer
makers uit de sitad geprobeerd had. Maar het
verbolgen gilde hief een vervaarlijk gekrijsch
aan om te protesteeren, en de drie kleer
makers, wien een bewijs van onvermogen was
uitgereikt, schreeuwden het hardst.
Het was daarop de echtgenoo.te van den
Lord Mayor, die met een limineus plan haar
gemaal in dezen bedenkelijken, politieken
strijd kwam bijstaan.
Hij liet zich vijf van de best gekleede man.
nen van Huil aanwijzen en verzocht ze in hun
Zondagsch pak te haren hüize. Daar hebben
deze heeren zich ertoe geleend om als manne
lijke mannequins te dienen van de Hullsche
heerenmodé;' zoo althans meent het mevrouw
specifiek de Lordsche.
Zij Hebben Zich lateii bewonderen; zij heb
ben coupe en snit laten prijzen van de hün
aangegoten costumes, en toen hun gevraagd
werd bnv de adressen van hun kleermakers,
noemde de een na den ander een van de vijf
bekendste firma's té.... Londen.
..LONDON OPINION".
Lakei: „Heeft u gescheld, mijn
heer?"
De verwende parvenu: „Ja, ik heb
mijn zeep verloren. Spring eens even
Het gevaarlijk gebrek aan eetlust
In de tuberculose-commissie van het Genoot
schap voor Volksgezondheid te Weenen heeft,
volgens de „N. R. Ct." prof. Durig verslag uit
gebracht over een reis die hij met prof. Eisels-
berg eh eeh aantal geheeshééren naar Duitsch-
land ondérnoméh hééft ÓM de uitkomsten van
behandeling van tuberculose met zoutvrij diëet
te bestudeeren.
Hij be|on met op te merken dat bij long-
tuberculose het gevaarlijke gebrek aan eetlust
dikwijls een gevolg van gebrek aan zoutzuur
in het maagsap is. Hij acht daarom de poging
om dergelijke patiënten zonder zout te voeden,
een tweesnijdende^ zoo niet gevaarlijken maat
regel. De geheele waarde van de diëetkuur in
de buitenlucht die totdusver is toegepast, ligt
in da prikkeling van den eetlust om het lichaam
béter bestand tegen de ziekte te maken.
Wat hij in Duitschland gezien had, had hem
de overtuiging verschaft, dat de behandeling
van lijders aén longtuberculose met zoutvrij
diëet weinig belooft.
Anders is het gesteld met de chirurgische
tuberculose. Hlefvan is de kuur niet alleen
veelbelovend, maar kan men de uitkomsten ook
beter beoofdëelen Prof. Durig heeft zich over
tuigd dat bij éhirurglschfe- en liUid-tuberculose
succes is bereikt. Hij is er daarom Voor, de
nieuwe behandeling in eeh inrichting waar vele
kinderen bijeen zijn toe te passen en biedt zich
aan, om dé uitkomsten te helpen controleeren.
De tijden veranderen
WALES GESLAGEN
„Mefc-as-je-me-noh", zei deze week Mie,
hoogblonde huis-diva van nauwelijks 75 len
tegen Trijn, de groentevrouw, „wat een raI\,
tijd toch tegenwoordig met die vliegmachin^
dat gescharreiton, die luidsprekers en die ov8
winningen van Engeland". J
En 't goeie mensch had gelijk. Doch er sts^
niet voor niets geschreven: de tijden vera®
deren en wij veranderen met hen. En zoo
ik U het nieuwste van het allernieuwste op
disschen. Elf rasechte Engelschen, tezamen.
coB'
strueerend hét officieele Èngelsche elftal, sl®?i
gén Woensdag Wales met zes-nhl! Alle „Mie5
ten spijt.
Toen ik het hoorde, was het alsof de bliks8®1
ergens insloeg. Eerst werd 'n paar weken Se
den Ierland in Belfast klein .gemaakt met
en het had zeventien jaar geduurd sinds NSjL'
land aan de overzijde van dat Kanaal won.
hadden in dien tijd een kleine oneenigheiü
gemaakt tusschen 'n paar mogendheden, we h®
den en passant eenheidsworst gegeten en vie
jaar aan de grens geluierd en de schrik va^'
Belfast is nog niet over, of met zes-nul
Wales er aan gelooven. Ik heb de notities «e®
opgeslagen en ben teruggegaan tot 1908 om e8
nederlaag van Wales te vinden, die er ee
beetje op leek: de 71 van Wrexham.
dat was in de grijze oudheid. Mijn Engels8^
grootvader zal het zich mogelijk nog wél her'®*
heren.
IerlandEngeland 03; Engeland—Ws'e
6—0; ergo gesp. 2, gew. 2, doelsaldo 9—0
nóg niet tevreden, dan moet er inderdaad
haperen. En toch zijn alle critici het er. °vó*'
eens dat deze daverende cijfers en dit laats'9
donderend succes nog bij lange ha niets
gen en dat het Èngelsche elftal noódig ee0^
op de helling moet. En vooral nota bene!'
de voorhoede. Men schrijft de zege groots3'
deels toe aan het zeer teleurstellende, spel
tegenstanders. May be! Maar als Engeland.
jaar het kampioenschap niet wint, met Schot'
la:ld te Wembley als zijn laatsten tegenstand®^
dan wachten we gedwee wepr een jaar of W
tig en als ik dan oud en vergrijsd zal zijn e®
het ls eenmaal zoover, dan schrijf ik tegen-, die®
tijd wel eens een feest-artikel en laat er groot?
koppen boven zetten, van „Lang gewacht niaar
toch gekregen" of zoo iets. Of zooals ds Yanke®9
dat zoo netjes zeggen; „Better late than beV«r'
but better never late!"
We gaan eens even tuinen In de eerste
visie. Niet dat er grandiose wijzlglngén hebb®0
plaats gevonden, maar van tijd tot tijd diene®
we even den stand van zaken te bepalen.
zij allereerst geconstateerd, dat Leeds Unit®d«
dat eenmaal, oogenschijnlijk voor eeuwig 6a®
het hoofd ging, Zaterdag tegen Liverpo"
opnieuw een nederlaag te slikken kreeg, 30°*
dat weer eens te meer bewezen werd dat roeBl
op dit ondermaansehe vergankelijk is. Ze is
minste voorloopig uit de leidende kringen v'er*
dwenen en geen sterveling neemt er op üe
oogenblik meer notitie van, wanneer het ba"'
delt om de suprematie van Engeland. Manch®8"
ter City leidt en zij bevestigt haar reput®1'0
door haar elfde achtereenvolgende zege, e®
wel op Sheffield United, zoodat ze .met
puhten voorsprong op Sheffield Wednesday
safe bovenaan staat. Voor. zoover dan ooit-.®®?
positie van een club in de League safe genoé11"'
kan worden.
Voor de onderste rangen van deze klasse v°°
een heftig treffen plaats in Newcastle, waar
d«
United tegen Portsmouth uitkwam. Beide clebS
zijn toch altijd nog min of meer candidat®
voor de bengel-positie. Portsmouth verloor deZ®
match van Hugh Gallachêr. Deze. buitenge^00?
handige voorwaarts, die alleen zijn humeur n'e
mee heeft, had er Zaterdag danig het oog
en scoorde in zijn eentje vier doelpunten
daardoor wist de United met 41 te win110®]
wat ze hard noodig hadden. Nu staat Ma®
Chester United onderaan en het gaat er z®_
langzamerhand naar uitzien dat de twee Maa
Chester clubs de twee tegenstrijdige P°le
blijven in de League: de City de plus-pool
de United de min-pool.
Eens heb ik gedacht dat het'Pr^
bleem van het internationale kampioen3®11.3''
door de veel-géven-weinig-nemen-BOlitielv
beslag zou krijgen, maar ik heb me eenvP„
dig vergist. Zooals U weet, draaide deza<l
hierop uit, dat de Èngelsche clubs ervoor
dankten om hun dure spelers yoor interland®
matches af t# staan op Zaterdagen, dat b®
League-rad wentelde, zoodat ze en, blpc v°°
stelden deze matches op weekdagen te-hob??.:
terwijl Ierland,-Wales, en Schotland, ({Me
V'elf
spelers in Engeland hebben) vanwege de p
cuniën den Zaterdag als wedstrijd-dag
hebben gehandhaafd. Men was er algemeen
overtuigd dat beide partijen wat water in
wijn zouden doen. t
Aldus is niet geschied. Het edele drietal da®
aan de centen en stemde eenvoudig voor d®
Zaterdag en Engeland bleef in de minderb®1
Maar de Èngelsche clubs en de F. A. zullen 11
er niet bij laten, en wanneer de voorteeken0
niet bedriegen, dan zal de geheele affaire
strekkende gevolgen hebben. Hét is natuu1'"^
logisch, dat Engeland zich niet' de wet la
voorschrijven door Ierland, Wales en sc^gt
land, die jaarlijks voor hun sterren de nood'®^
ponden laten betalen door Engeland, maar 0
nog over die sterren willen besohikken
dagen, dat ze per ongeluk' een internation®
wedstrijd te spelen hebben.
Er wordt nu al geredeneerd over de a®'
welke Engeland tegen deze decisie gaat
Men wil namelijk op de volgende vergader o
'n voorstel doen luister! om allen Foo'^^j.
League Clubs te verbieden spelers af te st®
voor welken internationalen weds'1^,
ook, met uitzondering wanneer de club SeVl)g,
tigd is in het betrokken land. Deze laatste
paling geldt dus practisch genomen alleen
Wales en wel voor clubs als Cardif f::Cit}'f
Swansea, die Èngelsche League-clubs zijn 111
in Wales haar home hebben, - ,ep
In ieder geval: de knuppel is in het hoen
hok geworpen. Want het lijdt geen twÜ^e'^
de drie landen laten zich evenmin een derg®
drastische behandeling, als dbor BMe
wordt voorgesteld, welgevallen. Zij zullen
gaan, en daarmee is meteen de Internatioaef.
Board van het tooneel verdwenen. Daaroie®
vallen natuurlijk ook alle internationale t.
strijden van Engeland tegen zijn naaste
lui. Ik moet er eenvoudig niet aan denken-
ging nu net zoo aardig met die drie nul en
zes-nul, waarop ik zeventien jaar lang
smart heb zitten wachten .md
Enfin, er is weer een „relletje". Dat i® t«
leuk om over te Schrijven, en U zult er
zijner tijd het vervolg van booren. Ik h00'
dat gerecht te kunnen serveeren met eén
sausje. Het leven is toch zoo saai dat
tijd tot tijd éoo'n opldkkertje noodig ti"bB®