1
i
FEE
Het jongemeisje van onzen tijd
m
mm
F
De statistiek der heiligen
HONGARIJE'S JUBELJAAR
MAANDAG 8 P3CKHHEEI1929
EERSTE BLAD.
PAGTNA 2-
I
PELGRIMEEREN NAAR LOURDES
Verword ng en vèrw Idericg der z den
ZORG EN VREES MOET ONS
VERVULLEN
„Wie kan tegen den geest van den modernen
tijd op!"
DE UITVOERING DER ZIEKTEWET
Tegen de sprekende Mms
-
EUCHARISTISCHE SCHEEPS-
PROCESSIE OP DEN DONAU.
JiiiiiiiiiiiiuiHiiiiiiiiiidiiiiiHiwiiiiinuiiiiiiiHiitiitiiiiBiiiiiiiiBiiiiiiiiifliiiiiimiBiiinBiiiniiiHHiiiiBiiHiiiimiirininiiiiimniiHiiTnimiimmiimiimiiinHm'fHniimiMiwi-auuümniiiig
De RECLAME voert afnemers
naar de fabriek, zij leidt koopera
den winkel binnen- De Reclame
vergemakkelijkt en versnelt den
goederen-omloop, zij verhoogt
den omzet Ami stelt tot prijs
verlaging in staat.
De RECLAME,
mast, is een
groote wel
doenster
menscbheid.
ONZE POOTAARDAPPELEN
d én
CIJFERS, DIE VEEL ZEGGEN
ïlemelsche heiligen in aardschc nationaliteiten
Vanneer men weet met welk eon wijze voor
zichtigheid en angstige zorg de Katholieke
-Kerk Zalig- en heiligverklaringen behandelt,
zal men niet zoo verwonderd staan bij de ver
zekering. dat bet aantal zoo, gestreng gecanoni
seerde heiligen \anat' het jaar 993, waarin een
heiligverklarende bul de eer der altaren aan
Ulrieh van Augs mrg toewees tot aan 1925, het-
jaar. waamn de zalige Jeau Eudós. Jean Marie
Vianney, pastoor van Ars en Petrus Canisius
heiljgverklaard werden, het ge:al van 199 niet
heeft overschreden. Deze 129 omvatten zoo
wel de vrouwelijke als de mannelijke heiligen,
waarbij kan warden opgemerkt, dat eigenlijk
de heilige Elisabeth van Hongaiije, Cuuegonde,
da gemalin van den heiligen Hendrik, Heduy,
hertogin van Polen, met de H. Clara in de
dertiende eeuw pa3 de lijst der vrouwelijke ge-
canoniseerden openden.
MeD zal er, itj het volle besef van de onver
zwakte waakzaamheid en rigoureusen ernst der
heilige Kerk. en van den anderen kant heilig
overtuigd van da snoodheid en slechtheid der
tegenwoordige tijden, echter wél verwonderd
van staan als men verneemt, dat vanaf 1S0J
tot 1925 in deze vijf kwart eeuw niet minder
dan 932 personen geroepen zijn tot de eer der
zalig- en heiligverklaring.
Onder deze 932 gelukzaligen bevinden zich
811 martelaren en 121 belijders. De eerste
tijden van het Christendom zouden geen
schooner verhouaing kunnen aanbieden dan
deze met zulk een percentage martelaren in
een negentiende eeuwOnder dat heldhaftig
gezelschap zijn 9 bisschoppen te tellen, waar
van er drie in de Fransche revolutie ter dood
zijn gebracht en zes in de missielanden. 274
lecken van beiderlei kunne zijn in Oeganda en
in het verre Oosten gemarteld. 337 zijn in ver
schillende landen, door geloofshaat omgekomen,
meest priesters en missionarissen. De 131 die
over blijven zijn slachtoffers geworden van de
droeve Septemberdagen in 1792
Van deze Sll martelaren zijn er slechts 47
heilig verklaard. 23 ervan zijn in 1593 in Japan
ter dood gebracht, zaügverklaard in 1C27 en
heilig in 1862. Rij dit illuster gezelschap be-
hooren ook de 19 r.:artelaren van Gorcum, die
zaügverklaard zijn door Clemens X in 1675 en
gecanoniseerd in 1837, tegelijk met den apostel
van Polen Josaphat Runceivicj, aartsbisschop
van Polotsk, deze door de sehismatieken in
1623 vermoord en zaügverklaard in 1643 reeds,
wachtte tot 1867 op de eer der altaren. De
zeven en veertigste tenslotte was de gelukzalige
Pietro d'Arbuès, een Spanjaard die in 1453
door huurlingen om het leven werd gebracht.
De 70-1 overigen zijn „slechts" zaügverklaard.
Bij 'e heiligverklaringen onder het pontifi
caat der laatste twee jaren neemt de oudste
dochter d:r heilige Kerk een vooraanstaande
plaats in Onder Paus Bsnedictus XV betroffen
twee van de drie en onder Pau3 Pius vijf op
de zes canonisaties gelukzalige Franschen.
Men denkt natuurlijk onmiddellijk aan de H.
Margaretha Maria Alacoque die in 1864 zalig
werd verklaard en in 1929 gecanoniseerd en
aan Jeanne d'Arc, waarvan de zaligverklaring
pas in 1903 werd uitgesproken, aan den heügen
pastoor van Ars, zaügverklaard in 1905, aan
Marie ftladeleine Postel en Madeleine Sophie
Barat Jean Eudes en de populaire en beminne
lijke heilige Theresia van het Kindje Jesus.
wier heiligverklaring na 1925 valt en wier
zaligverklaring werd uitgesproken in 1923
nauwelijks vijf en twintig jaren na haar heilig
afsterven.
De toekomst doet aan Frankrijk op dit ge
bied nog schoone beloften. Zonder te spreken
van de zaligverklaringen die v.-.orbereiding
zijn van kardinaal Richarl Is-.cliop van
Parijs, den eerbiedwaard: Charles de
Foucauld, den apostel van r' van ge
neraal de Sonis, van Frederic .1 en Anne
Marie Javduhey, de stichters van ds congrega
tie der zusters van Sint Josef te Cluny, staat
de heiligverklaring te verwachten van de ge
lukzalige Bernadette Souberous, Louise de
Marillac, van Grignon de Montfort en Michel -j
Garlcoïts.
De Fransche staatsman, die gezegd heeft dat
de statistieken de grofste van alle soorten
leugens zijn, zal op zijn stelling een uitzon
dering moeten dulden, waar de statistiek de
hemelsche heiligen in aardsche nationaliteiten
zoekt in te deelen
Om ten gunste ook van Italië met eenige
cijfers te goochelen, vermelden wij dat in de
negentiende eeuw de getallen der zaligverkla
ringen bedragen voor:
de missiën 367
Italië 36
Frankrijk 238
en andere landen 125,
terwijl die der heilverklaringsn luiden voor:
Frankrijk 13 maar voor Italië 28.
ALLE VOLKEREN STROOMEN SAMEN
Het wordt een groeiend getij
In het altijd interessante tijdschrift Stem
men nit Lour den" treffen we een statiestiekje
aan over het peigrimeeren naar Lourdes, het
welk een kijk geeft op de steeds toenemende
massa, welke uit alle porden van de wereld
naar de Fransche Mariastad uittrekt. We lezen
o.a.^
„De berichten uit Lourdes hadden het aantal
pelgrims van de maand September op 200.000 ge
schat....Het heeft de 300.000 ver overschre
den! Geen enkele Bedevaart is er geweest, die
niet een groot aantaal meer deelnemers had dan
de vorige jaren.
Terwijl het stadje toch 'n 60.000 pelgrims
kan herbergen, moest men er dit jaar duizen
den buiten Gourdes onder dak brengen, de Ge
meente heeft het oude gerechtshof en de Hal
len van stroo voorzien,, om er de talrijke ver-
eenigingen van jongelui onder te brengen, die
geen tenten hadden, zooals de padvinders, om
bulten te oyejnnektea. De vorige twee jaren
beweerde men,' dat het antal pelgrims het mil
joen bad overschreden thans zijn in zes maan
den tijd. Oktober dus nog niet meegerekend,
1Yi miljoen pelgrims te Lourdes geweest!
Het wordt een groeiend getij! Alle volkeren
stroonren samen, ln dichte drommen, naar de
(wonderbare Grot, naar aller menschen Moeder,
ar Maria!
EEN ONTMOEDIGEND BEELD
De drang naar vrouwelijk
machtsgevoel
LEVENSFILOSOFIE VAN EEN 1G-JARIGE
Als de moderne roman de zuivere weerslag
bedoelt te zijn van ons moderne leven, dan is
het tijdbeeld, dat daaruit oprijst van het jonge
meisje van tegenwoordig, vrij ontmoedigend,
zoo al niet onrustbarend.
Toen Brusse al jaren terug zijn „Rotterdam-
sche Zedeprenten" schreef, mochten wij daar
uit al constateeren, waarheen de emancipatie
van de vrouw, speciaal van het jongemeisje,
ons zoo langzamerhand dreef.
De evolutie van deze vrijheid heeft zich nog
sneller voltrokken dan wij bij al ons pessimisme
nog konden verwachten.
De boeken van Jo de Wit en Julia Frank
gaven ons al een treffende illustratie van
Brusse's weinig hoopgevende ervaringen.
Het zelfstandige werkende meisje, dat 't te
doen is om een eigen werkkring te scheppen
in de maatschappij, maar dat zich toch ook
meteen onafhankelijk cn vrij wil maken van
alle conventies.
Toen kwam Jo van Ammers—Kuü»r's „Op-
standigen'waarvan het derde deel ons al in
kennis bracht met de niéuwste generatie van
jongemeisjes, die alweer een schrede verder
gingen op den weg der vrijheid, welken zij
zich hebben gebaand.
Volgde „Tantalus" van dezelfde schrUfst»-
die ons wel bedoelde het moderne Amerikaai
scbe jongemeisje te Rekenen, maar de zed-n
worden wonderlijk internationaal, misschien
niet weinig ook door de internationale film.
en zoo geven ons ds laatste Hoüandsche romans
het type van het hedendaagsche Hoüandsche
jongemeisje, dat in vrijmoedigheid van levens
opvatting maar weinig meer van het Ameri-
kaanscbe meisje afstaat.
In het voorwoord van een der laatst versche
nen romans, merkwaardig is dat deze acten
van beschuldiging allemaal door vrouwen zelve
geschreven worden, zegt de schrijfster, dat <}it
voorwoord eigenlijk bedoelt een slotwoord te
zijn, „terwille van mogelijke licht gealarmeer-
den, wien bij het lezen de schrik om het hart
zou slaan, maar te dezer plaatse wordt gesteil
voor hen, die zich ontzet zouden afvragen-
„Is 1 at met onze jeugd werkelijk zoo siecit
gesteld?"
En dan vervolgt de schrijfster: „Immers
niemand zal kunnen, noch willen ontkennen,
dat de vrijheid van het moderne jonge meisje
in vele gevallen geleid heeft tot verwording
en verwildering der zeden. Alleen over de veel
vuldigheid van deze gevallen ware te twisten.
Het eenige wat we met zekerheid vaststellen
kunnen, is: Er zijn er zoo! Enkele der hier
achter volgende gebeurtenissen, die historisch
zijn, leggen daarvan getuigenis af."
Een roman bepaalt zich uiteraard tot esn
geval, maar teekent daarom heen toch wel den
geest van den tijd. Wie niet heelemaal vreem
deling is in het Jeruzalem van ons moderne
leven, vooral in onze groote steden, en meteen
vaak ook het treurige voorrecht heeft den
zcdeüjken nood onzer dagen te kunnen peilen,
moet wel tot de conclusie komen, dat er niet
alleen zóó zijn, maar dat er heel veel zóó zijn,
en de inferieure m -"taliteit en demoralisatie
niet het monopolie blijven van een bepaald
milieu of van een enkelen kring.
't Is ons dan ook niet om bet verhaaltje
of het geval als zoodanig te doen, maar meer
or> jijph geest, die uit dit boek spreekt, wat
rr'-'-r niet mag opgevat worden als 'n blamage
(f]e schrijfster, die zeker bedoeld heeft
en oprecht, zonder een greep te doen
- het sensationeele en pikante, den zeds-
'i nood van het jongemeisje van tegen
il'? bloot te leggen.
Fn dan ontmoeten wij in dit boek als de
<ógon'r'-e hoofdfiguren, twee meisjes Bub en
Rob, fH- olkiii-Jersn nog, Jtnb zestien jaar, en
Ros riet veel ouder.
Beul" hst moderne type van het uitgaande,
nuto-rijdonde. cocktail-drinkende, sigaretten-
rookende. gokkende, flirtende en nachtbraken
de meisje.
Het modieus opvallend gekleede meisje met
den jongenskop en de geschoren gepenseelde
wenkbrauwen, met het eeuwig gehanteerd
attribuut, van poederdoosje, rouge en lippen
stift, het vriendinnetje van JaD en alleman.
In haar diepste vfjen was Bub nog een
eerlijk en oners 1 "vakiev. maar haar vriendin
was vjoorV»d-",'itrl'!k slecht en gemeen.
Maar Bub'a o-'-'hankélïjkheidszin maakte
haar pngevo'ü™ voor ieder gezag, voor ai!_*
tucht, vcor alles wat naar orde of regel
zweemde.
Hartelijk kon ze tot haar bezorgden vader
zeggen: „je bent een groote schat! Alleen nicest
je niet zulke bevliegingen van plicht en rechten
hebben. Belachelijk gewoon."
Maar Ros' flirten vond zijn oorsprong in een
teugelloozen innerüjken drang haar vrouwelijk
machtsgevoel zoo intens mogelijk uit te lezen
Met wellust bracht ze een verliefden jongen
tot wanhoop en razernij.
Bub. die evenmin moraal, gezag, of conventie
erkende en liefst op het randje van een zede-
lijken afgrond balanceerde, behoefde maar één
stootje om te vallen. Ook zij was het egoïste,
onverschillige, mondaine meisje geworden.
Wat een gevaar dergelijke meisies ook voor
haa~ nog prvriooz" omgeving zijn leeren ons de
geschiedenis van Tommy Renninga, een school
kameraadje van Bub. maar nog een jaar jonger.
Tommy vraagt aan Bub. wacr ze 's middags
na schooltijd naar toe gaat, en of ze dan eens
met haar mede mag gaan.
„Wel ja, natuurlijk. We zien 's middags
meestal zooveel menschen, dat jij er niet eens
tusschen opvalt."
„Komen er ook studenten?"
„Ja. Ben je daar bang voor?" plaagde Bub.
„Nee, maar dat vind ik zoo echt!" vertrouw
de Tommy haar toe.
Bub begon de situatie vermakelijk te vinden
cn ze mankte in zich zelf het plannetje e"
Tommy eens h°elemnal „in" te halen. In het
mldda-ruur belde ze Ros even op nra libs'- in
te lichten o'ptEgnt beer voornemen. Het was
ecu kclffe paar Ros' hand.
Om vier uur wachtte ze met haar two-seater
Bub en Tommy, die zich poesmooi gemaakt
had in haar beste fluweelen jurk en haar Zon-
dagschen mantel met echt bont op. Ros was
uitermate vriendelijk en deed ^oo intiem en
amicaal dat Tommy zich begon, te voelen.
„Naar „La Hollande" hé?" informeerde Bub.
„Natuurlijk!" zei Ros.
Aan een tafeltje van te voren gereserveerd
en nog ai apart van de anderen gelegen, zat
Johannes met een aantal vrienden, speciaal
voor deze gelegenheid bij elkaar getrommeld.
Wei met een vuurroode kleur yan verle
genheid maar toch moedig sloeg Tommy zich
door de voorstelling heen.
„Een verdraaid aardig kind!" merkte Leo
Terkeurae goedkeurend op. Hij bleef nooit lang
ongevoelig voor een meisjesgezichtje. Zijn on
beschaamd staren bracht Tommy glad van de
wijs en ze was blij, toen Ros beschermend zei:
„Kom maar hier naast me zitten!"
„Wat moet de baby gebruiken? vroeg Johan
nes aan Ros, uit zijn humeur, omdat hij abso
luut niet begreep wat ze met dat kind van
plan was. Maar nu had hij Tommy in haar
eer getast,
„Een kopje thee, als-u-blieft, grootpapa!"
antwoordde ze bijdehand.
Een daverend lachsucces was haar loon.
„Kom, kom Tommy!" schertste Bub, die
tegenover baar zat. „We zijn hier nipt op een
theekransje. Bedenk eens wat anders."
„Wat neem jij?" fluisterde Tommy Ros
haastig in.
„Dat weet ik nog niet! Ik drink misschien
een kleurlooze met de jongens mee! Of een
glaasje Vermouth of anders een whiskey!"
zei Ros nonchalant in de hoop dat Tommy
haar klakkeloos het een of ander zou na zeg
gen.
Maar, Tommy vroeg eerst een advocaatje
dat zij al dadelijk moest leeg drinken, ajvor^ns
ze aan den dans ging, want van een „vol glas"
mocht ze niet wegloopen.
Toen zij weer op haar plaats terug kwam
stond cr weer een glas Vermouth voor haar
klaar.
„Tommy, mag ik je even zien?" met deze
woorden hief Johannes eigenlijk ingelicht om
trent Ros' bedoeling zijn glas paar haar op.
„Ad fundum!" riep Ros.
Dapper sloeg Tommy 't scherpe vocht naar
binnen, hoewel de tranen haar in de oogen
sprongen,. Nu vroeg Johannes haar tsr dans.
Daarna moest ze weer iets drinken, onmid
dellijk gevolgd door een charleston.
Zoo ging 't onafgebroken voort. En ieder bp
zijn beurt moest Tommy „even zien"
„Ober! Obertje!" teemde Johannes dan weer
voor een nieuwe bestelling.
„Chass' sigaretten!" bestelde Leo. „Tommy
Je rookt toch?"
De beklagenswaardige Tommy, die niets
gewend was, noch van het een, noch van het
ander, voelde zich gloeiend warm en vreemd
licht in het hoofd worden. Een ongewone op
winding doortrilde haar: ze begon los te komen.
Om alles en niets lachte ze en flapte eruit wat
haar voor den mand kwam, dingen zeggend,
waarvan ze goms zelf in de yerste verte de
portee niet vermoedde.
De jongens vermaakten zich dol met haar
en Bub en Ros lachten tranen. De laatste er
intusschen nauwlettend zpfg voor dragend dat
Tommy's glas gevuld bleef.
Tommy's uitgelaten luidruchtigheid begon de
algemeene aandacht te trekken en Bub gaf Ros
een wenk. dat het nu welletjes was.
Daarmede wilde Ros het echter volstrekt
niet eens zijn. Tommy moest nog grooter
clownerieën ten gerieve van het gezelschap
bedrijven. Ze liet haar van alles door elkander
drinken, hetgeen Tommy volkomen door dén
drank beneveld goedmoedig deed.
Ze wa3 nu alle controle over zich zelf en
haar omgeving kwijt. De meest onkiesche
vragen en opmerkingen beantwoordde ze gul
hartig in finesse tot razend pleizier van de
jongens.
Den anderen dag wordt Bub voor dit schan
delijk feit tegen een medeleerlinge misdreven
van school gestuurd.
„Voel je het niet als een schande om van
school weggestuurd te worden? Is het je eer
niet te na, dat er menschen zullen zijn, die
je met den vinger nawijzen?" vroeg de direc
teur, „het Baasje".
„Schande? Eer?" smaalde Bub. „Verouderde
begrippen! Idéés fixes!"
Nu ze beiden Bub en Ros, toch van school
af zijn, gaan ze maar een poosje uit logeeren
bij een getrouwde zuster van de laatste in
Den Haag, maar daar co-.uetteeren en flirten
ze zoo onbeschaamd met den heer des huizes,
dat de gastvrouw buiten zich zelf van erger
nis de meisjes op gtaanden voet aan de deur
zet met de woorden: „sletten, die je bent!"
De meisjes zijn echter niet gauw uit het
veld geslagen en gaan verstrooiing zoeken
in een nachtclub, waar een neger Jazzband
optreed.
In het bachauaal, dat bier volgt, teekent de
schrijfster, zooals nog niemand deed, den
rauw-zinneüjkcn Invloed van den modernen
dans.
Het meisje Ros werpt dan haar gouden
sigarettenkoker naar den zwarten ukelele-
speler op het podium als dank voor het perverse
genot, dat hij haar heeft doen ondergaan.
Zij haalt baar vriendin Bub over haar ouders
voor te wenden, dat Ros een veertien dagen bij
haar zal komen logeeren,' maar in werkelijk
heid gaat zij met den neger naar Londen.
Bub vindt ten slotte dit stuk nog al stout,
al kon zij 't van haar vriendin verwachten,
maar de levensfilosophie van deze zestienjarige
zelf is ook ai niet veel fraaier, waar ze cynisch
verklaart: „Ik zal den besten trouwen, (den
besten in den zin van wie haar 't meest luxe
en genot kan geven), maar den rechten lief
hebben.„Want liefde zoekt Snen niet in het
huwelijk."
Mannen maken de watten, vrouwen de zeden,
heette 't vroeger.
Maar de zeden, die hier door het opgroeiend
vrouweiük geslacht der toekomst gevormd
worden, door het jongemeisje van tegenwoor
dig, zooals het zich thans in onze samenleving
manifesteert moeten toch allen, die 't wel
meenen met menscbheid en maatschappij met
zorg en vrees vervullen.
En als wij dan constateeren hij de jongste
zedelijkheidsdebatten in de Tweede Kamer,
waar ook van vrouwelijke zijde gewaarschuwd
werd tegen het groeiend en broeiend gevaar
der dancings, „sloffen" noemt het jonge
meisje van tegenwoordig in haar eigen termino
logie dit edele vermaak dat er nog levens-
ervaren mannen zijn in onze Tweede Kamer,
die oordeelen, dat 't mst de openbare eerbaar
heid nog zoo slecht, niet staat, dan begrijpen
we dat het alarmeerend boek, dat we hier be
spraken, eindigt met de hopelooze verzuch
ting:
De keuze moet nu gedaan worden
SAMENWERKING OP CONFESSIONEELEN
GRONDSLAG
Men verzoekt ons opneming van het volgen
de:
Het is gebleken dat de werkgevers danig ziji
verontrust door ds circulaire* die dezer dage.
rondgezonden is door de raden van Arbeid i
verband met de uitvoering der ziektewet.
In die circulaire1 wordt onder meer de vra.T
gesteld of de werkgever van plan is zich L
een bedrijfsvereeniging aan te sluiten. Ter vc.
duidelijking moge nu het onderstaande volgen
De Raden van Arbeid zijn als subsidiair u:
voeringsorgaan der Ziektewet genoemd naa
de bedrijfsvereenigingen. Zij moeten dus tijd.
weten,welke werkgevers zich bij hen zuil
verzekeren en vragen dus nu reeds mede te;
gevolge van een Kon. Besluit te dier zake d
zoo juist verschenen is (en Donderdag in on
Blad gepubliceerd Red.) opgave va.
wat de werkgever van plan is te doen. Het i
do bedoeling van bovengenoemde circulaire I
weten over welke portefeuille van risico's d
Raad van Arbeid op 1 Maart 1930 den datun.
der invoering der Ziektewet, de beschikking
zal hebben.
In het algemeen doen R.K. Werkgevers nu
het beste, of zij aangesloten zijn bij een orga
nisatie of niet, om voor wat groot-werkgevers
betreft zich te wenden tot het secretariaat der
Gemengde Bedrijfsvereeniging der Alg. R. K.
Werkgeversvereeniging Lange Voorhout 19 te
's Gravenhage en voor wat de overige werk
gevers betreft zich te wenden /tot het secreta
riaat der Middenstand-Onderlinge, de bedrijfs
vereeniging der R. K. Middenstands-Onderlinge
de bedrijfsvereeniging van den R.K. Midden
standsbond Oranjelaan 19 Rijswijk (Z.H.)
De keuze moet nu door de werkgevers wor
den gedaan en het zou zeer toe te juichen zijn
indien de R. K. Werkgevers allen handelden
zooals hierboven staat aangegeven. Die han
delwijze is zeker in hun eigen belang en waar
borgt bij hen de uitvoering der Ziektewet op
een voor hen meest-economische wijze.
Het onderscheid tusschen bovengenoemde
categorieën van werkgevers is in sommige ge
vallen zeer lastig te bepalen. Het maken van
dit onderscheid wordt echter gemakkelijker
door het feit, dat ds bedrijfsvereeniging van
den R. K. Middenstandbond alleen die werk
gevers opneemt, die tevens bij hun standsorga
nisatie als zoodanig zijn aangesloten. De Alge
meens R. K, Werkgeversvereeniging stelt dien
eisch van lidmaatschap niet, doch neemt als
lid in haar bedrijfsvereeniging op alle werk
gevers, die naar den aard hunner onderneming
hiervoor in aanmerking komen.
Groot-werkgevers die uitsluitend lid zijn van
de A. R. K. W. V. behooren dus thuis bij de
bedrijfsvereeniging der Algemeene R. K. Werk
geversvereeniging.
Groot-werkgevers, leden van de A. R. K. W.
V. en der R. K. Middenstandsvereeniging moe
ten zelfstandig hun keuze bepalen.
R. K. Groot-werkgevers, die noch lid der
A. R. K. W. V. noch lid van de R. K. Midden
standsvereeniging zijn, beboeren thuis bij de
bedrijfsvereeniging der A. R. K. W. V.
Werkgevers, die uitsluitend lid zijn van den
R. K. Middenstandsbond, behooren thuis bij de
Middenstands-Onderlinge.
Werkgevers, niet-iid van de R. K. Midden
standsvereeniging moeten eveneens hun keuze
zelfstandig bepalen met dien verstande, dat
zij overeenkomstig den omvang van hun bedrijf
heter doen met lid te worden hunner stands
organisatie en aldus de mogelijkheid te schep
pen om bij de bedrijfsvereeniging van den Ned.
R. K- Middenstandsbond: de Middenstands-
Onderlinge te worden opgenomen.
Vast moet in alle geval staan, dat R. K.
werkgevers in handel en industrie bij de be
drijfsvereeniging hunner eigen standsorgani
satie zich aansluiten en niet bij neutrale ver-
eenigingen of bij Raden van Arbeid. Aanslui
ting bij de R. K. Organisaties met hunne be
drijfsvereenigingen zal het zelfstandig karakter
dier organisaties verhoogen en versterken en
nog meer doen uitkomen, dat samenwerking
pp confessioneelen, grondslag reden van be
staan heeft.
DE PUBLIEKE OPINIE
Na een half jaar ervaring
Een telegram uit Stockholm meldt
Een prijsvraag, door Svenska Dagbladet uit
geschreven, heeft het verrassende resultaat op
geleverd, dat de overgroote meerderheid van
het Zweedsche publiek zich tegen de sprekende
films heeft verklaard.
Het blad liad een prijsvraag uitgeschreven
voor het beste antwoord op de vraag: Waaraan
geeft gij de voorkeur, aan de sprekende of aan
de zwijgende films waarbij verscheiden geld
prijzen waren uitgeloofd. Een ontzaglijk aan
tal antwoorden werd ontvangen, waarvan 'de
eenigszius verbluffende uitslag \vas, dat 92
van de inzenders zich beslist tegen de spreken
de en voor de zwijgende film verklaarden. De
overige 8 werd in hoofdzaak gevormd door
lieden van het platteland, die er in hun ant
woord op wjjzen, dat op het platteland slechts
weinig gelegenheid bestaat, om bij zwijgende
films goede muziek te hooreu.
Vele antwoorden tegen de sprekende films
waren in zulke krachtige bewoordingen opge
steld, dat de jury ze voor mededinging moest
diskwalificeeren. Het Zweedsche publiek heeft
thans ruim een half jaar gelegenheid gehad,
met de sprekende films kennis te maken.
N
DOOR DE GROOTE TOENEMING VAN II ET AANTAL VERBRUIKERS een gevolg
van het grooto aantal inwoners ziet de Amsterdamsche waterleiding ii :n genoodzaakt
het buizennet uit te breiden; wij geven Uier een kijkje op de hiermede in verband staande
werkzaamheden.
Negende eeuwfeest van den
H- Emericus.
Katholiek Hongarije maakt zich op voor
etn grootsehe feestviering. Het zal in 1930 ne
gen honderd jaar geleden zijn, dat prins Eme
ricus, de zoon van den H. Koning Stephanus,
den grondlegger van het Hongaarsche Chris
ten-koninkrijk, in geur van heiligheid stierf,
en dit voor ganseh de natie zoo memorabele
feit, wil men gaan herdenken, in een grootsehe
religieus-nationale gedachtenisviering, waar
toe men ook andere naties zal uitnoodigen.
Prins Emericus, die tegelijk met zijn ko
ninklijken vader in 1083 tot de eer der altaren
verheven werd, was een voorbeeld van de held
haftigste christelijke deugden.
Reeds als knaap legde hij de gelofte van zui
verheid af. Later huwde hij volgens het ver
langen zijns vaders met de Poolsche prinses
Helena, die, met gelijke gevoelens bezield, iu
heilige onthouding met hem leefde tot zijn
vroegtijdigen dood op 24-jarigen leeftijd.
Voor de herdenking van deze glorie van het
Magyaarsche koningshuis heeft zich een cen-
traal-comité gevormd, waarover kardinaal
Serëdi, de vorst-primas van Hongarije en
aartsbisschop van Esztergom, het protectoraat
heeft aanvaard. Voorzitter is de oud-minister
president Carl Huszdr, IJd van het Hoogerhuis;
kerkelijk voorzitter dr. Stefan Hasz, tit. bis
schop van Sura. Leider van het comité voor
de buitenlandsche gasten: graaf Franz Ha-
nyady, lid van den Rijksdag.
Het ligt in de bedoeling, zooals het in
een mededeeling van genoemd centraal-comité,
Welke wij zoo pas ontvingen, wordt omschre
ven, door grootsehe festiviteiten „aan de
christelijke en niet-christelijke wereld het
schouwspel te "bieden van een geloovig en voor
zijn religieuze idealen geestdriftig volk en te
vens te bewijzen, dat ook de Katholieke ge
dachte als zoodanig sterk genoeg is, om voor
het Katholieke Hongarije belangstelling te
wekken in het buitenland.
Hongarije heeft in den tijd na den oorlog
een hoopvol ontwaken van de christelijke
staatsgedachte beleefd en er is heden ten dage
nauwelijks een tweede land in Europa, waar
de praktijk van het christendom door de open
bare meening en de uitingen van het publieke
leven zoo sterk en bewust wordt bevorderd
als hier."
Daarom ook moest het program der St. Erne-
ricus-feesten mede voor de buitenlandsche
gasten een godsdienstig culminatiepunt be
vatten van heel bijzohderen aard.
Uit een lange reeks van bijeenkomsten en
congressen (o.a. voor jeugdleiders, journalisten,
artsen, jeugdorganisaties, vrouwenverenigin
gen) treedt n.l. het als glanspunt van het St.
IOmericusjaar gedachte Eucharistische feesttij
naar voren, dat op 19 Augustus, aan den voor
avond van den historischen St. Stefanusdag zal
worden gevierd met een schittei-ende schaeps-
processie op den Donau, naar het model der
Eucharistische zeefeesten te Genua en zoo pas
nog in Sydney georganiseerd.
Wie de schilderachtige ligging van '.Tonga-
rije's hoofdstad aan ljelde zijden der trotse!).'
rivier kent, met Boada opstapelend tegen de
bergglooiing ter rechter- en Pest breeduit in
het vlakiand ter linkerzijde, zal moeten toe
stemmen, dat waarschijnlijk geen stad in Euro
pa zich zoo uitstekend leent voor een derge
lijke, geloofsmanifestatie ln grooten stijl. Onge
twijfeld belooft deze triomftocht van den
Christus Eucharisticus over de wateren die
lang3 de statige stad, één wonder van archi
tectonische schoonheid, spoelen, een der meest
indrukwekkende gebeurtenissen te worden, die
or dit gebied de wereldgeschiedenis zal kun
nen nawijzen.
Het geknoei met kaarten.
VOORBEELDEN VOOR ONDEUGDELIJKE
LEVERINGEN
Verleden jaar reeds maakte het „Centraal
Comité inzake keuring van Gewassen" lD
„De R. IC. Boerenstand" er melding van, dat
er bij den verkoop van pootaardappelen in zee1'
veel gevallen misbruik gemaakt wordt van
kaarten, welke bij de geëxporteerde aardapP®*
len worden gevoegd en door den argelooz®"
afnemer maar al te vaak worden aangezi®0
voor certificaten, zooalg door de organisatie3
voor keuringen te velde worden gebruikt.
Afgezien van het vroeger misschien spora'
disch voorkomen van een adreskaart bij de
geëxporteerde aardappelen, mag men wel aaB'
nemen, dat het gebruik dezer kaarten pas 111
zwang is gekomen, nadat de buitenlandsche
koopers de certificaten der keuringsdienstel1
als een waarborg voor de hoedanigheid va11
het pootgoed hadden leeren kennen en waar'
deeren, zoodat er vraag ontstond naar poot"
aardappelen „met papieren".
De handel is aan dit verlangen naar papie1"
in hooge mate tegemoet gekomen en de text
op die papiertjes gaf ruimschoots aanleiding
om te spreken van bedrog.
De heer Ir. J. Jansen schreef in datzelfde or
gaan destijds, dat er in den pootaardappeleB"
handel dingen gebeuren, die ten hem.el*
schreien. Speciaal in den handel in pootgoed-
van Eerstelingen en Bintje is het raak go*
weest. We zullen hier niet dieper op ingaaP: -
We vreezen belangen te schaden, die we graag
willen sparen; daarbij beeft het Centraal Co
mité de zaak in vollen ernst ter hand geno
men, waarbij het zeker rekenen mag op de
stevige medewerking der Regeering het zal
op alle mogelijke manieren trachten het Ne-
derlandsche certificaat, in het buitenland P°"
pulair of tenminste bekend te maken en het
zal zijn certificaat ook beschermen.
Uit het bericht, dat wij de laatste dage11
onder do oogen kregen, blijkt, dat het geschar
rel niet kaarten dit jaar in Frankrijk eeB
zoodanigen omvang heeft aangenomen, dat de
Fransche regeering aan den Inspecteur van
den Dienst tot tegengaan van bedrog last heel1
gegeven de zaak te onderzoeken.
De uitwerking dus van de destijds aang0'
kondigde maatregelen en de verondersteld®
stevige medewerking v.Ai i!c Regeering is B1®'
erg bemoedigend, vooral niet voor de vele t®"
Iers van goed plantgoed, waarvan de exp°r
de laatste jaren belangrijk toenam.
Een paar maanden geleden moest de
landbouweonsulent Ir. Gerritsen te Londe®
constateeren, dat er geregeld onderwiel
voorkwam bij onze tomaten; eenigen tijd
later rapporteerde dezelfde consulent aan deh
Bond-Westland, dat er in de tomatenzendiB"
gen uit ons land te veel vruchten voorkwaiu®11'
die, wat de sorteering betreft, wel da ju13?.0
maat hadden, doch overigens van een afVJ'
kenden vorm of kleur waren.
Ook onze uien, waarvan thans groote Paf*
tjjen op een kooper liggen te wachten, kunneö
op de buitenlandsche markten in kwaliteit eö
sorteering niet coneurreeren.
In exporteurskringen heeft men zich bij h®r
haling uitgesproken voor een wettelijk g®r0"
gelde controle op den uitvoer van dit produP1;
Het is dan ook onbegrijpelijk en voor
producenten hoogst r.adeelig, dat er met ®e"
wettelijke regeling ju dit opzicht zoo lang
talmd wordt-
Wij voor ons behoeven het onderzoek van
de Fransche regeering niet af te wacht®"'
want da.t er danig geknoeid is en door lV'!
werd een paar weken geleden openlijk beke^.
gemaakt in het Centraal Orgaan van den E*
port- en groothandel.
ZeUs een leek begrijpt, aldus genoemd 0
gaan van 25 October 1.1„ dat bij het w'e
ken van een Keurings-Instituut de aan,ve^
zigheid van zoo'n kaart een soort van aa"^
veling inhoudt. Behalve dat doen en deden d
kaart
bonafide-exporteurs er zelfs nog een
A'3
als bewijs, dat zij goede waar leverden,
het nu alleen maar betrouwbare leverauciU
en afnemers betrofMaar dit, helaas. 1
niet steeds h"t geval
En v/at is daarvan het gewig geweest
er met kaarten gescharreld wordt. De roi""®^
betrouwbare elementen desjep op hun be"
ook hun kaarten in de zahken met hun p!3u
goed of wat daarvoor doorgaan moest.
Want wat war. het dikwijls, wat deze CT®
schen exporteerden Niets dan uitschot.
genaamd plantgoed, waarvan de afkomst
bekend was ofp als het wel bekend was,
ni®1
daa
was het dikwijls een product vol afwijkinSe"
dat straks onmogelijk een goede vrucht ko
opleveren. Toch durfden deze menschen
kaarten soms versieren met spreuken, die
pun
nwu-jvv-u «JW 14.4 VI luojciui f mte nyicufteu) g
indruk moesten vestigen alsof hun product
van goede kwaliteit.
Als de exporteurs in pootgoed dit zelf
wonden zeggen, zal het wel waar zijn.
Wanneer wij dit geval beschouwen e'1 ,'r*L1g.
naast ook de vele andere voorbed Jen F*
deugdelijke leveringen pizf óver b t
zien, dan kan liet niet anders, óf de ryc
ten en de bonaficle hanclehiren moeten M ':1 v
Regeering ten sterkste aandringen op een
teüjke regeling betreffende de cóntröle OP
zen uitvoer van land- en tuinbouwproducten^
voor wat' speciaal het pootgoed aangaat,
maatregel, waarvan meer succes zal te v
wachten zijn dan verleden