HET CHRISTELIJK FAMILIELEVEN huis Ingestort DE PROV. STATEN VERKIEZINGEN ZATERDAG 25 APRIL 1931 Het personeel berust niet en KS©'^ De Zeppelin-dienst op ïndië t TELEURSTELLINGEN. WIJZIGING IN DEN UITSLAG VEELZIJDIGE BELICHTING OP DEN NEDERLANDSCHEN KATHOLIEKENDAG STELLINGEN EN CONCLUSIES DE ARBEIDSWET UITVOERING DER TARWEWET VIJF WERKLIEDEN ONDER DE PUINEN Mijnhardt's Posders De vreugde over de katholieke zetelwinst in Overijssel is van korten duur geweest. Een nieuwe becijfering nl. heeft aangetoond, dat op de Katholieke Staatspartijmeer stemmen zijn uitgebracht dan men aanvan kelijk had berekend. En als gevolg daarvan krijgt zijeen zetel minder. Dit is een der grillen van het evenredrg- heidsstelsel, zooals het hier te lande wordt toegepast. Doordat toch nu bij eerste toewij zing een zetel meer onmiddellijk is toege kend, verviel de toepassing van het stelsel d'Hondt en trad de gewone verdeeling vol gens de grootste overschotten weer in wer king. Aldus kwamen de anti-revolutionairen en vrijzinnig-democraten 't eerst aan de beurt. Voor de onzen een tegenslag, te meer daar ook dn Drenthe de tweede katholieke zetel aan een zijden draadje heeft gehangen en een zestal onnoozele stemmetjes (aan een katholieke dissidente candidatuur werden er nog over de honderd verspild!) genoeg waren geweest om hem te behouden. Op een nieuwen katholieken zetel in den Senaat kunnen we nu wel voorgoed alle koop laten varen. Den schrale troost, dat ook de S.D.A.P. v°lgens de nieuwe becijfering van één Overijsselsclien zetel afstand moet doen. Ternauwernood van den schrik bekomen, ontvangen we de tweede Jobstijding: ook in Friesland is de voorloopige berekening niet acooord bevonden. Alweer leggen daar de 'Katholieken het loodje: den hardnekkig om streden icn zetel moeten zij daar afboeken. Met dit al is het totaalcijfer der Staats partij tot 177 terug gebracht! PROVINCIE OVERIJSSEL By de officieele telling van de in den kieskring Enschedé uitgebrachte stemmen is gebleken, dat op de lyst der R. K. Staatsparty in dien kring een klein aantal stemmen méér is uitgebracht dan volgens de officieuse telling door het Pers bureau Vaz Dias was vastgesteld. Dit heeft tot gevolg dat by de eerste verdeeling der zetels niet 38 doch 39 zetels onmiddellyk wer den toegekend. De R. K. Staatsparty, die eerst 10 zetels by de eerste toewyzing had gekregen, kreeg thans 11, waardoor het stelsel der grootste overschotten in werking trad. Dit had tot gevolg, dat er een wyziging in den uitslag is gekomen. Deze is in de provincie Over- yssel volgens de nieuwe berekening als volgt: R. K. staatsparty 12 zetels, Anti-Rev. 7 zetels, communisten 1 zetel, vrjjz. dem. 3 zetels, Vry- heidsbond 4 zetels. Christ.-Hist. 8 zetels, S. D. A. P. li zetels, Staatk. Geref. Party 1 zetel. Niet gekozen zyn nu: H. J. van Bergen (R. K.) en A. IJ. Tulp <s. D. A. P.); in hun plaats komen V' F- Bramer (a. R.) en L. Louwe3 (vryz. dem.). De R. K. Staatsparty, blyCt in Overijssel nu op 12 zetels, de Anti-Rev. op 7. de Vryz.-Dem. op 3, terwyl de S.D.A.P. van 10 op 11 komt inpla-ats van op 12. Tengevolge van bovenstaande wyziging be draagt het totaal aantal leden der R K Staats party in de Provinciale Staten van hét heele 1-8,d jpr v", 192rT 1?9)' Öer An(i-R"- partij 81 A P. 129 Il20)' Democraten 37 (42) en der S. D. De R. K. Staatspartij in Friesland geen 4 maar 3 zetels De officieele telling vrm de stemmen uitge bracht voor de Statenverkiezing van Friesland heeft het volgend resultaat geeeven: A. R. 4 100: C. H. 33707; R. K. 11815; H. G. S. 1300: St. G. S. 1249: Chr. D. IJ. 2278: Vrijheids bond 13534: V. D. 21190: S. D. A. P. 45754; C. P. Holland 4808; Rev. Soc. P. 1531; Plattelanders- bond 2721. De Plattelandersbond heeft 31 stemmen meer dan van den kiesdeeler waardoor hfj zich een zetel ziet toegewezen. De R. K. Staatsparty zag zich 4 zetels toegewezen, hiervan valt echter een af (de heer T. A. Hettinga) daar deze met het kleinste overschot was verkregen. De zetelverhouding is nu: A. R. 12t C. H. 10. R. K. 3. Vrijheidsbond 4. V. D. 6, S. D. A. P. 13, Comm. P. Holland 1, Plattelandersbond 1. KIESKRING \S-GRAVEN HA GE In de gisteren gehouden zitting van het Hoofd- stembureau in den kieskring den Haag is de uit slag van dc Statenverkiezingen in dezen kies kring vastgesteld overeenkomstig de reeds ver melde resultaten. ,Er is maar één huwelijk' HOOFDDOEL EN NEVENDOEL Voor den vijfden Nederlandschen Katholie kendag, die op 26 en 27 Mei a.s. in Amsterdam zal worden gehouden, is, gelijk men weet, als algemeen onderwerp gekozen ,,het Christelijk familieleven". Tal van sprekers zullen in sectie- en algemeene vergaderingen dit onderwerp ieder van een anderen kant belichten. MONUMENT VOOR PASTOOR VERBURCH. Kaar we vernemen is thans officieel vastge steld. dat de onthulling van het monument, voor wijlen pastoor Verburch, grondlegger van de Westjandsche drn Ivencultuur, te Poeldijk zal plaats hebben op Maandag 1 Juni a.s. De plechtigheid zal worden verricht door Z.Exc. Minis-ter Ruys de Beerenbrouek. PATER IGNATIUS O CAP. f De Hoogeerw. P. Provinciaal der P.P. Ca- pucijnen ontving een tadio-telgrafisch bericht uit Borneo, dat P. Ignatius O.C. (v. d. Putten) pastoor der statie NazaTtSuh-Bika, plotseling is overleden. P. Ignatius was *inds 1908 werk zaam in de missie van Borneo en was 56 jaar Oud. WERKTIJD IN HET BOEKBINDERS BEDRIJF. De minister van Arbeid, ïlamlel en Nijver heid heeft gunstig beschikt op een verzoek van de Centrale Commissie voor de naleving van het coilectier contract in het boekbinders bedrijf in Nederland, daartoe strekkende, dat door de arbeiders, aangesloten hij den Alg. Ned. Typografenbond, den Ned. R. K. Grafisehen Bond, den Ned. Chr. Grafisehen Bond of den Ned. Grafisehen Bond, en werk zaam in ondernemingen, als bedoeld in art. 1 van de collectieve arbeidsovereenkomst van werkgevers, aangesloten bij den Nederlandschen Bond van Boekbinderspatroons, arbeid mag worden verricht, in afwijking van het bepaalde bij de artt. 23 en 24 der Arbeidswet 1919, overeenkomstig het dienaangaande in het collectief contract bepaalde. De gevraagde vergunning is voor den duur ■van het contract tot 31 Maart 1934 onder de gebruikelijke voorwaarden verleend. Stichting van het gezin Zoo zal in de eerste sectie worden behandeld de stichting van liet gezin, voorbereiding op het huwelijk. Inleider is hier dr. W. B. Huddleston Slater uit Rotterdam. Blijkens het thans verschenen programmaboek zal hij daarbij de volgend' stellingen verdedigen: De verwarring der geesten is een na-oorlogs verschijnsel, dat ook het inzicht in huwelijk en gezin vertroebelt. Vorming en instandhouding van het gezi zijn uitvloeiselen van het doel van het huwelijk Voorbereiding tot het huwelijk sluit de be doeling tot gezinsvorming in zich. De jeugd is tot het beoordeelen van 't wezen van het huwelijk niet competent; daarom plege zij overleg met er varenen. Er is maar één huwelijk. Iedere hervorming, die beoogt een voorloopig huwelijk te sluiten dat als voorbereiding zal dienen tot een defini -tief huwelijk, is een dwaling. Verhouding tusschen de echtgenooten In de tweede sectie spreekt dr. A. W. Ausems over de verhouding tusschen de echtgenooten Hij poneert daar de volgende stellingen: 1. Het huwelijk heeft het hoofddoel, dat van God komt en een nevendoel, dat uit de menschelijke natuur voortvloeit. Het neven doel moet soms voor het hoofddoel wijken nooit omgekeerd. (Zooals bij de Nieuw-Malthu- sianen). 2. De verhouding der echtgenooten hangt af van de lichamelijke en geestelijke gestelte nis tegenover de huwelijksdoeleinden. 3. Het huwelijksdoel wordt beheerscht door het complex: sexualiteit liefde huwelijk lichamelijke gemeenschap kind. 4. Voor een goede functioneering van dit complex is een juiste huwelijksvoorzorg noodig. Gezin en Kerk In de derde sectie is prof. dr. W. Koenraadt de inleider. Deze zal over het onderwerp Gezin en Kerk" de volgende stellingen ontwikkelen: 1. De leer. „Kerk en gezin vormen te zamen den éénen tempel der christelijke opvoeding". ,,De school is van nature een hulpinstelling ter aanvulling van gezin en kerk". De school moet derhalve „met het gezin en de kerk te zamen één aan de christelijke op voeding gewijd heiligdom vormen". Z. H. Pius XI in de Encycliek over de christelijke opvoeding der jeugd. 2. De toepassing. a. Opvoeding der opvoeders. Het werk der christelijke opvoeding is bij uitstek een bovennatuurlijke taak. Het is zaak de opvoeders voor deze taak zoowel naar ver stand als naar wil altijd beter geschikt te maken. Behalve de algemeene middelen, ge bruikt de Kerk voor de vorming van de op voeders in gezin en school meerdere daartoe bijzonder geëigende middelen, zooals ouders- avonden, moeder-cursussen, retraites, Eucha ristische bonden, E. K.-dagen voor onderwij zers en onderwijzeressen. De opvoeders dienen van deze middelen dankbaar gebruik te maken. b. Opvoeding der kinderen. Voor dit opvoedingswerk is vooral met het oog op een goede gewetensvorming en de op voeding tot kuischheid volstrekt noodig een geest van vertrouwen en openhartigheid bij de kinderen ten opzichte der opvoeders en regel matige samenwerking tusschen gezin, school en kerk. Gezin en school moeten positieven steun verleenen aan hetgeen de kerk doet of aanbe veelt met het oog op de wilskrachtige vorming van het komende geslacht, zooals veelvuldige, gced-verzorgde Biecht en Communie, E. K. in gezin en school, schoolretrait.es, catechisten- we-rk, katholieke jeugdbeweging. Gezin en vrije jeugdvorming Prof. dr. G. Lamers S.J. zal over bovenstaand onderwerp, dat aan de vierde sectie is toebe deeld, de volgende stellingen poneeren I. Het gezin is het natuurlijk milieu van de jongeren, waarin zooveel vormende waarden liggen, dat zijn integriteit bewaard en ge ëerbiedigd moet worden. De jeugdvorming mag de huiselijke opvoeding niet vervangen, is van secundaire beteekenis en heeft dus altijd voor de gezinsrechten ter zijde te gaan. II- Tegenover de ontreddering van menig gezinsleven en een wereld met révolutionnaire tendenzen, moeten wij de vrije jeugdvorming dankbaar aanvaarden om haar opbouwend ka rakter als waarborg voor den zedelijken groei der jongeren en voor een betere toekomst van onze samenleving. III. Ook het normale huisgezin moet willen aanvaarden, dat de vrije jeugdvorming, althans voor velen, een machtige opvoedingsfactor zijn kan, zoodat een gedeelte der opvoeding, waar toe menig gezin niet voldoende of volstrekt niet in staat is, en wel in de jaren, waarin de ge zinsinvloed minstens tijdelijk verslapt, van het gezin wordt overgenomen. IV. Samenwerking tusschen huisgezin en vrije jeugdvorming is echter noodzakelijk om ongewenschte emancipatie der jeugd van het gezinsleven te voorkomen en de gezondmaking van het bedreigde huisgezin ideaal voor te be reiden. Gezin en Christelijke kunst Kapelaan J. Waterkamp spreekt in sectie V over gezin en Christelijke kunst. Hij vatte zijn betoog als volgt samen 1. Het gezin, al heet het. Katholiek, heeft, practisch tenminste, daarom nog geen Katho lieke cultuur. 2. Toch heeft het Katholicisme daarvoor al tijd de middelen gehad. 3. Het schoonste middel is de religieuze kunst. 4. Veel wat als religieuze kunst wordt aan geboden, is het allerminst, omdat het louter imitatie en meestal slechte imitatie is, terwijl het religieuze te gevoelig en soms onwaar blijkt. 5. Al is het goede-oude goed, het goede- nieuwe is beter, immers meer in overeenstem ming met het eigentijdsche levensrythme en de eigentijdsche vormbehoeften van het volk in re ligieus en algemeen' cultureel opzicht. 6. Religieuze kunst is vooral dienende, so ciale kunst, moet in het algemeen dus, zij lie-t ook na uitleg, door het volk worden aangevoeld en begrepen, gelijk de waarheden van het Ge loof zelf, waarvan religieuze kunst de artistieke verklaring behoort te zijn. 7. De prijs van religieuze huiskunst mag en behoeft in het algemeen niet hoog te zijn. 8. Kerk, school en huisgezin werken in dezen tijd samen, om te geraken tot een Katholieke cultuur, ook door ware religieuze kunst. Gezin en gezinshulp De zesde en laatste sectievergadering den eersten dag, is gewijd aan „gezin en gezins hulp". Hier treffen we ook de eerste vrouw als spreekster, n.l. Zr. M. Elsenburg. Zij zal er de .volgende stellingen ontwikkelen 1. Gezinshulp kan gewenscht of noodzake lijk zijn om verschillende redenen, welke wij in hoofdzaak kunnen terug brengen tot de volgen-de vier: drukke bezigheden, bevallingen, ziekte en sterfgeval, armoede. 2. Gezinshulp blijve bij voorkeur beperkt, tot het noodzakelijke, want de ideale toestand is, dat de leden van het gezin zich zelf en el kander zooveel mogelijk kunnen en ook willen helpen. In het belang van het gezin dient daar om de vrouw de gewone huiselijke bezigheden te kennen en dienen de dochters daarvoor te worden -bekwaamd. 3. Zeer ten nadeele van het gezin wordt dé dienstbodenstand nog vaak beschouwd als een minderwaardige stand. Dat drukt haar persoon en schaadt haar werk. 4. Als gezinshulp door dienstmeisjes of kip- dermeisjes of kinderjuffrouwen of huishoud sters wordt verleend, dan komen deze personen in zeer nauwe en blijvende relatie tot de fa milie, en vraagt het belang van het gezin, dat streng wordt gelet op het karakter, den geest en mentaliteit dezer personen. Omgekeerd eischt het belang dezer hulpkrachten dat zij worden beschouwd als te behooren tot het ge. zin en ook als zoodanig worden behandeld. 5. Als de omstandigheden een verpleegster, baker of huisverzorgster vorderen, is het van het grootste belang, de hulp in te roepen van Roomsche vereenigingen, die goed vertrouwd en goed geschookr personeel kunnen verschaf fen. Deze vereenigingen echter dienen te wor den uitgebouwd, om zoo doelmatig en vlug mo gelijk te kunnen helpen. 6. Als gezinshulp met leniging der armoede moet gepaard gaan, is nauw contact tusscheq vereeniging en liefdadigheid onderling en sa menwerking met Armbesturen zeer gewenscht in liet belang van spoedige en doelmatige ge zinshulp. De eerste da-g wordt beslo-ten met een groote vergadering in de St. Willibrorduskenk buiten ■de Veste. Hier zal mevr. C. Steins Bissehop- Hercken-ratb spreken over „de opvoeding als gezinstaak" en mr. C. P. M. Rom-rne over „De ove-Theid en bet gezin (Wordt vervolgd.) Het adres van de Gewestelyke T arwecommissie Namens den minister v. Binnenlandsche Za ken en Landbouw brengt de burgemeester van 's-Graven-hage ter kennis van belanghebben den. dat het adres van ó-e gewestelijke tarwe- organisatie voor de provincie Zuid-Holland, opgericht in verband met de uitvoering der Tarwewet 1931, is: Anna Paulown-astraat no. 20 te 's-Gravenhage (seoretariaat van de Hol- landsche Maatschappij van Landbouw) Deze organisatie heeft o.m. tot taak: d-e be- voideiin-g van de belangen der tarweverbrui- kers in haar ambtsgebied en voorts het in 'i-aar gebied uitoefenen van controle cp de te verbouwen tarwe en op de bewaring, verzen ding en levering daarvan. Bovendien zijn aan voormeld adre-s alle in lichtingen te verkrijgen omtrent de levering van hier te lande verbouwde en bij de telers aanwezige tarwe, alsmede omtrent alles, wat daarmede in verband staat. De binnenl. graanhandel vereenigt zich Naar het „Hbl-d." verneemt zal Maandag a.s. met het oog op d-e Tarwe-wet te Rotterdam wor den opgericht de „Landelijke federatie van organisaties van handelaren in altke-rbouwpro ducten", kortweg te noemen dè „Elfeo". Tot deze organisaties zullen toetreden alle provinciale vereenigingen op het gebied van den binnenland-schen graanhandel, met uitzon dering echter van de Ver. Gron. Korenbeurs. De vereeniging zal ten doel hebben, de leden te doen samenwerken bij de behartiging der belangen van den handed in akkerbouwpro ducten in 't alge-meen en van hen zelf in 't hij- zonder (n.l. in verband met Ih.et aanvankelijk voornemen dar Tarwe-organisatoren, om den handel zonder meer uit te schakelen bij de uit- oering der Tarwewet. DE ACTIE BIJ VAN GEND LOOS-A-T-O. Men ijvert voor een eensluidende gedragslijn Het hoofdbestuur van den Centralen Bond van transportarbeiders vergaderde dezer dagen met den personeelraad, om te beraadslagen over het afwijzend antwoord van de directie van Van Gend Loos-A.T.O. De Personeelraad was unaniem de overtui ging toegedaan, dat het personeel niet zal be rusten in de afwijzende houding van de directie. Besloten werd om op 10 Mei a.s. de vertegen woordigers der afdeeiingen hijeen te roepen in een vergadering te Utrecht. Het hoofdbestuur van den Ned. R.R. bond van transportarbeiders „Sint Bonifactius", be legt op denzelfden dag, eveneens te Utrecht, een vergadering van vertegenwoordigers der afdeeiingen. Vooraf komen beide colleges bijeen om een eensluidende gedragslijn vast te stellen. I)E VERBINDING 's-GRAVENHAGE— GOUDA. Verbetering gevraagd De A. N. W. B. en de K. N. A. C. hebben zich gewend tot het college van Gedeputeerde Sta- teu van Zuid-Holland met een adres waarin zij er op wijzen dat de rechtstreeksche verbin ding van 's-Gravenhage naar Gouda, welke wordt gevormd door den weg over Leidsohen- dam, Zoetermeer-Zegwaard en Moerkapelle, gccnszlins voldoet aan de eischen, welke Ih-et verkee-r tusschen twee zulke belangrijke plas sen stel-t. In verband hiermede geven d-e A. N. W. B. en de K. N. A. C„ thans in overweging het daarheen te leiden, dat vo r zooveel noodig het gedeelte Zoeterm-eer-Zegwaard-Gouda van de tegenwoordige rechtstreeksche verbinding 's-Gravenhage-Utrecht. spoedig in goeden staat worde gebracht en gehouden. Een donderende slag deed ver uit den omtrek alle buurtbewoners toesnellen NIEUWE NEDERL. STAATSLEENING Uitgifte van 277 600.000 1 pCt, obligaties a 99 Zi pCt. De minister van Financiën bericht, dat op 4 Mei a.s. bij de Nederlandsche Bank en het Agentschap van het ministerie van Financiën de inschrijving zal worden opengesteld op de 4 pet. Nederlandsche Staatsleening 1931 groot nominaal 277.600.000, waarvan reeds geplaatst 6S.875.000, terwyl bovendien de deelneming is verzekerd tot een bedrag van 39.943.500. De koers van uitgifte bedraagt 99^ pet. De coupures zijn groot 100, 500 en 1000. De leening is aflosbaar k pari, bij uitloting in ten hoogste 28 jaar, te beginnen 1 Juni 1932. Houders van niet afgeloste obligaties der 5 pet. staatsleening 1918, welke per 1 Juni 1931 geheel wordt afgelost, hebben recht van voorkeur op het niet reeds geplaatste deel De storting moet geschieden op 1 Juni a.s De obligatiën met de daarbij behoorende coupons zullen zijn vrijgesteld van alle Neder landsche belastingen, welke van obligatiën ten laste van Nederland en van de daarbij be hoorende coupons mochten worden geheven (Deze bepaling sluit niet in een vrijstelling van de bestaande belastingen naar inkomen en vermogen). Toewijzing zal in de eerste plaats geschieden op die inschrijvingen, waarvan de storting uitsluitend zal plaats vinden door middel van bovengemelde aflosbare 5 pet. obligatiën. De noteering ter beurze van Amsterdam en Rotterdam zal worden bevorderd. DE VERPLICHTE ZIEKTEVERZEKERING EN BIJZONDERE ONDERWIJZERS Op de vragen van den heer Beumer betref fende de bepaling van art. 1, sub a, van het Koninklijk besluit van 28 Januari 1931, Staatsblad no. 24, tot vaststelling van een al- gemeene-n maatregel van bestuur, als bedoeld in art. 22, eerste lid, der Ziektewet, heeft de heer Versdhuur, minister van Arbeid, Handel en Nijverheid o.-m. geantwoord, dat bij de tot standbrenging van het Koninklijk bes-luit van 28 Januari 1931, Stbl. no. 24, het in de bedoe ling lag om -het personeel, verbonden aan het bijzonder onderwijs, voor zoover de betrokkenen als ambtenaren in den zin der Pensioenwet kunnen worden beschouwd, buite'n de verplichte ziekteverzekering te houden. Bij de aanhaling in artikel 1, letter a, van bovenbedoeld Konink lijk besluit van de desbetreffende bepalingen der Pensioenwet is evenwel een fouit -begaan, waardoor de bedoeling niet tot haar recht is ge komen. De noodige wijziging van .het betrokken Koninklijk besluit wordt inmiddels -bevorderd. DE OPLEIDING TOT OFFICIER. Op de vragen van den heer Albarda betref fende het opleggen van zwaardere militaire verplichtingen aan dienstplichtigen, die tegen hun zin voor opleiding tot officier zijn aange ■wezen en aan het eind van die opleiding den officiersrang niet wensc-hen te aanvaarden, heeft de heer Deckers, minister van Defensie, o.m. het volgende geantwoord: Ad 1. Zij. die als dienstplichtigen van de landmacht in opleiding zijn genomen tot offi cier, behooren van den dag, waarop hun eer ste oefening is geëindigd, af in den regel tot het rese-rvepersoneel der landmacht voor den tijd, dien zij als dienstplichtige* nog hebben te dienen, d.i. tot en met 30 September van het jaar, waarin zij 45 jaar oud worden. Aldus is bepaald in het derde lid van art. 45 der Dienst plichtwet, zooals dit luidt ingevolge de Wet van 21 Juli 1928 (Staatsblad no. 255). Dien overeenkomstig zijn de in de eerste vraag be doelde dienstplichtigen gehouden om, op grond van het bepaalde in het tweede lid, onder lo., van art. 5 der wet voor het reserveperso neel der landmacht 1905, om -het andere jaar v-cor ten hoogste 25 dagen in werkelijken dienst te komen. Deze verplichting is lichter dan die welke rust OP de dienstplichtigen, die tot re serve-officier zijn benoemd zooals uit een bij het antwoord gevoegd vergelijkend overzicht blijkt. Van den in den aanhef bedoelden regel wor den nochtans uitgezonderd zij, die van de offi ciersopleiding wor-den ontheven wegens om standigheden, welke naar het oordeel van den Minister -van Defensie niet van hun wil af hankelijk waren. Uit het in de eerste vraag gegeven overzicht blijkt, dat voor wat de verder to vervullen mi litaire verplichtingen betreft, van een druk om de tot officier in opleiding genomen dienst plichtigen tegen hun overtuiging te bewegen tot het aanvaarden van den officiersrang, geen sprake is. Dat, bij nietaanvaarding van ge noemden rang, hun verdere verplichtingen zwaarder -zijn dan die der overige, niet tot offi cier in opleiding genomen dienstplichtige on derofficieren is juist en trouwens ook nood;g, omdat, ware 'het anders, zulks de geneigdheid van de daartoe in opleiding genomen dienst plichtigen om den officiersrang te aanvaar den, zou kunnen verminderen. Er moge in dit verband aan worden herinnerd, dat juist het evenbedoelde euvel de aanleiding heeft gevormd tot de in 1928 tot stand gebrachte wijziging van het derde lid van art. 45 der Dienstplichtwet Bezwaren van dienstplichtigen met betrek king tot hun militaire verplichtingen en ont leend aan hun persoonlijke overi-ui-ging kan ondergeteekende in het algemeen slechts dan erkennen, indien zij behooren tot die, welke bedoeld zijn in de Dienstweigeringswet, in welk geval de erkennning ook moet leiden tot de gevolgen, welke deze wet daaraan verbindt. Dit -behoeft niet uit te sluiten dat, zooals ook inderdaad het geval is, voor de officiersoplei ding bij voorkeur worden aangewezen perso nen die tegen deze aanwijzing geen bezwaar hebben. Gelukkig geen dooden Gistermiddag 4 uur zakte pots op de Linden, gracht 24S te Amsterdam een in verbouwing zijnd huis in elkaar. Van de zes menschen, die er in aan het werk waren, werden er vijf onder de puinen bedolven. Het huis, dat toebehoorde aan een slager in de buurt, werd verbouwd met het doel de ver diepingen hooger op te trekken. De voor- en achtergevels waren gesloopt. Men had in de oude zijmuren nieuwe gaten gehakt om er de oude balklagen in te brengen. De vloer van de eerste verdieping was gereed. Op de tweede verdieping werd nog' gewerkt, toen gistermid dag, zonder dat de arbeiders ergens op ver dacht waren, het bouwwerk begon te wan kelen, de zijmuren als weeke koek opzij bo gen en de vloeren van de eerste en tweede verdieping omlaag stortten. Een donderende slag weerklonk, die ver in den omtrek alle buurtbewoners deed toesnel len. Wat men zag. was een dikke stofwolk, welke de plaats van het ongeluk onzichtbaar maakte, zoodat men bet eerst dacht aan een ontploffing. Per brandschel werd de brandweer gealarmeerd, die, zoodra zij de ware toedracht der zaak had vernomen, met veel materiaal, waaronder ook de gereedschapswagen, ter plaatse verscheen. Aanvankelijk was het niet hekend, hoeveel menschen nog onder de puinhoopen moesten liggen. Een der werklieden evenwel, die slechts licht getroffen was, kwam spoedig uit den warboel van hout en steenen te voorschijn klauteren. Hoewel de man erg van streek was, kon hij mededeelen, dat er zes menschen in het huis aan het werk waren geweest. Onder leiding van de hoofdbrandmeesters Förch en Brunet de Rochebrune, werd het reddings werk met kracht aangepakt. En met succes Binnen het halve uilr had men alle slacht offers geborgen. Wat niemand had durven denken: dooden vielen er niet te betreuren Drie der slachtoffers, waaronder een 15:jarig timmermausjongetje was, konden met lichte verwondingen naar het Tesselschade-zieken- huis vervoerd worden. Twee andere werklieden werden ernstig ge wond onder de puinen vandaan gehaald. Een van hen, C. Ruiselaar geheeten, werd voorloo pig bij een drogist binnengedragen, waar een zijner beenen, dat gebroken cn gekneusd was, werd verbonden. Het ergst was de opperman Chr. Boom er aan toe. Hy was aan den achterkant van het huis in den kelder terecht gekomen, waaruit hij met veel moeite moest bevrijd worden. Ter plaatse werd hij door den G. G. D. verbonden., waarbij zijn been moest gespalkt worden. Ook aan het hoofd werden lievig bloedende won den verbonden. Daarna werd bij op een draag baar omboog geheschen op het platte, lage dak van een bakkerij en uiterst voorzichtig in de Goudsbloemdwarsstraat weer naar beneden gelaten. Per auto van den G. G. D. werd hij naar het Tesselschade-ziekenhuis vervoerd Ook de andere zwaargewonde is daarheen overgebracht. Omtrent de oorzaak van het ongeval kan men weinig met zekerheid zeggen. Het is wel gebleken, dat het huis een oud rommeltje was dat een verbouwing niet meer kon weerstaan Volgens verklaring van een ooggetuige is de schoorsteen plotseling omlaag gekomen op den vloer van de tweede verdieping, die doorzakte. Vervolgens kwam de schoorsteen op de eerste verdieping terecht, waardoor de vergane mu ren begonnen te-wankelen en dc balklagen uit hun steungaten schoten. Bouw- en Woningtoezicht zal alles nader onderzoeken. De brandweer heeft slechts eenige voorwerpen, die gevaar opleverden, ge sloopt en de muren van de belendende percee- len geschoord. Een geweldige menigte nieuwsgierigen werd door de politie, onder leiding van commissaris Pijper, op een veiligen afstand gehouden. Ver der gaven ook de wethouders Kropman en De Miranda, de hoofdcommissaris, de heer Ver steeg, de onder directeur van den G. G. D„ dr. Brinkman en de directeur van Bouw- cn Wo ningtoezicht, ir. Tjaden, van hun belangstel ling blijk. Zullen spoedig bedaren door j Vraag daarom MiJnhardt's Uuofdpynpoeders Stj Mynhardt's Kiespunpoeders. Alleen echt als ot> doos en poeders de naam Mi.jnhardt staat. Lei bij het koopen hierop. Per poeder S cent en pef. doos 45 cent. Verkrijgbaar bü Uw Drogist, Reel. 3580 DGVS 13 Deskundigen weinig optimistisch gestemd EEN VOORBARIG PLAN VEREENIGING VAN RECLASSEERINGS-INSTELLINGEN. Aan het jaarverslag over 1930 van de Ver eeniging van Reciasseerings-Instellingen wordt het volgende ontleend Door toetreding als lid der Vereeniging van het Consultatiebureau voor Alcoholisme te Haarlem steeg het aantal leden tot 51. Het afgeloopen jaar heeft het bestuur een groot verlies geleden door het overlijden van den ZeerEerw. Pater Ildefonsus. Het aantal aangebrachte gevallen is eenigs- zins verminderd en bedroeg 490. Voor 25 reeds vroeger aangebrachte gevallen word opnieuw de hulp van het Bureau ingeroepen, terwijl nog 97 gevallen van het vorig jaar waren overge bleven. Van deze 612 gevallen werden er 505 afge handeld. Op het einde van het jaar waren der halve nog 107 gevallen in behandeling, waai van er 89 -ontslagen waren en 18 nog ontslagen moesten worden. Van deze 505 afgehandelde ge vallen werden er 300 afgevoerd, zoodat 205 ge vallen werden behandeld. Dit jaar werd voor 73 personen gewaar schuwd. Het bleek, dat deze waarschuwings dienst door vele instellingen op grooten prijs wordt gesteld. Verblijdend is het, dai het win nen van inlichtingen door instellingen en re- classeeringsraden steeds toeneemt, daar in dit jaar aangaande 2160 personen inlichtingen werden ingewonnen. Aangaande 1440 personen konden inlichtingen worden verstrekt. In behandeling kwamen 307 geval'en van voorwaardelijke veroordeeling. Van deze 307 gevallen werden er 9 afgevoerd. Van de 298 overige gevallen konden niet minder dan 112 gevallen als bevredigend worden afgevoerd In 5 gevallen werd tot tenuitvoerlegging besloten. In den loop van het jaar werden 172 overtre dingsrapporten, loopende over 102 gevallen, uitgebracht. Op 31 December waren er tenslotte 4S4 ver- tegeuwoordigera 1» 27? alaatsaa, MILLIOEJNEN-A FF AIRE MET BUITENGEWOON RISICO In het April-nummer van „Het Vliegveld" komen enkele meenïngen voor over de door de scheepvaartmaatschappij „Nederland" en „Rot- terdamsehe Lloyd" in studie genomen Europa— Java-luchtverbinding met Zeppelins, die niet bijster optimistisch klinken. In een re- dactioneele beschouwing wordt geconstateerd, dat alle luchtschepen van het Zeppelin-stelsel, die sedert het begin der luchtscheepvaart zijn gebouwd, dus over een periode van meer dan 30 jaren, een gemiddelden levensduur bereikten van slechts 3 jaren, wanneer zij, als zijnde ver ouderd of ongeschikt, moesten worden gesloopt. De zeer groote meerderheid der luchtschepen, die op gewelddadige wijze hun einde vonden, bereikten een gemiddelden levensduur van 6 tot 8 a 9 maanden. Hoewel de resultaten van de oorlogstoepassing natuurlijk geen argument vormen tegen een commercleele aanwending, zoo zijn er toch ook in die toepassing cijfers, die met het oog op een commercieel gebruik, van Zeppelins, een waarschuwend woord spreken. Zoo gingen van de Zeppelins, die gedurende den oorlog 1914—'18 gebouwd werden, er 17 verloren door weersinvloeden of motoraverij, terwijl 9 luchtschepen in of voor hun loods, zonder toedoen van den vijand, een prooi der vlammen werden. Zeer zware tegenslagen en ontgoocheling hebben de na den oorlog ondernomen pogingen opgeleverd, om het Zeppelin-luchtschip zijn plaats in het wereldverkeer te bezorgen. Be halve dan in Amerika, is in alle landen der wereld het groote luchtschip als militair uit rustingsstuk geheel en al opgegeven. Engeland, dat zelf 15 luchtschepen van het Zeppelinstelsel bouwde, ruimde zijn luchtschepenvloot in 1921 geheel op en ging zóó ver, 5 groote luchtschepen ter waarde van totaal 25 k 30 millioen gulden, gratis aan te bieden aan eenig consortium, dat bereid zou zijn met die schepen een iucht-ver- keer op Egypte of Indië te onderhouden. Doch niemand, die dit geweldige cadeau met moor dende finantieele consequenties wilde accep teeren. Tenslotte constateert de schrijver, dat van de 155 luchtschepen van het Zeppelinstelsel, die in die 30 jaren zijn gebouwd, alleen de „Graf Zeppelin" iets op het gebied van com mercieel wereldverkeer heeft gepresteerd. Maar dat nog onder condities, die niets bewijzen voor de mogelijkheid van een geregeld wereldver keer met Zeppelins, volgens een vaste dienst regeling. De heer G. Spit, chef van den technig^ien dienst der K. L. M., te Amsterdam, beschouwt enkele technische vraagstukken en constateert dat, wil men bruikbare lasten vervoeren, lucht schepen noodig zijn van minstens 200.000 M.3. Dergelijke enorme schepen zijn zeer kostbaar in aanschaffing en een tevens zeer groot risic-o, daar ze niet verzekerd kunnen worden. Ook hij wijst er op, dat de „Graf Zeppelin" bijna uit sluitend gelegenheidsvaarten heeft gemaakt, wat nog heel iets anders is, dan eiken Donder dagmorgen om 6 uur uit Holland te moeten, vertrekken, hij storm of sneeuw, dwars door den moesson in Indië. Door de dunne lucht ver liest een groot schip in de tropen eventjes 10.009 K.G. van zijn hefvermogen, hetgeen nood lottig kan worden. De kapitaalsbegrooting van een Zeppelindienst op Indië ziet er, alleen nog maar wat materiaal en dus niet personeel, be drijfskosten, etc. betreft, uit als volgt 5 luchtschepen a 6.000.000 30.000.000 2 loodsen a 3.000.000 f 6.000.000 7 laudingsmasten 600.000 4.200.000 6 gasinstallaties, enz. a 450.000 2.700.000 Reservemateriaal 2.480.000 Totaal 45.380.000 Waarom het luchtschip zich in de 30 jaren van zijn bestaan zoo langzaam heeft ontwik keld. komt hierdoor, dat het bouwen van een nieuw experimenteel sebip S tot 10 millioen gulden kost en ruim 2'7 jaar duurt, terwijl het bonwen van een nieuw type vliegtuig maar 200.009 of nog aanmerkelijk minder kost en 8 maanden duurt. De schrijver noemt het hirt'bs plan voorbarig, zeer voorbarig. „CHRISTUS VERWORPEN," Beslist de laatste voorstelling Men meldt ons uit Valkenswaard Voor een record-aantal bezoekers ging Zon dag 1.1. ten vijfden male dit indrukwekkend passiespel. En nog moesLen tientallen teleur- esteld worden afgewezen. Het bestuur zag zich om de vele aanvragen verplicht nog een Oden avond aan de serie toe te voegen, zoodat Zondag a.s., nu beslist voor de laatste maal Vuysters' spel zal worden ge geven. WILLY THUNIS TE DRESDEN. De heer Alb. Thoenis, een broeder van den operettezanger schrijft ons naar aanleiding van het bericht omtrent niéuwe demonstraties te gen Tbunis' optraden te Dresden: Het bericht is wat dezé tegenclamonstraties betreft goed gesteld evenwel is het jammer dat er geen woord in staat van de grootsehe hulde en aanhankelijkheid van het groote Dresdener publiek die in het Residenz-Theater ongekende afmetingen aannam. De demonstraties gingen enkel uit van de „Nazi"-partij en het is dan ook begrijpelijk dat het pro en contra op straat tot uiterst rumoe rige tooneelen leidde. Maar niet alleen het contra. Het feit dat Thunis talrijke bloemstukken kreeg en tot 24 maal toe voor het voetlicht geroep-en werd, is stellig ook vermeldenswaard. HET ECHTPAAR HEESTERS NAAR ANTWERPEN Door de directie van het Scala „Theater" te Antwerpen zijn de heer en mevrouw Johan HeestersGhijs aangezocht zich met 1 Sep tember a.s. voor het geheele seizoen te v-9rbla« den. Zij hebben 4j.t saabgè aangenomen,

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Nieuwe Schiedamsche Courant | 1931 | | pagina 5