HET CHRISTELIJK FAMILIELEVEN
huis Ingestort
DE PROV. STATEN
VERKIEZINGEN
ZATERDAG 25 APRIL 1931
Het personeel berust niet
en KS©'^
De Zeppelin-dienst op ïndië
t TELEURSTELLINGEN.
WIJZIGING IN DEN UITSLAG
VEELZIJDIGE BELICHTING OP DEN NEDERLANDSCHEN
KATHOLIEKENDAG
STELLINGEN EN CONCLUSIES
DE ARBEIDSWET
UITVOERING DER TARWEWET
VIJF WERKLIEDEN ONDER DE
PUINEN
Mijnhardt's Posders
De vreugde over de katholieke zetelwinst
in Overijssel is van korten duur geweest.
Een nieuwe becijfering nl. heeft aangetoond,
dat op de Katholieke Staatspartijmeer
stemmen zijn uitgebracht dan men aanvan
kelijk had berekend. En als gevolg daarvan
krijgt zijeen zetel minder.
Dit is een der grillen van het evenredrg-
heidsstelsel, zooals het hier te lande wordt
toegepast. Doordat toch nu bij eerste toewij
zing een zetel meer onmiddellijk is toege
kend, verviel de toepassing van het stelsel
d'Hondt en trad de gewone verdeeling vol
gens de grootste overschotten weer in wer
king.
Aldus kwamen de anti-revolutionairen en
vrijzinnig-democraten 't eerst aan de beurt.
Voor de onzen een tegenslag, te meer daar
ook dn Drenthe de tweede katholieke zetel
aan een zijden draadje heeft gehangen en
een zestal onnoozele stemmetjes (aan een
katholieke dissidente candidatuur werden
er nog over de honderd verspild!) genoeg
waren geweest om hem te behouden.
Op een nieuwen katholieken zetel in den
Senaat kunnen we nu wel voorgoed alle
koop laten varen.
Den schrale troost, dat ook de S.D.A.P.
v°lgens de nieuwe becijfering van één
Overijsselsclien zetel afstand moet doen.
Ternauwernood van den schrik bekomen,
ontvangen we de tweede Jobstijding: ook in
Friesland is de voorloopige berekening niet
acooord bevonden. Alweer leggen daar de
'Katholieken het loodje: den hardnekkig om
streden icn zetel moeten zij daar afboeken.
Met dit al is het totaalcijfer der Staats
partij tot 177 terug gebracht!
PROVINCIE OVERIJSSEL
By de officieele telling van de in den kieskring
Enschedé uitgebrachte stemmen is gebleken, dat
op de lyst der R. K. Staatsparty in dien kring
een klein aantal stemmen méér is uitgebracht
dan volgens de officieuse telling door het Pers
bureau Vaz Dias was vastgesteld.
Dit heeft tot gevolg dat by de eerste verdeeling
der zetels niet 38 doch 39 zetels onmiddellyk wer
den toegekend.
De R. K. Staatsparty, die eerst 10 zetels by de
eerste toewyzing had gekregen, kreeg thans 11,
waardoor het stelsel der grootste overschotten in
werking trad.
Dit had tot gevolg, dat er een wyziging in den
uitslag is gekomen. Deze is in de provincie Over-
yssel volgens de nieuwe berekening als volgt:
R. K. staatsparty 12 zetels, Anti-Rev. 7 zetels,
communisten 1 zetel, vrjjz. dem. 3 zetels, Vry-
heidsbond 4 zetels. Christ.-Hist. 8 zetels, S. D.
A. P. li zetels, Staatk. Geref. Party 1 zetel.
Niet gekozen zyn nu: H. J. van Bergen (R. K.)
en A. IJ. Tulp <s. D. A. P.); in hun plaats komen
V' F- Bramer (a. R.) en L. Louwe3 (vryz.
dem.).
De R. K. Staatsparty, blyCt in Overijssel nu
op 12 zetels, de Anti-Rev. op 7. de Vryz.-Dem. op
3, terwyl de S.D.A.P. van 10 op 11 komt inpla-ats
van op 12.
Tengevolge van bovenstaande wyziging be
draagt het totaal aantal leden der R K Staats
party in de Provinciale Staten van hét heele
1-8,d jpr v", 192rT 1?9)' Öer An(i-R"- partij 81
A P. 129 Il20)' Democraten 37 (42) en der S. D.
De R. K. Staatspartij in Friesland
geen 4 maar 3 zetels
De officieele telling vrm de stemmen uitge
bracht voor de Statenverkiezing van Friesland
heeft het volgend resultaat geeeven:
A. R. 4 100: C. H. 33707; R. K. 11815; H. G. S.
1300: St. G. S. 1249: Chr. D. IJ. 2278: Vrijheids
bond 13534: V. D. 21190: S. D. A. P. 45754; C. P.
Holland 4808; Rev. Soc. P. 1531; Plattelanders-
bond 2721.
De Plattelandersbond heeft 31 stemmen meer
dan van den kiesdeeler waardoor hfj zich een
zetel ziet toegewezen. De R. K. Staatsparty zag
zich 4 zetels toegewezen, hiervan valt echter
een af (de heer T. A. Hettinga) daar deze met
het kleinste overschot was verkregen.
De zetelverhouding is nu: A. R. 12t C. H. 10.
R. K. 3. Vrijheidsbond 4. V. D. 6, S. D. A. P. 13,
Comm. P. Holland 1, Plattelandersbond 1.
KIESKRING \S-GRAVEN HA GE
In de gisteren gehouden zitting van het Hoofd-
stembureau in den kieskring den Haag is de uit
slag van dc Statenverkiezingen in dezen kies
kring vastgesteld overeenkomstig de reeds ver
melde resultaten.
,Er is maar één huwelijk'
HOOFDDOEL EN NEVENDOEL
Voor den vijfden Nederlandschen Katholie
kendag, die op 26 en 27 Mei a.s. in Amsterdam
zal worden gehouden, is, gelijk men weet, als
algemeen onderwerp gekozen ,,het Christelijk
familieleven". Tal van sprekers zullen in sectie-
en algemeene vergaderingen dit onderwerp
ieder van een anderen kant belichten.
MONUMENT VOOR PASTOOR VERBURCH.
Kaar we vernemen is thans officieel vastge
steld. dat de onthulling van het monument,
voor wijlen pastoor Verburch, grondlegger van
de Westjandsche drn Ivencultuur, te Poeldijk
zal plaats hebben op Maandag 1 Juni a.s.
De plechtigheid zal worden verricht door
Z.Exc. Minis-ter Ruys de Beerenbrouek.
PATER IGNATIUS O CAP. f
De Hoogeerw. P. Provinciaal der P.P. Ca-
pucijnen ontving een tadio-telgrafisch bericht
uit Borneo, dat P. Ignatius O.C. (v. d. Putten)
pastoor der statie NazaTtSuh-Bika, plotseling is
overleden. P. Ignatius was *inds 1908 werk
zaam in de missie van Borneo en was 56
jaar Oud.
WERKTIJD IN HET BOEKBINDERS
BEDRIJF.
De minister van Arbeid, ïlamlel en Nijver
heid heeft gunstig beschikt op een verzoek
van de Centrale Commissie voor de naleving
van het coilectier contract in het boekbinders
bedrijf in Nederland, daartoe strekkende, dat
door de arbeiders, aangesloten hij den Alg.
Ned. Typografenbond, den Ned. R. K.
Grafisehen Bond, den Ned. Chr. Grafisehen
Bond of den Ned. Grafisehen Bond, en werk
zaam in ondernemingen, als bedoeld in art. 1
van de collectieve arbeidsovereenkomst van
werkgevers, aangesloten bij den Nederlandschen
Bond van Boekbinderspatroons, arbeid mag
worden verricht, in afwijking van het bepaalde
bij de artt. 23 en 24 der Arbeidswet 1919,
overeenkomstig het dienaangaande in het
collectief contract bepaalde.
De gevraagde vergunning is voor den duur
■van het contract tot 31 Maart 1934 onder de
gebruikelijke voorwaarden verleend.
Stichting van het gezin
Zoo zal in de eerste sectie worden behandeld
de stichting van liet gezin, voorbereiding op
het huwelijk.
Inleider is hier dr. W. B. Huddleston Slater
uit Rotterdam. Blijkens het thans verschenen
programmaboek zal hij daarbij de volgend'
stellingen verdedigen:
De verwarring der geesten is een na-oorlogs
verschijnsel, dat ook het inzicht in huwelijk en
gezin vertroebelt.
Vorming en instandhouding van het gezi
zijn uitvloeiselen van het doel van het huwelijk
Voorbereiding tot het huwelijk sluit de be
doeling tot gezinsvorming in zich.
De jeugd is tot het beoordeelen van 't wezen
van het huwelijk niet competent; daarom plege
zij overleg met er varenen.
Er is maar één huwelijk. Iedere hervorming,
die beoogt een voorloopig huwelijk te sluiten
dat als voorbereiding zal dienen tot een defini
-tief huwelijk, is een dwaling.
Verhouding tusschen de
echtgenooten
In de tweede sectie spreekt dr. A. W. Ausems
over de verhouding tusschen de echtgenooten
Hij poneert daar de volgende stellingen:
1. Het huwelijk heeft het hoofddoel, dat
van God komt en een nevendoel, dat uit de
menschelijke natuur voortvloeit. Het neven
doel moet soms voor het hoofddoel wijken
nooit omgekeerd. (Zooals bij de Nieuw-Malthu-
sianen).
2. De verhouding der echtgenooten hangt
af van de lichamelijke en geestelijke gestelte
nis tegenover de huwelijksdoeleinden.
3. Het huwelijksdoel wordt beheerscht door
het complex: sexualiteit liefde huwelijk
lichamelijke gemeenschap kind.
4. Voor een goede functioneering van dit
complex is een juiste huwelijksvoorzorg noodig.
Gezin en Kerk
In de derde sectie is prof. dr. W. Koenraadt
de inleider. Deze zal over het onderwerp
Gezin en Kerk" de volgende stellingen
ontwikkelen:
1. De leer.
„Kerk en gezin vormen te zamen den éénen
tempel der christelijke opvoeding".
,,De school is van nature een hulpinstelling
ter aanvulling van gezin en kerk".
De school moet derhalve „met het gezin en
de kerk te zamen één aan de christelijke op
voeding gewijd heiligdom vormen".
Z. H. Pius XI in de Encycliek over de
christelijke opvoeding der jeugd.
2. De toepassing.
a. Opvoeding der opvoeders.
Het werk der christelijke opvoeding is bij
uitstek een bovennatuurlijke taak. Het is zaak
de opvoeders voor deze taak zoowel naar ver
stand als naar wil altijd beter geschikt te
maken. Behalve de algemeene middelen, ge
bruikt de Kerk voor de vorming van de op
voeders in gezin en school meerdere daartoe
bijzonder geëigende middelen, zooals ouders-
avonden, moeder-cursussen, retraites, Eucha
ristische bonden, E. K.-dagen voor onderwij
zers en onderwijzeressen.
De opvoeders dienen van deze middelen
dankbaar gebruik te maken.
b. Opvoeding der kinderen.
Voor dit opvoedingswerk is vooral met het
oog op een goede gewetensvorming en de op
voeding tot kuischheid volstrekt noodig een
geest van vertrouwen en openhartigheid bij de
kinderen ten opzichte der opvoeders en regel
matige samenwerking tusschen gezin, school
en kerk.
Gezin en school moeten positieven steun
verleenen aan hetgeen de kerk doet of aanbe
veelt met het oog op de wilskrachtige vorming
van het komende geslacht, zooals veelvuldige,
gced-verzorgde Biecht en Communie, E. K. in
gezin en school, schoolretrait.es, catechisten-
we-rk, katholieke jeugdbeweging.
Gezin en vrije jeugdvorming
Prof. dr. G. Lamers S.J. zal over bovenstaand
onderwerp, dat aan de vierde sectie is toebe
deeld, de volgende stellingen poneeren
I. Het gezin is het natuurlijk milieu van de
jongeren, waarin zooveel vormende waarden
liggen, dat zijn integriteit bewaard en ge
ëerbiedigd moet worden. De jeugdvorming mag
de huiselijke opvoeding niet vervangen, is van
secundaire beteekenis en heeft dus altijd voor
de gezinsrechten ter zijde te gaan.
II- Tegenover de ontreddering van menig
gezinsleven en een wereld met révolutionnaire
tendenzen, moeten wij de vrije jeugdvorming
dankbaar aanvaarden om haar opbouwend ka
rakter als waarborg voor den zedelijken groei
der jongeren en voor een betere toekomst van
onze samenleving.
III. Ook het normale huisgezin moet willen
aanvaarden, dat de vrije jeugdvorming, althans
voor velen, een machtige opvoedingsfactor zijn
kan, zoodat een gedeelte der opvoeding, waar
toe menig gezin niet voldoende of volstrekt niet
in staat is, en wel in de jaren, waarin de ge
zinsinvloed minstens tijdelijk verslapt, van het
gezin wordt overgenomen.
IV. Samenwerking tusschen huisgezin en
vrije jeugdvorming is echter noodzakelijk om
ongewenschte emancipatie der jeugd van het
gezinsleven te voorkomen en de gezondmaking
van het bedreigde huisgezin ideaal voor te be
reiden.
Gezin en Christelijke kunst
Kapelaan J. Waterkamp spreekt in sectie V
over gezin en Christelijke kunst.
Hij vatte zijn betoog als volgt samen
1. Het gezin, al heet het. Katholiek, heeft,
practisch tenminste, daarom nog geen Katho
lieke cultuur.
2. Toch heeft het Katholicisme daarvoor al
tijd de middelen gehad.
3. Het schoonste middel is de religieuze
kunst.
4. Veel wat als religieuze kunst wordt aan
geboden, is het allerminst, omdat het louter
imitatie en meestal slechte imitatie is, terwijl
het religieuze te gevoelig en soms onwaar blijkt.
5. Al is het goede-oude goed, het goede-
nieuwe is beter, immers meer in overeenstem
ming met het eigentijdsche levensrythme en de
eigentijdsche vormbehoeften van het volk in re
ligieus en algemeen' cultureel opzicht.
6. Religieuze kunst is vooral dienende, so
ciale kunst, moet in het algemeen dus, zij lie-t
ook na uitleg, door het volk worden aangevoeld
en begrepen, gelijk de waarheden van het Ge
loof zelf, waarvan religieuze kunst de artistieke
verklaring behoort te zijn.
7. De prijs van religieuze huiskunst mag en
behoeft in het algemeen niet hoog te zijn.
8. Kerk, school en huisgezin werken in dezen
tijd samen, om te geraken tot een Katholieke
cultuur, ook door ware religieuze kunst.
Gezin en gezinshulp
De zesde en laatste sectievergadering den
eersten dag, is gewijd aan „gezin en gezins
hulp". Hier treffen we ook de eerste vrouw als
spreekster, n.l. Zr. M. Elsenburg. Zij zal er de
.volgende stellingen ontwikkelen
1. Gezinshulp kan gewenscht of noodzake
lijk zijn om verschillende redenen, welke wij
in hoofdzaak kunnen terug brengen tot de
volgen-de vier: drukke bezigheden, bevallingen,
ziekte en sterfgeval, armoede.
2. Gezinshulp blijve bij voorkeur beperkt,
tot het noodzakelijke, want de ideale toestand
is, dat de leden van het gezin zich zelf en el
kander zooveel mogelijk kunnen en ook willen
helpen. In het belang van het gezin dient daar
om de vrouw de gewone huiselijke bezigheden
te kennen en dienen de dochters daarvoor te
worden -bekwaamd.
3. Zeer ten nadeele van het gezin wordt dé
dienstbodenstand nog vaak beschouwd als een
minderwaardige stand. Dat drukt haar persoon
en schaadt haar werk.
4. Als gezinshulp door dienstmeisjes of kip-
dermeisjes of kinderjuffrouwen of huishoud
sters wordt verleend, dan komen deze personen
in zeer nauwe en blijvende relatie tot de fa
milie, en vraagt het belang van het gezin, dat
streng wordt gelet op het karakter, den geest
en mentaliteit dezer personen. Omgekeerd
eischt het belang dezer hulpkrachten dat zij
worden beschouwd als te behooren tot het ge.
zin en ook als zoodanig worden behandeld.
5. Als de omstandigheden een verpleegster,
baker of huisverzorgster vorderen, is het van
het grootste belang, de hulp in te roepen van
Roomsche vereenigingen, die goed vertrouwd
en goed geschookr personeel kunnen verschaf
fen. Deze vereenigingen echter dienen te wor
den uitgebouwd, om zoo doelmatig en vlug mo
gelijk te kunnen helpen.
6. Als gezinshulp met leniging der armoede
moet gepaard gaan, is nauw contact tusscheq
vereeniging en liefdadigheid onderling en sa
menwerking met Armbesturen zeer gewenscht
in liet belang van spoedige en doelmatige ge
zinshulp.
De eerste da-g wordt beslo-ten met een groote
vergadering in de St. Willibrorduskenk buiten
■de Veste. Hier zal mevr. C. Steins Bissehop-
Hercken-ratb spreken over „de opvoeding als
gezinstaak" en mr. C. P. M. Rom-rne over „De
ove-Theid en bet gezin
(Wordt vervolgd.)
Het adres van de Gewestelyke
T arwecommissie
Namens den minister v. Binnenlandsche Za
ken en Landbouw brengt de burgemeester van
's-Graven-hage ter kennis van belanghebben
den. dat het adres van ó-e gewestelijke tarwe-
organisatie voor de provincie Zuid-Holland,
opgericht in verband met de uitvoering der
Tarwewet 1931, is: Anna Paulown-astraat no. 20
te 's-Gravenhage (seoretariaat van de Hol-
landsche Maatschappij van Landbouw)
Deze organisatie heeft o.m. tot taak: d-e be-
voideiin-g van de belangen der tarweverbrui-
kers in haar ambtsgebied en voorts het in
'i-aar gebied uitoefenen van controle cp de te
verbouwen tarwe en op de bewaring, verzen
ding en levering daarvan.
Bovendien zijn aan voormeld adre-s alle in
lichtingen te verkrijgen omtrent de levering
van hier te lande verbouwde en bij de telers
aanwezige tarwe, alsmede omtrent alles, wat
daarmede in verband staat.
De binnenl. graanhandel vereenigt
zich
Naar het „Hbl-d." verneemt zal Maandag a.s.
met het oog op d-e Tarwe-wet te Rotterdam wor
den opgericht de „Landelijke federatie van
organisaties van handelaren in altke-rbouwpro
ducten", kortweg te noemen dè „Elfeo".
Tot deze organisaties zullen toetreden alle
provinciale vereenigingen op het gebied van
den binnenland-schen graanhandel, met uitzon
dering echter van de Ver. Gron. Korenbeurs.
De vereeniging zal ten doel hebben, de leden
te doen samenwerken bij de behartiging der
belangen van den handed in akkerbouwpro
ducten in 't alge-meen en van hen zelf in 't hij-
zonder (n.l. in verband met Ih.et aanvankelijk
voornemen dar Tarwe-organisatoren, om den
handel zonder meer uit te schakelen bij de uit-
oering der Tarwewet.
DE ACTIE BIJ VAN GEND LOOS-A-T-O.
Men ijvert voor een eensluidende gedragslijn
Het hoofdbestuur van den Centralen Bond
van transportarbeiders vergaderde dezer dagen
met den personeelraad, om te beraadslagen
over het afwijzend antwoord van de directie
van Van Gend Loos-A.T.O.
De Personeelraad was unaniem de overtui
ging toegedaan, dat het personeel niet zal be
rusten in de afwijzende houding van de
directie.
Besloten werd om op 10 Mei a.s. de vertegen
woordigers der afdeeiingen hijeen te roepen in
een vergadering te Utrecht.
Het hoofdbestuur van den Ned. R.R. bond
van transportarbeiders „Sint Bonifactius", be
legt op denzelfden dag, eveneens te Utrecht,
een vergadering van vertegenwoordigers der
afdeeiingen.
Vooraf komen beide colleges bijeen om een
eensluidende gedragslijn vast te stellen.
I)E VERBINDING 's-GRAVENHAGE—
GOUDA.
Verbetering gevraagd
De A. N. W. B. en de K. N. A. C. hebben zich
gewend tot het college van Gedeputeerde Sta-
teu van Zuid-Holland met een adres waarin zij
er op wijzen dat de rechtstreeksche verbin
ding van 's-Gravenhage naar Gouda, welke
wordt gevormd door den weg over Leidsohen-
dam, Zoetermeer-Zegwaard en Moerkapelle,
gccnszlins voldoet aan de eischen, welke Ih-et
verkee-r tusschen twee zulke belangrijke plas
sen stel-t.
In verband hiermede geven d-e A. N. W. B.
en de K. N. A. C„ thans in overweging het
daarheen te leiden, dat vo r zooveel noodig
het gedeelte Zoeterm-eer-Zegwaard-Gouda van
de tegenwoordige rechtstreeksche verbinding
's-Gravenhage-Utrecht. spoedig in goeden staat
worde gebracht en gehouden.
Een donderende slag deed ver uit den
omtrek alle buurtbewoners
toesnellen
NIEUWE NEDERL. STAATSLEENING
Uitgifte van 277 600.000 1 pCt,
obligaties a 99 Zi pCt.
De minister van Financiën bericht, dat op
4 Mei a.s. bij de Nederlandsche Bank en het
Agentschap van het ministerie van Financiën
de inschrijving zal worden opengesteld op de
4 pet. Nederlandsche Staatsleening 1931 groot
nominaal 277.600.000, waarvan reeds
geplaatst 6S.875.000, terwyl bovendien de
deelneming is verzekerd tot een bedrag van
39.943.500.
De koers van uitgifte bedraagt 99^ pet. De
coupures zijn groot 100, 500 en 1000.
De leening is aflosbaar k pari, bij uitloting
in ten hoogste 28 jaar, te beginnen 1 Juni
1932. Houders van niet afgeloste obligaties
der 5 pet. staatsleening 1918, welke per 1 Juni
1931 geheel wordt afgelost, hebben recht van
voorkeur op het niet reeds geplaatste deel
De storting moet geschieden op 1 Juni a.s
De obligatiën met de daarbij behoorende
coupons zullen zijn vrijgesteld van alle Neder
landsche belastingen, welke van obligatiën ten
laste van Nederland en van de daarbij be
hoorende coupons mochten worden geheven
(Deze bepaling sluit niet in een vrijstelling
van de bestaande belastingen naar inkomen
en vermogen).
Toewijzing zal in de eerste plaats geschieden
op die inschrijvingen, waarvan de storting
uitsluitend zal plaats vinden door middel van
bovengemelde aflosbare 5 pet. obligatiën.
De noteering ter beurze van Amsterdam en
Rotterdam zal worden bevorderd.
DE VERPLICHTE ZIEKTEVERZEKERING
EN BIJZONDERE ONDERWIJZERS
Op de vragen van den heer Beumer betref
fende de bepaling van art. 1, sub a, van het
Koninklijk besluit van 28 Januari 1931,
Staatsblad no. 24, tot vaststelling van een al-
gemeene-n maatregel van bestuur, als bedoeld
in art. 22, eerste lid, der Ziektewet, heeft de
heer Versdhuur, minister van Arbeid, Handel
en Nijverheid o.-m. geantwoord, dat bij de tot
standbrenging van het Koninklijk bes-luit van
28 Januari 1931, Stbl. no. 24, het in de bedoe
ling lag om -het personeel, verbonden aan het
bijzonder onderwijs, voor zoover de betrokkenen
als ambtenaren in den zin der Pensioenwet
kunnen worden beschouwd, buite'n de verplichte
ziekteverzekering te houden. Bij de aanhaling
in artikel 1, letter a, van bovenbedoeld Konink
lijk besluit van de desbetreffende bepalingen
der Pensioenwet is evenwel een fouit -begaan,
waardoor de bedoeling niet tot haar recht is ge
komen. De noodige wijziging van .het betrokken
Koninklijk besluit wordt inmiddels -bevorderd.
DE OPLEIDING TOT OFFICIER.
Op de vragen van den heer Albarda betref
fende het opleggen van zwaardere militaire
verplichtingen aan dienstplichtigen, die tegen
hun zin voor opleiding tot officier zijn aange
■wezen en aan het eind van die opleiding den
officiersrang niet wensc-hen te aanvaarden,
heeft de heer Deckers, minister van Defensie,
o.m. het volgende geantwoord:
Ad 1. Zij. die als dienstplichtigen van de
landmacht in opleiding zijn genomen tot offi
cier, behooren van den dag, waarop hun eer
ste oefening is geëindigd, af in den regel tot
het rese-rvepersoneel der landmacht voor den
tijd, dien zij als dienstplichtige* nog hebben te
dienen, d.i. tot en met 30 September van het
jaar, waarin zij 45 jaar oud worden. Aldus is
bepaald in het derde lid van art. 45 der Dienst
plichtwet, zooals dit luidt ingevolge de Wet
van 21 Juli 1928 (Staatsblad no. 255). Dien
overeenkomstig zijn de in de eerste vraag be
doelde dienstplichtigen gehouden om, op
grond van het bepaalde in het tweede lid, onder
lo., van art. 5 der wet voor het reserveperso
neel der landmacht 1905, om -het andere jaar
v-cor ten hoogste 25 dagen in werkelijken dienst
te komen. Deze verplichting is lichter dan die
welke rust OP de dienstplichtigen, die tot re
serve-officier zijn benoemd zooals uit een bij
het antwoord gevoegd vergelijkend overzicht
blijkt.
Van den in den aanhef bedoelden regel wor
den nochtans uitgezonderd zij, die van de offi
ciersopleiding wor-den ontheven wegens om
standigheden, welke naar het oordeel van den
Minister -van Defensie niet van hun wil af
hankelijk waren.
Uit het in de eerste vraag gegeven overzicht
blijkt, dat voor wat de verder to vervullen mi
litaire verplichtingen betreft, van een druk
om de tot officier in opleiding genomen dienst
plichtigen tegen hun overtuiging te bewegen tot
het aanvaarden van den officiersrang, geen
sprake is. Dat, bij nietaanvaarding van ge
noemden rang, hun verdere verplichtingen
zwaarder -zijn dan die der overige, niet tot offi
cier in opleiding genomen dienstplichtige on
derofficieren is juist en trouwens ook nood;g,
omdat, ware 'het anders, zulks de geneigdheid
van de daartoe in opleiding genomen dienst
plichtigen om den officiersrang te aanvaar
den, zou kunnen verminderen. Er moge in dit
verband aan worden herinnerd, dat juist het
evenbedoelde euvel de aanleiding heeft gevormd
tot de in 1928 tot stand gebrachte wijziging van
het derde lid van art. 45 der Dienstplichtwet
Bezwaren van dienstplichtigen met betrek
king tot hun militaire verplichtingen en ont
leend aan hun persoonlijke overi-ui-ging kan
ondergeteekende in het algemeen slechts dan
erkennen, indien zij behooren tot die, welke
bedoeld zijn in de Dienstweigeringswet, in welk
geval de erkennning ook moet leiden tot de
gevolgen, welke deze wet daaraan verbindt.
Dit -behoeft niet uit te sluiten dat, zooals ook
inderdaad het geval is, voor de officiersoplei
ding bij voorkeur worden aangewezen perso
nen die tegen deze aanwijzing geen bezwaar
hebben.
Gelukkig geen dooden
Gistermiddag 4 uur zakte pots op de Linden,
gracht 24S te Amsterdam een in verbouwing
zijnd huis in elkaar. Van de zes menschen,
die er in aan het werk waren, werden er vijf
onder de puinen bedolven.
Het huis, dat toebehoorde aan een slager in
de buurt, werd verbouwd met het doel de ver
diepingen hooger op te trekken. De voor- en
achtergevels waren gesloopt. Men had in de
oude zijmuren nieuwe gaten gehakt om er de
oude balklagen in te brengen. De vloer van de
eerste verdieping was gereed. Op de tweede
verdieping werd nog' gewerkt, toen gistermid
dag, zonder dat de arbeiders ergens op ver
dacht waren, het bouwwerk begon te wan
kelen, de zijmuren als weeke koek opzij bo
gen en de vloeren van de eerste en tweede
verdieping omlaag stortten.
Een donderende slag weerklonk, die ver in
den omtrek alle buurtbewoners deed toesnel
len. Wat men zag. was een dikke stofwolk,
welke de plaats van het ongeluk onzichtbaar
maakte, zoodat men bet eerst dacht aan een
ontploffing. Per brandschel werd de brandweer
gealarmeerd, die, zoodra zij de ware toedracht
der zaak had vernomen, met veel materiaal,
waaronder ook de gereedschapswagen, ter
plaatse verscheen.
Aanvankelijk was het niet hekend, hoeveel
menschen nog onder de puinhoopen moesten
liggen. Een der werklieden evenwel, die
slechts licht getroffen was, kwam spoedig uit
den warboel van hout en steenen te voorschijn
klauteren. Hoewel de man erg van streek was,
kon hij mededeelen, dat er zes menschen in
het huis aan het werk waren geweest. Onder
leiding van de hoofdbrandmeesters Förch en
Brunet de Rochebrune, werd het reddings
werk met kracht aangepakt. En met succes
Binnen het halve uilr had men alle slacht
offers geborgen. Wat niemand had durven
denken: dooden vielen er niet te betreuren
Drie der slachtoffers, waaronder een 15:jarig
timmermausjongetje was, konden met lichte
verwondingen naar het Tesselschade-zieken-
huis vervoerd worden.
Twee andere werklieden werden ernstig ge
wond onder de puinen vandaan gehaald. Een
van hen, C. Ruiselaar geheeten, werd voorloo
pig bij een drogist binnengedragen, waar een
zijner beenen, dat gebroken cn gekneusd was,
werd verbonden.
Het ergst was de opperman Chr. Boom er
aan toe. Hy was aan den achterkant van het
huis in den kelder terecht gekomen, waaruit
hij met veel moeite moest bevrijd worden. Ter
plaatse werd hij door den G. G. D. verbonden.,
waarbij zijn been moest gespalkt worden. Ook
aan het hoofd werden lievig bloedende won
den verbonden. Daarna werd bij op een draag
baar omboog geheschen op het platte, lage
dak van een bakkerij en uiterst voorzichtig in
de Goudsbloemdwarsstraat weer naar beneden
gelaten. Per auto van den G. G. D. werd hij
naar het Tesselschade-ziekenhuis vervoerd
Ook de andere zwaargewonde is daarheen
overgebracht.
Omtrent de oorzaak van het ongeval kan
men weinig met zekerheid zeggen. Het is wel
gebleken, dat het huis een oud rommeltje was
dat een verbouwing niet meer kon weerstaan
Volgens verklaring van een ooggetuige is de
schoorsteen plotseling omlaag gekomen op den
vloer van de tweede verdieping, die doorzakte.
Vervolgens kwam de schoorsteen op de eerste
verdieping terecht, waardoor de vergane mu
ren begonnen te-wankelen en dc balklagen uit
hun steungaten schoten.
Bouw- en Woningtoezicht zal alles nader
onderzoeken. De brandweer heeft slechts
eenige voorwerpen, die gevaar opleverden, ge
sloopt en de muren van de belendende percee-
len geschoord.
Een geweldige menigte nieuwsgierigen werd
door de politie, onder leiding van commissaris
Pijper, op een veiligen afstand gehouden. Ver
der gaven ook de wethouders Kropman en De
Miranda, de hoofdcommissaris, de heer Ver
steeg, de onder directeur van den G. G. D„ dr.
Brinkman en de directeur van Bouw- cn Wo
ningtoezicht, ir. Tjaden, van hun belangstel
ling blijk.
Zullen spoedig bedaren door j
Vraag daarom MiJnhardt's Uuofdpynpoeders Stj
Mynhardt's Kiespunpoeders. Alleen echt als ot>
doos en poeders de naam Mi.jnhardt staat. Lei
bij het koopen hierop. Per poeder S cent en pef.
doos 45 cent. Verkrijgbaar bü Uw Drogist,
Reel. 3580 DGVS 13
Deskundigen weinig optimistisch gestemd
EEN VOORBARIG PLAN
VEREENIGING VAN
RECLASSEERINGS-INSTELLINGEN.
Aan het jaarverslag over 1930 van de Ver
eeniging van Reciasseerings-Instellingen wordt
het volgende ontleend
Door toetreding als lid der Vereeniging van
het Consultatiebureau voor Alcoholisme te
Haarlem steeg het aantal leden tot 51.
Het afgeloopen jaar heeft het bestuur een
groot verlies geleden door het overlijden van
den ZeerEerw. Pater Ildefonsus.
Het aantal aangebrachte gevallen is eenigs-
zins verminderd en bedroeg 490. Voor 25 reeds
vroeger aangebrachte gevallen word opnieuw
de hulp van het Bureau ingeroepen, terwijl nog
97 gevallen van het vorig jaar waren overge
bleven.
Van deze 612 gevallen werden er 505 afge
handeld. Op het einde van het jaar waren der
halve nog 107 gevallen in behandeling, waai van
er 89 -ontslagen waren en 18 nog ontslagen
moesten worden. Van deze 505 afgehandelde ge
vallen werden er 300 afgevoerd, zoodat 205 ge
vallen werden behandeld.
Dit jaar werd voor 73 personen gewaar
schuwd. Het bleek, dat deze waarschuwings
dienst door vele instellingen op grooten prijs
wordt gesteld. Verblijdend is het, dai het win
nen van inlichtingen door instellingen en re-
classeeringsraden steeds toeneemt, daar in dit
jaar aangaande 2160 personen inlichtingen
werden ingewonnen. Aangaande 1440 personen
konden inlichtingen worden verstrekt.
In behandeling kwamen 307 geval'en van
voorwaardelijke veroordeeling. Van deze 307
gevallen werden er 9 afgevoerd. Van de 298
overige gevallen konden niet minder dan 112
gevallen als bevredigend worden afgevoerd In
5 gevallen werd tot tenuitvoerlegging besloten.
In den loop van het jaar werden 172 overtre
dingsrapporten, loopende over 102 gevallen,
uitgebracht.
Op 31 December waren er tenslotte 4S4 ver-
tegeuwoordigera 1» 27? alaatsaa,
MILLIOEJNEN-A FF AIRE MET
BUITENGEWOON RISICO
In het April-nummer van „Het Vliegveld"
komen enkele meenïngen voor over de door de
scheepvaartmaatschappij „Nederland" en „Rot-
terdamsehe Lloyd" in studie genomen Europa—
Java-luchtverbinding met Zeppelins, die niet
bijster optimistisch klinken. In een re-
dactioneele beschouwing wordt geconstateerd,
dat alle luchtschepen van het Zeppelin-stelsel,
die sedert het begin der luchtscheepvaart zijn
gebouwd, dus over een periode van meer dan
30 jaren, een gemiddelden levensduur bereikten
van slechts 3 jaren, wanneer zij, als zijnde ver
ouderd of ongeschikt, moesten worden gesloopt.
De zeer groote meerderheid der luchtschepen,
die op gewelddadige wijze hun einde vonden,
bereikten een gemiddelden levensduur van 6
tot 8 a 9 maanden. Hoewel de resultaten van de
oorlogstoepassing natuurlijk geen argument
vormen tegen een commercleele aanwending,
zoo zijn er toch ook in die toepassing cijfers,
die met het oog op een commercieel gebruik, van
Zeppelins, een waarschuwend woord spreken.
Zoo gingen van de Zeppelins, die gedurende
den oorlog 1914—'18 gebouwd werden, er 17
verloren door weersinvloeden of motoraverij,
terwijl 9 luchtschepen in of voor hun loods,
zonder toedoen van den vijand, een prooi der
vlammen werden.
Zeer zware tegenslagen en ontgoocheling
hebben de na den oorlog ondernomen pogingen
opgeleverd, om het Zeppelin-luchtschip zijn
plaats in het wereldverkeer te bezorgen. Be
halve dan in Amerika, is in alle landen der
wereld het groote luchtschip als militair uit
rustingsstuk geheel en al opgegeven. Engeland,
dat zelf 15 luchtschepen van het Zeppelinstelsel
bouwde, ruimde zijn luchtschepenvloot in 1921
geheel op en ging zóó ver, 5 groote luchtschepen
ter waarde van totaal 25 k 30 millioen gulden,
gratis aan te bieden aan eenig consortium, dat
bereid zou zijn met die schepen een iucht-ver-
keer op Egypte of Indië te onderhouden. Doch
niemand, die dit geweldige cadeau met moor
dende finantieele consequenties wilde accep
teeren. Tenslotte constateert de schrijver, dat
van de 155 luchtschepen van het Zeppelinstelsel,
die in die 30 jaren zijn gebouwd, alleen de
„Graf Zeppelin" iets op het gebied van com
mercieel wereldverkeer heeft gepresteerd. Maar
dat nog onder condities, die niets bewijzen voor
de mogelijkheid van een geregeld wereldver
keer met Zeppelins, volgens een vaste dienst
regeling.
De heer G. Spit, chef van den technig^ien
dienst der K. L. M., te Amsterdam, beschouwt
enkele technische vraagstukken en constateert
dat, wil men bruikbare lasten vervoeren, lucht
schepen noodig zijn van minstens 200.000 M.3.
Dergelijke enorme schepen zijn zeer kostbaar
in aanschaffing en een tevens zeer groot risic-o,
daar ze niet verzekerd kunnen worden. Ook hij
wijst er op, dat de „Graf Zeppelin" bijna uit
sluitend gelegenheidsvaarten heeft gemaakt,
wat nog heel iets anders is, dan eiken Donder
dagmorgen om 6 uur uit Holland te moeten,
vertrekken, hij storm of sneeuw, dwars door
den moesson in Indië. Door de dunne lucht ver
liest een groot schip in de tropen eventjes
10.009 K.G. van zijn hefvermogen, hetgeen nood
lottig kan worden. De kapitaalsbegrooting van
een Zeppelindienst op Indië ziet er, alleen nog
maar wat materiaal en dus niet personeel, be
drijfskosten, etc. betreft, uit als volgt
5 luchtschepen a 6.000.000 30.000.000
2 loodsen a 3.000.000 f 6.000.000
7 laudingsmasten 600.000 4.200.000
6 gasinstallaties, enz. a 450.000 2.700.000
Reservemateriaal 2.480.000
Totaal 45.380.000
Waarom het luchtschip zich in de 30 jaren
van zijn bestaan zoo langzaam heeft ontwik
keld. komt hierdoor, dat het bouwen van een
nieuw experimenteel sebip S tot 10 millioen
gulden kost en ruim 2'7 jaar duurt, terwijl het
bonwen van een nieuw type vliegtuig maar
200.009 of nog aanmerkelijk minder kost en
8 maanden duurt. De schrijver noemt het hirt'bs
plan voorbarig, zeer voorbarig.
„CHRISTUS VERWORPEN,"
Beslist de laatste voorstelling
Men meldt ons uit Valkenswaard
Voor een record-aantal bezoekers ging Zon
dag 1.1. ten vijfden male dit indrukwekkend
passiespel. En nog moesLen tientallen teleur-
esteld worden afgewezen.
Het bestuur zag zich om de vele aanvragen
verplicht nog een Oden avond aan de serie toe
te voegen, zoodat Zondag a.s., nu beslist voor
de laatste maal Vuysters' spel zal worden ge
geven.
WILLY THUNIS TE DRESDEN.
De heer Alb. Thoenis, een broeder van den
operettezanger schrijft ons naar aanleiding van
het bericht omtrent niéuwe demonstraties te
gen Tbunis' optraden te Dresden:
Het bericht is wat dezé tegenclamonstraties
betreft goed gesteld evenwel is het jammer
dat er geen woord in staat van de grootsehe
hulde en aanhankelijkheid van het groote
Dresdener publiek die in het Residenz-Theater
ongekende afmetingen aannam.
De demonstraties gingen enkel uit van de
„Nazi"-partij en het is dan ook begrijpelijk dat
het pro en contra op straat tot uiterst rumoe
rige tooneelen leidde. Maar niet alleen het
contra.
Het feit dat Thunis talrijke bloemstukken
kreeg en tot 24 maal toe voor het voetlicht
geroep-en werd, is stellig ook vermeldenswaard.
HET ECHTPAAR HEESTERS NAAR
ANTWERPEN
Door de directie van het Scala „Theater" te
Antwerpen zijn de heer en mevrouw Johan
HeestersGhijs aangezocht zich met 1 Sep
tember a.s. voor het geheele seizoen te v-9rbla«
den.
Zij hebben 4j.t saabgè aangenomen,