DE RIJKSWEG RIJSWIJK- rotterdam. ALS DE NATUUR KRACHTEN WOEDEN de strijd tegen den slappen grond. AAN DEN RAND VAN EEN STAATSBANKROET Onweer met sterken neerslag SïïsrtJiM»,"T.zr ZAÏERDAG 30 MEI 1931' FIETSBANDEN! HET EERSTE WEGVAK IN DE PRAKTIJK. Dumping politiek, om de wereldcrisis te i tot een catastrofe HET EINDDOEL VAN STALIN. Zijn goede en slechte kansen. ,.Nog kerngezond, maar op de tijdsomstand gheden bedacht zijn' lichtloopend, BOERDERIJEN DOOR DEN BLIKSEM GETROFFEN. NOODWEER BOVEN ARNHEM. Venetië aan den Rijn. VEEL HUIZEN ONDER WATER. ar In tien minuten naar het vliegveld. Toen wij, juist twee jaar geleden, onder lei ding der betrokken waterstaats-autoriteiten een bezoek brachten aan de terreinen waar de groote nieuwe rijksweg van Rijswijk naar Rot terdam in aanleg was naderde het gedeelte tusschen de Hoornbrug en Delft zijn vol tooiing. Nu sedert Juli 1930 dit wegvalt in gebruik is genomen en honderden auto's en motoren den afstand in luttele minuten afleggen, springt eerst goed in het oog welk een enorme verbetering hier tot stand is gebracht. Is het wonder, dat een automobilist sprak: „Van alle belastingen betaal ik wegenbelasting het liefst want wij krijgen er iets goeds, voor zooals wij zien". WEG van RUSWJK naar ROTTERDAM OVtRZttHTSKAART S SCHIEDAM WW VERKLARING vtaaedeBlten in oonlea Of reed» oonbesteed wtaaedeelien m voo'brt-.dlna IC reed» voltooide bruaaen „freed, ooobe.leed Een overzicht van den nieuwen RijswijkRotterdam. weg Dezer dagen gingen wij onder leiding van den directeur-hoofdingenieur van den Rijkswa terstaat, D. A. van Heijst, den arrondissements ingenieur C. J. Witteveen, den ingenieur M. E. Rijperman en de aannemers Zanen van de N.V. Zanen en Verstoep, en Van den Bont van de Amsterdamsche Ballast Mij., ons op de hoogte stellen van de vorderingen van het groote werk tusschen Rotterdam en Delft en kennis maken met de maatregelen, welke de practijk op den gereed gekomen weg vroeg. De Hoornbrug blijkt nog altijd een groot obstakel, dat niet alleen te nauw is, maar bo vendien geheel buiten den as van den weg ligt. De moeilijkheid is vooral gelegen in het feit, dat deze brug juist ligt in de bocht van de Vliet. Doch onze Rijkswaterstaat zal deze be zwaren weten te overwinnen. Hij heeft plannen in overweging voor een nieuwe breede in de as van den weg gelegen brug, welke hoog bo ven het water komt te liggen, zoodat zij niet te vaak .geopend behoeft té worden. De niieuwe weg, dlie zich achte rde Wielerbaan in de polderweilanden verliest, heeft een asfalt- verharding van 11 meter, welke over de volle breedte gebruikt kan worden, doordat licht ge kleurde betonrabatten van een halven meter breed hier een stevige en duidelijke grens met den berm aangeven. Toch bleek deze afschei ding bij vochtig, duister weer niet voldoende en vaak vond men op berm en rijwielpad de sporen van een auto, die den juisten koers had verloren. Tusschen den weg en de rijwielpaden beeft men thans, bij wijze van proef witte, of wit met zwarte betonplankjes en ijzeren paal tjes met reflectoren geplaatst en de ervaring biermede is gunstig. Ook heeft men, ten aan zien van een goed gebruik van den weg goede resultaten bereikt met het aanbrengen van markeeringslijnen. In de practijk ziet men thans vier verkeersbanen tusschen de witte strepen of de wegpunaises. Het rijden over de bermen is nu minder geworden. Een typische ervaring deed men nog op met de bocht bij de Wielerbaan. Deze boog heeft 500 meter straal, welke grootte het niet noodig maakt de bocht met de helling naar binnen te leggen. De practijk laat echter zien, dat deze bocht door auto's uit de richting Delft met een snelheid van 60SO K.M. wordt genomen en met zulk een snelheid voelt men het bezwaar van een vlakke bocht. Bij bochten, die nog aangelegd moeten worden zal men dan ook met deze ervaring zijn voordeel doen. Aan den zijtak naar Delft sluit aan de weg met de nieuwe brug over het provinciale ka naal, welke een directe verbinding met Delft geeft. Deze zijtak zal voorloopig met bet Oost einde de hoofdverbinding blijven uitmaken, waarna men langs de Pijnackersche vaart bij den Pauwmolen het thans in uitvoering zijnde gedeelte van den weg naar Overschie kan be reiken. De aanleg van het weggedeelte beoos ten Delft blijft even rusten, omdat de uit het wegenfonds beschikbare gelden voor noodzake lijker werken besteed moeten worden. Op het wegvak Delft-Rotterdam vingen wij onzen tocht aan bij den loswal van Zanen en Verstoep, in bet verbindingskanaal tusschen beide Schieën. Hier halen twee kranen een schip van 600 ton in 2 uur leeg. Per dag wordt ongeveer 5000 ton rivierzand, dat in de Nieu we Merwede wordt gezogen of gebaggerd, ver werkt. Wie de geweldige werken, aan den nieuwen rijksweg verricht, „een beetje veel en wat toe" mocht vinden, wordt wei spoedig bekeerd wan neer hij ziet naar den toestand van een nieuw stukje, ongefundeerden weg, dat tusschen de brug over bovengenoemd kanaal en den be- ruchten weg met 21 bochten, door de gemeen te Rotterdam is aangelegd en zware golvingen vertoont. Even verder vangt in den Kleinpolder de nieuwe weg aan. Over een afstand van ll/2 K.M. heeft hij ruim 1 y2 millioen gulden aan grond werken vereischt. De bodemgesteldheid was hier zoo slecht dat het werk 2'/, jaar vroeg. Op dit wegvak werd ongeveer 600.000 M3. zand verwerkt, terwijl de ongeveer 675.000 M3. grond welke werd opgeperst en uit ander grondwerk voortkwam genoeg is voor den aan leg van straten en plantsoenen in het uitbrei dingsplan van Overschie. De totale hoeveel heid verwerkt zand bedraagt hier ongeveer 5y2 maal den inhoud van het weglichaam ho ven het maaiveld. Tien tot twaalf meter is hier het zand den bodem ingedrongen. Dit weggedeelte is met uitzondering van het bovendek gereed. Op de onderlaag heeft men thans een acht meter breeden weg aangelegd van klinkers, welke men mettertijd toch voor de parallelwegen noodig heeft. Men is hiertoe overgegaan ten einde te komen tot éénrich tingsverkeer rond Overschie. De oude kronkel weg wordt dan bestemd voor het verkeer naar Rotterdam, terwijl de nieuwe weg aansluiting geeft op de Schielaan, welke ter hoogte van den ouden tol op den bestaanden rijksweg uit komt. Om dit mogelijk te maken heeft men over de Rotterdamsche Schie een tijdelijke op haalbrug ontworpen, welker houten onderbouw gereed is en waarvan de ijzeren bovenbouw te Haarlem wordt vervaardigd bU de N. V. Ho- genbirk en Zoon. In de bebouwing is hier een groote ruimte gelaten voor den rijksweg1; dank zij de voort varendheid van burgemeester Konings, die in 1922 hoorde van een nieuwen weg en bij den rijkswaterstaat zijn licht ging opsteken. Hier komt zooals bekend een viaduct over de Schie en aangrenzende kaden. De onderbouw der tijdelijke ophaalbrug over de Rotterdamsche Schie. Men hoopt deze grondwerken tegen ihet eind van 1932 gereed te hebben. Wanneer de zand- ophoopingen zich dan genoeg gezet zullen heb ben zal men het daarop volgende jaar aanvan gen met de verhardingen op dit wegvak, waar mede nog 800.000 gemoeid zijn. De voltooiing hiervan wordt dan ook eerst in de tweede helft van 1934 verwacht. Het slappe terrein zet zich voort tot de Zwet, waar men bezig is aan de brugfundeering. Voor het Zuiderbrughoofd heeft men hier damwanden moeten slaan rondom een grooten werkput. Daarentegen blijkt ter plaatse van het Noorderbrugïioofd een terp gelegen te zjjn> welke zoowel aan de grondsoort als aan het niveau duidelijk te herkennen is. Aan deze zijde komt men dus niet op zulke hooge kosten als aan de Zuidzijde. Even verder begint ae slappe grond weer. Ook het gedeelte tusschen den Ackersdijk- schenweg en den Pauwmolen dat 3.300 K.M. lang is en rond 1% millioen gulden zal kosten vertoonde slappe vakken, al was de grondslag beter dan onder Overschie. Dicht bij den Pauw molen bleef een weggedeelte nawerken. Men heeft er toen, evenals in bij Overschie een over-hoogte van zand aangebracht en toen bleek door belangrijke grondoppersingen, dat nog geen evenwicht was bereikt. Dit laatste traject, dat door een zijweg met den ouden weg is verbonden en dat reeds over een groo te lengte de wegfundeering bezit, verwacht men in het najaar voltooid te hebben. Een viertal 'bruggen is hier gereed, terwijl de via duct over de Pijnackerevaart blijft wachten tot de uitvoering van het 3 K.M. lange wegvak beoosten Delft, dat verder nog drie bruggen verlangt. Tusscben Overschie en den Ackers- dijkschen weg zijn verder vijf bruggen voltooid of in aanbouw, voorts een drietal nabij de Bras serskade. De nieuwe rijksweg loopt vlak langs het geprojecteerde gemeenschappelijke Rotter- damsch-Haagsche vliegveld, waarvoor de ont eigeningen thans in voorbereiding zijn. Heeft men zich eindelijk losgemaakt van de stads- verkeerskluwen, dan is men er binnen een mi nuut of tien. Deze rijksweg is een kostbaar nationaal bezit. •C K - II (Slot) Een motortractie op rupswielen, die ge bruikt wordt voor het walsen van de aarden baan. Op slechts korten afstand van deze plaats liggen de Overschïcsche plassen welke door het tracé doorsneden worden. Ook hier heeft men weer te doen met zeer slappen grond. Voor de Zestienhovensche brug in den Grooten Plas moest hier over een lengte van honderd meter een kleine 100.000 M3. zand worden gestort. Doordat men den bovengrond tusschen de uiterste grenzen van het wegprofiel uitgraaft weet men den opgepersten grond op rijkster rein te houden en hindert men de omgelegen landerijen niét. Terzijde van den hoogen Band- flam zagen wij groote hoeveelheden grond op geperst. Deze vindt zijn weg naar omringende landerijen of verder. Somtijds wil deze wer king zoo snel gaan, dat heele zandtreinen kap seizen. Het bestek vraagt hier levering van een millioen kub. meter rivierzand, d.i. een sleep landschepen van pl.m. 1000 K.M. of een zand- trein van rond 830 K.MDe aannemings som bedraagt 2.254.000, voor 4.200 K.M. grondwerk. Het voltooide weggedeelte in den Kleinpolder te Overschie, dat tijdelijk over de breedte ts beetroot pen behoeve van het éénrichtingsverkeer. Thans rest ons nog na te gaan, welk eind doel de Bolsjewiki nastreven en hoe het staat met hun kansen, om dit doel metter daad te bereiken. En dan zetten wij als onze vaste over tuiging voorop, dat het vijfjarenplan in het idee der Bolsjewiki een veel verder reiken de strekking heeft dan de economische noodzakelijkheid vordert. Hun einddoel is tweeledig- ten eerste wil- ,en zij in West-Europa en Amerika de staathuishouding in verwarring brengen en zoodoende de wereld rijp maken voor een algemeene omvyenteling. En ten tweede streven zij met de „mobi lisatie der industrie" naar een reorganisatie van hun militaire weermacht, met het oog op den komenden, in hun oog onafwend baren oorlog. Wat het eerste deel van dit zeer vérstrek kend program betreft, kan onze toelichting sober zijn. De rantsoeneering der eerste levensbe hoeften voor de eigen bevolking, de in voering van dwangarbeid voor duizenden politieke „misdadigers" en van industriee- len „dienstplicht" voor heel de rest der natie, het forceeren van het railvervoer tot aan of over de grens van zijn capaciteit- om de Russische producten toch maar zoo spoedig mogelijk op de buitenlandsche markt te kunnen werpen tegen prijzen, die de toch reeds overkropte wereldmarkt nog verder deprimeeren, ziedaar evenzooveie aanwijzingen, dat de Sovjet-Republiek op zettelijk een dumping-politiek volgt, om de economische wereldcrisis te doen uitdijen tot een catastrofe voor het veelgehate „kapi talistisch stelsel" 1). Maar anders is het gesteld met de ver sterking der weermacht als doel der Sovjets, die immers geen gelegenheid laten voorbij gaan, om van hun vredelievendheid te ge tuigen en herhaaldelijk met nadruk aan dringen op de algemeene ontwapening van heel de beschaafde wereld. Maar met dat al organiseert men links en rechts, maar bovenal in Sovjet-Rusland, de landsverdediging met zulk een macht van aanvalswapenen, alsof een veldtocht „ins Feindes Land" onmiddellijk voor de deur stond. Trouwens Stalin zegt het uitdrukkelijk in zijn rapport aan het zestiende Sovjetcon gres: (Juni 1930) „De middelen in den strijd om de wereldmarkt zijn: de toRarieven, de lage prijzen, het goedkoope crediet de her groepeering der naties in bondgenootschap pen, de bewapeningen en eindelijk: de oor log!" „Want de benarde bourgeoisie" zoo ver zekert hij, „zal vroeg of laat een uitweg zoeken in een aanval op Rusland." Dit vermeende overrompelingsgevaar is sindsdien een stokpaardje der Sovjetpers geworden- En daar de Sovjetleiders heel goed weten, dat geen enkele mogendheid ook maar in de verte denkt aan een aanval op hun even onmetelijk als onherbergzaam Rijk, werd met alle zorg een comico-tragedie geën sceneerd het beruchte Ramsin-proces om aan de voorgewende samenzwering yan Poincaré en Briand tegen het vreedzame Rusland een glimp van waarschijnlijkheid te geven. Deze onzinnige transformatie van Briand, een der meest bezonnen Europeesche staats lieden, in een doldriftigen vechtersbaas kan geen ander doel hebben dan den uit zijn aard tragen en vreedzamen Rus te verzoe nen met de koortsige haast, waarmee de „landsverdediging" industrieel en militair wordt georganiseerd. Het hatelijk rantsoenen-systeem heeft zulk een omvang aangenomen, dat Stalin zich verplicht heeft gezien een decreet uit ie vaardigen tot reorganisatie van het distributiestelsel. „Door overdreven bureaucratie" zoo luidt de motiveering van het nieuwe decreet, „is de levensmiddelenvoorziening der bevolking in gevaar gebracht." Om dit gevaar te bezweren, zal een geor dend net van magazijnen en winkels in het leven worden geroepen; en om in de groote steden het urenlange in de rij staan te voorkomen, zullen talrijke nieuwe verkoop lokalen ter beschikking van het publiek worden gesteld. Bovendien zal de rantsoe neering, die den laatsten tijd tot ongeveer alle handelswaren was uitgebreid, aanzien lijk worden ingeperkt: alleen kleeren, schoe nen en levensmiddelen blijven in de distri butie: de rest wordt „vrijgegeven". Dat Stalin zich genoopt zag het harde stelsel te verzachten bewijst de stijgende on tevredenheid der massa, die steeds meer kopeken te betalen krijgt voor een schamel kwantum mondvoorraad en lijfbekleeding. Want een tweede bericht uit. Moskou meldt, dat de prijzen der levensmiddelen met niet minder dan vijftig percent zijn ver hoogd. „Hierdoor", zoo voegt de berichtgever erbij, „hoopt de Sovjetregeering meer geld in handen te krijgen, daar de in omloop zijnde munten door het publiek worden vastgehouden". Met dit laatste bericht naderen wij de kern der kwestie. Immers waarom worden, bij een steeds dalende wereldmarkt, de prijzen der eerste levensbehoeften verhoogd in een land, dat voor millioenen aan voedsel uitvoert? Waarvandaan komen de fabelachtig hooge prijzen, die de kooper gedwongen is te be talen in het restje vrij handelsverkeer, dat aan de bureaucratie is ontsnapt? En hoe komt het, dat de metalen munt stukken spoorloos uit de circulatie ver dwijnen? Reeds in het voorjaar van 1930 had de roebel ongeveer één derde van de goud- waarde verloren. In plaats van 1.25 noteer de hij nog slechts 0.45. Maar in liet boek jaar van October 1929 tot October 1930 heeft de Russische Staatsbank, blijkens de door haar gepubliceerde balans nog anderhalf milliard papieren roebels in omloop ge bracht, met het onvermijdelijk gevolg, dat thans op de clandestiene roebelmarkt te Berlijn niet meer dan vijftien cents voor één roebel wordt gevraagd. Inmiddels zijn, mede door den warenhom- ger, de prijzen der „vrije waren" zoodanig gestegen, dat zij voor de massa der arbei ders onbereikbaar geworden zijn. Hoe lang zal het Russische volk deze nauwverholen slavernij verdragen? Hoe ver zal de roebel, en met den roebel het wel vaartspeil nog moeten dalen, eer het prole tariaat in opstand komt en zijn onderdruk kers wegvaagt? Of is de lijdelijkheid van de slechtge- voede, slechtgekleede, aan de willekeur der bureaucratie en de spionnage der Gepoe on derworpen massa zoo eindeloos groot, dat zij jaar in jaar uit stompzinnig in den tred molen zal blijven loopen, terwijl de beloof de heilstaat steeds verder terugwijkt in het nevelig verschiet? Er bestaat nog een derde mogelijkheid. Zal Stalin, als hij ziet, dat de verwachte wereldrevolutie uitblijft, ondanks zijn voort gezette pogingen om door dumpingprijzen de wereldmarkt te ontwrichten, wellicht als laatste redmiddel zijn toevlucht nemen tot een als verdedigingsoorlog vermonden aanvalskrijg op de randstaten van West- Europa? Zoo ja, dan zal o.i. weer opnieuw blijken, dat de passiviteit, die den Rus van nature eigen is ,hem zeer geschikt maakt tot dwang arbeider, maar bij uitstek ongeschikt tot sol daat in den modernen oorlog. Men kan met menschelijke kuddedieren onder deskundige leiding zonder twijfel grootsche werken tot stand brengen: het keizerlijk Rome heeft het vóór eeuwen reeds bewezen. Maar in den menschenmoordenden krijg heeft een slavenleger nog nooit een duur zame overwinning bevochten. Daar behoort de zegepraal aan den moed en de geestkracht der vrije mannen. En zoo lijkt ons, alles bijeengenomen, de kans op een economische heropleving van Rusland vooralsnog niet groot en die op een gewelddige overrompeling van West- Europa uiterst klein. Wij eindigen met den wensch. dat God het Russische volk, na de zware beproevin gen van het bosjewistisch dwangbestuur zal genezen van de diepe wonden, door god deloosheid en zedenbederf geslagen om het terug te voeren in den schoot der Moeder kerk, aan den voet van Christus' plaatsbe- kleeder, zoodat er „slechts één kudde en één herder zij!" Mr. L. S. 1). Te Genève heeft de Sovjet-afgevaardig de Litwinoff deze opzettelijke dumping ontkend en den economischen vrede gepredikt. Maar daden zijn welsprekender dan woorden. En bovendien wordt te Moskou heel anders ge sproken dan te Genève. In de Russische hoofd stad wordt het vijfjarenplan steeds voorgesteld als een onontbeerlijk machtsmiddel in den klassenstrijd tusschen het proletariaat en het kapitalisme. Zoo toont zich ook hier weer het Bolsjewisme een trouw volgeling van den oor logsgod Janus: met dubbel gelaat en dubbele tong! COÖPERATIEVE CENTRALE RAIFFEISENBANK. Een motie om krachtiger regeeringssteun voor .den boerenstand aangenomen. Donderdag werd te Utrecht de algemeene jaar vergadering gehouden van de Coöperatieve Cen trale Raiffeisenbank, onder leiding van den voor zitter van den Raad van Toezicht, den heer G. W. Stroink te Steenwykerwold. De voorzitter wil geen lange beschouwing geven over de zware moeilijkheden, welke den landbouw in al zijn geledingen teisteren. Het ligt voor de hand. dat die moeilijkheden ook in deze organi satie voelbaar zyn. Toch is deze landbouwcrediet- instelling nog steeds kerngezond. Natuuriyk moe ten de leiders op de tijdsomstandigheden bedacht zün. Waar onze organisatie, aldus spr., zoo sterk is en het gevoel van samenwerking zoo duidelijk sprekend, daar past het ons, vertrouwen te hebben in de toekomst. Wat de resultaten van het atgeloopen jaar be treft, deze dragen zeer merkbaar de teekenen des tüds. Het zou daarom onverantwoordelijk zijn, wanneer het bestuur ten opzichte van de rente vergoeding op den ouden weg was voortgegaan renteverlaging is noodzakelijk. Laten wij een con servatief beleid voeren. Waken wij er voor, ter wille van een hoogere rente geen hoogere fondsen te koopenwant welke fondsen kunnen wij thans vertrouwen De liquiditeit was in 1930 zeer goed. Hierna verleende de vergadering haar goed keuring aan de rekening en verantwoording van het bestuur over 1930. Tevens verklaarde men zich accoord met de voorstellen naar aanleiding van de balans. Deze hadden de volgende strek king: Het winstcijfer over 1930-bedraagt 269.273. Men wensehte hiervan af te schrijvenop de rekening meubilair, waardoor dit tot op 1 zal zyn afge schreven, 3825, zoodat overblijft een bedrag van 265.447daarvan moeten in het reservefonds worden gestort: volgens art. 6 sub 6 der statuten, de gelden welke de leden by hun toe- en uittre ding betaalden, namelyk 260. zoodat resteert 265.187voorts zal dit bedrag in het reservefonds worden gestort. De reserves stygen hierdoor tot 4.689.820. Verder zal het van de reserve afzonder lijk als reserve koersverschillen geboekte bedrag worden verlaagd met 50.000, zoodat dit dan op 560.000 komt te staan. Vervolgens ging men accoord met de rekening en verantwoording van het Onderling Waarborg fonds; de ontvangsten en uitgaven vormden een totaal van 139.334. De verkiezingen hadden de volgende resultaten Als lid van het bestuur werd herkozen ir. F. A. R. A. baron van Ittersum en in de plaats van wylen mr. dr. baron van Hugenpoth tot Aerdt werd de heer F. P. E. van Ditzhuyzen te Baarn aangewezen. Als leden van den raad van toezicht herbenoemde men de heeren K. Eriks Azn. te Leeuwarden, dr. S. E. B. Bierema te Usquert en D. W. Lindenbergh te 's Heer Arendskerke. De heeren C. S. van Beuningen te Maarsbergen en K. Eriks Azn. te Leeuwarden werden gekozen als plaatsvervangende bestuursleden. Na ruime gedachtenwisseling hechtte de over- groote meerderheid der afgevaardigden haar goed keuring aan een voorstel, om over te gaan tot de vorming van een kapitaal ter tegemoetkoming aan de Boerenleenbanken in de schade, ontstaan door de byzondere tydsomstandigheden. In ver band hiermee besloot men alsnog van de reserve der Centrale Bank groot 100.000 te bestemmen voor het bedoelde kapitaal, als storting voor het jaar 1931. Z. h. s. vereenigde men zich met een ontwerp-reglement voor het beheer van en de beschikking over dit kapitaal. Wy vermelden tenslotte, dat op initiatief van de afd. Overyssel met algemeene stemmen de volgende motie werd aangenomen ,.De algemeene vergadering van de Coöp. Cen trale Raiffeisenbank, overwegende den steeds slechter wordenden toestand van den Nederland- schen landbouw, in de eerste plaats van het akkerbouwbedryf, met name het veenkoloniale gedeelte, maar ook van het gemengde en het zuivere veehoudersbedryfconstateerende bij alle waa-deering voor hetgeen van overheidswege is geschied, dat deze hulp, ten eenenmale onvoldoen de is om ontwikkeling in verkeerde richting te voorkomenwaarschuwt het Ned. volk, dat de ramp zich bezig is te voltrekken over een goed deel van den boerenstandverzoekt de regéering beleefd doch dringend met de meest krachtige middelen in te grypen om de voltrekking van deze ramp te voorkomen". DE INDISCHE POSTVLÜCHTEN Het postvliegtuig naar Ned. Indië is giste ren om 6.55 uit Boedapest vertrokken en 14.35 te Athene aangekomen. JAN VLIETSTRA f In den ouderdom van 56 jaar is te Arnhem overleden, de bekende musicus Jan Viliet&tra IVolkbreuk te Nijmegen en omgeving. Gisterenmiddag tusschen half 5 en half 6 heeft boven Nijmegen en omgeving een hevig onweder met sterken neerslag gewoed. Eenige felle bliksemslagen troffen vermoedelijk de bliksem-afleiders; alleen op den Nieuwen Nonnendaalschen weg werd een huis getroffen zonder brand te veroorzaken. Erger gevolgen hadden de regenbuien, zoo geweldig als zelden te Nijmegen werden waar genomen. De hellende straten in de benedenstad leken beken, het water golfde langs de huizen en drong overal de kelders binnen. De rioleering kon het water niet verwerken en de deksels op de rioolkokers werden open gedrongen, het water spoot op sommige plaatsen In breede golven wel twee meter omhoog. Na de hui moest direct de gemeentereinï- ging uittrekken om volgeloopen bakkerijen en kelder-pakhuizen leeg te pompen. In de Betuwe en in het rijk van Nijmegen richtten regen en hagelslag groote schade aan de veldgewassen aan. In de omgeving van Grave heerschte ook noodweer. Het stadje stond weldra blank. In het naburige Escharen trof de bliksem de boerderij van v. Bommel. Het huis brandde af. Te Kekerdom sloeg gisterenmiddag de bliksem in de kapitale boerderij Spaldrop. De motorbrandsïmit van Ubbergen ^s ^lg ter nlaatse doch kon niet voorkomen, dat een der raad hooi was geborgen, in asch werd gelegd. 1 Het woonhuis en de andere stalling konden behouden blijven. Ook het vee werd gered. Gisterenmiddag te omstreeks vijf unr onb geS";.Ste«....e«n r„,«n op M» neer en stoven door de straten, waarby me op de hevigste momenten meende, dat een wolk tusschen de huizen stond. aakeoten Na enkele minuten stroomden de darten over en het regenwater spoelde over de riool randen, zoodat de straat werd tot een breede gracht. Vooral die straten en wegen waarop stijl-afloopende zijstraten uitkomen, hadden het ernstig te ontgelden. Het verkeer, het tram verkeer vooral, had door deze overstrooming veel te lijden. Van de Velperpoort tot ongeveer bij de Hot laan stond op een bepaald moment alles blank, zoodat de verkeersagent bij de stoplampen boven aan de Emmastraat op het oogenblik dat auto's zich aan het waterballet waagden, zwaar werk had een en ander in goede banen te leiden. Het tramhuisje op Plattenburg was voor de passagiers geïsoleerd, van hier tot aan den Paaschberg, over een afstand van 300 M., stond het water zoo hoog, dat automobilisten en trams den tocht aanvankelijk niet waagden. Een enkele held die de zeereis aanvaardde, bleef steken, en kon zijn two-seater niet ver laten. Mannelijke en vrouwelijke wielrijders, die er een sport van maakten, zagen we na een tuimeling door het water waden tot aan hun knieën. De Geitenkamp heeft het ook weer ernstig te kwaad gehad, evenals het vorig jaar, toen by een soortgelijk noodweer de riolen al het water niet konden verwerken. Nabij den Rosendaalschen weg, aan de Oost zijde van de Bronbeeklaan, die deels was weg gespoeld op dit punt, had zich een modder- vijver gevormd van ruim een meter diepte, waarvan al het water via een duiker onder de Bronbeeklaan door, een groote bloemisterij overstroomde, die ten Zuiden van den Geiten kamp is gelegen en door dezen wateroverval zeer veel schade zal hebben geleden. De steile straten van den Geitenkamp heb ben veel te ontgelden gekregen. Vele trottoirs waren geheel weggespoeld, groote gaten waren in de rijwegen geslagen, en alles was overdekt met een decimeter dik slib. De arbeiderswoningen van de Centrale Woningstichting aan den Hommelschen weg nabij Onder de Linden gaven het troostelooze beeld van een waren watersnood. In aller ijl hadden de bewoners eenig huisraad In veilig heid weten te brengen, maar konden toch niet verhoeden, dat, ondanks de zakken zand, waar mee voor- en achterdeuren werden gebarrica deerd, woonkamers, slaapkamers en keukens geheel overstroomden. Mannen en vrouwen waadden er soms tot aan de knieën door het water. Gemiddeld kwam het water in deze laaggelegen huizenrij tot op 40 c.M. hoogte. De Zypsche weg en de gedeelten, onder aan de Paul Krugerstraat, stonden blank, terwijl .gemeentewerken hier en daar moest ingrijpen om een wegdek te herstellen of de bewoners hij te staan bij de overstrooming. Tegen zeven uur werd het Venetië aan d*n Rijn weer het Arnhem van even te voren. Vrijdagmiddag woedde ook boven Venlo een kort maar hevig onweer. In de woning van K. aan den Veldenscheweg sloeg de bliksem een groot gat in het dak en in den voorgevel. Ook in de Rummerstraat werd een woning getroffen, doch hier werd geen noemens waardige schade aangericht. In den Achterhoek. Men seint ons uit Doetinchem: Tijdens een hevig onweer sloeg gisteren avond de bliksem in de boerderij van den land bouwer Mellendijk te Zelhem. De hoeve werd geheel in de asch gelegd. Te Azewijn (gem. Bergh) is de schuur van den landbouwer Berendsen door den bliksem getroffen en in brand geraakt. Het vuur woedde bij het afzenden van dit bericht nog voort en ook het woonhuis werd ernstig be dreigd.

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Nieuwe Schiedamsche Courant | 1931 | | pagina 5