DE
RIJKSWEG RIJSWIJK-
rotterdam.
ALS DE NATUUR
KRACHTEN WOEDEN
de strijd tegen den slappen grond.
AAN DEN RAND VAN EEN STAATSBANKROET
Onweer met sterken neerslag
SïïsrtJiM»,"T.zr
ZAÏERDAG 30 MEI 1931'
FIETSBANDEN!
HET EERSTE WEGVAK IN DE
PRAKTIJK.
Dumping politiek, om de wereldcrisis te i
tot een catastrofe
HET EINDDOEL VAN STALIN.
Zijn goede en slechte kansen.
,.Nog kerngezond, maar op de
tijdsomstand gheden bedacht zijn'
lichtloopend,
BOERDERIJEN DOOR DEN BLIKSEM
GETROFFEN.
NOODWEER BOVEN ARNHEM.
Venetië aan den Rijn.
VEEL HUIZEN ONDER WATER.
ar
In tien minuten naar het vliegveld.
Toen wij, juist twee jaar geleden, onder lei
ding der betrokken waterstaats-autoriteiten
een bezoek brachten aan de terreinen waar de
groote nieuwe rijksweg van Rijswijk naar Rot
terdam in aanleg was naderde het gedeelte
tusschen de Hoornbrug en Delft zijn vol
tooiing.
Nu sedert Juli 1930 dit wegvalt in gebruik
is genomen en honderden auto's en motoren
den afstand in luttele minuten afleggen,
springt eerst goed in het oog welk een enorme
verbetering hier tot stand is gebracht. Is het
wonder, dat een automobilist sprak: „Van alle
belastingen betaal ik wegenbelasting het liefst
want wij krijgen er iets goeds, voor zooals
wij zien".
WEG van RUSWJK naar ROTTERDAM
OVtRZttHTSKAART
S
SCHIEDAM
WW
VERKLARING
vtaaedeBlten in oonlea
Of reed» oonbesteed
wtaaedeelien m voo'brt-.dlna
IC reed» voltooide bruaaen
„freed, ooobe.leed
Een overzicht van den nieuwen
RijswijkRotterdam.
weg
Dezer dagen gingen wij onder leiding van
den directeur-hoofdingenieur van den Rijkswa
terstaat, D. A. van Heijst, den arrondissements
ingenieur C. J. Witteveen, den ingenieur M. E.
Rijperman en de aannemers Zanen van de N.V.
Zanen en Verstoep, en Van den Bont van de
Amsterdamsche Ballast Mij., ons op de hoogte
stellen van de vorderingen van het groote
werk tusschen Rotterdam en Delft en kennis
maken met de maatregelen, welke de practijk
op den gereed gekomen weg vroeg.
De Hoornbrug blijkt nog altijd een groot
obstakel, dat niet alleen te nauw is, maar bo
vendien geheel buiten den as van den weg ligt.
De moeilijkheid is vooral gelegen in het feit,
dat deze brug juist ligt in de bocht van de
Vliet. Doch onze Rijkswaterstaat zal deze be
zwaren weten te overwinnen. Hij heeft plannen
in overweging voor een nieuwe breede in de
as van den weg gelegen brug, welke hoog bo
ven het water komt te liggen, zoodat zij niet
te vaak .geopend behoeft té worden.
De niieuwe weg, dlie zich achte rde Wielerbaan
in de polderweilanden verliest, heeft een asfalt-
verharding van 11 meter, welke over de volle
breedte gebruikt kan worden, doordat licht ge
kleurde betonrabatten van een halven meter
breed hier een stevige en duidelijke grens met
den berm aangeven. Toch bleek deze afschei
ding bij vochtig, duister weer niet voldoende
en vaak vond men op berm en rijwielpad de
sporen van een auto, die den juisten koers had
verloren. Tusschen den weg en de rijwielpaden
beeft men thans, bij wijze van proef witte, of
wit met zwarte betonplankjes en ijzeren paal
tjes met reflectoren geplaatst en de ervaring
biermede is gunstig. Ook heeft men, ten aan
zien van een goed gebruik van den weg goede
resultaten bereikt met het aanbrengen van
markeeringslijnen. In de practijk ziet men
thans vier verkeersbanen tusschen de witte
strepen of de wegpunaises. Het rijden over de
bermen is nu minder geworden.
Een typische ervaring deed men nog op met
de bocht bij de Wielerbaan. Deze boog heeft
500 meter straal, welke grootte het niet noodig
maakt de bocht met de helling naar binnen te
leggen. De practijk laat echter zien, dat deze
bocht door auto's uit de richting Delft met een
snelheid van 60SO K.M. wordt genomen en
met zulk een snelheid voelt men het bezwaar
van een vlakke bocht. Bij bochten, die nog
aangelegd moeten worden zal men dan ook
met deze ervaring zijn voordeel doen.
Aan den zijtak naar Delft sluit aan de weg
met de nieuwe brug over het provinciale ka
naal, welke een directe verbinding met Delft
geeft. Deze zijtak zal voorloopig met bet Oost
einde de hoofdverbinding blijven uitmaken,
waarna men langs de Pijnackersche vaart bij
den Pauwmolen het thans in uitvoering zijnde
gedeelte van den weg naar Overschie kan be
reiken. De aanleg van het weggedeelte beoos
ten Delft blijft even rusten, omdat de uit het
wegenfonds beschikbare gelden voor noodzake
lijker werken besteed moeten worden.
Op het wegvak Delft-Rotterdam vingen wij
onzen tocht aan bij den loswal van Zanen en
Verstoep, in bet verbindingskanaal tusschen
beide Schieën. Hier halen twee kranen een
schip van 600 ton in 2 uur leeg. Per dag wordt
ongeveer 5000 ton rivierzand, dat in de Nieu
we Merwede wordt gezogen of gebaggerd, ver
werkt.
Wie de geweldige werken, aan den nieuwen
rijksweg verricht, „een beetje veel en wat toe"
mocht vinden, wordt wei spoedig bekeerd wan
neer hij ziet naar den toestand van een nieuw
stukje, ongefundeerden weg, dat tusschen de
brug over bovengenoemd kanaal en den be-
ruchten weg met 21 bochten, door de gemeen
te Rotterdam is aangelegd en zware golvingen
vertoont.
Even verder vangt in den Kleinpolder de
nieuwe weg aan. Over een afstand van ll/2 K.M.
heeft hij ruim 1 y2 millioen gulden aan grond
werken vereischt. De bodemgesteldheid was
hier zoo slecht dat het werk 2'/, jaar vroeg. Op
dit wegvak werd ongeveer 600.000 M3. zand
verwerkt, terwijl de ongeveer 675.000 M3.
grond welke werd opgeperst en uit ander
grondwerk voortkwam genoeg is voor den aan
leg van straten en plantsoenen in het uitbrei
dingsplan van Overschie. De totale hoeveel
heid verwerkt zand bedraagt hier ongeveer
5y2 maal den inhoud van het weglichaam ho
ven het maaiveld. Tien tot twaalf meter is hier
het zand den bodem ingedrongen.
Dit weggedeelte is met uitzondering van het
bovendek gereed. Op de onderlaag heeft men
thans een acht meter breeden weg aangelegd
van klinkers, welke men mettertijd toch voor
de parallelwegen noodig heeft. Men is hiertoe
overgegaan ten einde te komen tot éénrich
tingsverkeer rond Overschie. De oude kronkel
weg wordt dan bestemd voor het verkeer naar
Rotterdam, terwijl de nieuwe weg aansluiting
geeft op de Schielaan, welke ter hoogte van
den ouden tol op den bestaanden rijksweg uit
komt. Om dit mogelijk te maken heeft men
over de Rotterdamsche Schie een tijdelijke op
haalbrug ontworpen, welker houten onderbouw
gereed is en waarvan de ijzeren bovenbouw te
Haarlem wordt vervaardigd bU de N. V. Ho-
genbirk en Zoon.
In de bebouwing is hier een groote ruimte
gelaten voor den rijksweg1; dank zij de voort
varendheid van burgemeester Konings, die in
1922 hoorde van een nieuwen weg en bij den
rijkswaterstaat zijn licht ging opsteken. Hier
komt zooals bekend een viaduct over de Schie
en aangrenzende kaden.
De onderbouw der tijdelijke ophaalbrug over de Rotterdamsche Schie.
Men hoopt deze grondwerken tegen ihet eind
van 1932 gereed te hebben. Wanneer de zand-
ophoopingen zich dan genoeg gezet zullen heb
ben zal men het daarop volgende jaar aanvan
gen met de verhardingen op dit wegvak, waar
mede nog 800.000 gemoeid zijn. De voltooiing
hiervan wordt dan ook eerst in de tweede
helft van 1934 verwacht.
Het slappe terrein zet zich voort tot de Zwet,
waar men bezig is aan de brugfundeering.
Voor het Zuiderbrughoofd heeft men hier
damwanden moeten slaan rondom een grooten
werkput. Daarentegen blijkt ter plaatse van het
Noorderbrugïioofd een terp gelegen te zjjn>
welke zoowel aan de grondsoort als aan het
niveau duidelijk te herkennen is. Aan deze
zijde komt men dus niet op zulke hooge kosten
als aan de Zuidzijde. Even verder begint ae
slappe grond weer.
Ook het gedeelte tusschen den Ackersdijk-
schenweg en den Pauwmolen dat 3.300 K.M.
lang is en rond 1% millioen gulden zal kosten
vertoonde slappe vakken, al was de grondslag
beter dan onder Overschie. Dicht bij den Pauw
molen bleef een weggedeelte nawerken. Men
heeft er toen, evenals in bij Overschie een
over-hoogte van zand aangebracht en toen
bleek door belangrijke grondoppersingen, dat
nog geen evenwicht was bereikt. Dit laatste
traject, dat door een zijweg met den ouden
weg is verbonden en dat reeds over een groo
te lengte de wegfundeering bezit, verwacht
men in het najaar voltooid te hebben. Een
viertal 'bruggen is hier gereed, terwijl de via
duct over de Pijnackerevaart blijft wachten
tot de uitvoering van het 3 K.M. lange wegvak
beoosten Delft, dat verder nog drie bruggen
verlangt. Tusscben Overschie en den Ackers-
dijkschen weg zijn verder vijf bruggen voltooid
of in aanbouw, voorts een drietal nabij de Bras
serskade.
De nieuwe rijksweg loopt vlak langs het
geprojecteerde gemeenschappelijke Rotter-
damsch-Haagsche vliegveld, waarvoor de ont
eigeningen thans in voorbereiding zijn. Heeft
men zich eindelijk losgemaakt van de stads-
verkeerskluwen, dan is men er binnen een mi
nuut of tien.
Deze rijksweg is een kostbaar nationaal
bezit.
•C K -
II (Slot)
Een motortractie op rupswielen, die ge
bruikt wordt voor het walsen van de
aarden baan.
Op slechts korten afstand van deze plaats
liggen de Overschïcsche plassen welke door
het tracé doorsneden worden. Ook hier heeft
men weer te doen met zeer slappen grond. Voor
de Zestienhovensche brug in den Grooten Plas
moest hier over een lengte van honderd meter
een kleine 100.000 M3. zand worden gestort.
Doordat men den bovengrond tusschen de
uiterste grenzen van het wegprofiel uitgraaft
weet men den opgepersten grond op rijkster
rein te houden en hindert men de omgelegen
landerijen niét. Terzijde van den hoogen Band-
flam zagen wij groote hoeveelheden grond op
geperst. Deze vindt zijn weg naar omringende
landerijen of verder. Somtijds wil deze wer
king zoo snel gaan, dat heele zandtreinen kap
seizen. Het bestek vraagt hier levering van een
millioen kub. meter rivierzand, d.i. een sleep
landschepen van pl.m. 1000 K.M. of een zand-
trein van rond 830 K.MDe aannemings
som bedraagt 2.254.000, voor 4.200 K.M.
grondwerk.
Het voltooide weggedeelte in den Kleinpolder te Overschie, dat tijdelijk over de
breedte ts beetroot pen behoeve van het éénrichtingsverkeer.
Thans rest ons nog na te gaan, welk eind
doel de Bolsjewiki nastreven en hoe het
staat met hun kansen, om dit doel metter
daad te bereiken.
En dan zetten wij als onze vaste over
tuiging voorop, dat het vijfjarenplan in het
idee der Bolsjewiki een veel verder reiken
de strekking heeft dan de economische
noodzakelijkheid vordert.
Hun einddoel is tweeledig- ten eerste wil-
,en zij in West-Europa en Amerika de
staathuishouding in verwarring brengen
en zoodoende de wereld rijp maken voor
een algemeene omvyenteling.
En ten tweede streven zij met de „mobi
lisatie der industrie" naar een reorganisatie
van hun militaire weermacht, met het oog
op den komenden, in hun oog onafwend
baren oorlog.
Wat het eerste deel van dit zeer vérstrek
kend program betreft, kan onze toelichting
sober zijn.
De rantsoeneering der eerste levensbe
hoeften voor de eigen bevolking, de in
voering van dwangarbeid voor duizenden
politieke „misdadigers" en van industriee-
len „dienstplicht" voor heel de rest der
natie, het forceeren van het railvervoer tot
aan of over de grens van zijn capaciteit-
om de Russische producten toch maar zoo
spoedig mogelijk op de buitenlandsche
markt te kunnen werpen tegen prijzen, die
de toch reeds overkropte wereldmarkt nog
verder deprimeeren, ziedaar evenzooveie
aanwijzingen, dat de Sovjet-Republiek op
zettelijk een dumping-politiek volgt, om de
economische wereldcrisis te doen uitdijen
tot een catastrofe voor het veelgehate „kapi
talistisch stelsel" 1).
Maar anders is het gesteld met de ver
sterking der weermacht als doel der Sovjets,
die immers geen gelegenheid laten voorbij
gaan, om van hun vredelievendheid te ge
tuigen en herhaaldelijk met nadruk aan
dringen op de algemeene ontwapening van
heel de beschaafde wereld.
Maar met dat al organiseert men links
en rechts, maar bovenal in Sovjet-Rusland,
de landsverdediging met zulk een macht
van aanvalswapenen, alsof een veldtocht
„ins Feindes Land" onmiddellijk voor de
deur stond.
Trouwens Stalin zegt het uitdrukkelijk in
zijn rapport aan het zestiende Sovjetcon
gres: (Juni 1930) „De middelen in den strijd
om de wereldmarkt zijn: de toRarieven, de
lage prijzen, het goedkoope crediet de her
groepeering der naties in bondgenootschap
pen, de bewapeningen en eindelijk: de oor
log!"
„Want de benarde bourgeoisie" zoo ver
zekert hij, „zal vroeg of laat een uitweg
zoeken in een aanval op Rusland."
Dit vermeende overrompelingsgevaar is
sindsdien een stokpaardje der Sovjetpers
geworden-
En daar de Sovjetleiders heel goed weten,
dat geen enkele mogendheid ook maar in
de verte denkt aan een aanval op hun even
onmetelijk als onherbergzaam Rijk, werd
met alle zorg een comico-tragedie geën
sceneerd het beruchte Ramsin-proces
om aan de voorgewende samenzwering yan
Poincaré en Briand tegen het vreedzame
Rusland een glimp van waarschijnlijkheid
te geven.
Deze onzinnige transformatie van Briand,
een der meest bezonnen Europeesche staats
lieden, in een doldriftigen vechtersbaas kan
geen ander doel hebben dan den uit zijn
aard tragen en vreedzamen Rus te verzoe
nen met de koortsige haast, waarmee de
„landsverdediging" industrieel en militair
wordt georganiseerd.
Het hatelijk rantsoenen-systeem heeft
zulk een omvang aangenomen, dat Stalin
zich verplicht heeft gezien een decreet uit
ie vaardigen tot reorganisatie van het
distributiestelsel.
„Door overdreven bureaucratie" zoo luidt
de motiveering van het nieuwe decreet, „is
de levensmiddelenvoorziening der bevolking
in gevaar gebracht."
Om dit gevaar te bezweren, zal een geor
dend net van magazijnen en winkels in het
leven worden geroepen; en om in de groote
steden het urenlange in de rij staan te
voorkomen, zullen talrijke nieuwe verkoop
lokalen ter beschikking van het publiek
worden gesteld. Bovendien zal de rantsoe
neering, die den laatsten tijd tot ongeveer
alle handelswaren was uitgebreid, aanzien
lijk worden ingeperkt: alleen kleeren, schoe
nen en levensmiddelen blijven in de distri
butie: de rest wordt „vrijgegeven".
Dat Stalin zich genoopt zag het harde
stelsel te verzachten bewijst de stijgende on
tevredenheid der massa, die steeds meer
kopeken te betalen krijgt voor een schamel
kwantum mondvoorraad en lijfbekleeding.
Want een tweede bericht uit. Moskou
meldt, dat de prijzen der levensmiddelen
met niet minder dan vijftig percent zijn ver
hoogd. „Hierdoor", zoo voegt de berichtgever
erbij, „hoopt de Sovjetregeering meer geld
in handen te krijgen, daar de in omloop
zijnde munten door het publiek worden
vastgehouden".
Met dit laatste bericht naderen wij de
kern der kwestie.
Immers waarom worden, bij een steeds
dalende wereldmarkt, de prijzen der eerste
levensbehoeften verhoogd in een land, dat
voor millioenen aan voedsel uitvoert?
Waarvandaan komen de fabelachtig hooge
prijzen, die de kooper gedwongen is te be
talen in het restje vrij handelsverkeer, dat
aan de bureaucratie is ontsnapt?
En hoe komt het, dat de metalen munt
stukken spoorloos uit de circulatie ver
dwijnen?
Reeds in het voorjaar van 1930 had de
roebel ongeveer één derde van de goud-
waarde verloren. In plaats van 1.25 noteer
de hij nog slechts 0.45. Maar in liet boek
jaar van October 1929 tot October 1930 heeft
de Russische Staatsbank, blijkens de door
haar gepubliceerde balans nog anderhalf
milliard papieren roebels in omloop ge
bracht, met het onvermijdelijk gevolg, dat
thans op de clandestiene roebelmarkt te
Berlijn niet meer dan vijftien cents voor
één roebel wordt gevraagd.
Inmiddels zijn, mede door den warenhom-
ger, de prijzen der „vrije waren" zoodanig
gestegen, dat zij voor de massa der arbei
ders onbereikbaar geworden zijn.
Hoe lang zal het Russische volk deze
nauwverholen slavernij verdragen? Hoe ver
zal de roebel, en met den roebel het wel
vaartspeil nog moeten dalen, eer het prole
tariaat in opstand komt en zijn onderdruk
kers wegvaagt?
Of is de lijdelijkheid van de slechtge-
voede, slechtgekleede, aan de willekeur der
bureaucratie en de spionnage der Gepoe on
derworpen massa zoo eindeloos groot, dat
zij jaar in jaar uit stompzinnig in den tred
molen zal blijven loopen, terwijl de beloof
de heilstaat steeds verder terugwijkt in het
nevelig verschiet?
Er bestaat nog een derde mogelijkheid.
Zal Stalin, als hij ziet, dat de verwachte
wereldrevolutie uitblijft, ondanks zijn voort
gezette pogingen om door dumpingprijzen
de wereldmarkt te ontwrichten, wellicht
als laatste redmiddel zijn toevlucht nemen
tot een als verdedigingsoorlog vermonden
aanvalskrijg op de randstaten van West-
Europa?
Zoo ja, dan zal o.i. weer opnieuw blijken,
dat de passiviteit, die den Rus van nature
eigen is ,hem zeer geschikt maakt tot dwang
arbeider, maar bij uitstek ongeschikt tot sol
daat in den modernen oorlog.
Men kan met menschelijke kuddedieren
onder deskundige leiding zonder twijfel
grootsche werken tot stand brengen: het
keizerlijk Rome heeft het vóór eeuwen reeds
bewezen.
Maar in den menschenmoordenden krijg
heeft een slavenleger nog nooit een duur
zame overwinning bevochten. Daar behoort
de zegepraal aan den moed en de geestkracht
der vrije mannen.
En zoo lijkt ons, alles bijeengenomen, de
kans op een economische heropleving van
Rusland vooralsnog niet groot en die op
een gewelddige overrompeling van West-
Europa uiterst klein.
Wij eindigen met den wensch. dat God
het Russische volk, na de zware beproevin
gen van het bosjewistisch dwangbestuur
zal genezen van de diepe wonden, door god
deloosheid en zedenbederf geslagen om het
terug te voeren in den schoot der Moeder
kerk, aan den voet van Christus' plaatsbe-
kleeder, zoodat er „slechts één kudde en
één herder zij!"
Mr. L. S.
1). Te Genève heeft de Sovjet-afgevaardig
de Litwinoff deze opzettelijke dumping ontkend
en den economischen vrede gepredikt. Maar
daden zijn welsprekender dan woorden. En
bovendien wordt te Moskou heel anders ge
sproken dan te Genève. In de Russische hoofd
stad wordt het vijfjarenplan steeds voorgesteld
als een onontbeerlijk machtsmiddel in den
klassenstrijd tusschen het proletariaat en het
kapitalisme. Zoo toont zich ook hier weer het
Bolsjewisme een trouw volgeling van den oor
logsgod Janus: met dubbel gelaat en dubbele
tong!
COÖPERATIEVE CENTRALE
RAIFFEISENBANK.
Een motie om krachtiger regeeringssteun voor
.den boerenstand aangenomen.
Donderdag werd te Utrecht de algemeene jaar
vergadering gehouden van de Coöperatieve Cen
trale Raiffeisenbank, onder leiding van den voor
zitter van den Raad van Toezicht, den heer G.
W. Stroink te Steenwykerwold.
De voorzitter wil geen lange beschouwing geven
over de zware moeilijkheden, welke den landbouw
in al zijn geledingen teisteren. Het ligt voor de
hand. dat die moeilijkheden ook in deze organi
satie voelbaar zyn. Toch is deze landbouwcrediet-
instelling nog steeds kerngezond. Natuuriyk moe
ten de leiders op de tijdsomstandigheden bedacht
zün. Waar onze organisatie, aldus spr., zoo sterk
is en het gevoel van samenwerking zoo duidelijk
sprekend, daar past het ons, vertrouwen te hebben
in de toekomst.
Wat de resultaten van het atgeloopen jaar be
treft, deze dragen zeer merkbaar de teekenen
des tüds. Het zou daarom onverantwoordelijk zijn,
wanneer het bestuur ten opzichte van de rente
vergoeding op den ouden weg was voortgegaan
renteverlaging is noodzakelijk. Laten wij een con
servatief beleid voeren. Waken wij er voor, ter
wille van een hoogere rente geen hoogere fondsen
te koopenwant welke fondsen kunnen wij thans
vertrouwen De liquiditeit was in 1930 zeer goed.
Hierna verleende de vergadering haar goed
keuring aan de rekening en verantwoording van
het bestuur over 1930. Tevens verklaarde men
zich accoord met de voorstellen naar aanleiding
van de balans. Deze hadden de volgende strek
king:
Het winstcijfer over 1930-bedraagt 269.273. Men
wensehte hiervan af te schrijvenop de rekening
meubilair, waardoor dit tot op 1 zal zyn afge
schreven, 3825, zoodat overblijft een bedrag van
265.447daarvan moeten in het reservefonds
worden gestort: volgens art. 6 sub 6 der statuten,
de gelden welke de leden by hun toe- en uittre
ding betaalden, namelyk 260. zoodat resteert
265.187voorts zal dit bedrag in het reservefonds
worden gestort. De reserves stygen hierdoor tot
4.689.820. Verder zal het van de reserve afzonder
lijk als reserve koersverschillen geboekte bedrag
worden verlaagd met 50.000, zoodat dit dan op
560.000 komt te staan.
Vervolgens ging men accoord met de rekening
en verantwoording van het Onderling Waarborg
fonds; de ontvangsten en uitgaven vormden een
totaal van 139.334.
De verkiezingen hadden de volgende resultaten
Als lid van het bestuur werd herkozen ir. F. A.
R. A. baron van Ittersum en in de plaats van
wylen mr. dr. baron van Hugenpoth tot Aerdt
werd de heer F. P. E. van Ditzhuyzen te Baarn
aangewezen. Als leden van den raad van toezicht
herbenoemde men de heeren K. Eriks Azn. te
Leeuwarden, dr. S. E. B. Bierema te Usquert en
D. W. Lindenbergh te 's Heer Arendskerke. De
heeren C. S. van Beuningen te Maarsbergen en
K. Eriks Azn. te Leeuwarden werden gekozen als
plaatsvervangende bestuursleden.
Na ruime gedachtenwisseling hechtte de over-
groote meerderheid der afgevaardigden haar goed
keuring aan een voorstel, om over te gaan tot
de vorming van een kapitaal ter tegemoetkoming
aan de Boerenleenbanken in de schade, ontstaan
door de byzondere tydsomstandigheden. In ver
band hiermee besloot men alsnog van de reserve
der Centrale Bank groot 100.000 te bestemmen
voor het bedoelde kapitaal, als storting voor het
jaar 1931. Z. h. s. vereenigde men zich met een
ontwerp-reglement voor het beheer van en de
beschikking over dit kapitaal.
Wy vermelden tenslotte, dat op initiatief van
de afd. Overyssel met algemeene stemmen de
volgende motie werd aangenomen
,.De algemeene vergadering van de Coöp. Cen
trale Raiffeisenbank, overwegende den steeds
slechter wordenden toestand van den Nederland-
schen landbouw, in de eerste plaats van het
akkerbouwbedryf, met name het veenkoloniale
gedeelte, maar ook van het gemengde en het
zuivere veehoudersbedryfconstateerende bij alle
waa-deering voor hetgeen van overheidswege is
geschied, dat deze hulp, ten eenenmale onvoldoen
de is om ontwikkeling in verkeerde richting te
voorkomenwaarschuwt het Ned. volk, dat de
ramp zich bezig is te voltrekken over een goed
deel van den boerenstandverzoekt de regéering
beleefd doch dringend met de meest krachtige
middelen in te grypen om de voltrekking van deze
ramp te voorkomen".
DE INDISCHE POSTVLÜCHTEN
Het postvliegtuig naar Ned. Indië is giste
ren om 6.55 uit Boedapest vertrokken en
14.35 te Athene aangekomen.
JAN VLIETSTRA f
In den ouderdom van 56 jaar is te Arnhem
overleden, de bekende musicus Jan Viliet&tra
IVolkbreuk te Nijmegen en
omgeving.
Gisterenmiddag tusschen half 5 en half 6
heeft boven Nijmegen en omgeving een hevig
onweder met sterken neerslag gewoed. Eenige
felle bliksemslagen troffen vermoedelijk de
bliksem-afleiders; alleen op den Nieuwen
Nonnendaalschen weg werd een huis getroffen
zonder brand te veroorzaken.
Erger gevolgen hadden de regenbuien, zoo
geweldig als zelden te Nijmegen werden waar
genomen. De hellende straten in de benedenstad
leken beken, het water golfde langs de huizen
en drong overal de kelders binnen. De rioleering
kon het water niet verwerken en de deksels
op de rioolkokers werden open gedrongen, het
water spoot op sommige plaatsen In breede
golven wel twee meter omhoog.
Na de hui moest direct de gemeentereinï-
ging uittrekken om volgeloopen bakkerijen en
kelder-pakhuizen leeg te pompen.
In de Betuwe en in het rijk van Nijmegen
richtten regen en hagelslag groote schade aan
de veldgewassen aan.
In de omgeving van Grave heerschte ook
noodweer. Het stadje stond weldra blank. In
het naburige Escharen trof de bliksem de
boerderij van v. Bommel. Het huis brandde af.
Te Kekerdom sloeg gisterenmiddag de
bliksem in de kapitale boerderij Spaldrop. De
motorbrandsïmit van Ubbergen ^s ^lg ter
nlaatse doch kon niet voorkomen, dat een der
raad hooi was geborgen, in asch werd gelegd.
1 Het woonhuis en de andere stalling konden
behouden blijven. Ook het vee werd gered.
Gisterenmiddag te omstreeks vijf unr onb
geS";.Ste«....e«n r„,«n op M»
neer en stoven door de straten, waarby me
op de hevigste momenten meende, dat een wolk
tusschen de huizen stond. aakeoten
Na enkele minuten stroomden de darten
over en het regenwater spoelde over de riool
randen, zoodat de straat werd tot een breede
gracht. Vooral die straten en wegen waarop
stijl-afloopende zijstraten uitkomen, hadden het
ernstig te ontgelden. Het verkeer, het tram
verkeer vooral, had door deze overstrooming
veel te lijden.
Van de Velperpoort tot ongeveer bij de Hot
laan stond op een bepaald moment alles blank,
zoodat de verkeersagent bij de stoplampen
boven aan de Emmastraat op het oogenblik
dat auto's zich aan het waterballet waagden,
zwaar werk had een en ander in goede banen
te leiden.
Het tramhuisje op Plattenburg was voor de
passagiers geïsoleerd, van hier tot aan den
Paaschberg, over een afstand van 300 M., stond
het water zoo hoog, dat automobilisten en
trams den tocht aanvankelijk niet waagden.
Een enkele held die de zeereis aanvaardde,
bleef steken, en kon zijn two-seater niet ver
laten. Mannelijke en vrouwelijke wielrijders,
die er een sport van maakten, zagen we na
een tuimeling door het water waden tot aan
hun knieën.
De Geitenkamp heeft het ook weer ernstig te
kwaad gehad, evenals het vorig jaar, toen by
een soortgelijk noodweer de riolen al het water
niet konden verwerken.
Nabij den Rosendaalschen weg, aan de Oost
zijde van de Bronbeeklaan, die deels was weg
gespoeld op dit punt, had zich een modder-
vijver gevormd van ruim een meter diepte,
waarvan al het water via een duiker onder de
Bronbeeklaan door, een groote bloemisterij
overstroomde, die ten Zuiden van den Geiten
kamp is gelegen en door dezen wateroverval
zeer veel schade zal hebben geleden.
De steile straten van den Geitenkamp heb
ben veel te ontgelden gekregen. Vele trottoirs
waren geheel weggespoeld, groote gaten waren
in de rijwegen geslagen, en alles was overdekt
met een decimeter dik slib.
De arbeiderswoningen van de Centrale
Woningstichting aan den Hommelschen weg
nabij Onder de Linden gaven het troostelooze
beeld van een waren watersnood. In aller ijl
hadden de bewoners eenig huisraad In veilig
heid weten te brengen, maar konden toch niet
verhoeden, dat, ondanks de zakken zand, waar
mee voor- en achterdeuren werden gebarrica
deerd, woonkamers, slaapkamers en keukens
geheel overstroomden. Mannen en vrouwen
waadden er soms tot aan de knieën door het
water. Gemiddeld kwam het water in deze
laaggelegen huizenrij tot op 40 c.M. hoogte.
De Zypsche weg en de gedeelten, onder aan
de Paul Krugerstraat, stonden blank, terwijl
.gemeentewerken hier en daar moest ingrijpen
om een wegdek te herstellen of de bewoners
hij te staan bij de overstrooming.
Tegen zeven uur werd het Venetië aan d*n
Rijn weer het Arnhem van even te voren.
Vrijdagmiddag woedde ook boven Venlo een
kort maar hevig onweer. In de woning van K.
aan den Veldenscheweg sloeg de bliksem een
groot gat in het dak en in den voorgevel.
Ook in de Rummerstraat werd een woning
getroffen, doch hier werd geen noemens
waardige schade aangericht.
In den Achterhoek.
Men seint ons uit Doetinchem:
Tijdens een hevig onweer sloeg gisteren
avond de bliksem in de boerderij van den land
bouwer Mellendijk te Zelhem. De hoeve werd
geheel in de asch gelegd.
Te Azewijn (gem. Bergh) is de schuur van
den landbouwer Berendsen door den bliksem
getroffen en in brand geraakt. Het vuur
woedde bij het afzenden van dit bericht nog
voort en ook het woonhuis werd ernstig be
dreigd.