EEN
m
mjm
I
REPUBLIEKJE TUSSCHEN REPUBLIEKEN.
ANDORRA, DE OUDSTE STAAT VAN EUROPA.
mmm
DALEN VAN ANDORRA
f'
RfS
■Bi -1
i,
a
-,.•—
Wtfftllp t
FRANKRIJK
7TTTrnVT7*
6 PAN JE
WBJÊk
L V
rj,
m
fiü -1^-
«U «SS
k v -•••;-ï-/:.
-
Boven: Het Casa la Vall, dat meer op een
middeleeuivsch fort dan op een parlements
gebouw lijkt.
Midden: Kinderen uit Andorra's hoofdstad.
Beneden: De ruïne van Sant Joan de
Casellas, niet ver van Canillo, in midden
Andorra.
van den Keizer,
mijn leenridder den
door
DBS. PAUL JULIEN.
De jongste gebeurtenissen in
Spanje mogen de aanleiding zijn
de aandacht te vestigen op een
klein haast onbekend staatje tus.
schen de Spaansche en Fransche
grens, een „museum, zooals Andrè
Villar schreef, waar de groote na
burige naties kunnen leeren ken.
nen, in zuiverste kristallisatie, den
toestand van haar eigen instellingen
acht eeuwen terugNu in Spanje
de republiek is uitgeroepen vormt
het staatje een republiekje tus-
schen twee groote republieken.
Andorra is een landje van ruim 450 vierkante
ulometers, verdeeld over drie rivierdalen, de
Bahra del Nord, de Balira del Orien en de Riu
ïlodrlu.
Behalve enkele eenzame bergweiden, La
Soulane -geheeten, aan gene zijde van den Ooi
a Embalira, ligt het geheel op den Zuide
lijken versant der Pyreneeën en zoodoende be
hoort het landje tot het Middellandsdhe-Zee-
fcskken en tot het stroomgebied van de Eforo.
Het is dus niet verwonderlijk, dat het land
mede door de eenvoudige verbinding met bet
Zuiden in hoofdzaak naar Spanje georienteerd
is, vooral in economisch opzicht.
Andorra dat officieel den naam VaUs d'An-
dorra, Dalen van Andorra draagt,, heeft een
bevolking van ongeveer 6000 zielen, die een
Catalaansch dialect spreekt.
Administratief is het land verdeeld in zes
parochies, twee in het Zuiden Sant JruliA de
Löria en Andorra la Vella, de hoofdstad; twee
in het centrum: Encamp en Canillo en twee
in het noorden: Ordino en La Massana. Elk
dezer parochies zendt vier afgevaardigden,
consuls genaamd, in het parlement, de Corts
of Cons©11 General. Het hoofd der regeering
is de sindic-president, die uit den consell ge
neral gekozen wordt.
Hoewel onafhankelijk onderhoudt het staat
je sedert vele eeuwen relaties met twee bui-
tenlandsche autoriteiten n.l. den bisschop van
La Sen d'Urgeli en den president der Fransche
republiek. Deze beide heeren, die den titel dra
gen van Coprincep de les Valls d'Andorra, en
waarvan de eerste wellicht de eenige geestelijke
is, die nog met eenige wereldlijke macht be.
kleed is, oefenen het beschermheerschap over
de republiek uit en benoemen elk een Andor-
raan tot landrechter of Viguier. Er zijn twei
dezer functionarissen die volgens de traditie
allerlei kleinere ambten vervullen, doch wier
hoofdtaak de rechtspraak is.
Het vele merkwaardige, dat Andorra's oude
instellingen ons bieden, is eigenlijk slechts be
grijpelijk, wanneer men de geschiedenis dezer
afgelegen bsrgdalen kent. Als de legenden, die
over Andorra's ontstaan vermeld worden,
waarheid bevatten, zou Andorra de oudste
staat van Europa zijn. Men vertelt 'n.l., dat in
bet jaar S05 Lode wijk de Vrome La Seu d'Ur
geli vilde belegeren en .hierbij de hulp inriep
van de bewoners der Andorraansche dalen.
Deze namen onder aanvoering van Mare AL
mugaver deel aan den strijd en uit erkente
lijkheid stond Lodewijk hun toe zich zelve vol
gens eigen wetten en gewoonten te regeeren.
Een anders versie van dit verhaal luidt, dat
nadut Lodewijk de Mooren verslagen zou heb
ben in een dal van het tegenwoordige Andorra,
ter plaatje waar thans het dorp' La Massana
ligt, bij uitriep: „Wilde dalen, ik doop U
Endor. Soldaten, ik wil dat een aantal van U
zic/h hier vestigt en dat Andorra geen andere
suzerelniteit kenne dan die
mijn vader en die van
ïfraaf van Urgeill'5
°mtrent And<>rra'S oudste ge-
se tierf61"" meD €Chter aIlerrnlnst, vooral
of-A V2]J;ve vaststaat dat €011 der 'belangrijk-
gegevens, een oorkonde uit 802, waarbij
re e Gioote aan den bisschop Possidonius
an Hrgeil tiendrechten toekende op de val-
eien >an Andorra, als valsch beschouwd moet
worden.
.®n wa* 'den naamsoorsprong van het repu-
oliekje betreft: er kan ternauwernood kwestie
over zijn, dat de naam niet afgeleid is van het
bijbeLsche Endor, maar veeleer van het werk
woord andar(e), dat men zoowel in het
Spaansch als Italiaansch aantreft en gaan, ver
trekken beteekent.
In merkwaardigen samenhang met dezen
naam, die in verschillende spellingen als andor,
an 'thor of auctor voorkomt, brengt men het
feit dat reeds PI in i us spreekt van een volk
Andorrisoe, dat oudtijds in de omgeving van
Cadix, in Zuidwest Spanje woonde, vanwaar
het op een goeden dag vertrok (andar). Deze
nomaden zouden zich later in het hart der
„Ik herinner me, hoe ik eens op een
vroegen zonnigen morgen te Meritxell
aankwam"
Middeleeuwsch granieten kruis in het dal
der Balira nabij Andorra la Vella, hoofd
stad der Dalen van Andorra.
Pyreneeën gevestigd hebben en de voorouders
der huidige Andorranen zijn.
In de achtste eeuw werden de dalen door
Frankische soldaten veroverd en uit het mid
den der volgende eeuw weten we dat in 843
Karei de Kale nader vast te stellen rechten op
Andorra afstond aan Siegfried, graaf van
Urgell. Uit later jaren vernemen we, dat de
heeren van Urgell en de graven van Cerdagne,
dat is de thans deels Fransche, deels Spaan
sche streek ten Zuid Oosten van Andorra, in
hoofdzaak het dal van de Segre, elkaar de
valleien van Andorra betwisten. Van een offi.
oieelen suzereinen staat is echter pas sedert
1278 sprake. Door huwelijk was n.l. 't grafelijk
Huis van Foix, het oude interessante stadje in
het dal der Ariège in 't bezit gekomen van
aanspraken op de dalen van Andorra, door
welk feit het huis tevens in vasaHteitsbetrek-
king kwam tot den bisschop van Urgell. Tus-
schen beide machten ontstonden vijandelijkhe
den, waarbij de bisschop verslagen werd. Ten
slotte kiwam het den 8en September 1278 tot
een overeenkomst, de beroemde paréagee, die
vier jaar later door een bulle van Paus Mar-
ttnus IV bekrachtigd werden. Deze vormen de
fundamenteels onafhankelljkheidsacte der re
publiek.
Officieel bestaat het landje dus ruim zes
honderdvijftig jaar en nog steeds is de regee-
rende Bisschop van Urgell een der cosuzerei-
nen van Andorra. Het huis van Foix bestaat
echter niet meer. De suzerains rechten van
deze illustere familie gingen door erfenis in
1589 over op Hendrik IV, koning van Frankrijk
zoodat sedert dat jaar de Fransche kroon do
ooprinoipale rechten op Andorra bezat. Na een
korte onderbreking van 1793—1806 heeft steeds
het Fransche staatshoofd dit beschermheer
schap bekleed en sinds den val van het tweede
keizerrijk is het de Fransche president, die de
plaats der vroegere graven van Foix inneemt.
Het is duidelijk, dat een staat die alles te
samen niet meer bevolking telt dan een mid
delmatig dorp en bovendien doodarm is, zich
geen beflanerijke uitgaven kan veroorloven:
De staatsfuncties worden minimaal gehono
reerd: zoo ontvangt de sindic per jaar slechts
80 pesetas (het Spaansche geld is de gangbare
munt in Andorra) wat een waarde van 20.
vertegenwoordigt; de consuls krijgen slechts
10 pesetas ƒ2.50 's jaars. Het zijn dus lou
ter eereambten, die evenals oe overige staats
uitgaven uit de opbrengst der belastingen, die
vrij laag zijn, worden betaald. Van een eigen
douane is geen sprake; invoerrechten kent het
land dus niet. Dit in verband met het feit, dat
het land een enclave vormt tusschen de belde
Pyreneëenstaten, is oorzaak geweest dat de
bevolking van Andorra van oudsher zich heeft
toegelegd op den smokkelhandel. Dit bedrijf,
waaraan een aanzienlijk gedeelte van het volk
deelneemt, speelt nog steeds een groote rol in
de republiek.
In tegenstelling met elders, waar dikwijls
obscure elementen, die niet voor een misdaad
terugdeinzen dit beroep aangrijpen, zijn de
Andorraansche contrabandistes meest eerzame
brave boeren, daglooners wier moeizame arbeid
ternauwernood in staat is den honger van hun
gezin te 'stillen en die, door harde noodzaak
gedreven, zidh in donkere nachten beladen met
tabak of sigaren, hoog langs de hellingen over
de grens wagen, om met absinth en andere wa
ren beladen een volgenden nacht ter.ug te kee-
ren en in afwachting van een goede gelegen
heid een en 'ander frauduleus de Fransche
grens te doen passeeren de goederen zoolang
in de Andorraansche dalen op stapelen.
De verstandhouding met de Spaansche cara-
bineros aan de zuidgrens, Catalanen ©venals
zij die maar al te dikwijls den verkeerden kant
uitkijken, is goed en, Caraï! de Andorraan
moet toch ook leven! Maar wet is wet en, als
de brave carabineros de schuldigen in de gaten
krijgen, moeten ze wel hun plicht doen en los
sen schoten in de lucht Zoo is het nu
wel veertig jaar geleden, dat voor het laatst
een Andorraan viel onder de kogels der Spaan
sche grenswacht en toch gaan er eiken nacht
in allerlei richtingen zwijgende, donkere,
zwaarbeladen gestalten de grens over, heden
hier, morgen daar
In bijna geen enkel opzicht is er in de zes
en. een halve eeuw van zijn bestaan in An
dorra iets veranderd. Het verleden, waarvan
het heden doortrokken is, vormt voor de An
dorranen een heilig en onschendbaar bezit
Hun familieleven en gebruiken,' hun rechts
opvattingen, rechtspraak en ceremoniën zijn
in den stroom des tijds onwrikbaar gebleken
als rotsen van hun geboortegrond zelve.
Streng ook als de bergen, die uit Andorra's
granieten bodem oprijzen zijn de zeden dei-
bewoners. De bevolking is zonder uitzondering
katholiek en, wat meer zegt in deze streken,
waar de Midi van Frankrijk zoo nabij is, diep
van geloof en van een eenvoudige en groote
vroomheid. Op bijna elke huisdeur treft men
naar Catelaanschen trant een afbeelding aan
van El Sant Corazon: het H. Hart, ten be
wijze dat ook hier in de eenzaamheid der
Dalen van Andorra de Intronisatie tot een
algemeen vroom gebruik is geworden. Nog
tal van andere godsdienstige tradities, van
eeuwen her dateerend, heeft het geloovige volk
van Andorra in eere gehouden, waarvan een
der roerendste is, de rondgang der Sagrada
Familla. La Sagrada Familia is een beeld
groepje dat, zoo
als de naam
reeds zegt, het
H. Huisgezin
voorstelt. Het
wordt bewaard in
'n draagbare kist
met openslaande
deuren en is van
'n simpele naïeve
uitvoering met
zijn glimlachen
den St. Joseph in
een violet ge
waad, de H.
Maagd in 'n blau
wen mantel en
een rose J esus-
kindje. Voortdu
rend doet dit
beeldgroepje de
ronde onder de
gezinnen van An
dorra la Vella en
om beurten krijgt
elke familie het
gedurende een
dag In bezit.
Andorra is een
arm land. De
aard van den bo
dem, die althans
in het Zuiden uit
hard en bijna on
aantastbaar
blauw graniet be
staat, is oorzaak,
dat bebouwbaar
land er schaarsch
is. Zelden ziet
men er vruchtba-
La Farga de Moles, genaamd naar
een oude verlaten ijzermijn (forge a
Ia Catalare), de grens der republiek.
Slechts enkele kilometers verder is
het dal der Balira, rijst statig Juliè.
de Löria voor ons op, een der zes pa
rochies. Gratievol spiegelen de hoog-
opgaande huizen, naar Spaanschen
trant gebouwd, zich in de rivier. Zij
lijken als gebouwd voor alle eeuwig
heid. hecht als een kasteel en zijn
te ellendig om door ratten bewoond
te worden.
Het gehucht bestaat voor 't groot
ste gedeelte van de smokkelarij en
zijn bevolking geeft den reiziger al
dadelijk een troosteloos beeld van de
armoede der soevereine dalen van
Andorra. Een stomme, in lompen ge
hulde bedelares smeekt de reizigers
door gebaren om een aalmoes en
blonde, schamelgekleede kinderen
spelen barrevoets in de modderplas
sen langs den weg
Naarmate we vorderen stijgt de
weg, Andorra's eenige berijdbare
weg onophoudelijk; het wordt kil
ler, een koude wind giert door het
nauwe dal en als we het duizendja
rige kapelletje van Santa Coloma met
zijn rijzigen cylindrischen klokketoren passee
ren, gutst de slagregen neer. We naderen nu de
hoofdstad; de weg buigt allengs naar het Oos
ten af, het dal wordt wijder en vriendelijker
en tenslotte rijdt de Spaansche camdoneta on
der de algemeene belangstelling der bevolking
de Piaza van Andorra la Vella op. Het plein
is modderig en omringd door hooge huizen in
allerlei eentonige grisaille tinten en alleen het
gebouwencomplex van Amadeo Hossel, waar in
een rookerigen winkel zich bijna de geheele han
del van het plaatsje concentreert, breekt de
droefgeestige eenzaamheid van deze Piaza
Mayor. De eigenaar noodigt me uit zijn wo
ning te bezoeken en de geweldige afmetingen
van deze patriarchale woning treffen me. In
wijde, hoog overdekte sombere patio's o!
patio's van ihet zonovergoten Cordoba! stij.
gen de trappen van de eeme verdieping naar
de andere. Ik doorloop reeksen vertrekken,
meest onbewoond, in schemerdonker gehuld,
met naakte wanden, kil en vochtigonzeg
baar somber. In een der vertrekken staat een
groote klok, die met langzame, ritselende tik
ken den tijd markeert en opeens voel ik het
hoe zinloos dit uurwerk is in dit huis, dat hon
derd, misschien vierhonderd jaar terug even
als nu bewoond werd door een zelfde geslacht
van pagês, even hoffelijk, even ernstig als
thans, even onveranderlijk als Andorra zelve,
waar de eene eeuw na de andere onbeluisterd
voorbijtikt. Twee herbergen telt Andorra's
hoofdstad, modest maar zindelijk en kil, zooals
geheel Andorra kii Is. Een klein kereltje brengt
ons door een wirwar van straatjes naar een de
zer, de fonda van Sisco de Saus, enkele tien
tallen meters van het Casa la Vall verwijderd.
Slechts hier en daar is er eenige bestrating,
modderpoelen glimmen alom en voor de fonda
struikel ik bijna over het door de ratten afge
kloven skelet van een schaap. Beneden in de
herberg opent zich een wijd rookerig vertrek,
bijna zonder vensters, eindigend in een zwart-
berookte schouw waar beroete pannen boven
een houtvuur hangen. Men wijst ons onze ka
mers, Simpel, zonder eenig comfort en korten
tijd later veneenigen we ons met de twee
overige gasten, Spanjaarden uit Barcelona, die
hier vertoeven in verband met den aanleg van
electrisch licht in de republiek, 'n eerste conces
sie aan den modernen ttjd, aan 'n sober maal.
Van de beziens-
van het land sieren den muur en boven de
plaats van den sindic hangen de portretten
van den Fransahen president en den bisschop
van Urgell. de beide cosuzereinen. Maar het
meest opvallend zijn wol de lange rijen „balan-
do-ana" de ruwe grijze wollen mantels der
consuls met zwart fluweelen kraag, gelijkend
op de tapabocquès der herders in het gebergte,
die langs den wand hangen, met hun drie.
kantige steken van zwart vilt, Het is alles
simpel, ernstig, ontegenzeglijk waardig in
weerwil van alle armoede
Achter in de zaal, bijna geheel verzonken
in den geweldig zwaren muur bevindt zich de
beroemde kast, die behalve de staatsadminis-
tratie de oude perkamenten en andere ge
gegevens bevat, die Andorra's onafhankelijk
heid en historische rechten staven moeten
Geen vreemdeling mag den inhoud van deze
kast zien en uitdrukkelijk en op koelen toon
wordt mij verboden ze te fotografeeren. Pho-
hibido! Het bevel klinkt alsof het een hei
ligsehennis zou zijn. Wel is het toegestaan
de kast van nabij te bezichtigen en men
toont ons, dat ze met zes sloten gesloten
waarvan elk der parochies één sleutel heeft
zoodat ze nooit geopend kan worden, dan
wanneer de vertegenwoordigers der gezamen.
iijke parochies van Andorra bijeen zijn. Aan
de andere zijde van de zaal, tegenover het
venster ligt de huiskapel van het paleis,
toegewijd aan St. Armengol. Ze heeft een een
voudig altaar, spaarzaam belicht door twee
nauwe vensters en is getooid met het beeld
vam den heiligen Armengol, een Bisschop van
Seu d'Urgeli, die tot de eer der altaren ver
heven Is. Voor elke samenkomst van den sou-
vereinen Raad wordt ihier de H. Mis opge
dragen.
Behalve het Casa la Vall is in het dorp fei
telijk alleen nog het lage parochiekerkje de
*0*Ci?tO
ANQOHRA
IA* eicALDsa
CCUOMA
SAN JULIA-
ÜF lOflW
LA MO Ot UAOÉL
kunstvaardigheid gesneden, verraadt het in
elke stroeve lijn de techniek der vroege mid
deleeuwen; het moet uit de 9de eeuw dateeren
Het eerbiedwaardige beeld, dat dus meer dan
duizend jaren telt, wordt in een klein kapel-
etje, boven achter het koor gelegen, bewaard
en vormt liet middelpunt der devotie der pel
grims. Op den feestdag, den 8siten September,
samenvallend met den historischen datum der
Paréages, stroomt het geloovige volk van
Andorra uit alle uithoeken van het land hier
tezamen om La Mare de Deu zijn hulde te
brengen en Haar hulp te vragen in allerlei
nood; en de talrijke exvoto's, die de wanden
bedekken, toonen dat Zij, onder Wier hoede
Andorra zich sedert onheuglijke tijden ge
plaatst heeft, ook hier in dit eenzaam heilig
dom met te vergeefs werd aangeroepen.
an Meritxell voerde mijn weg me naar Ca
nillo, de meest Oostelijke parochie
van Andorra,
moeite van een bezoek waard. Het heeft een een dorpje met een hoogen slanken kerktoren,
paar rijk gesneden houten altaren met veel omgeven door ruischende populieren, vriendJ
verguldweirk, naa.r Catalaamsehen trant), is
echter zoo donker dat men haast geen enkel
detail waarnemen kan. Een vleermuis flad
dert met angstige ruischende slagen door de
stille ruimte waar alileen het godisLampje
eventjes flikkert en een magere uitgehonger
de kat rent van bank tot bank in hopeloos
lijk gelegen in een uitgestrekt dal, waar men
niettegenstaande de groote hoogte nog vrij
veel landbouw vindt.
Het bergpad, dat ons verder voert naar den
pas van Embalira, buigt na Canillo langza
merhand naar het Zuid-Oosten af; het is ruw
en steil en na nogmaals driehonderd meter
^.v. vvw»,; v;
1 - V i i 1 V: U V'
Bisschoppelijk Paleis te Seu d'Urgeli. De bisschop
van Urgell is een der cosuzereinen van Andorra.
re hellingen; alleen de dalbodem ls voor land
bouw geschikt, maar elke vierkante meter
daarvan is dan ook in gebruik. De dalwanden
bestaan meest uit naakte granietrotsen met
honderden meters lange puinhellingen aan den
voet, waar geen grasje op groeit.
Bovendien ligt het land op 1000 tot 2000
meter hoogte boven den zeespiegel, wat het
klimaat niet ten goede komt. De berghellingen
in het Oosten en he4 landschap La Soulane aan
de overzijde van den Port d'Embalira leveren
dan ook slechts schraile bergweiden op, waar
halfwilde paarden, runderen en schapen grazen.
De landerijen in de dalen zijn voor het
meerendeel tn handen van een klein aantal
„pagès", welgestelde families, waarnaast de
meerderheid der bevolking arm, zeer arm zelfs
te noemen is. Het kleine oppervlak van den
bebouwbaren bodem heeft in dit patriarchale
land een wetgeving doen ontstaan, die erop
gericht le het familiebezit angstvallig bijeen te
houden en niet in kleine gedeelten te laten
uiteenvallen.
Komende uit het Zuiden en het dal der Balira
stroomopwaarts volgende, passeert men. even na raam eenige fauteuils, Een paar oude kaarten
waardigheden is
het Casa (de) la
Vall, ook wel Pa-
lau del Consell
genaamd natuur
lijk de belang
rijkste. Het ge
bouw, vierkant
en plomp, ligt
aan den Zuid
Oostrand van 't
dorp in een vrij
sterke strategi
sche positie en
lijkt waarlijk
meer op 'n mid
deleeuwsch fort
dan op een parle
mentsgebouw.
Door eeu om'
muurden voorhof
omgeven en voor
zien van een ver
sterkt hoektoren
tje heeft het een
somber en barsch
uiterlijk en dat
in een land, dat
al meer dan 700
jaar lang geen
strijd binnen zijn
grenzen gekend
heeft. Het tegen
woordige paleis
dateert in hoofd
zaak uit 1580 en
is een beeld van
verval. De poort,
die het voor
pleintje van de
straat afsluit, vlak naast de staldeur
van een der belendende woningen, hangt uit
haar hengsels en er zijn zulke groote gaten
in het houtwerk van de deur, dat de afsluiting
volkomen illusoir geworden is
Treden we thans binnen. De bewaker, tege
lijkertijd de gerechtsdienaar der republiek, e<n
zijn vrouw heeten ons welkom en ondertus-
schen brengen een paar kinderen den me-er dan
een kilogram wegenden sleutel aan die het pa
leis voor ons ontsluit. Het is er donker en
muf, vochtig als in een kelder. Gelijkvloers is
er weinig anders te zien dan de stallen ten
dienste van de consuls der afgelegen parochies,
die per muildier of te paard naar de hoofd
stad komen. Een uitgesleten smalle houten
trap voert ons naar boven, naar het belang
rijkste deel van het gebouw, de Sala del Con
sell, de vergaderzaal van den raad. Het is een
schemerdonker vertrek, vellicht door een enkel
venster, hoog in den muur; ik schat het 10
bij 7 meter groot. Twee rijen stoelen staan er
langs den wand en aan de tafel onder het
pogen het vreemde dier te bemachtigengestegen te zijn, bereiken we Andorra's laatste
Buiten op de Plaza is in den muur van een §eImcht' Soldeu, het hoogste dorp der Pyrc-
der groote huizen een steen ingemetseld niet neeen' een somber en onbeteekenend vlek.
door den tijd uitgevreten beeldhouwwerk" EenmaaI Soldeu gepasseerd, wekt het land-
Hler op dit punt, zegt de legende passeerden SChaP "°g. sIechta e'6n indruk van grootsche
tijdens Hun omwandeling 0p aarde eens verlatenheid: vaa landbouw is nagenoeg geen
Christus en de Heilige Maagd bil Hnn'Unoi- sprake meer en in ëcen twintig kilometer is
I een menschelijke woning te ontdekken.
Nooit zal ik vergeten mijn ontmoeting met
een schaapherder, dien ik aantrof, hoog op de
stelle hellingen vau den Cirque des Pessons.
AI een uur van te voren had ik uit de verte
ijn kudde gezien als kleine witite stipjes tegen
den grauwgroenen bergwand. Het liep ail tegen
den avond; boven de schemerdonkere dalen
rijden ztch de toppen in bleekrood en schijn
ais van een verren brand, ik zag nevels trek
ken over den pas van Embalira en aan gind-
sche zijde van den col lag heel het diepe
dal van l'Hospitalet in den mist. a
De man zong; het was een weemoedig een
tonig wijsje, vreemd en stil van klanlc, dat me
herinnerde aan die onzegbaar droevige zangen
der herders der Asturische bergen. Slechts als
de rasero, de bergwind even in mijn richting
woei, ving ik enkele woorden op.
De herder, een oude man reeds, had me zien
aankomen; hij stond op om den eenzamen rei
ziger te begroeten en bood me melk en gei
tenkaas aan en wijn, dien hij in een leeren zak
met hoornen mondstuk bij zich droeg Ik ver
telde hem, dat ik op weg was naar l'Hospitalet,
dat ik nog voor den nacht bereiken wilde. Daar
hij betwijfelde, of ik dien avond het Fransche
dorp nog zou halen, want ik had nog vier uur
gaans voor den boeg, zij het over een gemak-
kelijken weg, bood hij mij in gracieuse gastvrij
heid aan, te overnachten in zijn hut, die een
klein uur verder Oostelijk stond, wat ik echter
niet aan kon nemen.
Rondom ons heen viel de avond en een kille
mist strekte zich langzaam over de stille hel
lingen uit. Temidden van zijn grazende kudde
gezeten, spraken wij nog lang over zijn dieren;
hij streelde onder het spreken zijn hond en,
toen ik afscheid nam, was de zon allang onder
gegaan achter de kale bergkammen van het
Westen en ook de zagal, de herder, stond op
om zijn kudde in veiligheid te brengen, want
er huizen nog tal van wolven In deze streken
en ook de groote beer der Pyreneeën leeft nog
in de wilde grensgebergten van Andorra. Hij
sloeg zijn met roode kwasten versierden tapa-
boquès om, zijn hond blafte luidop van blijd
schap en danste om hem heen en eenige oogen-
blikken later was de Andorraansche herder
met zijn kudde in den schemer verdwenen.
Toen ik de laatste hoogten van den Col d'Em
balira overtrok, hoorde ik nog in de verte zijn
zang, op den avondwind voortgedragen door
de nevels die opstegen uit het nachtdonkere dal
van l'Hospitalet, dat voor me lag.
aan Andorra.
De Spaansche straatweg, die de republiek
met seu d'Urgeli verbindt, loopt va ïaf Vella
ui Noord-Oostelijke richting verder door tot
aan Encamp, bijna in het midden van het
landje gelegen, waar hij voorloopig zijn einde
vindt. Heit eer&te plaatsje na Andorra la Vella
is Les Escaldds, dat, zooals de naam reeds aan
duidt, een paar warme bronnen bezit, die een
bescheiden Spaansche clientèle trekken. Hier
door lis Les Escaldes eigenlijk 't eenige plaatsje
m de Dalen van Andorra, dat etablissementen
bezit, die op den naam hotel aanspraak kunnen
maken. Het gehucht ligt allervriendelijkst aan
de schuimende Balira en vormt als het ware
de afsluiting van het wijde dal van Andorra
La Vella.
In Noord-Oositelijke richting verder trekkende
ziet men na Les Escaldes den weg sterk stij
gen en het landschap verandert van type Het
betrekkelijk zachte Middeliandsche Zee-klimaat,
dat tot hiertoe het heerschende is, gaat allengs
plaats maken voor de koelere lucht van het
gebergte. De groene eik en de moerbezie der
vlakte verdwijnen, thijm en marjolein wijken
voor een meer geharde berg vegetatie, waar
onder de pin h crochet tot op groote hoogte
een belangrijke plaats blijft innemen.
Ruim een uur gaans na het vertrek uit
Escaldes komt het vijftal gehuchten in zich,
dat tezamen de parochie Encamp vormt.
Encamp zelf is een armzalig dorpje met na
genoeg onbegaanbare paden tusschen de scha
mele hoeven en ik zou het zeker stilzwijgend
voorbijgaan, als het niet vermeld verdiende te
worden om zijn sierlijken campanar, zijn
Romaaaisehen klokketoren, die na bet gracieuse
torentje van Santa Coloma zeker de mooiste
van het land is. Thans is het een jammerlijk
vervallen monument.
Nog niet halverwege Canillo, een klein uur
gaans hooger in het dal der Balira, ligt een
onbeteekenend gehucht, dat buiten Andorra
zeker onbekend is en wellicht op de meeste
kaarten ontbreekt, Meritxell. Maar i,n de Dalen
van Andorra is er geen kind te vinden dat
dien naam niet kent en niet met eerbied uit
spreekt. Want d'it vlek, arm onder de armste,
misschien geen dozijn hulzen groot, bezit een
kleinood dat den Andorranen boven alles heilig
is: het Bedevaartsoord van La Mare de Deu
de Meritxell, van de H. Moeder Gods, Patro-
nesse van Andorra.
Het is een eenvoudig sierlijk gebouwtje, dat
een beetje afgelegen ligt 0p de stelle, Oostelijke
helling van de Balira del Orien. Het bergpad
dat naar Canillo voert, leidt er boven langs,
zoodat de reiziger, die er niet op bedacht is,
het kapelletje voorbijgaat zonder het op te
merken, te meer daar het dal, dat hier onver
gelijkelijk mooi is, zijn geheele aandacht ge
boeid houdt.
Ik herinner me, hoe ik eens op een vroegen
zonnigen morgen te Meritxell aankwam. Er'
flonkerde dauw In het gras van de kleine
weide, die de kapel omringt en het witte ge
veltje met zijn luchtigen klokkemuur in Cata-
laanschen stijl blonk in het gouden glanzen
van den zomerochtend als een Baskisch fron
ton. Op het voorplelntje van de kapel verhief
zich een sierlijk gesmeed ijzeren kruis en daar
achter opende zich in een brill ant clair-obscur
een eenvoudige galerij. Het kerkje bleek ge
sloten, maar ik slaagde erin door het luiden
van één der klokken de aandacht te trekken
Een groote hond sprong luid blaffend me tege
moet en uit de aangrenzende woning haastte
zich een oude man, die, naar ik wist, hier een
kluizenaarsleven leidt, naar den ingang en
onder zijn zwijgende, eerbiedige leiding kon ik
het devote kapelletje bezichtigen. Het interieur
geleek in velerlei opzicht op dat der overige
Andorraansche kerkjes, overladen met ver
guldwerk; ik zag er eenige middeleeuwBche
fresco's, maar het vornaamste bezit van dit
nederig Godshuis is het Miraculeuze beeld der
Moeder Gods, de eerbiedwaardige Mare de Deu
de Meritxell. Het stelt de H. Maagd voor in
zittende houding met het Kind Jesus op Haar
knieën. Onhandig van proporties en. zonder
VA. V t
gebogen onder het gewicht van zijn
jaren helt de toren sterk voorover