EEN m mjm I REPUBLIEKJE TUSSCHEN REPUBLIEKEN. ANDORRA, DE OUDSTE STAAT VAN EUROPA. mmm DALEN VAN ANDORRA f' RfS ■Bi -1 i, a -,.•— Wtfftllp t FRANKRIJK 7TTTrnVT7* 6 PAN JE WBJÊk L V rj, m fiü -1^- «U «SS k v -•••;-ï-/:. - Boven: Het Casa la Vall, dat meer op een middeleeuivsch fort dan op een parlements gebouw lijkt. Midden: Kinderen uit Andorra's hoofdstad. Beneden: De ruïne van Sant Joan de Casellas, niet ver van Canillo, in midden Andorra. van den Keizer, mijn leenridder den door DBS. PAUL JULIEN. De jongste gebeurtenissen in Spanje mogen de aanleiding zijn de aandacht te vestigen op een klein haast onbekend staatje tus. schen de Spaansche en Fransche grens, een „museum, zooals Andrè Villar schreef, waar de groote na burige naties kunnen leeren ken. nen, in zuiverste kristallisatie, den toestand van haar eigen instellingen acht eeuwen terugNu in Spanje de republiek is uitgeroepen vormt het staatje een republiekje tus- schen twee groote republieken. Andorra is een landje van ruim 450 vierkante ulometers, verdeeld over drie rivierdalen, de Bahra del Nord, de Balira del Orien en de Riu ïlodrlu. Behalve enkele eenzame bergweiden, La Soulane -geheeten, aan gene zijde van den Ooi a Embalira, ligt het geheel op den Zuide lijken versant der Pyreneeën en zoodoende be hoort het landje tot het Middellandsdhe-Zee- fcskken en tot het stroomgebied van de Eforo. Het is dus niet verwonderlijk, dat het land mede door de eenvoudige verbinding met bet Zuiden in hoofdzaak naar Spanje georienteerd is, vooral in economisch opzicht. Andorra dat officieel den naam VaUs d'An- dorra, Dalen van Andorra draagt,, heeft een bevolking van ongeveer 6000 zielen, die een Catalaansch dialect spreekt. Administratief is het land verdeeld in zes parochies, twee in het Zuiden Sant JruliA de Löria en Andorra la Vella, de hoofdstad; twee in het centrum: Encamp en Canillo en twee in het noorden: Ordino en La Massana. Elk dezer parochies zendt vier afgevaardigden, consuls genaamd, in het parlement, de Corts of Cons©11 General. Het hoofd der regeering is de sindic-president, die uit den consell ge neral gekozen wordt. Hoewel onafhankelijk onderhoudt het staat je sedert vele eeuwen relaties met twee bui- tenlandsche autoriteiten n.l. den bisschop van La Sen d'Urgeli en den president der Fransche republiek. Deze beide heeren, die den titel dra gen van Coprincep de les Valls d'Andorra, en waarvan de eerste wellicht de eenige geestelijke is, die nog met eenige wereldlijke macht be. kleed is, oefenen het beschermheerschap over de republiek uit en benoemen elk een Andor- raan tot landrechter of Viguier. Er zijn twei dezer functionarissen die volgens de traditie allerlei kleinere ambten vervullen, doch wier hoofdtaak de rechtspraak is. Het vele merkwaardige, dat Andorra's oude instellingen ons bieden, is eigenlijk slechts be grijpelijk, wanneer men de geschiedenis dezer afgelegen bsrgdalen kent. Als de legenden, die over Andorra's ontstaan vermeld worden, waarheid bevatten, zou Andorra de oudste staat van Europa zijn. Men vertelt 'n.l., dat in bet jaar S05 Lode wijk de Vrome La Seu d'Ur geli vilde belegeren en .hierbij de hulp inriep van de bewoners der Andorraansche dalen. Deze namen onder aanvoering van Mare AL mugaver deel aan den strijd en uit erkente lijkheid stond Lodewijk hun toe zich zelve vol gens eigen wetten en gewoonten te regeeren. Een anders versie van dit verhaal luidt, dat nadut Lodewijk de Mooren verslagen zou heb ben in een dal van het tegenwoordige Andorra, ter plaatje waar thans het dorp' La Massana ligt, bij uitriep: „Wilde dalen, ik doop U Endor. Soldaten, ik wil dat een aantal van U zic/h hier vestigt en dat Andorra geen andere suzerelniteit kenne dan die mijn vader en die van ïfraaf van Urgeill'5 °mtrent And<>rra'S oudste ge- se tierf61"" meD €Chter aIlerrnlnst, vooral of-A V2]J;ve vaststaat dat €011 der 'belangrijk- gegevens, een oorkonde uit 802, waarbij re e Gioote aan den bisschop Possidonius an Hrgeil tiendrechten toekende op de val- eien >an Andorra, als valsch beschouwd moet worden. .®n wa* 'den naamsoorsprong van het repu- oliekje betreft: er kan ternauwernood kwestie over zijn, dat de naam niet afgeleid is van het bijbeLsche Endor, maar veeleer van het werk woord andar(e), dat men zoowel in het Spaansch als Italiaansch aantreft en gaan, ver trekken beteekent. In merkwaardigen samenhang met dezen naam, die in verschillende spellingen als andor, an 'thor of auctor voorkomt, brengt men het feit dat reeds PI in i us spreekt van een volk Andorrisoe, dat oudtijds in de omgeving van Cadix, in Zuidwest Spanje woonde, vanwaar het op een goeden dag vertrok (andar). Deze nomaden zouden zich later in het hart der „Ik herinner me, hoe ik eens op een vroegen zonnigen morgen te Meritxell aankwam" Middeleeuwsch granieten kruis in het dal der Balira nabij Andorra la Vella, hoofd stad der Dalen van Andorra. Pyreneeën gevestigd hebben en de voorouders der huidige Andorranen zijn. In de achtste eeuw werden de dalen door Frankische soldaten veroverd en uit het mid den der volgende eeuw weten we dat in 843 Karei de Kale nader vast te stellen rechten op Andorra afstond aan Siegfried, graaf van Urgell. Uit later jaren vernemen we, dat de heeren van Urgell en de graven van Cerdagne, dat is de thans deels Fransche, deels Spaan sche streek ten Zuid Oosten van Andorra, in hoofdzaak het dal van de Segre, elkaar de valleien van Andorra betwisten. Van een offi. oieelen suzereinen staat is echter pas sedert 1278 sprake. Door huwelijk was n.l. 't grafelijk Huis van Foix, het oude interessante stadje in het dal der Ariège in 't bezit gekomen van aanspraken op de dalen van Andorra, door welk feit het huis tevens in vasaHteitsbetrek- king kwam tot den bisschop van Urgell. Tus- schen beide machten ontstonden vijandelijkhe den, waarbij de bisschop verslagen werd. Ten slotte kiwam het den 8en September 1278 tot een overeenkomst, de beroemde paréagee, die vier jaar later door een bulle van Paus Mar- ttnus IV bekrachtigd werden. Deze vormen de fundamenteels onafhankelljkheidsacte der re publiek. Officieel bestaat het landje dus ruim zes honderdvijftig jaar en nog steeds is de regee- rende Bisschop van Urgell een der cosuzerei- nen van Andorra. Het huis van Foix bestaat echter niet meer. De suzerains rechten van deze illustere familie gingen door erfenis in 1589 over op Hendrik IV, koning van Frankrijk zoodat sedert dat jaar de Fransche kroon do ooprinoipale rechten op Andorra bezat. Na een korte onderbreking van 1793—1806 heeft steeds het Fransche staatshoofd dit beschermheer schap bekleed en sinds den val van het tweede keizerrijk is het de Fransche president, die de plaats der vroegere graven van Foix inneemt. Het is duidelijk, dat een staat die alles te samen niet meer bevolking telt dan een mid delmatig dorp en bovendien doodarm is, zich geen beflanerijke uitgaven kan veroorloven: De staatsfuncties worden minimaal gehono reerd: zoo ontvangt de sindic per jaar slechts 80 pesetas (het Spaansche geld is de gangbare munt in Andorra) wat een waarde van 20. vertegenwoordigt; de consuls krijgen slechts 10 pesetas ƒ2.50 's jaars. Het zijn dus lou ter eereambten, die evenals oe overige staats uitgaven uit de opbrengst der belastingen, die vrij laag zijn, worden betaald. Van een eigen douane is geen sprake; invoerrechten kent het land dus niet. Dit in verband met het feit, dat het land een enclave vormt tusschen de belde Pyreneëenstaten, is oorzaak geweest dat de bevolking van Andorra van oudsher zich heeft toegelegd op den smokkelhandel. Dit bedrijf, waaraan een aanzienlijk gedeelte van het volk deelneemt, speelt nog steeds een groote rol in de republiek. In tegenstelling met elders, waar dikwijls obscure elementen, die niet voor een misdaad terugdeinzen dit beroep aangrijpen, zijn de Andorraansche contrabandistes meest eerzame brave boeren, daglooners wier moeizame arbeid ternauwernood in staat is den honger van hun gezin te 'stillen en die, door harde noodzaak gedreven, zidh in donkere nachten beladen met tabak of sigaren, hoog langs de hellingen over de grens wagen, om met absinth en andere wa ren beladen een volgenden nacht ter.ug te kee- ren en in afwachting van een goede gelegen heid een en 'ander frauduleus de Fransche grens te doen passeeren de goederen zoolang in de Andorraansche dalen op stapelen. De verstandhouding met de Spaansche cara- bineros aan de zuidgrens, Catalanen ©venals zij die maar al te dikwijls den verkeerden kant uitkijken, is goed en, Caraï! de Andorraan moet toch ook leven! Maar wet is wet en, als de brave carabineros de schuldigen in de gaten krijgen, moeten ze wel hun plicht doen en los sen schoten in de lucht Zoo is het nu wel veertig jaar geleden, dat voor het laatst een Andorraan viel onder de kogels der Spaan sche grenswacht en toch gaan er eiken nacht in allerlei richtingen zwijgende, donkere, zwaarbeladen gestalten de grens over, heden hier, morgen daar In bijna geen enkel opzicht is er in de zes en. een halve eeuw van zijn bestaan in An dorra iets veranderd. Het verleden, waarvan het heden doortrokken is, vormt voor de An dorranen een heilig en onschendbaar bezit Hun familieleven en gebruiken,' hun rechts opvattingen, rechtspraak en ceremoniën zijn in den stroom des tijds onwrikbaar gebleken als rotsen van hun geboortegrond zelve. Streng ook als de bergen, die uit Andorra's granieten bodem oprijzen zijn de zeden dei- bewoners. De bevolking is zonder uitzondering katholiek en, wat meer zegt in deze streken, waar de Midi van Frankrijk zoo nabij is, diep van geloof en van een eenvoudige en groote vroomheid. Op bijna elke huisdeur treft men naar Catelaanschen trant een afbeelding aan van El Sant Corazon: het H. Hart, ten be wijze dat ook hier in de eenzaamheid der Dalen van Andorra de Intronisatie tot een algemeen vroom gebruik is geworden. Nog tal van andere godsdienstige tradities, van eeuwen her dateerend, heeft het geloovige volk van Andorra in eere gehouden, waarvan een der roerendste is, de rondgang der Sagrada Familla. La Sagrada Familia is een beeld groepje dat, zoo als de naam reeds zegt, het H. Huisgezin voorstelt. Het wordt bewaard in 'n draagbare kist met openslaande deuren en is van 'n simpele naïeve uitvoering met zijn glimlachen den St. Joseph in een violet ge waad, de H. Maagd in 'n blau wen mantel en een rose J esus- kindje. Voortdu rend doet dit beeldgroepje de ronde onder de gezinnen van An dorra la Vella en om beurten krijgt elke familie het gedurende een dag In bezit. Andorra is een arm land. De aard van den bo dem, die althans in het Zuiden uit hard en bijna on aantastbaar blauw graniet be staat, is oorzaak, dat bebouwbaar land er schaarsch is. Zelden ziet men er vruchtba- La Farga de Moles, genaamd naar een oude verlaten ijzermijn (forge a Ia Catalare), de grens der republiek. Slechts enkele kilometers verder is het dal der Balira, rijst statig Juliè. de Löria voor ons op, een der zes pa rochies. Gratievol spiegelen de hoog- opgaande huizen, naar Spaanschen trant gebouwd, zich in de rivier. Zij lijken als gebouwd voor alle eeuwig heid. hecht als een kasteel en zijn te ellendig om door ratten bewoond te worden. Het gehucht bestaat voor 't groot ste gedeelte van de smokkelarij en zijn bevolking geeft den reiziger al dadelijk een troosteloos beeld van de armoede der soevereine dalen van Andorra. Een stomme, in lompen ge hulde bedelares smeekt de reizigers door gebaren om een aalmoes en blonde, schamelgekleede kinderen spelen barrevoets in de modderplas sen langs den weg Naarmate we vorderen stijgt de weg, Andorra's eenige berijdbare weg onophoudelijk; het wordt kil ler, een koude wind giert door het nauwe dal en als we het duizendja rige kapelletje van Santa Coloma met zijn rijzigen cylindrischen klokketoren passee ren, gutst de slagregen neer. We naderen nu de hoofdstad; de weg buigt allengs naar het Oos ten af, het dal wordt wijder en vriendelijker en tenslotte rijdt de Spaansche camdoneta on der de algemeene belangstelling der bevolking de Piaza van Andorra la Vella op. Het plein is modderig en omringd door hooge huizen in allerlei eentonige grisaille tinten en alleen het gebouwencomplex van Amadeo Hossel, waar in een rookerigen winkel zich bijna de geheele han del van het plaatsje concentreert, breekt de droefgeestige eenzaamheid van deze Piaza Mayor. De eigenaar noodigt me uit zijn wo ning te bezoeken en de geweldige afmetingen van deze patriarchale woning treffen me. In wijde, hoog overdekte sombere patio's o! patio's van ihet zonovergoten Cordoba! stij. gen de trappen van de eeme verdieping naar de andere. Ik doorloop reeksen vertrekken, meest onbewoond, in schemerdonker gehuld, met naakte wanden, kil en vochtigonzeg baar somber. In een der vertrekken staat een groote klok, die met langzame, ritselende tik ken den tijd markeert en opeens voel ik het hoe zinloos dit uurwerk is in dit huis, dat hon derd, misschien vierhonderd jaar terug even als nu bewoond werd door een zelfde geslacht van pagês, even hoffelijk, even ernstig als thans, even onveranderlijk als Andorra zelve, waar de eene eeuw na de andere onbeluisterd voorbijtikt. Twee herbergen telt Andorra's hoofdstad, modest maar zindelijk en kil, zooals geheel Andorra kii Is. Een klein kereltje brengt ons door een wirwar van straatjes naar een de zer, de fonda van Sisco de Saus, enkele tien tallen meters van het Casa la Vall verwijderd. Slechts hier en daar is er eenige bestrating, modderpoelen glimmen alom en voor de fonda struikel ik bijna over het door de ratten afge kloven skelet van een schaap. Beneden in de herberg opent zich een wijd rookerig vertrek, bijna zonder vensters, eindigend in een zwart- berookte schouw waar beroete pannen boven een houtvuur hangen. Men wijst ons onze ka mers, Simpel, zonder eenig comfort en korten tijd later veneenigen we ons met de twee overige gasten, Spanjaarden uit Barcelona, die hier vertoeven in verband met den aanleg van electrisch licht in de republiek, 'n eerste conces sie aan den modernen ttjd, aan 'n sober maal. Van de beziens- van het land sieren den muur en boven de plaats van den sindic hangen de portretten van den Fransahen president en den bisschop van Urgell. de beide cosuzereinen. Maar het meest opvallend zijn wol de lange rijen „balan- do-ana" de ruwe grijze wollen mantels der consuls met zwart fluweelen kraag, gelijkend op de tapabocquès der herders in het gebergte, die langs den wand hangen, met hun drie. kantige steken van zwart vilt, Het is alles simpel, ernstig, ontegenzeglijk waardig in weerwil van alle armoede Achter in de zaal, bijna geheel verzonken in den geweldig zwaren muur bevindt zich de beroemde kast, die behalve de staatsadminis- tratie de oude perkamenten en andere ge gegevens bevat, die Andorra's onafhankelijk heid en historische rechten staven moeten Geen vreemdeling mag den inhoud van deze kast zien en uitdrukkelijk en op koelen toon wordt mij verboden ze te fotografeeren. Pho- hibido! Het bevel klinkt alsof het een hei ligsehennis zou zijn. Wel is het toegestaan de kast van nabij te bezichtigen en men toont ons, dat ze met zes sloten gesloten waarvan elk der parochies één sleutel heeft zoodat ze nooit geopend kan worden, dan wanneer de vertegenwoordigers der gezamen. iijke parochies van Andorra bijeen zijn. Aan de andere zijde van de zaal, tegenover het venster ligt de huiskapel van het paleis, toegewijd aan St. Armengol. Ze heeft een een voudig altaar, spaarzaam belicht door twee nauwe vensters en is getooid met het beeld vam den heiligen Armengol, een Bisschop van Seu d'Urgeli, die tot de eer der altaren ver heven Is. Voor elke samenkomst van den sou- vereinen Raad wordt ihier de H. Mis opge dragen. Behalve het Casa la Vall is in het dorp fei telijk alleen nog het lage parochiekerkje de *0*Ci?tO ANQOHRA IA* eicALDsa CCUOMA SAN JULIA- ÜF lOflW LA MO Ot UAOÉL kunstvaardigheid gesneden, verraadt het in elke stroeve lijn de techniek der vroege mid deleeuwen; het moet uit de 9de eeuw dateeren Het eerbiedwaardige beeld, dat dus meer dan duizend jaren telt, wordt in een klein kapel- etje, boven achter het koor gelegen, bewaard en vormt liet middelpunt der devotie der pel grims. Op den feestdag, den 8siten September, samenvallend met den historischen datum der Paréages, stroomt het geloovige volk van Andorra uit alle uithoeken van het land hier tezamen om La Mare de Deu zijn hulde te brengen en Haar hulp te vragen in allerlei nood; en de talrijke exvoto's, die de wanden bedekken, toonen dat Zij, onder Wier hoede Andorra zich sedert onheuglijke tijden ge plaatst heeft, ook hier in dit eenzaam heilig dom met te vergeefs werd aangeroepen. an Meritxell voerde mijn weg me naar Ca nillo, de meest Oostelijke parochie van Andorra, moeite van een bezoek waard. Het heeft een een dorpje met een hoogen slanken kerktoren, paar rijk gesneden houten altaren met veel omgeven door ruischende populieren, vriendJ verguldweirk, naa.r Catalaamsehen trant), is echter zoo donker dat men haast geen enkel detail waarnemen kan. Een vleermuis flad dert met angstige ruischende slagen door de stille ruimte waar alileen het godisLampje eventjes flikkert en een magere uitgehonger de kat rent van bank tot bank in hopeloos lijk gelegen in een uitgestrekt dal, waar men niettegenstaande de groote hoogte nog vrij veel landbouw vindt. Het bergpad, dat ons verder voert naar den pas van Embalira, buigt na Canillo langza merhand naar het Zuid-Oosten af; het is ruw en steil en na nogmaals driehonderd meter ^.v. vvw»,; v; 1 - V i i 1 V: U V' Bisschoppelijk Paleis te Seu d'Urgeli. De bisschop van Urgell is een der cosuzereinen van Andorra. re hellingen; alleen de dalbodem ls voor land bouw geschikt, maar elke vierkante meter daarvan is dan ook in gebruik. De dalwanden bestaan meest uit naakte granietrotsen met honderden meters lange puinhellingen aan den voet, waar geen grasje op groeit. Bovendien ligt het land op 1000 tot 2000 meter hoogte boven den zeespiegel, wat het klimaat niet ten goede komt. De berghellingen in het Oosten en he4 landschap La Soulane aan de overzijde van den Port d'Embalira leveren dan ook slechts schraile bergweiden op, waar halfwilde paarden, runderen en schapen grazen. De landerijen in de dalen zijn voor het meerendeel tn handen van een klein aantal „pagès", welgestelde families, waarnaast de meerderheid der bevolking arm, zeer arm zelfs te noemen is. Het kleine oppervlak van den bebouwbaren bodem heeft in dit patriarchale land een wetgeving doen ontstaan, die erop gericht le het familiebezit angstvallig bijeen te houden en niet in kleine gedeelten te laten uiteenvallen. Komende uit het Zuiden en het dal der Balira stroomopwaarts volgende, passeert men. even na raam eenige fauteuils, Een paar oude kaarten waardigheden is het Casa (de) la Vall, ook wel Pa- lau del Consell genaamd natuur lijk de belang rijkste. Het ge bouw, vierkant en plomp, ligt aan den Zuid Oostrand van 't dorp in een vrij sterke strategi sche positie en lijkt waarlijk meer op 'n mid deleeuwsch fort dan op een parle mentsgebouw. Door eeu om' muurden voorhof omgeven en voor zien van een ver sterkt hoektoren tje heeft het een somber en barsch uiterlijk en dat in een land, dat al meer dan 700 jaar lang geen strijd binnen zijn grenzen gekend heeft. Het tegen woordige paleis dateert in hoofd zaak uit 1580 en is een beeld van verval. De poort, die het voor pleintje van de straat afsluit, vlak naast de staldeur van een der belendende woningen, hangt uit haar hengsels en er zijn zulke groote gaten in het houtwerk van de deur, dat de afsluiting volkomen illusoir geworden is Treden we thans binnen. De bewaker, tege lijkertijd de gerechtsdienaar der republiek, e<n zijn vrouw heeten ons welkom en ondertus- schen brengen een paar kinderen den me-er dan een kilogram wegenden sleutel aan die het pa leis voor ons ontsluit. Het is er donker en muf, vochtig als in een kelder. Gelijkvloers is er weinig anders te zien dan de stallen ten dienste van de consuls der afgelegen parochies, die per muildier of te paard naar de hoofd stad komen. Een uitgesleten smalle houten trap voert ons naar boven, naar het belang rijkste deel van het gebouw, de Sala del Con sell, de vergaderzaal van den raad. Het is een schemerdonker vertrek, vellicht door een enkel venster, hoog in den muur; ik schat het 10 bij 7 meter groot. Twee rijen stoelen staan er langs den wand en aan de tafel onder het pogen het vreemde dier te bemachtigengestegen te zijn, bereiken we Andorra's laatste Buiten op de Plaza is in den muur van een §eImcht' Soldeu, het hoogste dorp der Pyrc- der groote huizen een steen ingemetseld niet neeen' een somber en onbeteekenend vlek. door den tijd uitgevreten beeldhouwwerk" EenmaaI Soldeu gepasseerd, wekt het land- Hler op dit punt, zegt de legende passeerden SChaP "°g. sIechta e'6n indruk van grootsche tijdens Hun omwandeling 0p aarde eens verlatenheid: vaa landbouw is nagenoeg geen Christus en de Heilige Maagd bil Hnn'Unoi- sprake meer en in ëcen twintig kilometer is I een menschelijke woning te ontdekken. Nooit zal ik vergeten mijn ontmoeting met een schaapherder, dien ik aantrof, hoog op de stelle hellingen vau den Cirque des Pessons. AI een uur van te voren had ik uit de verte ijn kudde gezien als kleine witite stipjes tegen den grauwgroenen bergwand. Het liep ail tegen den avond; boven de schemerdonkere dalen rijden ztch de toppen in bleekrood en schijn ais van een verren brand, ik zag nevels trek ken over den pas van Embalira en aan gind- sche zijde van den col lag heel het diepe dal van l'Hospitalet in den mist. a De man zong; het was een weemoedig een tonig wijsje, vreemd en stil van klanlc, dat me herinnerde aan die onzegbaar droevige zangen der herders der Asturische bergen. Slechts als de rasero, de bergwind even in mijn richting woei, ving ik enkele woorden op. De herder, een oude man reeds, had me zien aankomen; hij stond op om den eenzamen rei ziger te begroeten en bood me melk en gei tenkaas aan en wijn, dien hij in een leeren zak met hoornen mondstuk bij zich droeg Ik ver telde hem, dat ik op weg was naar l'Hospitalet, dat ik nog voor den nacht bereiken wilde. Daar hij betwijfelde, of ik dien avond het Fransche dorp nog zou halen, want ik had nog vier uur gaans voor den boeg, zij het over een gemak- kelijken weg, bood hij mij in gracieuse gastvrij heid aan, te overnachten in zijn hut, die een klein uur verder Oostelijk stond, wat ik echter niet aan kon nemen. Rondom ons heen viel de avond en een kille mist strekte zich langzaam over de stille hel lingen uit. Temidden van zijn grazende kudde gezeten, spraken wij nog lang over zijn dieren; hij streelde onder het spreken zijn hond en, toen ik afscheid nam, was de zon allang onder gegaan achter de kale bergkammen van het Westen en ook de zagal, de herder, stond op om zijn kudde in veiligheid te brengen, want er huizen nog tal van wolven In deze streken en ook de groote beer der Pyreneeën leeft nog in de wilde grensgebergten van Andorra. Hij sloeg zijn met roode kwasten versierden tapa- boquès om, zijn hond blafte luidop van blijd schap en danste om hem heen en eenige oogen- blikken later was de Andorraansche herder met zijn kudde in den schemer verdwenen. Toen ik de laatste hoogten van den Col d'Em balira overtrok, hoorde ik nog in de verte zijn zang, op den avondwind voortgedragen door de nevels die opstegen uit het nachtdonkere dal van l'Hospitalet, dat voor me lag. aan Andorra. De Spaansche straatweg, die de republiek met seu d'Urgeli verbindt, loopt va ïaf Vella ui Noord-Oostelijke richting verder door tot aan Encamp, bijna in het midden van het landje gelegen, waar hij voorloopig zijn einde vindt. Heit eer&te plaatsje na Andorra la Vella is Les Escaldds, dat, zooals de naam reeds aan duidt, een paar warme bronnen bezit, die een bescheiden Spaansche clientèle trekken. Hier door lis Les Escaldes eigenlijk 't eenige plaatsje m de Dalen van Andorra, dat etablissementen bezit, die op den naam hotel aanspraak kunnen maken. Het gehucht ligt allervriendelijkst aan de schuimende Balira en vormt als het ware de afsluiting van het wijde dal van Andorra La Vella. In Noord-Oositelijke richting verder trekkende ziet men na Les Escaldes den weg sterk stij gen en het landschap verandert van type Het betrekkelijk zachte Middeliandsche Zee-klimaat, dat tot hiertoe het heerschende is, gaat allengs plaats maken voor de koelere lucht van het gebergte. De groene eik en de moerbezie der vlakte verdwijnen, thijm en marjolein wijken voor een meer geharde berg vegetatie, waar onder de pin h crochet tot op groote hoogte een belangrijke plaats blijft innemen. Ruim een uur gaans na het vertrek uit Escaldes komt het vijftal gehuchten in zich, dat tezamen de parochie Encamp vormt. Encamp zelf is een armzalig dorpje met na genoeg onbegaanbare paden tusschen de scha mele hoeven en ik zou het zeker stilzwijgend voorbijgaan, als het niet vermeld verdiende te worden om zijn sierlijken campanar, zijn Romaaaisehen klokketoren, die na bet gracieuse torentje van Santa Coloma zeker de mooiste van het land is. Thans is het een jammerlijk vervallen monument. Nog niet halverwege Canillo, een klein uur gaans hooger in het dal der Balira, ligt een onbeteekenend gehucht, dat buiten Andorra zeker onbekend is en wellicht op de meeste kaarten ontbreekt, Meritxell. Maar i,n de Dalen van Andorra is er geen kind te vinden dat dien naam niet kent en niet met eerbied uit spreekt. Want d'it vlek, arm onder de armste, misschien geen dozijn hulzen groot, bezit een kleinood dat den Andorranen boven alles heilig is: het Bedevaartsoord van La Mare de Deu de Meritxell, van de H. Moeder Gods, Patro- nesse van Andorra. Het is een eenvoudig sierlijk gebouwtje, dat een beetje afgelegen ligt 0p de stelle, Oostelijke helling van de Balira del Orien. Het bergpad dat naar Canillo voert, leidt er boven langs, zoodat de reiziger, die er niet op bedacht is, het kapelletje voorbijgaat zonder het op te merken, te meer daar het dal, dat hier onver gelijkelijk mooi is, zijn geheele aandacht ge boeid houdt. Ik herinner me, hoe ik eens op een vroegen zonnigen morgen te Meritxell aankwam. Er' flonkerde dauw In het gras van de kleine weide, die de kapel omringt en het witte ge veltje met zijn luchtigen klokkemuur in Cata- laanschen stijl blonk in het gouden glanzen van den zomerochtend als een Baskisch fron ton. Op het voorplelntje van de kapel verhief zich een sierlijk gesmeed ijzeren kruis en daar achter opende zich in een brill ant clair-obscur een eenvoudige galerij. Het kerkje bleek ge sloten, maar ik slaagde erin door het luiden van één der klokken de aandacht te trekken Een groote hond sprong luid blaffend me tege moet en uit de aangrenzende woning haastte zich een oude man, die, naar ik wist, hier een kluizenaarsleven leidt, naar den ingang en onder zijn zwijgende, eerbiedige leiding kon ik het devote kapelletje bezichtigen. Het interieur geleek in velerlei opzicht op dat der overige Andorraansche kerkjes, overladen met ver guldwerk; ik zag er eenige middeleeuwBche fresco's, maar het vornaamste bezit van dit nederig Godshuis is het Miraculeuze beeld der Moeder Gods, de eerbiedwaardige Mare de Deu de Meritxell. Het stelt de H. Maagd voor in zittende houding met het Kind Jesus op Haar knieën. Onhandig van proporties en. zonder VA. V t gebogen onder het gewicht van zijn jaren helt de toren sterk voorover

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Nieuwe Schiedamsche Courant | 1931 | | pagina 10