nr
VAN HET INDISCHE LEVEN.
m
VRIJDAG 24 JULI 1931
VOOR EEN WAARDIG
MONUMENT
A MMgl Mil iSlil
t? 'I
««J Sr
UITVOERING ZIEKTEWET.
AAN DE GEVOLGEN OVERLEDEN.
DESKUNDIGEN APOTHEKERSEXAMEN.
EEN VOORWERP VAN ZORG-
VULDIGE VERPLEGING EN
RESTAURATIE
DE EEUWENOUDE SCHUIT TE
UTRECHT.
EEN JUDAS-DRAMA.
DE UITVOER VAN LANDBOUW
PRODUCTEN.
DE OPENING VAN DEN NIEUWEN
VOLKSRAAD.
THANS „EEN GEHEEL ANDER"
MENSCH
HAARWASSCHEN MET BENZINE.
DE GEHEIMZINNIGE KOFFER OP
HET ROKIN.
Beschuldigingen genoeg.
AUTO TEGEN EEN BOOM GEBOTST.
MOTORRIJDER ernstig gevallen
Vorige week werd in het ook tot ons Katholie
ken zoo historisch toesprekende Brielle het mo
nument onthuld ter eere van den Brielscihen
veerman, Jan Pieterszoon Coppelstock, die in
1572 de Watergeuzen binnen de stad liet.
Vandaar het beroemde vaderlandsche lied:
„In naam van Oranje, doe open de poort! De
"Watergeus staat voor den Driol": en dat andere
historische volksgezegde: „Op den eersten
April, verloor Alva zijn bril."
iVij donken niet, dat de vrome bedevaartgan
gers naar de plaats, waar de Gorkumsche mar
telaren hun afgrijaelijkea dood venden, nu wel
de eersten zullen zijn. d-ie een eerbiedigen
groet brengen aan het monument van dien
braven Coppelstock, die in zijn onnoozelheid wel
niet voorzien kon, wélke rampen hij zou bren
gen over zijn vaderstad, toen hij Lumey's wilde
horde binnen de stadsmuren loodste.
Maar de woorden, die de Commissaris der Ko
ningin, Jhr. van Karnebeek, sprak bij deze plech
tige onthulling van het Coppelstock-monument,
kunnen zij zich misschien wel ter harte nemen.'
De Commissaris zeide fc.l., dat onze vaderland
sche geschiedenis rijk is aan grootsehe momen
ten, dóch ons land arm aan teekenen uit het ver
leden."
En daarom verheugde hij zich over de oprich
ting van dit monument voor den ouden Wa
tergeuzenvriend,
Aim is ons land aan teekenen van vereering
en eerbied voor het verleden, wij doen weinig
aan openlijke monumentenzorg, vandaar dat ons
land ook zoo arm is aan beeldende plaBtick en
aan kunstenaars die déze kunst beoefenen.
In tegenstelling met andere landen, waar
naar het woord van Simon Gorter, een straat
jongen zijn vaderlandsche geschiedenis kan lee-
ren van de monumenten en standbeelden, die 'n
dankbaar nageslacht zijn grooten helden en fi
guren uit het verleden heeft opgericht.
Nu Jan Pieterszoon Coppelstock, de Briélschê
Veerman dezer dagen zijn standbeeld kreeg, wer
den wij opeens weer herinnerd aan een vrien
delijk schrijven, kortgeleden door ons ontvan
gen van de hand van den ijverigen Pastoor van
Muyen, met het verzoek ook onzerzijds eens de
aandacht in den lande er op te vestigen, dat
er nog een ander monument in den Briel moét
worden opgericht, een monument, dat eon eére-
schuld beteekent tegenover de moedige geloofs
helden, die voor de niet-bewuste schuld van dien
zelfden Coppelstock, den meest gruwzamen mar
teldood zijn ten offer gevallen, de negentien
Martelaren van Gorcum.
Brielle is altijd het Gêuzehstadje bij uitne
mendheid gebleven, maar hoe glorieus hebben
Onze martelaren wraak genomen op de -nazaten
van liun wreede en bloeddorstige beulen, die
Ui-et door hun eigen geschiedschrijvers zijn ge
spaard.
Want de zoo pa-s overleden Archivaris van
den Briel, de zoo populaire Johan Been, ge
tuigde zelf dat de euveldaad van Lumey als een
niet uit te wissen vlek aan de stedelijke histo
rie van den Briel blijft vastkleven.
Zoo arm als ons vaderland is aan teekenen
uit het verleden, zoo weinig bloeit er ook een
historisch toerisme.
Johan Been is altijd een hartstochtelijke be
wonderaar geweest van de oudheid zijner va
derstad, welke de school onzer vaderlandsche
zeehelden heet, waar een Dubbel die With, een
Maarten Harpertszoon Tromp geboren werden,
waar een Aartsvader onzer nationale dichtkunst
en literatuur, Jacob van Maerlant, leefde en
werkte, waar een figuur uit onze geschiedenis
Japoba van Beyeren haar woonstede had.
Nog mag de machtige Catherijne-toren den
■jj^d^Tjlandschen toerist uitlokkend toewenken,
déze brengt 't gewoonlijk niet verder dan het
strand van Oostvoorne, alleen de Katholieke be
devaartgangers gaan jaarlijks in dichte drom
men op naar den Briel en brengen daar welvaart
en vertier.
De zoete wraak der Martelaren, die alleen
het onbeduidend geworden stadje nog een
aureool van bekendheid vorleenen.
Pastoor van Muyen, die thans de bevoorrechte
bewaker is van den grond doorweekt van het
bloed der gemartelde priesters en kloosterlin
gen: wil nu uitvoering geven aan zijn geest
driftig plan om een nieuwe en schoone bede
vaartkerk te stichten op de plek, waar de
negentien priesters en kloosterlingen uit Gor
cum zoo heldhaftig den gruwzaamsten martel
dood hebben gevonden.
Zooals men weet, ligt het martelveld waar
heen de bedevaartgangei's trekken, buiten den
Brielle, te Rugge, waar vroeger de kerk en het
i Sinte Elisabethklooster gestaan hebben.
In de turfloods van het klooster, het ©enige
wat de Watergeuzen niet de moeite waard voor
verwoesting achtten, zijn de Martelaren van
Gorcum ter dood gebracht.
Door de oude vestingwet was 't onmogelijk
hier een steen en kerk of kapel te bouwen, om
dat bij geval of dreiging van oorlog deze on
middellijk geamoveerd had moeten worden.
Daarom heeft men 't tot dusver op deze plaats
altijd met een eenvoudige houten kapel moeten
doen, die ook in 1914 nog kans heeft geloopen
gesloopt le mpeten worden.
Nu deze vestingwet is opgeheven, komt de
gelegenheid eerst open om den Martelaren van
Gorcum, onzen eigen vaderlandschen Heiligen,
een waardig monument te stichten.
Pastoor van Muyen heeft geen oogenblik ge
aarzeld de eerste spade in den geheiligden grond
te steken, vertrouwend dat Katholiek Nederland
hem straks geestdriftig zou bijstemtnen.
Laten wij Coppelstock zijn monumentje, maar
op onze beurt zullen wij thans Leónardus van
Vechel en zijn achttien glorieuze gezellen naar
waarde gaan vieren en eeren.
Als hat blood der Martelaren het zaad der
Christenheid is, dan moet en mag er 'wei een
heerlijke Basiliek oprijzen over het graf van
deze roemruchte strijders en belijders van het
zuivere geloof en het mysterie van de H.
Eucharistie.
Wie zich nog eens sterken wil aan het geloof
en den heldenmoed dezer heilige bloedgetuigen,
leze nog eens de ontroerende geschiedenis dezer
Martelaren van Gorcum met haar bewonderens
waardige figuren van Leónardus van Vechel,
Nicolaas Plek, van Peppel en Joannes van Keu
len, en wij twijfelen niet of Pastoor van Muyen
zal zijn Gironummer 110895 dagelijks welge
vallig voor oogen zien, 1
En een jaar na den veerman Coppelstock
zullen ook de Martelaren van Gorcum in den
Briel huil waardig monument hebban.
Eens hebben de Watergeuzen gedobbeld om
het voorrecht, wie hunner deze priesters en reli
gieuzen moóht ophangen en doodmartelen, nu
moeten wij Katholieken op onze beurt een wed
strijd aangaan wie onzer Hun de meeste eer
zal aanbrengen.
iwSilRIipli
De R. K. Tuinbouui-tvinterschool te Beverwijk, die op 1 October a.s. door Z. H. Exc,
Mgr. Aengenent zal worden ingewijd.
STAATSRAAD A. W. F. IDENBURG.
Gelukwenêchen op zijn 70sten
verjaardag.
Ter gelegenheid van den 70sten verjaardag
van den Minister van Staat en Staatsraad
A. W. F. Idenburg heeft bet comité, dat zich
voor de huldiging van den heer Idenburg had
gevormd, gisteren een telegram van geluk-
wensch naar Zwitserland gezonden, waar de
jarige zich op het oogenblik bevindt.
Ook de vice-president van den Raad van
State heeft namens de leden en den secretaris
van diit college den heer Idenburg telegrafisch
met zijn verjaardag gecomplimenteerd.
Verzekering van personen niet in
dienst eener onderneming.
Staatsblad no. 257 bevat het kon. Besluit van
den 2,sten Juni 1931, tot wijziging van hei
Kon. Besluit van den - 23-sten Januari 1931
(Staatsblad no. 24) tot vaststelling van een
algemeenen maatregel van bestuur, als bedoeld
in artikel 22, eerste lid, der Ziektewet.
Het onder a bepaalde in artikel 1 van voor
noemd besluit van 28 Januari, wordt als volgt
gêlezen:
„a indien zij in loondienst werkzaam zijn aan
inrichtingen, staande on-dêr beheer van een na
tuurlijk of een rechtspersoon".
Tusschen artikel 1 en artikel 2 van voor-i
nöémd besluit van 28 Januari, wordt een
nieuw artikel ingevoerd, lüldéndê:
„Artikel la.
De personen, bedoeld onder letters a en o
van artikel 1, zijn niét verzekerd overeenkom
stig de bepalingen der Ziektewet, indien zij
ingevolge hét bepaalde in artikel 3 der Pen
sioenwet 1922 (Staatsblad no. 240) onder amb
tenaar worden verstaan of indien zij ingevolge
het bepaalde in artikel 3, eerste lid, onder het
ters a, b, c, d, e, f, g. h, i, j, k, 1 en n dier
wet al.» ambténaar worden beschouwd, ten
ware deze personen werkzaam zijn:
a. als hoofd, onderwijzer of beambte aan een
niet gesubsidieerde bijzondere la-gere school of
kweekschool;
b. ais vakonderwijzer of beambte fta-n een ge
subsidieerde bijzondere lagere school;
c. als beambte aan eên gesubsidieerde bijzon
dere kweekschool;
d. als leeraar of beambte aan een niet van
Rijkswege gesubsidieerde school, die voldoet
aan de eischen, gesteld bij artikel 46ter, 2 tot en
met 9 der wet tot regeling van het middelbaar
onderwijs
e. ais beambte aan een school, dié voldoet
aan de elseh-en, gesteld bij artikel 45ter, 2 tot
en met 9 der wet tot regeling van het middel
baar onderwijs".
VERHOOGDE RENTE OP ACHTER
STALLIGE DUITSCHE BELASTINGEN.
De Nederlandsche Kamer van Koophandel
voor Duitschland te Frankfort a. d. Main maakt
hen, die belastingen in Duitschland schuldig
zijn, erop attent, dat dóór een nieuwe nood
verordening de rente op achterstallige belastin
gen zeer belangrijk is verhoogd en wel voor
iedere begonnen halve maand tot een hoogte
van 5 pet. van het achterstallige bedrag. In
gevallen, waar uitstel van betaling is toe
gestaan, bedraagt de rente 10 pet. per jaar.
In gevallen van uitstel van betaling, waar geen
renteloos uitstel is toegestaan, is een rente
van 5 tot 12 pet. verschuldigd.
LIJK AANGESPOELD.
Woensdagmiddag 5 uur is aan het strand te
Bergen aan Zee aangespoeld het in verren
staat van ontbinding veirkeerende lijk van een
vissdher. De identiteit kon niet worden vast
gesteld. Het lijk is op de algemeene begraaf
plaats te Bergen Binnen begraven.
Het 12-jarig jongetje S. A. dat Woensdag te
Caetricum door een auto is overreden ia van
morgen in het St. Elisabethziek-emhuis te Alk
maar overleden,
By besch.kkipg van den Minister van Onder
wijs, Kunsten en Wetenschappen zyn de volgende
faculteiten voor het studiejaar 19311932 voor
het afnemen van het apothekersexamen versterkt
met de na te noemen, niet tot de hoogleeraren
of lectoren der universiteit behoorende deskun
digen
a. de faculteit der wis- en natuurkunde aan
de Rijksuniversiteit te Leiden; dr. J. J. van Eek.
privaatdocent aan de Rijksuniversiteit te Leiden;
tr,ej. dr. A. J. Steenhauer, privaatdocente aan de
Rijksuniversiteit te Leiden; G. F. A. ten Bosch,
cud-apotheker by het Academisch Ziekenhuis te
I éiden, wonende te 's-GravenhageA. H. Schirm,
gemeente-apotheker te 's-Gravenhage; dr. J. S.
Meulenhoff, oud-apotheker te 's-Gravenhage: dr.
W. A. Goddyn, conservator by het Ryksherbarium
te Lelden;
b. de faculteit der wis- en natuurkunde aan
de Rijksuniversiteit te Utrecht: J. Slis Wzn.,
apotheker te Utrecht; dr. A. Groothoff, apotheker
aan het Stads- en Academisch Ziekenhuis te
Utrecht; K. Scheringa, apotheker te Utrecht; D.
J. de Jong, apotheker te Zaltbommel; dr. J. F.
Reth, apotheker te Culemborg; dr. H. Velthorst,
assistent aan de Ryksuniversiteit te Utrecht;
c. de faculteit der wis- en natuurkunde aan de
Ryksuniversiteit te Groningen: dr. J. A. J. To-
nella, apotheker te Groningen; dr. H. H. van der
Zoo de Jong* conservator aan de Ryksuniversiteit
te Groningen; mej. dr. Y. van der Wal, conser
vatrice aan de Ryksuniversiteit te Groningen;
d. de faculteit der wis- en natuurkunde aan de
gemeentelijke universiteit te Amsterdam: E. I.
van Itallie, privaatdocent aan de gemeentelyke
universiteit te Amsterdam; mej. G. H. Nyhoff,
apotheker aan het Wilhelmlnagasthuis te Am
sterdam; N. Keulomans, lste-apotheker aan het
Binnengasthuis te Amsterdam; dr. H. L. Visser,
apotheker te Nymegen; dr. J. W, Birza, apothe
ker te Amsterdam.
DE AARDBEIEN EN WAT ZIJ OPBRENGEN
Aan de 3 Beverwijksche veilingen, werden tij
dens de Jongste aardbeiencampagne aangevoerd
2.459.144 K.G. tegen 2.060.054 K.G. in 1930. De
opbrengst bedroeg in 1931 438.036 tegen
658.318 in het vorig jaar.
De doorsnee-prijs was 18 cent per K.G., tegen
31 cent ia 1930 en 33 cent per K.G. in 1929.
BAYREUTH.
Woensdag had te Bayreuth de eerste opvoering
van Pardifal onder leiding van Toscamini als
diirigent plaats. De zaal was geheel uitver-
Nog wel een jaar lang in behandeling.
De misschien wel meer dan duizend jaren
oude schuit, die hét eind van het vorig jaar
te Utrecht is opgegraven en als gewichtige
historische vondst zeer veel belangstelling
trok, is nog steeds een Voorwerp van zorg
vuldige verpleging en restauratie in het Cen
traal Museum ter plaatse.
Nog rust de romp van het twintig meter
lange vaartuig in den houten vorm, die ter
wille van een veilig vervoer was vervaardigd,
hoewel verschillende stukken er los naast
liggen.
Wij hebben eens een bezoek gébracht aan
het gewezen vaartuig/ dat na een eeuwen-
langen slaap even met de bewoonde wereld in
aanraking was gekomen maar thans weer aan
de öógen van het publiek is onttrokken.
Het zwarte gevaarte vult, althans wat zijn
lengte betreft, ongeveer die geheele ruimte
van het museum, welke eertijds de refter van
het oude Agnietenklooster was.
Men zorgt er voor, dat het eikenhout voor
alsnog steeds vochtig wordt gehouden, opdat
het niet zal gaan krimpen en van gedaante
veranderen. In het vertrek zou men dan ook
loopen te plassen, wanneer er niét éen paar
halken voor een ietwat booger en droger Ver
keer zorgdroegen.
Bovendien zet men de schuit geheel in het
natrium om haar voör schimmel te vrijwaren.
Waarschijnlijk zal men het hout later met
creosoot, een teerproduct, dat ook wel voer de
dwarsliggers der Spoorwegen wordt gébruikt,
insmeren om liet water te verdrijven, terwijl
men er tenslotte aan denkt, om in het geheel
zooveel mogelijk lijm, dat natuurlijk hard zal
worden, door te laten dringen.
Terwijl men vanwege het museum de con-
sèrveering op zich heêft genomen, zal de fa.
De Vries Lentsch te Amsterdam de herstel
ling verrichten. Deze is thans modellen van
een twintigste der ware grootte aan het ver
vaardigen, ten einde hij den herbouw éen hou
vast te hebben. Halverwege den romp heeft
zich een bult gevormd, die zeer Veel afbreuk
doet aan de gaafheid van het geheel. De
scheepsbouwer stelt zich voor deze mismaking
door middel van stoom weg te werken. Overi
gens houdt men er rekening mee, dat nie
mand ervaring heeft van de wijze van reagee
ren der onderhavige, erg vergane materie.
In ieder geval zal er nog wél een jaar voor
bijgaan, voordat de schuit behouden en wel
aan de blikken van het belangstellend publiek
kan Worden prijsgegeven.
Roomich Tooneel te Tilburg.
Men schrijft ons;
't Was een oprechte verheugenis jongstleden
Zondag een werkelijk goed tooneelstuk te zien,
'n heel stuk uitgaand boven de altijd wel goed
bedoelde en Vaak ook niét onverdienstelijke
pogingen van dilettanten den laatsten tijd. De
opvoering had plaats in de R. K. Kweekschool
van de Fraters te Tilburg, de spelers Warén dé
kweekéllngen van den hoogsten cursus en de
auteur ls Fr. Leónardus, bij de lezers van b.v.
„Roeping" en „Ons Eigen Blad" wellicht beter
bekend als Leo v. Landeren.
De tragedie, die, evenals C. Verschaeve's
bekend tooneelwerk, den titel „Judas" voert,
is evenwel allerminst 'n Hollandsche parallel
van het Vlaamsche stuk. Het breekt voor
verreweg het grootste deel met de traditio
neel® opvatting van deze alleszins merkwaar
dige apostelfiguur.
Logisch en psychologisch voortbouwend op
het vrij beperkte Evangelische gegeven dat
overigens toch weer voldoende schetslijnen
biedt voor een zeer-aannemelijk portret ten
voeten-uit ontwerpt ons de schrijver een
•beeld van den verrader, méér menschelijk,
minder uitgesproken-satanisch, minder buiten-
natuurlijk-boosaardig, kortom, reëeler en we
zenlijker dan het onbewust leeft in onze
fantasie.
Tusschen de eigenlijke bedrijven (4 in getal)
van het treurspel, krijgen de toeschouwers in
symbolische entre-actes een nadere verklaring
van het psychologisch gebeuren. Vermelden
we ten slotte nog, dat het décor (In alle be
drijven hetzelfde) de costumeering, de grime
van den heer Schippers uit 's-Bosch, en de
naar de fazen van 't spel aldoor in kleur en
intensiteit wisselende belichting van spelers
en tooneel in alle opzichten te loven waren,
evenals in 1 algemeen de prestaties van de
talrijke acteurs.
kocht.
li milieu.
VAN BRANDSTICHTING VRIJGESPROKEN
Op 30 Januari j.l. werd een begin van brand
ontdekt ten huize van den pluimveehouder M.
B., wonende aan den Amersfoortschen Straat
weg, te Soesterberg. Buren merkten 's avonds,
te omstreeks 9 uur, een scherpe brandlucht op.
Direct werd de brandweer gealarmeerd, die de
schade wist te beperken tot een verbrand kar
pet, gordijnen en vloer.
De Utrechtsche Rechtbank veroordeelde B.
op 21 April, wegens brandstichting, tot een jaar
en drie maanden gevangenisstraf.
In hooger beroep eischte de procureur-gene
raal bij het Amsterdamsche Hof opnieuw een
gevangenisstraf van een jaar en drie maanden.
Gisteren sprak het Hof verdachte vrij.
De verdediger was mr, J, de Vrieze. j
Over de heele linie vermindering,
behalve bacon en versch
varkensvleesch.
Niet bijzónder opwekkend is het beeld, dat de
uitvoer van landbouwproducten over Juni en
Januari-juni 1931 vertoont. Aan het jongste
maandelijksche overzicht, dat de Nederlandsche
LandbouwJIandelsikamêr naar gegevens van
het Centraal Bureau voor de statistiek heeft
samengesteld, ontleenen wij het volgende.
In het eerste halfjaar was het aantal uitge
voerde paarden iets geringer dan in het over
eenkomstige tijdvak van het vorige jaar
(Januari Juni 1931; 3.746 stuks; Jan/Juni 1930
3.858 stuks).
Slachtvee werd belangrijk minder naar Bel
gië onze éenigste afnemer uitgevoerd. Totaal
•betrok dit land in de afgeloopen 6 maanden
4.232 stuks ter waarde van 321.000 (Jan/Juni
1930 5.870 stuks ter waarde van 531.000).
Ook fok veer vond een minder goeden afzet in
het buitenland in het eerste halfjaar 1931.
Vooral met jongvee was dit het geval. In
het eerste halfjaar 1931 verlieten hiervan 5.475
stuks ter waarde van 810.000 ons land
(Jan/Juni 1930 7.241 stuks ter waarde van
1. 124.0Ö0) Gok in de afgeloopen maand was
de uitvoer van jongvee gering n.l. 216 stuks
(Mei 743).
Varkens werden in Jan/Juni vooral naar
onze Zuidelijke buren geexporteerd n.l. 7.866
stuks van totaal 9.505 stuks ter waarde van
423.000 (Jan/Juni 1930 15.522 stuks). Oök de
uitvoer van schapen liet te wenschen.
In Jan/Juni 1931 bedroeg de export van
pluimvee naar Duitschland -sléchts 416.163
stuks (Jan/Juni 1930: 6313.26). De export naar
België was echter grooter dan in 1930 (392.172).
De uitvoer naar de overige landen was gerin
ger. Totaal verlieten 940.084 stuks ter waards
van 981.000 (Jan/Jpni 1930 1.016.037 ter
waarde van ruim 1 millioen gulden) ons land.
Eveüeens bleef het uitvoer cijfer van geslacht
pluimvee iets bij dat van 1930 ten achter
(Jan/Juni 1931 1.375 ton; Jan/Juni 1930 1543
ton). Van versch varkensvleesch werd ruim
5% millioen K.G. meer uitgevoerd dan in 1930.
Ondanks den grooteren uitvoer nu de waarde
bijna 2 millioen gulden minder was dan het
jaar tevoren. Versch rund- en kalfsvleesch en
sChapevleesch werd in bijna gelijke hoeveelhe
den geexporteerd. De uitvoer van bacön was
in het afgeloopen halfjaar ruim 6.000 ton groo
ter dan in Jan/Juni 1930. Engeland betrok
van de totaaty uitgevoerde hoeveelheid groöt
28.238 ton ter waarde van bijna 184 millioen
gulden (Jan/Juni 1930 22.127 ton ter waarde
van 23.3 millioen gulden 27.963 ton. Ander ge
zouten varkensvleesch en spek verliet eveneens
in grootere hoeveelheden ons" land.
De uitvoer van boter naar Duitschland was
in het afgeloopen halfjaar belangrijk geringer
dan in 1930 n.l. 10.325 ton (Jan/Juni 1930
15.879) Frankrijk nam wel iets meer af doch
de totale uitvoer bleef toch beneden dien in
1930. (Jan/Juni 1931 18.007 ton ter waarde
van bijna 33% milioen gulden Jan/Juni 1930
21.678 ton ter waarde van bijna 33,3 millioen
gulden).
Slechts Goudsche kaas 40 plus werd in het
afgeloopen halfjaar iets meer uitgevoerd. De
oVerige soorten werden in minder groote lioe-
veelËédén in het buitenland afgezet. Dê totale
export was hierdoor eveneens geringer Totaal
verlieten 41.364 ton ter waarde van ruim 26,1
millioen gulden ons land (Jan/Juni 1930
44.031 ton ter waarde van 32,8 millioen gulden)
Gecondenseerde gesuikerde vólle melk werd
in Jan/Juni van dit jaar minder uitgevoerd
(14.847). Gróót Brittannië (4.491), Malakka
(3.883) en Cuba (1.479) waren de voornaamste
afnemers. Ook óndeunelk ging hoofdzakelijk
naar Groot Brittannië (61.660). Hiervan werd
iéts meer uitgevoerd (67.845 ton ter waarde van
bna 13 millioen gulden) Van ongesuikerde
Volié melk werd 11.535 ton geexporteerd.
De uitvoer van melkpoeder was geringer dan
ifi Jan/Juni.
Onze Oostelijke buren (32.056) en Groot
Brittannië (13.396) waren in de eerste zes
maanden van dit jaar de belangrijkste afne
mers van onze eieren. Totaal verlieten 47.675
ton ter waarde van bijna 28 millioen gulden ong
land (Jan/Juni 1930 47.259 ton ter waarde
v&n bijna 31% millioen gulden).
De uitvoer van granen bleef ongeveer ge
lijk aan die van 1930. Erwten werden in onge
veer gelijke hoeveelheden geexporteerdboonen
vonden een iets grooter afzetgebied In het
buitenland-
Koolzaad, kanariezaad en graszaad werden
in en gröoteré hoeveelheid uitgevoerd; de
andere soorten minder.
Totaal verlieten 54.766 ton uien en sjalotten
ter waarde van bijna 2% gulden ons land
(Jan/Juni 1930 51.387 ton ter waarde van ruim
2 millioen gulden) Groot Brittannië betrok
•hiervan 36.128 ton.
De uitvoer van kleiaardappelen bedroeg in
Jan/Juni 53.526 ton ter waarde van bijna 3
millioen gulden (Jan/Juni 1930 180.662 ton
ter waarde van ruim 4 millioen gulden)
Veen- en zandaardappelen werden ecihter
•meer uitgevoerd n.l. resp. 43.222 en 83.778 ton.
Footardappelen ontmoetten een hetere vraag
in het buitenland dan in 1930 n.l. 20.180 ton ter
waarde van 1.121.000 (Jan/Juni 1930 14.620
ton ter waarde van 513.000). Aardappelmeel
verliet in het afgeloopen jaar in een mindere
•hoeveelheid ons land dan het jaar tevoren
(40.085 ton ter waarde van bijna 4 millioen gul
den Jan/Juni 1930: 49.013 ton ter waarde van
bijna 5% millioen gulden). Groot Brittannië
(100.733) was in Jan/Juni de belangrijkste af
nemer van strookarton. Hiervan verlieten
116.456 ton ter waarde van 9 millioen gulden
ons land (Jan/Juni 1930 131.980 ton ter waarde
van ruim 12% millioen gulden). De uitvoer van
suiker was zeer gering vergeleken met het
vorige jaar. Slechts 11.669 ton ter waarde van
1.211.000 gld. verlieten ons land (Jan/Juni 1930
42.216 ton tér waarde van 5.273.000).
Van onzen K-correspondent-)
BRANDEN.
VermoedeJyk door een lek in den schoorsteen
is die boerderijvan J. Nijkof te Geesteren, ge
meente Tubbergen, tot den grond afgebrand.
Ook de inboedel en landbouwgewassen gingen
in de vlammen op. Alleen het vee en kippen
konden gered worden. Alles was laag verzekerd.
Te Nuenen is de woning van A. van Hout
totaal afgebrand. Oorzaak onbekend.
Te Zuiidzaode bij Oostburg is de bakkerij
met schuur van Jansen afgebrand. De schade
wordt door verzekering gedekt. Oorzaak onbe
kend.
Te Ondierdeodam (Gr.) in tengevolge van
hooibroei een boerderij, staande naast hiet kan
tongerecht, afgebrand.
Te Haren (Gr.) is de boerderij van den hoer
M. Holtkamp afgebrand. Van den inboedel werd
niets gered. Ook hier wordt de oorzaak aan
hooibrpei toegeschreven.
Het is nog maar een goede twee jaar gele
den, dat het grootste deel van de Nederlandsch-
Indische dagbladpers en met name de Bata-
vlasche, een gerégelde campagne voerde tegen
den Volksraad. Vooral de inmiddels overleden
hoofdredacteur van Het Nieuivs van den Dag,
de diehard Karei Wybrands, wiens „K.W." in
heel Indië bekend en een generatie lang 'n
symbool en een leus was, maakte er een taak
van, den Volksraad •belachelijk te maken als
een buiten de samenleving staand, overbodig
en dwaas instituut, een grotesk kletscollege,
dat niet de geringste aandacht verdiende van
het ernstige, werkende deel van good old
indië.
Zelfs kon het toen nog gebeuren, dat die
pers vreeselijk gepikeerd, dat zij in den Volks
raad terloops gelaakt werd vanwege haar hit
send gestook tegen alles wat naar Inlandsche
beweging zweemde en vanwege haar blijkbare
animositeit tegen den Volksraad, met plechtige
verklaringen vol edele verontwaardiging het
college boycotte en noch beschouwingen noch
verslagen van het werk in den Volksraad meer
zou opnemen. Dit hoogtepunt werd tevens het
keerpunt. Na enkele dagen reeds zag het meest
•bezonnen deel der krantenschrijvers in, dat ze
zichzelf blameerden, en het was Het Bata-
viaasch Nieuwsblad, welks hoofdredacteur de
meest politieke was, dat het eerst en voor
goed over stag ging.
Geen beter bewijs voor het snelle ontwik-
kelingstempo van de Indische politiek dan de
sprongsgewijze toename van het aanzien van
den Volksraad en van de publieke belangstel
ling ln zijn doen en laten. Er 18 geen mensch
meer, die zijn waarde en beteekenis voor de
ontvoogding van het koloniale deel van het
rijk onderschat, veel minder ridiculiseert. Ge
lijk zooveel Ihebben de „koloniale Nederlanders''
Ook deze schepping moeten accepteeren als een
noodwendige vordering van den nieuwen tijd,
en voortaan -laten ze ongehinderd zijn gang
gaan wat niet meer te stuiten is, nadat zelfs
Colijn in een poging daartoe faalde.
Iets van den koninklijken luister van den
HaagS'Ohen derden Dinsdag in September was
te aanschouwen in het onderkoninklijk ver
toon van den 15den Juni te Batavia, toen voor
de laatste maai de Gouverneur-Generaal jhr.
mr. A. C. D. de Graeff den Volksraad opende,
die dezen keer na velerlei stagnatie in verkie
zing en benoeming eindelijk weer nieuw was
samengesteld.
Steeds grooter wordt ln het Hertogspark en
langs den weg dié van het paleis daarheen,
leidt, de belangstelling van het pu/bllek, wan
neer de onderkoninklijke calèche den Land
voogd en den luister van het in hem verte
genwoordigde gezag in schittering van goud en
zilver voor-bijdraagt. Het groot tenue van het
eére-escorte, de amfotecostames van de Raden
•van Indië die in de binnengalerij van 't Volks-
raadsgabouw de komst van den landvoogd af
wachten, om hem al den tijd van zijn aanwezig
heid, zelfs terwijl de commissie van ontvangst
uit de leden hem naar den hoogstgerugiden ze
tel geleidt, te omstuwen en die tijdens de
openingsrede op het verhoog pralen als het Ze
vengesternte in den afglans van de Zon; de
costuums van de Directeuren van Algemeen
Bestuur, die weinig voor die der Edélheeren
onderdoen; de staatsieunifonmen van hoofd- en
opperofficieren, van den legercommandant en
den vlootvoogd, van de consuls en consuls-ge-
neraail der mogendheden; de pakeans deftig der
nlet-offlcieél gekleede leden en genoodigde
gasten; de schitterende toiletten der verge
zellende dames en niet het minst de pracht-
kleedij van Inlandsche Rijksgrooten en regen
ten, dit alles maakt diepen indruk op het voor
staatsie zoo gevoelige Oostersohe gemoed, dat
zich ook niet geneert dit gevoel te toonen in
een houding en blik van eerbiedige ingeto
genheid.
De landvoogdelijke stoet rijdt voor. De eerste
maten van het Wilhelmus weerklinken en in
de zaal hebben alle aanwezigen zich tegelijk
met den voorzitter van hun plaatsen verhe
ven.
Aller aandacht is gespitst:
Boe izal Zijne Excellentie „zijn" bij deze
laatste opening? Wat zal er allemaal in de
openingsrede staan? Waar zitten de leden en
groepen van den nieuwen Volksraad?
Zijne Excellentie was strak vormelijk, maar
daaronder was duidelijk voelbaar een groote
matheid; de rede wTas een zeer gelijkmatig
voorgedragen opsomming van treurige feiten
en uit niets bleek dezen keer dat ze gezien
waren a travers un tempérament. Het was een
compositie in mineur, met een enkele poging
naar een majeurmodulatie n.l. daar waar de
landvoogd zijn. vaste vertrouwen uitsprak in
de toekomst van Indië, dat heerlijk herbloeien
zal na de depressie. Een voordeel is het in
ieder geval, dat de ernst van den economise hen
toestand ook niet voor het kleinste deel ver
bloemd werd. Slechts de cijfers spraken. Het
politieke deel, waarin bij vorige gelegenheden
•da prikkels hun oorsprong namen, was zeer
kort en effen. Van belang was de vaststelling,
dat /ie politieke differentiatie zich hoe langer
hoe meer raciaal voltrekt. De afbraak van
het P. E. B.systeem is wel volkomen. Het
•merkwaardigste verschijnsel ls, dat de V- C. die
deze radicale afscheiding een krachtigen stoot
gegeven heeft, in haar radeloos zoeken naar
een positieve houding, het nog eena met asso
ciatie schijnt te willen gaan protoeeren. En
dat met den door haar uitgeholden P. E. B.
voor Oogen!
Intusschen wandelen 5 V. C.-ers den nieuwen
Volksraad binnen in sterkte slechts 'overtrof
fen door het I. E. V. die 6 zetels bezetten. Wlie
indertijd mijn brief over de Volksraadaverkie-
zingen gelezen heeft, zal constateren, dat geen
benoemingen werden gedaan ten bate van
deze twee groepen. .Dat was ook waarlijk niet
noodig, vooral als men bedenkt, dat onder de
4 benoemde leden van de Boon. Groep de V. C.-
«ympathieën behoorlijk vertegenwoordigd zijn.
De Katholieke groep werd door de benoemin
gen van 1 op 3 gebracht, met dien verstande,
dat voor de IKP één en voor de Javaansohe
Katholieke politieke organisatie (P. P. K. D.)
eveneens een lid benoemd werd. Voor de IKP*
heeft in de komende periode als benoemd lid
zitting de heer Pastoor. Deze benoeming was
een verrassing. De verwachting was, dat de
heer Kerstens of de heer Brokx benoemd zoii
worden. De regeering vermeed echter alle be
tutteling door eenvoudig de partijlijst te vol
gen volgens welke het eerst de heer Nessel
burgemeester van Palembang aan de beurt
•was. Naar verluidt wilde deze echter alleen
dan opnieuw zitting nemen in den Volksraad,
ais hij tegelijk 'n burgemeestersplaats in West-
Java kreeg. Dit bleek onmogelijk en zoo be
reikte tenslotte de heer Pastor als no 3 van de
lijst den zotel, die in het afgeloopen jaar van
heel wat actie en reactie de inzet was.
Het inlancLscvhe Katholieke lid. de /boer Ka«,
mo, is in het politieke leven van Indië buiten
zijn eigenlijke organisatie tot dusver vrijwel
een onbekende geweest. Dit behoeft niet nood
zakelijk een nadeel te zijn. Soms zelfs is het een
uitgesproken vootdeei. Ik hoop mijn lezers
over hem, zijn organisatie en hun idealen
nog wel eens meer te vertellen.
Als lid van het College van Gedelegeerden
werd voor de Katholieke groep de heer Monod
gekozen. Die is daarmee tevens tot aanvoer
der der fractie aangewezen. Laten we hopen,
dat er inderdaad leiding van hem zal uitgaan
en dat hij een duidelljken doeltoewusten pas
voor de Katholieke politici markeeren zal.
EEN ONGENEESLIJK VERKLAARDE
MORPHINIST TOCH GENEZEN.
Door de Rechtbank te 's Gravenhage werd
op 29 Augustus 1929 een 30-jarig koopman, die
terecht had gestaan wegens flesschen-tirekkerij,
ontoerekenbaar verklaard, en zijn plaatsing in
een krankzinnigengesticht voor den tijd van
één jaar bevolen. Dit vonnis was gegrond op
een verklaring van de deskundigen dat de ver
dachte zoodanig aan morphine was verslaafd,
dat kans op genezing moest worden uitgesloten.
De patient werd in het gemeenteziekenhuis
te '6 Gravenlhiage ter verpleging opgenomen,
alwaar men er in slaagde, door geleidelijke ont
houding van dit middel hem in een tijdsverloop
van acht maanden radicaal te genezen.
Daarna kwam de man van het vonnis in
hooger beroep. Door verschillende omstandig
heden werd öe zaak telkens uitgesteld, zoodat
eerst "Woensdag de behandeling ln hooger be
roep Voor het Haagsch Gerechtshof plaat® vond.
Door den procureur generaal waren als des
kundigen gedagvaard Dr. G. C. Bolten en Dr.
C. L. de Jong die den patiënt gedM/ren-de zyn
verblijf in 'het ziekenhuis behandelden. Een
parig waren beiden van meening dat de man,
thans als volkomen hersteld, moest worden
aangemerkt en'dat kans op terugvallen in zijn
vroegere .gewoonte naar hun oordeel niet be
stond.
De procureur-generaal meende naar aanlei
ding van deze deskundigen-rapporten en verkla
ringen vernietiging va.n het vonnis te moeten
vragen, terwijl er voor de regeering z.i. geen
aanleiding meer was zich verder met den verd.
te ocoupeeren.
Verdachte zelf zeide zich thans een geheel
ander mensch te gevoelen. Door een a.1 te groote
vrijheid, welke in een DUi tsch ziekenhuis waar
Ihij in 1924 verpleegd werd, was hij tot het mis
bruik van het verdoovlngismlddel gekomen.
Sinds zijn ont"flag uit het ziekenhuis voelt hij
zich volkomen normaal.
Het Hof zal heden uitspraak doen.
Weer een slachtoffer.
Te Hengelo beging mej. B. de onvoorzichtig
heid het haar met benzine te wassoheh ter
wijl een 'brandend theelichtje in haar nabijheid
stond. Op tti gegeven moment vloog het haar
in brand. Op haar hulpgeroep schoten buren
toe die door middel van dekens de vlammen
wisten te dooven. Met ernstige brandwonden
werd het slachtoffer naar het ziekenhuis over
gebracht wiaar het gisteren ja overleden.
Men meldit ons uit Amsterdam:
Het verzoek van den commissaris van poli
tie in de Xle sectie om inlichtingen omtrent
den vermoedelijk Heer geheeten persoon, die
in dtê maand Mei 1.1. in een café aan het Rokia
gelogeerd en daar eenig ondergoed achterge
laten heeft, is tot nu toe zonder resultaat ge
bleven. De beilangistelling vara de politie in
dezen man houdt, naar men weet, verband met
den 4 Mei 1.1. gepleegden moord op het Rokte,
hoewel in het geheel niet vast staat dat Heer
daaraan op eenigerlel wijze debet is. Wel
komen bij de politie van het bureau Singel nog
iederen dag verdachtmakingen binnen over
versdliillende personen. Hoewel van de meeste
deper mededieelingen soms dadelijk kan worden
aangenomen dat zij waardeloos zijn, wordt
toch eilt daarvan zorgvuldig nagegaan, zoodot
het aantal zypaden dat de politie in het onder
zoek van deze zaak betreedt, zeer aanzienlijk is.
Twee inzittenden levensgevaarlijk
gewond.
Gisterenavond omstreeks 8 uut reed een auto
te Wtedesheim nabij Zwolle met volle kracht
tegen een boom De auto werd totaal vernield.
Beide inzittenden, de lieer T. uit Zwolle en een
student utit Zandvoort, werden levensgevaar
lijk gekwetst en in beivustel(>oz"n toe-stand per
ziekenauto overgebracht naar het Sofia Zie
kenhuis te Zwolle.
Twee gewonden.
Tusschen Muiden en Diemen hebben gister
middag een motorrijder en een passagier, die
op de duo .zat een ernstigen val gemaakt. Ter
wijl beiden resp. met een samengestelde been
fractuur en een ernstig gewonden voet op de
straat lagen, passeerden juist enkele van een
•begrafenis te M-uiderberg terugkeerende rouw-
auto's. In een der wagens be-vond zich Dr. S.
J. Philips te Amsterdam, die den slachtoffers
dadelijk te hulp kwam. De aard hunner ver-
wendingen gaf hem aanleiding te advisee-
sen beiden in de lijkauto naar het Burgerzie-
kenihuis te Amsterdam te doen vervoeren. Ee*
inmiddels uit Muiden gearriveerde geneesheer
die verbandmiddelen bij zioh had, heeft de ve»
dere zorg der gewonden op zioh genomen,