DAT IS DE GROOTE WINST
'N SOMBER VERLEDEN AFGESLOTEN
IN EN OM MANDSJOERIJE.
Geeft aan de wereld den vrede weer!"
NOOIT MEER OORLOG!
REVOLUTIONNAIRE
PLANNEN
'n Tweede Serajewo?
GOEDE VOORNEMENS
MOSKOU'S OFFENSIEF.
DINSDAu ?9 SEPTEMBER 1931
briand
AANKOMST TE BERLIJN.
„Vive la Paix! Nie wieder krieg!"
FRANKRIJK VOLDAAN OVER DE
ONTVANGST.
EEREBANKET EN RECEPTIE.
BIJ PRESIDENT HINDENBURG.
BEROEP OP DEN RECHTVAARDIGHEIDSZIN
- DOOR CHINEESCHE PROFESSOREN
Herriot voorzitter der voorbereidende
commissie?
Geneefsche beraadslagingen.
DE ORDERS DER UDE PLENAIRE
ZITTING DER SOVJET-
INTERNATIONALE.
ARRESTATIES TE LEMBERG.
WEER BLOEDIGE BOTSINGEN IN
GRAN CHACO.
DE ,.GRAF ZEPPELIN" TERUG.
De start is goed geweest
ONTROERENDE GESTE VAN
Toch is het, voor Duitschland zoowel als
voor Frankrijk, een moment van geweldige
ontroering geweest, toen Laval en Briand de
grens, waar enkele jaren geleden zoo vee!
bloed voor de verdediging der landen gevloeid
is, overschreden.
Tooh is de begroeting op het station van
Berlijn een oogenblik geweest, waarop in de
geesten van alle aanwezigen de herinneringen
aan 't verleden, al zij het slechts voor enkele
minuten, door de gedachten aan de toekomst
verdrongen moeten zijn.
De staatslieden, die elkaar daar de hand
dmkten, begrepen, dat hun geste een wereld-
beteekenis had; voor het lot van Europa be
slissend kon zijn.
Laval en Brüning hebben daar ongetwijfeld
aan een incidentje van enkele weken geleden
teruggedacht. Briand was ernstig vermoeid,
de Fransche reis naar Berlijn, welke nog vóór
de volkenbondsvergadering zou plaats hebben,
moest uitgesteld worden.
Parijs verwachtte teleurstelling in Duitsch-
land; een breuk In het moeizame, zorgvuldig
voorbereide, uiteraard langzame werk der toe
nadering. En toen stelde Laval een daad,
welke in het rumoer der crisisgerudhten te
weinig opgemerkt werd, doch in Berlijn zelf
plotseling deed begrijpen, dat de Fransche
staatslieden ernstig naar de pacificatie streef
den. Een overtuiging welke nadien in de re-
geeringsdaden duidelijk gesproken heeft en
ook een adaequate verklaring van Curtius' op
treden te Genève geeft.
Laval liet den Duitscben gezant te Parijs
bij zich komen en verzocht dezen Brüning te
Berlijn aan de telefoon te vragen. De leiders
der twee rijken hebben toen samen gesproken,
een gebeurtenis, welke wel eenig in de geschie;
denis der Fransch-Duitsche betrekkingen is.
Wat daar gezegd werd, is niet bekend gewor
den, maar door dit telefoongesprek is een zeer
persoonlijke verhouding tusschen de twee
menschen Laval en Brüning geschapen, welke,
nu zij als staatslieden tegenover elkaar staan,
een bevruchtend-en invloed op hun besprekin
gen zal uitoefenen.
De zuiver mensohelijke zijde van dit bezoek
heeft wellicht grooter beteekenis dan de be
sluiten, welke te Berlijn voor de economische
samenwerking getroffen zullen worden. Beide
zijn noodzakelijk, maar de goede verstandhou
ding zal ten slotte de bindkracht zijn, welke de
eeuwenoud© tegenstellingen zal overbruggen.
Daarom ook is de echt mensohelijke geste
van Briand, om buiten het officieele program
om bloemen op bet graf van Stresemann te
gaan strooien, door breede lagen der Berlijn-
sche bevolking zoo diep gewaardeerd. Het was
een vriendschapsdaad, welke tot de volksver
beelding spreekt, te meer waar zij gesteld
werd zonder uiterlijk ophef, op een oogenblik,
dat de pers geheel door een onderhoud met La-
val in beslag werd genomen.
Er moest, het kon onder de huidige omstan
digheden moeilijk anders, een zekere gereser
veerdheid over de ontvangst der Fransche
staatslieden te Berlijn liggen. Maar de zoo
zeer gevreesde betoogingen van uiterst rechts
en links zijn geheel achterwege gebleven. Zelfs
de koelheid, welke men verwachtte, heeft voor
een zekere sympathie plaats gemaakt, welke
door de Parijsche pers hoogelijk gewaardeerd
wordt. Men vraagt zidh zelf af, of het noodig
geweest Is, dat het publiek, hetwelk bij de
aankomst van Laval en Briand was toegela
ten, „drie dubbel gezeefd" werd. De sponta
neïteit, waarover de Fransche bladen zich ver
heugen, zou waarschijnlijk nog duidelijker tot
uiting zijn gekomen.
De zekerheid, waartoe men reeds gisteren
in Fransche en Duitsche kringen was geraakt,
dat dit bezoek tot verrassende resultaten zal
leiden, vindt ongetwijfeld baar vasten grond
slag in de door de beide volken warm toege
juichte vastberadenheid van de leiders der
naties om eindelijk de reeds zoovele jaren in
geleide toenadering tot een duurzaam effect
op te voeren. Op bet graf van Stresemann zal
Briand den weg gezien hebben, welke reeds is
afgelegd. En hij zal bevonden hebben, dat meer
bereikt is, dan de hoogste optimisten reëel
konden verwachten. Gisteren hebben de Fran-
schen ervaren, gelijk Brüning en Curtius en
kele maanden geleden te Parijs, dat de twee
volken dichter bij elkaar stonden, dan men uit
de vaak fel-bewogen perspolemieken en zelfs
uit enkele redevoeringen van politici zpu op
maken. Dat is de groote winst der Fransch-
Duitsche toenaderingspolitiek, eenerzijds van
Erzberger tot Brüning, anderzijds door Briand
en zijn vele vrienden gevoerd.
Daarom klinkt er ook zoo'n toon van warme
hartelijkheid In de tafelspeeohes, door Brü
ning en Laval gehouden. Zoo spreken geen
mannen, die alleen bij elkaar gekomen zijn om
zaken te doen, om economische problemen naar
het beginsel: do ut des op te lossen. Er ligt
ook de belofte in, dat de groote vraagstuk
ken onder het bijzondere aspect der nauwe
saamhoorlgheid, der innerlijke verbondenheid
behandeld zullen worden.
Zelfs het bezoek, dat de Fransche staatslie
den aan den president der Duitsche republiek
von Hindenburg, op eigen verzoek, gebracht
hebben, past volkomen in het kader der vriend
schap. Ook daardoor wordt een somher ver
leden afgesloten, wordt een misgreep der oor
logspsychose goedgemaakt.
Franschen en Duitschers geven zich niet
aan hoog-gestelde verwachtingen over; dit
zeggen zij ten minste. Maar zij weten, dat dit
maal de start goed geweest is, ze weten bo
vendien, dat een mislukking hunner pogingen
de wereld in een nieuw pessimisme zou dom
pelen, terwijl tastibare successen het vertrou
wen zullen aanmoedigen tot volkomen herstel.
BERLIJN, 27 September. Reeds vóór achten
vanochtend was Unter den Linden door sterke
politie-afdeelingen afgezet.
Om 8 uur 40 rolde de trein met de Fransche
ministers het station binnen waar de Duitsche
rijkskanselier dr. Brüning en de rijksminister
van büitenlandsche zaken dr. Curtius. de gas
ten uit Parijs opwachtten en hartelijk verwel
komden.
De Fransche en Duitsche ministers begaven
zich langs de krachtige politieafzetting per
auto naar hotel Adlon. Uit de menschenmenig-
te klonken de roepen „Vive la Paix!" en „Nie
wieder Krieg". Het is nergens tot incidenten
gekomen.
Toen om kwart voor negen de auto's met de
ministers kwamen aanrijden, bracht het pu
bliek dat op den prachtigen herfstochtend in
groote massa's de straten vulde, den gasten
luide ovaties. De wagens der ministers wer
den voorafgegaan door eenige auto's met po
litiemannen.
De Duitsche ministers begeleidden hun gas
ten tot den hall van het hotel, waarna de hee-
ren afscheid namen, om naar hun eigen wo
ningen terug te keeren.
Minister-president Laval verscheen eenige
malen voor een geopend venster, terwijl Briand
zich achter een gesloten venster vertoonde.
Tegen kwart voor tien verschenen de beide
ministers eenige oogenbllkken op het balcon.
„Geef aan de wereld den vrede!" riep de me
nigte den ministers toe.
Laval wuifde d« menigte met een zakdoek,
toe, Briand, zichtbaar ontroerd, grootte met de
hand en klapte zelfs in de banden om van zijn
instemming met bet vredesgejuich te doen
blijken.
Briand naar het graf van
Stresemann.
Gedurende bet onderhoud van Laval met de
pers, begaf Briand zich, vergezeld van den
Franschen gezant, Poncet, en den chef van het
protocol, naar het graf van Stresemann.
Na een krans witte crysanthen met een
blauw-wit-rood lint op het graf te hebben neer
gelegd, schreed Briand alleen de treden van
het grafmonument op en bleef eenige minuten
diep geroerd staan.
DE EERSTE BESPREKINGEN.
deze herinnering mag geen beletsel zijn, om
uit de erkenning, dat een Fransch-Duitsche
samenwerking onontbeerlijk is, om de econo
mische orde van Europa en de geheele wereld
van een dreigende ineenstorting te redden, de
noo-dige consequenties te trekken.
Met het oog op den ernst en het belang van
de gemeenschappelijk door ons te verrichten
taak, mogen wij ons echter niet verhelen, dat
nog een lange en moeilijke weg moet worden
afgelegd, om ons beider doel te bereiken.
Antwoord van Laval-
De Fransche minister-president Laval beant
woordde de tafelrede van dr. Brüning door
zijn dank uit te spreken voor de hartelijke ont
vangst, die zoowel hem als Briand was bereid.
Briand en ik zijn nadr Berlijn gekomen met
de bedoeling, waarvan de Rijkskanselier zoo
juist gesproken heeft. Wij wilden niet alleen
een beleefdheidsdaad verrichten door uw vrien
delijke uitnoodiging aan te nemen.
Sedert twee maanden is de economische toe
stand der wereld zonder verbetering gebleven.
Wij wilden den draad der besprekingen, die
we in Londen zijn begonnen en te Parijs heb.
ben voortgezet, in deze schoon© hoofdstad
weer opvatten.
De huidige crisis eischt buitengewone in
spanning van aile staatslieden, wederzijdsche
goeden wil en samenwerking. Slechts dan kan
het gevoel van vertrouwen, wonder hetwelk
geen credieten, geen ruil van goederen, geen
vruchtbaar werk en geen hulp In de huidige
crisis mogelijk is, hersteld kunnen worden.
Minister-president Laval eindigde zijn rede
met het uitbrengen van een dronk op het
slagen van den gemeensohappelijken arbeid.
Eerste resultaten: een economische
commissie-
Zondagnamiddag om half 5 zijn in de rijks
kanselarij de besprekingen tusschen de verte
genwoordigers der Duitsche regeering eener
zijds en Laval en Briand anderzijds aangevan
gen. Zij duurden tot kwart voor zeven.
Het resultaat van de heden gehouden confe-
reute i®, dat mem het iin beginsel een® is ge
worden over de vorming van een nlet-politieke
adviseerende Fransch-Duitsche commissie.
Deze zal worden samengesteld uit vertegen
woordigers der regeerimigen en der nijverheid,
zoowel werkgevers als werknemers. Zij zal
zoeken naar methodes voor het verbeteren der
economische betrekkingen tusschen de beide
landpn.
De commissie zal volgens de Fransche plan
nen in haar economische besprekingen ook het
verkeersvraagstuk behandelen o.a. de zee- en
luchtvaart.
Toespraken van Bruening en Laval.
Ter eer® van het bezoek der Fransche minis
ters aan Berlijn bood de Duitsche 'rijkskanse
lier dr. Brüning zijn Fransehen gasten Zondag
avond een diner aan, dat gevolgd werd door
een receptie.
Behalve alle leden van het gezelschap der
Fransche ministers en alle leden van het rijks-
kabinet waren bij het dineT aanwezig de leden
van het presidium van den rijksdag, vertegen
woordigers van den rijksraad, eenige leden
van den rijksdag en eenige hooge ambtenaren,
voornamelijk van bet rijksministerie van
büitenlandsche zaken.
Tijdens den maaltijd werden door den
Duitscben rijkskanselier en dan Franschen
minister-president tafelredevoeringen uitge
sproken.
Rede van dr. Bruening.
Namens de rijksregeering heette dr. Brüning.
Laval en Briand hartelijk welkom en sprak
zijn oprechten dank ervoor uit ,dat de beide
gasten aan de uitnoodiging gevolg hadden wil.
len geven, om de hoofdstad van het Duitsche
rijk te bezoeken.
I-n diezen zorgen vollen tijd is reeds lang de
erkenning gemeen goed geworden, dat Europa
slechts door doelbewuste en verstandige samen
werking van alle landen, em slechts door snelle
en wederzijdsche hulp, voor de ergste ellende
en voor een blijvende catastrophe bewaard kan
blijven.
Voor de beteekenis van de Fransch-Duitscbe
betrekkingen voor alle leidende volken is geem
nader bewijs noodig. De geheele wetrold is
hiervan op de hoogte.
Thans kan ik met instemming van de ge-
heele wereld uitdrukking geven aan de over-
tuiging ,die Ik eenige maanden geleden aldus
formuleerde, dot een werkelijk evenwichtige
en vruchtbare samenwerking der Europeesche
volken em de voor een nieuwe wereld nood
zakelijke economische ontwikkeling en stabi.
lisatie van don Europeeschen vrede slechts ver-
zekerd zullen zijn op dein dag, waarop bij de
twee groote buurstaten, Frankrijk en Duitsch
land, het verleden ook naar den geest vergeten
is em de blik gemeenschappelijk gericht wordt
op de geestelijke, economische en politieke toe
komst.
Wij weten, dat de herinnering aan het ver
leden onedndig veel bevat, dat verdeelt. Maar
En dankbaar gestemd....
CORRESPONDENT). Men kan gerust zeggen,
PARIJS, 28 September. (VAN ONZEN
dat geen ministersreis met zulk een belang
stelling gevolgd werd als thans mot de reis van
Laval en Briand naar Berlijn.
Het zij even aangestipt, dat hier niemand
ook maar eon oogenblik gedacht heeft, dat
Berlijn de beide Fransche bewindsmannen niet
zeer correct zou ontvangen. Het lawaai, dat
de Duitsche nationalisten gemaakt hebben, om
de reis te voorkomen, heeft hier geen oogen
blik indruk gemaakt. Wel hebben enkele ultra-
nationalistische bladen de vijandige persstem-
men zoeken te exploit-eeren, om de reis te doen
opschorten, maar ze wisten bij voorbaat, dat
die poging zou mislukken. Laval is er niet de
man naar, om zich door een agitatie te laten
beinfluenceeren.
Nu echter het onthaal te Berlijn zoo buiten
verwachting enthousiast is geweest, wordt dit
door die zelfde ultra-nationalistische pers
frank erkend en het eenige wat men er nog
aantreft is de waarschuwing, dat men niet
moet verwachten, dat met deze ontmoeting de
Fransch-Duitsche verhoudingen als bij toover-
slag zullen worden opgeklaard.
Over de geheele linie wordt echter erkend,
dat de ontvangst „meer dan correct" is ge
weest en de pers, die de noodzakelijkheid van
toenadering erkent, legt op de wijze waarop
Berlijn de Fransche gasten ontvangen heeft
den nadruk, om er uit af te leiden, dat thans
wel blijkt, dat de atmosfeer voor de onderhan
delingen gunstig mag worden genoemd.
De Fransche minister-president Lava! en de
minister van büitenlandsche zaken, Briand,
werden gisterochtend om half elf door den rijks
president ontvangen. Zij waren vergezeld door
den Franschen ambassadeur Francois Poncet.
Voor het hotel „Adlon" en het presidentieel
paleis hadden zich eenige honderden personen
verzameld. De afzetting door de politie was
sterk verminderd.
Het bezoek duurde 10 minuten; om kwart
voor elf keerden de ministers in hun hotel
terug.
De Fransch-Duitsche commissie
Na uitvoerige diplomatieke voorbereiding
it, thans overeengekomen een interministe-
rieele commissie te benoemen, die een regee-
ringscommissie zal zijn en bestaan zal uit
leden van de beide regeeringen.
Verder zullen vertegenwoordigers van het
economische, financieele en sociale leven wor
den gehoord, telkens als dit noodzakelijk zal
blijken.
De commissie vergadert te Berlijn of te Pa
rijs, waarbij afwisselend een Duitscher en
een Franschman het voorzitterschap zullen
waarnemen
Verder wordt een generaal-secretariaat in
gesteld, dat toezicht houdt op de organisatie
van de oommissie.
De commissie zal zich in de eerste plaats
bezighouden met de economische vraagstuk
ken, waarbij beide landen belang hebben.
De commissie zal oa. bet kartelvraagstuk
behandelen en voorts de algemeens vraag
stukken voor de ontwikkeling van het econo
mische leven, den handel en het verkeer.
Verder wordt overwogen, geen eenzijdige
Dultsoh-Fransche o ereenkomsten tot stand
te brengen, doch binnen bet kader van de be
staande internationale overeenkomsten te
blijven.
POLEMISCHE GEDACHTEWISSELING
VOOR DEN VOLKENBONDSRAAD
GENèVE, 28 September (VAN ONZEN COR
RESPONDENT) De volkenbondsraad is van
middag wederom bijeen geweest voor de bespre
king van het conflict tusschen Japan en China.
Bij den aanvang der zitting drukte de raads
voorzitter Lerroux zijn leedwezen uit over den
aanslag tegen den Chineescken minister vaD
büitenlandsche zaken Wang.
Yoshizawa sloot zich bij deze verklaring aan,
waarna de Chineesche gedelegeerde Sze beiden
bedankte.
Lerroux meende, dat de aanslag grootendeels
te wijten was aan tendentieuse persberichten
over de besprekingen van Genève en richtte een
aansporing tot de geheele pers om een rustig
en objectief beeld van bet hier besprokene te
geven.
Japansche dank.
Hierop ving wederom de gedachtenwisseling
in 'n meer polemiscben vorm tusschen China en
Japan aan, waarbij echter met vreugde vast te
stellen was, dat van beide zijden op welwillen
der toon dan verleden week gesproken werd.
Opmerkelijk was ook, dat de Japansche ver
tegenwoordiger Yoehizawa thans voor het eerst
een woord van dank tot den volkenbond richtte
voor diens bemoeiingen in bet belang van den
vrede.
Intusschen vermeed Yoshizawa hierbij dezen
dank flit naam van zijn regeering te betuigen.
Hij sprak in dezen meer voor zichzelf alleen.
Yoshizawa deelde, wat den feitelijken toe
stand betreft, mede dat wederom een verbete
ring in den toestand is ingetreden en dat de
terugtocht der Japansche troepen heeft aange
houden. Hij herhaalde, dat het de bedoeling
van Japan is de troepen geheel naar de spoor-
wegzöne terug te trekken zoodra de toestand
in Mandsjoerije zooveel rustiger is geworden,
dat een volledige terugtocht der Japansche
troepen kan plaats vinden, zonder gevaar voor
de Japansche bevolking in Mandsjoerije.
Chineesche onmacht.
De Japanner dankte de Chineesche regeering
voor haar verklaring, dat zij de volledige ver
antwoordelijkheid voor de veiligheid der Japan
ners na den terugtocht der Japansche troepen
op zich neemt.
Een dergelijke toezegging is echter helaas
onvoldoende, daar er intusschen voorbeelden
uit de laatste jaren bestaan, dat de Ghineesche
regeering niet in alle provincies van haar
reusachtig rijk den toestand geheel beheerscht.
De Japansche regeering moet dus, voordat
zij de troepen geheel terugtrekt, nog op ande
re wijze de zekerheid verkrijgen, dat de Chi
neesche autoriteiten ter plaatse inderdaad in
staat zullen zijn, de orde te handhaven
Een belofte.
De Japansche regeering beloofde ten slotte,
den volkenbondsraad nauwkeurig op de hoogte
te zullen houden van den toestand en van de
getroffen maatregelen voor een spoedige op
lossing van het geschil, doch andere stappen
worden op het oogenblik door Japan onno dig
geacht.
Met deze woorden bedoelde Yoshizawa blijk
baar zijn afwijzing uit te spreken over het
Chineesche voorstel, dat een door den volken
bondsraad benoemde neutrale enquéte-
'14MB
De auto met de Fransche ministers op weg naar Adlon-hotel. Schupo s zorgen voor
de afzetting rond den wagen.
oommissie naar Mandsjoerije zou worden ge
zonden.
Rede van Sze.
Na deze rede van Yoshizawa antwoordde ook
Sze op veel zaohteren toon dan voorheen.
De Ghineesche gedelegeerde verklaarde zich
bereid, niet langer aan te dringen op de zen
ding van een neutrale enquête-oommissie. Hij
hoopte, dat Japan zijnerzijds thans erin zou
toestemmen, dat de volkenbondsraad aan Japan
en China hulp zou verleenen bij hun bespre
kingen over de bespoediging van de ontrui
ming van het door de Japanners bezette gebied.
Een lange discussie, die bijna twee uur
duurde werd toen over dit voorstel gehouden.
Men 'bleek aanvankelijk niet geheel t> begrij
pen, wat Sze eigenlijk ermee bedoelde
De Japanner verklaarde zich bereid, aan zijn
regeering voor te stellen goed te vinden, dat
een commissie, mits uitsluitend uit Ohineezen
en Japanners bestaande, ter plaatse de midde
len voor een zoo spoedig mogelijke ontruiming
zou bespreken.
De Chineesche gedelegeerde verklaarde ech
ter, dat zijn bedoeling is, dat ook neutrale ver
tegenwoordigers van den volkenbondsraad aan
die besprekingen zouden deelnemen en dat
deze commissie dan later aan den volkenbonds
raad verslag zou uitbrengen.
Een bemiddelingsvoorstel.
Wij kregen hier dus weder hetzelfde verschii
van meeming van de vorige week: Japan wil
in geen directe bemoeiing van derde personen
toestemmen, terwijl China uit vrees voor een
Japanschen druk, wanneer het alleen met Ja
pan onderhandelt, den bijstand van den vol
kenbondsraad blijft verlangen.
Ten. slotte trachtte Lord Cecil een bemid
delingsvoorstel te doen aannemen in dezen zin,
dat de onderhandelingen voorloopig alleen
tusschen Japan en China zouden worden ge
voerd, doch dat, indien een overeenstemming
tusschen hen niet te bereiken zou zijn, de
hulp van onpartijdige, door den volkenbonds
raad benoemde, personen zou ingeroepen wor
den.
De partijen spraken zich nog niet uitdruk
kelijk over dit bemiddelingsvoorstel uit. Het
zal opnieuw ter sprake komen in de volgende
raadsvergadering, die waarschijnlijk Woens
dag zal gehouden worden.
Chineesch protest.
De rectoren en professoren van Chineesche
universiteiten hebben een protest gezonden
aan de geheele intellectueele wereld.
In dit protest wordt het volgende gezegd:
„Op het oogenblik, dat wij zwaar getroffeD
worden door de ernstigste overstrooming,
welke het Chineesche volk ooit geheugd heeft,
op het oogeDblik, dat wij ons enorme opoffe
ringen moeten getroosten om het banditisme
te onderdrukken, heeft de regeering te Tokio,
profiteerende van onze ongelukkige omstan
digheden en onder valsehe voorwendsels, ver
schillende punten in ons gebied, militair be
zet.
Verrast en ontroerd doen wij een beroep op
den rechtvaardigheidszin en op bet gevoel
voor menscbelijklieid /an de geheele intellec
tueele wereld en protesteeren tegen de ge
welddaden van het Japansche leger, waardoor
de onlusten nog verbreid worden, die ernstige
gevolgen voor den wereldvrede zullen hebben.
Het nationale gevoel van onze verbitterde
jeugd zou aan de revolutionnaire elementen
een vermeerdering van macht kunnen geven.
Gegeven de groote verscheidenheid der be
langen in China van de mogendheden, welke
toch ook weer nauw verbonden zijn, is het te
vreezen, dat de Japansche bezetting een tweede
Serajewo zal worden'
Do eerste onderteekenaar is de oud-minister
van onderwijs, Tsai Juan Pei, oud-president
van de kamer van toezicht.
De aanslag op minister Wang.
NANKING, 28 September (R.O.) Het leven
van Wang, den minister van büitenlandsche
zaken, loopt geen gevaar. Hij is naar zijn wo
ning overgebracht, welke op bevel van Tsjang
Kai Sjek streng wordt bewaakt. De bewakings-
troepen hebben bevel ontvangen, op ieder te
schieten, die een poging waagt om met geweld
toegang te verschaffen.
De aanvallers zijn afkomstig uit Sjanghai.
Een andere groep van 2000 man was onder
weg, doch hun trein zou zijn aangehouden,
waarop zij zijn gevlucht.
Ook Japan protesteert.
SJANGHAI, 28 September. (\.D.) Uit To
kio wordt gemeld, dat de Japansche minister
van büitenlandsche zaken den Chineeschen
ambassadeur een nota heeft doen toekomen
voor zijn regeering te Nanking, waarin ge
protesteerd wordt tegen Chineesche uitspat
tingen tegen bet Japansche bezettingsleger
in Mandsjoerije.
De Japansche minister van büitenlandsche
zaken heeft een onderzoek geëisebt en heeft
bij herhaling met strenge tegenmaatregelen
gedreigd.
De a.s. ontwapeningsconferentie en het
Italiaansche voorstel
Het Parijsche blad „l'Oeuvre" meldt, dat
lord Robert Cecil namens den volkenbond
Herriot heeft uitgenoodigd, het voorzitter
schap van de voorbereidende commissie van
de ontwapeningsconferentie op zich te nemen.
Men vermoedt, dat Herriot dit aanbod zal
aannemen.
GENEVE, 28 September. (V.D.) De tot nu
toe gedane pogingen om in de betreffende
redactiecommissie tot overeenstemming te
komen over het Italiaansche voorstel om ge
durende één jaar do bewapening stop te zet
ten, werden heden in de plenaire zitting van
de ontwapeningscommissie voortgezet.
Bij de behandeling in de ontwapenings
commissie, bleek dat de moeilijkheden nog
belangrijk grooter zijn, dan eerst aangenomen
werd. Het blijkt bijna onmogelijk een goede
formule voor den bewapeningsstilstand te
vinden
De president der commissie, Munch, deed
een beroep op de gedelegeerden, een laatste
poging te doen voor het scheppen van de
noodzakelijke atmosfeer voor de ontwape
ningsconferentie.
De Spaansche gedelegeerde Madariaga deed
mededeeling van de principieele overeenstem
ming in de redactie-commissie.
De Britsehe gedelegeerde, lord Cecil, meen
de, dat een voor den eersten November af te
leggen eenvoudig verklaring der regeerin-
gen, dat zij de bestaande bewapening niet zou
den vergrooten, voldoende zou zijn.
De Poolsche gedelegeerde Sokal consta
teerde, dat in de huidige periode van ernstige
economische crisis nauwelijks een staat zou
besluiten tot nieuwe bewapeningsuitgaven.
Een eenvoudige verklaring, dat de bewape
ningstoestand niet zal worden veranderd, is
voldoende. In de verklaring moet echter het
woord „bewapeningsvacantie" uitdrukkelijk
vermeld worden.
Intusschen kan worden afgezien van elke
poging dit woord te interpreteeren, vooral om
practisehe overwegingen.
De Japansche gedelegeerde, Sato, verklaar
de, dat het vaststellen van een bewapenings-
pauze voor alle catagorieën van bewapening
voor de wereld-ontwapeningsconferentie niet
kan geschieden, daar het geen zin heeft, de
reeds aangevangen werkzaamheden voor het
vaststellen der bewapening en andere con
structies voor de veldlegers te staken.
De Amerikaansche gedelegeerde, Wilson,
eischte, dat de regeeringen een positieve ver
plichting op zich zullen nemen, daar de door
de Scandinavische staten, Nederland en Zwit
serland ingediende resolutie welke slechts een
aanbeveling bevat, onvoldoende en zelfs ge
vaarlijk is.
Over bet verloop der elfde plenaire zitting
van de communistische internationale te Mos
kou is tot Europa maar weinig doorgedron
gen; de sovjet-pers publiceerde slechts een zeer
klein en bovendien nog onbelangrijk gedeelte
der genomen besluiten. De voornaamste reso
luties werden echter door sovjet-koeriers m
handen gebracht van de West-Europeesche na
ties en van daaruit weer naar de communisti
sche organisaties in andere werelddeelen.
In het middelpunt der beraadslagingen
stond de „beteekenis" der wereld-crisis voor
het bolschewisme; verder hadden de discussies
betrekking op de tegenwoordige verhoudingen
in Duitschland en de revolutionnaire beweging
in Spanje en de koloniën.
Wat de wereld-crisis betreft, werd volgens
de origineele notulen der 11e plenaire zitting
het besluit genomen, „aan de secties der com
munistische internationale op te dragen, prac
tisehe maatregelen te treffen tot een revolu
tionnaire oplossing der crisis, den strijdgeest
der massa door revolutionnaire demonstraties
aan te wakkeren, de propaganda in leger en
vloot van alle landen Intensief door te voeren,
de celvorming op de voornaamste technische
punten van alle landen uit te breiden (vooral
daar, waar belangrijke knooppunten der spoor
wegen, telefoon- en telegraafbureaus, electri-
cltelt, gas en waterleiding aanwezig zijn) en
de organisatie van illegale groepen voor bij
zondere doeleinden in elk opzicht te bevorde
ren, om ze in bepaalde omstandigheden als
activistentroepen voor een daadwerkelijke on
dersteuning der revolutionnaire demonstraties
te kunnen te hulp roepen".
Het rapport over den tegenwoordigen toe
stand In Duitschland meende te moeten vast
stellen, dat „de idéé eener Fransch-Duitsche
politieke en economische toenadering op het
oogenblik een voortdurende bedreiging is van
Sovjet-Rusland als bolwerk der wereld-revolu
tie."
Het op grond van dit rapport genomen be
sluit luidt: „Alle naties der communistische
internationale zijn verplicht, de arbeiders dui
delijk te maken, dat de Fransch-Duitsche toe
nadering de vereeniging van twee imperialis
tische machten beteekent, welke het als hun
taak beschouwen, onder de arbeiders van
Frankrijk en Duitschland een breede basis te
vormen voor den bouw van een anti-sovjet
blok."
Aangaande de gebeurtenissen in Spanje,
meende men te moeten vaststellen, dat „de
Spaansche communistische partij niet voldoen
de georganiseerd is en niet in staat is ge
weest, in de nationale werklieden-organisaties
vasten voet te krijgen."
Toch hoopt de internationale, dat het de
Spaansche sectie zal gelukken, „een vaste
aaneensluiting tusschen de revolutionnaire
syndicalistische elementen en de Catalonische
separatisten te bewerken, omdat hun gemeen
schappelijke actie vast en zeker de ontruiming
der Spaansche zóne in Marokko ten gevolge
moet hebben."
Die ontruiming van Marokko schijnt de com
munistische internationale een bijzonder aan
lokkelijk doel te zijn, want het plenum wijst
er uitdrukkelijk op, dat „de strijd voor de ont
ruiming der Spaansche zóne in Marokko tot
de voornaamste werkzaamheden der Spaan
sche communistische partij behoort. Naar Mos
kou hoopt, zal de ontruiming van Marokko
door de Spaansche troepen „niet alleen een
verandering van invloedssfeer ten gevolge heb
ben en in Noord-Afrika het FranschIta-
liaansch antagonisme ophitsen, maar ook
Noord-Afrika en het geheele Middellandsche
Zee-gebied sneller rijp maken voor de revo
lutie"
Aldus was ook deze elfde plenaire zitting
der communistische internationale een voort
zetting der offensieve beweging, welke het
bolschewisme over de geheele wereld heeft
ingezet.
Sindsdien zijn te Shanghai en Berlijn twee
communistische centrales opgericht, van waar
uit Moskou's bevelen verder zullen worden ge
bracht en uitgevoerd.
Onder de Oekrainsche jeugd.
WARSCHAU, 28 September (W.B.) Te Lem-
berg hebben onder de Oekrainsche jeugd tal
rijke arrestaties plaats gehad.
Men vermoedt, dat deze massa-arrestaties in
verband staan met de overvallen bij Przemysl
en Truskawiec en met den moord op den afge
vaardigde Holowko.
In de Poolsche pers wordt beweerd, dat de
sinds drie weken in de gevangenis van de pe-
troleumstad Drohobyez opgesloten zittende
Oekraïners Bubrym en Krisko den afgevaar
digde Holowko in opdracht van een organisatie
hebben vermoord.
Uit La Paz worden nieuwe botsingen gemeld
tussöhen Boliviaanseke en Paraguyaansche
troepen in bet gebied van Gran Chaco.
In een gevecht, dat acht uren duurde, wer
den aan de zijde van Bolivia zes soldaten ge
dood en velen gewond.
Naar verder wo-rdt bericht, zouden de 200
man troepen van Paraguay eerst tot den aan
val zijn overgegaan en tenslotte op de vlucht
zijn geslagen.
FRIEDRICHSHAFEN, 28 September. (W.B.)
Om kwart over elf hedenmorgen verscheen
de „Graf Zeppelin" boven het vliegveld, waar
het om 11.46 uur met zeven passagiers en 170
kilogram post vlot landde.
Het luchtschip volbracht de heenreis in 69
uur eu den terugtocht in 79 uur en een
J kwartier.