SARRASANl'S WONDERE TENTENSTAD
■mm
DE ROMANTIEK IS NIET DOOD
DE QEhEIMZinniöE DERDE
a
1
DONDERDAG 22 OCTOBER X9ST
VAN CLOWN TOT CIRCUSDIRECTEUR
W:
VISSCHERIJ IN DE ZUIDERZEE.
SCHULD BIJ OVERTREDINGEN.
INKWARTIERING GEWEIGERD.
ONOPLETTENDE VOETGANGER.
doodelijke val.
VOOR HET LAATST TER HARING
VANGST.
ONDERNEMERSRAAD VOOR NED.
INDIE.
mr. w. L. A. DE NEEFF f
WOONARK ONDER WATER
GELOOPEN.
HET MOTORONGELUK TE
AMERSFOORT.
Mfm. «B» oomatatteerde dit niet met vol
goor 'm», Jonge mag zeide hy, U moert
I
Al meer dam drie eeuwen iaat Shakespeare
zijn armen Hamlet peinzen over de kwestie
,,to be or not to he", maar ie de oplossing eigen
lijk niet doodnu-chter? Hans Stosch wist ten
minste raad met dit vraagstuk, of eigenlijk-
hij beschouwde het heelemaal niet als een
vraagstuk. Als 16-jarige jongen dacht- hij een
voudig: j© bent clown of je bent het niet.
Zooiete waait je niet aan. En aangezien zijn
artistenbloed hem zei dait ie clown was, werd
hij clown omdat ie *t nog niet was. U ziet
simple comme bonjour. Hij vluchtte „uit
de burgerlijke omgeving zijner ouderlijkewo
ning" zoo verhaalt de historie e® bracht
hiermee rond zijn persoon de eerste glimp van
romantiek, die een artist, wil hij in 't leven
slagen, evenmin ontberen kan als een naam
me>t klankeffect en reclame.
Stosch klinkt den Duitscher even hard in
de ooren als bij ons pook of tang. Sarrasani
klonk oneindig veel beter. Daar zat iets Ro-
meinsch, dus iets heldhaftigs im. Een serie
klinkers, verbonden met wat rollende rs en
sissende s'en doem 't altijd. Dus: Sarrasani.
Omdat een circus nu eenmaal pp aieb al
een brok bontgekleurde romantiek is sta je
niet gauw te kijken als je van wondere
ingen hoort, die je alleen maar in conter-
vVani,tfIeXan<ler Dumas consorten
mogelijk achtte. Maar wanneer je van Saras-
sani leest, dat hij geheel alleen en nog
wel zonder door het geluk begunstigd te wor
den! zijn circus stichtte, kom je tot het
besef, dat hier met een simpele mededeeling
van elten over een hiaat wordt heengewipt,
daarin een stout romanticus stof voor z-even
geweldige hoofdstukken zou vinden
Intusschen: niemand, die het tentendorp in
den Bljjdorppolder gezien heeft, zal ontkennen
dat er hoe dan ook een ontzagwekkende
onderneming is tot sitand gekomen, die aan
honderden arbeid en aan millioenen plezier
verschaft. Na Barnuim en Bailey, die 'n der
tigtal jaren geleden ledereen in en rond de
Maasstad het hoofd op hol brachten, heeft bij
ons weten nooit een zoo groote circusonder
neming hier zijn tenten opgeslagen als deze.
Om de tentenstad van Sarrasani op te kun
nen bouwen was een terrein van minstens 25.000
M2. noodiig. Reeds uit dit cijfer kan men zien
dat liet voor Sarrasani lastiger wordt een ge
schikt terrein te vinden, naar mate zjjn circus
zich uitbreidt.
De groote speel-tent heeft een doorsnede van
66 Meter en rust met zijn zeildoeken „koepel"
op vier vrijstaande stalen masten van 26
meter hoogte. De tent wordt bulten met ankers
bevestigd. De storm is de grootste vijand van
het circus, daartegen moet het zich beschermen.
Sarrasani s tenten hebben de zwaarste proe
ven doorstaan. Driemaal raasde ln Zuid-Ame-
rika de Paimpero er over heen, zonder eenige
aan te échten. Het dak te van een
J>fabrikaat, op water en vuur gepre-
-JWiÜü'- Vroeger kon men zulke groote tent-
banen nog niet weven, nu bestaat een tent
dek, zooals dat van Sarrasani, uit acht vier
kante meter breede en zeven centenaars zware
banen, welk gewicht zich bij zwaren regenval
verdubbelt. De tribune Is van speciaal fabri
kaat. Zij wordt zonder gebruik van spijker en
hamer opgebouwd. Het opstellen van de cir
custent duurt 6 uur, het afbreken 4 uur.
De manege van het circus Sarrasani is 17
znei>er in doorsnee en is daarmede de grootste
der wereld. Tot nu to© was de traditioneele
maat in alle circussen 13.5 meter, wat volgens
deskundigen zijn oorzaak hierin vijndt, dat
bij deze doorsnee de helling van het zadel
op den paardenrug steeds zoodanig was, dat
de ruiter naar binnen vallen moet, en due te
gen den val op den harden mamegerrand be
veiligd was.
We ontvingen een even vriendelijke als ge
heimzinnige en daardoor aantrekkelijke
ultnoodiging, n.l. om vóór de openings
voorstelling eens een .kijkje achter de cou
lissen" te komen nemen. Wat ook een jour
nalist niet altijd gebeurt: we waren ditmaal
prompt op het afgesproken uur aanwezig.
Niet bij Alkmaar maar nu bij „wagen 147",
het heiligdom van den perschef, begon de vic
torie. Over beruchte Rotterdamsche keien en
nog beruchter veengrond liep onze t<v-ht bent-
in tent-uit, een waar labyrinth, waarin zelfs
onze leidsman een keer den weg kwijt was.
Werklieden liepen ia en uit, veelal zware
bakken toreend naar welker inhoud menige
etadsmusch snakken zou. En toen er wéér
zoo'n begrafenisstoet passeerde, waarbij de
„lijkjes" van heel wat groot er proportie wa
ren, begrepen we dat onze schreden naar het
rijk der olifanten leidden.
'tWas alles heel interessant voor iemand die
van dieren houdt. Onwillekeurig kropen we
achter 'n paar collega's weg, toen ons een dik
huid werd aangewezen, die in overoude tij
den" wat eprookjesstijl kan hier geen
kwaad! twee mannen moest hebben ver
pletterd. Je kunt nooit weten, nietwaar! Je
moet Immers ook beleefd zijn en een ander den
voorrang gunnen!
Respect hadden we ook voor een tweetal
paarden. Het eene was op pensioen gesteld en
had bij zijn congé de meer en meer gebruike
lijke ruststoel in ontvangst mogen nemen, in
den vorm van een hooi- en etroobed, waar
de schimmel van St. Nicolaas jaloersch op
wezen zou. Het andere bezat den euvelen moed
in deze kleine en toch weer groote maat
schappij het opstandige element te vormen.
Althans zijn naambordje waarschuwde: hij bijt
en slaat'
Een kijkje in 't hok van het nijlpaard deed
we zijn immers aan romantiek bezig
„een siddering door onze leden varen". Was t
zijn neus of zijn bek plomp als een bui-
tenmodel-boksbandechoen die tegen de
tralies schuurde? Een vraag, waarvoor we
maar niet naar 'n antwooTd zochten.
Aan alles komt een eind en onze wandeling
werd geen uitzondering op den regel. Een
„kijkje achter de coulissen", d.w.z. een achter
de schermen meemaken van het jachtige leveD
tijdens een voorstelling, bleek het wel niet ge
weest te zijn, maar niettemin was oüs duide
lijk geworden, dat er in dezen malaisetijd toch
nog bedrijven zjjn die floreeren. Sarassani be
schikt over materiaal, zooate slechts weinig
circussen bezitten. Zijn publiek kennend, moet
hij ongetwijfeld meer kunnen bieden dan wel
ke comcurreerende onderneming ook. Hij heeft
dit trouwens beloofd en w© twijfelen niet of
hij zal zijn belofte inlossen.
Na een uurtje stonden we weer buiten de
omheining, denkend aan wat we niet en wat
we wel gezien en genoten hadden
(o)
Een brillante openingsvoorstelling.
Een geweldige en pakkende reclame is de
komst van dit circus vooraf gegaan. Na de
openingsvoorstelling, welke wij gisterenavond
bijwoonden, moeten we toegeven, dat hier ook
werkelijk in verschillend opzicht het meest be-
tooverende en interessante wordt vertoond. Er
is hier zoo'n rijke verscheidenheid van eerste
klasse nummers, het geheel draagt zoo'n im
posant karakter, dat men werkelijk den indruk
krijgt, dat er wel eens geen overdrijving kon
schuilen in de lofspraak, welke Hans Stosch,
de directeur-eigenaar, van -zijn onderneming
verkondigt.
Wat den bezoeker dadelijk treft, te de buiten
gewone orde en regelmaat en het gewel-dlige
tempo, waarin bier wordt gewerkt. Men krijgt
den indruk, dat alles haastig wondt vertoond
om de toeschouwers iets te doen zien van de
wondere wereld, welke achter de teuten van
d'it reuzeciircus verborgen is.
Wie van paarden dressuur houdt, kan in
Sarrasani zijn oogen de kost geven. De rijkunst
wordt hier in verschillende richtingen be
oefend. Er is zoowel de onovertroffen klassieke
rijkunst met haar edele vormen en hoofsche
manier on als het vermetele ruiterspel van Ko
zakken, Tsc hork essen en Hongaren op driftige,
ongezadelde rossinanten, die doo-r de piste ren
nen als vlogen ze over die wijdie steppen. Er is
dreeisuur van allerlei dieren, machtige leeuwen
en prachtige Bengaalsehe Koningstijgers, van
zeeleeuwen en een pracht collectie olifanten,
van kameelem en van zebra's.
Ook op het gebied van jongleurkunst brengt
Sarrasani eenige nummers, welke we maar
zelden zoo goed zagen. De Marokkanen en Ja
panners, welke in dit circus werken, behooren
wel tot de kwiekste acrobaten.
Maar wat Sarrasani's voorstellingen zoo
aantrekkelijk maakt, te de bonte schittering
van al die verschillende stammen, uit alle hoe
ken van de aarde, tot de Roodhuiden toe. En
't blijft er niet bij, dat deze show zoo nu en dan
in de arena verschijnt, maar met een knappe
regie wordt dit verschijnen telkens gemaakt
tot een verrassend schouwspel vol leven, vol
spanning.
Op dezen openingsavond was de reusachtige
circustent op de duurdere rangen zeer slecht
bezet. Als dit aan gebrek aan belangstelling
mocht liggen het kan natuurlijk ook andere
oorzaken hebben dan zouden we willen her
halen, dat hier toch nog wel iets anders en
beters vertoond wordt, don men gemeenlijk in
de circus krijgt te zien. Ieder bezoeker zal deze
welverdiende lofspraak zeker beamen.
Stopzetting in 1932.
„WEL TE RUSTEN"'. De imker, die met zijn bijen op vertrouwelijken voet leeft, kijkt de
korven nog eens goed na, ©er ze voor den winter wonden toegedekt
Het standpunt van den Hoogen Raad.
Het gisteren door ons gepubliceerde
arrest van den Hoogen Raad inzake de over
treding van de artikelen 32 en 33 der motor
en rijwleiwet, verdient eenige ".toelichting.
Het beslist de vraag of bij overtredingen
schuld vereischt is In dien zin, dat de over
treder de handeling moet hebben gewild of
minstens, dat het aan de zorgeloosheid van
den overtreder is te wijten, dat een door den
wetgeverniet gewilde gebeurtenis plaats
grijpt.
Velen waren van meening, dat onze straf
wetgever de leer van het zoogen. fait materiel
huldigde. Zij beroepen zich op den volgenden
passus in de Memorie van Toelichting: „Bij
overtredingen behoeft de rechter naar het
bestaan van opzet of zelfs van schuld geen
bijzonder onderzoek in te stellen, noch daar
over uitdrukkelijk te beslissen. Heeft 'de be
klaagde ia strijd met de strafwet iets gedaan
of iets nagelaten? Ziedaar de eenvoudige
vraag, wier toestemmende beantwoorden tot
veroordeeling leiden moet, tenzij voor de ook
bij overtreding toepasselijke bepalingen van
den 3en titel van" het eerste boek de straf
baarheid mocht zijn uitgesloten".
De Hooge Raad heeft zich nooit uitdrukke
lijk op dit standpunt gesteld doch het aan
vankelijk cok niet verworpen. Pas bij arrest
van 14 Februari 1916 (W. 9958 N..T. 1916,681)
besliste de Hooge Raad ondubbelzinnig, dat
„om de tegen het rechtsgevoel en het beginsel
„geen strat zonder schuld" indruischende leer
te aanvaarden, de noodzakelijkheid daarvan,
uit de omschrijving van het strafbaar feit zou
moeten volgen".
Sindsdien heeft de Hooge Raad zich bij deze
rechtspraak gehouden, die hij in zijn heden
morgen gepubliceerd arrest opnieuw beves.
tigde.
Uitgemaakt is intusschen nog niet of de
aanwezigheid van schuld door het Openbaar
Ministerie ook bij overtredingen moet worden
bewezen.
Ook heeft ons hoogste rechtscollege nog
niet beslist of dwaling in liet recht tot vrij
spraak moet leiden. Intusschen wijst alles
erop, dat de Hooge Raad waarschijnlijk deze
vraag bevestigend zou beantwoorden.
Het vraagstuk was aan de orde in de ver
gadering van de Ned. Juristenvereniging
van 1930. Z. h. s. wend toen verlaagd, dat in
ons Wetboek van Strafr- f een algemeen be
ginsel zou worden oj >men, waarbij de
strafbaarheid wordt uitgesloten bij gebreke
van schuld.
Executie bij ds. Faber te Zutphen.
Ten huize van Ds. Faber te Zutphen vond
gisterenmiddag de verkooping bh executie
plaats als gevolg van ds. F-aber's weigering,
om de kosten van uitbesteding te betalen van
een officier, die bij hem zou worden ingekwar
tierd, welke inkwartiering hij ook weigerde.
De verkoop trok veel belangstelling van pu
bliek en fotografen.
Het eerste meubelstuk dat ten verkoop werd
voorgehouden, was een stoel. Deze stoei werd
gekocht door mevrouw Wiersma voor 100.
waarmede het in te vorderen bedrag ruim
schoots betaald was.
Met hoera-geroep van het publiek werd de
verkooping geëindigd.
BOTSING TUSSCHEN MOTOR EN
MELKWAGEN.
Eén dootle en één gewonde.
Dinsdagavond omstreeks zeven uur heeft op
den Bredascheweg nabij Hulten, een ernstig
ongeluk plaats gehad.
Een motorrijwiel uit Eindhoven, bestuurd
door den militair B., met als duo-passagier den
militair H. E., reed met groote vaart tegen
een melkwagen op. Door den val werd de duo
rijder op slag gedood. De 69-jarige mej. van R„
die op den melkwagen zat, werd zeer ernstig
gewond. De motorrijder en twee andere per
sonen, die op den melkwagen zaten, kregen
lichte kwetsuren.
BOERENKAR IN EEN SLOOT.
ONSCHULDIG VERDACHT.
De Haagsche rechtbank heeft in Juni j.l.
een 19-jarige jongeman, die terecht had ge
staan wegens verduistering /an effecten ten
nadeele van een 74-jarige dame, veroordeeld
tot vier maanden gevangenisstraf. Deze zaak,
waarin door den verdediger mr. J. Weijl vrij
spraak was gepleit, werd gisteren in hooger
beroep door het Gerechtshof behandeld.
Het O. M., waargenomen door mr. J A. de
Visser, zeide, na nauwkeurige bestudeering
van het dossier, niet de overtuiging te hebben
gekregen, dat verdachte het hem ten laste ge
legde misdrijf heeft begaan. Spreker vroeg
dan ook vernietiging van het vonnis der recht
bank met vrijspraak van verdachte.
Mr. J. Weijl, die ook thans verdachte als
raadsman ter zijde stond, sloot zich, na het
geven van enkele inlichtingen, bij het requisi
toir aan.
Een zwaar gewonde.
Gisteren heeft te Beerta een ernstig onge
luk plaats gehad. Te Beerter-Hoogen sloeg ee'n
tweetal paarden, dat voor een boerenwagen ge
spannen was. plotseling op hol, doordat de die
ren geschrokken waren door een hoeveelheid
klaver, dat van den wagen afwoei. De wagen
kwam in de sloot terecht. De bestuurder, de
arbeider A. Jansen uit Beerta, werd zwaar ge
wond en in zorgwekkenden toestand opgeno
men. De direct ontboden geneesheer, dr. Bol
sterhuis, constateerde ernstige kneuzingen,
terwijl eenige ribben waren gebroken. De man
is naar het ziekenhuis te Winschoten overge
bracht. De paarden bekwamen geen letsel.
Door een auto gegrepen.
Te 2e Exloërmond is de heer D., bakker
aldaar tengevolge van eigen onoplettendheid
aangereden door den auto van den heer F. te
Exlo. Hij werd over den weg geslingerd en in
zeer zorgwekkenden toestand opgenomen.
Het 2K-jarig zoontje van de familie de Jong
te A'P'!len a.d. Rijn had het ongeluk in de
ouderlijke woning van de trap te vallen, waar-
door het op den rand van een emmer terecht
kwam en een diepe wond aan den slaap op.
liep.
Na in het academisch ziekenhuis te Leiden
te zijn opgenomen is het kind aan de gevolgen
overleden.
Dezer dagen bezochten de visschers, welke
de Zuiderzeavisscherijbevolking in den 'Zuj<Jere
zeevisscherijraad vertegenwoordigen den Se
cretarte der Generale Commissie Zui^."
steun wet te Amsterdam. ueizee
Gevraagd werd, hoe lang de visscherü op de
Zuiderzee nog zou kunnen worden uitgeoefend
en of, en zoo ja, in hoeverre het
zou verdienen om de bedrijfsmiddelen noe od
zoodanig peil te houden, dat de haring en
ansjovisvisscherij in 1932 nog zon kunnen" wor-
den uitgeoefend.
Men meende dat moest worden aangenomen,
dat de afsluitdijk in den loop van 1932 g .1 1
gereed zou zijn en dat uiterlijk tot Juniig^
de trekvisch de Zuiderzee nog zal kunnen bin
nentrekken. Voorts achtte men de kans l'
ten zuiden van den afsluitdijk de ansjovis
visscherij nog zal kunnen worden uitgeoefend
zooal niet uitgesloten, dan toch uiterst z i
Deze geringe kans wettigde naar men meen
de niet, dat alsnog noemenswaardige bedra»
werden besteed voor aanschaffing of instand
houding van het vischtuig, benoodigd voorde
ansjovisvisscherij. Men overwoog dat, mocht
toch nog ansjovis binnentrekken, dit slechts zal
kunnen plaats hebben door een alsdan nog be
trekkelijk klein gat in den afsluitdijk en dat
redelijkerwijze mag worden aangenomen, dat
de aldus binnengekomen ansjovis geen kans
zal krijgen om zich over de Zuiderzee te ver
spreiden maar bij het gat zal worden opge
vangen.
Mede gelet op de in den laatsten tijd opge
dane ervaring meende men, dat de stand van
de werkzaamheden'aan den dijk geen beletsel
zou behoeven te zijn, dat de voorjaarsharing
in het begin van 1932 nog de Zuiderzee binnen
trekt. Men achtte het daarom aanbeveling te
verdienen, dat in het algemeen de vissehers,
die nog geen nieuwe werkgelegenheid hebben
gevonden, hun voor de haringvisscherij benoo
digd vischtuig nog in zoodanigen staat zouden
brengen, dat aan die visscherij nog zal kunnen
worden deelgenomen.
Men achtte het ten slotte billijk, dat bij de
bepaling van de waardevermindering voor
schepen en netten in aanmerking zouden wor
den genomen de kosten, welke redelijkerwijze
kunnen worden geacht noodig te zijn geweest
voor de instandhouding van de bedrijfsmidde
len ten dienste van de uitoefening van de
haringvisscherij in het voorjaar van 1932.
Voorts was men van oordeel, dat, Indien de
normale Zuiderzeevteschers in het tijdvak,
dat nog voorafgaat aan de geheel© afsluiting
van de Zuiderzee, niet meer voldoende visch
kunnen vangen om in hun onderhoud te
voorzien, aangenomen zou moeten worden, dat
zulks een gevolg is van de afsluiting in den
zin van het bepaalde bij het eerste lid van
artikel 13 der Zuiderzeesteunwet.
De Secretaris der Generale Commissie ant
woordde, dat hij er zich toe zou moeten bepa
len de opmerkingen en conclusies der depu
tatie over te brengen ter plaatse waar dit
behoorde. Wel kon hij mededeel-en, dat het
inderdaad in do bedoeling ligt den afsluitdijk
in 1932 te voltooien, waarvoor hij verwees naar
de begrooting van het Zuiderzeefonds, waarop
voor de voltooiing van de afsluiting de noodige
gelden zijn uitgetrokken. Voorts verwachtte
hij, dat de totstandkoming van de algemeene
maatregelen van bestuur, waarin o.a. de waar
devermindering wordt gerégeld, thans binnen
enkele weken kan worden tegemoet gezien,
terwijl hij nog meende te weten, dat onmid
dellijk na die totstandkoming de voorbereiding
van de instelling der plaatselijke Commissies
zou worden ter hand genomen.
De voorzitters-vacature.
Naar wij vernemen, zal de vacature, ont
staan door het aftreden van mr L. J. A Trip,
als voorzitter van den Onderuemersraad voor
Nederlandsch-Indië, voorloopig niet worden
vervuld. De waarneming van net presidium
blijft, zoolang nog geen opvolger van den heer
Trip is aangewezen, in handen van mr Aug
Philips. S'
Aan boord van de „P. C. Hooft" ter hoogte
van Colombo is plotseling overleden mr. W. L.
A. de Neeff, bekend katholiek advocaat te
Medan.
DE SALARISVERLAGING
De bondsraad van den Ned. R.K Bond van
P.T.T.-personeel „St. Petrus" kwam te Tilburg
in vergadering bijeen. In deze vergadering
werden de door de regeering aangekondigde
salariskorungen voor rijksambtenaren ter ge.
deeltelijke dekking van het tekort op de staats-
begr-ooting 1932 besproken.
Met algemeene stemmen werd een motie
aangenomen waarbij de aangekondigde salaris
korting, als zijnde onrechtvaardig, wordt af
gewezen.
NIEUW KLOOSTER.
De Eerw. Broeders van het St. Franciscus-
huis te Drunen zullen binnenkort te Hatert,
onder Nijmegen, een nieuw klooster vestigen
om zich speciaal te wijden aan het werk onder
de Katholieke jeugd in Nijmegen en buitenwij
ken. Speciaal worden de broeders verbonden
aan het R.-K. Parochiehuis te Hatert.
Uit liet warme bed in bet koude water.
Tengevolge van den hoogen waterstand is
Dinsdagnacht de woonark „Heny" liggende op
een droog gevallen deel van de Nieuwland-
haven te den Oever onder water geloopen, zon
der dat de bewoners er iets van merkten. Toen
zij ontwaakten, zagen ze tot hun niet geringe
schrik, dat er bijna een meter water in het
schip stond. Het was niet anders mogelijk dan
badende het schip te verlaten.
De motorrijder aan de gevolgen
overleden.
Omtrent het ernstig motorongeluk aan den
spoorwegovergang van den Hoogeweg te
Amersfoort, kunnen wij nader mededeelen, dat
de motorrijder A Mik uit Utrecht aan dè ge.
volgen is overleden.
Zij duo-passagier J. Kasteële uit Amster.
dam maakt het vrij goed.
OVERREDEN EN GEDOOD.
Te Sterksel (N.-Br.) is het tweejarig zoontje
van den heer W. D. al spelende onder een kar
geraakt en gedood.
DE INDISCHE POSTVLUCHTEN
De Leeuwerik is gisteren om 6 uur 5 uit
Dja.sk vertrokken en om 17.25 uur te Jodh-
pur aangekomen.
De „Reiger" is 5.48 uit Dj'ask vertrokken,
10.31 in Bushire aangekomen, 11.37 van daar
vertrokken en 16.15 in Bagdad aangekomen.
LIGUE INTERNAT. CONTRE LA
CONCURRENCE ILLOYALE.
Eenige weken is opgericht de „Ligue in
ternationale contre la concurrence illoyale",
waarvan de zetel te 's-Graver.hageVoorburg
is gevestigd.
Voorzitter van de liga is dr. Junckersdorff
te Berlijn, algemeen secretaris dé heer C. S.
Th. van Gink, Parkweg 180, Voorburg.
FASCISTEN EN COMMUNISTEN
In de in Utrecht gehouden vergadering van
den Fascisteubond „De Bezem" deelde de heer
J. A. Baars mede, dat het volledige archief
van de Communistische Partij Holland in han
den was gevallen van de fascisten. Spreker
deed verschillende mededeelingen uit dit ar
chief en kondigde aan, dat binnenkort een
boek zal verschijnen, waarin dit archief vol
ledig ral worden gepubliceerd.
■-
JAN FABRIC diie Dinsdagavond bij ge
legenheid van zijn 60sten verjaardag in don
Haagschen Kunstkring gehuldigd werd
door
WILHELM HOLT
(Uit het Duitsch vertaald)
11).
Naar den Beukenhof? Hm, om je de waar
heid te zeggen, ik In op met het zelfde plan
rond. Ik heb zoo juist aan je vadeir permissie
gevraagd e® hij had er niets tegen.
Natuurlijk niet- Dan gaan we samen,
jongen, zeg, als wij met ons tweeën de politie
eens vóór waren en den schurk eene te pak
ken aregen! Je gaat dus van avond mee?
Vanavond? Neen. Ik ibeto nog allerhand te
regelen. Ik kan niet eerder dan morgen.
Antoon van Gielem daahit 'n oogenblik ma.
Nu goed, zeide hij dan, kom jij dan mor
gen. Weet je, waar ik geweest bén? In 't parti
culier ziekenhuis, waar Alice Evan verpleegd
wordt.
Zoo? antwoordde Werner sleepend. e® hoe
gaat 't met 'haar?
Naar omstandigheden heel goed. Ik heb
met haar gesproken. Ze is zeer bedroefd, dat
spreekt van zelf. Maar ze is 'n dapper meisje
en houdt zich beter, dan duizend anderen in
haar toesta®d het zouden doen.
Deze lofrede op Alice Evan gaf Werner op
eens de zekerheid, cat Antoon van Gieten meer
dan ailledaagsohe belangstelling voor Alice bad.
Ha, dacht ütl bij zich zelf, als zijn vader
dat hoorde, wat zou bij blij zijn! Zijn liefste
wensch schijnt meer kans op verwezenlijking
U hebben, dan hij zou kunnen verwachten.
doening. De ontdekking, diie hij meende ge
daan te hebben, deed hem eigenlijk pijn.
Waarom? vroeg hij zich zelf weer af. Was
hij misschien jaloersch? Beminde hij zelf mis
schien juffrouw Eva®? Dat zou toch dwaas
geweest zijn, hij kende ze amper. Em wat was
hij voor iemand? Mocht hij zijn oogen tot baar
opeloan? Een journalist met 'n zeer bescheiden
inkomen, die nog heel wat sporen verdienen
moest, om een winstgevende positie te bereiken.
Welk recht had hij, om Antoon van Giele®
te benijden?
Zoo denkend iep hij een eindje met zijn
vriend mee.
Waarom b-m je zoo «til? vroeg deze ein
delijk, te er iets niet In orde?
Neen, neen. Maar nu moet ik afscheid
van je nemen. Morgen kom ik naar den
Beukenhof en dan zullen we samen pogen,
de geheim-zinnige zaak op te lossen.
Ze gaven elkaar de hand en de zoon van.
dien bankier keek Werner 'n oogenblik na
Hij is toch stiller dan anders, dacht hij
hij bij zidh zelf. Nu ja, ieder mensch beeft z'n
eigen zorgen.
Dienzelfden avond landde Antoon van Gie-
len op dun Beukenhof aan. Hij vroeg den
huisbewaarder en de huisknechts naar aller
lei bijzonderheden en vernam, dat de politie
diaig aan dag onderzoek gedaan had in de
kamer, waarin de moord gepleegd was, en de
geheele omgeving nauwkeurig afgezocht had.
Na het avondeten ging hij naar 't dorp en
bezocht het eenige nette café, diat Renswoude
bezat. Zooate bij gehoopt bad, trof hij daar
een detective die direct na den moord mei?
de heeren van de politie uit de stad gekomen
en hij het verhoor tegenwoordig geweest was.
Ze maakten samen 'n wandeling in den stillen
zomeravond.
Nu? vroeg van Giele®, hebt u ad resul
taat bereikt?,
De andere haalde z'n schouders op.
Zooals men 't nemen wil. De moorde
naar moet 'n uiterst voorzichpige schurk
zijn, antwoordde hij Hij is even geheimzin,
nog verdwenen, als hij opgedoken was en
heeft geen spoor nagelaten. Wel hebben we
in 'n struik in den tuin 'n stukje stof gevon
den, dat iemand uit zijn oostuumgescheurd
moet hebben, toen hij zich in het struikgewas
verborg. Het is mogelijk, dat dit stukje van
den moorden,aar afkomstig Is. Wij hebben
ook geconstateerd, dat er op den avond van
den moord verschillend,e auto's dioor het dorp
gereden zijn. Misschien was er een van den
moordenaar bij. Maar met dat alles komen
we geen stap vooruit-. De heele geschieden,is
ziet er tamelijk hopeloos uit.
Is dat het geheel© resultaat der onder
zoekingen?
Hier hebben we andere niets gevonden.
Maar u hebt tocih wed gehoord van de ont
dekking in de woning van Evan in de stad?
Neen, van welke ontdekking spreekt u?
Jia, de politie heeft beslag gelegd op 'n
fleschje met neg 'n beetje rum er in. De
rum was vergiftigd en zaakkundige® hebben
vastgesteld, dat er 'n zeer zeldzaam vergif in
zit, dat uit '11 plant gewonnen wordit, die in
Brazilië voorkomt. Dat is tenminste 'n kleine
vingerwijzing.
De beide mannen praatten nog wat met
elkaar en ten laatste ging Antoon van
Gdelen terug naar den Beukenhof.
Middelerwijl was 't donker geworden en hij
stapte flink door. Hij kwam niemand tegen
op den eenzamen weg vanuit Renswoude.
Toen hij op 't landgoed kwam, was 't hek al
geeloten maar de portier stond vóór de deur
van zijn woning 'n pijp te roofcen. Hij. kwam
het hek opendoen.
niet zoo alleen en in 't donker rondloopen,
't Is hier niet pluis.
Waarom? vroeg van Gielen.
fa, men kau nooit weiten. De dood van
den professor geeft toch te denken, niet wiaar?
De schurk, die Jat op z'n geweten heeft, kan
tO'ék hier de omg-ering onveilig maken.
Hij zial wel zoo gauw mogelijk wegge
vlucht zjjn, (jullie jjj
'Waarschijnlijk wel, maar men kan 't niet
weten. Om u de waarheid te zeggen, ik ben
daar niet gerust op. Ik heb vannacht nog
gedroomd, dat er iemand om ons huis heen
sloop.
Gedroomd? Nu ja, droomen zijn bedrog,
lachte Antoon.
Niet altijd, antwoordde de man ernstig.
En dat weet ik wel, dat' ik dadelijk Sultan
los Laat. 't Is 'n kwade hoind, en ik zou
■geen vreemdeling aanraden, zich 's nachts
hier ach-ter 't hek te laten zien.
Nu, dat is misschien 'n heel goede maat
regel. Maar wacht alsjeblieft tot ik in' huis
ben.
Natuurlijk, mijnheer van Gielen, ik heb
1 al met den huiebewaarder geregeld.
Antoon van Gielen schreed langzaam over
den grintweg, die naar 't huis leidde. Hij
had 'n. sleutel bij zich en sloot daarmee de
huisdeur af. In den gang zag hij 'n huis
knecht.
Moet ik mieteen de knip op de deur doen?
vroeg deze.
Ja, dat ls heel goed, antwoordde Antoon
en hij voegde er aan toe; Me dunkt, dat gij
hier nog zeer sterk onder den indruk staat
der laatabe gebeurtenissen.
'n Beetje bang zijn we inderdaad, Jonge
heer. Het huis ligt 'n beetje afgelegen. Maar
wij sluiten alle deuren en venstens goed af
en de portier laat, zooals u weet, den ketting
hond loa. Hadden wij dgt op ddien beyry.a£en
avond ook maar geidiaan Sultian springt zeker
lederen indringer naar z'n keel.
Dan hebben we dus alle reden, om ge
rust te slapen, zen van Gielen. Hij ging de
woonkamer binnen en bij den haard zitten,
waarin 'n lekker vuurtje brandde. Eigenlijk
was dat niet noodig geweest, want 't was heer
lijk weer de Laatste dagen. Ofschoon 't al ver
in den nazomer was, was 't toch werkelijk
warm. Van Gielen staarde nadenkend in de
Vlammen en liet nog eens door z'n hoofd
gaan, wat hij in de laatate uren gehoord had.
Hij poogde d© verschillende feiten met elkaar
te verbinden, maar kon geen logisolien samen
hang vinden.
Bah! zeide hij tenslotte, al denk je, je
kop gek en trek je allerlei erg wijze conclusies,
't helpt toch niets. Als de schurk, die den
moord begaan heeft, zich nog niet 'n keer
bloot ge-aft, geloof ik niet, dat ze hem te pak
ken krijgen.
Op dit moment meldde zich de huisbewaar
der en vroeg, of de jonge heer nog iets
wenschte.
Neen, dank u, zeiide hij, t beste is, dat
we rustig gaan slapen. Morgen komt er weer
'n dag.
Dan wensch ik u goeden macht.
V-au Giele® bleef nog even bij den haard
zitten, ging dan naar z'n kamer, en 't duurde
n-iet lang, of hij lag in bed. Maar slapen kon
hij niet. Hij spitste z'n ooren en dacht, dat
hij den hond om 't huis hoorde loopen. Met
de gedachte, dat dit een afdoende maatregel
was, viel hij ten laatste In een onrustigen
VI.
Na 'n paar uren werd Antoon van Gielen
wakkeir.
Hij wist zelf niet, waarom, maar hij werd
wakker met 'jt gevoel, dat er Iets niet in den
haak was. Hij luisterde scherp, maar hoorde
niets. Dan greep hij naar zijn eleotrische zak
lantaarn, die hij maast zich op 'n stoel ge
legd had en knipte ze aan. Hij Liefc 't licht
door de ruime kamer spelen, maar bemerkte
absoluut niets verdachts. Maar daarmee was
hij nog laug niet gerustgesteld. Hij sprong
tbed uit, kleedde zich aan en Laadde zijn
revolver. Hij had zelf niet kunnen zoggen,
wat hu vreesde en waarom hij zich ondanks
de heeinsiOheude sM-te verontdustte
t'TlT GielSn was geen'lafaard en
toch hield 'n merkwaardige angst hem als 't
ware omkneld. Hij ste,k de lamp aan 6n
vac 1 e, ei misschien iets bijzonders gebeu
ren zou. Maar er ge,beUrdje niets. Nadat hij
een tijdlang vol «panning gewacht had, d-eed
hij de kamerdeur open en keek over den don
keren gang. Ook daar was alles rustig. Hij
wist niet me,er, hoe hij *t had.
Heeft de angst mij nu ook te pakken?
vroeg hij zich. af. Ik z-ou me zeker belachelijk
maken, als ilt nu alarm maakte en daarom
t maar beter, dat ik naar -bed ga. Todh
hield hem iete daarvan terug. Nog eens keek
'ii om zich heen en plo'iseiing leek 't hom,
°'i hij 'n zaïciht geruisek hoorde.Weer was
't stil, hij hoorde niets. Had hij zicli vergist?
Hot geruisch was gekomen van den kant,
waar die ongelukskamer lag. 'n Oogenblik
aarzelde de jonge man nog. -Daarna sloop hij
met z'n revolver in z'n linkerhand over dea
gang.
't Is zeker maat- inbeelding van me ge
weest, zeide hij in z-iclt zelf, maar ik wil ze
kerheid hebben. AJls er niemand is, dan be
hoef ik me niet bam-g te maken, want dooden,
komen niet terug
(Wordt vervolgd), j