HET VLIEGONGELUK TE BANGKOK. HET VRAAGSTUK DER ZUIDERZEEWERKEN MAANDAG 14 DECEMBER 1931 t AL TE TRAGISCH. - SOCIALISTISCHE VOORLICHTING. Voor R. K. Spoor- en Tramweg- mannen EEN DANKWOORD UIT SPANJE. DE KATHOLIEKE ACTIE IN ONS LAND TOT VOORBEELD GENOMEN. 1H Het openstaand luik in den vleugel. WAAROM DE INPOLDERINGSWERK- ZAAMHEDEN WORDEN STOP- GEZET. ST. ANTONIUS' EEUWFEEST. Geen uitstel der verdere afsluiting. PROEVEN IN DE R S. L. TUNNEL. NEDERLANDERS IN DEN VREEMDE. Naar aanleiding van het artikel, door mr. Rubbens in ons blad gewijd aan het beken de verbod van den burgemeester van Baar- le-Nassau van een folkloristischen studen tenoptocht, komt de „Nederlander" met een betoog ten bate van den „Eerbied voor ge zag en wet", dat culmineert in den patheti- schen wensch, dat men toch geen koren zal dragen op den molen der revolutionnair-ge zinden 1 Wij willen voor het christelijk-historisch orgaan in eerbied voor gezag en wet niet onderdoen, maar vinden dat het blad de zaak wat al te tragisch opvat. Wij kunnen niet inzien, dat mr. Rubbens in critiek op de overheid, ook door de „Ne derlander" geoorloofd geacht, te ver is ge gaan. Zelfs niet in de passages, welke als de meest verschrikkelijke door de „Nederlan der" worden geciteerd. Als bij de Baarlenaren het gevoel heerscht, dat hun „een groot onrecht is aangedaan", of een „krenking" ook in hare godsdienstige gevofelens, dan mag dit ge rust openlijk in behoorlijke termen worden getuigd. Dan mag ook gerust worden ver klaard, dat men zich daarbij niet zonder protest wil neerleggen. Verder ging de be doeling niet. Dat dit protest wordt uitgebracht naar aanleiding van het optreden van een katho liek burgemeester is bewijs te meer, a men zich werkelijk in gemoede gekrenk gevoelt. Ook dat mr. Rubbens art. 171 der Gr0^ wet (processieverbod) als een uitzonderings bepaling bestempelt, aan welker toepassing vooral geen betwistbare uitbreiding moes worden gegeven, is wel met de letter maar volstrekt niet met geest en bedoe ing van dat artikel in strijd. De genesis van het artikel ewijs a zoo helder mogelijk. Uitvoerig kunnen wij dit hier met uiteen „on zeer korte herinne zetten, maar zelfs een ring is meer dan voldoende. De commissie-Thorbecke had in 1848 voor gesteld zoo ruim mogelijk„Alle openbare oefening van godsdienst wordt toegelaten, voor zooverre die niet kan worden geacht eenige stoornis aan de publieke orde en wet te brengen." Hiertegen evenals tegen andere voorstel len der vrijheid-lievende commissie, ont «tnnt pen fel verzet van protestantsche zijde pamfletten en petitie's waarbij de Syno dale Commissie van de Ned. Hervormde Kerk zich niet onbetuigt laat. Gevolg: Een wijziging van het artikel van de commissieThorbecke door de regeering, waarbij openbare godsdienstoefening bui ,ten de gebouwen en besloten plaatsen uit sluitend geoorloofd wordt verklaard „waar zij thans naar de wetten en reglementen is toegelaten". Dat deze wijziging een gevolg was van protestantsche agitatie en dus uitsluitend tegen de Katholieken was gericht, is op zich zelf overduidelijk, maar wordt met evenveel woorden erkend in de buitenge wone vergadering, van den Raad van State onder voorzitterschap van den koning, in tegenwoordigheid van de ministers gehou den op 7 Juni 184$, waarin letterlijk wordt verklaard„De nadere redactie van art 159 (n.l. beperking van openbare godsdienst oefening buiten kerkgebouwen tot de plaat sen, waar het toen geoorloofd was) spruit voor uit den wensch om aan de ligtgeraakt- heid van protestanten tegemoet te komen'. Een artikel, onder druk van agitatie, uit sluitend ten nadeele van één bepaalde cate gorie van personen geformuleerd, draagt toch zeker wel een uitzonderingskarakter. Wij meenen dus, dat mr. Rubbens niet te veel heeft beweerd, en dat de „Nederlan der" al te „lichtgeraakt" of althans al te teergevoelig is geweest, en al te bezorgd voor den „Eerbied voor gezag en wet" bo vendien. jlet zal niet lang meer duren of polemiek wordt onmogelijk met de socialistische pers. Haar sensatie-jacht maakt ernstige gedach- ■tenwisseling met den dag moeilijker. Zoo luidt een der koppen boven het ver slag van de begrooting van Arbeid: „Minis ter Verschuur helpt alcoofbouwers" ofschoon de Minister uitdrukkelijk bet tegenoverge stelde heeft verklaard. Nog mooier is de foto-pagina in het zelfde nummer. Daar leert de lezer: „Zooals men weet voelt het Amerikaansche volk zich zoo dankbaar gestemd omtrent den huldigen economisohen toestand dat het een dank dag organiseerde" en nog verder: „Op deze wijze (men ziet een paar dwaze voorstellin gen van een volksoptocht, waarbij clowns niet ontbreken) gaf de bevolking van New- York uiting aan haar dankbare gevoelens jegens de Voorzienigheid". Dan volgt een plaatje met werkloozen, die dn de open lucht moeten slapen. De suggestie is duidelijk genoeg: ziet en oordeelt, hoeveel reden Amerika heeft om in „den huldigen economischen toestand" dank te bréngen aan de Voorzienigheid. Godsdienst is immers privaatzaak? Maar het bloed kruipt, waar het niet gaah kan. EU om tljn gevoelens te kunnen uiten sleept mei dingen bij elkaar, die totaal niets met elkaar te maken hebben. Die dankdag heeft heelemaal niets uit te staan met den tegenwoordigen economi schen toestand. 't Is de sinds onheugelijke tijden op pre- sidentiaal voorschrift gehouden Thanksgi- vingsday, uit dankbaarheid voor het ver krijgen vande onafhankelijkheid. Anti-clericalisme is vaak ook erg dom PRINCTPIEELE ORGANISATIE! Wij ontvingen het volgende communiqué. Namens het Doorluchtig Episcopaat van Nederland brengen Wij ter kennis van alle R. K. Spoor- en Tramwegmannen, die licl zijn van den Centralen Bood, dat geheel bijzondere redenen Ons nopen het voorschrift van het Doorluchtig Episcopaat omtrent principieels organisatie nog eens bijzonder naar voren te brengen in betrekking tot dit R. K. poor- en Tramwegpersoneel en hen allen dringen aan te sporen lid te worden van den R. K van Spoor- en Tramwegpersoneel „St. Raphael J. H. G. JANSEN, AartS'bis&chop van Utrecht Naar aanleiding van het telegram der R.K. Staatspartij aan de Spaan sche Katholieken. Het groote Madrlleensche blad „El Debate" publiceerde dezer dagen op de voorpagina bet telegram, dat het bestuur van de Katholieke Staatspartij aan de Spaansche Katholieken heeft verzonden. In een commentaar op dit telegram onder den kop „De beste dankbaar heid" schrijft het blad thans het volgende. Een nieuw bewijs van aanhankelijkheid aan de Spaansche Katholieken in deze dagen van beproeving is het telegram van onze geloofs- genooten uit Nederland. Namens hen spreekt de Katholieke staatspartij en zelden zal men met zoo groote nauwkeurigheid kunnen zeg. gen, dat de onderteekenaars van deze bood schap de geheele Katholieke opinie van een land vertegenwoordigen. Het zij voldoende hier te vermelden, dat de vertegenwoordiging van genoemde partij in de Kamer door dertig afgevaardigden van de honderd met een bijna mathematische juistheid beantwoordt aan de verhouding der Nederlandsche Katholieken tot de overige partijen in dit land. Deze boodschap, die wij mochten ontvangen van Nederlandschen bodem, herinnert ons bo vendien aan de deugden, die de Spaansche Ka tholieken thans meer dan ooit dienen te be zitten. Onze Nederlandsche broeders spreken in dit telegram van een „absoluut vertrouwen in de overwinning", van gevoelens van „krach tige en innige medewerking en solidariteit' om de eerbiediging te verkrijgen van onze vrij heid en van onze rechten met de rustige ze kerheid van overwinnaars na een eeuwenlan gen strijd. Den strijd, dien zij in 1806 begon nen voor de vrijheid der school, voor het recht op godsdienstig onderwijs, scheen bij voorbaat verloren. Weinig in getal en ongeor- ganiseerd waren de Katholieken, talrijk en sterk daarentegen de tegenstanders en de monarchie was onzen godsdienst vijandig ge zind. Zoo was het panorama in den aanvang der negentiende eeuw. Desondanks werd In 1917 de grondwet her zien in dien zin, waarin de Katholieken het wenschten. Honderd en elf jaar van voortdu- renden strijd! In den aanvang van de vorige eeuw konden zij nauwelijks droomen van een Katholieke lagere school, een eeuw daarna hebben zij een schitterende universiteit. Daar- voor moesten zij niet alleen de wilskrachten van hun vrienden vereenigen, maar ook hun tegenstanders overtuigen. Door hun getal al leen hadden zij nooit kunnen triomfeeren, daar zij het derde gedeelte der bevolking uitmaken. Het enthousiasme, gesteld in dienst van de rechtvaardigheid en billijkheid behaalde hier da overwinning, echter niet het enthousiasme, dat vertolkt wordt in het applaus van verga deringen of in de toejuichingen van een ont. vangst, maar in een redelijk enthousiasme, dat wordt gestuwd door een door het verstand verlichten en krachtigen wil. Wij aanvaarden de boodschap der Neder, landsche Katholieken in innigen dank en moeten hier onze persoonlijke dankbaarheid betuigen voor het feit, dat wij werden uitge kozen, om dit telegram te ontvangen. Bij de aanvaarding van deze boodschap den ken wij vooral aan hun voorbeeld en beloven hun, hun les te „bestudeeren". Hoe zouden wij hun edele woorden beter kunnen beant. woorden dan door hun eens te kunnen zeg gen: ook wij hebben bereikt, waarnaar wij streefden en ©en deel van de overwinning hebben wij te danken aan uw voorbeeld. t SCHERMER EN LAMBREGTS. Kerstgroep op de tentoonstelling Rossum in Utrecht. bij Van Het financieel risico. De feesttijd verlengd. Men schrijft ons uit Rome: De H. Vader heeft bepaald, dat het eeuw feest van St. Antonius dat 13 Juni 1932 zou eindigen, tot 4 October 1932 verlengd wordt. Gedurende het heele volgende jaar zullen dus nog bijzondere feesten ter eere van St. Anto nius van Padua plaats vinden. Op 31 Mol, den zevenhanderdstan gedenk dag van de heiligverklaring van den H. An tonius, zal de pauselijke legaat, kardinaal Lega, met de pauselijke delegatie te Padua aanwe zig zijn. Dien dag beginnen groote kerkelijke feesten, welke tot 13 Juni duren. Konijnen, die het „haasje" zijn. Bij groote hoeveelheid worden de bevroren boutjes aangevoerd. Aan de Memorie van Antwoord aan de Tweede Kamer inzake de begrooting van het Zuiderzeefonds voor 1932 wordt het volgende ontleend: Tot voor korten tijd bestond het voornemen den inpolderings-arbeid na voltooiing van den afsluitdijk voort te zetten door het ter hand nemen van den aanleg der Zuidelijke polders. Dit voornemen was voor een groot deel een gevolg van den wensch om door vorming van het IJ-meer spoedig na de afsluiting een laag peil op de afgesloten Zuiderzee te kunnen toelaten. Het IJ-meer zou dan tevens kunnen dienen voor den scheepvaartweg van Amster dam naar den Rijn. Nadere studie bracht aan het licht, dat door omstandigheden, welke ge wijzigd waren na de totstandkoming van het z.g. IJ-meer-rapport, de lage stand, op de Zuiderzee ook kan worden verkregen door het nemen van andere maatregelen, terwijl daar naast door de beslissing, volgens welke de waterweg van Amsterdam naar den Rijn zal loopen langs Wijk bij Duurstede, het IJ-meer- vraagstuk niet meer aan het kanaaltracé ge koppeld was en dus geheel naar eigen ver dienste kon worden beoordeeld. Geheel afgescheiden van het IJ-meer kwa men voor den Minister bij de keuze met welken polder in de eerste plaats na den Wieringer- meerpolder zou moeten worden voortgegaan, vooral overwegingen van practischen aard op den voorgrond. De Zuidelijke polders zouden ongeveer 150.000 H.A., de Noord-Oostelijke polder zou 53.000 H.A. groot zijn. Wanneer de laatstgenoemde polder het eerst gereed is, kunnen de gronden daarvan reeds geheel zijn uitgegeven, voordat het eerste perceel van den grooten polder voor uitgifte in aanmerking komt. Werkt men in omgekeerde volgorde, dan bestaat, wegens de groote hoeveelheid pereeelen, welke toch betrekkelijk snel achter een voor uitgifte in aanmerking komen, het gevaar, dat de uitgifte van gronden voor den laatsten polder reeds beginnen moet vóór die van den voorlaatsten is afgeloopen, hetgeen van ongunstigen invloed op de financieele uit komst moet zijn. Verder waren begin 1930 reeds de eerste teekenen der komende crisis te bespeuren, waarom het minder gewenscht scheen met het groote poldercomplex te be ginnen, dat men, eenmaal begonnen, om de aanvankelijk er in gestoken kapitalen niet waardeloos te maken, toch zou moeten vol tooien. Het voor den Noord-Oostelijken polder uitgegeven of uit te geven kapitaal zou toch ongeveer 1/3 van het in de Zuidelijke polders te steken kapitaal bedragen. Al deze redenen tezamen deden den minister besluiten om de plannen voor den noordooste lijken polder te laten ter hand nemen. Daar voorheen de aandacht meer gericht was geweest op de zuidelijke polders, was nog niet veel onderzoekingsmateriaal voorhanden Nieuw bodemkundig on derzoek. Bij het verdere onderzoek rees echter in den loop van den zomer bij de voorloopige beoordee ling van eenige nieuwe grondmonsters twijfel of een der grondslagen voor het inpolderings ontwerp, de op grond van-vroegere onderzoe kingen van prof. Mayer omstreeks 1880 opge maakte geologische kaart, wel voldoende zeker heid verschafte om nu nog verder op voort te bouwen. De ervaring in den Wieringermeerpol der had inmiddels reeds geleerd dat niet alle oudere aanduidingen voldoende de daaraan toe gekende beteekenis hadden. Er is zoodra deze vragen rezen, opdracht verstrekt om nieuwe grondboringen systema tisch te verrichten, welke opdracht in bekwa men tijd Is uitgevoerd. Thans moeten alle verkregen grondmonsters volgens moderne methode worden onderzocht ten einde een juist en betrouwbaar beeld te verkrijgen omtrent de verdeeling van goeden cultuurgrond over den zeebodem. Wanneer dan alle uitkomsten van het bodem kundig onderzoek bekend zijn, zal een daarop gegrond nader inpolderingsplan kunnen wor den opgemaakt. Financieele bespiegelingen Het hangt dan, naar den ondergeteekende voorkomt, van 's Lands financiën en de voor uitzichten in den landbouw af, of men moet besluiten verder te gaan. Het staat wel vast, dat de koBten van cultuurrijp afgeleverd land of men daarvoor al dan niet het door de Com missie Lovink gestelde bedrag voor onbehuisd land van gemiddeld f 2500 per h.a. aanneemt, wanneer men de rente van het vastgelegde ka pi taal tot het tijdstip van aflevering mede re kent, hooger dan het bedrag is. Stelt men de waarde van het verkregen land lager, dan wordt de marge van het financieel risico per h.a., dat men naar gelang van de oppervlakte van den polder wellicht met 30 50.000 moet vermenigvuldigen een millioenen Wat in 1921 door den Rijksstudie dienst gedane proefnemin gen leerden. Van onzen luchtvaart-medewerker). is niet gewenscht. Men zal den nieuwen polder dus in Staatsbedrijf moeten houden tot de tijden beter zijn. Afgezien van het risico, dat hierin schuilt in verband met de voor zoodanig bedrijf in ons land ongekende grootte, moet op gemerkt worden, dat het doel, den land-bou wenden stand aan grond te helpen, nagenoeg niet bereikt wordt. Zou men dus op goede gronden moeten aannemen, dat de toestand West-Europa nog geen schijn van verbete ring in uitzicht stelt, dan zal men zich toch stellig vooraf deugdelijk moeten beraden, voor dat men verder gaat. Maar daarnaast rijst dan dat is dus op zijn vroegst in het volgend jaar de viaag, o het Rijk het risico, dat de onderneming finan cieel medebrengt, in dat tijdsgewricht mag dragen. De Minister ziet er geen bezwaar in^ om als in de toekomst verbetering in de conjunc tuur gehoopt mag worden, een polder te doen maken, waarbij de kosten hooger zijn dan de onmiddellijke koopprijs van den cultuur rijpen grond, maar meent dat men daarover eerst met vrucht van gedachten kan wisselen als getallen van eenheidsprijs en poldergroot te voor ons liggen en de staat van 's lands financiën beter dan thans valt te overzien. De afsluiting gaat door. Tegenover het vervallen van de zeevissche- rij kan reeds thans de werkgelegenheid wor den gesteld, welke de drooggemaakte Wierin- germeer oplevert. Uitstel van de afsluiting ten behoeve van instandhouding van de tegen woordige visscherij kan ook hij voorloopige opschorting der verdere inpolderingswerken niet in overweging komen. Niet alleen zou den de voordeelen, welke de afsluiting op zich zelf biedt daardoor geheel achterwege blijven en alle tot nu toe aan de afsluiting bestede millioenen waardeloos blijven, maar vooral ook is het openlaten van een gat in den af sluitdijk technisch onverdedigbaar. Het is met betrekking tot het droeve onge luk met het K. L. M.-postvliegtuig te Bangkok wel bijzonder tragisch, dat het luik van den nooduitgang boven in de stuurhut, dat bedoeld was in geval van nood redding te kunnen bie den, juist de oorzaak van een ramp is gewor den. Althans naar men vermoedt. Zooals im mers de K. L. M.-directie in een aan de pers toegezonden communiqué heeft medegedeeld, heeft het bewuste luik, dat open stond, of in den start is opengeslagen, de luchtstrooming op het middengedeelte van den vleugel ernstig verstoord, welke verstoring een zoo nadee- ligen invloed op het hefvermogen van het vlieg tuig had, dat het den vlieger niet gelukte het, bovendien nog zwaar beladen vliegtuig van den grond te trekken. Schadevergoeding. Het ontwerp van een algemeenen maatregel van bestuur regelende de uitkeering wegens waardevermindering van eigendommen als ge volg van de afsluiting van de Zuiderzee is gereed en heeft het Departement van den Mi nister verlaten. Wierin germeer polder. Naar aanleiding van de vraag van verschei dene leden of de Minister reeds zijn stand punt heeft bepaald ten aanzien van gronden in den Wieringermeerpolder deelt hij mede, dat de kennisneming van de rapporten, welke na verschijning van dat der „Commissie Vis sering" zijn uitgebracht ,hem heeft versterkt in de meening, dat een scheiding tusschen privaatrechtelijk en publiekrechtelijk beheer van den aanvang in het oog moet worden ge houden. Alleen op die wijze kan zich de over- gang tot den uiteindelijken normalen toestand, gelijk die elders wordt aangetroffen, op de meest soepele en ook snelle wijze voltrekken. Wanneer, zooals boven reeds is medegedeeld, in het jaar 1932 het eerste cultuurwerk in den polder zal zijn voltooid, zal de polder aanvan kelijk in ongeveer 60 bedrijven zijn verdeeld, waarvoor inmiddels de noodige gebouwen zul len zijn opgericht. Bij uitgifte der gronden zal het aantal be drijven sterk moeten toenemen. De Minister heeft daarom het vraagstuk op welke wijze de toekomstige boeren bij de stichting der nieuwe boerderijen aan kapitaal zullen moeten worden geholpen in studie genomen, doch be twijfelt voorshands of het juist zou zijn te achten, daarvoor rentelooze voorschotten te verstrekken. De Minister is nu tot het besluit gekomen, dat gedurende de periode, waarin de Wieringer- meer nog niet tot den definitieven gemeente- vorm kan geraken onder een door bewoners gekozen raad het gewenscht is ten aanzien van het gemeentelijk beheer instelling bij de wet te bevorderen van een openhaar lichaam „de Wieringermeer" dat in zijn uiterlijk geheel op een gemeente gelijkt doch waarvan de be stuursorganen worden ingesteld door de Kroon. Evenzoo acht de Minister ten aanzien van het waterschapsbeheer aangewezen te bevorde ren dat een waterschap „de Wieringermeer" wordt opgericht. De oprichting van beide openbare lichamen maakt thans een onderwerp van ernstige studie uit. Het noodluik van een Indie-postvliegtuig, geheel geopend. Francis Koene in Duitschland. Onze landgenoot Francis Koene heeft dezer dagen een buitengewoon succes geoogst met zijn vertolking van Beethoven-sonates, o.a. te Dresden. Naar wij vernemen komen Francis Koene en zijn begeleider Prof. Bachmann weldra naar Nederland Het Hartvelt-kwartet naar Düsseldorf. Het Hartvelt-Kwartet is uitgenoodigd om, bedrag. De landbouw conjunctuur is hierbij een evenals het vorige jaar, een concert te geven overwegend belang. Verkoop of verpachting I te Düsseldorf op 16 Januari, in dq „Gesell- tot eiken prijs in een tijd van laagconjunctuur schaft der Musik-Freunde",, Dat merkwaardig verschijnsel, dat voor den leek, die zich geen of een maar zeer vage voor stelling kan maken van de belangrijke functie die bepaalde deelen van het vliegtuig-draag vlak bij het vliegen verrichten, zoo volkomen onbegrijpelijk voorkomt, was aanleiding eens ons licht op te steken hij den Rijksstudiedienst voor de Luchtvaart te Amsterdam. Deze be langrijke rijksinstelling toch, houdt zich o.m. speciaal met het doen van aërodynamische on derzoekingen bezig, zoowel theoretisch als practisch, en zon dus, zoo meenden we, onge twijfeld iets meer van bedoJd verschijnsel we ten. De heer Von Baumhauer, onder-directeur van het instituut, toonde zich gaarne bereid ons het een en ander te vertellen. Hij wees er ons echter vooraf op, dat hij door zijn mededeelin- gen geenszins wilde betoogen, dat de oorzaak van het droevig ongeluk te Bangkok persé door een openstaanden nooduitgang veroorzaakt zou zijn. Doch alleen wilde hij, aan de hand van de door den R. S. L. gedane proefnemingen vast stellen, dat een openstaand luik boven in den vleugel inderdaad in staat is de vliegeigen- schappen van een vliegtoestel grondig te be derven. Toen het bericht over de vermoedelijke oor zaak van het vliegongeluk te Bangkok bekend werd aldus de heer Von Baumhauer vonden de ingenieurs van den Rijksstudiedienst die veronderstelling in eersten aanleg heele maal niet zoo vreemd. Integendeel, we zagen er een bevestiging in van onderzoekingen en proefnemingen, die reeds in 1921 aan den R. S. L. waren verricht. Het was in genoemd jaar, dat het door de Fokker-fabriek uitgebrachte type F. III aanleiding werd, een onderzoek in te stellen naar den invloed van een uitsnijding in den voorrand van den dikken vleugel op de vliegeigenschappen van het vliegtuig. Dat onderzoek hield zich wei-is waar niet bezig met een openstaand luik, doch alleen maar, om zoo te zeggen, met het gat van een luik. Die ex perimenten leerden al heel wat, namelijk, dat men uiterst voorzichtig en spaarzaam moet zijn met het aanbrengen van gaten eu uitsnij dingen in den voorkant van een vleugel. Het draagvermogen van een vliegvleugel wordt, hoe vreemd het ook moge klinken, voor ongeveer 1/3 ve.kregen door samendruk king van de lucht aan de onderzijde van den vleugel, en voor 2/3, en soms wel méér, door de vorming van een onderdruk of zuiging aan de bovenzijde ervan. Maakt men nu in den voorrand van een dikken vleugel een gat. dan wordt de luchtstrooming in haar verloop ern stig verstoord. De luchtstrooming laat achter den scherpen rand van het gat den vleugel „los',' zooals we dat noemen en deelt den vleugel als het ware in twee stukken. Daar de weerstand van een vliegtuigvleugel minder is naarmate deze een grooter dwarsscheepsche afmeting be zit, wordt door het splitsen in twee naast el kaar staande vleugelhelften de weerstand aan zienlijk grooter. Bij een stand van het vlieg tuig, zooals die bij het opstijgen voorkomt, wordt deze wellicht het dubbele. De hefwerking van den vleugel is bovendien aanzienlijk ver minderd (ongeveer met 25 zoodat deze twee factoren samen kunnen maken, dat het normale vermogen dat de motoren leveren, on voldoende is om het vliegtuig te doen opstij gen. Ook de besturing kan door het verstoren van de luchtstrooming ernstig worden geschaad. Reeds meermalen is in de practijk gebleken, dat de uitkomsten der bovengenoemde model metingen een juist beeld geven van den, groo ten nadeeligen invloed, die uitsnijdingen aan den neus van het vleugelprofiel kunnen heb ben op de prestaties van een vliegtuig. Wij vroegen nu den heer Von Baumhauer of in de „Ooievaar" buiten het gat in den voor vleugel, dus de eigenlijke nooduitgang, ook het opengeklapte luik in extra mate tot een ver storen en dus bederven van de luchtstrooming moet hebben bijgedragen en of het luik door zijn weerstand mogelijk ook als luchtrem kan hebben gewerkt. Het antwoord was De weerstand van het luik zou, als dat vrij was opgesteld aan het vliegtuig, wel een schade lijken weerstand hebben, doch slechts een, die lang niet in staat was om de opstijging van zoo'n drie-motorig verkeersvliegtuig te verhin deren. Wanneer we het oppervlak van het luik ruim op M.2 schatten, zou bij een aanloop snelheid van 108 K.M. per uur, het daardoor verbruikte motorvermogen nog geen 20 p.k. zijn, en bij de hooge snelheid van 144 K.M. per uur, ongeveer 40 p.k., hetgeen op het beschik bare motorvermogen van ruim 600 p.k. zeer weinig uitmaakt. Maar de indirecte invloed, de verstoring van de luchtstrooming aan de bovenzijde van den vleugel, kan bij een openstaand luik een ver klaring zijn voor het mislukken van een op stijging. In hoeverre het vliegtuig, in de lucht zijnde, met een dergelijke verstoring nog be stuurbaar zou zijn, moet in het midden wor den gelaten. Het verstoren van de luchtstrooming aan de bovenzijde van een vliegtuigdraagvlak ver slecht dus in hooge mate de vliegeigenschap pen. Toen dit eenmaal bekend was, volgde hier uit, dat dit verschijnsel onder bepaalde om standigheden ook als voordeel te benutten moest zijn, en wel, op voorstel van Dr. Wolff, den directeur van den R. S. L., voor het ver minderen van den landingsuitloop van een vliegtuig, alsmede voor de dwarsbesturing. Het was in 1924, meen ik, dat kapitein Van Heyst van de Militaire Luchtvaart-Afdeeling en ir. Van der Maas van onzen Dienst met een Fok ker C. I verkenner proeven hebben genomen met Tesp. 3 en 5 boven op den vleugel aange brachte klapjes van 30 c.M. lengte en 8 c.M. hoogte. Die klapjes werden opgezet bij bet lan den en toen bleek, dat de uitloop met 25 werd verkort. Louter door de achter die klap jes teweeggebrachte remmende luchtwerve lingen. Dat de Rijksstudiedienst niet stil zat om te pogen zoo spoedig mogelijk volledige ophelde ring over de eventueele oorzaak van het tra gische gebeuren te Bangkok te krijgen, door aanstonds proeven te nemen om ook den in vloed van een openstaand noodluik op de vlieg eigenschappen na te gaan, bleek ons, toen in genieur Von Baumhauer ons meenam in de groote windtunnel van den Rijksstudiedienst. Bedoelde installatie bestaat uit een tweedee- lige tunnel van 1,60 M. doorsnee, aan het einde waarvan door een groote Tierbladige luchtschroef lucht wordt aangezogen, waardoor het mogelijk is het verloop van de luchtstroo ming rondom een tusschen beide tunnelhelften opgesteld vliegtuigmodel te meten. Op een soort hoogé draaikruk stond daar tusschen de beide tunnel-deelen in een model van de „Ooievaar" met een noodlnik in den vleugel boven het stuurhuis. Toen een der elec- tro-motoren was aangezet en door de werking van de machtige luchtschroef de lucht met groote snelheid tegen en langs het vliegtuig blies, werd door een der ingenieurs een wind vaan, zijnde een dunne stok met als verlenging een laag bovenstuk van hard staaldraad, aan welks uiteinde een fijn wit draadje was beves tigd, boven, langs en onder het model gehou den. Als een magisch stokje werd de windvaan behoedzaam langs alle zijden van het model gestreken. En aan de gedragingen van dat simpele draadje was duidelijk te zien, hoe rus tig en onverstoord de luchtstroom aan alle kan ten langs het vliegtuig streek. Toen werd het luikje van den nooduitgang hoven in den vleugel opengezet. En ziet, da verandering in het verloop van de luchtstroo ming was verbluffend. Boven en vlak achter het blikken luikje dwarrelde zoo toonde het draadje duidelijk aan de luchtstroom in alle richtingen door elkaar, verwekte draaikolken en bewoog zich zelfs een heel eind achter het luikje, van achteren naar voren, dus dwars te gen de door de groote luchtschroef teweegge brachte luchtstrooming in. Het was duidelijk Zóó moest de hefwerking van een vliegtuig vleugel grondig worden bedorven. Schema van de luchtstroomingen over het middelste deel van den vleugel wanneer het noodluik openstaat. De bovenste lijf nen geven de normale luchtstrooming weer, daaronderachter het noodluik, de ver stoorde luchtstrooming. Mede was zeer opvallend, hoe vanaf het luikje naar achteren toe dat onrustige, funeste gebied van luchtwervelingen, zich waaiervor mig verbreedde en dus een groot deel van den vleugel bestreek. Maar ook was merkwaardig, dat toen het luikje geheel werd weggenomen en dus alleen de opening van den nooduitgang overbleef, ook toen nog het verloop van da luchtstrooming bovenop den vleugel ernstig bleek te worden verstoord. Twee postzakken verloren. BATAVIA, 11 December (ANETA). Van de post van de „Ooivaar'' is een zak, afkomstig uit Medan voor Amsterdam, ge. wicht 1893 gram, verloren, henevens een zak, uit Medan voor Bagdad. De rest van de posé is intact gebleven en wordt door de naar. Europa meegenomen. n

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Nieuwe Schiedamsche Courant | 1931 | | pagina 5