a
DE KWESTIE DER RIJN-SCHELDE-
VERBINDING.
De Brabcintsche belangen
DEöTPAF DEP ZONDE
VRIJDAG 18 DECEMBER 193Ï
HET OVERLEG MET DE
REGEERING.
HERSTEL VAN BERGEN OP ZOOM
ALS ZEEHAVEN.
PREMIEBETALING ONGEVALLEN
WET.
HET TEWERKSTELLEN VAN BUITEN-
LANDSCHE WERKKRACHTEN.
DIEFSTALLEN IN 'T HAARLEMSCHE
RAADHUIS.
DE HELMONDSCHE DRAADNAGEL-
FABRIEK.
GIFTIGHEID VAN NICOTINE.
DE RAAD VAN KERKRADE STAAKT.
EEN SPECIALE TREIN VOOR VOET-
BAI.T.ERS
EXAMEN-COMMISSIES.
In de Woensdag gehouden zitting vam de Pro-
vinóiale Staten van Noord-Brabant heeft de
heer v. d. Poel de kwestie der RijnSchelde-
verbinding besproken. Spr. wees op de beroe
ring daarover in ons land ontstaan, op de in
terpellatie in de Eerste Kamer en de toezeg
ging van den Minister aan mr. van Lanschot,
dat niets tegenover België zal worden vast
gelegd, zonder dat daarbij niet alleen ten
volle rekening wordt gehouden met de belan
gen van Noord-Brabant, maar dat, dat ook
niet zal gebeuren zonder dat met het bestuur
van die provincie dienaangaande nader over
leg zal zijn gepleegd.
Welke zijn de belangen die hier op het spel
staan
Op de eerste plaats het vraagstuk der ont
watering. Bij sterken regenval in. de stroom
gebieden van Mark, Aa en Vliet is de afvoer
van overtollig water in West-Brabant zeer
onvoldoende.
Wij mogen reeds tevreden zijn, zeide spr,
dat de Minister bij de begrooting in de Tweede
Kamer heeft toegezegd dat het kanaal in
tegenstelling met het dreigende plan op laag
peil zal komen te liggen.
Maar gerust kunnen we nog niet zyn op dit
punt, want het is niet zeker, dat de inmiddels
blijkbaar veranderde plannen wel geheel in
overeenstemming te brengen zijn met dezen
dubbelen eisch, laag peil en zoet water.
Dit is in ieder geval zeker, dat het van het
hoogste belang, voor de ontwatering van West-
Brabant is, dat het kanaal in verbinding komt
te. staan met de open Wester-Schelde, opdat de
zeer gunstige ebstanden, aldaar, benut zullen
kunnen worden voor de loozing van overtollig
kanaalwater, daar het niet voldoende kan ge
schieden op Volkerak en Oosterschelde.
Men denke daarenboven aan de Oester-
cultuur op dezen laatsten zeearm, door loozing
van zoetwater.
Een tweede belang waarvoor de Provincie
Noord-Brabant op de bres diene te staan is
de verbetering van het scheepvaartverkeer
met de zee.
Teneinde het scheepvaartverkeer met West-
Brabant naar de zee mogelijk te maken, is
het noodig, dat het kanaal niet voorbij Bath
in de open Wester-Schelde worde afgesloten,
en het in de toekomst mogelijk zal zijn Bergen
op Zoom in haar vroegere positie van zeehaven
te herstellen. Zooals in de plannen van ir.
onna,ei s en ir. van Konijnenburg is voor
zien, kan dan een uitstekende verbinding met
Zeeuwsch-Vlaanderen tot stand worden
bracht.
-,y.
dustrieën op Brabantsohen bodem bevordert;
e. mogelijk maakt, dat bij verbinding van
Vliet en Mark geheel midden en Oost-Noord-
Brabant het bloeiende achterland kunnen wor-
den, van een eigen Braban-tsche zeehaven.
Mededeelingen van den voor
sitter.
In zijn antwoord zeide de voorzitter dat In
derdaad de regeering in nader overleg is ge
treden met het Provinciaal bestuur.
Het college, vergezeld door den griffier
en den hoofdingenieur van de Prov. Water
staat heeft een bespreking gehad met den mi
nister-president, den minister van buitenland-
sche zaken, den minister van Waterstaat en den
directeur-generaal. Naar aanleiding van deze ^EN KERK VAN SUIKER, vervaardigd door den chefkok viam de flat aan de van Hogen-
hoecklaan te 's Gravenhage. Het snik erbouwwerk is «leotrisch verlicht.
ge-
Wanneer over eenige jaren als de verdwazing
ei Europeesche tarievenoorlog voorbij zal
Mant' ih het Delta-gebied van Rijn,
aaj en Schelde een belangrijke plaats zal
Kunnen gaan innemen, dan is het nu de tijd.
te voorkomen, dat Brabant de zee ontnomen
zal worden.
De gecombineerde plannen van ir. Bon-
gaerts en ir. van Konijnenburg bieden een
oplossing.
Tegenover al de voordeelen van die op-
ossing staat één kiein nadeel voor Antwer
pen, let wel, voor Antwerpenf ik zeg niet
van België, van één sluis, is 20 30 minuten
meer oponthoud.
Dat een Nederlandsche regeering om een zoo
klein nadeel voor een niet-Nederlandsche
haven, bij zooveel tegemoetkoming, en bij
zulke groote Brabantsche, dus Nederlandsche
belangen, die op het spel staan, in plaats van
tot een open, tot een afgesloten Scheldevak
zou besluiten, komt spr. onbegrijpelijk voor.
Spr. stelde tenslotte de volgende vragen:
Kunnen Ged. Staten toezeggen, dat bij het
overleg dat met den Minister van Buiten-
landsche Zaken, inzake de Rün—Schelde-ver-
binding zal plaats hebben, door hen met de
meeste kracht gestreefd zal worden naar een
kanaal dat:
le. Een laag peil heeft;
2e. in verbinding staat met de open Wester-
schelde
3e. den Brabantschen wal, ten Z. van Ber
gen op Zoom, niet afsluit van de open Wester-
schelde, wijl alleen een kanaal met deze ken
merken:
a. de ontwatering van West-Brabant ten
goede komt;
b. een rechtstreeksche verbinding /ran W.
Brabant met Zeeuwsch-Vlaanderen vormt;
c. Brabant een eigen zeehaven kan schen
ken;
d. de ontwikkeling en vestiging van in-
bespreking is de prov. waterstaat een diep
gaande studie begonnen. Deze studie is nog
niet beëindigd. Haar resultaat is nog niet aan
Ged. Staten overgelegd. Wellicht zal zij leiden
tot verdere besprekingen met de regeering. Het
overleg is dus nog in vollen gang.
Gedep. Staten wenschen, zeide spr., op de
eerste plaats openlijk de regeering te bedan
ken voor de geboden gelegenheid tot overleg
Op de eerste vraag van den interpellant kan
spr. antwoorden, dat de regeering reeds open
lijk heeft verklaard dat het kanaal in ieder
geval een laag peil zal hebben. Welk laag peil
precies is nog niet Uitgemaakt. Dit is een der
onderwerpen, welke de prov. Waterstaat bestu-
tujy k Daal iD Ieder geval een laag
pen zal hwben is van groot belang voor de
afwatering van het Westen onzer provincie.
voo^r tLfmT&li3'khei<1 het kanaal 16 gebruiken
aterberging is -van groot belang
Verbinding met de open Schelde zal het worden verleend. Nadat ondergeteekende aaD
kanaal in ieder geval hebben Daarnaar zullen voornoemd bestuur heeft medegedeeld, dat hij
Ged. Staten niet „met de meeste kracht" behoe- aan dat voorstel geen gevoIg kon geven' hee£t
ven „te streven". Tusschen het kanaal en de het bankbestuur geen verdere voorstellen tot
Wester Schelde zal altijd een sluis moeten ko- Üet verleenen van Premie-reductie gedaan,
men, maar deze kan gemakkelijk zoo ingericht waamedo uiteraard niet bedoeld wordt te
worden, dat zij voor de afwatering geen be- zeggen' dat het tankbestuur tegen verdere toe-
zwaar oplevert kenning van premie-reductie bedenking zou
Het lage peil van het kanaal is gunstig voor hebben gehad
de verbinding met Dintel en Vliet. Een open De motieven, welke de minister hebben ge-
verbinding schijnt niet uitgesloten, waarbij leid tot zijn afwijzende beslissing op' het ver-
het peil van den Vliet dan wellicht wat opge- zoek van den Raad van Arbeid te Nijmegen
zet zal moeten worden. Inderdaad zou dat een e.a. om op de premiebetaling een reductie
Geen verleening van reductie.
In antwoord op de vragen van den heer
Arntz betreffende het verleenen van reductie
op de premiën ingevolge de Ongevallen wet-
1921 heeft minister Verschuur o.m. geant
woord, dat het juist Is „dat het bestuur der
Rijksverzekeringsbank aan ondergeteekende
heeft voorgesteld te bevorderen, dat, gelijk
zulks over de voorafgaande jaren was ge
schied, ook over het jaar 1930 een reductie
op de premie, ten beloope van 25 pCt„ zou
groot belang voor heel West Brabant zijn; de
scheepvaart, van Breda en Roosendaal zou
rechtstreeks kunnen doorvaren.
Ged. Staten verheugen zich erover, dat er
geen sprake is van een kanaal onder eenlgerlei
internationaal regime binnen onze provincie.
Aan het kanaal zijn groote afmetingen toe-
•edaoht, ongeveer die van het Amsterdam-Rijn
kanaal en berekend voor schepen van 4000
ton. Dat brengt mede, dat er niet zeer veel
bruggen in zullen kunnen komen. De daardoor
afgesneden landstreek zal nog al geïsoleerd
worden. Dat is een reden geweest om aan te
dringen dat het kanaal zooveel mogelijk naar
het Westen ontworpen zal worden en liever
beperkt tot Dintelsas dan doorgevoerd tot Wil
lemstad.
Voor zooveel noodig is nog gewezen op de
belangen van de schelpdierencultuur en de
ansjovis-visscherij en verzocht daarmede zoo
veel. mogelijk rekening te houden.
Voldoende bekend is het, dat het leven van
een kleine beginnende zeehaven niet gemakke
lijk, is. Dat er toch zulk een drang naar is
is een bewijs van levensmoed, ondernemings
geest en energie in zoo donkeren tijd.
Bij de regeering is erop aangedrongen aan
toe te staan zijn de volgende;
Het zevende lid van art. 40 der Ongevallen
wet 1921 is destijds in de wet opgenomen met
de bedoeling daarmede te kunnen te gemoet
komen aan het bezwaar,verbonden aan het
premiestelsel, in tegenstelling van het om
slagstelsel, dat het kan leiden tot de vorming
van overschotten boven hetgeen tot dekking
van de verzekeringslasten noodig is. Indien
uit een wetenschappelijke balans van zoodanig
overschot mocht blijken, zou dan door toe
passing van het zevende lid van art. 40, dat
overschot kunnen worden gebracht ten bate
van de ondernemingen, op welker verzekering
het overschot was verkregen.
Sinds het boekjaar 1927 leverde echter het
verzekeringsbedrijf der Bank geen winsten
meer op, maar leidde het integendeel, en wel
in toenemende mate, tot eenig verlies. Het
tekort zou bedragen nagenoeg 5 pet., van de
eindwaarde der over 1929 ontvangen óf nog
té ontvangen premiën. Reeds' in deze omstan
digheid meende ondergeteekende aanleiding
te moeten vinden om te beginnen met 1930
van premie-reductie af te zien. Het scheen
hem toch geen gezonde fiïiancieele politiek om
Een regeling met Duitschland.
Onderhandelingen met
België.
In een Nota, naar aanleiding van het Ver
slag der Tweede Kamer, over het wetsont
werp tot wijziging en verhooging van het
tiende hoofdstuk der Rijksbegrooting voor
1930 kan de Minister de verzekering geven,
dat de Regeering voortdurend den loop der
werkloosheidscijfers in de onderscheidene be
drijfsgroepen nauwlettend gadeslaan.
Ten aanzien van de opmerking over het
groote aantal buitenlandsche werkkrachten,
werkzaam in het bouwbedrijf, o.a. in het Zui
den van Limburg en in Zeeuwsch-Vlaanderen
merkt hij op, dat ook op het werken van bui
tenlandsche arbeiders in het bijzonder in het
Zuiden van Limburg en in Zeeuwsch-Vlaande
ren, de aandacht van de Regeering voortdurend
gevestigd is. Het verslag van de interdepar
tementale commissie van onderzoek omtrent
het werken van niet-Nederlanders in Neder
land is hem bekend. Met Duitschland zijn re
gelingen getroffen en wel op den grondslag
van reciprociteit over het zich vestigen en
werken van Nederlandsche arbeiders in
Duitschland. Met de Belgische regeering zijn
onderhandelingen geopend over een arbeids-
verdrag. De Minister stelt zich voor, dat de
loop dier onderhandelingen in verband dient
te worden gebracht met de beslissing, te ne
men ter zake van de voorstellen van evenge-
noemde Interdepartementale Oommissie.
EEN NIEUW PORTRET VAN Z. K. H.
PRINS HENDRIK.
Bestemd voor het bureau van het Ned
Roode Kruis.
De Nederlandsche portretschilder Georg
Claassen, die in het buitenland reeds tal van
persoonlijkheden schilderde, heeft thans een
levensgroot olieverf-portret vervaardigd van
Z.K.H. Prins Hendrik.
Het portret is bestemd voor het Bureau van
het Nederlandsche Roode Kruis aan de Prinsen
gracht te Den Haag, waar Z. K. H. als voorzit
ter van liet Nederlandeohe Roode Kruis dage
lijks arbeidt.
dezen wensch zooveel mogelijk tegemoet te bij een toenemend verlies op het verzekerings
kamer en de kansen van Bergen op Zoom zoo bedrijf tot premie-reductie over te gaan. Daar-
gunstig mogelijk te maken. Ged. Staten hou- bij gold voorts de overweging, dat het in het
den zich ervan overtuigd, dat dit ook zal ge- Ongevallenfonds aanwezig saldo reeds vele
schieden. jaren te voren werd gevormd, zoodat een niet
Welke de oplossing voor deze zijde van het
onbelangrijk aantal ondernemingen, welke
eerst sedert de laatste jaren haar risico door
de Bank hebben doen dragen en welke der-
halve niet tot de vorming van het saldo heb-
sudie van den rov. Waterstaat is nog niet ben medegewerkt, van de premiereductie zou-
beeindigd, het overleg met de regeering even- den voordeei hebben.
vraagstuk zal kunnen worden, daaromtrent zijn
thans nog geen inlichtingen te geven. De plan
nen hebben nog geen voldoende vastheid. De
min. Op dit oogenblik kunnen Ged. Staten
slechts verklaren, dat dit belangrijk deel hun
volle aandacht heeft.
Door een politie-agent.
Gistermorgein heeft die Haarlemse he recht
bank uitspraak gedaan in de zaak tegen den
36-jarigen politieagent v. I., die zich had schul
dig gemaakt aan twee diefstallen in het Haar
lemsche raadhuis resp. in den nacht van 21 op
Dec. 1930 en van 3 op 4 Oct 1931, bij
welke gelegenheden hij resp. bedragen van
100 en 125 had gestolen.
Er was een gevangenisstraf van 2 jaar ge-
Inmiddels hebben zich bij deze overwegin
gen nog andere gevoegd, welke het verleenèn
van premie-reductie onraadzaam doen voor
komen. Het zesde lid van art. 40 der Onge
vallenwet 1921 bepaalt, dat door de Bank een
reserve wordt gevormd tot ten hoogste een
bedrag van een millioen gulden. Na de tot
standkoming van die bepaling bij de wet van
2 Mei 1921, Staatsblad no. 700, tot herziening
der Ongevallenwet 1901, heeft de overtuiging
zich gevestigd, dat een maximum reserve van
een millioen gulden niet onbelangrijk te laag
is om voldoenden waarborg te geven tegen de
nadeelige gevolgen van onverwachte risico
stijging. De aldus gevoelde wenscheiijkheid
om door wijziging van het zesde lid van art.
40 tot een hooger reservebedrag te komen,
wordt nog in sterkere mate gevoeld in verband
met de aanzienlijke koersdalingen sedert den
ëiseht, de rechtbank veroordeelde verdachte
tot 1 jaar en 8 maanden met aftrek van preven- laatsten tijd van de fondsen, welke als beleg
tief tot en met 31 December. gingspapier in aanmerking komen.
Fabricage vijf jaar stopgezet.
De heer van Poll heeft aan den Minister van
Arbeid, Handel en Nijverheid o.m. de vol
gende vragen gesteld:
Is het den Minister bekend, dat de grootste
draadnagelfabriek te Helmond voor een duur
van 5 jaren geen draadnagels meer zal maken
en dat de vennootschap voor deze stiizetting
een ruime vergoeding ontvangt van een inter
nationaal syndicaat
Kan de Minister mededeelen of de uitge
kochte firma bereid is geweest om mede te
werken tot het tot stand brengen eener draad-
walserij in Nederland, welke de draad
industrie onafhankelijk zou maken van buiten
landsche walser ijen en of daartoe plannen
hebben bestaan, die nu niet terstond tot uit
voering komen, ten gevolge van de aansluiting
der draadverwerkende fabrieken bij een inter
nationaal syndicaat, waarbij de stilzetting der
fabriek werd overeengekomen
Is de Minister niet van meening, dat het
welzijn der geheele bevolking vereischt, dat
beslissingen over het voortbestaan eener in
dustrie niet uitsluitend afhankelijk wordt ge
steld van het geldelijk voordeel van een onder
neming
Zoo ja, meent dan niet de Minister, dat van
Overheidswege zoo spoedig mogelijk tot liet
tot stand komen van een walsbedrijf als aan
vulling van het hoogovenbedrijf behoort te
worden overgegaan, waarover de Regeering
een groote mate van zeggingschap heeft
AANSLAG OP EEN JACHTOPZIENER
Voor 14 dagen stond voor de Haarlemsche
rechtbank terecht de 63-jarige arbeider J. de
W., wien ten laste was gelegd poging tot dood
slag op den jachtopziener van Honschoten in
de Zantvoortsche duinen. Tegen hem was een
gevangenisstraf van 2 jaar geëiseht; hij werd
conform den eisch veroordeeld met aftrek van
preventief.
Reeds jarenlang is men er in wetenschap
peüij'ke kringen op uit geweest, de werkin.
vam nicotine op de organen te bestudeer en.
Niet aiileen van nicotine. Er bestaat een onder
deel van de geneeskunde, eigenlijk thuis hoo-
renide onder die pharmacie, n.I. de phaimacody-
namtelk, hetwelk zich ten doel stelt de eigen
schappen en werkingen van de verschillende
phairniaca te onderzoeken. De belangstelling
van het pulblij/ek gaat echter vaak u-it naar
de niico'bine, omdat er zoavelen zijn, die de
nicotine als genotmiddel savomroeren en dus
wel gaarne weten of het kan schaden.
Onlangs heeft mij iemand gevraagd hieT
ter plaatse uiteen te zetten in hoeverre de
rookers nadeeltgen invloed zullen ondervinden
van nicotine en tevens mijn oordeel te geven
over een „proef", die door prof. Tounnad© *6
Brussel met honden zou zijn genomen. Bedoelde
zegsman refereerde daarbij naair een bespre
king welke ik zou hebben gegeven oveir een
middel tegen nicotlnevergiftiging, Bonicot ge
naamd.
Laat ik nog eens herhalen, wat ik reeds
herhaalde malen heib ge-zegd, dat ik niet ven
antwoondelijk voor alles wat anderen s-chrij
ven en dat Ik mij wel zou wachten een stoute
en niet-te-bewijzen bewering neer te schrijven
als „dat dit praapairaat na nauwkeurig onder
zoek de schadelijke werking van nicotine op
de verschillende organen teniet bleek te doen'
Men kent mij weinig, wanneer men mij
in staat acht zooiets neer te schrijven; ik lees
niet eens dll© dwaasheden, welke fabrikanten
over hun praeparaten aan het publiek te slik
ken geven- en die het publiek ook werkelijk
slokt. Ik kan alleen betreuren, dat zulke be
langhebbenden kans zien, terluiks de redactio
neels kolommen der dagbladen binnen te slui
pen.
Over de werking van nl-cotine op de verschil
lende organen zal Ik misschien later eens iets
zeggen, maar mij thans liever beperken tot
het bespreken van de „proef" die te Brussel
zou zijn gnomen.
Blijkens een bericht liet een professor den
rook van sigaretten door honden inademen
door middel van een bepaald toestel (hetwelk
niet beschreven wordt). Twee honden stierven
na „inademing" van een halve sigaret. De
andere kregen zemuwstooniissen, verkooging
van het bloedsuikergehalte met 300 pCt. etc. etc.
Wij zullen maar niet verder gaan. Wanneer
twee honden sterven door het inademen van
een halve sigaret, hoeveel dooien vallen er
dan ondier de menschem door een havaina? Toch
ziet men zooiets niet gebeuren en men vraagt
zich af wat men dan moet denke-n van deze
proef, waarbij aan honden misschien door een
of ander maskér de rook (dus niet de nicotine,
moair ook de re&t) in de luchtpijpen, wordit. ge
perst? - -
Laat de prof. zich bezig houden met beter
en wetenschappelijker werk en laat het publiek
eens eindelijk leeren alles wat gedrukt staat
wat meer kritisch te lezen.
De werking van tabaksrook (ik spreek op
zettelijk niet vam nicotine) op versol. ill end e
dieren is ook geheel verschillend. De bij wordt
mak (ook sommige menschen worden mak),
de hond kan niet den minsiten rook verdragen;
en iik heb een vriend, die na -twaalven nog een
extra pittig blaadje opzoekt. Zeer nauwkeurige
proeven op -dieren mag men bier dus zeker niet
op den mieusoh van toepassing verklaren.
Dr. H. S.
Noot van de Redactie. Gedacht wordt
door dien vraagsteller, blijkbaar op een destijds
in onze courant overgenomen uitspraak van
den Amsteipdamischen Keurinig.sd-ienst, een uit
spraak, dlie iintusecken hier niet juist schijnt
geciteerd.
PASTOOR J. BRANDTS
Naar wij vernemen, is de Zeereerw. heer J
W. J. Brandts, pastoor te Lattrop, voorzien van
de H.H. Sacramenten der Stervenden.
EXAMEN ENGELSCH M.O. B.
De Minister van Onderwijs brengt ter kennis,
dat het mondeling gedeelte van de examens tot
het verkrygen van eetio akte van bekwaamheid
tot het geven van middelbaar onderwijs in de
Engelsche taal en letterkunde, akte B, zal wor
den afgenomen te Groningen, in het gebouw
van de Ryksunlversiteit, op de navolgende da
gen en uren
21, 22 en 23 December, telkens te 9.45 uur en
13.45 uur, en 24 December te 9,45 uur.
DE SENAAT
Tariefsverhooging en benzinebelasting
Veel behoeven wij over de vergadering van
's lands hooge college niet te schrijven: men
weet reeds dat minister de Geer er zijn tarief-
verhooging en bemzinebeiasting heeft doorge
kregen. Voor 't laatste bestond geen twijfel,
maar oveir 't eerste gingen booze geruchten.
Links stemde tegen het hoogere tarief en rechts
met uitzondering vam den O. H. heer ter
Haar was eensgezind vóór. Maar de opposi
tie was slecht opgekomen. Omtrent de absentie
van den heer Henri Polak mag men eenig op
zet veronderstellen. Zonder een protectionnist
te zijn, heeft deze soc.-dem. afgevaardigde zijn
bazwaren tegen den eenzijdigem vrijen invoer
duidelijk genoeg in artikelen uiteengezet. Dat
overigens een nieuwe belasting als die op de
benzine niet alleen geen verzet maar bijkans
algemeen© Instemming vond, mag ook wel aaa
den balk!
Woensdagavond vergaderde de raad van
Kerkrad e. Wethouder Acken-s deed direct na
de opening het voorstel om de motie-Vilain,
die de voorzitter in de vorige vergadering niet
in stemming wenschte te brengen, alsnog ia
stemming te brengen.
Hij waarschuwde tevens, dat, indien de
voorzitter niet over de motie zou laten stem.
men, een aantal raadsleden, ingevolge der be.
slissing, de vergadering zou verlaten.
De voorzitter bleef weigeren., aan het ver.
zoek te voldoen, waarvan 15 van de 25 raads.
leden de vergadering verlieten, die wegens
on voltalligheid werd opgeheven.
In de motie sprak de raad als zijn oordeej
uit, dat de aanwijzing van de,n tweeden plaats-
vervangendem burgemeester buiten het ooi lege
om, niet de samenwerking in het college en
in den raad bevordert; dat de raad zich ver.
eenigt met het daaromtrent door de wethou.
ders aan den Commissaris der Koningin en den
minister gezonden schrijven, terwijl tevens
door den raad aan B. en W. werd opgedragen
het schrijven ter kennis te bremgen van. den
Commissaris der Koningin en den minister
van Binnenlan-dsehe Zaken.
VERDRAG BETREFFENDE GEDWONGEN
OF VERPLICHTEN ARBEID.
Bij de Tweede Kamer is een wetsvoorstel
ingediend tot goedkeuring van het ontwerp-
verdrag betreffende den gedwongen of ver
plichten arbeid (Genève 1930).
De toelichting zegt o.m.:
De veertiende Internationale Arbeidsconfe-
rentie, welke van 10—28 Juni 1930 te Genève
gehouden werd en waaraan ook Nederland
deelnam, stelde o.a. een ontwerp-verdi ag en
eenige aanbevelingen vast betreffend© den ge
dwongen of verplichten arbeid.
Voor Nederland zelf mist het ontwerp-ver-
drag alle practische beteekenis, immers In
Nederland komt gedwongen of verplichte
arbeid, vallende in de werkingssfeer van het
ontwerp-verdrag, niet voor. Ditzelfde geldt ook
voor Suriname en Curasao. Wel is het daaren
tegen van belang voor Nederl.-Indië.
O.m. zal een voorbehoud ten aanzien van
artikel 4 noodig zijn.
I
Men meldt ons uit Middelburg':
Ingaande 20 December zullen de Ned. Spoor
wegen bij wijze van proef des Zondags een extra
trein VlissingenRoosendaal laten loepen voor
al ten behoeve van voetballers. Deze trein ver
trekt 9.55 uur van Vlissingen, stopt te Middel
burg en Bergen op Zoom en komt t© 11.14 uur
te Roosendaal.
Thans moeten de spelers reeds te 7 uur uit
Vlissingen ver-trekken, aankomst Roosendaal
9 uur.
DE „TROMPENBERG".
Blijkens bericht uit Holtenau is het Neder
landsche 8.3. Trompen-berg, dat zooals gemeld
op zee bet roer had verloren, aldaar in de
haven binnengesleept.
WAARSCHUWING.
In het Alg. Politieblad beveelt de burge-
meester van Zuilen aan om niet in handels
relatie te treden met Jacobus Hendrikus van
der Linden, 30 jaar, si garen koopman, wonende
te Zuilen, alvorens bij hem inlichtingen te heb
ben Ingewonnen.
Van der Linden handelt ook wel onder an
der© namen..
Stent, no. 245 bevat de examen-commissies:
voor stuurman op koopvaardyschepen, voor
machinist op koopvaardyschepen, voor stuur-
rnanv, ,eI) schipper op zeevisschersvaartuigen en
machinist-stoker enz. op stoomzeevisschersvaar-
tuigen.
S).
ÜIT HET HAVENLEVEN
(In de gepote stad)
Hij naim den kapitein bij den arm, ale wild©
hij kiem naar 't schip geleiden. Daarop nam
Kruger afscheid van de jonge lui van
Mientje bijzonder hartelijk en toen gingen
kapitein reeder arm in arm de loopbrug
op. In het midden ervan bleven zij staan, als
om afschedd te nemen.
Waarom heeft u de jongelui meegebracht,
(mijnheer? fluisterde de kapitein.
Het ging niet anders. Zij wilden met al
le geweld mee. Gauw, wat is dat met dat tus-
sehenvallertje?
Wij hebben een passagier aan boord.
Van Büuren greep krampachtig naar den
arm van den kapitein.
Dat gaat niet! Dat mag niet!
Hij kwam op 't laatste oogenblik; een uur
geleden. I-k kon hem niet afwijzen. Hij betaalt
en onze drie passagiershutten staan leeg Ieder
een zou het im de gaten hebben gekregen, in
dien ik had afgeslagen, namelijk met betrek
king tot hetgeen er gebeuren moet. Ongeluk
kig heeft de vent zich ook nog gewend tot
den steward.
Maar wij kunnen toch ni-et.
Van Buuren, die doodsbleek geworden was,
wilde nog verder spreken. De kapitein onder
brak b©m.
Wij moeten. Vrees niets. Mijn zorg zal
eijn; eerst den man te redden!
Belooft ge mij dat op eerewoord?
Op ©erewoord!
Zij gaven daarop elkaar de hand. Op het
schip en voor het pakhuis meende men, dat
zij nu afscheid hadden genomen.
Nu dan met....
Zij hadden willen zeggen; „Gods zegen'*,
maar dat woord bleef hun in de keel steken.
En nu erkende de reeder heel de verre
strekking van hetgeen hij gedaan had. Hij
durfde G-ods zegen niet meer over zijn schip
inroeptm, hij, de oude, eerlijk», chrlsteiijke
Van Buuren.
Hij keerde zich om en liep haastig de
loopplank af, zooals men vlucht voor let3
kwaads.
Oi-ho!
En nog eens en nog eens.
De landinghrug lag weer op 't dek, Van
Euuren stond bij d« zijnen. De kleine sleep
boot siste en blies, ais wilde zij zeggen:
Hier ben ik de baas. Zie, ik, kleine dreu
mes moet den reus van den oceaan op de
been helpen.
En hij heeft toch gezegd: acht uur,
hield Hendrik tegenover Mientje vol
"t Was een goed idee van mij, den ouden
heer op 't uiterste oogenblik hier te laten ko
men, mompelde de kapitein op de commando
brug. Indien ik hem een vol uur tijd gelaten
had, om te overleggen.dan zou hij mijn
heele plan in duigen geworpen hebben.
Ditmaal krijgen wij zeker 'n ongeluk,
bromde de oude matroos nog altijd op 't dek.
De „Huis Oranje" keerde langzaam haar
achtersteven naar d© Nieuwe Maas toe. De
lichten brandden nog in har© masten; door
de grauwe lucht schenen zij donkergele lan
taarns t© zijn, achter een groenaobtigen sluier.
Toet! Toet! blies de sleepboot.
Dan waren „Huis Oranje" en lichten lm
den mist verdwenen.
Jaoob van Buuren stond daar ais vastge
nageld te staren naar den «ohIer o&sichtba.
ren grijzen vloed. Hier en daar trok nog een
lichtschijnsel voorbij. Andere booten kwamen
en gingen.
Een passagierDat is de vloek der
booze daad.
Zeide u iets, oom?
Van Buuren schrikte.
Wat? Neen! Hoezoo?
Laten wij toch heen gaan, drong Mien-
tja aan, zoo mooi is het hier niet!
Zij keerden zich naar den uitgang van het
pakhuis.
Is oom bijgdoovlg? fluisterde Hendrik
Mientje toe.
Omdat het mij toeschijnt, dat ook hij uit
het terugschuiven vafn de landinghrug een
ongeluk voorspelt, gaf Hendrik ten antwoord.
V.
Vier luide slagen van de scheepsklok galm
den door het schip en over het water heen.
Dat beteekende 's namiddags zes uur: een be
wijs, dat de dag ten einde liep.
Dit feit was trouwens alleen door het vier
maal kleppen der klok te erkennen. De nevel
was den geheelen dag niet opgeklaard. Over
dag was het loodgrijs en rondom was het
loodgrijs gebleven; tegen dem a-vond was het
niet veel donkerder geworden dan het den
geheelen dag geweest was.
De „Huis Oranje" evenals alle andere sche
pen, die den Waterweg op naar ze© varen,
had bijgevolg slechts zeer seringen vooruit
gang gemaakt. Men moest voorzichtig zijn.
En daar de lichten aan de masten amper te
zien waren, na-aden d© misthoorns onopüou-
del ijk haar akelig geluid over de -wijde wa
tervlakte doen hooren, rechts en links, voor
en achter hoorde men stoomfluiten.
Nu echter scheen de mist t© willen optrek
ken. Wel Is waar onduidelijk, maair toch al
toos kenbaar, zonden de vuurtorens aan de
monding van den Waterweg hun stralenbun
dels de schepen tog-emoet.
Nu zullen wij eindelijk voorwaarts ko
men, zeide de machinist tot den kapitein. Zij
stonden op den commandobrug. De machinist
was naar boven gekomen, om verdere instruc
ties te halen.
Zal ik maar eens flink opstoken kapi
tein?
Ja. Stook zoo hard als de machines het
kunnen verdragen, ik geloof, dat over een
half uur de mist zal weggetrokken zijn.
De machinist neg af zich naar beneden, om
het ontvangen bevel uit te voeren. De kapi
tein bleef op de commandobrug.
Veertig knoopera sedert van morgen vroeg,
bromde hij vergenoegd. Het schijnt wel, alsof
de hoogere machten met mij een verbond ge
sloten hebben. Beter had ik het niet kunnen
verwachten.
Hij keek op zijn horloge.
Hajf zeven, preveld© hij verder. Dat
brengr ons te middernacht in volle zee en
toch nog in 't geziicht van de kiust.
Hij wreef zich in de honden.
Uitstekend!
Op het schip ging alles zijn gewonen gang.
Te aObt uur zaten de kapitein en de overige
hoog- en laaggeplaatste manschappen gezamen
lijk aan 't avondmaal. Er heerscihte de beste
stemming onder ben. Allen hadden een ge
voel, ajsaf zij voorheen hun kapitein in ge.
dachten onrecht hadden gedaan en dat nu we©r
moesten goedmaken. Er werd geschertst en
gelachen en gepeperde grappen werden ver
teld tot bij negenen.
Mep kwam zelfs bijeen tot het houden van
een klein partijtje poker.
De kapitein scheen goed geprofeteerd te
hebben. Eensklaps scheen de nevel ais wegge
blazen. Ontelbare sterren tintelden aan de
staalblauwe lucht en de zilveren halve
goot haar zacht licht uit over den blanken
waterspiegeler was haast geen krullend
golfje aan de oppervlakte te zien; de zee was
doodkalm. En tegen d» wanden van het schip
spotte het water glinsterend op. De zee lichtte
ontegenzeggelijk eem der meest belangwek
kende natuurverschijnselen!
Te tien uur werden de wachten afgelost;
zoowel i-n de stookplaats aan het roer als op
den uitkijk.
En te elf uur lag iedereen, die niet door
zijn plicht nog wakker werd gebonden, in den
diepsten slaap.
Ook de kapitein. Op de brug voerde de
eerste stuurman het commando.
Nu had de „Huis Oranje" de open zee be
reikt, nadat men sinds twee uren geen schip
meer ontmoet had.
Vier dubbele sjagen klonken op hot vóórdok.
De wachthebbende .matroos verkondigde mid
dernacht.
En toen werd het doodstil: de stilte van een
schip, waarop alles slaapt, de rust van den
zee-vrede.
De kapitein lag in zijn donkere kajuit te
luisteren naar de vier dubbele slagen van het
einde van de eerste wacht, die voor Hem een
signaal waren.
Nu stond hij op en verliet zijn kajuit. Maar
om bij het loopen niet opgemerkt te worden
deed bij pantoffels met drkike vilten zolen aan
de voeten.
In een paar vlugge sprongen had Tom
Kruger de bovenste treden van de trap naar
het dek bereikt. Fluks verborg nlj zich hier
In de schaduw, die door d-e commandobrug op
het dek werd geworpen, en kwam op die wijze
onmiddellijk onder de brug te staan. Hij keek
vlug om zich heen. Boven zich hoorde hij de
voetstappen van den stuurman, aan. beide
zijden die van de wachthebbende matrozen.
En nu kwamen ook van de linkerkant aa
tegelijkertijd aan de rechterzijde de twee
matrozen te voorschijn. Hij haa ze zoo gauw
niet gezien, maar hun gele oliejassen blonken
in het bleek© licht van de volle maan.
Nog twee passen en ze moeten hun kapi-
tein zien.
Nu zou dat op zich zelf geen ramp zij
de kapitein kon Immers op controlegang zijn.
Maar zulk een ontmoeting zou de plannen
van Tom Kruger ten oenen male hebben ver
ijdeld.
Daarom, kort en goed, wierp hij zich vlalk
op den grond, in de diepste schaanw van de
commandobrug.
Inmiddels gingen ze hem rechts en links
voorbij. Men had hem nfet opgemerkt.
En nu moesten er nog vijf minuten verloo-
pen, alvorens de lui terug koncen zijn. Van
deze vijf minuten wilde Tom Kruger partij
trekken.
Fluiks was hij overeind. Diep vooroverge-
bogon stapte hij met haastige schreden over
liet dek, onmiddellijk achter een der wacht
hebbende matrozen, en ijlings had hij bereikt,
wat hij wilde, de trap naar het logies der
bemanning en naar het laadruim.
Schielijk gleed hij de trap af. De deur naar
e woede trap lag vlak bij de monding van
de eerste, itn 't ruim voor 't scheepsvolk.
^Luisterend stond hij een oogembllk stil.
Niets vereend© zich; hier en daar snorkte een
matroos.
Toen pakte Tim Kruger met vasten greep
de trapdeur en stiet deze open. Hij had de
voren reeds gezorgd, dat die niet kon piepen.
En toen hij de deur weder achter zich in
't slot gedrukt had, slaakte hij ©en zucht van
verlichting. Langzaam ging hij trede na tred#
omlaag.
(Wordit vervolgd), i