a DE KWESTIE DER RIJN-SCHELDE- VERBINDING. De Brabcintsche belangen DEöTPAF DEP ZONDE VRIJDAG 18 DECEMBER 193Ï HET OVERLEG MET DE REGEERING. HERSTEL VAN BERGEN OP ZOOM ALS ZEEHAVEN. PREMIEBETALING ONGEVALLEN WET. HET TEWERKSTELLEN VAN BUITEN- LANDSCHE WERKKRACHTEN. DIEFSTALLEN IN 'T HAARLEMSCHE RAADHUIS. DE HELMONDSCHE DRAADNAGEL- FABRIEK. GIFTIGHEID VAN NICOTINE. DE RAAD VAN KERKRADE STAAKT. EEN SPECIALE TREIN VOOR VOET- BAI.T.ERS EXAMEN-COMMISSIES. In de Woensdag gehouden zitting vam de Pro- vinóiale Staten van Noord-Brabant heeft de heer v. d. Poel de kwestie der RijnSchelde- verbinding besproken. Spr. wees op de beroe ring daarover in ons land ontstaan, op de in terpellatie in de Eerste Kamer en de toezeg ging van den Minister aan mr. van Lanschot, dat niets tegenover België zal worden vast gelegd, zonder dat daarbij niet alleen ten volle rekening wordt gehouden met de belan gen van Noord-Brabant, maar dat, dat ook niet zal gebeuren zonder dat met het bestuur van die provincie dienaangaande nader over leg zal zijn gepleegd. Welke zijn de belangen die hier op het spel staan Op de eerste plaats het vraagstuk der ont watering. Bij sterken regenval in. de stroom gebieden van Mark, Aa en Vliet is de afvoer van overtollig water in West-Brabant zeer onvoldoende. Wij mogen reeds tevreden zijn, zeide spr, dat de Minister bij de begrooting in de Tweede Kamer heeft toegezegd dat het kanaal in tegenstelling met het dreigende plan op laag peil zal komen te liggen. Maar gerust kunnen we nog niet zyn op dit punt, want het is niet zeker, dat de inmiddels blijkbaar veranderde plannen wel geheel in overeenstemming te brengen zijn met dezen dubbelen eisch, laag peil en zoet water. Dit is in ieder geval zeker, dat het van het hoogste belang, voor de ontwatering van West- Brabant is, dat het kanaal in verbinding komt te. staan met de open Wester-Schelde, opdat de zeer gunstige ebstanden, aldaar, benut zullen kunnen worden voor de loozing van overtollig kanaalwater, daar het niet voldoende kan ge schieden op Volkerak en Oosterschelde. Men denke daarenboven aan de Oester- cultuur op dezen laatsten zeearm, door loozing van zoetwater. Een tweede belang waarvoor de Provincie Noord-Brabant op de bres diene te staan is de verbetering van het scheepvaartverkeer met de zee. Teneinde het scheepvaartverkeer met West- Brabant naar de zee mogelijk te maken, is het noodig, dat het kanaal niet voorbij Bath in de open Wester-Schelde worde afgesloten, en het in de toekomst mogelijk zal zijn Bergen op Zoom in haar vroegere positie van zeehaven te herstellen. Zooals in de plannen van ir. onna,ei s en ir. van Konijnenburg is voor zien, kan dan een uitstekende verbinding met Zeeuwsch-Vlaanderen tot stand worden bracht. -,y. dustrieën op Brabantsohen bodem bevordert; e. mogelijk maakt, dat bij verbinding van Vliet en Mark geheel midden en Oost-Noord- Brabant het bloeiende achterland kunnen wor- den, van een eigen Braban-tsche zeehaven. Mededeelingen van den voor sitter. In zijn antwoord zeide de voorzitter dat In derdaad de regeering in nader overleg is ge treden met het Provinciaal bestuur. Het college, vergezeld door den griffier en den hoofdingenieur van de Prov. Water staat heeft een bespreking gehad met den mi nister-president, den minister van buitenland- sche zaken, den minister van Waterstaat en den directeur-generaal. Naar aanleiding van deze ^EN KERK VAN SUIKER, vervaardigd door den chefkok viam de flat aan de van Hogen- hoecklaan te 's Gravenhage. Het snik erbouwwerk is «leotrisch verlicht. ge- Wanneer over eenige jaren als de verdwazing ei Europeesche tarievenoorlog voorbij zal Mant' ih het Delta-gebied van Rijn, aaj en Schelde een belangrijke plaats zal Kunnen gaan innemen, dan is het nu de tijd. te voorkomen, dat Brabant de zee ontnomen zal worden. De gecombineerde plannen van ir. Bon- gaerts en ir. van Konijnenburg bieden een oplossing. Tegenover al de voordeelen van die op- ossing staat één kiein nadeel voor Antwer pen, let wel, voor Antwerpenf ik zeg niet van België, van één sluis, is 20 30 minuten meer oponthoud. Dat een Nederlandsche regeering om een zoo klein nadeel voor een niet-Nederlandsche haven, bij zooveel tegemoetkoming, en bij zulke groote Brabantsche, dus Nederlandsche belangen, die op het spel staan, in plaats van tot een open, tot een afgesloten Scheldevak zou besluiten, komt spr. onbegrijpelijk voor. Spr. stelde tenslotte de volgende vragen: Kunnen Ged. Staten toezeggen, dat bij het overleg dat met den Minister van Buiten- landsche Zaken, inzake de Rün—Schelde-ver- binding zal plaats hebben, door hen met de meeste kracht gestreefd zal worden naar een kanaal dat: le. Een laag peil heeft; 2e. in verbinding staat met de open Wester- schelde 3e. den Brabantschen wal, ten Z. van Ber gen op Zoom, niet afsluit van de open Wester- schelde, wijl alleen een kanaal met deze ken merken: a. de ontwatering van West-Brabant ten goede komt; b. een rechtstreeksche verbinding /ran W. Brabant met Zeeuwsch-Vlaanderen vormt; c. Brabant een eigen zeehaven kan schen ken; d. de ontwikkeling en vestiging van in- bespreking is de prov. waterstaat een diep gaande studie begonnen. Deze studie is nog niet beëindigd. Haar resultaat is nog niet aan Ged. Staten overgelegd. Wellicht zal zij leiden tot verdere besprekingen met de regeering. Het overleg is dus nog in vollen gang. Gedep. Staten wenschen, zeide spr., op de eerste plaats openlijk de regeering te bedan ken voor de geboden gelegenheid tot overleg Op de eerste vraag van den interpellant kan spr. antwoorden, dat de regeering reeds open lijk heeft verklaard dat het kanaal in ieder geval een laag peil zal hebben. Welk laag peil precies is nog niet Uitgemaakt. Dit is een der onderwerpen, welke de prov. Waterstaat bestu- tujy k Daal iD Ieder geval een laag pen zal hwben is van groot belang voor de afwatering van het Westen onzer provincie. voo^r tLfmT&li3'khei<1 het kanaal 16 gebruiken aterberging is -van groot belang Verbinding met de open Schelde zal het worden verleend. Nadat ondergeteekende aaD kanaal in ieder geval hebben Daarnaar zullen voornoemd bestuur heeft medegedeeld, dat hij Ged. Staten niet „met de meeste kracht" behoe- aan dat voorstel geen gevoIg kon geven' hee£t ven „te streven". Tusschen het kanaal en de het bankbestuur geen verdere voorstellen tot Wester Schelde zal altijd een sluis moeten ko- Üet verleenen van Premie-reductie gedaan, men, maar deze kan gemakkelijk zoo ingericht waamedo uiteraard niet bedoeld wordt te worden, dat zij voor de afwatering geen be- zeggen' dat het tankbestuur tegen verdere toe- zwaar oplevert kenning van premie-reductie bedenking zou Het lage peil van het kanaal is gunstig voor hebben gehad de verbinding met Dintel en Vliet. Een open De motieven, welke de minister hebben ge- verbinding schijnt niet uitgesloten, waarbij leid tot zijn afwijzende beslissing op' het ver- het peil van den Vliet dan wellicht wat opge- zoek van den Raad van Arbeid te Nijmegen zet zal moeten worden. Inderdaad zou dat een e.a. om op de premiebetaling een reductie Geen verleening van reductie. In antwoord op de vragen van den heer Arntz betreffende het verleenen van reductie op de premiën ingevolge de Ongevallen wet- 1921 heeft minister Verschuur o.m. geant woord, dat het juist Is „dat het bestuur der Rijksverzekeringsbank aan ondergeteekende heeft voorgesteld te bevorderen, dat, gelijk zulks over de voorafgaande jaren was ge schied, ook over het jaar 1930 een reductie op de premie, ten beloope van 25 pCt„ zou groot belang voor heel West Brabant zijn; de scheepvaart, van Breda en Roosendaal zou rechtstreeks kunnen doorvaren. Ged. Staten verheugen zich erover, dat er geen sprake is van een kanaal onder eenlgerlei internationaal regime binnen onze provincie. Aan het kanaal zijn groote afmetingen toe- •edaoht, ongeveer die van het Amsterdam-Rijn kanaal en berekend voor schepen van 4000 ton. Dat brengt mede, dat er niet zeer veel bruggen in zullen kunnen komen. De daardoor afgesneden landstreek zal nog al geïsoleerd worden. Dat is een reden geweest om aan te dringen dat het kanaal zooveel mogelijk naar het Westen ontworpen zal worden en liever beperkt tot Dintelsas dan doorgevoerd tot Wil lemstad. Voor zooveel noodig is nog gewezen op de belangen van de schelpdierencultuur en de ansjovis-visscherij en verzocht daarmede zoo veel. mogelijk rekening te houden. Voldoende bekend is het, dat het leven van een kleine beginnende zeehaven niet gemakke lijk, is. Dat er toch zulk een drang naar is is een bewijs van levensmoed, ondernemings geest en energie in zoo donkeren tijd. Bij de regeering is erop aangedrongen aan toe te staan zijn de volgende; Het zevende lid van art. 40 der Ongevallen wet 1921 is destijds in de wet opgenomen met de bedoeling daarmede te kunnen te gemoet komen aan het bezwaar,verbonden aan het premiestelsel, in tegenstelling van het om slagstelsel, dat het kan leiden tot de vorming van overschotten boven hetgeen tot dekking van de verzekeringslasten noodig is. Indien uit een wetenschappelijke balans van zoodanig overschot mocht blijken, zou dan door toe passing van het zevende lid van art. 40, dat overschot kunnen worden gebracht ten bate van de ondernemingen, op welker verzekering het overschot was verkregen. Sinds het boekjaar 1927 leverde echter het verzekeringsbedrijf der Bank geen winsten meer op, maar leidde het integendeel, en wel in toenemende mate, tot eenig verlies. Het tekort zou bedragen nagenoeg 5 pet., van de eindwaarde der over 1929 ontvangen óf nog té ontvangen premiën. Reeds' in deze omstan digheid meende ondergeteekende aanleiding te moeten vinden om te beginnen met 1930 van premie-reductie af te zien. Het scheen hem toch geen gezonde fiïiancieele politiek om Een regeling met Duitschland. Onderhandelingen met België. In een Nota, naar aanleiding van het Ver slag der Tweede Kamer, over het wetsont werp tot wijziging en verhooging van het tiende hoofdstuk der Rijksbegrooting voor 1930 kan de Minister de verzekering geven, dat de Regeering voortdurend den loop der werkloosheidscijfers in de onderscheidene be drijfsgroepen nauwlettend gadeslaan. Ten aanzien van de opmerking over het groote aantal buitenlandsche werkkrachten, werkzaam in het bouwbedrijf, o.a. in het Zui den van Limburg en in Zeeuwsch-Vlaanderen merkt hij op, dat ook op het werken van bui tenlandsche arbeiders in het bijzonder in het Zuiden van Limburg en in Zeeuwsch-Vlaande ren, de aandacht van de Regeering voortdurend gevestigd is. Het verslag van de interdepar tementale commissie van onderzoek omtrent het werken van niet-Nederlanders in Neder land is hem bekend. Met Duitschland zijn re gelingen getroffen en wel op den grondslag van reciprociteit over het zich vestigen en werken van Nederlandsche arbeiders in Duitschland. Met de Belgische regeering zijn onderhandelingen geopend over een arbeids- verdrag. De Minister stelt zich voor, dat de loop dier onderhandelingen in verband dient te worden gebracht met de beslissing, te ne men ter zake van de voorstellen van evenge- noemde Interdepartementale Oommissie. EEN NIEUW PORTRET VAN Z. K. H. PRINS HENDRIK. Bestemd voor het bureau van het Ned Roode Kruis. De Nederlandsche portretschilder Georg Claassen, die in het buitenland reeds tal van persoonlijkheden schilderde, heeft thans een levensgroot olieverf-portret vervaardigd van Z.K.H. Prins Hendrik. Het portret is bestemd voor het Bureau van het Nederlandsche Roode Kruis aan de Prinsen gracht te Den Haag, waar Z. K. H. als voorzit ter van liet Nederlandeohe Roode Kruis dage lijks arbeidt. dezen wensch zooveel mogelijk tegemoet te bij een toenemend verlies op het verzekerings kamer en de kansen van Bergen op Zoom zoo bedrijf tot premie-reductie over te gaan. Daar- gunstig mogelijk te maken. Ged. Staten hou- bij gold voorts de overweging, dat het in het den zich ervan overtuigd, dat dit ook zal ge- Ongevallenfonds aanwezig saldo reeds vele schieden. jaren te voren werd gevormd, zoodat een niet Welke de oplossing voor deze zijde van het onbelangrijk aantal ondernemingen, welke eerst sedert de laatste jaren haar risico door de Bank hebben doen dragen en welke der- halve niet tot de vorming van het saldo heb- sudie van den rov. Waterstaat is nog niet ben medegewerkt, van de premiereductie zou- beeindigd, het overleg met de regeering even- den voordeei hebben. vraagstuk zal kunnen worden, daaromtrent zijn thans nog geen inlichtingen te geven. De plan nen hebben nog geen voldoende vastheid. De min. Op dit oogenblik kunnen Ged. Staten slechts verklaren, dat dit belangrijk deel hun volle aandacht heeft. Door een politie-agent. Gistermorgein heeft die Haarlemse he recht bank uitspraak gedaan in de zaak tegen den 36-jarigen politieagent v. I., die zich had schul dig gemaakt aan twee diefstallen in het Haar lemsche raadhuis resp. in den nacht van 21 op Dec. 1930 en van 3 op 4 Oct 1931, bij welke gelegenheden hij resp. bedragen van 100 en 125 had gestolen. Er was een gevangenisstraf van 2 jaar ge- Inmiddels hebben zich bij deze overwegin gen nog andere gevoegd, welke het verleenèn van premie-reductie onraadzaam doen voor komen. Het zesde lid van art. 40 der Onge vallenwet 1921 bepaalt, dat door de Bank een reserve wordt gevormd tot ten hoogste een bedrag van een millioen gulden. Na de tot standkoming van die bepaling bij de wet van 2 Mei 1921, Staatsblad no. 700, tot herziening der Ongevallenwet 1901, heeft de overtuiging zich gevestigd, dat een maximum reserve van een millioen gulden niet onbelangrijk te laag is om voldoenden waarborg te geven tegen de nadeelige gevolgen van onverwachte risico stijging. De aldus gevoelde wenscheiijkheid om door wijziging van het zesde lid van art. 40 tot een hooger reservebedrag te komen, wordt nog in sterkere mate gevoeld in verband met de aanzienlijke koersdalingen sedert den ëiseht, de rechtbank veroordeelde verdachte tot 1 jaar en 8 maanden met aftrek van preven- laatsten tijd van de fondsen, welke als beleg tief tot en met 31 December. gingspapier in aanmerking komen. Fabricage vijf jaar stopgezet. De heer van Poll heeft aan den Minister van Arbeid, Handel en Nijverheid o.m. de vol gende vragen gesteld: Is het den Minister bekend, dat de grootste draadnagelfabriek te Helmond voor een duur van 5 jaren geen draadnagels meer zal maken en dat de vennootschap voor deze stiizetting een ruime vergoeding ontvangt van een inter nationaal syndicaat Kan de Minister mededeelen of de uitge kochte firma bereid is geweest om mede te werken tot het tot stand brengen eener draad- walserij in Nederland, welke de draad industrie onafhankelijk zou maken van buiten landsche walser ijen en of daartoe plannen hebben bestaan, die nu niet terstond tot uit voering komen, ten gevolge van de aansluiting der draadverwerkende fabrieken bij een inter nationaal syndicaat, waarbij de stilzetting der fabriek werd overeengekomen Is de Minister niet van meening, dat het welzijn der geheele bevolking vereischt, dat beslissingen over het voortbestaan eener in dustrie niet uitsluitend afhankelijk wordt ge steld van het geldelijk voordeel van een onder neming Zoo ja, meent dan niet de Minister, dat van Overheidswege zoo spoedig mogelijk tot liet tot stand komen van een walsbedrijf als aan vulling van het hoogovenbedrijf behoort te worden overgegaan, waarover de Regeering een groote mate van zeggingschap heeft AANSLAG OP EEN JACHTOPZIENER Voor 14 dagen stond voor de Haarlemsche rechtbank terecht de 63-jarige arbeider J. de W., wien ten laste was gelegd poging tot dood slag op den jachtopziener van Honschoten in de Zantvoortsche duinen. Tegen hem was een gevangenisstraf van 2 jaar geëiseht; hij werd conform den eisch veroordeeld met aftrek van preventief. Reeds jarenlang is men er in wetenschap peüij'ke kringen op uit geweest, de werkin. vam nicotine op de organen te bestudeer en. Niet aiileen van nicotine. Er bestaat een onder deel van de geneeskunde, eigenlijk thuis hoo- renide onder die pharmacie, n.I. de phaimacody- namtelk, hetwelk zich ten doel stelt de eigen schappen en werkingen van de verschillende phairniaca te onderzoeken. De belangstelling van het pulblij/ek gaat echter vaak u-it naar de niico'bine, omdat er zoavelen zijn, die de nicotine als genotmiddel savomroeren en dus wel gaarne weten of het kan schaden. Onlangs heeft mij iemand gevraagd hieT ter plaatse uiteen te zetten in hoeverre de rookers nadeeltgen invloed zullen ondervinden van nicotine en tevens mijn oordeel te geven over een „proef", die door prof. Tounnad© *6 Brussel met honden zou zijn genomen. Bedoelde zegsman refereerde daarbij naair een bespre king welke ik zou hebben gegeven oveir een middel tegen nicotlnevergiftiging, Bonicot ge naamd. Laat ik nog eens herhalen, wat ik reeds herhaalde malen heib ge-zegd, dat ik niet ven antwoondelijk voor alles wat anderen s-chrij ven en dat Ik mij wel zou wachten een stoute en niet-te-bewijzen bewering neer te schrijven als „dat dit praapairaat na nauwkeurig onder zoek de schadelijke werking van nicotine op de verschillende organen teniet bleek te doen' Men kent mij weinig, wanneer men mij in staat acht zooiets neer te schrijven; ik lees niet eens dll© dwaasheden, welke fabrikanten over hun praeparaten aan het publiek te slik ken geven- en die het publiek ook werkelijk slokt. Ik kan alleen betreuren, dat zulke be langhebbenden kans zien, terluiks de redactio neels kolommen der dagbladen binnen te slui pen. Over de werking van nl-cotine op de verschil lende organen zal Ik misschien later eens iets zeggen, maar mij thans liever beperken tot het bespreken van de „proef" die te Brussel zou zijn gnomen. Blijkens een bericht liet een professor den rook van sigaretten door honden inademen door middel van een bepaald toestel (hetwelk niet beschreven wordt). Twee honden stierven na „inademing" van een halve sigaret. De andere kregen zemuwstooniissen, verkooging van het bloedsuikergehalte met 300 pCt. etc. etc. Wij zullen maar niet verder gaan. Wanneer twee honden sterven door het inademen van een halve sigaret, hoeveel dooien vallen er dan ondier de menschem door een havaina? Toch ziet men zooiets niet gebeuren en men vraagt zich af wat men dan moet denke-n van deze proef, waarbij aan honden misschien door een of ander maskér de rook (dus niet de nicotine, moair ook de re&t) in de luchtpijpen, wordit. ge perst? - - Laat de prof. zich bezig houden met beter en wetenschappelijker werk en laat het publiek eens eindelijk leeren alles wat gedrukt staat wat meer kritisch te lezen. De werking van tabaksrook (ik spreek op zettelijk niet vam nicotine) op versol. ill end e dieren is ook geheel verschillend. De bij wordt mak (ook sommige menschen worden mak), de hond kan niet den minsiten rook verdragen; en iik heb een vriend, die na -twaalven nog een extra pittig blaadje opzoekt. Zeer nauwkeurige proeven op -dieren mag men bier dus zeker niet op den mieusoh van toepassing verklaren. Dr. H. S. Noot van de Redactie. Gedacht wordt door dien vraagsteller, blijkbaar op een destijds in onze courant overgenomen uitspraak van den Amsteipdamischen Keurinig.sd-ienst, een uit spraak, dlie iintusecken hier niet juist schijnt geciteerd. PASTOOR J. BRANDTS Naar wij vernemen, is de Zeereerw. heer J W. J. Brandts, pastoor te Lattrop, voorzien van de H.H. Sacramenten der Stervenden. EXAMEN ENGELSCH M.O. B. De Minister van Onderwijs brengt ter kennis, dat het mondeling gedeelte van de examens tot het verkrygen van eetio akte van bekwaamheid tot het geven van middelbaar onderwijs in de Engelsche taal en letterkunde, akte B, zal wor den afgenomen te Groningen, in het gebouw van de Ryksunlversiteit, op de navolgende da gen en uren 21, 22 en 23 December, telkens te 9.45 uur en 13.45 uur, en 24 December te 9,45 uur. DE SENAAT Tariefsverhooging en benzinebelasting Veel behoeven wij over de vergadering van 's lands hooge college niet te schrijven: men weet reeds dat minister de Geer er zijn tarief- verhooging en bemzinebeiasting heeft doorge kregen. Voor 't laatste bestond geen twijfel, maar oveir 't eerste gingen booze geruchten. Links stemde tegen het hoogere tarief en rechts met uitzondering vam den O. H. heer ter Haar was eensgezind vóór. Maar de opposi tie was slecht opgekomen. Omtrent de absentie van den heer Henri Polak mag men eenig op zet veronderstellen. Zonder een protectionnist te zijn, heeft deze soc.-dem. afgevaardigde zijn bazwaren tegen den eenzijdigem vrijen invoer duidelijk genoeg in artikelen uiteengezet. Dat overigens een nieuwe belasting als die op de benzine niet alleen geen verzet maar bijkans algemeen© Instemming vond, mag ook wel aaa den balk! Woensdagavond vergaderde de raad van Kerkrad e. Wethouder Acken-s deed direct na de opening het voorstel om de motie-Vilain, die de voorzitter in de vorige vergadering niet in stemming wenschte te brengen, alsnog ia stemming te brengen. Hij waarschuwde tevens, dat, indien de voorzitter niet over de motie zou laten stem. men, een aantal raadsleden, ingevolge der be. slissing, de vergadering zou verlaten. De voorzitter bleef weigeren., aan het ver. zoek te voldoen, waarvan 15 van de 25 raads. leden de vergadering verlieten, die wegens on voltalligheid werd opgeheven. In de motie sprak de raad als zijn oordeej uit, dat de aanwijzing van de,n tweeden plaats- vervangendem burgemeester buiten het ooi lege om, niet de samenwerking in het college en in den raad bevordert; dat de raad zich ver. eenigt met het daaromtrent door de wethou. ders aan den Commissaris der Koningin en den minister gezonden schrijven, terwijl tevens door den raad aan B. en W. werd opgedragen het schrijven ter kennis te bremgen van. den Commissaris der Koningin en den minister van Binnenlan-dsehe Zaken. VERDRAG BETREFFENDE GEDWONGEN OF VERPLICHTEN ARBEID. Bij de Tweede Kamer is een wetsvoorstel ingediend tot goedkeuring van het ontwerp- verdrag betreffende den gedwongen of ver plichten arbeid (Genève 1930). De toelichting zegt o.m.: De veertiende Internationale Arbeidsconfe- rentie, welke van 10—28 Juni 1930 te Genève gehouden werd en waaraan ook Nederland deelnam, stelde o.a. een ontwerp-verdi ag en eenige aanbevelingen vast betreffend© den ge dwongen of verplichten arbeid. Voor Nederland zelf mist het ontwerp-ver- drag alle practische beteekenis, immers In Nederland komt gedwongen of verplichte arbeid, vallende in de werkingssfeer van het ontwerp-verdrag, niet voor. Ditzelfde geldt ook voor Suriname en Curasao. Wel is het daaren tegen van belang voor Nederl.-Indië. O.m. zal een voorbehoud ten aanzien van artikel 4 noodig zijn. I Men meldt ons uit Middelburg': Ingaande 20 December zullen de Ned. Spoor wegen bij wijze van proef des Zondags een extra trein VlissingenRoosendaal laten loepen voor al ten behoeve van voetballers. Deze trein ver trekt 9.55 uur van Vlissingen, stopt te Middel burg en Bergen op Zoom en komt t© 11.14 uur te Roosendaal. Thans moeten de spelers reeds te 7 uur uit Vlissingen ver-trekken, aankomst Roosendaal 9 uur. DE „TROMPENBERG". Blijkens bericht uit Holtenau is het Neder landsche 8.3. Trompen-berg, dat zooals gemeld op zee bet roer had verloren, aldaar in de haven binnengesleept. WAARSCHUWING. In het Alg. Politieblad beveelt de burge- meester van Zuilen aan om niet in handels relatie te treden met Jacobus Hendrikus van der Linden, 30 jaar, si garen koopman, wonende te Zuilen, alvorens bij hem inlichtingen te heb ben Ingewonnen. Van der Linden handelt ook wel onder an der© namen.. Stent, no. 245 bevat de examen-commissies: voor stuurman op koopvaardyschepen, voor machinist op koopvaardyschepen, voor stuur- rnanv, ,eI) schipper op zeevisschersvaartuigen en machinist-stoker enz. op stoomzeevisschersvaar- tuigen. S). ÜIT HET HAVENLEVEN (In de gepote stad) Hij naim den kapitein bij den arm, ale wild© hij kiem naar 't schip geleiden. Daarop nam Kruger afscheid van de jonge lui van Mientje bijzonder hartelijk en toen gingen kapitein reeder arm in arm de loopbrug op. In het midden ervan bleven zij staan, als om afschedd te nemen. Waarom heeft u de jongelui meegebracht, (mijnheer? fluisterde de kapitein. Het ging niet anders. Zij wilden met al le geweld mee. Gauw, wat is dat met dat tus- sehenvallertje? Wij hebben een passagier aan boord. Van Büuren greep krampachtig naar den arm van den kapitein. Dat gaat niet! Dat mag niet! Hij kwam op 't laatste oogenblik; een uur geleden. I-k kon hem niet afwijzen. Hij betaalt en onze drie passagiershutten staan leeg Ieder een zou het im de gaten hebben gekregen, in dien ik had afgeslagen, namelijk met betrek king tot hetgeen er gebeuren moet. Ongeluk kig heeft de vent zich ook nog gewend tot den steward. Maar wij kunnen toch ni-et. Van Buuren, die doodsbleek geworden was, wilde nog verder spreken. De kapitein onder brak b©m. Wij moeten. Vrees niets. Mijn zorg zal eijn; eerst den man te redden! Belooft ge mij dat op eerewoord? Op ©erewoord! Zij gaven daarop elkaar de hand. Op het schip en voor het pakhuis meende men, dat zij nu afscheid hadden genomen. Nu dan met.... Zij hadden willen zeggen; „Gods zegen'*, maar dat woord bleef hun in de keel steken. En nu erkende de reeder heel de verre strekking van hetgeen hij gedaan had. Hij durfde G-ods zegen niet meer over zijn schip inroeptm, hij, de oude, eerlijk», chrlsteiijke Van Buuren. Hij keerde zich om en liep haastig de loopplank af, zooals men vlucht voor let3 kwaads. Oi-ho! En nog eens en nog eens. De landinghrug lag weer op 't dek, Van Euuren stond bij d« zijnen. De kleine sleep boot siste en blies, ais wilde zij zeggen: Hier ben ik de baas. Zie, ik, kleine dreu mes moet den reus van den oceaan op de been helpen. En hij heeft toch gezegd: acht uur, hield Hendrik tegenover Mientje vol "t Was een goed idee van mij, den ouden heer op 't uiterste oogenblik hier te laten ko men, mompelde de kapitein op de commando brug. Indien ik hem een vol uur tijd gelaten had, om te overleggen.dan zou hij mijn heele plan in duigen geworpen hebben. Ditmaal krijgen wij zeker 'n ongeluk, bromde de oude matroos nog altijd op 't dek. De „Huis Oranje" keerde langzaam haar achtersteven naar d© Nieuwe Maas toe. De lichten brandden nog in har© masten; door de grauwe lucht schenen zij donkergele lan taarns t© zijn, achter een groenaobtigen sluier. Toet! Toet! blies de sleepboot. Dan waren „Huis Oranje" en lichten lm den mist verdwenen. Jaoob van Buuren stond daar ais vastge nageld te staren naar den «ohIer o&sichtba. ren grijzen vloed. Hier en daar trok nog een lichtschijnsel voorbij. Andere booten kwamen en gingen. Een passagierDat is de vloek der booze daad. Zeide u iets, oom? Van Buuren schrikte. Wat? Neen! Hoezoo? Laten wij toch heen gaan, drong Mien- tja aan, zoo mooi is het hier niet! Zij keerden zich naar den uitgang van het pakhuis. Is oom bijgdoovlg? fluisterde Hendrik Mientje toe. Omdat het mij toeschijnt, dat ook hij uit het terugschuiven vafn de landinghrug een ongeluk voorspelt, gaf Hendrik ten antwoord. V. Vier luide slagen van de scheepsklok galm den door het schip en over het water heen. Dat beteekende 's namiddags zes uur: een be wijs, dat de dag ten einde liep. Dit feit was trouwens alleen door het vier maal kleppen der klok te erkennen. De nevel was den geheelen dag niet opgeklaard. Over dag was het loodgrijs en rondom was het loodgrijs gebleven; tegen dem a-vond was het niet veel donkerder geworden dan het den geheelen dag geweest was. De „Huis Oranje" evenals alle andere sche pen, die den Waterweg op naar ze© varen, had bijgevolg slechts zeer seringen vooruit gang gemaakt. Men moest voorzichtig zijn. En daar de lichten aan de masten amper te zien waren, na-aden d© misthoorns onopüou- del ijk haar akelig geluid over de -wijde wa tervlakte doen hooren, rechts en links, voor en achter hoorde men stoomfluiten. Nu echter scheen de mist t© willen optrek ken. Wel Is waar onduidelijk, maair toch al toos kenbaar, zonden de vuurtorens aan de monding van den Waterweg hun stralenbun dels de schepen tog-emoet. Nu zullen wij eindelijk voorwaarts ko men, zeide de machinist tot den kapitein. Zij stonden op den commandobrug. De machinist was naar boven gekomen, om verdere instruc ties te halen. Zal ik maar eens flink opstoken kapi tein? Ja. Stook zoo hard als de machines het kunnen verdragen, ik geloof, dat over een half uur de mist zal weggetrokken zijn. De machinist neg af zich naar beneden, om het ontvangen bevel uit te voeren. De kapi tein bleef op de commandobrug. Veertig knoopera sedert van morgen vroeg, bromde hij vergenoegd. Het schijnt wel, alsof de hoogere machten met mij een verbond ge sloten hebben. Beter had ik het niet kunnen verwachten. Hij keek op zijn horloge. Hajf zeven, preveld© hij verder. Dat brengr ons te middernacht in volle zee en toch nog in 't geziicht van de kiust. Hij wreef zich in de honden. Uitstekend! Op het schip ging alles zijn gewonen gang. Te aObt uur zaten de kapitein en de overige hoog- en laaggeplaatste manschappen gezamen lijk aan 't avondmaal. Er heerscihte de beste stemming onder ben. Allen hadden een ge voel, ajsaf zij voorheen hun kapitein in ge. dachten onrecht hadden gedaan en dat nu we©r moesten goedmaken. Er werd geschertst en gelachen en gepeperde grappen werden ver teld tot bij negenen. Mep kwam zelfs bijeen tot het houden van een klein partijtje poker. De kapitein scheen goed geprofeteerd te hebben. Eensklaps scheen de nevel ais wegge blazen. Ontelbare sterren tintelden aan de staalblauwe lucht en de zilveren halve goot haar zacht licht uit over den blanken waterspiegeler was haast geen krullend golfje aan de oppervlakte te zien; de zee was doodkalm. En tegen d» wanden van het schip spotte het water glinsterend op. De zee lichtte ontegenzeggelijk eem der meest belangwek kende natuurverschijnselen! Te tien uur werden de wachten afgelost; zoowel i-n de stookplaats aan het roer als op den uitkijk. En te elf uur lag iedereen, die niet door zijn plicht nog wakker werd gebonden, in den diepsten slaap. Ook de kapitein. Op de brug voerde de eerste stuurman het commando. Nu had de „Huis Oranje" de open zee be reikt, nadat men sinds twee uren geen schip meer ontmoet had. Vier dubbele sjagen klonken op hot vóórdok. De wachthebbende .matroos verkondigde mid dernacht. En toen werd het doodstil: de stilte van een schip, waarop alles slaapt, de rust van den zee-vrede. De kapitein lag in zijn donkere kajuit te luisteren naar de vier dubbele slagen van het einde van de eerste wacht, die voor Hem een signaal waren. Nu stond hij op en verliet zijn kajuit. Maar om bij het loopen niet opgemerkt te worden deed bij pantoffels met drkike vilten zolen aan de voeten. In een paar vlugge sprongen had Tom Kruger de bovenste treden van de trap naar het dek bereikt. Fluks verborg nlj zich hier In de schaduw, die door d-e commandobrug op het dek werd geworpen, en kwam op die wijze onmiddellijk onder de brug te staan. Hij keek vlug om zich heen. Boven zich hoorde hij de voetstappen van den stuurman, aan. beide zijden die van de wachthebbende matrozen. En nu kwamen ook van de linkerkant aa tegelijkertijd aan de rechterzijde de twee matrozen te voorschijn. Hij haa ze zoo gauw niet gezien, maar hun gele oliejassen blonken in het bleek© licht van de volle maan. Nog twee passen en ze moeten hun kapi- tein zien. Nu zou dat op zich zelf geen ramp zij de kapitein kon Immers op controlegang zijn. Maar zulk een ontmoeting zou de plannen van Tom Kruger ten oenen male hebben ver ijdeld. Daarom, kort en goed, wierp hij zich vlalk op den grond, in de diepste schaanw van de commandobrug. Inmiddels gingen ze hem rechts en links voorbij. Men had hem nfet opgemerkt. En nu moesten er nog vijf minuten verloo- pen, alvorens de lui terug koncen zijn. Van deze vijf minuten wilde Tom Kruger partij trekken. Fluiks was hij overeind. Diep vooroverge- bogon stapte hij met haastige schreden over liet dek, onmiddellijk achter een der wacht hebbende matrozen, en ijlings had hij bereikt, wat hij wilde, de trap naar het logies der bemanning en naar het laadruim. Schielijk gleed hij de trap af. De deur naar e woede trap lag vlak bij de monding van de eerste, itn 't ruim voor 't scheepsvolk. ^Luisterend stond hij een oogembllk stil. Niets vereend© zich; hier en daar snorkte een matroos. Toen pakte Tim Kruger met vasten greep de trapdeur en stiet deze open. Hij had de voren reeds gezorgd, dat die niet kon piepen. En toen hij de deur weder achter zich in 't slot gedrukt had, slaakte hij ©en zucht van verlichting. Langzaam ging hij trede na tred# omlaag. (Wordit vervolgd), i

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Nieuwe Schiedamsche Courant | 1931 | | pagina 6