KAROLYI'S PLANNEN EN ZORGEN
LORD PASSFIELD TEGEN
MR. MAC DONALD.
DTN$t\AC! 12 .TANTTATIT 1252
PROF. MANNOURY EN DE GEESTES-
VRTJHEID.
NEDERLANDERS IN DEN VREEMDE.
MAGINOT'S UITVAART.
FRITZ HIRSCH-OPERETTE.
INDIE'S BESNOEIDE BEGROOTING
Toch nog een tekort van 150
millioen.
OPENING VAN DEN VOLKSRAAD.
VALSCHE MUNTERS.
DE DANKBAARHEID VAN
EEN VOLK.
DE A. S. ONTWAPENINGS
COMMISSIE.
NON-AGRESSIE-PACTEN.
De Engelsche delegatie.
Het Russisch-Poolsche verdrag reeds
geparafeerd
STORM BOVEN HET KANAAL.
THEODORE ROOSEVELT GOUVER
NEUR VAN DE PHILIPPIJ NEN.
DE EERSTE MINISTER EN ZIJN
LABOUR-COLLEGA'S.
„VERLEIDELIJKE AANBIEDINGEN".
DAWES GEEN PRESIDENTSCHAPS-
CANDIDAAT.
HET EERST NOODZAKELIJKE.
DE STRIJD TUSSCHEN LANDBOUW
EN INDUSTRIE.
V(',° fr C-wijl de landbouw Vm.
veroordeeld.
In Italië zijn tien professoren ontslagen, dip
weigerden den zoogenaamden fascistischen
eed af te leggen.
Professor G. Mannoury, hoogleeraar te
Amsterdam heeft aan zijn collega, ook hoog
leeraar in de wiskunde, Volterra te Rome, een
telegram gezonden van dezen inhoud: „0e
vervolging van den individu is een eeresaluut
aan de waarde van zijn geest".
Hierbij teekent het rel. soc. orgaan „De
Blijde Wereld" niet zonder bitteren humor
aan:
„In Rusland heeft het dergelijke eeresaluten
geregend, zijn velen wegens hun persoonlijke
overtuiging vervolgd en zal zeker ook aan geen
enkele hoogeschool een professor geduld wor
den, die zich tegenover het communisme durft
stellen.
Maar prof. Mannoury is communist en heeft
tot nu toe met geen woord geprotesteerd tegen
de inbreuk in de geestesvrijheid, die daar in
honderden gevallen is voorgekomen. Het
wordt tijd, dat hij zijn bemoedigende telegram
men niet alleen naar het Zuiden, maar ook
naar het Oosten zendt".
Werk van Daniël Ruyneman
te Brussel.
Op 10 Februari zal de kamermuziek vereenl-
ging Filomusi te Brussel op haar tweede abon
nementsconcert een uitvoering geven van
Hieroglyphen voor 3 fluiten, celesta, harp,
piano, cupbells, 2 mandolines, en 1 gitaar van
Daniël Ruyneman.
Het werk dateert van 1918 en werd destijds
onder leiding van Sem Dresden in verschil
lende plaatsen van het land uitgevoerd.
Naar Parijs.
Naar men ons mededeelt heeft de Fritz
Hirsch Operette een uitnoodiging ontvangen
van de directie van het Theatre Pigalle te
Parijs, om aldaar een reeks van voorstellingen
te komen geven van de welbekende opertte
van Paul Abraham „Viktoria und ihr Husar."
Naar wij vernemen is bij Fritz Hirsch en
de zijnen een nieuwe groote operette in studie
„Rund um die Liebe" operette in 3 acten van
Bodansky en Thelen, muziek van Osk. Strauss.
De première kan reeds binnenkort worden
tegemoet gezien. Aan deze moderne operette
zal men tal van bijzondere attracties verbin
den: o.a. een modeshow.
BATAVIA, 11 Januari. (ANETA).
Bij de opening van de zitting van den Volks
raad- heeft de voorzitter een rede gehouden,
waarbij hij in het licht stelde, dat de economi
sche toestand van Ned.-Indië nooit zoo ernstig
is geweest, sedert de instelling van den Volks
raad. De oorzaak hiervan ligt buiten Nederl.-
Indië. De wereldconstellatie wijzigde zich in
Indië's nadeel. De waarde van den export daal
de tot minder dan de helft. Niettemin zijn er
lichtpunten, indien de vrede gehandhaafd
blijft. Spreker wees op den ruimen voedsel
voorraad en de toenemende technische ont
wikkeling welke moed geven om de depressie
te doorstaan. Met bezuiniging komt men er
niet meer, nu blijven alleen over stopzetting
van werken, ontslag van personeel, salariskor
ting en belastingverhooging. Het besef moet
doordringen dat de geheele samenleving een
geheel is, welk geheel een zwaren last moet
dragen. De tijd is voorbij, waarin men een
maatregel kon afwijzen, omdat hij leed veroor
zaakt, en afbraak brengt. Thans moet worden
gevraagd of andere maatregelen niet nog
slechtere gevolgen zuilen hebben.
De begrooting werd van 500.000.000 terug
gebracht tot 300.0000.000 en laat nog een te
kort van 150.000.000.
Bende Chineesche dobbelaars
gearresteerd.
TELOK BBTONG, 9 Januari. (ANETA). Na
van een douaneambtenaar een waarschuwing te
hebben gekregen arresteerde de politie te
Oost/have® een bende Chineesche dobbelaars,
afkomstig van Palembang, die op doorreis naar
Java waren.
Bij de visitatie der koffers werd een opium-
pijp aangetroffen, terwijl na visitatie aan den
lijve opium werd aangetroffen, alsook 100
vailsohe -bankbiljetten van 10.—, serie R.R.,
welke de smokkelaars in kledne bundeltjes aan
hum kuiten hadden vastgebonden. De bende bo
staat uit 14 personen, waaronder twee vrouwe®.
In besilag werden genomen contanten tot een
bedrag van ruim 10.000 aan gangbare bank
biljetten. De bende deed waarschijnlijk goede
zaken te Paiemibang door het in circulatie
brengian van volsoh bank papder.
Onze Parijtche correspondent schrijft:
De groote militaire piecüugheden zijn toon
heelden van orde en de nationale uitvaart van
André Maginot was reeds uit dien hoofde van
overweldigende indrukwekkendheid. Vlaar zoo
deze uitvaart zich in ontroeringskracht is
komen aansluiten bij die van een Foch en
een Joffre, dan ligt daarin reeds net bewijs,
welk een figuur Maginot is geweest, dat bil
zijn verscheiden het volk zóó getroften bleek
te toonen. X
Dergelijke plechtighe-t n hebben eikander
te snel opgevolgd, dan dat wij gehouden zou
den zijn, er de gedetailleerde beschrijving van
te geven. Een overbrenging naar „les Inval i
des" door het meest monumentale deel van
Parijs, een uitvaart waarbij alles medewerk
om de grootheid der liturgie het hart te doen
vermurwen, de hulde van gansch het leger
ookhet is een bewijs van de groote kracht,
die het Katholicisme in Frankrijk heeft be
houden, dat steeds, wanneer in een nafionalen
rouw een zijner zonen wordt herdacht, het H.
Officie het hoogtepunt in de plechtigheid is.
Wie Frankrijk niet kennen, zien daarin te
veel den nabloei eener schoone traditie. In
derdaad wordt een dergelijk uitgeleide vaak
als een even toevallig als gelukkig slot be
schouwd eener carrière, die het niet altijd
deed veronderstellen. Voor een Foch en een
Maginot was dat zeker niet het geval, zoo
zeer, dat wij het zelfs niet noodig hadden ge
oordeeld, het vroom afsterven van den laatste
te vermelden. Het kon dan ook niet verwon
deren dat de kardinaal aartsbisschop van
Parijs zelve de absoute is komen geven.
Maginot was een van die groote werkers
voor zijn land, die altijd een soldaat ie geble
ven, dat wil zeggen slechts van dienen wist
en nimmer zich zelf zocht. Zooals hij als een
voudig soldaat uittrok, toen zijn positie in het
parlement hem vrijstelde, na een eerste ver
wonding terugkeerde, en eindelijk voor het
slagveld buiten gevecht gesteld, in het lands
bestuur zijn plaats hernam en steeds zonder
edgen roem te zoeken, de posten aanvaardde,
die de zwarste lasten oplegden, zoo is hij tot
zijn laatste uur gebleven, en dat juist heeft
nog zooveel te meer ertoe bijgedragen, dat
het volk hem uitgeleide heeft gedaan op een
wijze, die getuigt, welk een dienaar men in
hem voelt te verliezen.
De aanblik der menigte en zij bestond uit
vele tienduizenden is bij zulke plechtig
heden uiterst leerzaam. Men kon niet aan den
indruk ontkomen van den waren rouw, die
door allen werd gedragen.
De stoet bij de overbrenging was van in-
drukwekkenuen eenvoud. Geëscorteerd door
compagnieën der hoofdwapens, voorafgegaan
door het vaandel, waaronder Maginot voor
Verdun gediend heeft, en door den mindsterlee-
len standaard, gevolgd door de hoogste waar-
digheidsfoekleedeirs in den staat en door die
onafzienbare bundels vaandels van alle oud
strijders, nam de affuit, die het door de natio
nale driekleur gedekte stoffelijk overschot
droeg, den weg van het ministerie van Oor
log, voor de Kamer heen en langs de Quai
d'Orsay naar de „Esplanade des Invalides"
om ingedragen te worden in het mausoleum
der groote veldheeren en geplaatst te worden
onder de katafalk der H. Dodewijkskerk.
Daar werd de H. Mis van requiem opgedra
gen en de absoute gegeven in tegenwoordig
heid van de familie, de regeering, de groot-
waardigheidsbekleeders en de legerchefs.
Vervolgens uitgedragen en vo r het front
van de „Invalides" geplaatst, en nadat de
leider der regeering een door haar eenvoud
en oprechtheid ontroerende gedachtenisrede
had uitgesproken, was het nog weer dat stof-
feliik overschot, waarnaar het defileerend
leger het eaiuut richtte: alle wapens, door
zooveel regimenten vertegenwoordigd als de
garnizoenen van Parijs en omstreken bevat
ten.
Het was een afscheid, dat van acht uur in
den ochtend tot ruim half één de onafzien
bare menschenzee in zichtbare ontroering
hield.
Maginot, heeft gewild, dut zijn stoffelijk
overschot zou rusten in zijn geboortegrond,
zoo dicht bij de plek, die hij met zijn lijf heeft
verdedigd.
Het zal bijgezet worden in het familiegraf
te Revigny in de hoven-Maasstreek. Mgr.
Genisty, bisschop van Verdun, zal daar de be-
aarding verrichten.
l OOR DE <JE\ ALLEN ZONE}/ van de stad Saarbriickien heeft de burgerij een indruk
wekkend gedenkteeken opgericht. De srads-hoofdarchitect maakte het ontwerp
LONDEN, 11 Januari. Naar Reuter ver
neemt, zal de Engelsche delegatie naar de aan
staande ontwapeningsconferentie bestaan uit
minister-president Mac Donald, den minister
van buitenlandsche zaken, sir John Simon, den
minister van koloniën Cunliffe Lister, den mi
nister van oorlog lord Hailsham, den minister
voor luchtvaart lord Londonderry en den eer
sten lord der admiraliteit, sir Bolton Eyres
Manseil.
Belgie's vertegenwoordigers.
BRUSSEL, 11 Januari. (B.T.A.) Tijdens de
zitting van den kabinetsraad werd besloten,
dat België op de ontwapenings-conferentie ver
tegenwoordigd zal worden door Hymans, Pou-
let, de chef van het departement van buiten
landsche zaken, de sous-chef van het departe
ment van nationale defensie. Carton de Wiart
en Janson, gewone afgevaardigden bij den vol
kenbond, de Belgische leden van de voorberei
dende oommissie van de conferentie de Brouc-
kère en Bourquin en Melot, gevolmachtigd
minister.
Het conferentie-gebouw.
GENèVE 11 Januari (H.N.) Het door den
staatsraad van Genève voor de ontwapenings
conferentie ter beschikking gestelde gebouw is
vanmiddag aan den volkenbond overgedragen.
Staatsraad Martin en de plaatsvervangende
secretaris-generaal van den volkenbond hielden
daarbij toespraken, waarhij zij hun dank be
tuigden aan allen die aan den bouw hebben
meegewerkt.
Nopens de Russisch-Poolsche onderhandelin
gen verneemt V.D. van goedingelichte zijde,
dat het Russisch-Poolsche verdrag reeds is ge
parafeerd en klaar voor de onderteekenlng.
Het verdrag moet geheel aangepast zijn aan
het Frans<jhe voorbeeld.
LONDEN, 11 Januari. (H. N.) Boven het
Kanaal heeft gisteren een zware storm gewoed,
Vele schepen moesten een toevlucht in de
havens zoeken. Twee kleine schepen zijn ver
gaan, doch de bemanningen konden worden
gered. De Kanaalbooten hadden groote vertra
ging.
Gisterenavond nam de storm wat af, doch
voor vandaag wordt opnieuw storm verwacht.
In Zuid-Engeland zijn groote overstroo
mingen veroorzaakt door de hevige regens, die
30 uur achter elkaar vielen.
VLIEGTUIG VERMIST.
AMMAN, (Transjordanie) 11 Januari (R.O.)
De eskader-commandant Warburton, inspec
teur van de luchtmacht van Irak., is Vrijdag
met een privé vliegtuig van koning Faisal uit
Cairo naar Bagdad vertrokken, doch daar niet
aangekomen. Veertig vliegtuigen zoeken de
woestijn af; ook Fransohe toestellen uit Syrië
nemen aan de pogingen tot opsporing deel.
WASHINGTON, 9 Januari. (V.D.) De gou
verneur-generaal van de Philippijnen Dwight
F. Davis is afgetreden. President Hoover heeft
onmiddellijk den gouverneur van Portorico,
Theodore Roosevelt, tot zijn opvolger be
noemd.
TWEE EN TWINTIG GEWONDEN,
INDISCHE UITVOER.
In 1931 sterk gedaald.
BATAVIA, 11 Januari 1931. (ANETA).
Het Centraal Kantoor voor de Statistiek pu
bliceert de volgende cijfers van den uitvoer
van Java en Madoera in 1931: 2.968.000 tons
(1930 3.909.000), met een waarde van in 1931
373.300.000 (1930 578.100.000).
REGELING UITVOER VAN GOEDEREN
NAAR FRANKRIJK
De Minister van Arbeid, Handel en Nijver
heid heeft gezien artikel 3, eerste lid, van het
Koninklijk besluit van 4 Januari 1932 goedge
vonden het daarin bedoelde tijdvak vast te
stellen, voor zooveel betreft:
Eieren en pluimvee, op het tijdvak van
1 Januari 1931 tot 11 November 1931; snij
bloemen, op het tijdvak van 1 Januari 1928 tot
1 October 1931.
Om een meisje.
BELGRADO, 10 Januari. (V.D.) De „Poli
tica bericht uit Bosnisoh Brod, dat daar in
het plaatsje Lischnjatze een veldslag is ge
leverd. Twee jongens hadden twist gekregen
om een meisje.
Daar geen van beiden zich wilde terugtrek
ken, verzekerden zij zich elk van de hulp van
zooveel mogelijk vrienden.
Toen de strijd eindelijk uitbarstte, waren
meer dan 100 boerenzoons gewapend met mes
sen, hooivorken en dergelijke wapenen, op
het slagveld verschenen.
Na korten tijd waren niet minder dan 22
jongens min of meer ernstig gewond.
Het meisje waarom deze „oorlog" gevoerd
werd, was tijdens den strijd aanwezig en volg
de met groote spanning de wisselende krijgs
kansen.
De ontwikkeling van een drama.
(Van onzen correspondent).
CHICAGO, 9 Januari. (R. O.) Ondervraagd
betreffende zijn zoogenaamde voornemen om
zich candidaat te stellen bij de volgende presi
dentsverkiezingen in de Vereenigde Staten,
antwoordde Dawes, de Amerikaansche gezant
te Londen, dat hij er zelfs niet aan dacht zulk
een onzin te bespreken.
DE WERKLOOSHEID IN AMERIKA.
NEW YORK, 10 Januari. (V. D.) De Ameri
can Federation of Labours, het Amerikaansche
Vakverbond schat op het oogenblik het aantal
werkloozen in de Vereenigde Staten op 8 mil
lioen.
Met hun gezin en de van hen afhankelijke
personen bedraagt het totaal aantal slachtof
fers der werkloosheid naar schatting ongeveer
20 millioen.
Londen, 5 Januari 1932.
„Wat in 1931 gebeurde" heet de belangrijke
bijdrage van lord Passfield in „The Politica!
Quarterly".
Lord Passfield, in internationale vakveree-
nigingskringen en ver daarbuiten beroemd ais
Sydney Webb, de voornaamste theoreticus van
het Engelsche Trade Unionisme, was :u het
labourkabinet minister van koloniën, en on
derscheidde zich in deze hoedanigheid door
een scherpen en practischen staatsmansblik,
die weinigen verwacht hadden in een man,
wiens geheele mentaliteit veeleer professoraal
dan politiek was. In het hoogerhuis deed hij
zich herhaaldelijk als den meest waardevollen
vertegenwoordiger van het kabinet onder de
lords kennen, en zijn Palestina-politiek, welke
een internationalen storm tegen hem deed op
steken, was een merkwaardig voorbeeld van
zijn scherpen zin voor logica, welke zijn col
lega's, met uitzondering van mr. Suowden,
vaak scheen te ontbreken.
Lórd Passfield vertelt ons, dat in het be
gin van 1930 de partij steeds meer blijken
van ongeduld gaf „wegens de onmacht en de
magere resultaten van een overwerkt kabi
net".
„De eerste minister", vervolgt hij, „ver
keerde niet in de stemming om tijd en ener
gie te vinden voor dat vriendschappelijk ver
keer met de leden zijner partij of zelfs met
zijn ministerieele collega's, dat zooveel bij
draagt tot het voorkomen van wrijving en het
stijven van den corpsgeest.
Meer en meer was hij geneigd zijn weinigen
vrijen tijd in minder onaangenaam gezel
schap door te brengen".
Toen de parlementaire zitting geopend werd,
was de labourfractie ernstig ontevreden over
zichzelf, de verschillende ministers hadden
geen contact met elkaar en worstelden, allen
afzonderlijk, met de moeilijkheden van hun
departemênt. Het kabinet was niet bij machte
oplossingen te vinden, en de back-benchers
krakeelden onder elkaar en met de regeerings-
bank.
„De eerste minister", vervolgt lord Pass-
field, „zich zeer bewust van de tekortkomin
gen van elk zijner collega's en van de partij
waartoe hij behoorde, en zich bovendien (zoo
het gezegd mag worden) misschien voort
durend wat &1 te zeer bewust van zijn eigen
meerderheid, kon toén geen weerstand bieden
aan de verleiding van vleiende voorstellen,
welke hem van meer dan één zijde begonnen
gedaan te worden.
Waarom de Gordiaansche knoop niet door
gehakt door zich te bevrijden van dien eeuwi
gen last eener parlementaire oppositie, voor
al indien een dergelijke heelkundige operatie
tevens met zich bracht, dat die lastige secties
van de iabourpartij, welke de eerste minister
met onverholen bitterheid was gaan veraf
schuwen, geëlimieerd of althans tot onmacht
herleid werden.?"
Lord Passfield beweert, dat reeds in Juni
Het heengaan van dr. Ernst.
gezegd werd, dat September 1931 een natio
nale regeering zou zien.
De April-begrootlng noemt hij een „uiterst
gebrekkige", hetgeen „alleen verontschuldigd
kan worden door den ernstige® gezondheids
toestand van den kanselier".
Omtrent de gebeurtenissen, die leidden tot
het aftreden van den premier, schrijft lord
Passfield:
„De eerste minister had in zijn hoofd een
ontwikkeling van het drama, dat hij zelf op
touw gezet had. Maandagmorgen ging hij naar
den koning, die nooit zijn constitutioneele po
sitie te buiten ging, en gezegd werd, dat een
krachtig beroep op den premier gedaan werd
om de natie in haar financieele crisis niet in
Oen steek te laten. Ook werd een beroep ge
daan op de conservatieve en liberale leiders.
„Wat bekend is, is, dat mr. Mac Donald om
twaalf uur op de labour-meeting (de schrijver
bedoelt natuurlijk „cabinet-meeting") kwam,
en onmiddellijk zijn verbaasden collega's
mededeelde dat, terwijl zij in verband met
zijn aftreden allen buiten hun ambt geraakt
waren, hij (Mac Donald) 's konings hand ge
kust had als eerste minister van een natio
nale regeering, welke zich zou beperken tot
datgene wat noodig was om de bestaande fi
nancieele crisis het hoofd te bieden, en ver
volgens zou overgaan tot algemeene verkie
zingen".
Lord Passfield besluit:
„Het duurde eenigen tijd alvorens Disraeli
de aanbedene was van hertoginnen. Joseph
Chamberlain, radicaal, republikein en gemeen
telijk socialist, werd sneller geassimileerd. Het
is noodeloos te verwijlen bij voorbeelden uit
den lateren tijd. Dezen zullen ook niet de laat-
sten zijn. De bereidwilligheid het wapen der
verleiding te gebruiken zal de laatste loop
graaf zijn in de verdedigingsstellingen der
Britsche renteniers-klasse".
De toespelingen, die lord Passfield maakt
op „verleidelijke aanbiedingen" zijn te duide
lijk, dan dat men ze kan negeeren en te vaag
om er met zekerheid conclusies aan vast te
knoopen. Hij had meer of minder moeten zeg
gen dan hij gedaan heeft.
Was de nationale regeering reeds sinds
Juni een tusschen partijleiders beklonken
zaak Verklaart dit waarom juist mr. Mac-
Donald aan het hoofd dier regeering moest
staan Was dit het loon, hem aangeboden
door de heeren Baldwin en Chamberlain voor
de likwidatie van het labourkabinet
Dit alles is buitengewoon belangrijk, doch
van zuiver persoonlijken aard. Zelfs, indien
mr. Mac Donald in de crisisdagen van Augus
tus comedie gespeeld heeft, blijft bestaan het
conflict tusschen hem, mr. Snowden en mr.
Thomas eenerzijds, en de overige leden van
het kabinet anderzijds, over de bezuinigings-
politiek. Er is geen enkele reden om aan te
nemen, dat op dit punt mr. Mac Donald niet
even oprecht was als mr. Henderson of lord
Passfield.
Maar bij de persoonlijke wanverhoudingen,
die klaarblijkelijk reeds lang in het kabinet
heerschten, moesten geschillen over kwesties
van politiek reeds spoedig den vorm van
scherpe conflicten aannemen; wederzijdsche
verbittering kon overeenstemming onmogelijk
gemaakt hebben, ook als deze anders bereik
baar geweest zou zijn.
Dat mr. Mac Donald zichzelf een buiten
gewone, vaak tot bewondering overslaande
achting toedraagt, is algemeen bekend; dat
hij niet gelooft in het bestaan van mannen,
wier bekwaamheid eenigszins met de zijne ver
geleken kan worden, eveneens. Maar eerst
door lord Passfield vernemen wij, hoezeer deze
eigenschappen van den eersten minister het
labour-kabinet ondermijnd hebben.
Van onzen bijzonderen correspondent
In het Hongaarsche parlement heeft slechts
een kleine oppositie zitting, doch deze oppo-
silie beheersch'te bijna de geheele pers, want
slechts met uitzondering van de katholieke
bladen en een officieus orgaan, stelt de geheele
pers van Boedapest zich in dienst van de op
positie. Zij wordt niet gevormd door een be
paalde partij, ook streeft zij niet een bepaald
doel na, doch de geheele oppositie bestaat
slechts hierin, dat zij van den economisoncn
noodtoestand van het land gebruik maakt om
de openbare meening in opschudding te bren
gen.
De positie van den minister-president, graat
Julius Karoiyi, was daarom van den aanvang
af uiterst moeilijk. Hij nam de verantwoording
op zich voor de diepingrijpende maatregelen,
v/elke onvoorwaardelijk doorgevoerd moesten
worden, wilden de financieele en eoonomische
toestanden van het land weer in orde gebracht
worden.
Giaaf Bethlen verklaarde, dat hij besloten
had af te treden, omdat slechts een politiek
onbelast man in staat was het volk zulke
zware lasten op te leggen. Daarmede duidde
giaaf Bethlem tevens de moeilijke taak van
zijn opvolger aan.
Graaf Karolyi ia niet met een program ge.
komen, want hij was van meeoiing, dat onder
do tegenwoordige omstandigheden geen staats
man een program zou kunnen samenstellen,
dat ook doorgevoerd kan worden, daar de ver
wezenlijking van zulk een program niet meer
van binnenlandsche factoren afhangt, doch
veeleer van de ontwikkeling der economische
wereld verhoudingen.
De oppositie eischte echter naar oud, Hon-
gaarsch gebruik een duidelijk program van
den minister-president.
Tijdens de beraadslagingen over het rapport
van de volkenbondscommissie heeft graaf Ka
rolyi dit van hem geëischte em verwachte pro.
gram gepubliceerd. Het was zeer kort en in
het geheel niet geschikt om die oppositie en de
opgehitste openbare meening, van een volk,
dat in den meest ware® zin van het woord
een strijd op leven en dood voert, te bevredi
gen of gerust te stellen. Het program van den
minister-president was veeleer geëigend om
het buitenland en de crediteuren van Honga
rije gerust te stellen. Graaf Karolyi verklaar,
de namelijk, dat het program van de regeering
zou zijn; de staatsbegrooting onvoorwaardelijk
in evenwicht te brengen, de schulden en ren
ten tot de uiterste grenzen van het Hongaar
sche betalingsvermogen te betalen en verder
er voor te zorgen, dat de waarde van den Hon-
gaarschen muntstandaard verzekerd bleef en
een inflatie onder alle omstandigheden ver
meden werd. Graaf Kdrolyi staat op het stand
punt, dat da betrouwbaarheid en de eer van
Hongarije de beste garantie en de edelste va
luta van het land vormen. Het buitenland, res
pectievelijk de crediteuren van Hongarije, moet
de vaste overtuiging hebben, dut Hongarije
Zijn schulden ais eereschulden beschouwt en
tot totale uitputting toe zijn plichten wil na
komen. Het zal het belang der crediteuren
zijn, ervoor te zorgen, dat Hongarije in staat
blijft te betalen en niet onder den last der be
talingen bezwijkt.
Deze eerlijke voornemens werden ten volle
door de te Boedapest vertoevende vertegen
woordigers van den volkenbond en de Bank
voor internationale betalingen gewaardeerd.
De vroegere minister van financiën en la
tere gezant te Parijs, baron Koranyi reisde
daarom naar Londen om met de crediteuren
van Hongarije over een „StiUhalte"-overeen-
komet te onderhandelen en naar verluidt leid
den deze onderhandelingen tot het gewenschte
resultaat.
De regeering beeft echter, ook zonder een
program te geven, onvermoeid gewerkt om
met verscheidene sitate® handelsovereenkom
sten te sluiten, welke voor de toekomst betere
vooruitzichten openen. Zoo werd bijvoorbeeld
met Frankrijk nog in September een overeen
komst getroffen, waarbij Frankrijk zich ver
plichtte tien percent van zijn koren en inv°01
van vee uit Hongarije te importeeren Ook m®
Tsjecho-SIowakije werd een overeenkom3' ge~
troffen en Oostenrijk zoowel als DuR30^*1^
bevinden zich op het oogenblik in end®1
deling met Hongarije. aroiyi is
het kernpunt van de regeering-Uil
derhalve het vraagstuk der econo"1'®
al het scheppen van een bepaald afzetgebied
voor de landbouwproducten.
Hongarije heeft echter ook ®®n
welke geheel In de belang®"31 llei'
ligt, banken, die evenmin als
de industrie zelf. Tientallen. J 1 Werd
- industrie i® -• -
Waar men bijvoorbeeld den beambten en pen-
sioentrokkers nauwelijks het allernoodzake
lijkste levensonderhoud verzekert en de land
bouwbevolking aan de rente® e® belastingen
ten gronde gaat, daar leeft in Hongarije een
betrekkelijk breeds kring van menschen die
niet eens van hun luxe afstand willen doen.
Bank- e® fabrieksdirecteuren beschikken over
vorstelijke inkomens, zitten in tien, twintig
en dertig commissariaten en eisehen niette
min vermindering van de hongerloonen der
beambten en arbeiders.
Een klassiek voorbeeld hiervoor is wel de
commissaris van de spaarbanken en vroegere
minister van financiën, Teleszky, die met bij
na ongeloofeiijk© strengheid de regeering
sjiaarmaa tregelen voorschreef, doch zelf van
zijn inkom,sten uit vijftien verschillende
bronnen geen afstand wilde doen.
De regeering wilde nu volgens Duitsch voor
beeld een wetshervorming VOor de naamlooze
vennootschappen doorvoeren, waarmee zij aan
dezen onhoudbare® toestand een einde zou
maken. Aan dit voornemen der regeering
wordt de grootste tegenstand, geboden. Daar
om hebben vijf leden van de „commissie va®
drie en dertig'' besloten uit de commissie te
treden, daar hun voorstellen tengevolge van
de overmacht van de de belangen der banken
6u industrieën vertegenwoordigde leden niet
5,1 behandeling komen. De-commissie moest
z'oh met de kwestie der nieuwe salaris- en
pansj oen verm i mleringen bezighouden. Het
S»ng hierbij om de besparing van in totaal
zee millioen pengö, dus een som, welke zon
der moeite zou op te brengen zijn geweest,
als de veelvoudige oommissarissen en bank
directeuren van een gedeelte van hun inkomen
afstand hadden gedaan.
De christelijke economische partij, welke
sinds tien jaren een coalitie vormt met de
eenheidspartij ®n door een minister in de re
geering vertegenwoordigd is, kon in een
nieuwe vermindering der pensioenen niet
meer toestemmen en eischte van den minister-
andere bron te halen. De onderhandelingen
president de betrokken zee millioen uit een
mislukten. De minister-prieBidenit, die vóór al-
les de aan de TOlkenborudsafigevaardigde® lin
dane belofte voor oogen had, was besloten de
pensioenkortimigswet af te kondigen, waar
door de christelijke eoonomische partij geen
anderen uitweg overbleef dan haar leden uit
de „oommissie van drie en dertig" te doen
treden, waardoor echter ook het uittreden
van haar minister uit het kabinet onvermijde
lijk was.
Het standpunt van de katholieke econo
mische partij was, dat, zoo lapg de bankdirec
teuren, fabriekseigenaars en commissarissen
niet gedwongen werden dezelfde offers te bren
gen als de overige bevolking van het land,
de slecht betaalde beambten en pensioentrek-
kera tot geen verdere offers gedwongen kon
den worden.
Graaf Karolyi zag ir.tusschen slechts de mo
gelijkheid de besparingen daar door te voeren,
waar het middel ervoor gegeven was.
Minister prelaat dr. Ernst, die bovendien
om gezondheidsredenen niet in staat was twee
portefeuilles waar te nemen, is in overeen
stemming met den wensch der partij afgetre-
den. Daarmede is echter nog geen breuk tus
schen de regeering en de katholieke partij
ontstaan, zooals dan ook door den partijleider
graaf Johann Ziehy duidelijk is verklaard.
Het ging er hierbij dus slechts om, dat de
katholieke ohristelijke eoonomische partij zjch
voor de naaste toekomst de vrije hand hield
<Le regeering d-aar, waar dit met haar wereld
beschouwing en nationale opvaittln'giern va.it
overeen ta brengen, te ondersteunen an- -
derzijds echter in haar onafhankelijke
stelling der regeering te dwingen de
lasten niet eenzijdig op de reeds ten gronde
gerichte christelijke bevolking te Iaden, niet
langer in afhankelijkheid van de banken en
industrieeilan te blijven en ook J1.®' andere deel
der bevolking te dwingen tot plichtsvervulling
ten opzichte van het land.
Graaf Karolyi wd plaat« Van den afge-
treden minister dr. een nieuwe per-
eoonlijkheid m0t leidlinS van het ministe
rie van eeredi®",st en onderwijs belasten. Hij
is ook besk'1011 zotlc'er aoht te staan op de
impopulartt®''1 van zijn verordeningen zijn zen
ding ve»'J®r v<>ort t® zetten, waarschijnlijk tot
het do®^' ln ovenwicht brengen van de
begr®®411^.' bereikt
is.
jrjeffst als dit doel bereikt zal zijn, zal de
verandering, waarnaar het volk snakt, plaats
yftiden.
deze kunstmatig geschap®"
ieder
opzicht bevoordeeld, terw ver-
waarloosd werd. Eerst 11611 vijf
of zes jaren werd zich f° - mg ervan
bewust, hoe noodl®'^ bet fc de
vreemde industrie te" n„ 11 land
bouw te be voord®01®®' e' 'lge economi
sche nood van het a"c „IU>® ^Beschreven
worden aan deZ0r(1fl_ v^riir boeren
stand is arm ff*0^hebben met
haar credietpolrl;iek de,n ongaarschen land
bouw onrendabel gemaakt en nu tegenvolge
van den oP d® graanmarkt heersenden toe-
stand geen winst te maken is, wilIen dezel£de
kringen- *®lkt ^Bdbouw ten gronde heb
ben g0>-lcht' de verdere voortzetting van hef
liandetóProtectlonilsni6'
Het onttrekken van crediete® gedurende het
laatste halt jaar en het gebrek aan deviezen
hebben de regeenng genoodzaakt de krachtig-
st0 maatregelen inzake de deviezenregeling te
treffen. Deze maatregelen troffen natuurlijk
oP de eerste plaats de industrie en de bank
concerns, die weliswaar met vaderlandslie
vende frazen, doch intnsgehen zonder rekening
te houden met de belangen van het land, deiz®
maatregelen der regeering bestrijden. Her-
eigenaardige is nu, dat in de zoogenaamde
„commissie van drie en dertig" zes en twintig
afgevaardigden tot deze belangengroep behoo-
ren. Dezen hebben met de spaarmaatregelen
der regeerimg slechts in zooverre hun instem
ming betoond als het de salarisverlagingen
der beambten en der pensioentrekkers betrof
en verder de stillegging der staatsbedrijven,
welke als concurrenten werden bscüouwd.
De afhankelijkheid der Hongaarsche regee.
ringen van de banken was steeds gnooter dan
in andere staten het geval is en j331 daarom
moeten alle regeeringen zich naar de dicta
tuur van deze banken schikken. Het volk
heeft van deze politiek geen verstand en
eisoM de gelijkmatige verdeelin® der lasten.
ACTIE -I AN den dietschen bond.
In een adres aan den Minister van Buiten
landsche Zaken heeft het bestuur van den Diet-
schen Bond er zijn leedwezen over uitgespro-
ken> dat de onlangs tusschen Nederland en
België gesloten overeenkomst betreffende de
handelsbetrekkingen is gesteld in de Fransche
taal, wat, gezien het feit, dat het Nederlandsch
een der officieele talen van België is, een be-
leediging van het Nederlandsch© volk moet
worden genoemd. Met aandrang is den Minister
verzocht, dergelijke stukken voortaan slechts
in de Nederlandsche taal te doen ste en.
Hetzelfde Bestuur heeft den Minister van On
derwijs, Kunsten en Wetenschappen ZIJI1 be_
zwaren kenbaar gemaakt tegen het wetsont
werp, tot wijziging van de Fransohe Lager On-
derwijswet van 1920, in verband met het onder
wijs in de Fransche taal.
NEDERLANDER I]y RELGIë
In aansluiting op het bericht van den aan
slag op het Nederlandsche Consulaat, te Ant
werpen, gePleeSn door een Nederlandschen
werklooze, wordt thans gemeld, dat de dader
door den strafrechter te Luik is veroordeeld
tot twee maanden gevangenisstraf en 700 frcs.
boete verder yoor het vernielen van een af
sluithek tot vijftien dagen gevangenisstraf.
„BBRLINSKE TIDENDE".
„Verbeeld u, zèg: eerst reed die vent
me zoowat onderstboven en toen schold
ie me uit voor stommeling".
„Kende de man je dan!"