(JITfilADEM
TIJDSCHRIFTEN
VOPöTvan
5YLVAMIA
DONDERDAG 28 JANUARI 1932
DE ZORG VOOR DE WERKl.OOZE
JEUGD.
NATIONALE SPAAR- EN EMISSIE-
BANK.
PALEIS VOOR VOLKSVLIJT.
HOLLAND AMERIKA LIJN.
VERBOUW VAN WITTE KOOL.
AMSTERDAMSCHE INBREKERS
BEZOEKEN OOSTERBEEK.
DE DIEFSTAL VAN 60.000.
GEVAARLIJKE RUS UITGELEVERD.
llMSene^oÏÏTO' :të Vénló Uitgeleverd de Rus
sische onderdaan A. N„ die wordt verdacht van
beroovlng onder bedreiging met een revolver
van dén winkelier F. K„ te Arcen. In den
avond van 7 November j.l, werd bij dezen door
een drietal smokkelaars een groote partij kof
fie, tabak, thee, chocolade enz. geroofd
IJMUIDER TRAWLER AANGEVAREN.
HELING VAN GESTOLEN AUTO.
KRUISHEEREN-MISSIE OP JAVA.
Tot apostolische praefectuur
verheven.
DE TENTOONSTELLING VAN WER
KEN DOOR H. M- J)E KONINGIN.
wp m
Rede van Rector Jos. v. Cam pen.
Vergadering te Utrecht van jeugdleiders,
vakbeweging en werkgevers.
Op een vergadering van het bestuur van het
Ned. Jeugdleidersinstituut In December JU.,
werd in overleg met de Interdiocesane Jeugd
commissie besloten tot instelling van een kleine
commissie, die zich ten doel zou stellen een
rapport uit te brengen, aangaande hetgeen
door de jeugdvereenigingen zou kunnen worden
gedaan ten behoeve van den opvoedenden ar
beid onder werklooze jongeren. De oommissie
bestond uit de heeren drs. H. L. F J Deelen.
secr. van het Ned. Jeugdleidersinstituut en
Gemeentelijk inspecteur voor de vrije jeugd
Vorming te Amsterdam, Dr. J. Eykman. dir. van
de A. M. V. Prof. P. Frencken, directeur van
de Kath. Jeugdvereeniging en den Euch. Kruis
tocht te Breda en K. Vorrink, voorzitter van de
A. J, G. te Amsterdam.
Gisteren had er in het gebouw voor K. en W
te Utrecht een groote openbare vergadering i
plaats, waar het rapport van de bovengenoem
de commissie bij ontstentenis wegens ziekte van
Prof. Frencken, dóór Rector Jos. v Campen.
mede-directeur van de K. J. V. is uiteengezet.
Na een korte inleiding van dr. C. P. Gun
hing, voorzitter van het Ned. Jeugdleidersin
stituut, die de vergadering presideerde, werd
het woord verleend aan Rector Jos. c. Campen.
Rede rector van Campen.
Het is wei duidelijk, aldus spr., dat er een
essentieel verschil bestaat tusschen het pro
bleem der werkloosheid onder de jeugd en dat
onder de volwassenen. Immers het laatste is
van stoffelijken aard. De man moet het brood
verdienen voor vrouw en kinderen en al3 hij
werkloos is komt er ellende over zijn gezin.
Bij de jeugd is de oplossing over het algemeen
niet allereerst te zoeken in het geven van
groote stoffelijke bijdragen De ramp der werk
loosheid komt bij de jeugd veel meer hieruit
voort, dat de ledigheid, dat de ontevredenheid,
dat het wegslaan van alle idealen, misschien
voor altijd den gang naar omhoog van zoovele
Jonge zielen zal breken. In het leven van het
volkskind van vandaag vrordt bovendien de
passie voortdurened hooger opgezweept d-oor
bioscoop en dancing, door lectuur en ongebon
den omgang.
Het is diep treurig, dat de meeste jongens en
meisjes tegen dien strijd van binnen en van
buiten uit moeten vechten met het beetje prac-
tische kennis, dat hun voor het dertiende jaar
kon worden bijgebracht.
De jeugdbeweging nu zal de kernen moeten
vormen, die een nieuwe liefde en nieuwe ge
dachten zullen brengen ook bij de menigte.
De Jeugdbeweging zal rekening moeten hou
den met den geheelen jongen en het geheeie
meisje. Niet met losse middelen valt een pro
bleem als dit op té lossen.
Ervaren leiders, die weten, dat hier dienen
bet eerste woord ls, die de jeugd hebben leeren
begrijpen en waardeeren zullen er hun dagtaak
van moeten maken en er zal een einde moeten
komen aan het feit, dat jeugdwerk een werk
van liefdadigheid is voor de. „vrije uren".
Tenslotte zal de jeugdbeweging Idealen moe
ten kunnen geven, die voortkomen uit 'n levens
beginsel. Een jeugdbeweging moet principieel
ziM-omdat zij door haar vorming samenhangt
mer hét diepste van den mensch.
j ;N£ fleu funesten in vloed van de werkloosheid
op, de jeugd te hebben geschilderd zette spr.
ptfewn. dat de zorg voor de jeugdige weTkloo-
zen zoo in wezen jeugdzorg is, dat ze aller
eerst moet worden overgelaten aan de jeugd
organisaties. Het geldt hier imraeirs niet alleen
het organiseeren der diensten, het geldt hier de
jeugd zelf te bewerken, om die diensten te
willen gebruiken Voor hen, die meenen, dat
ook op de regeering in deze een plicht rust,
staat het vast, dat ook de regee.-ing nooit in
deze de leiding mag nemen.
Zij moet stimuleere®, mogelijkheden schep
pen, zij mag degelijkheid en zakelijkheid
eischen, maar als de operbare lichamen het
initiatief m-oeten nemen, zal de jeugd niet
worden geholpen.
Resolutie.
Na de mogelijkheden van werkverschaffing
en ontwikkelingscursussen nader te hebben be
sproken stelde spr. een resolutie voor, waarin
de vergadering als haar oordeel uitspreekt dat
het vraagstuk der werkloosheid van jeugdigen
van een dergelijke beteekenis is, dat bet ge-
Wenscht moet woTden geacht, dat aan een uit
gebreid onderzoek te onderwerpen. De verga
dering is zich bewust, dat de huidige nood zoo
groot is, dat getracht moet morden, door een
eau tal onmiddellijk te nemen maatregelen, in
den toestand, die door den heerscbenden crisis
is ontstaan, verbetering te brengen en ver
wacht van de daarvoor in aanmerking komende
jeugdorganisaties, dat zij zich te zamen met de
vakorganisaties, en andere desbetreffende ic a-
men,' naar de mate hunner krachten zullen In
spannen om den nood der werkiooze jeugd
jongens zoowel als meisjes te lenigen, waar
door tevens voorkomen kan worden, dat onver
antwoordelijke en ondeskundige personen o
groepen de leiding van dergelijk werk op zieh
nemen. Men is van oordeel, dat deze arbeid
,t\ -
KOLONIALE BANK.
Het hoogste Hooger OnderwijsDe
nieuive universiteit van Pittsburgh, een
geweldige wolkenkrabber.
noodzakelijkerwijze den krac.htdadigen steun en
medewerking van de overheid behoeft
Nadat er bij de discussies óp was gewezen,
dat de werkloosheid onder meisjes ook funes
ter invloed heeft dan men doorgaans meent,
werd de resolutie met algemeens stemmen aan
genomen, terwijl tevens werd besloten, dat de
beide eonvoceerende lichamen een commissie
In zouden stellen om ter zake het noodige te
verrichten.
De druk bezochte vergadering werd tevens
bijgewoond door de heeren Hardens en Hofste
de namens de Ministers van Binnenlandsche
Zaken en van Onderwijs en dooi Baron van
Heemstra, namens het Nationaal Crisis Comité.
In staat van faillissement verklaard.
De Amsterdamsche rechtbank wees gisteren
de aanvraag tot surséance van de N.V. Na
tionale Spaar- en Emissiebank en de N V Na
tionale Emissiebank kantoor houdende te Am
sterdam af en verklaarde beide instellingen in
staat van faillissement.
Tot curatoren werden benoemd de tijdelijke
bewindvoerders mr H. Mulderije, de heer H.
Hoog, accountant; rechter-commissaris mr.
Feenstra.
Bedenkelijke feiten. Vooruitzichten voor
crediteuren.
Bij de behandeling in de raadkamer, eenlgen
tijd geleden, hadden de bewindvoerders bij de
toelichting van hun rapporten naar voren ge
bracht, dat aan crediteuren van de Nationale
Emissiebank 30—35 van hun vorderingen
kon worden aangeboden, terwijl de spaarders
bij de N.V. Nationale Spaar en Emissiebank
konden rekenen op terugbetaling van 75 van
bun inleggelden, waarbij de mogelijkheid niet
was uitgesloten, dat bij gunstig realiseeren van
sommige activa zou kunnen worden voldaan
aan de vorderingen van de spaarders. Daarom
hadden bewindvoerders geadviseerd, siirséan
ce van betaling te verleeuen voor korten ter
mijn, teneinde de zaken zoo gunstig mogelijk
te liquideeren, zulks in belang Van crediteu
ren.
De rechtbank weigerde volgens het Persbureau
Vaz Dias de verleening van surséance, daar,
ten gevolge van het in gebreke blijven van eèn
buitenlandsche kooper van bepaalde tot den
boedel behoorende activa, waardoor de levering
niet is doorgegaan, de kansen op bevrediging
der crediteuren beduidend verminderd zijn.
Bovendien, zoo vernemen wij, zijn bij voort
gezet onderzoek aan de voorloopige bewind
voerders, behalve de reed3 in hun rapporten
vermelde gegevens, feiten gebleken, die met
het oog op de voor de verleening van surséance
vereischte goede trouw, aa.u bedenking onder
hevig zijn.
Aangaande de vooruitzichten van crediteuren
kunnen thans nog geen mededeelingen worden
gedaan, daar deze samen hangen met de moge
lijkheid van realiseering van verschillende ac
tiva en de inning van belangrijke buitenland
sche vorderingen.
Salarisverlaging doorgegaan.
SEMARANG, 26 Januari 1932. (AWETA.)
De Locomotief meldt, dat de Koloniale Bank
overging tot verlaging der salarissen en wel
met 7 y, pet. voor de lagere en 5 pet voor de
hoogere salarissen.
I aillissementsaanvrage ingediend.
Naar wij vernemen, is een aanvrage tot fA.il-
lissemerit ingediend tegen de N.V. Paleis voor
Volksvlijt te Amsterdam, om langs dezen weg
te komen tot spoedige afwikkeling van de zaak,
die zij tegenover de iotenhouders van het jaar
1867 heeft, gezien het onlangs gewezen recht
bank-vonnis.
Maandag a.s. zal de aanvrage door de eerste
kamer der rechtbank worden behandeld.
Verkoop thans de Nieuw-Amsterdam.
Het as. Nieuw Amsterdam van de Holland
Amerika Lijn groot 17.149 ton bruto en 10.497
'on netto, gebouwd in 1906 is naar Japan ver-
-ocht. Prijs onbekend.
Op 9 Januari werd nog pas de Noorderdijk
-root 12.699 ton, gebouwd in 1913, verkocht
De H. A. L. heeft zich dus thans in twee jaar
tijds van zeven schepen ontdaan, nadat zij in
September j.l. nog de Gaasterdijk en de Groo-
tendijk aan de Ver. Ned. Scheepvaart Mij. heeft
overgedaan.
DE ARBEIDSVOORWAARDEN BIJ DE
A. K. U.
Nog geen overeenstemming bereikt.
Gisteren vond te Arnhem een langdurigé be
spreking plaats tusschen de directie van de
A. K. U. en de besturen der vakvereentgingen
omtrent de arbeidsvoorwaarden. Er werd nog
geen overeenstemming, bereikt, in het bijzon
der niet over het bedrag der loonsverlaging.
De bespreking ls verdaagd tót 3 Februari
a.s. ten einde de hoofdbesturen in de gelegen
heid te stellen met hun leden overleg te plegen.
Wel werd door enkele concessies van de direc
tie der A. K. U. eenlge toenadering bereikt.
DE HULP DER „KINDERDIJK."
Solleveld ontvangt frs. 200.000.
PARIJS, 27 Januari 1932. (R. O.) Men zal
zich herinneren, dat op 1 Januari 1930 het aan
de Nederlandsche stoomvaartmaatschappij
Solleveld behoorende stoomschip „Kinderdijk"
hulp verleend heeft bij de redding van de
Fransche torpedoboot „Téméraire" en daarna
een verzoek had ingediend voor de verleende
hulp een vergoeding te ontvangen, welk ver
zoek door den minister van Marine op 19 De
cember 1930 echter werd afgewezen.
Thans heeft de Staatsraad, naar Reuter
meldt, deze beslissing van den minister van
Marine geannuleerd en besloten aan de stoom
vaartmaatschappij Solleveld een schadevergoe
ding van 200.000 francs uit t-e keeren.
In een gehouden vergadering van de vier
groote veilingsvereenigingen te Langendijk
met de Zuurkoolfabrikanten is besloten aan
de bij die veilingen aangesloten tuinbouwers
onder bepaalde voorwaarden contracten af te
sluiten voor den verbouw Van witte kool (in-
maakkool). De veilingsvereenigingen zijn sterk
gekant tegen deze contracten, doch om redenen
van practischen aard werd alsnog toestem
ming verleend.
FAILLISSEMENTSAANVRAGE
„EBEN HAEZER".
Naar wij vernemen, is door mr. E. Emmering
namens een crediteur het faillissement aange
vraagd van de stichting Christelijke Tehuizen
voor Ouden van Dagen, „Eben Haezer", welke
tehuizen in verschillende plaatsen van ons
land zijn gevestigd sedert kortereu et langeren
tijd.
Deze faillissementsaanvrage werd door de
Eerste Kamer der Amsterdamsche rechtbank
tn Raadkamer behandeld. Mr. M. L. Kan voerde
verweer en deelde mede, dat er nog een poging
in het werk gesteld zal worden om een rege
ling te treffen. Vrijdag a.s. zal een vergadering
worden gehouden om maatregelen dienaan
gaande te hespreken. Mr. Kan verzocht daar
om de rechtbank de beslissing een week aan te
houden.
De Rechtbank besloot heden uitspraak te
doen.
„Ook in Arnhem kan men zwaar
straffen.*'
In den nacht van 28 óp 29 November 1931
Is te Oosterbeek een poging tot inbraak ge
pleegd in het gebouw der Coöperatie „Wërk-
mansbelang" te Amsterdam.
Dinsdag stonden in verband hiermede voor
de Arnhemsche rechtbank terecht H. S. en
H. K., beiden ongeveer 35 jaar en afkomstig
uit Amsterdam.
Verdachte S. ontmoette op 28 November te
Oosterbeek zekeren B. P., een góeden bekende
van de Arnbemsche politie, die S. van des
kundige voorlichting diende. P. Wist alles te
vertellen over den toestand der deuren van
genoemd gebouw, over de sloten enz., zelfs
bad bij aan verdachte het merk van de brand
kast medegedeeld. Later op den avond arriveer
de K. met het noodige inbrekers-materiaal. Om
3 uur 's nachts kwamen ze aan het gebouw
der coöperatie. Daar heeft S. met verschillen
de instrumenten geprobeerd deuren te openen.
Op een gegeven moment dacht hij er echter
aannaar hij zeide dat een Amsterdamsch
dominee zooveel moeite had gedaan hem op
hét goede pad te brengen. Na deze ingeving
heeft hij de gereedschappen weer alle opge
borgen, doch het was reeds te laat. Ze werden
door twee nachtwakers betrapt en aan de
politie overgeleverd.
De Officier van Justitie, mr. Lasonder, wees
in zijn requisitoir op het verleden van de beide
verdachten. Zij zijn bekende inbrekers van
gevaarlijk soort. De een heeft 8, de ander 7
veroordeelingen achter den rug. Er heerseht,
zegt spr., in Amsterdam en Rotterdam in de
mlsdadigerswereld nog te zeer de meening,
dat mén, wanneer men in de omgeving van
Arnhem gaat inbreken, door de Arnhemsche
rechtbank nogal clement behandeld wordt.
Daarom gebeurt het, dat vele groote inbraken
juist door Amsterdammers of Rotterdammers
worden gepleegd in dit arrondissement. Spr.
wilde dezen verdachten eens doen weten, dat
men toch ook in Arnhem wel zwaar straffen
kan en eischte tegen ieder vier jaar gevange
nisstraf.
Vervolgens moest terecht staan B. P., mon
teur1 te Arnhem, die de inbraakpoging met
deskundige voorlichting voorbereid zou hebben.
Tegen dezen verdachte werd 2 jaar gevange
nisstraf geëischt.
Uitspraak over 8 dagen.
=s»
i3A»\n
Mej. B. op vrije voeten gesteld.
Mej. B„ die in verband met de zaak De H.
en K. in voorloopige bewaring vertoefde als
verdacht van heiing, ls gisteren op verzoek
van haar verdediger, mr. H. Bruyn, op last
van die Amsffcerd. rechtbank op vrije voeten ge
steld.
Schijnbaar was de rechtbank va-n oordeel,
dat voor de haar ten laste gelegde heling als
nog geen voldoende bewijs aanwezig was.
Een winkelier met een revolver bedreigd.
noör de Duitsehé politie werd aan de Neder-
X3e Rus N. hield bij deze gelegenheid den
winkelier met een revolver in bedwang.
N. werd naar de gevangenis te Roermond
overgebracht.
Naar IJmtiiden teruggekeerd.
Do stoomtrawler YM. 89 „Irene", die eer
gisteren ter trawl-visscherij uitvoer ia giste
ren met belangrijke schade aan den voorste
ven ln de vissohershaven te IJmuiden terug
gekeerd. De schipper van den trawler rappor
teerde bij aankomst, dat zijn schip o.a. gister
avond ter hoogte van het lichtschip „Haaks"
tijdens dikken mist was aangevaren door het
Zweedsche stoomschip „Slgrid Matthiessen"
Of het Zweedsche schip schade heeft opge-
loopen is niet bekend, aangezien het zonder
signalen te geven zijn reis heeft voortgezet.
De monteur W. A. V. is door de rechtbank
te Rotterdam Wegens heling van 4en gestolen
auto, veroordeeld tot een jaar gevangenisstraf.
Het Haagsche Hof bevestigde dit vonnis, doch
bracht 5 maanden, door verdachte in preven
tieve hechtenis doorgebracht, in mindering.
M UZIEKTIJDSCHRIFTEN
Het „Muziekcollege Caecilia" ia deze maand
geheel gewijd aan de herdenking van Evert
Cornelia. Herman Rutters beschouwt hem als
Bach- en Ilandel-vertolker, H. Eduard Reeser
beschrijft Cornells' beteekenis voor het
Utrecbtsche concertleven, terwijl Willem
Landré in een artikel, waarin weinig hoop
doorschemert, herdenkt, wat Cornells voor de
Nederlandsche componisten gedaan heeft. En
tenslotte haalt Berthe Seroeu eenige herinne
ringen op aan haar samenwerking met den
kunstenaar, die een treffenden kijk op zijn
karakter geven. Twee los-lngeplakte kiekjes
uit het particulier bezit van Herman RUtters,
verluchten deze aflevering.
In het „Maandblad van de Nederlandsche
vereeniging voor hedendaagsche muziek" is
Karl Alfred Deutsch, een leerling van Anton
Webern, aan het woord over „Feiten en
perspectieven der Twaalftoonmuziek". Deutsch
beschouwt het 12-toönssysteem voorloopig als
het laatste en hoogste stadium in de ontwikke
ling van harmonie en melodie. Of de onder
verdeeling van onze halve tonen in derde,
vierde of achtste tonen en de daardoor ont
stane aanwas van toontrappen een stap voor
waarts is, zal de toekomst moeten leeren.
Deutsch wijst er dan op, dat het bewezen is,
dat het m-enschelijk oor deze uiterst verfijnde
klanken en melodieën zal kunnen waarnemen.
De zoogenaamde atonale muziek immers is
geen uitvinding van den laatsten tijd. De
wijze Akiba had weer eens gelijk: ook in
prae-historische tijden bestond al een atonaal
musiceeren, dat voor onze ooren veel „erger"
was, daar het niet in onze getemperde stem
ming geschtedidie.
Dan belijdt Deutsch zijn hóóp op het genie,
dat het volk, vandaag nog volkomen bevredigd
door de producten van een muzikale kunst
industrie, die kunst geven zal, waarop Het zoo
lang gewacht heeft: een warme, levende,
moderne muziek doorstuwd van een dierlijk-
krachtige rhytmiek, die uit het bloed komt
en in het bloed gaat, een rhytmiek, zooals zij
sedert het oerbegin bet fundament van alle
muziek is geweest.
Men Ziet het: scheppende kunstenaars zijn
eigenlijk de laatsten om over hun theorieën en
ideeën te spreken,
In hetzelfde nummer schrijft Willem van
Warmelo nog een korte inleiding tot den
Spaanschen avond, welken de Vereeniging
organiseert.
„De Muziek" bevat een merkwaardig artikel,
doorwrocht en met handigheid geschreven, van
J. T. Schaddeleé over „De toonladder en het
kleurengamma". Zeer dikwyls hebben muziek
geleerden zich reeds beziggehouden met de
paralleliteit, welke tusschen tonen en kleuren
schijnt te bestaan. Ook Hugo Riefnann heeft
o.a. dit probleem onderzocht, maar hij bleef
steken, toen hij ontdekte, dat de hoogste
tonen van het toongebièd steeds hellef, de
„snelste" kleuren van het spectrum daaren
tegen weer donkerder worden.
Volgens Schaüdelee school de fout van
Rlemann hierin, dat hij het eenlge octaaf van
het kleurengamma, dat wij kennen, ging ver
gelijken met ee® heele reeks octaven van het
toonstelsel. Zoo er paralleliteit ls, moet die
f - -- t
I.
gevonden worden binnen de grenzen, van één
octaaf.
Het nummer opent mét een hérdenklng van
Vincent d'Indy door Henry de Groot, dia
terecht veel lof toezwaait aan den stichter
der „Société nationale de Musique". maar die
niet verheelt, dat d'Indy zich in zijn anti
pathieën wel eens wat "te ver liet gaan. Hènry
de Groot is wel zoo universeel van opvatting
óm er goedgunstig vergelijkend aan toe te
voegen: ,maar hij was overtuigd Katholiek
en uit de begrenzing van elke godsdienstige
mei uiging spruiten nu eenmaal vergissingen
I°°r> J»-ef Tf, maar aannemen, dat Henry
s6t h^zich „f t a"8 n!et kan verslssen. dóór-
dat hij zich niet door een godsdienstige over-
tuiging heeft laten begrenzen. Hij vergist zich
zoo ook al genoeg.
Voorts schrijft Theo v. d. Bijl over oude ea
rnodern-e orgels en dr. Erwin Felber vertelt
van een bezoek aan de „Casa Rossini".
DE TREIN-AANSLAGEN
Uit de on-derteekonina van het gepubliceerde
briefje „Matuschka II" blijkt verduidelijk, dat
de dolie aanslag-pleger stefk onder invloed van
dezen ongelukkige heeft gestaan.
In verband biermede is van belang wat „Het
Volk" opmerkt naar aanleiding van de semsa.
tie-lectuur door den Hongaarschen Journalist
Bernstorff over Matusahka In de „Telegraaf"
gepubliceerd
De wetenschap kent het verschijnsel der
„echo-moorden". Wanneer een moord gepleegd
is op eenlgszins opzienbarende wijze, volgen
er soms meer moorden, op dezelfde wijze gé-
pleegd, maar door andere individuen. Direo-
teuren van musea weigeren bijvoorbeeld om
inlichtingen te verstrekken over aanslagen
op kostbare schilderijen, omdat de ervaring
heeft geleerd, dat zwakke naturen door zulke
publicatie met een ziekelijken navolgings
drang worde-n besmet.
De spoorwegaanslagen in de buurt va®
Amsterdam kunnen niet anders dan door een
gek zijn gepleegd. Zoo verdorven is in one
land geen sterveling, dat hij in koeien bloede
zal pogen een trein met honderden passa
giers tot déraillement te brengen.
Neen, wij zijn met de politie van meening
dat een uitzinnige over onze spoorbanen
dooit en gedreven door een ziek el lj ken drang
zijn gevaarlijke handelingen pleegt.
Maar dan krijgen de Matnschka-artikelen
van de „Telegraaf-Courant" en het voorne
men om deze artikelen in boekvorm uit te
geven, toch wel een zeer gevaarlijk karakter-
Het is te hopen, dat men den zieke, in
wiens brein deze aanslagen zijn uitgebroed,
spoedig zal weten te vatten en tegen zich
zelf zal kunnen beschermen.
Daarvoor is veel en scherp toezicht noodlg
op onze spoorlijnen.
Maar even noodig is het besef hij de leiding
der publiciteit in ons land, dat men een
misdaad begaat tegenover het publiek, wam.
neer men, uiit sensatiezucht en zonder na.
denken, schrifturen openbaar maakt, die geen
ander gevolg kunnen hebben, dan dat ge
vaarlijke krankzinnigen zich hun krankzin
nigheid bewust gaan worden.
Naar wij vernemen, is de missie van de
Kruisheeren op Java verheven tot apostolische
praefectuur en zal zij voortaan heeten Aposto
lische praefectuur van Bandoeng.
Het deel van Java, met welks zielzorg de
Kruisheeren sinds einde 1926 zijn belast en
dat zij overnamen van de Jesuieten, omvat de
residenties Midden- en Oost-Preanger, Kra-
wang, Cheribon en Indramajoe.
In het voorjaar van 1927 vingen de nieuwe
missionarissen er hun werkzaamheden aan.
Te Bandoeng, waar het aantal Katholieken
sterk bleef toenemen, einde 1929 bedroeg het
7834, gingen zij al spoedig over tot den b°J'et
van een tweede parochiekerk, de kerk v>l°gens
H. Kruis, welke op Kebon Djamboe
ontwerp van de heeren Cuypers e.» van
verrees en op 13 November 1929 0 Batavia.
Velsen, den apostolisch vicaris
kon worden ingewijd. een parochie,
Ook in Tjimahl stichtten eVeer jaar
terwijl in Tasikmataja n« Jg genomen.
een nood kerkje in gebruW n de Kruishe4ren
Op onderwijsgebied »voor het jongensonder
zich in Bandoeng yoor gotg6en de 2usters Urgu
wijs - voor de meisJ verdienstelijk gemaakt
ünen al uitsteken^ enke,0 scho,en we,ke
door den bmiy' ^gtuur Btaan van de Broeders
een deel onder wrs
van Oudenbosch.
Als bewijs van hun werk op sociaal terrein
mogen we memoreeren de stichting in 1630
van een bondsgebouw.
Men meldt ons uR den "dag.
De met een tients' ^uctles geïllustreer-
de catalogus v»" d® J* "I der 87
werken van '?ienerl "iD J' Kleykamp
iS thans
Deze csts'ogus werd in handig formaat ver-
vaardisd ?on>der berekening aangeboden,
doof.mc ectrische Drukkerij Levisson,
ter-wij e heer H. Q. l. Schimmelpenningh,
Coto-redacteur van de N. R. C„ welwillend de
v 3 ,fiSt0nti en de N.V. ,L. Th. Boelaars en
n" a-er' gratis de ciiché's vervaardigde.
^ooala men weet komt de opbrengst, zoo-
e va-n de toegangsgelden als van den cfttar
°8US der ten' 'stelling, geheel ten bate van
noodlijdende tenaars.
Tot en met Zaterdag 6 Februari blijft de ten-
°ngtelllng In de Kon. Kunstzaal Kleykamp
gS0Pead, dagelijks van 105 uur ('s Zendags
4 uur).
Tot nu toé heeft de opbrengst dér entrée's
en niet-geïllustreerde catalogi ruim f 63°d be
dragen, waarhij de opbrengst van de gesloten
bussen, welke geplaatst zijn voor hen die een
extra-gave willen offeren, niet is inbegrepen.
Vrij naar het Engelscb
van
FERGUS HUME
It
Volkomen, antwoordde Effenden Pasja
kaltn. En wat dam?
Wat dan gebeurt, zei Domilow met een
Behoud erop hal em, hebben jullie zelf im je macht.
De Turk schudde langzaam het hoofd.
Domilow, zeide hij, tot zoover ls allee
goed. Maar wat moet het kosten? Je moester
werkt voor niemand zonder betaling Waar zal
jullie voordeel In beetaam?
Wij hebben er niets bij te winnen, ant
woordde Dn»aid low. Wij maken er alleen be
zwaar tegen, dat een M-elano weer op den
troon ran Sylvaaidë zit.
De Turk begaf zich naar de deur.
Het is nog tijd, zeide hij. Ik ga mijn op
waetotlng maken bij koning Erlito.
Je bent te laat, riep Domilow
Toch niet, antwoordde de Turk, terwijl hij
door de bocimen keek. Het paleis is nog een en
al fieht.
Domilow mompelde een verwe-wchlng.
Wees niet zoo haastig, vriend, riep hij
dan.
Mijn land ls maair al te dikwijls ©en weTk-
tuig vam jouw land geweest, antwoordde Ef
fenden Pasja. Wij moeten het werk doen. en
op het laatste oogeubük steekt de beer zijn
klauw uit. Zoo ook nu, moeten wij Sylvanië
voor Rusland veroveren.
Je hebt het totaal mik, zei Domüow
fgt&t.ig. Wie dat land eventueel zal bezitten.
kan een kwestie van onderhandeling worden
tusschen jouw regeering en de mijne, maar ik
wil je het eerewoord van den tsaar geven dat
ju®ie een vergoodering krijgit, als wij' om
een of andere reden zouden verlangen, om
Sylvanië te bezetten. Jullie zult dam de vrije
hand krijgen in Klein-Azië, en een leening.
Wil je me dienaangaande waarboig op
schrift geven? vroeg Effenden Pasja
Zeker
De Turk trad glimlachend op het venster toe
Allah! riep hij uit. Het zal oma goed
doen nog eens de kanonnen te hooren buide
ren óp dem Balkan. Wij Turken zijn eem vo'k
van *oldaten, Domilow, en deze lange tusschen.
poezen van vrede zijn slecht voor ons
Buiten vernam men plotseling het geluid van
voetstappen. Een afdeeling soldaten naderde
over het plein, en hield voor het huis haU. De
beide mamnen wisselden een haastigen Mik
Wat be teekent dat? vroeg de Turk snel.
Dat weet de hemel, antwoordde Doiutlow
Een donderend geklop op de deur; stemmen
lu de gang. Een officier In de uniform van de
Garde trad binnen met een brief
Voor monsieur Domilow, zeide hij
eer end.
Domilow opende hem, zonder een woo
zeggen. Terwijl hij las, werd hij bleek tof de
lippen.
Mijnheer,
Ik heb de eer, hierbij ln te sluiten uw
paspoort en een vrijgeleide tot de grene U'
heb den Tsaar, uw keizerlijken meester, in
kennis gesteld van de orfistano.ghederf, die
uw verdere aanwezigheid op mijn gebied
o-ngewemscht maken.
(Get.) ERITO VAN MELANÓ, Re*-
Domilow verfrommelde den brief lu aija
vingen.
Mijnheer, zeilde hij tot den officier, morgen
ochtend zal ik een audiëntie bij Zijne Majesteit
aanvragen.
Het spijt mij, mijnheer, antwoordde de
officier, dat mijn orders mij geen enkele vrij
heid laten. Een extra-trein staat te wacüten,
en mijn instructies luiden, dat ik U naar de
grens zal begeleiden.
Domilow nam den Turk terzijde.
Luister, zeide hij. Dit is een stout stukje.
Ik had het al half verwacht, Erlttj van Melano
durft tenminste. Ik ga recht door naar St.
Petersburg. Ik zal de waarborgen, van wat ik
beloofd heb, aan jullie gezant daar geven.
Effenden Pasja boog. Hij voelde zich aller
minst op zijn gemak, maar hij was met een
zeker genoegen getuige van den aftocht van
den sluwe® Rus.
Ik zal uw bericht afwachten, ant
woordde hij.
Demilow en zijn geleide vertrokken. Effen
den Pasja begon zich terstond te onfkleede®,
liet zijn dokter komen, en ging naar bed. Vóór
den morgen wist heel Sylvanië van den plotse-
lingen aanval van een kwaadaardige koorts,
die hem al heel ongelukkig had aangegrepen
op het oogenblik. dt hij zich gereed maakte,
cm naar de receptie op het paleis te gaan.
XVII
Erlito sloeg de teugels om den nek van
zijn paard, wendde zich in het ziatel om, en riep
Brand toe, die een paar passen verder een
paar vlugge aanteekemingeo zat te maken. Een
bios kleurde zijn wangen, en zijn oogen straal
«ien.
Wat zeg je daarvan. Brand! vroeg hij
t-otsch.
Hij wees naar de plek. waar een stofwolk
de laatste afdèellng der galoppeenende troepen
oiubulde. Het geroffel der trommen en dé
schrille muziek dar trompetten klonk nog ln
hu»
Het zijn ge-boren ruiters en geboren sol
daten, Majesteit, antwoordde Brand met geest
drift Ik zou alleen willen, dat er meer waren-
Erlito glimlachte.
De bergen zijn onze voornaamste bescher
ming, zeide hij, met een gebaar van zijn
De passen zijn nauw, e® om die te v® |eger
gen, kan een klein, maar goed gedril men
even nuttig zijn als een groot. A Pr0[>"' 'tPrUg
beeft er nog niet van gesproken. 0,11
te roepen? denk. dat
Nog niet, antwoordde Bra - ülBg wor<1,
Sylvanië nog altijd met bei
gadegeslagen.
En jij zelf? h uit
iTaÏ ^b^Vvrcden. zeide hij. Ik zal
van hoeven op den zochten grond, en Helena
van Stirna galoppeerde voorbij. Zij bestuurde
baar paard niet het gemak e® het zelfvertrou
wen van een geboren paardrijdeter. Erlito keek
tiaar peinzend na.
- Er zijn niet vèel vrouwen a.ls zij, Brand,
merkte hij op.
Uwe Majesteit heeft volkomen gelijk,
ant.w-ooTdde Brand. De gravin van Stirna ie
de mooi-ste vrouw, die ik ooit geziem heb.
Erlito glimlachte en zag neer op het dal. Zij
bevonden zich op een kleinen heuvel.
Ik geloof, dat ik er een ken, die nog
mooier is. zei de koning op zachten toon. Ik
kreeg" vanmorgen bericht van onze vrienden
de Roger's Brand. Zij reizen ln Italië, en ko
men misschien hier.
Brand haalde zijn schouders op.
Uwe Majesteit zal hun aanwezigheid
gaarne zien? vroeg hij.
De koning zag hem verrast aan.
Ja zeker. Ze zijn vrienden van roe. Het
zqu me een gróót genoegen doem als se hier
waren. Waarom mlett
^and aarzelde.
ik vroeg me af, zet hij langa^ o{
roen tma aanwezigheid hier niet Wat dimbcl-
alnnig zou vinden. Uwe Majesteit Is nlet mp0r
een particulier, en Mr. Hoger en zijn (loch.
ter hoe aangenaam ze ook zijn alcll
zijn niet van dien stand, dat zjj op een
eenlgszins imtiemen voet aan uw hof kunnen
■erk-t-- ren.
Erlito keek zijn metgezel iet wat verrast aan.
Die woorden had ik verwacht van een
Alexander van Stirna, zeide hij. Va® jou, bes
te vriend, klinken ze me erg vreemd in de
oore®.
Dat geef ik t»e, antwoordde Brand. Ik
voor mij ben een democraat,
maar ik verKeer
niet in uw positie. Ik geloof, dat men hier in
Sylvanië in dat opzicht aan zékere beginselen
zou vasthouden.
De koning fronste de wenkbrauwen. Zijn
oogen hadden Helena van Stirna eezien. die
rechtop in h€lt M<iel zat en mei de grootste
belangstelling het spiegeigevect,t gadesloeg-
Nu. we zullen zien, zeide hij. Ik wtl de
Roger's graag hier zien, en het heeft geen 2®.
om op de moeilijkheden vooruit te loopen.
Wees zoo goed Brand, mijn beleefde groeten
over te bréngen aan gravin van Stirna, en
haar te verzoeken, dat zij bij ons komt. Ónze
positie is beter dan de hare.'
Brand draafde n-aar haar toe, en bracht de
boodschap over. Zij reed met liern naar den ko
ning-
U hebt het in den laatsten tijd misschien
erg druk gehad, zéide zij tot Bra-nd. Mijn broer
zegt, dat u onzichtbaar geweest bent.
Ik heb het druk gehad, gaf hij toe. Mis
schien tengevolge van mijn bescheiden aan
deel Jn dé gebeurtenissen hier, ben ik bijzon
der veol belang gaan stollen in Sylvanië- Ik
heb to alle richtingen «i-cursie» gemaakt. Ik
will veile dingen begrijpen, waarvan een vreem
deling zich slechts met moeite 6en juist Idee
kajn voir men.
Zij g'limlac11^6,
Mijn broer heeft mij in de Engelsche
bladen enkede dingen laten zien, die u over
e 1 - n-ië geschreven hebt, ging zij voort. Ik
kan V niet zoggen, hoeveel plezier ze me ge
daan nebbe"- U hebt prachtig geschreven over
avonturen hier.
dp toch. zeide hij op zachten toon. heb
IK over het avontuur, dat voor mij het Into-
rassaiM»te was, en dat ik neo.it vergeten
zoola®S ik leef, in het geheel niet geschre-
ven- Dat allee® voor mijn herinnering be
stemd
Zij fronste even haar wenkbrauwen, maar
berispte hem wiet.
Ik geloof, zeide zij, dat wij misschien
beter zouden doen, als wè aan het verzoek
van den koning gewolg geven.
Zij raakte haar paard mot de zweep aan.
en galoppeerde d«n heuvel op. Erlito sloeg he®
scherp gade. toen zij kwamen aanrijden. HU
ruimde plaats in voor Helena, en Brand bleet
aonter hen.
XVIII
Sara Roger leunde achterover in haar riote®
stoel, on keek over de met keten geplaveide
straat en hot nette plein, waar de miniatuur
fontein haar stralen opwaarts zond, naar een
biok huizen met roode daken en witte .gevels,
die in de schilderachtige verwarring uljeeu
sitomden
Nu, ik vind het verrukkelijk, nep zij
uit. Ik had me nooit tets zoo schilderachtigs
o) zoo rustigs kunnen voorstelrau.
Mr Roger krabde peinzend aan zijn kin,
en. nam een sigaar uit zijn koker
IWordt vervolgd), j