9 ZUIDPOOIxSTREKEN. V BEDENK O MENSCH, DAT GIJ STOF XlJT OM T BLAUWE LINT, agrippa. VOOR KNUTSELAARS. EIGEN WERK. NATUUR IN. DUIKEN. OM NA TE TEEKENEN. ZATERDAG 13 FEBRUARI 1932 des te ,r 3 iDS aan onfi allen' het kruisJe Vogels lm rok HEMQt)]i?§ L'plossmg van den vorigen .rebus. DE DOOP VAN STADHOUDER WILLEM II. De twee kruisen. «ilPIglIl 'n Nuttige plant. LETTERRAADSEL. Oplossing vorige raadsels. NAAR ARTIS Gidsen gevraagd WELK LAND Al» schooljongens w-aobtten woensdag met spanning h<*t waarop wij aan de comm it «J*»*1* at' ouden pastoor het asehkrnk <mM'> gen. Het eerst van alle «L u-S°Uden °ntvan zusters aan beurt paroch:'anen waren de Met heit boeteteeken konden gemerkt dan even met de haar voorhoofd en dat af tegen het blank- natuurlijk niet op het wi !^!„,Priester «treek gewijde assehe langs stak dan schern gestevette van L P Weef het zicht baai W kulve. Heel den dag 200 voi tooJn^4" lk d<mk' dat de zustertjes. mènto i 6Per ln haar kart bewaarden. Me- g^j, omO"bedenk, o menscih, dat gij Wij hadden daar weinig over nagedacht, oat ook wij slechte stof waren. Als jongens JZs Wi3 ons mijlen boven dat groezelige «oedje, dat opdwarrelt aan straten en plei- nen- verheven. Soms stemde een sterfgeval ln de naaste «mille of vlak in de buurt tot nadenken, en (an voelde je even, hoe waar de plecbtighei Van den Asschowoensdag was. vroeger liep dat niet zoo eenvoudig a 33 vogenwoordig. In de eerste eeuwen der kerk oesfen op dezen Woensdag degenen, 1 oponlljk aanstoot of ergernis gegeven ha en, 2"ödr d« deuren van het bedehuis verschijnen, Wootevoefs, om dan voor een bisschop o ïens Plaatsvervanger neer te knielen. Deze geeste lijke bestrooide hun hoofden met asch; asch ■Werd reeds door de Joden gebruikt als bewijs Van verdeemoediging voor God of als teeken van diepen smart. De zondaren kregen een boetekleed en vielen plat ter aarde. Aan het slot van 'n boeteomgang dreef de dienstdoende geestelijke de boetelingen met het processie- kruis huiten de deur: Wij stooten u uit den echoot uwer Moeder, dé' H. Kerk, wegens uwe monden en misdaden, gelijk ook Adam uit bet Paradijg werd verjaagd. God de Almachtige doe u wederkomen met de vrucht der boet. Vaardigheid. Amen". Op Witten Donderde-» mochten deze verstootelingen eerst terusk ren: na hun vertrek begon pas de w u- geloovigen. d«r Zóó is dan de H. Vastentijd begonn meer met die strengheid van" vroeger maar in denzelfden geest van deern 5 boetvaardigheid. Wegens het vasten tig dagen werden de Inwoners va® J3"1 V red. Na veertig dagen gewast te hp té D1Vé Mozes den top van den berg bekt' rn°cht wolk binnentreden en de steenen tnnmen' de Vangen. tafelen ont- Ontzeggen wij ons uit vrijen wii «lezen tijd niet enkel het vl-eosoii gedurende P'ichte dagen, maar brengen wit ?P de ver' 'n den geest der Kerk. dsn 9 'n offer- deae'fde zegeningen deelaohtte n aan b°eteliugen> die het borden als die hadden pas tegen dat de school Qen» niet Het „blauwe lint van don Oceaan' wordi toegekend aan de boot, die de reis van es naar de Nieuwe Wereld bet mietot aflegt. Vete jaren heeft de „Mauretanto dat ldmt ln oe®it getad (19091929). In den zomer van 1923 moest zij het afgaan aan de „Brem«", een D^foh sch^ dM bijna weor wéd gestegen door de „Europa van de- zelfde maatschappij- Dudteohtod heeft „a den Xeddooriog (1914 'IS) ai *j® maslLbooten aan zi1.n vijanden moeten afstaan; de nieuwe, die hot bouwde ia de na-oorlogsjaren, waren af De mededingers hebban natuurlijk geprobeerd den Duitschers dat record te onttutsetem. De- "•roote .White Star Dine' liet te Bedfast aan een schuitje beginman, do „üoeamiic", dat ei wezen mocht. Jammer voor de grootscihe plaiu non schoten op ean gegraven moment de centjes tekort om tot afbouw te geraken. De „Cunard Line" had het plain om twee van die reuzen op stapel te zetten, tiwee eupar-maiiibooten Omstreeks 1933 zouden diie in die vaart Ïlo men. Het werk ward begon,non er werd voor een anderfiallf raMioeu poad vertimmerd- maar ook hier werd het einde niet bereikt „Bremen" kan het 'blauwe dingske dus 7 i veel ongerustheid bewaren Hat te slap op den Oceaan v™ r-, Amerika, maar omgekeeVTL Burapa nBaT zoo'n reazeeöbii» kost nog M E° I MiMi oenen en mJUioemen De deftigste bewoners van de Antarctische oftewel Zuidpool-streken zijn ongetwijfeld de pinguïns (spr.: pin-gwiens), omdat zij steeds „in rok" zijn, zwarte jas, witte bef, alsof zij zóó naar een Reet-hovem-concert of naar een officieele receptie moesten. De Keizerpin- guins dragen daarbij, bij wijze van orde-lint, 'n gelen strik om hun hals en treden op met een waardigheid als van 'n circus-directeur, 'n Heel verschil met die logge vetheuvele van zee-olifanten of robben, waartusschem zij zich bewegen als rijksgirooten uit de middeleeuwen onder de dorpers! Erg makkelijk gaat hun dat l<v>- ---el niet af. bun pasjes zijn afgemeten lioem is eir al gauw mee «A' honderd m!1' inbegrepen: venzekerino- ^n®ei'd' 3,11163 en allies vans voor de cj„ ult,baegerinng van har ••Bmemen" kiwam d!at op eeu mmioen goudiniia_wir ring van werW^n &5au verüm-me- enorme kapitelen k ,ReedlalB- die ni6t over oök wel uit h»,m ?esohllk'kon. la-ton het dan staipeil te zottan J W OTn B00',n 6oh,u'llt alleen al ,®e rel,s koislt 3011 stookolie pelzen r» «^iue ton goud»De Oeeaau ook slechte m9n" en "Bllir°f)a" 2<™ttan da,, verankers ..Toor 6011 gedeelte huin-ner waard Voor h' 213,11 klankrijk en Engeland dekikeu de ret "n..&c*1€'I>e!I1 dót ged-eeflte, QuettiwelLk door de n^^13 verzekerd kaïn worden, maar ai et U,ltscii3® Staat ibeadt daartoe de mdddedaa -«ceiingen. die het zooveel aen datt wjj. zooveel zwaarder boete doen Optilt VOOr t hervallen ons beTioen, Eü on 0,213 zoEwienvTU, wand-öl heilig zij. Verhol Drievuldigheid, hart. Zoo bren^' schreit Ons vasten - D, wel dat sa oas te moe, bidden toe". die over het Judeesche te te Cesaréa en vierde er f^L^^rde kwam heid van den RomeinschenVde geacnd. tweeden dag dezer plecbtighede,^1'- Op den morgens in -het theater nam 6r 'a,a hij des troon en sprak de menigte to©PIpat,! op den kleed in een rijk met zilver bestj^13 ^'aa ge. van een bewonderenswaardig patroo^611 mant« len der zon deden dit ornaat verbnA da stra. teren. Zijn vleiers riepen van aiijad ®chit- „Stem van een God en niet van eep kanten: De vorst hoorde deze wartaal aan 2ttl6n®ch". tegen op te komen. Nu sloeg hem de j-ndar er Heeren, hij werd gepijnigd door -V'0' des smarten, die hem schier buiten zichz6i/SeIij'ke uitroepen: d0dep „Jullie God gaat sterven". Men bracht hem terug naar zijn paleia. verloop van vijf dagen deed de godsstem '2,tlQ niet meer hooren; verteerd door het ongedierte stierf de prins, vier en vijftig jaren oud. De vleierij schandvlekt haar bedrijvers en verblindt de gevieiden. "Hop m0er ODZ0 gezichtseinder zich uit ^idt, hoe nfeer wij ons leeren verheffen bo- ea kleingeestige (voor) veroordeelen". Wat kunnen we van leege conservenbusseu maken, wanneer we die voorzichtig met behulp van 'n ouden schaar onder handen nemen? I. 'm Tandrad, net zoo'n wieltje, waarmee moeder zoo goed den weg weet over de knip patronen uit bet mode-journaalJe knipt eerst 'n cirkeltje van blik ter groote van 'n flikje. Dan de tandjes er in knippen en middenin een gaatje maken voor het asje. Die as soldeer je aan 'n omgebogen ij zend raad en hieraan komt nog 'n houten handvat. II. 'n Meel. of aoutschep, Hiermede is 'n half blik gemoeid. Aan ééne zijde wat fat- eoeneeren of te wel bijknippen; handvat. Pinguin houdt de wacht bij zijn nest als van 'n ouwerwetsche Juffrouw in 'n strom- pelrok en de meesten zetten hun éënen voet over den anderen heen, terwijl ze bij elk stap. je 'n krwartdraai rechts of links maken, zon- der dat 'n drilmeester hun dat geleerd heeft! Bij gróóten haast laten de genokte diertjes zich op hun buik vallen en glijden als kleine autotjas vooruit waarbij voeten, snavel en vleu. gelstompjes echte vleugels hebben ze niet! hulp verteenen Deftig is dat wel niet, maar daarginder is het niet zóó woelig, dat je gauw óp-valt en je rust welbehagen en vet, waaruit je bestaat, teeljjk over den tong zou gaan! De naam „pinguïns" heeft al heel wat pen. nen in beweging gebracht. Sommigen zeggen: die komt van „pinguïns", -het Latijnsche woordje voor dik, vet, wèi, doorvoed; nou, dat zou geen wonder wezen, want dank zij schaal dieren, visschen en gamaalachtige kreeften, waar ze dol op zijn, staat hun buikje soms aardig strak gespannen! Doch anderen gooien nochtans deze verklaring 200 ver weg als zij maar kunnen; „pen gwyii", witkop, naar het oud-Keltisch, daarvoor breken zij 'n lans! Ja, alles goed en wel, maar de salet-jonkers der Zuidpoollanden hebben juist heetemaal geen witten kop!„Hoeft ook niet, de Franschen reuzen-alk had die wèl en dat woord is toen op deze vogels overgegaan!" Wij zullen ons - maar wijselijk buiten dien oorlog houden! De Oxford-dictionnaire, waarvan de letters en i P in één deel haast m'n heete schrijfbureau beslaan, wil van „pinguin" zelfs heetemaal niets hooren en schrijft gewoonweg; penguin (spr.: pèn-gwin"), hieraan toevoegend, dat de groote alk geen witkop was, doch alleen 'n paar witte vlekken rond z'n oogien had! Het wordt er zoodoende niet duidelijker op! De pinguïns doen geen vlieg kwaad en dat zou ook niet kunnen, want daarginder bestaat dat lastige goedje niet! Ze gebaren zich soms wel erg leelijk en probeeren den ontdekkings reizigers den pas af te snijden, maar als het er op aan komt, gaan ze netjes op zij! D'r was eens 'n heele dappere, die het op de Falk- land-eilanden tegen den befaamden vorscher Darwin opnam, zonder éénig respect voor 's mans geleerdheid. „Hij was erg dapper en vocht sportief, slaagde er zelfs in mij terug te drijven, tot bij veilig en wel de zee berei ken kon! Alleen harde slagen hadden hem kunnen tegenhouden. lederen voetbreed, dien hij won, verdedigde hij en stond kaarsrecht en vastberaden voor me! schrijft Darwln. 'n Andere onderzoeker bericht, dat hij zóó maar met zijn hand oven den rug van den langsnaveligen pinguin kon strijken zonder een wat jetkou op te loopen; alleen, wanneer het diertje meende, dat hij het grijpen won, weerde het de al te onbescheiden hand met zijn stompe vleugeltjes beslist af. Veel notitie hemen de Zuidpool-jonkers van de heeren der schepping overigens niet. Koele hoffelijkheid, het bewaren van een zekeren afstand, hoog. otens het afzenden van 'n paar verspieders om dat hoogbeenige volkje wat nader op te nemen, daarbij blijft het meestal. De tonen van 'n koffergramofoontje brengen soms eeni- go toenadering teweeg. Hoewel het heetemaal geen pas geeft kwaad te spreken van vriendelijke wezens en dan nog wel ln hun verre afwezigheid in dieren- tuinen aarden zij over het algemeen slecht moet hier toch worden opgemerkt, dat het niet enkel deugden zijn, die deze heeren-in-rok sieren! Zij storen zich n.l. ai heel weinig aan het „gij zult niet stelen", hetgeen vooral bij den neetbouw op onaangename wijze naar voren treedt. Het komt er dan op aan zooveel mogelijk keisteentjes het dons uit hun nes ten uit de huizen der andere broedenden te kapen, hetgeen met een dood-onnoozel ge- z'c-ht gebeurt! 'n Steentje in den snavel, foet sie. 200 snel de korte pootjes dikbuikje maar dragen kunnen. Maar de bedrogene heeft het droevige feit ontdekt en holt den roover sohteraaburen en vrinden uit de verdere omgeving snellen zeer eendrachtig toe om het te lang verlaten nest van de overgebleven steentjes te ontlasten! Met de eieren gaat het vaak evenzoo en daarom zijn er pinguin-soor- ten, die men de kangeroes onder de vogels zou kunnen noemen: zij dragen hun ééne ei In ®en huidplooi overal met zich mee, hetgeen uog nergens elders in de gevederde wereld werd vertoond! Dames en heeren wisselen al- haar af bij dit kangeroe-spelen en voorkomen daardoor, dat de jonge dieren in het ei op het koude ijs zouden afsterven. Die aan rots wanden, soms honderden meters hoog, broe den, nemen voor die ernstige bezigheid een 33—43. Daarna komen de jongen eens kijken, hoe het er aan den Zuidpoolcirkel uit- ziet. Blind zijn ze en vol dons en pos na 'n maand kiezen ze zee. De ouden voeren hen wel op duiven-mamier: uit den snavel of, juister, uit den slokdarm. Toen Bruce in 1907 op de Orkneys landde, schatte hij het aantal pinguïns aldaar op 50.000, terwijl honderdduizenden Adelie-pin- guius weer boven 'n ander eiland met ia ia geschreeuw de lucht deden weergalmen. Veel nut stichten zij niet, alleen, hun vleesch en hun eieren zijn voor de Zuidpoolvorschers een niet te versmaden voedsel. Zij zwemmen meest onder water, nu en dan opduikend en rustend aan de oppervlakte, Het is eigenaar. d1g, dat deze hulpelooss vogels tevens tot de .lèeeelligate" soorten onder onze gevederde vribnden worden gerekend. had plaats lb Januari 1651 het kindje was toen twee maanden oud. In 't paleis ontstond hevige ruzie over de vraag, wie het Vorstenkind naar de kerk zou mogen dragen nog grooter meen'ngsverschil was gerezen over de vóórna men. die de baby dragen zou. „Willem Hendrik" kreeg van de Stalen-Generaal een jaargeld van f 8000 voor héél zijn leven zijn moeder, een Engelsche prinses, won de gouden doos, waarin de oorkonde van deze gift zich bevond, niet aannemen de afgevaardigde moest bet voor werp maar ergens neerleggen Den vertegen woordiger der Staten van Holland, die 5000 hadden vastgezet, ging het niet beter. Delft gaf 200 per Jaar en Amsterdam ineens ƒ1000. „De opgang van dit nieuwe levenslicht werd door vete familietwisten vergrauwd" schrijft Joh. Been. 3. 3 3 3 Oplossing van de puzzle der vorige week benijd. DE BODE, DIEN 'K VERWACHTTE. KWAM De windt waait over 't woeste land, Speelt met het droge heidezand Voert zwarte wolken op ten strijd, De winddien 'k, kleine mensch, M'n pad loopt over d'heide heen, Hier is 't hard als marmersteen, Daar is' t mul, zak 'k 'r ln weg, Ginds leidt het langs een doornenheg. Nu klim ik moeizaam 'n heuvel op Maar aangekomen op den top Zie 'k plots'llng aan den heiderand...... Een stralend land Dat schittert in den zonnebrand 'n Gouden land, 'n zilv'ren lucht, 'n Gouden gele zonne Maar zie, daar tusschen al die lichten, Waarvoor m'n oogen zwichten En knipp'ren moeten meer en meer, Als vriend'lijk groetend ied'ren keer, Daar rijst, hoog boven 't gouden land, 'n Vogel naar den zonnebrand, 'n Duif, die, met haar wiekenslag, Begroet den nieuwen dag. De duif komt nader, nadert meer. En vliegt, als zoekend op en neer, Haar wieken blinken in zilvergloed, Ze nadert nog steeds, met haastigen spoed. Ze klapwiekt zoo vroolijk, en kirt zoo blij, Ze komt al dichter, ze komtnaar mij Nu weet Ik wat die duif begeert, Nu weet ik wat haar komst mij leert, Ze ls een bode van mijn God, Verhaalt mij m'n toekomstig lot Zij is 't die 'k sinds lang verwachtte, Naar wie m'n arme harte smachtte, Zij boodschapt mij uit 't gouden land Geluk en hoop en vreugdebrand. Hl. Deegvorm/en. Op Plm- kwarl; va,c ds hoogte van het Wink ringen knippen, die dau ln verschillende vormen kunnen worden 5tel>°een, waarbij uitkijken de boodschap atl andere strookjes -blik komen de hand. ««•ten. h\\V' Kandelaar. Maak eerst den koker, waar. d«n t letten valt op de insnijdingen. Soldeer ®en oker vast op den schotel. In den koker dru)C(Vtflr maken, die vrij gemakkelijk^ inge. dlagen au worden en vastgezet in de insnij- V. L vorp, vj^tar. Knip een stuk blik in d&n en Vaé}'1 een afgeknotten kegel. Rondbuigen bruikfc^ Jeeren, pijpje, handvat; klaar 't len. ^Q'giske om je primus-koker te vul- meer luaterett In da warme landen groeit een boom, die wel een hoogte kan bereiken van tien meter, de wol- of kapokboom, waaraan de kapok, vrucht groeit. Het dons, dat deze vrucht bevat, ligt rond de zaden als vlokken. De vrucht SKdf heeft in haar vorm wel wat weg van 'n _-naan. De meeste plantages heeft het eiland ava" Met elkaar nemen die 'n oppervlakte in van wol 30.000 h.m.2. ^C'odra de tijd van den oogst is gekomen, f en de kapok-vruchten van de boomen ge- sen of geplukt, waarna ze worden ge- eusr, om het zaad met het haar er om heen tvanif0, :,''Sen' *8 dlt voldoende gedroogd, dan orar a machine heel gemakkelijk de kapok niet fö <f- los;les in balen wordt geperst e a 1-,f' unders verliezen de strengen n an' om verscheept te kunnen wor- in 'rite Mi r?*bI?V«* ^den houden een olie te'rtet an faken van zeep wordt gebruikt, oiooite P dan vomt het overblijvende ^Lf hLil U! kend'6 meats00rf. De kapok- vezel heett n hekel aan water! De samenstel. Tnr il r, lS dat zal£s een dagenlang i Linin T6 vocht doet binnendringen Bederven doet dit planten. haar al evenmin en de motten lusten het niet! De menden maken van al de voortreffelijke eigenschappen een dankbaar gebruik: matras. eeffl, kussens, reddingsboeien zijn er de be wijzen van. Hoe ook neergedrukt, de kapok veert telkens weer op. Kan zij -t laatst niet meer, dan is een kleine koestering door de warme zonnestralen al voldoende, om haar weer gokeeil ln vorm te -brengen! Moeder hoeft, dan haar matras maar in het zomerzonnetje te zetten om dit resultaat te bereiken! Kapok wordt ve-efl aangewend om reddings boeien op te vullen en is daarvoor beter "te gebruiken dan kurk. Deze pdantenvezels kun nen een last dragen tot dertigmaal het eigen gewicht en hebben eeu draagvermogen, dat zesmaal zoo groot is als dat van kurk. ï/en maakt er watten van en voering voor klee- din-gstukken, maar voor spinnen is het niet geachikt, daar de draad te zwak is. De Bisschop, die het H. Vormsel kwam toe dienen, vroeg aan een van de vormelingen: „Je krijgt 'n lekkeren sinaasappel van me, als je me zegt, waar God is?" De vormeling: „Mon seigneur, u krijgt er van mij twee, als u zegt, waar God niet ist" Tientallen duükere maken ai-öh gereed om het wrak van dan verarugtfluktan Euigetechien andei zeeër te lichten; oök brachten zij eern vliegtuig boven water, dat tot de uitrusting van de ver gane boot heeft behoord- Reeds het oude Ilias-godlcht door Homerus (Ilium Troje) maakt -melding van mamsohen, die naar oesters doken en bij -het beleg van SyiWuss toratóhitetn eveneens diuiikeirs een bar rière ondier water aiain, om dien vijamdeldjiken Griietesahe schepen bet doordringen tot de haven to beletten. Aleocander de Groote daalde in zee af met een veiniufti-ge machine, Colim-pua g,einoamd, diiis kiem droog deed blijiveai en tevens liidbt doorliet. Dit waren allemaal maan- -heefl gebrekkiigv, pogingen om onder waiter te vertoeven, 'n Mo- dinrnie diu-iikar Is hie>el wait im®ewilikkeilder uitge rust dan dlie waaghalzen uit de grijze oudiheiid. Ni-at miimdiar dan zeven omu-andealen vor-moo zijn volledig costuum en wat daar noodzakelijk bij behoort: 'm iiuohit-pomip, 'n belui met ver lengstuk, een waterdicht pak, een "luchtslla/ng, die -makkelijk buigbaar is, een paar zwaren schoenen met dikke metaBen zooien, een stel lood-au platen op bonst en rug an een redding.--- lijn., Meestal wordt hieraan nog een telefoon en omdurzee-tajmjp toegevoegd. Daar koimt dius nogal 'heel walt 'kjjkeu, alvorens met succes n ddikie gewaagd kan worden. De zware schoe nen (phm. 30 pond per paar! ,jmot loodea adhoenen!") dienen om den -meniscn'eiijken on derzeeër rechtop te honden in U natte element, en de twee loodien platen, eik van 'n 40 pond, houden hem d,n evenwicht De lamp is ©lectirttech van 5.000 tot 50 kaars. De koene duiiikars staan soms aan heel wat naa-igiUisiiid bloot, koude, verlamming der be-enen, spierpijn en ook wei verstikking; Zij gaan soms tot groote diepte. De Spaansche waterrot Erostairbe dook van c-en wrnaik 'n Maine hom d eind duizend gulden aam zilver op 9000) bij een diepte van 182 voet (1 voet ia pijm. 30 c.M., A. Daimlb&rt -bij Das Palm as op een dtieipte vaa 105 voet 800.000 aan Spaanc-oh goud van de „Alföuso XII'. W. Rldyoird 'n half miljoen van 'n ander wrak. De spous-diui'k&rs werken 15-j voet beiaeden de wateroppervlakte, maar zij komen weer beti] snol boven. De parelêudilterf van AustTBiIiië bevinden zich wel op zoek naar pareilhoudemde oesters 120 voet onidsr water. In ons land hiebben de Sperling's naam ge maakt ads ervaren duikers. De lieve duif, zoo teer en Dd bode dien t verwachtte. tam. kwam. MAGGY, Den Bosch HOE JE DAG BESTEED? Al» Je 's morgens vroeg al gromt, Ontevreden kijkt of bromt, Als Je, wat men voor je doet. Nooit eens aardig vindt of goed. Als je bij een hart'lijk woord, Net doet of je het niet hoort. Niemand eens een weldaad deed, Is Je dag héél slecht besteed. Maar als morgens je gezicht, Vroolijk straalt als 't zonnelicht. Als je door je hart'lijkheid. Liefde om je heen verspreidt, Van je leven, droef misschien, Toch een zon'gen kant laat zien, 'n Troostwoord vindt voor ieder'g leed, 13 je dag héél goed besteed r JOH. ST., Rotterdam. Toen de vermaarde kanselier d'Aguesseau 1751) nog slechts procureur-generaal was, maakte iemand van zijn vrienden hem de op merking, dat hij zich niet zóo overwerken moest voor de administratie van de godshuizen en hospitalen. „Maar hoe zou ik kunnen rus ten" antwoordde Daguesseau zóó schreef hij zelf zijn naam „wanneer ik weet, dat er medemensclien zijn, die lijden?" 'n Fijne klenrteekoning! Kies heldere tinten. Oeverzand geel, lucht blauw met wolken als zilveren zeilen. Denk ook aan de waterspiegeling. De oudere garde schetst het na; de jongere mag voor dezien keer eens overtrekken! Mijn geheel bestaat uit negen letters, en la de naam van een beroemd Katholiek dichter» priester-doctor-staatsman. X X X - X *11 X X X X X 1. Afkorting voor heilige. 2. De helft van „schets". 3. Gerèn, gedraaf. 4. Witwollige dieren. 5. Verkleinwoord van „moeder". 6. Ter versteviging rond tonnen. 7. Vensters. 8. 'n Boschgod, die soms veel schrik teweeg bracht. 9. Voor Noorden, t 2 S 4 5 6 7 8 9 NIEUW RAADSEL. De verborgen diernaam ram. Zij kunnen alle twee advokaat worden, het ei en de student A. v. H., Heemstede. LETTERRAADSEL. „Septuagesima". 1. S, voor solo-spel; 2. bes; 3. copal; 4. cos tuum; 5. flauwte; 6. gedaanten; 7. Bodegraven}) 8 .vereende; 9. hersens; 10. spits; 11. oma; 12. A voor Aart. NIEUW RAADSEL. Mijn geheel bestaat uit 33 letters en Is eea bekend spreekwoord. I310: schijnt des daags. II—19164925: zijn vrijwillige over» tredingen van God's Wet. 206—1230: zeehaan, die een knorrend geluid maakt. 721: soort van sterk riekend bolgewas. 8—2413: kegeldragende boom in Midden- ea Noord-Europa. 23181326: een muntwaarde, die vóór enkele maanden bedenkelijk daalde. 282: jongens- of meisjesnaam. 20322780: een plant met witte bloemen en een vleezigen wortel, die veel gegeten wordt, 312925: verkort voor Gonda. 1751514: rondte, kromming, de 178 1514 van 'n schip. 2322—3033: afkorting van het woords] Pennsylvanië. Inz-: W. Vs., Vuurtoren, Breskens, We bevinden ons in antis, gebouw no. 11] We willen alle andere gebouwen ook aandoen, met 12 als einddoel. De apenkooi! Pas op, dat ze je daar niet houden..., We bezoeken elk gebouw slechts éénmaal en bewandelen slechts éénmaal hetzelfde podlj Gidsen vóór! -1 Oplossingen volgenden keer. 3 XV. Welk land wordt altijd voorgesteld door deze bij-de-handte dame Weet je misschien hoe za heet? En wat voor muts ze draagt? Er komt nu nog één plaatje in deze serie, de hekkensluiter Daarna stroomen de oplos singen binnen, hè Prachtig

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Nieuwe Schiedamsche Courant | 1932 | | pagina 7