9
ZUIDPOOIxSTREKEN.
V
BEDENK O MENSCH,
DAT GIJ STOF XlJT
OM T BLAUWE LINT,
agrippa.
VOOR KNUTSELAARS.
EIGEN WERK.
NATUUR IN.
DUIKEN.
OM NA TE TEEKENEN.
ZATERDAG 13 FEBRUARI 1932
des te ,r 3 iDS aan onfi allen' het kruisJe
Vogels lm rok
HEMQt)]i?§
L'plossmg van den vorigen
.rebus.
DE DOOP VAN
STADHOUDER WILLEM II.
De twee kruisen.
«ilPIglIl
'n Nuttige plant.
LETTERRAADSEL.
Oplossing vorige raadsels.
NAAR ARTIS
Gidsen gevraagd
WELK LAND
Al» schooljongens w-aobtten
woensdag met spanning h<*t
waarop wij aan de comm it «J*»*1* at'
ouden pastoor het asehkrnk <mM'>
gen. Het eerst van alle «L u-S°Uden °ntvan
zusters aan beurt paroch:'anen waren de
Met heit boeteteeken
konden gemerkt
dan even met de
haar voorhoofd en dat
af tegen het blank-
natuurlijk niet op het wi
!^!„,Priester «treek
gewijde assehe
langs
stak dan schern
gestevette van L P
Weef het zicht baai W kulve. Heel den dag
200 voi tooJn^4" lk d<mk' dat de zustertjes.
mènto i 6Per ln haar kart bewaarden. Me-
g^j, omO"bedenk, o menscih, dat gij
Wij hadden daar weinig over nagedacht,
oat ook wij slechte stof waren. Als jongens
JZs Wi3 ons mijlen boven dat groezelige
«oedje, dat opdwarrelt aan straten en plei-
nen- verheven.
Soms stemde een sterfgeval ln de naaste
«mille of vlak in de buurt tot nadenken, en
(an voelde je even, hoe waar de plecbtighei
Van den Asschowoensdag was.
vroeger liep dat niet zoo eenvoudig a 33
vogenwoordig. In de eerste eeuwen der kerk
oesfen op dezen Woensdag degenen, 1
oponlljk aanstoot of ergernis gegeven ha en,
2"ödr d« deuren van het bedehuis verschijnen,
Wootevoefs, om dan voor een bisschop o ïens
Plaatsvervanger neer te knielen. Deze geeste
lijke bestrooide hun hoofden met asch; asch
■Werd reeds door de Joden gebruikt als bewijs
Van verdeemoediging voor God of als teeken
van diepen smart. De zondaren kregen een
boetekleed en vielen plat ter aarde. Aan het
slot van 'n boeteomgang dreef de dienstdoende
geestelijke de boetelingen met het processie-
kruis huiten de deur: Wij stooten u uit den
echoot uwer Moeder, dé' H. Kerk, wegens uwe
monden en misdaden, gelijk ook Adam uit bet
Paradijg werd verjaagd. God de Almachtige
doe u wederkomen met de vrucht der boet.
Vaardigheid. Amen". Op Witten Donderde-»
mochten deze verstootelingen eerst terusk
ren: na hun vertrek begon pas de w u-
geloovigen. d«r
Zóó is dan de H. Vastentijd begonn
meer met die strengheid van" vroeger
maar in denzelfden geest van deern 5
boetvaardigheid. Wegens het vasten
tig dagen werden de Inwoners va® J3"1 V
red. Na veertig dagen gewast te hp té D1Vé
Mozes den top van den berg bekt' rn°cht
wolk binnentreden en de steenen tnnmen' de
Vangen. tafelen ont-
Ontzeggen wij ons uit vrijen wii
«lezen tijd niet enkel het vl-eosoii gedurende
P'ichte dagen, maar brengen wit ?P de ver'
'n den geest der Kerk. dsn 9 'n offer-
deae'fde zegeningen deelaohtte n aan
b°eteliugen> die het borden als die
hadden
pas tegen dat de school
Qen» niet
Het „blauwe lint van don Oceaan' wordi
toegekend aan de boot, die de reis van es
naar de Nieuwe Wereld bet mietot aflegt.
Vete jaren heeft de „Mauretanto dat ldmt ln
oe®it getad (19091929).
In den zomer van 1923 moest zij het afgaan
aan de „Brem«", een D^foh sch^ dM bijna
weor wéd gestegen door de „Europa van de-
zelfde maatschappij- Dudteohtod heeft „a den
Xeddooriog (1914 'IS) ai *j® maslLbooten aan
zi1.n vijanden moeten afstaan; de nieuwe, die
hot bouwde ia de na-oorlogsjaren, waren af
De mededingers hebban natuurlijk geprobeerd
den Duitschers dat record te onttutsetem. De-
"•roote .White Star Dine' liet te Bedfast aan
een schuitje beginman, do „üoeamiic", dat ei
wezen mocht. Jammer voor de grootscihe plaiu
non schoten op ean gegraven moment de centjes
tekort om tot afbouw te geraken. De „Cunard
Line" had het plain om twee van die reuzen
op stapel te zetten, tiwee eupar-maiiibooten
Omstreeks 1933 zouden diie in die vaart Ïlo
men. Het werk ward begon,non er werd voor
een anderfiallf raMioeu poad vertimmerd- maar
ook hier werd het einde niet bereikt
„Bremen" kan het 'blauwe dingske dus 7 i
veel ongerustheid bewaren
Hat te slap op den Oceaan v™ r-,
Amerika, maar omgekeeVTL Burapa nBaT
zoo'n reazeeöbii» kost nog M E° I
MiMi oenen en mJUioemen
De deftigste bewoners van de Antarctische
oftewel Zuidpool-streken zijn ongetwijfeld de
pinguïns (spr.: pin-gwiens), omdat zij steeds
„in rok" zijn, zwarte jas, witte bef, alsof zij
zóó naar een Reet-hovem-concert of naar een
officieele receptie moesten. De Keizerpin-
guins dragen daarbij, bij wijze van orde-lint,
'n gelen strik om hun hals en treden op met
een waardigheid als van 'n circus-directeur,
'n Heel verschil met die logge vetheuvele van
zee-olifanten of robben, waartusschem zij zich
bewegen als rijksgirooten uit de middeleeuwen
onder de dorpers! Erg makkelijk gaat hun dat
l<v>- ---el niet af. bun pasjes zijn afgemeten
lioem is eir al gauw mee «A' honderd m!1'
inbegrepen: venzekerino- ^n®ei'd' 3,11163 en allies
vans voor de cj„ ult,baegerinng van har
••Bmemen" kiwam d!at op eeu
mmioen goudiniia_wir
ring van werW^n &5au verüm-me-
enorme kapitelen k ,ReedlalB- die ni6t over
oök wel uit h»,m ?esohllk'kon. la-ton het dan
staipeil te zottan J W OTn B00',n 6oh,u'llt
alleen al ,®e rel,s koislt 3011 stookolie
pelzen r» «^iue ton goud»De Oeeaau
ook slechte m9n" en "Bllir°f)a" 2<™ttan da,,
verankers ..Toor 6011 gedeelte huin-ner waard
Voor h' 213,11 klankrijk en Engeland dekikeu
de ret "n..&c*1€'I>e!I1 dót ged-eeflte, QuettiwelLk door
de n^^13 verzekerd kaïn worden, maar
ai et U,ltscii3® Staat ibeadt daartoe de mdddedaa
-«ceiingen. die het zooveel aen
datt wjj. zooveel zwaarder
boete doen
Optilt VOOr t hervallen ons beTioen,
Eü on 0,213 zoEwienvTU,
wand-öl heilig zij.
Verhol Drievuldigheid,
hart.
Zoo bren^' schreit
Ons vasten - D, wel
dat
sa
oas
te moe,
bidden toe".
die over het Judeesche te
te Cesaréa en vierde er f^L^^rde kwam
heid van den RomeinschenVde geacnd.
tweeden dag dezer plecbtighede,^1'- Op den
morgens in -het theater nam 6r 'a,a hij des
troon en sprak de menigte to©PIpat,! op den
kleed in een rijk met zilver bestj^13 ^'aa ge.
van een bewonderenswaardig patroo^611 mant«
len der zon deden dit ornaat verbnA da stra.
teren. Zijn vleiers riepen van aiijad ®chit-
„Stem van een God en niet van eep kanten:
De vorst hoorde deze wartaal aan 2ttl6n®ch".
tegen op te komen. Nu sloeg hem de j-ndar er
Heeren, hij werd gepijnigd door -V'0' des
smarten, die hem schier buiten zichz6i/SeIij'ke
uitroepen: d0dep
„Jullie God gaat sterven".
Men bracht hem terug naar zijn paleia.
verloop van vijf dagen deed de godsstem '2,tlQ
niet meer hooren; verteerd door het ongedierte
stierf de prins, vier en vijftig jaren oud.
De vleierij schandvlekt haar bedrijvers en
verblindt de gevieiden.
"Hop m0er ODZ0 gezichtseinder zich uit
^idt, hoe nfeer wij ons leeren verheffen bo-
ea kleingeestige (voor) veroordeelen".
Wat kunnen we van leege conservenbusseu
maken, wanneer we die voorzichtig met behulp
van 'n ouden schaar onder handen nemen?
I. 'm Tandrad, net zoo'n wieltje, waarmee
moeder zoo goed den weg weet over de knip
patronen uit bet mode-journaalJe knipt eerst
'n cirkeltje van blik ter groote van 'n flikje.
Dan de tandjes er in knippen en middenin
een gaatje maken voor het asje. Die as
soldeer je aan 'n omgebogen ij zend raad en
hieraan komt nog 'n houten handvat.
II. 'n Meel. of aoutschep, Hiermede is 'n
half blik gemoeid. Aan ééne zijde wat fat-
eoeneeren of te wel bijknippen; handvat.
Pinguin houdt de wacht bij zijn nest
als van 'n ouwerwetsche Juffrouw in 'n strom-
pelrok en de meesten zetten hun éënen voet
over den anderen heen, terwijl ze bij elk stap.
je 'n krwartdraai rechts of links maken, zon-
der dat 'n drilmeester hun dat geleerd heeft!
Bij gróóten haast laten de genokte diertjes
zich op hun buik vallen en glijden als kleine
autotjas vooruit waarbij voeten, snavel en vleu.
gelstompjes echte vleugels hebben ze niet!
hulp verteenen Deftig is dat wel niet, maar
daarginder is het niet zóó woelig, dat je gauw
óp-valt en je rust welbehagen en vet,
waaruit je bestaat, teeljjk over den tong zou
gaan!
De naam „pinguïns" heeft al heel wat pen.
nen in beweging gebracht. Sommigen zeggen:
die komt van „pinguïns", -het Latijnsche
woordje voor dik, vet, wèi, doorvoed; nou, dat
zou geen wonder wezen, want dank zij schaal
dieren, visschen en gamaalachtige kreeften,
waar ze dol op zijn, staat hun buikje soms
aardig strak gespannen! Doch anderen gooien
nochtans deze verklaring 200 ver weg als zij
maar kunnen; „pen gwyii", witkop, naar het
oud-Keltisch, daarvoor breken zij 'n lans! Ja,
alles goed en wel, maar de salet-jonkers der
Zuidpoollanden hebben juist heetemaal geen
witten kop!„Hoeft ook niet, de Franschen
reuzen-alk had die wèl en dat woord is toen
op deze vogels overgegaan!" Wij zullen ons -
maar wijselijk buiten dien oorlog houden! De
Oxford-dictionnaire, waarvan de letters en i
P in één deel haast m'n heete schrijfbureau
beslaan, wil van „pinguin" zelfs heetemaal
niets hooren en schrijft gewoonweg; penguin
(spr.: pèn-gwin"), hieraan toevoegend, dat de
groote alk geen witkop was, doch alleen 'n
paar witte vlekken rond z'n oogien had! Het
wordt er zoodoende niet duidelijker op!
De pinguïns doen geen vlieg kwaad en dat
zou ook niet kunnen, want daarginder bestaat
dat lastige goedje niet! Ze gebaren zich soms
wel erg leelijk en probeeren den ontdekkings
reizigers den pas af te snijden, maar als het
er op aan komt, gaan ze netjes op zij! D'r
was eens 'n heele dappere, die het op de Falk-
land-eilanden tegen den befaamden vorscher
Darwin opnam, zonder éénig respect voor
's mans geleerdheid. „Hij was erg dapper en
vocht sportief, slaagde er zelfs in mij terug
te drijven, tot bij veilig en wel de zee berei
ken kon! Alleen harde slagen hadden hem
kunnen tegenhouden. lederen voetbreed, dien
hij won, verdedigde hij en stond kaarsrecht
en vastberaden voor me! schrijft Darwln.
'n Andere onderzoeker bericht, dat hij zóó
maar met zijn hand oven den rug van den
langsnaveligen pinguin kon strijken zonder
een wat jetkou op te loopen; alleen, wanneer
het diertje meende, dat hij het grijpen won,
weerde het de al te onbescheiden hand met
zijn stompe vleugeltjes beslist af. Veel notitie
hemen de Zuidpool-jonkers van de heeren der
schepping overigens niet. Koele hoffelijkheid,
het bewaren van een zekeren afstand, hoog.
otens het afzenden van 'n paar verspieders
om dat hoogbeenige volkje wat nader op te
nemen, daarbij blijft het meestal. De tonen
van 'n koffergramofoontje brengen soms eeni-
go toenadering teweeg.
Hoewel het heetemaal geen pas geeft kwaad
te spreken van vriendelijke wezens en dan
nog wel ln hun verre afwezigheid in dieren-
tuinen aarden zij over het algemeen slecht
moet hier toch worden opgemerkt, dat het
niet enkel deugden zijn, die deze heeren-in-rok
sieren! Zij storen zich n.l. ai heel weinig aan
het „gij zult niet stelen", hetgeen vooral bij
den neetbouw op onaangename wijze naar
voren treedt. Het komt er dan op aan zooveel
mogelijk keisteentjes het dons uit hun nes
ten uit de huizen der andere broedenden
te kapen, hetgeen met een dood-onnoozel ge-
z'c-ht gebeurt! 'n Steentje in den snavel, foet
sie. 200 snel de korte pootjes dikbuikje
maar dragen kunnen. Maar de bedrogene heeft
het droevige feit ontdekt en holt den roover
sohteraaburen en vrinden uit de verdere
omgeving snellen zeer eendrachtig toe om het
te lang verlaten nest van de overgebleven
steentjes te ontlasten! Met de eieren gaat het
vaak evenzoo en daarom zijn er pinguin-soor-
ten, die men de kangeroes onder de vogels zou
kunnen noemen: zij dragen hun ééne ei In
®en huidplooi overal met zich mee, hetgeen
uog nergens elders in de gevederde wereld
werd vertoond! Dames en heeren wisselen al-
haar af bij dit kangeroe-spelen en voorkomen
daardoor, dat de jonge dieren in het ei op
het koude ijs zouden afsterven. Die aan rots
wanden, soms honderden meters hoog, broe
den, nemen voor die ernstige bezigheid een
33—43. Daarna komen de jongen eens
kijken, hoe het er aan den Zuidpoolcirkel uit-
ziet. Blind zijn ze en vol dons en pos na 'n
maand kiezen ze zee. De ouden voeren hen
wel op duiven-mamier: uit den snavel of,
juister, uit den slokdarm.
Toen Bruce in 1907 op de Orkneys landde,
schatte hij het aantal pinguïns aldaar op
50.000, terwijl honderdduizenden Adelie-pin-
guius weer boven 'n ander eiland met ia
ia geschreeuw de lucht deden weergalmen.
Veel nut stichten zij niet, alleen, hun vleesch
en hun eieren zijn voor de Zuidpoolvorschers
een niet te versmaden voedsel. Zij zwemmen
meest onder water, nu en dan opduikend en
rustend aan de oppervlakte, Het is eigenaar.
d1g, dat deze hulpelooss vogels tevens tot de
.lèeeelligate" soorten onder onze gevederde
vribnden worden gerekend.
had plaats lb Januari 1651 het kindje was
toen twee maanden oud. In 't paleis ontstond
hevige ruzie over de vraag, wie het Vorstenkind
naar de kerk zou mogen dragen nog grooter
meen'ngsverschil was gerezen over de vóórna
men. die de baby dragen zou. „Willem Hendrik"
kreeg van de Stalen-Generaal een jaargeld van
f 8000 voor héél zijn leven zijn moeder, een
Engelsche prinses, won de gouden doos, waarin
de oorkonde van deze gift zich bevond, niet
aannemen de afgevaardigde moest bet voor
werp maar ergens neerleggen Den vertegen
woordiger der Staten van Holland, die 5000
hadden vastgezet, ging het niet beter. Delft
gaf 200 per Jaar en Amsterdam ineens ƒ1000.
„De opgang van dit nieuwe levenslicht werd
door vete familietwisten vergrauwd" schrijft
Joh. Been.
3.
3
3
3
Oplossing van de puzzle der vorige week
benijd.
DE BODE, DIEN 'K VERWACHTTE. KWAM
De windt waait over 't woeste land,
Speelt met het droge heidezand
Voert zwarte wolken op ten strijd,
De winddien 'k, kleine mensch,
M'n pad loopt over d'heide heen,
Hier is 't hard als marmersteen,
Daar is' t mul, zak 'k 'r ln weg,
Ginds leidt het langs een doornenheg.
Nu klim ik moeizaam 'n heuvel op
Maar aangekomen op den top
Zie 'k plots'llng aan den heiderand......
Een stralend land
Dat schittert in den zonnebrand
'n Gouden land, 'n zilv'ren lucht,
'n Gouden gele zonne
Maar zie, daar tusschen al die lichten,
Waarvoor m'n oogen zwichten
En knipp'ren moeten meer en meer,
Als vriend'lijk groetend ied'ren keer,
Daar rijst, hoog boven 't gouden land,
'n Vogel naar den zonnebrand,
'n Duif, die, met haar wiekenslag,
Begroet den nieuwen dag.
De duif komt nader, nadert meer.
En vliegt, als zoekend op en neer,
Haar wieken blinken in zilvergloed,
Ze nadert nog steeds, met haastigen spoed.
Ze klapwiekt zoo vroolijk, en kirt zoo blij,
Ze komt al dichter, ze komtnaar mij
Nu weet Ik wat die duif begeert,
Nu weet ik wat haar komst mij leert,
Ze ls een bode van mijn God,
Verhaalt mij m'n toekomstig lot
Zij is 't die 'k sinds lang verwachtte,
Naar wie m'n arme harte smachtte,
Zij boodschapt mij uit 't gouden land
Geluk en hoop en vreugdebrand.
Hl. Deegvorm/en. Op Plm- kwarl; va,c
ds hoogte van het Wink ringen knippen, die
dau ln verschillende vormen kunnen worden
5tel>°een, waarbij uitkijken de boodschap
atl andere strookjes -blik komen de hand.
««•ten.
h\\V' Kandelaar. Maak eerst den koker, waar.
d«n t letten valt op de insnijdingen. Soldeer
®en oker vast op den schotel. In den koker
dru)C(Vtflr maken, die vrij gemakkelijk^ inge.
dlagen au worden en vastgezet in de insnij-
V. L
vorp, vj^tar. Knip een stuk blik in d&n
en Vaé}'1 een afgeknotten kegel. Rondbuigen
bruikfc^ Jeeren, pijpje, handvat; klaar 't
len. ^Q'giske om je primus-koker te vul-
meer
luaterett
In da warme landen groeit een boom, die
wel een hoogte kan bereiken van tien meter,
de wol- of kapokboom, waaraan de kapok,
vrucht groeit. Het dons, dat deze vrucht bevat,
ligt rond de zaden als vlokken. De vrucht
SKdf heeft in haar vorm wel wat weg van 'n
_-naan. De meeste plantages heeft het eiland
ava" Met elkaar nemen die 'n oppervlakte in
van wol 30.000 h.m.2.
^C'odra de tijd van den oogst is gekomen,
f en de kapok-vruchten van de boomen ge-
sen of geplukt, waarna ze worden ge-
eusr, om het zaad met het haar er om heen
tvanif0, :,''Sen' *8 dlt voldoende gedroogd, dan
orar a machine heel gemakkelijk de kapok
niet fö <f- los;les in balen wordt geperst
e a 1-,f' unders verliezen de strengen
n an' om verscheept te kunnen wor-
in 'rite Mi r?*bI?V«* ^den houden een olie
te'rtet an faken van zeep wordt gebruikt,
oiooite P dan vomt het overblijvende
^Lf hLil U! kend'6 meats00rf. De kapok-
vezel heett n hekel aan water! De samenstel.
Tnr il r, lS dat zal£s een dagenlang
i Linin T6 vocht doet
binnendringen Bederven doet dit planten.
haar al evenmin en de motten lusten het niet!
De menden maken van al de voortreffelijke
eigenschappen een dankbaar gebruik: matras.
eeffl, kussens, reddingsboeien zijn er de be
wijzen van. Hoe ook neergedrukt, de kapok
veert telkens weer op. Kan zij -t laatst niet
meer, dan is een kleine koestering door de
warme zonnestralen al voldoende, om haar
weer gokeeil ln vorm te -brengen! Moeder hoeft,
dan haar matras maar in het zomerzonnetje
te zetten om dit resultaat te bereiken!
Kapok wordt ve-efl aangewend om reddings
boeien op te vullen en is daarvoor beter "te
gebruiken dan kurk. Deze pdantenvezels kun
nen een last dragen tot dertigmaal het eigen
gewicht en hebben eeu draagvermogen, dat
zesmaal zoo groot is als dat van kurk. ï/en
maakt er watten van en voering voor klee-
din-gstukken, maar voor spinnen is het niet
geachikt, daar de draad te zwak is.
De Bisschop, die het H. Vormsel kwam toe
dienen, vroeg aan een van de vormelingen: „Je
krijgt 'n lekkeren sinaasappel van me, als je
me zegt, waar God is?" De vormeling: „Mon
seigneur, u krijgt er van mij twee, als u zegt,
waar God niet ist"
Tientallen duükere maken ai-öh gereed om het
wrak van dan verarugtfluktan Euigetechien andei
zeeër te lichten; oök brachten zij eern vliegtuig
boven water, dat tot de uitrusting van de ver
gane boot heeft behoord-
Reeds het oude Ilias-godlcht door Homerus
(Ilium Troje) maakt -melding van mamsohen,
die naar oesters doken en bij -het beleg van
SyiWuss toratóhitetn eveneens diuiikeirs een bar
rière ondier water aiain, om dien vijamdeldjiken
Griietesahe schepen bet doordringen tot de
haven to beletten. Aleocander de Groote daalde
in zee af met een veiniufti-ge machine, Colim-pua
g,einoamd, diiis kiem droog deed blijiveai en tevens
liidbt doorliet.
Dit waren allemaal maan- -heefl gebrekkiigv,
pogingen om onder waiter te vertoeven, 'n Mo-
dinrnie diu-iikar Is hie>el wait im®ewilikkeilder uitge
rust dan dlie waaghalzen uit de grijze oudiheiid.
Ni-at miimdiar dan zeven omu-andealen vor-moo
zijn volledig costuum en wat daar noodzakelijk
bij behoort: 'm iiuohit-pomip, 'n belui met ver
lengstuk, een waterdicht pak, een "luchtslla/ng,
die -makkelijk buigbaar is, een paar zwaren
schoenen met dikke metaBen zooien, een stel
lood-au platen op bonst en rug an een redding.---
lijn.,
Meestal wordt hieraan nog een telefoon en
omdurzee-tajmjp toegevoegd. Daar koimt dius
nogal 'heel walt 'kjjkeu, alvorens met succes n
ddikie gewaagd kan worden. De zware schoe
nen (phm. 30 pond per paar! ,jmot loodea
adhoenen!") dienen om den -meniscn'eiijken on
derzeeër rechtop te honden in U natte element,
en de twee loodien platen, eik van 'n 40 pond,
houden hem d,n evenwicht De lamp is ©lectirttech
van 5.000 tot 50 kaars.
De koene duiiikars staan soms aan heel wat
naa-igiUisiiid bloot, koude, verlamming der be-enen,
spierpijn en ook wei verstikking; Zij gaan soms
tot groote diepte. De Spaansche waterrot
Erostairbe dook van c-en wrnaik 'n Maine hom
d eind duizend gulden aam zilver op 9000) bij
een diepte van 182 voet (1 voet ia pijm. 30 c.M.,
A. Daimlb&rt -bij Das Palm as op een dtieipte vaa
105 voet 800.000 aan Spaanc-oh goud van de
„Alföuso XII'. W. Rldyoird 'n half miljoen van
'n ander wrak. De spous-diui'k&rs werken 15-j
voet beiaeden de wateroppervlakte, maar zij
komen weer beti] snol boven. De parelêudilterf
van AustTBiIiië bevinden zich wel op zoek naar
pareilhoudemde oesters 120 voet onidsr water.
In ons land hiebben de Sperling's naam ge
maakt ads ervaren duikers.
De lieve duif, zoo teer en
Dd bode dien t verwachtte.
tam.
kwam.
MAGGY, Den Bosch
HOE JE DAG BESTEED?
Al» Je 's morgens vroeg al gromt,
Ontevreden kijkt of bromt,
Als Je, wat men voor je doet.
Nooit eens aardig vindt of goed.
Als je bij een hart'lijk woord,
Net doet of je het niet hoort.
Niemand eens een weldaad deed,
Is Je dag héél slecht besteed.
Maar als morgens je gezicht,
Vroolijk straalt als 't zonnelicht.
Als je door je hart'lijkheid.
Liefde om je heen verspreidt,
Van je leven, droef misschien,
Toch een zon'gen kant laat zien,
'n Troostwoord vindt voor ieder'g leed,
13 je dag héél goed besteed r
JOH. ST., Rotterdam.
Toen de vermaarde kanselier d'Aguesseau
1751) nog slechts procureur-generaal was,
maakte iemand van zijn vrienden hem de op
merking, dat hij zich niet zóo overwerken
moest voor de administratie van de godshuizen
en hospitalen. „Maar hoe zou ik kunnen rus
ten" antwoordde Daguesseau zóó schreef
hij zelf zijn naam „wanneer ik weet, dat er
medemensclien zijn, die lijden?"
'n Fijne klenrteekoning!
Kies heldere tinten. Oeverzand geel, lucht
blauw met wolken als zilveren zeilen. Denk
ook aan de waterspiegeling.
De oudere garde schetst het na; de jongere
mag voor dezien keer eens overtrekken!
Mijn geheel bestaat uit negen letters, en la
de naam van een beroemd Katholiek dichter»
priester-doctor-staatsman.
X
X
X -
X *11
X
X
X
X
X
1. Afkorting voor heilige.
2. De helft van „schets".
3. Gerèn, gedraaf.
4. Witwollige dieren.
5. Verkleinwoord van „moeder".
6. Ter versteviging rond tonnen.
7. Vensters.
8. 'n Boschgod, die soms veel schrik teweeg
bracht.
9. Voor Noorden,
t
2
S
4
5
6
7
8
9
NIEUW RAADSEL.
De verborgen diernaam ram.
Zij kunnen alle twee advokaat worden, het
ei en de student
A. v. H., Heemstede.
LETTERRAADSEL.
„Septuagesima".
1. S, voor solo-spel; 2. bes; 3. copal; 4. cos
tuum; 5. flauwte; 6. gedaanten; 7. Bodegraven})
8 .vereende; 9. hersens; 10. spits; 11. oma; 12.
A voor Aart.
NIEUW RAADSEL.
Mijn geheel bestaat uit 33 letters en Is eea
bekend spreekwoord.
I310: schijnt des daags.
II—19164925: zijn vrijwillige over»
tredingen van God's Wet.
206—1230: zeehaan, die een knorrend
geluid maakt.
721: soort van sterk riekend bolgewas.
8—2413: kegeldragende boom in Midden- ea
Noord-Europa.
23181326: een muntwaarde, die vóór
enkele maanden bedenkelijk daalde.
282: jongens- of meisjesnaam.
20322780: een plant met witte bloemen
en een vleezigen wortel, die veel gegeten wordt,
312925: verkort voor Gonda.
1751514: rondte, kromming, de 178
1514 van 'n schip.
2322—3033: afkorting van het woords]
Pennsylvanië.
Inz-: W. Vs., Vuurtoren, Breskens,
We bevinden ons in antis, gebouw no. 11]
We willen alle andere gebouwen ook aandoen,
met 12 als einddoel. De apenkooi! Pas op, dat
ze je daar niet houden...,
We bezoeken elk gebouw slechts éénmaal
en bewandelen slechts éénmaal hetzelfde podlj
Gidsen vóór!
-1
Oplossingen volgenden keer. 3
XV.
Welk land wordt altijd voorgesteld door deze
bij-de-handte dame Weet je misschien hoe za
heet? En wat voor muts ze draagt?
Er komt nu nog één plaatje in deze serie,
de hekkensluiter Daarna stroomen de oplos
singen binnen, hè Prachtig