©TUKKEM
iramgpm
DE KATHOLIEKE ENCYCLOPAEDIE.
„letterkundig Nederland"
DINSDAG 1." MAART 1932
HET ATSTWOORD OP DE GROOTE
VRAAG: WAAROM
POLITIEKE GEBEURTENISSEN
TE DUBLIN.
DE INVRIJHEIDSTELLING DER
VEROORDEELDEN.
PAASCHVEETENTOONSTELLING
Georganiseerd door de Holland-sche
Maatschappij van Landbouw.
EEN TENTOONSTELLING VAN
GOEDE KWALITEIT.
Bekroningen en prijzen.
ROODE MOEDI
ISlpfSpiig
„Veel van het algemeene nut der woor
denboeken te willen zeggen, zou zo
veel zijn, alsof wij de wereld wilden
bewijzen, dat er 's avonds nul in het
kaarslicht stak, hetwelk de glans der
zon wel in het minst niet kan evenaren,
maar evenwel iemand, die zijn leven
gewent was in een duisteren kerker
door te brengen, eenigen troost, ja zelfs
een gering denkbeeld van dien heer
lijken luister zou geven.
De woordenboeken zijn dat gemelde
kaarslicht, zij lijden niet, dat wij lan
ger in den kerker der onwetendheid in
het donker herom blijven tasten, maar
toonen ons de deuren om daar uit te
geraken en verder ingang tot de weten
schappen te krijgen, en wanneer deze
zon ons beschijnt, werpen wij het kaars
licht, als noodeloos, aan den kant, of
het kon ons noch zomtijds te pas komen
wanneer wij door een zonnezwijm voor
een tijd van derzelver klaarheid beroofd
worden, hetgeen wij door deszelfs be
hulp verder kunnen ophelderen."
Met een dergelijke inleiding van Johan Huib-
ner, rector van St. Jan te Hamburg, richtten
de Leldsche boekverkoopers Dirk Haak en
Samuel Luchtmans zich in het jaar 1732 tot
de lezers en gebruikers van den twaalfden
druk van „de Staats- en Koerantentolk of
woordenboek der geleerden en ongeleerden",
een aohttiende-eeuwsche Encyclopaedia.
Het is treffend, dat voorwoorden en inlei
dingen van boeken, die reeds lang uit den
tijd geraakt zijn, veel interessanter, soms veel
belangwekkender blijven, dan hun eigenlijke
inhoud.
Een moderne encyclopaedic kan wat preg
nanter geetyleerd den zin dezier inleiding
overnemen, en dien in een typografisch aan
lokkelijk prospectus afdrukken.
„Veel van het „Algemeene" nut eener en
cyclopaedia te willen zeggen, zou zoo veel
zijn, alsof wij de wereld wilden bewijzen dat
er 's avonds nut stak in de electrische
lamp". Het is opmerkelijk, dat er momenteel
nog al wat encyclopaedische uitgaven zijn die
dit onmiddellijk op hun persen kunnen laten
zetten.
Wij hebben naast de Meyer's Lexicon, „de
nieuwe groote Herder" en de „nieuwe groote
Brockhaus", om slechts een drietal te noe
men die het makkelijkst over onze grenzen
komen, een drietal, waarnaast wij met de
nieuwe Katholieke Encyclopaedia een trio van
binnenlandsche nieuwe en zich hernieuwende
dus verbeterde uitgaven kunnen stellen.
Het is daarbij echter nog meer opmerkelijk,
dat de berichten, die tot nu toe over de Katho
lieke Encyclopaedia gepubliceerd zijn, weinig
of geen betrekking hadden op al datgene, wat
een prospectus op de eerste plaats pleegt te
bevatten.
De groote vraag, waarvoor de redactie en
de „boekverkoopers" van dit omvangrijke
«eik zich telkens geplaatst vinden, betrof'
dan ook niet zoozeer de technische afwerking,
den omvang en den duur der uitgave, niet
eens altijd de keur der redacteuren en samen
stellers, of de eigenschappen, waardoor de
Katholieke zich, oppervlakkig beschouwd, zal
onderscheiden van andere encyclopaedieën,
als wel de vraag naar het bestaansrecht, de
vraag naar het „waarom Katholiek?", die
6 vraag, die, hoewel zij de quintessence
i an de zaak raakt, niet gesteld wordt In het
helder bewustzijn van de waarde daarvan.
Het is de typische vraag, slechts te ver
baren door de mentaliteit van ons offer
en strijdvaardig volk, voor zoover deze ook
psychologisch door de geschiedenis gevormd
is. de typische vraag, die zelf de minste
edan van bestaan heeft, omdat zij altijd geuit
nerd, waar het bewegingen, organisaties en
revingeo gold, die geenszin® de zakelijkheid
voorop stelden, maar duidelijk genoeg het
wezenlijke van principieele motieven- de
iraag, die de Katholieke pers doof en'dood
1 eeft moeten strijden, de vraag, die den strijd
m de gelijkstelling van het onderwijs gerekt
heeft, de vraag, die de Sint Radboudstiohting
zand In de olie strooide, de vraag, die het
Katholieke organisatieleven benadeelt.
De Katholieke Encyclopaedic heeft, voor
zoover zij van zich heeft doen spreken, op
den voorgrond geplaatst, dat ook zij op i,aar
beurt een steen wil bijdragen tot het blijk-
i ar moeilijk op te trekken gebouw onzer
c gen volkomen, cultureele emancipatie, een
Iijkstelling, die evenwel sleohts haar waar
de ontleent en blijft ontleenen aan de hechte
fundamenten eener Katholieke geloofsovertui-
De sterke steun en stimuleerende stuw, die
de eerste plannen, onmiddellijk van Nijmegen
ontvingen, gelden reeds als een materieel ar.
gument, en pleiten voor het Apostolaat, dat de
Katholieke Alma Mater duidelijk te grijp zag
liggen bij de conceptie van dit volkseigene,
-Vederlandsche werk.
Er zijn evenwel argumenten, die dieper
treffen. Het antwoord, dat ook op ander ter
rein de „neutraliteit" moest verslaan, blijft ook
hier zijn wel graag becritiseerde, maar onaan
vechtbare waarde handhaven. In dit verband
luidt bet antwoord men houde het oultureel
haiang scherp voor oogen dat de neutrali
teit van een encyclopaedie tot de onmogelijk
heden behoort.
Afgezien van het feit, dat neutraliteit geen
eenheid schept bij de keuze uit alle zaken van
het menschelijk weten, die het meest wezenlijk
zullen blijken en derhalve het meest geschikt,
om te worden gebracht binnen het kader van
ren 24-deelig werk; afgezien ook van het
it, dat neutrale encyclopaedieën zelf nog op
vallend verschillen In hun waardeering der
wetenschappen onderling; (terwijl de Fransohe
encyclopaedic 1.67 pCt. aandacht aan den gods
dienst besteedt, wijdt de Engelsche er 6.5 pCt.
nam) beteekent het ontbreken van een en
dezelfde levensopvatting, die tot gelijken grond-
stag dient aan alle artikelen, een elementair
en wezenlijk onaanvulbaar tekort. Wanneer
men uit principe van neutraliteit medewer-
k°rs kiest van elke richting en kleur, zul-
1 n onherroepelijk vele bijdragen elkander te
genspreken. En daarmee houdt de encyclopae
dic op een vertrouwde vraagbaak te zijn.
Het stellen van de vraag: „waarom katho
liek?" verraadt nog steeds het wantrouwen
alsof het principieel boven allés stellen der
katholieke leer. en levensbeschouwing een
reclameleuze ware, waaraan men voorzlchtiglijk
(1 s striktste eerlijkheid en de dringendste nood
zaak mag ontzeggen.
Hoe straffer zich de tegenstellingen in het
maatschappelijk leven afteekenen, hoe succes
voller van den anderen kant het streven naar
onze volledige en harmonische gelijkstelling
wordt, des te dieper moet deze stelling bewust
Worden en des te principieeler beleefd, dat onze
levensbeschouwing heel ons doen en laten heeft
te doordrenken.
Overal, waar het veelvormige leven raakt
aan geloof en zeden, behoort de katholieke op.
vattlng tot uiting te komen, als de levende be
zieling.
En weinig onderwerpen zijn er van alle, die
gezocht worden als onderwerpen voor een en-
cyclopaedisoh werk, die absoluut en verre bul
ten het terrein staan van geloof en zeden le
vensleer en levensopvatting.
Het katholieke van de katholieke encyclopae.
die zal niet op de eerste plaats daarin bestaan
dat zij bijzondere aandacht zal besteden aan
het godsdienstige leven, aan den uitleg der
godgeleerdheid en der scholastieke wijsbegeerte
aan mystiek, deugden en practische ascese aan
kerkelijk recht, katholieke maatschappij- en
staatsleer enz, maar op de voornaamste plaats
daarin, dat zij, zooals haar naam aanduidt den
heelen kring der wetenschappen „in het 'rond
onderricht", doch dat van uit één lichtend en
alles overstralend centrum, wat de nood zake-
Üke, evenwichtige voorlichting zal opleveren,
die men missen zal, wanneer men bij het gaan
door het weidsche museum van wetenschap en
wetenswaardigheid, uit de handen van den
éénen zaalwachter in die van den anderen valt.
Toonen de encyclopaedieeën ons met hun
kaarslicht de deuren, om uit den kerker der
onwetendheid te geraken, zooals de rector
van Sint Jan te Hamburg het twee eeuwen
geleden uitdrukte, de deuren zelf opene men
met het letterslot der Katholiciteit;' men neme
niet een bos vol sleutels, waarin men in het
sohaarsche licht eerst de J-uiste kiezen en pro.
beeren zal, noch opene men de poorten met
den looper der neutraliteit. Al mogen wij toe
geven, dat die jaren voorbij zijn, waarin men
(Meyer's Konversation Lexioon 1896) o.a. over
de Jesuieten schreef:
„Geestelijke orde, gesticht alleen ten bate van
de pauselijke almacht en uit dweperig-fantas-
tisch begin snel bot het stadium van wereld
lijke berekening ontwikkeld" zoo missen wij
elders toch de zekerheid, dat de Eëne Wijs-
beid, die alle wetenschap overstraalt, al de
onderwerpen heeft doordrongen, welke vooral
onze begrippen kunnen verrijken
De Eénige Waarheid vergt dit evenwel uit
zich Zeli.
Hoe er geoordeeld wordt
Belangwekkend, ofschoon minder vleiend, zijn
eenige beschouwingen van een zekeren beroem
den DTsraell (den vader van den grooten con
servatieven staatsman) over letterkundig Ne
derland" in zijn klassiek werk „Curiosities of
Literature".
D'Israeli begon met Churchill aan te halen
nl. den dichter en satirist, Charle® Churchill
die opgemerkt had dat „genie onafhankelijk
is van omstandigheden en zich mettertijd mis
schien zelfs in Holland zal voordoen" (And may
hereafter even in Holland rise).
„Vondel, dien, zooals Mairchand (wie dit ook
geweest moge zijn hij is thans een onbekende)
de Hollanders beschouwen als hun Aeschylus,
Sophocles en Euripides, heeft een merkwaardig-
gebrekkige smaak; de dichter zelfs kende geen
van de werken dier klassieken, maar hij schreef
over een of ander patriottisch onderwerp, de
zekerste manier om populariteit te verwerven'.'
In flagranten strijd met dezen vermakelijken
onzin is wat D'Israeli er onmiddellijk op vod
gen laat: „Het grootste deel zijner treurspelen
is ontleend aan de H. Schrift". Verder merkt
hij op, dat de stof steeds slecht gekozen en
slecht uitgewerkt is, hetgeen hij poogt te too
nen met een beroep op „Lucifer", „Jerusalem
verwoest" en de „Verlossing der kinderen Is-
raëls".
Een ander Nederlandsch dichter, dien D'Is
raeli niet bij name noemt, is „zelfs nog onuit-
staanbaarder" dan Vondel. Hij bewijst dit aan
de hand van een citaat uit een lange rhapsodic
betreffende pyramus en Thisbe, van welke sage
Shakespeare in zijn „Zomernachtsdroom" ge
bruik gemaakt heeft, maar welke de Neder-
landsche dichter bekroonde met een parallel
die ofschoon niet zoo bedoeld niets minder
dan heiligschennend was. D'Israeli geeft de
parel lel in het 17e eeuwsche Nederlandsch weer;
ofschoon Jood van ras en vrijdenker van „ge
loof", nam hij aanstoot aan den uit protestant-
sohe sentimentaliteit geboren wansmaak, die
ons volk langen tijd zelfs van groote dichters
geduld had.
D'Israeli had in Holland een paar tooneel-
opvoeringen bijgewoond en vertelt dat de ac
teurs gewoonlijk neringdoenden zijn, die hun
werkpakje 'a avonds voor het tooneelooetuum
rullen.
„Hun (de Hollandsche) tooneelstukken geven
aanstoot door de grofheid hunner grappen".
Hiervan geeft D'Israeli voorbeelden, welke ons
na anderhalve eeuw nog om onze voorouders
kunnen doen blozen. Misschien zijn wij er als
Seestiger op gewordenmaar wij
ouden^ijd meer tatsoen dan in den goeden
h06f! ..Gljsbreeht van Amstel" zien
hi- r,1. "."s omtrent die opvoering eenige
en' getuigen van een onge
loofde immoraliteit in die d toen de
grootste werken zelfs 0p zoodanige'wijze ten
tooneele schijnen te zijn gebracht dat zij de
slechtste Instincten moesten prikkelen
Misschien is het niet de schuld van'vreem
delingen geweest, indien dezen onze taal en
letterkunde onbillijk beoordeelen. Het kan ziin
dat wij het er naar gemaakt hebben. Br,vendien
wat kan men van vreemdelingen verwachten
indien men bedenkt dat een man als Fruin
niet kon nalaten de verhouding tusschen Von
del en Goethe te vergelijken met die tusschen
den Dom van Utrecht en dien van Keulen. Mo
gelijk had hij gelijk, maar als Nederlanders
zouden wij in ieder geval kunnen pogen hem
ongelijk te geven Vreemdelingen zullen het
niet doen.
„PASSING SHOW".
In den orkaan: ,,'k Geloof, dat we beter
deden, met benedendeks een partijtje
biljart te gaan spelen".
(Van onzen correspondent)
Londen, 11 Maart 1932.
De groote belangstelling voor de gebeurtenis
sen te Dublin op den eersten dag van De Va
lera's ministerschap, uit zich in de Londensche
pers in den vorm van lange telegrammen, die
de eereplaats innemen op de nieuwspagina's,
maar commentaar is, voor zoover deze uitge
bracht wordt, bijna uitsluitend geformuleerd
in de „headlines", en dan nog op zoodanige
wijze, alsof Engeland geen grooter politiek be
lang bij Ierland heeft dan onverschillig welk
continentaal land.
Deze houding kan gedeeltelijk hierdoor ver
klaard worden, dat de gebeurtenissen in den
loop der voorgaande weken reeds „verdiscon
teerd" zijn. Toch kan niet ontkend worden, dat
een zóó bruusk optreden van De Valera en
diens kabinet hier niet verwacht was. De on
middellijke invrijheidstelling van z.g. politieke
veroordeelden herinnert meer aan datgene,
wat men gewoon is na een geslaagde staats
greep of revolutie, dan na wettige algemeene
verkiezingen te zien.
Politieke gevangenen in den eigenlijken zin
van het woord zijn de in-vrijheid-gestelden niet.
Zij zijn niet veroordeeld wegens hun overtui
ging en ook niet wegens het voeren van poll
tieke propaganda, doch wegens het voeren van
of aanstoken tot gewapend verzet tegen het
door de regeerlng-Cosgrave vertegenwoordigde
staatsgezag. Zij zijn „gunnen", scherpschutters,
revolutionnairen van de daad. Zij zijn veroor
deeld niet door den gewonen burgerlijker rech
ter, doch door den Krijgsraad, waarvoor krach
tens de in October afgekondigde wet op de
openbare veiligheid diegenen, die hescuuldigd
werden van deelneming aan oproerige of com
munistische bedrijvigheid, terechtgestaan heb
ben. Het desbetreffende wetsvoorstel werd in
gediend, nadat Ierland opnieuw een tijd lang
ten prooi geweest was aan gewelddadigheden
van de ergste soort. De vorige Dail en bet ka
binet dienden hierdoor geen enkel politiek be
lang. doch uitsluitend de openbare veiligheid.
De wet is met mildheid en, naar men beweert,
met strikte onpartijdigheid toegepast, na-Jat zij
tot stand gekomen was onder provocatie van
de ergste soort
De nieuwe regeering zal haar waarschijnlijk
zoo spoedig mogelijk opschorten, iets, waartoe
zij bet volste recht heeft. Maar op het «ogen
blik is die wet nog van kracht, en dat een
regeering begint met wettig-veroordeelden in
vrijheid te stellen, kan haar de oogenblikke-
lijke populariteit der volksmassa, maar minder
gemakkelijk het respect van het buitenland,
waaraan zij behoefte heeft, verzekeren.
„Gunmen" zijn er in Ierland steeds aan
weerszijden geweest. De mogelijkheid bestaat
dat De Valera de „gunmen" der andere parttj
weldra minder waardeeren zal dan die, welke
onder president Cosgrave bet land ln een staat
van anarchie trachtten te brengen.
Groote belangstelling heeft het hier ook
gaande gemaakt, dat afdeelingen van de I.R.A.
(het Iersche Republikeinsche leger) gisteren
door de stad geparadeerd hebben. Datzelfde
„leger" zou, indien het vóór De Valera s
triomf een poging gedaan had tot manifestee
ren, en bloc gevangen genomen zijn.
Op Paasch-Zondag zullen in alle deelen van
het land I.R.A.-parades gehouden worden ter
herdenking van den bloedigen Paasch-opstand
in 1916, waarbij De Valera voor het eerst van
zich deed spreken.
Opgemerkt zij dat de meeste leden van het
nieuwe kabinet aan dien opstand deelgenomen
hebben.
Dit alles evenwel beschouwt men ln Enge
land als zuiver-Iersche aangelegenheden, waar-
In men hier geen ander dan objectief belang
mag stellen. Engeland heeft trouwens andere
en belangrijker zorgen.
Alleen dat deel van De Valera's politiek, dat
werkelijk-republikeinsch Is, gaat Engeland aan
voorzoover het verdrag van 1921 ermee ge
moeid is. Het wordt waarschijnlijk geacht dat
De Valera nog voor het Paaschreces van de
Dail, een wet tot afschaffing van den Eed aan
den koning zal Indienen. Hiertoe heeft hij
krachtens het statuut van Westminster con
stitutioneel het recht; daarentegen ls het wel
licht niet ln overeenstemming te brengen met
het Verdrag. Dit zou overigens slechts een
eerste stap tot uitvoering van het republl-
keinsch program zijn; door afschaffing van
den eed is het koningschap nog niet formeel
verworpen; veel minder nog houdt Ierland
erdoor op lid te zijn van de Britsche Gemee-
nebest. Overigens houde men in het oog dat
deze Dail geen besluit zal kunnen nemen ten
aanzien van den staatsvorm, tenzij zij zich aan
het hoofd eener anti-monarchale revolutie
mocht willen plaatsen.
Op het oogenblik ziet Engeland met groote,
ofschoon misschien slechts schijnbare, onver
schilligheid toe. De pers wacht blijkbaar af,
hoe de gebeurtenissen zich ontwikkelen zullen
en welk standpunt dan de regeering te Londen
zal innemen.
E'n ding evenwel wordt alom duidelijk ge
zegd. Ierland kan dominion blijven of het kan
een „Foreign Country" worden.
Besluit het tot het laatste, dan moet het niet
tevens rekenen op de voorrechten van een do
minion. Vier-en-negentig procent van zijn uit
voer gaat naar Engeland. Zelfs indien de be
trekkingen tusschen England en een republi-
keinsch Ierland vriendschappelijk blijven, zal
die uitvoer aanzienlijk verminderen.
Hiervoor kan Ierland zich dan schadeloos
stellen door een of andere buitenlandsche fir
ma een of ander shannon-werk te laten uit
voeren; alleen zal het dan niet meer het geld
hebben om ervoor te betalen.
Want dat geld verdiende het aan Engeland.
,,NEDERLANDSCH FABRIKAAT".
De Maartaflevering van bovengenoemd tijd
schrift verschijnt im verband met die Utrecht»
sche Voorjaarsbeurs 10 dagen eerder dan ge
bruikelijk is. De inhoud van deze aflevering is
"eer uitgebreid.
Allereerst trekt de aandacht een opsomming
onder het hoofd „Is het u bekend" waarin, met
behulp van een groot aantal pakkende teeke-
ningen een en ander wordt medegedeeld om
rent hetgeen de Vareemgting in het afgeloopen
laar heeft gedaan.
Do heer W. Graadt van Roggen, Secretaris-
neraal van de Jaarbeurs geeft een beschou-
ri„nK 'i rio-ndsch fabrikaat op de komen,
de jaarbeurs".
rliTerHp™*! tTekt de aandacht een bijdrage
nfcm'ng aan tentoonstellingen"
t 1 iwh altet ngeaet op welke wijze
door. collectieve deelneming het nuttig effect
van deel neming aan buitenlandsche tenteon-
steUingen en jaarbeurzen kan worden bevor
derd, en op welke wijze de Ned. Vereenlging
voor Tentoonstel 1 i ngsbel angon hierbij op
treedt.
Verder wordt medegedeeld, dat de ledenver
gadering der Vereenlging dit jaar op 30 jUni
te Leiden zal plaats vinden.
De afdeeling Rotterdam, Schiedam en om
streken van de Hollandsche Maatschappij van
Landbouw, heeft vandaag te Rotterdam in een
der hallen op het voormalige Nenijto-terrein
haar jaarlijksche Paaschvee-tentoonstelling ge
houden. Men heeft dit jaar aan dit terrein de
voorkeur gegeven, in verband met de vroege
Paschen en mede uit bezuinigingsoogpunt.
Het algemeen beeld van de tentoonstelling
was, dat er in alle klassen een voldoend aantal
inzendingen aanwezig was. De kwaliteit, was
van dien aard, dat van de beste tentoonstel
ling kan gesproken worden.
Van gemest--vee waren de spoelingbeesten
van veel betere kwaliteit dan vorig jaar. Het
aantal inzendingen was gewoon. Van de dik-
billen was de aanvoer groot, terwijl de kwali
teit goed kon genoemd worden. Groot was de
inzending van de met hardvoer gemeste bees-
tea met zes breede tanden. De kwaliteit was
uitstekend.
De inzending oude ossen was slecht bezet,
de kwaliteit was echter prima. Ook de vette
stieren waren slechts matig bezet. De kwa
liteit was vrij goed. De pinken en vaarsen had
den drie goede groepen. Bij de pinkkuiskalve-
ren waren huiten de prijswinners, bovendien
nog diverse prijswaardige exemplaren.
Vooral de vijf beste Immo-kinderen uit Noor.
deloos trokken de aandacht.
Bij de varkens bleek steeds meer gefokt te
worden voor slagerskwaliteit, hetgeen betee
kent veel vleesch en weinig spek. De inzending
was van prima kwaliteit en schitterend in aan
tal. De exporthandel in deze heeft niet veel
meer te oeteekenen. Onder de oude beeren was
een prima collectie, w.o. de beste beer van
Nederland, die kortgeleden uit Gelderland is
aangevoerd. Bij de biggetjes waren enkele
exemplaren van een moeder, die in vier maal
58 biggetjes heeft gekregen.
Er was op de tentoonstelling weinig klein
vee, o.a. een drachtige geit uit Groot Ammers,
dis zwaar beladen met andere prijzen ook nu
weer een eersten prijs behaalde.
Bij de schapen waren de oude rammen van
buitengewone kwaliteit. De vette schapen wa
ren matig.
De belangstelling voor de tentoonstelling
was groot. De burgemeester van Rotterdam mr.
P. Droogleever Fortuyn bracht te 12 uur een
bezoek aan de expositie.
De navolgende bekrooningen en prijzen wer
den toegekend:
A. Gemest vee.
2e Kamploensprljzen, verguld zilveren me
dailles, uitgeloofd door het Gemeentebestuur
van Rotterdam, toegekend aan de fa. E. H. van
Swelm, Nijmegen en aan J- Tukker, Brandwijk.
Voor den fijnsten en zwaarsten Os, uitslui
tend met hard voeder gemest, afgewisseld: lste
prijs fa. E. H. van Swelm, Nijmegen; 2e prijs
M. D. Klompe, Bruinisse.
Voor den fijnsten en zwaarsten Os, uitslui
tend met hard voeder gemest, niet afgewis
seld: l»te pr. en 2e pr. C. van Oeveren, Zie-
rikzee, 3de pr. J. Huigè, Nleuwdorp, nog 3de
pr. C.' Wamaer GLzn., Dirksland; 4e pr. J. J.
v. d. Zande, Nieuwerkerk.
Voor den fijnsten en zwaarsten Os, ultsluit-
tend ®et ilard voeder gemest, met niet meer
dan vier breede tanden: le pr. W. de Jong,
peursum; 2e pr. c. Warnaer GLzn., Dirks
land; 3e pr. M. Dalebout Jan., Burgh.
Voor den fijnsten en zwaarsten Os, met spoe
ling in het Zuid-Holandsche spoelingdistrict
gemest» onverschillig van welken leeftijd: le
en 2e pr. W. de Kroes, Overschie; 3e pr. firma
M- van Creveld, Rotterdam.
Voor den fijnsten en zwaarsten Os, met spoe
ling in het Zuid-Hollandsche spoelingdistrict
gemest, met niet meer meer dan vier breede
tanden: le pr. W. de Kroes, Overschie; 2e pr
fa. M. van Creveld, Rotteidam.
Voor den fijsten en zwaarsten Stier, onver
schillig van welken leeftijd: le pr. P. van
Leeuwen, Delf shaven; 2e pr. C. Jongeneel, Roo
sendaal;- 3e pr. Joh. Koopman, Gouweveer.
Voor de fijnste en zwaarste Koe, uitsluitend
met hard voeder gemest: le pr. A. W. van
Sprang, Heiningen; 2e pr. Erven W. J Zwet
sloot, Leiden; 3e pr. H. Rotteveel, Hazers-
woude; 4e pr. j. Tukker, Brandwijk.
Voor de fijnste en zwaarste Koe, uitsluitend
met hard voeder gemest, niet afgewisseld: le
en 2e pr. A. Rijnsburger Tzn., Leiderdorp; 3e
pr. Erven W. J. Zwetsloot, Leiden.
Voor de fijnste en zwaarste Schot, uitslui
tend met hard voeder gemest, metniet meer
dan vier breede tanden: le pr. J. Tukker,
Brandwijk; 2e pr. A. Rijnburger; 3e pr. C.
van Dis, Standdaarbuiten.
Voor de fijnste en zwaarste Vaars, uitsluitend
met hard voeder gemest, met niet meer dan
twee breede tanden: le pr. Erven W. J. Zwet
sloot, Lelden; 2e pr. C. J. v. d. Sluys, Moerdijk;
3e pr. J. de Vry, Klundert.
Voor de fijnste en zwaarste Koe, met spoeling
in het Zuld-Hollandsohe spoelingdistrict ge
mest; le pr. D. Zeeuw Pzn., Overschie; 2e pr.
j P. van Koppen, Overschie; 3e pr. Jb. Poot,
Kethel.
Voor de fijnste en zwaarste Koe, met spoe
ling in het Zuid-Hollandsche spoelingdistrict
gemest, niet afgewisseld: 1» pr. P. Graveland,
Overschie; 2e en 3e pr. D. Zeeuw Pzn., Over
schie.
Voor het fijnste en zwaarste kalf: le prijs
N.V. Export Centrale v. d. N.C.B. Boxtel; 2e
en 3e idem.
Voor de fijnste en zwaarste dikbil (hoogstens
4' breede tanden) le prijs Erven W. J. Zwet
sloot, Leiden; 2e idem.
Voor de fijnste en zwaarste dikbil (met meer
dan 4 breede tanden) le prijs H. Grootenboer
Azn. Dirksland; 2e Jb. Bosschieter, Dirksland.
Voor de vier fijnste en zwaarste vette scha
pen, onverschillig van welk ras, geboren in
1930 of vroeger: le prijs W. de Kroes, Over
schie; 2e idem; 3e A. Rijnsburger Ten Leider
dorp.
Voor de vier fijnste en zwaarste vette scha
pen, onverschillig van welk ras, geboren in
1931: le prijs A. Morisco, Overschie; 2e C. van
Loenen, Overschie.
De de zes fijnste en zwaarste één-jarige
weldeschapen, geen rammen of zichtbaar drach
tige, onverschillig van welk ras: le prijs A.
Morisco, Overschie; 2e C. van Loenen, Over
schie.
Voor het fijnste en zwaarste varken, onver
schillig van welk ras: le prijs G. van Driel te
Krimpen aan de Lek; 2e M. Broere Mzn. Lek-
kerkerk; 3e K. van Putten, Melissant.
Voor de vier varkens, het meest geschikt voor
de slachtbank, niet zwaarder dan 175 K.G. elk:
le prijs M. Broere Mzn. Lekkerkerk; 2e A.
Broere Jzn. Lekkerkerk; 3e G. van Driel,
Krimpen a. d. Lek.
Voor de 4 fijnste varkens, elk van 60 tot 100
K.G. le prijs M. Broere Mzn. Lekkerkerk; 2e
Gebr. Dubbelman; A. Broere Jzn. Lekkerkerk.
B. Fokvee.
Kampioensprijs: Verguld zilveren medaille,
uitgeloofd door het Gemeentebestuur van Rot
terdam, toegekend aan J. C. v. Dorsser, Helle,
voetsluis.
Kampioensprijs: verguld zilveren medaille,
uitgeloofd door de afdeeling, toegekend aan
C. J. Leenheer, Rhoon.
Zwartbont Hollandsch Veeslag.
Voor de beste Melkkoe (geboren vóór 1 Oct.
1928)le pr. A. Barendrecht, Barendrecht; 2e
pr. A. Stehouwer, Rotterdam3e pr. C. Bikker,
Noordeloos.
Voor de beste Melkschot (geboren na 30
September 1928 en vóór 1 October 1928): le pr.
J, C. van Dorsser, Hellevoetsluis; 2e pr. C.
Bikker WAzn., Noordeloos; 3e pr. M. L. Leen
heer, Barendrecht.
Voor de beste Kalfdragende Koe (geboren
vóór 1 Oct. 1928), minstens 7 maanden drach
tig: le pr. A. Stehouwer, Rotterdam; 2e pr.
A. Bongers, Hoornaar; 3e pr. C. J. Leenheer,
Rhoon.
Voor de beste kalfdragende Schot (geboren
na 30 Sept. 1928 en vóór 1 Oct. 1929) minstens
7 maanden drachtig: le pr. M. L. Leenheer,
Barendrecht; 2e pr. C. Bikker WAzn., Noor
deloos; 3e pr. C. J. Leenheer, Rhoon.
Voor de beste kalfdragende Vaars, voor 't
eerst en minstens 7 maanden drachtig (geboren
na 30 Sept. 1929 en voor 1 Oct. 1930); le pr.
Andr. Visser Hzn., Numansdorp; 2e pr. J. Bik-
ker WHzn., Noordeloos,
Voor de beste Gulste Vaars (geboren na 30
Sept. 1929): le en 2e pr. J. C. van Dorsser,
Hellevoetsluis; 3e pr. Andr. Visser Hzn., Nu
mansdorp. Voor het beste Pink-Kuiskalf (ge
boren na 30 Sept. 1930 en voor 1 Oct. 1931):
le pr. A. de Koning Hzn., 1 hoon; 2e pr. J.
Bikker Wzn., Noordeloos; 3e pr. Verg. „Vol-
moed", Noordeloos.
Voor de beste inzending van minstens vijf
Pink-Kuiskalveren (geb. na 30 Sept. 1930 en
vóór 1 Oct. 1931) afstammende van één vader:
le pr. Verg. „Volmoed" Noordeloos; 2e pr. A.
Tol, Simonshaven; 3e pr. Fok en Controle Ver.
„Verbetering zij ons deel" Hoornaar.
Voor den besten Stier (geb. vóór 1 Oct. 1929):
le pr. C. J. Leenheer, Rhoon; 2e pr. Fok en
Contr. Vereenlging „Volmoed" Noordeloos; 3e
pr. P. Moree ECzn., Nieuw-Helvoet.
Voor de® besten Stier (geb. na 30 Sept. 1929
en vóór 1 October 1930): le pr. Fok en Contr.
Ver. „Volmoed", Noordeloos: 2e nr. A. Stehou
wer, Rotterdam Voor den besten Stier (geb.
na 30 Sept. 1930 en vóór 1 Maart 1931)le pr.
C. J. Leenheer, Rhoon; 2e pr. J. C. van Dors
ser, Hellevoetsluis; 3e pr. M. D. Noordzij, Rot
terdam en N. Padmos, Den Haag.
Voor den besten Stier (geb. na 1 Maart 1931)
le pr. O. j. Leenheer, Rhoon; 2e pr. W. Dam
Rzn., Ridderkerk; 3e pr. C. J. Leenheer, Rhoon.
C. Kleinvee geen mestdieren)
Voor den besten Ram geboren in 1931, type
Texelsch, ingeschreven in een erkend stam
boek; le pr. L. H. Pons, Pernis; 2e pr. W. Par-
men tier, Blelswijk; 3e pr> ph. van Dorsser,
Spijkenisse.
Voor den besten Ram, geb. ln 1930 of vroeger,
type Texelsch, ingeschr. in een erkend stam
boek: le pr. A: Schapenstamboek voor Z.H.,
Hoogvliet! le pr. B: A. v. d. Breggen, Wad
dingveen, 2e pr, A: Schapenstamboek voor
Z.H., Hoogvliet; 2e pr. B: T. Versteeg, Dord
recht; 3e pr. C. Dekker, Barendrecht.
Voor de beste ooi met twee of meer lam
meren, geboren ln 1930 of vroeger, type
Texelsch, ingeschreven in een erkend stam
boek: le prijs T. Versteeg, Dordrecht; 2e. W.
Parmentier, Bleiswijk, 3e. C. Dekker, Baren
drecht.
Voor de l 3 ooi, met twee of meer lam
meren, type -xelsch, niet geregistreerd: le
prijs M. P. V j, Nootdorp, 2e J. Nieuwland,
Zevenhuizen, Se. C. Dekker. Barendrecht.
Voor de beste ooi, met twee of meer lam
meren, onverschillig van welk ander type: le
prijs J. Nieuwland, Zevenhuizen, 2e. M. Bos,
Azn., Zoetermeer; 3e idem.
Voor de beste melkgevende geit, van elk
ander ras: 2e prijs A. de Zeeuw, 's-Graven-
deel, 3e. Idem..
Voor de beste drachtige geit, onverschillig
van welk ras: le prijs N. de Vos, Groot-Am-
mers, 2e. M. Broere, Groot-Ammers, 3e. A. de
Zeeuw, 's-Gravendeel.
Voor den besten Yorkshire beer (1 jaar of
ouder), ingeschreven in een erkend Neder
landsch varkensstamboek: le prijs D. H. Jas.
Oostvoorne, 2e. A. v. d. Heuvel, LInschoten.
3e. J. Bleeker Czn., Assendelft, 4e. Jb. Buy-
nink, Maasland.
Voor den besten Yorkshire beer (jonger 0
6 maanden), ingeschreven in of geregistI\e®
door een erkend Nederlandsch varken»8
boek: le prijs Adr. Kool, Nieuwerkerk^
dan
IJssel, 2e J. C. Wooning, Bergschen.
Voor den besten Yorkshire beer, (°d j
6 maanden, maar jonger dan 1 erkend
schreven ln of geregistreerd door ®enprijs A
Nederlandsch varkensstamboek: jieuvei'
van Bergen, Zevenhuizen, 2e. A- v'
LInschoten.
Voor de beste fokzeug,
al dan niet drachtig, Yorkshir®
le Prijs
(Buiten verantwoordelijkheid der Redactie)
Op Zaterdag 30 Januari luisterde ik naar het
praatje van Teun de Klepperman. U weet die
bekende klepper praatjes by de pomp. Nu kan
ük wel iets verduwen op 't gebied van
politieke hekelpraatjes maar wat ik toen hoorde
Zd te verregaand temeer daar het niets
met politiek te maken had.
d® Klepperman ontzag zich niet om
smaienu te spreken over een geval van de St.
Vincentlus-Vereeniging te Den Haag waar ge
weigerd was aan een bezocht gezin een kachïl
te verstrekken omdat de betreffende werklooze
een orgaan las van een niet confessioneele or
ganisatie.
Door my werd per dato 3 Februari aan Teun
zonden ■ePperman het navol£encle schryven ge-
Teun d® Klepperman,
en^da wy^uwm'bericht*0? VM ZaterdaS J1-
te Den Haag is niet *et. *6val
Allereerst geeft u bly'k niet t«
eigenlyk het doel is van de sf vi?6n
Vereenlging. Aalmoes en/of goederen verrek
king 13 slechts byzaak hoewel door de bezochte
gezinnen diltwyls te veel alleen aan de mate-
rieele zyde aandacht wordt geschonken. Hoofd
doel toch is door een regelmatig bezoek en
vriendelyke omgang de menschen op hun aller
eerste plichten als Katholieken te wyzen
Dat daarnaast ook veel, heel veel zelfs, door
de St. Vincentius-Vereeniging gegeven wordt
strekt haar slechts tot eer en niet m.l. tot reden
om door u en uwe kornuiten aan de pomp in het
belachelyke te worden getrokken.
Als vele voormannen uwer party zich meer
zouden gedragen en handelen volgens het voor
beeld van St. Vincentius inplaats van dikke inko
mens te verzekeren via de ruggen van de ar
beiders en belasting-betalers dan zou ons we
reldje er heel wat aangenamer uitzien.
Met klepperen en kankeren alleen is niets te
bereiken doch daadwerkelyk steunen door goed
voorbeeld en zooveel mogelyk geven wat er
maar te missen is zal heel wat meer rust, vrede
en bevrediging brengen.
Het door a besproken geval te Den Haag
J a,3 vlncentlaan misschien anders behan
deld hebben, dat ls natuurlyk een kwestie van
de persoonlyke opvatting; doch daar de door u
besproken arbeider-werklooze een orgaan ln huls
heeft van eene organisatie waaruit velen zich
niet ontzien de Katholieken te krenken in hunne
heiligste gevoelens, is het begrypelyk, dat verlee
ning van steun moeilyk (en zelter niet van
harte) plaats vinden kan.
Maar als dan de .betreffende arbelder-werk-
looze z'n vrouw een baby krygt en er is zoo
dringend een kachel noodig..., welaan dan, laat
dan het ryke N.V.V. van de rente harer kapi
talen in zoo'n geval helpen of een uwer party-
bonzen met inkomens van 15 tot 25 duizen gulden
per jaar.
Doch blyft met uwe hatelyke praatje van de
St. Vincentius-Vereeniging af. Daartoe heeft u
eerst het recht als u de Katholieke charitas kunt
evenaren. Waar zyn b.v. uwe S.D.A.P.'sche hos
pitalen? Of vereenlgingen als St. Vincentius,
R.-K. Kraamverzorging, doofstommen-, blinden-
en andere soortgelyke gestichten.
En als u zooveel moed heeft als klepperende
klets en critlek dan daag Ik u uit dit schryven
onverkort Zaterdag aan de pomp voor te lezen.
Doch Teun heeft gezwegen ln alle talen. Dat
is roode moed. Er zyn blykbaar nog meer lief
hebbers voor glaasjes water la Wynkoop.
VELTMEYER.
Merrie-paarden, (geboren ln 1930). lste pr.
Gebr. Vis van Heemst, Sommelsdijk; 2e pr.
P. D. Stuurman, Waddings veen; 3e pr. B. F.
Stehouwer Wzn. H. I. Ambacht.
Merrie-Paarden (geb. in 1929): le pr. C.
Dekker. Barendrecht; 2e pr. Wed. N. P. Mol,
pr* Gebr. vi» Heemst,
3e
Barendrecht;
Sommelsdijk.
Merrie-Paarde® (geb, in 1928): le pr. J. P.
Ruyssenaer, Zevenbergen; 2e pr. C. Dekker,
Barendrecht; 3e pr. J. Nelemans, Zevenbergen.
Merrie- en Ruinpaa,rde® (geb. in 1926 of '27,
uitsluitend toebehoorende aan niet-handelaren)
le pr. Gebr. Vis van Heemst, Sommelsdijk; 2e
pr. C. Maris, Oudemolen; 3e pr. M. L. Leen
heer Barendrecht.
Merrie- en Ruinpaarden (geb. in 1926^*27 of
'28, uitsluitend toebehoorende aan handelaren)
le pr. A. v d. Mast, Bleiswijk; 2e pr. P. C. C.
v. d. Touw. Deu Haas; 3e pr. L. A. v. d. Giesl
sen, 's-Gravendeel-
H. Koudbloed.
trekpaard.
Landbouw-
liratUILg} Iui i*a A Aa n
L. de Man, 's-Gravendeel, 2e P r°ot
Dra., Hoogblokland, 3e prÜ* Jc' Van Dieyen,
PCSf beste Fokzeug al
dan niet drachtig, van el l6in 3e 1® pr'
A. Kool, Overschie, 2e Py- ldem' 3e *r' W. A.
v. d. Jagt, HUlegersberg- r
Voor de beste Fokzeug» Jaar),
al dan niet drachtig. l6t* pT'
gebr. Stehouwer, BoZ0IVpbr 'stehou™ Mau'
's-Gravendeel; 3e Pr- er» Rozen-
bVoor de beste 1
al dan niet drachtig» ras. lste pr.
J. Homburg, IJ^£ pn itnT T' d'
r b,gg Yortehlro
RÏrdaI1d0 **te zeug met biggen, van elk
ander ras. lste pr. W. A. v. d. Jagt> HiUegers-
^Voor de beste collectie van minstee vier
nakomelinge11 van één zeug, ingeschreven in
of geregistree dopr een erkend Neder
landsch Varkensstamboek. iste pr. (plus me
daille uitgeloofd door het Zuid-Hollandsch
Groot Yorkshire Varkens Stamboek), gebr.
Stehouwer, Rozenburg: 2e pr. a. de Groot Dzn.
Hoogblokland; 3de pr. a. v. d. Heuvel, LIn
schoten.
D. Paarden. Warmbloed.
Landbouwtuigpaard.
Kampioensprijs: Verguld zilveren medaille,
uitgeloofd door het gemeentebestuur van Rot
terdam, toegekend aan gebr. Vis van Heemst,
Sommelsdijk.
Merrie-paarden, (geboren in 1931). 1ste pr.
B. F. Stehouwer Wzn. H. I. Ambacht, 2e pr.
idem, 3e pr. Gebr. Vis van Heemst, Sommels
dijk.
Kamploensprjjs: Verguld zilveren medaille,
nltgeloo d door het Gemeentebestuur van Rot
terdam, toegekend aan A. Bax Jzn., Zevenberg-
schenhoek.
Merrie-PaardoH (geb. in 1931) le pr. T. L.
Pons, Zwjjndrecht; 2e pr. B. de Jong, Dubbel
dam; 3e pr_ g v_ gs, Nieuwe Tonge.
Merrie-Paarden (geb. in 1930): le pr. A.
Korst, Zwingelspaan; 2e pr. PI. Stehouwer Jr.,
Hendrik-ido-Ambacht; 3e pr. A. Visser, Rid-
derkerk.
Merrie tarden (geb. in 1929): le pr. Joh.
klps, Moerdijk; 2e pr. T. L. Pons, Zwijndrecht;
3e pr. Chr. R. Hermus, Moerdijk.
Merriepaarden (geb. in 1928): le pr. A. Bas
Jzn., Zevenbergschenhoek; 2e pr. L. Vrolijk,
Fijnaart.
Merrie- en Ruinpaarden geb. in 1926, '27 of
'28)le pr. Jac. Groenenboom Czn., Ridder
kerk; 2e pr. G. van Es, Nieuwe Tonge; 3e pr.
L. Vrolijk, Fijnaart; 4e pr. Gebr. J. en B, p.
Maris, Oudemolen,
V T .'»t1>' v»
Een heilbot van niet minder dan 120 pond
die een aanmerkelijk deel van de étalaga
van een van onze Rotterdamsche visch*
handelaren in beslag neemt»