TtzrerM' Ir- aa° DE ARBEID DER GEHUWDE VROUW BUITENSHUIS. H. M. DE KONINGIN OPENT HET DERDE JAARBEURSGEBOUW. WOENSDAG 16 MAART 1932 d® tooedlr irtirr!eVend6 moeder- het warer <Crs 'eert op de knie van feeders da+PeN(ic°ndeelbaar 00genblik< als gedurende ep6etl bororJZ6' g°edS en kw Breda, ife Bs MICH1ELSE& IN HET JAARBEURSGEBOUW. ONS „INTERNATIONAAL" DOOF- STOMMENINSTITUUT. OPTREDEN VAN PROF. UDE IN ONS LAND. Gorgel ook op straat 1 Z. H. Exc. Mgr. A. J. H Verstraelen DOOR EEN AUTO-ONGELUK 051 HET LEVEN GEKOMEN HET INTERN. EUCHARISTISCH CONGRES. DE WERKLOOSHEID IN 1931. DE SWEEPSTAKES. 3. Het kind de dupe. Waar de gehuwde vrouw buitenshuis werkt, worden al regel minder kinderen geboren. De statistieken, betreffende de ge- zonderlijke statistiek hot sterfte in die gezin d® kinder' buitenshuis werkt d WaaF de moeder m die gezinnen U1S VVftrkt ri zen wij, evenmin eeï11 Z°U d®Ze' Z°° Vr6e" een gunstig beeld vertoo- nen. afwezigheid"!! moeder Z®1 zich tijdens hare gen maar g°®d m°gelijk doen vervan- krlt va 18 111 feite- onvervangbaar. De üffo-a 1 klnd blijft onweerstaanbaar "«gaan naar de moeder. wm T ne opvattingen staan niet wel- uiend tegenover het kind; de komst van bet kind acht men maar al te dikwijls een ongeluk voor het gezin; de bevalling zelf een zwaar te dragen iets; de opvoeding een groote last en de plicht daartoe wordt soms slechts slordig volbracht. Het spreekt vanzelf, dat de vermoeienis •en, aan iedere zwangerschap verbonden, dubbel zwaar drukken op de vrouw, die van den ochtend tot den avond buitenshuis werkzaam is. Voeg hier nog bij de moei üjkheid van het hervatten van den arbeid na de bevalling, de als regel bestaande on mogelijkheid om het kind zelf te voeden, de vermeerdering der zorgen, welke de pas geborene vraagt en men voelt hoe de arbeid van de gehuwde vrouw buitenhuis bijna noodzakelijk moet strekken tot schade van het kind. Een Arbeidswet en een Ziektewet kunnen trachten het kwaad wat in te per ken, maar daar blijft het dan ook bij. In Engeland heeft men vastgesteld, dat het geboortecijfer bij de beroepsarbeid ver richtende vrouwen ongeveer de helft be droeg van dat bij de overige vrouwen. Men zal mij wellicht tegenwerpen, dat de vrouw, die met een te gering inkomen thuis blijft, zich in den regel evenmin zal ver heugen over de a.s. geboorte van weer-een- nieuwe-spruit, omdat dit immers voor haar beteekent: nog schraler bestaansvoorwaar den. Daarom zijn in onze dagen zoovele brave vrouwen, die moeten rondkomen Va! het loon van den man-in-de-werkverschaf fmg en die haar naderende bevalling «Z! zonder angst, maar alleen in vertrn, op God, kunnen tegemoet zien, ons J!?® achting en steun zeker waard. Maar toch gelooven wij, dat de tenslotte nog met minder zorg w, ^r°uwen de geboorte kunnen verwachten din*"! die buitenshuis werkzaam zijn geconstateerd, dat slechts bij 30 Dct der toen verri 1 UÖ mtsche spinnerijen beeft toen verder waargenomen, dat het aantal ïwangerschapsstoornissen bij vrouwen, be last met de bediening van machines, be joeg het 16-voud en bij vrouwen met an deren arbeid belast, het 6-voud van de ge vallen, bij vrouwen buiten de fabriek voor komende. Wanneer het kind niet is geweigerd, wan- niet is^nde?s den duur der zwangerschap armtierig i^ter*1 Wanneer het min °f m66r zich de vraag "smT®1"1 gekomen, moet men en hoe? len; zal het blijven leven Van de natuurlij veel voordeelen zou bied°eding' welke z0°' niets terecht komen. De Zal den regel m°et wel groot zijn om dez Van de vrouW tegenover het haar toevertro.,tekortkoDfling kunnen excuseeren. vvde kind te Welken nadeeligen invloed de u beid der vrouw op de gezondheideroePsar' kind na de geboorte uitoefent, blijktaD. het Op 1000 barende vrouwen kwamen het ZWakke kinderen, terwijl 60 stierven tl ®erste levensjaar. Vo thuiswerkende vrouwen kwamen 0r 230 zwakke kinderen, terwijl de sterf, gedurende het eerste jaar 74 beliep. Op 1000 buitenshuis werkende vrouwen Vatoen voor 332 zwakke kinderen, terwijl 162 het eerste jaar stierven. Ook heeft men kunnen nagaan, dat het Bemiddelde lichaamsgewicht bij de geboorte ^°r het kind van de arbeidende vrouw ge- °ger is dan voor dat van de overige vrou wen, welken nadeeligen invloed het in den ®gel is, wanneer de arbeidende moeder de ^rS voor het pasgeboren kind aan anderen oet overdragen, is genoegzaam bekend. Ik wil nu niet verder spreken over de ^hamelijke gevolgen voor het kind, voort anende uit den arbeid der moeder, maar v tooet mij nog een enkel woord van het jj' over de moreele gevolgen. kind van de buitenshuis werkende *h is meestal aangewezen op de school -de straat! De school perfect! b®t zij moet worden aangevuld door komen n- Wat zal er in den regel terecht d'® Snep*11 de opvoeding door de moeder, dagen u^°8®nblik heeft te verliezen en alle zaI ®r tijkttPüt thuiskeert? Ternauwernood een moe^ eh stemming overschieten voor In Belgjg 'Jk woord dat 62 pdt, een onderzoek aangetoond, ^richting de misdadige jeugd in een rijk°end6 °PvAanwezigheid dankte aan on- huit gedee'te ®eding, waarvan een belang- tj®,nsbu^s Vb®.°p rekening kwam van de t 11 e wereld dit misschien agroo gevvQ h8Cjj leven niet meer aan nen ontrukken. S menschenhart zal kun- arbeidende too6,jeatlneer zal de buitenshuis loeren maken, 6eti baar kindje een kruis toist er doorga,ans leeren prevelen? Zij i. Het kind is dua det) tijd voor bareel en materieel de dupe van den arbeid der gehuwde moeder buitenshuis. Veel waars ligt er in onderstaand ge dichtje, dat ik ontleen aan „De R.K. fa brieksarbeider DE MOEDER IN DE FABRIEK. Arm kind was 'k, daar 'k een moeder had, Die 'k heel mijn jeugd haast niet kon merken, Omdat zij buiten 't huisgezin Voor centen op 't fabriek ging werken. Vanaf mijn eersten levensdag Begon ze 'r dagen al te tellen, Omdat ze weer zoodra bet mocht, Naar haar werk heen moest snellen. Zoo werd ik daaglijks uitbesteed: Als 'k weende, liet men mij maar klagen, Een vreemde kon toch voor wat geld Niet telkens mij aan 't harte dragen. Ik mocht niet ziek zijn: 't kwam niet uit, Dat moeder om mij thuis moest blijven Dan kwamen minder centen in En de fabrieksbaas kon zoo kijven' 4. De moeder tobt zich af. Do moeder wendt liever een uiterste po- g mg aan, dan haar gezin geheel ten gronde e a en gaan, al vergt het ook nog zooveel van iaar üchaams- en geesteskrachten. e er' be' leven is zwaar voor de moe- ei s, c ie naast haar huishoudelijke plichten nog haar beroepsplichten moeten waar nemen, maar al te vaak kan men dit op aar gelaat, hetwelk er de duidelijke sporen van toont, lezen. De vrouw kan minder goed an de man tegen den arbeid buitenshuis; 6 ®lerlte onder de arbeidende vrouwen is giooter dan die onder de mannen; de ge middelde duur der ziekten is voor de vrouw wen langer. In meerdere mate geldt dit alles n°g voor de gezondheid en het leven van de vrouw, die een dubbele taak heeft te ver vullen. ^an een behoorlijk zich in acht nemen tegen kleine ongesteldheden, kan nauurlijk geen sprake zijn. De werkplaats immers roept! De latente overspanning ondermijnt het lichaam. Bloedarmoede en zenuwuitputting breken het weerstandsvermogen. Zij kan haar dubbele taak niet meer behoorlijk ver vullen en is in physiek opzicht uitermate vatbaar voor iedere kwaal. Het geheele ge zin zal hoogstwaarschijnlijk van dit alles den weerslag ondergaan. «s. Nu zwijgen wij er nog van, wat de gevol gen van dit alles zullen zijn in godsdienstig opzicht. Hoe gemakkelijk zal zoo'n vrouw er niet toe komen, het gebed nu en dan te vervangen door den arbeid in haar gezin. Op zichzelf is dit heel begrijpelijk, maar op den duur zal in menig geval het gevolg zijn, dat het gebed geheel wordt verwaarloosd, hetgeen zeker voor een vrouw, die dagelijks temidden van zoo groote gevaren leeft, hoogst betreurenswaardig is. Met moeite zal de vrouw zich te midden van deze moeilijke omstandigheden staande houden, maar voor de meesten zal de taak te zwaar zijn. Ze zullen wegkwijnen en ten slotte bezwijken. Verloren voor zichzelf, verloren ook voor hare gezinnen! 5. Het gezin valt uiteen Wanneer de vrouw 's avonds thuis komt, wacht haar nog een zware taak. De vrouw, die niet buitenshuis werkt, verricht die taak overdag, zoodat haar man. als hij zijn werk volbracht heeft, zooveel mogelijk een gezel lige plaats aan den huiselijken haard vindt. De buitensbuis werkende vrouw i3 hiertoe niet bij machte en zal allerlei werkzaam heden moeten verrichten i tegenwoordig heid van den man en meestal zal deze laat ste zich genoopt gevoelen tezamen met zijn vrouw de handen aan den ploeg te siaaa Dat de gezelligheid van den huiselijken kring hieronder meermalen lijden zal, spreekt vanzelf en men ma0 er zich dan niet al te zeer over verbazen, wanneer dit den man na verloop van tijd gaat vervelen ®n hij zijn toevlucht zoekt in de kroeg. Nog erger wordt dit, wanneer in het ge- zin grootere kinderen worden aangetroffen, die al ras gaan gevoelen, dat moeder niet toeer de spjj jS) wa.arom alles m het huise- leven draait. Zij gaan dan met groote vvaarschijnlijkheid ook hun genoegen zoe- ken buitenshuis, in bioscoop of danszaal en pan hoe langer hoe meer van het huiselijk leven vervreemden. Ht dit alles tot ernstig nadeel van het faajilieleVen strekt, ligt voor de hand. We zouden hierop meer in den breeds kunnen voortbouwen en eenige betreurenswaardige verder geiegen perspectieven voor die gezin nen kunnen blootleggen. We zullen dit ech ter niet doen, omdat we zelfs van verre met het verwijt zouden willen hooren, dat we te donkere kleuren op ons palet hebben ge- nomen. Nu moge men zeggen, dat het bovenstaan de bijna uitsluitend geldt voor de fabrieks arbeidster en niet voor de intellectueele wei s ei, die in staat is de zorg voor hare kinderen, ais die er zijn, aan anderen op e ïagen, maar dan nog zouden wij $villen vragen, of die vervanging van de moeder wenschelijk en normaal is. Wij zijn ervan overtuigd, dat de over- groote meerderheid onzer Lezers met ons die vraag ontkennend zal beantwoorden. De arbeid buitenshuis, zoowel de lichame lijke als de intellectueele arbeid, offert min of meer den band van het gezin op aan de uitoefening van een beroep. De vrouw ont trekt, als regel, door den arbeid buitenshuis aan het gezin meer, dan zij er door dien ar beid aan terugschenkt en verliest daarbij vrijwillig of gedwongen dit moet in elk afzonderlijk geval op zich worden beoor deeld hare natuurlijke roeping uit het oog. Met denzelfden hamer, waarmede H. M. de Koningin in 1918 de tweede Neder- landsche Jaarbeurs opende, neemt Zij de laatste afsluiting voor het derde Jaarbeursgebouw te Utrecht weg. LICHTPUNTEN TE MIDDEN VAN MALAISE EN DEPRESSIE. Autorit van de Koninklijke Familie door de stad OPENING VAN DE 26ste JAARBEURS. Behalve de gewone, eenigszins feestelijk ge tinte drukte, die de Jaarbeursdagen te Utrecht pleegt te vergezellen was gistermorgen de stad in de omgeving van Vredenburg en het station reeds vroeg liet middelpunt van heel veel be langstelling. Op het stationsplein had zich tegen den tijd, dat de koningin zou arriveeren een dichte me nigte opgesteld, terwijl langs den Leidschewe| en het Vreeburg tot aan het Jaarbeursgebouw eveneens een breede haag van menschen stond. Om 10.47 arriveerde aan 't Centraal Station de Koninklijke trein uit Den Haag. Toen H.M. het rijtuig verliet werd zij welkom geheeten door den burgemeester van Utrecht dr. J. p_ Fockema Andreae, welke in gezelschap van den commissaris der koningin voor de Provin. cie Utrecht dr. H. T. 's Jacob en den hoofd commissaris van politie, den heer Schuite- maker, op het perron aanwezig was. De koningin die gekleed was in een wijn- roode japon en een kort bontjasje droeg, was vergezeld van Z. K. H. Prins Hendrik en H- K. H. de Prinses. De vorstelijke familie W&3 vergezeld van een klein gevolg. Nadat er in de wachtkamer eerste klas een korte begroeting had plaats gehad begaven de vorstelijke personen zioh naar de voor het station gereed ataande auto's. Bij het ver schijnen van de koninklijke familie op het breede terras van het station, brak een enthou siast gejuich bij de wachtende menigte los. V] iend el ijk naar beide zijden groetend nam de koninklijke familie in den auto plaats, waarna naar het jaarbeursgebouw werd gereden. In het administratiegebouw der Kon. Ned. Jaarbeurs werd H.M. de Koningin ontvangen door den heer T. H. Fentener van Vlissingen, voorzitter van den Raad van Beheer der jaar beurs, terwijl een dochtertje van den vice-voor- zitter jhr. op ten Noort aan de Koningin en aan de Prinses bloemen aanbood; In de kameT van den Raad van Beheer wer den hierop de leden van den Raad van Beheer der Koninklijke vereeniging tot het houden van Jaarbeurzen in Nederland en de leden van den Raad van Bestuur der N.V. maatschap- Pij tot exploitatie van jaarbeursgebouwen aan de vorstelijke bezoekers voorgesteld, evenals de bouwmeester van het derde jaarbeursgebouw ir. J. de Bie Leuveliag Tjeenlt en de uitvoeren de ingenieur van den bouw ir. W. Terpstra. Vervolgens begaven de vorstelijke personen zich naar de dinerzaal van het Jaarbeurs restaurant, waar een groot aantal genood ig- den, waaronder behalve de reeds genoemde heeren, aanwezig waren de heeren F. K. J. Heringa regeerings-commissaris hij de Ned. Jaarbeurs, ir. M. H. Damme, directeur-gene raal p. t. T., prof. dr. H. W. Methorst dir.- generaal Centraal Bureau voor de Statistiek. Verder een groot aantal gezanten of verte genwoordigers van buitenlandsche mogendhe den, alsmede de rector-magnificus der Univer siteit te Utrecht prof. L. S. Orastein, leden Van Ged. Staten, wethouders der gemeente Utrecht en andere militaire en burgerlijke autoriteiten. He zaal was eenvoudig met plakten en bloe men versierd terwijl aan een zijde een drietal zetels was opgericht. Nadat de Koninklijke Familie zich had nedergezet en de Hofhou- diD& in een halven cirkel daarachter had plaats genomen, nam de heer Fentener van Vhseingen het woord. Rede Fentener van Vlissingen. Niets is in deze moeilijke tijden beter in staat ons aan te moe digen vastberaden op den ingeslagen weg voort te gaan dan de zoo hoog gewaardeer de steun, dien wij zoo herhaaldelijk en ook thans weer van onze geëerbiedigde Konin gin mochten ontvan gen. Toen Uwe Majesteit op 11 Maart 1930 het tweede gebouw opende, kon met groote vol doening worden gecon- ftntmvr •stateerd, dat alle be- van fUtHngen schikbare ruimte reeds aanstonds in be slag was genomen en bier en daar werd toen reeds de vraag opgeworpen, wanneer tot de volgende uitbreiding zou worden overgegaan. In de woorden, die ik de eer bad bij die ge legenheid tot Uwe Majesteit te mogen richten, heb Sffi. doen uitkomen, dat^eeu ernstige economische depressie de welvaart van de we reld en met name die van ons werelddeel be dreigde. Welnu, het is niet hij dreigen gebleven. Wilde de Kon. Ned. Jaarbeurs haar taak naar behooren blijven vervullen, zoo achtte zij het noodzakelijk, dat, juist in deze zoo bij uitstek moeilijke tijden, ten volle aan de eischen van het toch reeds zoo beproefde bedrijfsleven moest kunnen worden voldaan. Meer dan ooit zal aandacht moeten worden besteed aan het steeds moeilijker wordende vraagstuk van den afzet der producten. Wij zijn overtuigd, dat ons Jaarbeursinsti tuut daarbij zeer belangrijke diensten zal kun nen bewijzen. Het heuglijk feit, dat het nieuwe gedeelte, dat zoo dadelijk door Uwe Majesteit zal worden geopend, evenals de twee eerste gedeelten reeds aanstonds geheel gevuld is, leveit wel het bewijs, dat aan uitbreiding van ons vaste gebouw dringende behoefte bestond. Om den bouw tot stand te kunnen brengen hebben wij wederom een beroep moeten doen op Uwer Majesteit's Regeering en op het bestuur der sta'd Utrecht. Met groote dankbaarheid ge wagen wij er van, dat dit beroep niet vergeefs gedaan werd. Hoewel de vaste lasten, welke op de Jaar beurs drukken, helaas nog steeds te zwaar zijn ten opzichte van de waarde op het tegenwoor dige zoo veel verlaagde prijsniveau onzei vaste bezittingen, bewijst het feit, dat zij steeds haar renteverplichting prompt is kunnen nakomen en in totaal tot op heden 665.000 op haar schulden heeft kunnen aflossen, dat haar finan- rteele positie gezond kan worden genoemd. Het valt niet te ontkennen, dat de economi- ®che toekomst van de wereld en ook van ons yaderland tot groote zorg aanleiding geven. Maar wij hebben meer slechte jaren gekend etl hopen ook deze crisisperiode te boven te kornen. Het ligt niet in den aard van ons volk te zulke tijden met de handen in den schoot bij d® pakken neer te zitten. Geen lichtvaardig op- Urnisme, geen verdoezeling van de harde waar- beid, maar een moedig onder het oog zien van het dreigende gevaar, een wil, die vaster en een volharding, die taaier wordt, naarmate de moeilijkheden toenemen, ligt in ons volkska rakter. Bevoorrecht is ons volk nog in zoo menig opzicht boven vele anderen, kerngezond In zijn economische opbouw gedurende de laatste halve eeuw geweest. Wij blijven vertrouwen stellen In de toekomst van het Nederlandsche bedrijfsleven en daarom in de blijvende betee- kshis en den toenemenden groei van onze Ko- ninklijke Nederlandsche Jaarbeurs. Zeker, ontzaglijk groot en steeds toenemend zÜn de moeilijkheden, die aan den internatlo- nalen goederenhandel in den weg worden ge- l®Sd, maar ondanks alle economische verdwa- ziES, dat iedere dag ons tegenwoordig op- nieuw brengt, blijft het nog altijd onbetwist baar zeker, dat zonder internationalen goede- renruil onze moderne samenleving niet kan butaan. Uit het feit, dat juist in deze moeilijke tij den Uwe Majesteit zich bereid heeft willen ver klaren het nieuwe gedeelte van ons gebouw te openen, zal ons Bestuur de nieuwe kracht en bot nieuwe vertrouwen putten, die het zoo zeer noodig heeft om zijn taak in de komende tijden naar behooren te' kunnen blijven vervullen. Toespraak IJ. M. de Koningin. Hierna spra.k H. M. de Koningin het vol gende Mijno Heeren Aan het verzoek om de nieuwe uitbreiding van het Jaarbeursgebouw te komen openen, bob ik ook ditmaal gaarne gevolg gegeven, want dubbel bewonder ik in dezen tijd van wereldcrisis den ondernemingsgeest, die daar uit sipreekt en het vertrouwen in een betere toekomst. Uw verblijdend® mededeeling, dat het vergroote gebouw reeds weder geheel ge- VUW is bewijst, dat die geest, ondanks de om- gun&t der tijden bij Handel en Nijverheid weer klank heeft gevonden. He onveranderlijke wetten, welke op den duur tot herstel moeten leiden, bevatten zoo wel de zekerste beloften voor den hernieuw den bloei van onze volkswelvaart, alsook van dien dezer Jaarbeurs. Omdat ik met u over tuigd ben, dat zij geroeipen is bij dat herstel een belangrijke rol te vervullen. Arbeidzaamheid, taaiheid en durf waren steeds ons onvervreemdbaar erfdeel. Thans komt het er inderdaad op aan, te volharden en door te zetten en bezield door een sterk be wustzijn van eenheid en saamhoorigheid de moeilijkheden van het heden onder de oogen t® zien, daarbij het beste gevende, waarover ieder van ons beschikt. Dan zal in de toe komst, welke onze volharding moet scheppen de bloei van ons verleden zijn wederga vinden. Van harte hoop en vertrouw ik daarop en besluit met den wensob, dat ook de Utrechtsche Jaarbeurs dan van haar kloek beleid de ver diende vruchten zal plukken. Toen de Koningin haar korte rede beëindigd bad riepen de aanwezigen driemaal luide h.wra» Begeleid door den voorzitter begaf H. M. zich vervolgens naar de hal van het eerste Jaarbeursgebouw. In de hal van het eerste jaarbeursgebouw werden de vorstelijke personen opgewacht door prof. dr. H. W. Methorst, die een korte toelich ting gaf van de beide grafieken in de hai de eene stelde de conjunctuur van den Nederland- schen gulden voor, de andere de conjunctuur van het Nederlandsche bedrijfsleven. Nadat Hare Majesteit, Prins Hendrik en de Prinses met veel belangstelling van een en an der kennis hadden genomen, begaf het gezel schap zich door de standzaal van het eerste ge bouw en de middengang van het tweede ge bouw, waar een bloemenguiriande is aange bracht. Met den hamer, waarmede H. M. in 1918 de tweede Nederlandsche jaarbeurs heeft geopend, verbrak de Koningiu de bloemenguiriande. Op dit plechtig oogenblik weerklonk door loud speakers het „Wilhelmus". Na de openingsplechtigheid. Het gezelschap begaf zich vervolgens door den middengang van het derde gebouw naar de eerste verdieping, de Koloniale afdeeiing. Op de afdeeiing Koloniën onderhield H. M. zich met verschillende fabrikanten, om zich te doen inlichten omtrent den economischen toe stand van ons land en de moeilijkheden waar mode ons bedrijfsleven te worstelen heeft. Te circa één uur arriveerden de vorstelijke personen in de Kamer van den Raad van Be heer, waar zij hun handteekening plaatsten in het „gulden boek der Nederlandsche Jaar beurs". Hare Majesteit en Prinses Juliana ver lieten te omstreeks kwart over één het adml nistratiegebouw. Per auto werd een rit door de stad gemaakt, waarna naar het station werd gereden. Z. K. H. Prins Hendrik nam deel aan een lunch, welke de Raad van Beheer te ha l twee in Hotel des Pays Bas aanbood. Verschillende gezanten en de Commissaris der Koningin in de provincie Utrecht zaten mede aan. Mgr. dr. G. LEMMEN. De sluiting van de parochie- retraiten te Roermond. Na de bisschopswijding op a.s. Zaterdag zal Z.H. Exc. Mgr. Dr. G. Lemmens van half één tot half twee receptie houden in het Groot Seminarie te Roermond. Paaschmaandag zal Z.H. Exc. in de Kapel in 't Zand een pontificaal Lof celebreeren tot sluiting van de parochie-retraite aldaar. Z. H. Exc. Mgr. Dr. G. Lemmens zal op den 2den Paaschdag, 28 Maart de plechtige feest- sluiting medevieren van de grootsche missie, welke de geheele stad Roermond in de nieuwe structuur der parochie-retraiten ontvangen heeft. Deze intensere missie-methode, die in April 1915 te Roermond door de Paters Redempto risten voor 't eerst aangewend is voor enkele volkswijken onder 'de bijzondere aanmoedigin gen van Z. H. Exc. Mgr. L. Schrijnen, is thans, na 13 jaar op alle parochies toegepast. De deel neming was onder alle rangen en standen der stad buitengewoon groot. Ook thans waren het de Redemptoristen, die dit prachtig aielenwerk mochten verrich ten. Daar in 't rectoraat van 't Zand de groote cyclus der retraiten gesloten wordt, zal in de groote kapel van O. L. Vrouw in 't Zand het pontificaal Lof gehouden worden. Mgr. Diepen diende op 6 Maart het H. Vormsel toe aan 45 kweekelingen van het doof- stommeninstituut te St. Michiels-Gestel. De „St. Jansklokken" berichten hierover: Na atfloop der plechtigheden werd Mon seigneur toegesproken door een dier Vormelin gen, een Chineeschen doofstommen leerling Tia-Tjong-Gie uit Padang. Onder de vorme lingen bevond zich ook nog een leerling uit Curasao, Oscar de Veer uit Paramaribo. Zoo mag wel gezegd worden, dat het R. K. Doofstommen-inetituut van heinde en verre zijn leerlingen ontvangt. Het internationaal karakter blijkt trouwens ook nog uit de aan wezigheid van Margaretha v. d. Heijden, Soe- rabaia; Jaantje Heng-a-Po, Borneo; Leonarda Rijanti Schrimoelat, Soerakarta; José Maduro, Aruba; Gerard Bervoets, Se- marang; Rosa Natividad Batista, San Do mingo; Rosa Besen; Piebermaai; Joanni Beccari, Sydney; Iwana Gross, Joego-Sla- vië. Spreekbeurten verbod in het Aartsbisdom. Wij ontvingen van Z. H. Ecx. Mgr. J. H. G. Jansen het volgende schrijven; Bij 4ezen maken Wij bekend, dat Wij door bijzondere redenen daartoe genoopt aan Prof. dr. Ude hebben verboden in ons Aartsbisdom spreekbeurten te vervullen. De Aartsbisschop van Utrecht, J. H. G. JANSEN. U t r e c h t, 15 Maart 1932. natuurlijk droog - met 25. 45 en 65 cta. Reci. 585 DGVS KOEPANG, 16 Maart. (ANETA). Z. H. Exc. Mgr. A. J. H. Verstraelen, apostelisoh-vioari3 van de Kleine Soenda-eilamden, titulair-bia- sehop van Myriefido, is tengevolge van een auto-ougeiuk tusschen Engeh en Bandjawa overleden. De bel van Sint Patricius. De Iersche minister van onderwijs en op voeding (professor O'Suliivan) heeft aan het Eueh. Congres-Comité bekend gemaakt, dat hij gaarne de St. Patricius' bel, welke tegen woordig in het nationaal museum berust, dis ponibel stelt.opdat zij bij de H. Mis van den pause,ijken legaat in het Phoenix-Park op 26 Juni gebruikt kan worden. In een brief van het departement van onder wijs en opvoeding wordt vermeld, dat de mi nister reeds onderhandeld heeft met de ko ninklijke Iersche academie en den opzichter van de Iersche antiquiteiten aangaande dez® kwestie. Er is aan het departement mededeeling ge daan, dat de bel, hoewel nog geschikt om te gebruiken, toch eenigszins haar krachtigen klank heeft verloren, daar zij zeer oud en eeuwen lang ongebruikt is. Het departement verzoekt zorgvuldig er mee om te gaan en vraagt dat de bel gedurende het vervoer naar en van net park onder de hoede van eenige personen genomen worde, wier aandacht niet door andere bezigheden wordt afgeleid. Nader deelt men ons mede: De HoogEerw. Zeergel. Heer Dr. G. C. van Noort, deken van Amsterdam, is van plan het Euch. Congres te Dublin mede te maken. Deelneming van vier en veertig naties. Onze Brusselsche correspondent meldt ons: Bij Z. H. Exc. mgr. dr. Heijlen, bisschop van Namen en president der internationale Eucha ristische congressen, is thans bericht ontvangen, dat alvast niet minder dan 32 najtdes op het a.s. congres van Dublin zullen vertegenwoordigd zijn. Reeds 167 kardinalen, aartsbisschoppen en bisschoppen hebben hun deelneming toegezegd. De vertegenwoordigingen zijn de volgende: Ierland: d® kardinaal-primaat van Ierland, de aartsbisschop van Dublin en 23 bisschop pen; de Vereenigde Staten van Amerika: de kardinaal-aartsbisschoppen van New-York, Bos ton, Philadelphia en Chicago, 7 aartsbisschop pen en 17 bisschoppen; Engeland, Schotland en Wales: de kardinaal-aartsbisschop van West- minster, 4 aartsbisschoppen en 19 bisschoppen; Italië: de kardinaal-aartsbisschop van Palermo, 3 aartsbisschoppen en 7 bisschoppen; Canada: 2 aartsbisschoppen en 9 bisschoppen; Afrika, Egypte, Zuid-Afrika, Nigeria en Zanzibar: 11 bisschoppen; Frankrijk: de kardinaal-aartsbis schop van Parijs en 9 bisschoppen; Spanje: S bisschoppen: België: de kardinaal-aartsbis schop van Meehelen en 5 bisschoppen; Tsjecho- Slowakië: 3 bisschoppen; Australië: 1 aarts bisschop en 2 bisschoppen; Indië: 1 aartsbis schop en 3 bisschoppen: Hongarije: 3 bisschop pen; Malta: 1 aartsbisschop en 1 bisschop; Duitschland: 1 bisschop: Costa Rica: 1 bis schop; Trinidad: 1 aartsbisschop; China: 1 bisschop; Servië: de primaat van Servië;' Joego-Slavië: 1 bisschop Gibraltar: 1 bisschop? Mexico: 1 aartsbisschop; Dantzig, Philippine Islands, Fiji Islands, Newfoundland, Nederland en Lithauen: elk 1 bisschop. Verwacht wordt, dat uit Italië, Nederland, Duitschland, Australië, België, Frankrijk en Polen, in de komend© weken nog meer kerk voogden zich als deelnemers aan het congres zullen doen inschrijven. Verder is het vrij zeker, dat ook nit Oosten rijk, Bulgarije, Denemarken, Portugal, Roe menië, Zwitserland, Argentinië, Brazilië, Nieuw-Zeeland, Chili, Colombia en Venezuela nog bisschoppen naar Dublin zullen komen, zoodat daar dan 44 naties zouden vertegenwoor digd zijn. De omvang van de werkloosheid In de ver schillende beroepsgroepen gedurende de jaren 1931, 1930 en 1929 blijkt uit onderstaande indexcijfers, zooals deze berekend zijn door het Centraal Bureau voor de Statistiek. Deze cijfers, weergevende het percentage werkloos- beidsdagen van het aantal dagen, dat gewerkt had kunnen worden, indien geen werkloos heid ware voorgekomen, zijn in hoofdzaak berekend nit opgaven van gesubsidieerde werkloozenkassen. Beroepsgroepen: Indexcijfers der ■werkloosheid. 1931 1930 1929 Diamant-industrie 81.5 70.- 20.3 Drukkersbedrijven enz. 5.7 3.- 3.4 Bouwbedrijven enz17.6 11.3 12.2 Houtbewerking enz. 19.7 8.5 5.3 Kleeding-industrie 10.- 7.- 8.2 Leder-industrie 9.6 3.2 2.4 Steenkolenmijnen 0.8 0.3 0.2 Metaal-industrie, scheepsbouw 21.5 7.8 3.3 Textielnijverheid 12.8 5.8 1.8 Voedings- en genotmiddelen- bedrijven 8.- 4.6 4.1 w.o. tabak- en sigaren-industrie 11.6 6.- 5.3 Visscherij 15-9 6.5 7.4 Handelsreizigers 0.7 0.6 0.6 Verkeerswezen 1) 14.5 5.8 6.» Handels- en Kantoorbedienden 4.7 3.3 3.- Toonkunstenaars 24.- 19.1 2) Overige groepen -12.8 6.8 5.8 Totaal 14.7 7.8 6.9 Totaal (excl. diamant-industrie) 13.8 6.8 5.6 Totaal industrie 15-9 8.6 6.2 1) Onvolledige opgaven. 2) Geen gegevens beschikbaar. B- ii. d* Kcmtltgin en K. II. Prinses 1nKana tijdens de rondwandeling over de Jaarbeurs. Men seint ons uit Londen: De volgende Nederlanders hebben op hun lot een prijs van 100 pond getrokken: O. Maba, Veendam; A. Braber, IJmuiden; O. Bridge, Breda; H. Eshuis, Hengelo; H. A. Govers, 's BoschJ. Heetla, MeppelHevelin gen, BoskoopT. Hofmann, AmsterdamJ. B, Janeds, Amsterdam; J. Kilsdonk, Nijmegen; Z. van Dam, Den Haag; „Kips W. Two", Am sterdam: Lamport, Den Haag; Mr. Floris, Den, Haag; Moser, Amsterdam; „Per s.s. Vosnmnn", Amsterdam; F. Schut, Den Haag; Veenstra, Bloemendaal; Zunderink, Utrecht; A. Wamatn- leer, RotterdamStoutenburg. Den HaagJ. Ot Rial, As yeyaeuilenj Amersfoort.

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Nieuwe Schiedamsche Courant | 1932 | | pagina 5