%im tijd wm
WOENSDAG 30 MAART 1932
STEUN VOOR DE INDISCHE
SCHATKIST.
Vijftig in plaats van twintig opcenten
op de invoerrechten.
tegen de verbanning der
ZOMERDIENST SPOORWEGEN.
INKOMSTEN VAN DE P. T. T.
DE WRAAK VAN TANTE MAROESKA.
PERMANENT HOF VAN INT. JUSTITIE
MGR. C. C. PRINSEN 80 JAAR
EEN HARTELIJKE HULDIGING.
PAKKETPOSTVERKEER MET
AMERIKA.
TEGEN EEN PSEUDO-MOERDIJK-
KANAAL.
NEDERLANDSCHE RONDVLUCHT 1932
DE HEER DE KAT ANGELINO NAAR
MOEKDEN.
J. H. VAN BOUWDIJK BASTIAANSE*
NEDERLANDERS IN GRIEKENLAND
HET WERK VAN H. M. DE KONINGIN
CHARLIE CHAPLIN IN NED. INDIE.
Alleen katoenen manufacturen
uitgezonderd.
Ingediend Is een wetsontwerp tot verhooging
Tan de tijdelijke opcenten op de invoerrechten
in Nederlandsch-Indië.
Aan de Memorie van Toelichting wordt het
volgende ontleend
In ztjn Memorie van Antwoord aan de Twee
de Kamer der Staten Generaal nopens de Indi
sche begrooting voor het loopend jaar kondigde
de minister reeds het voornemen aan tot invoe
ring van eenige crisisheffingen, die zouden
moeten strekken tot gedeeltelijke overbrug
ging van de te verwachten aanzienlijke begroo-
tingstekorten.
Het ter zake met den Gouverneur-Generaal
gevoerd overleg heeft geleid tot de indiening
bij den Volksraad van een drietal omtwerp-
ordonnanties waarbij evenbedoelde noodmaat
regelen werden aanhangig gemaakt en die
tot strekking hebben om
a een crisisheffing in te voeren van alle
onder de inkomstenbelasting vallende inkomens
boven 250.
b den sinds 1 Januari J.l. op 9 cents per
liter gestelden accijns op benzine tot 10 cents
te verhoogen.
c ten aanzien van deze heffingen artikel 16
der Indische comptabiliteitswet buiten werking
te stellen door toepassing van artikel 93. eerste
lid der Indische Staatsregeling.
Deze maatregelen, waarmede de Vo'ksraad
zich inmiddels heeft vereenigd, zullen afzon
derlijk ter nadere bekrachtiging door de wet
worden voorgedragen.
In de Memorie van Toelichting tot het onder
c genoemd voorstel werd door den Gouverneur
Generaal tevens aan den Volksraad mededee-
hng gedaan van het voornemen der Regeerlna
om, in aansluiting aan de beide hooger genoern
de heffingen, bij de Staten-Generaa, ee"
voordracht aanhangig te maken teneinde de
opcenten op de invoerrechten, welke ingevolge
de wet van 31 December 1931 op 20 werden
gebracht nader tot 50 te verhoogen. Daarbij
werd ook melding gemaakt van de omstandig
heid, dat met het oog op het spoedeischend
^""at.er, v"ail d®zen noodmaatregel de bedoeling
oorzat het desbetreffend wetsvoorstel, met toe
passing van artikel 71 der Indische Staatsrege-
ng, niet vooraf in concreten vorm aan den
Volksraad voor te leggen.
Uit de bekend gemaakte cijfers blijkt, dat
00 de onderhavige tariefs ver hooging, waarvan
e opbrengst op 12% millioen gulden voor een
geheel jaar wordt geraamd, gevoegd bij de
andere hierboven vermelde crisisheffingen,
waarvan de bate in 1932 op rond 17 millioen
gulden wordt geschat nog slechts voor een deel
het tekort voorziet.
Overigens vinde de omstandigheid vermel
ding, dat ook ditmaal een nagenoeg integTale
verhooging van het tarief der invoerrechten
wordt voorgesteld op dezen grond, dat het aan
brengen van differentiatie in de reobtenverhoo-
ging aan de fiscale uitkomsten van den maat-
1 egel ernstig afbreuk zou doen. Slechts ligt het
in de bedoeling, dat het invoerrecht op gebleek
te en ongebleekte katoenen manufacturen van
'de thans voorgestelde verhooging der opcenten
uitgezonderd zoodat voor deze goederen
ïèffing van 20 opcenten gehandhaafd blijft.
deze gelegenheid wordt gebruik gemaakt
-óok het vast recht van ƒ30 per H.L. op
reuk- en dergelijke waters aan de volle verhoo
ging met 50 opcenten te onderwerpen.
VOOR HET BEHOUD VAN ZANDVOORT'S
DUINEN.
Van verschillende zijden is bij het gemeente
bestuur van Zandvoort aangedrongen op maat
regelen, waardoor het afgraven van het duin
verboden zou worden, omdat de mooiste ge
deelten van het duin verdwijnen. Het afge
graven zand wordt gebruikt voor bouwwerken
in steden. B. en W. van Zandivoort deelen nu
den raad mede, dat spoedig maatregelen te
verwachten zijn, maar dat eerst een conferen
tie moet plaats hebben met den burgemeester
van Bloemen daal om tot samenwerking te
komen en afdoende bepalingen te kunnen vast
stellen.
SPAANSCHE JESUIETEN.
Door Katholiek Apeldoorn is onderstaand
telegram verzonden aan Z. Ex. den president
d«r Spaanse he republiek.
„Namens 36 vereenigingen met ruim 3000
n '■Katholi^ Apeldoorn" met
tegen de maatregelen van
nscie fegeering ten opzichte van de
Ï2ÏÏS Sr*faal de Jesui«t*n en tegen
de beleed i-ging, den H j
«-v-oor* stoel aangedaan, en
vraagt uit naam van de i
6 Descnavmg aan den
Buitenlandsche verbindingen
over Oldenzaal.
Trein D 111 naar Berlijn, Amsterdam C.S
V. 8.34, Rotterdam D.P. V. 7.48, den Haag
S.S. V. 7.21, Utrecht V. 8.58, krijgt te Han
nover aansluiting aan den nieuw ingelegden
sneltrein HannoverHildesheim, welke te
Hildesiheim aansluit aan den bestaanden snel
trein E 82. De dienstregeling luidt als volgt:
trein FD 111 Hannover A. 13.46; trein E 182
Hannover V. 13.51, Hildesheim A. 14.26; trein
E 82 Hildesheim V. 14.31, Goslar A. 15,21, Bad
Harzburg A. 15.41, Wernigerode A. 16.24 en
Haiberstadt A. 16.58.
In omgekeerde richting worden de tijden*
w6i?,fo81;HalberStadt V' 13*10' Wernigerode
w'n u Hai'Zburs V* 1136> Goslar V.
14.58, Hildesheim A. 15.42; trein E 181 Hil
desheim V. 15.47, Hannover A. 16.21; tredn A.
16..1; trein FD 112 Hannover V. 16.26, Am
sterdam C.S. A. 22.14, Utrecht A. 21.56, Rot
terdam D.P, A. 23.01, den Haag S.S. A. 23.02.
Snellere verbinding met
Berlijn.
De verbinding met de treinen D 111 en D
112 naar en van Berlijn wordt belangrijk ver
sneld. Trein D. 111 wordt 19 minuten ver
sneld. De vertrektijden voor Nederland blijven
ten opzichte van de dienstregeling van 15
ei 1931 ongewijzigd, doch de aankomsttijd te
Berlijn Friedrich Str. wordt 16.58 (was 17.17).
In omgekeerde richting wordt trein D. 112
10 minuten versneld. Het vertrek van Berlijn
Friedrich Str. wordt 13.18 (was 13.OS), ter
wijl de aankomsttijden in Nederland ongewij
zigd blijven.
Daling ook tot den telefoondienst
doorgedrongen.
De diensten der P. T. T. hebben over de
maand Februari 1932 opgebracht.
Posterijen: 3.083.794 131.532 minder
dan vorig jaar en 216.706 minder dan de
begrooting).
Telegrafie: 372.441 85.513 minder dan
vorig jaar en 74.499 minder dan de be
girooting).
Telefonie: 1.8S3.520 18.171 minder dan
vorig jaar en 106.780 minder dan de be
grooting).
Postchèque. en Girodienst: 516.186 142.990
meer dan vorig jaar en 164.386 meer dan
de begroeting).
Over de eerste twee maanden tezamen be
droeg de opbrengst:
Posterijen: 6.130.096 206.843 minder
dan vorig jaar en 448.004 minder dan de
begrooting).
Telegrafie: 752.616 159.989 minder dan
vorig jaar en 147.184 minder dan de be
grooting).
Telefonie: 3.754.846 45.906 meer dan
vorig jaar en 192.754 minder dan de be
grooting).
Pöstclhèque- en Girodienst 1.029.020
107.474 meer dan vorig jaar en 231.120
meer dan de ibegrootiug).
Ter vervulling van de vacature ontstaan
door het overlijden van mgr. Nolens, is als
door Nederland aangewezen bijzitter voor ge
schillen inzake internationale arbeidsregelin
gen, bedoeld in art. 26 van het Statuut van
het Permanente Hof van Internationale Justi
tie aangewezen mr. dr. D. A. P. N. Kooien, lid
van den Raad van State, oud-minister van
Arbeid, Handel en Nijverheid.
Aan prof. jhr. mr. W. J. M. van Eijsinga is
in verband met zijn verkiezing tot rechter in
het Permanente Hof van Internationale Justi
tie op zijn verzoek eervol ontslag verleend.
OPENSTELLING VAN DEN AFSLUITDIJK
IN DE ZUIDERZEE.
Het secretariaat van het Nationaal Crisis-
Comité deelt ons mede:
In aansluiting op het vorig bericht omtrent
de openstelling van den afsluitdijk in de Zui
derzee (zijde Noord-Holland) tot aan de geul
de Vlieter, waarvan de dichting terstond na
Paschen zal aanvangen kunnen wij thans me-
dedeelen dat de toegang ook voor auto's en
autobussen opengesteld zal worden van 1
April a.s. af van 'e morgens 9 uur tot des
avonds 6 uur; tarief voor auto's 1.voor
autobussen 2.50 plus o.io voor eiken passa
gier behalve den bestuurder. De opbrengst
komt geheel ten goede aan het Nationaal Crisis
Comité. De weg voert langs de uitwaterings
sluizen en is uitstekend berijdbaar, terwijl aan
het eindpunt ruimschoots gelegenheid is om te
keeren.
Naar het Russisch van Iwan Moldaivan)
Tante Maroeska zaït er warmpjes bij. Ze was
een woekeraareter geweest en had veel geld
bijeengeschraapt. Ze had het winstgevend be
roep opgegeven, toen de pope haar aan het ver
stand had weten te brengen, dat haar brood
winning eigenlijk niet door den beugel kon en
dat het tijd werd om er mee op te houden,
wilde de zaligheid van haar ziel niet verloren
gaan. Maroeska was er van geschrokken; zóó
minderwaardig had zij baar métier niet be
schouwd. Ze beloofde den priester gieen gelden
meer uit te leemen tegen hooge rente en niet
al te hard te zijin voor hen, die nog dik hij
haar in bet krijt stonden.
De beperking van het bedrijf en ten slotte
het eindigen van de lucratieve affaire was niet
naar den zin van haar neven, erfgenamen, die
al wat tante bezat zouden mogen verdoelen,
zoodra zij haar oagen voor goed zou hebben
gesloten. Ze wisten wel, dat tante er warmpjes
■bijzat en dat zij, aardig wat zouden krijgen:
maar waarom zou tante, zoolang ze leefde, er
niets bij verdienen, waarom zou ze stil gaan
leven, eigenlijk van hun geld, dat hen in de
toekomst wachtte?
De neven hadden allebei een goede zaak
en waren lang niet zoo krenterig als tante Ma
roeska, die dood bleef op een kopek© en zoo
gierig was, dat er zelfs geen kruimel kon
overschieten voor de vogels. De mensohen had
ze uitgebuit, hun het bloed onder de nagels
gehaald. Wlie eenmaal-in haar macht was kwam
niet meer los uit haar greep.
Daar zij op iaderen kopeke keek, sprak het
van zelf, dat ze niets liet vallen vatn de rente
die ze vroeg. Alles moest betaald worden tot
den laatsten cent. Dat vonden de neven heel
goed; hoe meer tante spaarde, hoe meer er
voor hen overbleef. En daarom betreurden zij
het besluit om haar florissante zaak, geleide
lijk te liquideerou.
Tante was overigens over haar neven niets
te spreken. Ze gaven naar haar meening, te
veel uit. Ze waren getrouwd met vrouwen, die
het breed lieten hangen. Dat waren geen zui
nige huisvrouwen, die volgden niet het voor
beeld van tante Maroeska, die nu en dan haar
neven een bezoek bracht en dan uitstekend
werd ontvangen, te goed, naar het oordeel van
tante. Dan prijkten op de tafel allerlei gebak,
taarten, bonbons, dan was het een luilekker
land en Maroeska, die ook niet van gisteren
was, begreep wel, dat die overvloed haar niet
alleen gold, dat ze eiken dag schransden. Ze
hoorde wei eens welke prachtige gerechten de
vrouwen gereed maakten of bestelden. In den
duursten tijd kreeftensaoep, kalkoenen, asiper-
ge®, kortom gerechten, die alleen op die tafel
van den tsaar mochten prijken, maar niet hij
burgenmansciben, die er hard voor moesten wer
ken. En tante Maroeska, die wel wist, dat ze
bang voor haar waren, eigenlijk bang om haar
centen te verliezen, had er dikwijls over ge
sproken, dat -haar neven en nichten ook eens
aan den oudeh dag moesten denken. Niet steeds
is het een leven van overvloed, men moest
ook een ©tukje wegleggen voor den ouden dag.
De neven ga-ven haar, In haar gezicht altijd
gelijk, om achter haar rug af te -geven op dat
vervelende ou-dle wijf, dat te b&krompen was om
te -begrijpen, dat anderen er andere principes
op na hielden.
Tante Maroeska merkte wel, dat haar neven
en nog minder haar aangetrouwde nichten,
zich weinig stoorden aan haar raadgevingen
en dat verdroot haar erg. Ook al omdat zij
nu zij niets meer deed, haar leven vergeleek
met dat van het jongere geslacht. Bij haar
was altijd schraalhans keukenmeester ge
weest, bij de anderen heers-Chte overvloed. De
vrouwen hielden er zoowaar drie kookboeken
op na en tante geloofde, dat ze bladzijde na
bladzijde rol raadgevingen en vol menu's .en
vol wenkeji, aam een proef onderwierpen. Dat
kostte veel geld. En dat reed in auto's als
of ze geen beenen van den lieven God hadden
gekregen. Tante liep al-tijd. Zij had gelukkig
-twee gezonde roeten, die haar konden dra
gen. Bn dat ging reizen maken naar het Zui
den, tot aan den Krtm, alsof haar eigen woning
niet -goed genoeg voor ze was. Tante Maroeska
h-ad nog nooit in een spoorwagen gezeten. Wat
bon haar de wereld schelen. Dhar ginds woon
den ook mensohen, net als hier en daa.r was
het land in den zomer ook groen en 's winters
wit.
Op zekeren dag, het was koud en het vroor,
dat het kraakte, zat tante bij een petroleum
kacheltje, dot walmde en stonk. De postbode
bracht haar een briefkaart uit een plaatsje aan
de Zwarte Zee, waarvan zij nog nooit had ge
hoord. Ben pradh-tig landschap met palmen, met
mooie villa's en met al de weelde van het Zui
den. ,,Wat is het hier heerlijk tante, waarom
komt U "ook niet hier had een der neven er
op geschreven. Tante Maroeska begreep wel,
dat hij er niets van meende en dat maakte
haar nijdig, zoo nijdig a.ls een ©pin.
Zoo, zoo, -dacht ze, wat zullen ze mijn gold
'laten rollen, al-s ik er niet meer ben. Wa.t
zullen geuren met mijn centen...... En ze lachen
me nog op den koop toe uit
Dien dag bepleitend© tante heel lang d-e din
gen en toen nam zo ean besluit, dat haar
vroolijk stemde. Ze ging naar een groot maga
zijn en kocht zich de beste kleeren. Die stonden
haar goed, want tante was, nu ze niet slonzig
gekleed was, geen onknappe vrouw. En toen
ze zich netjes in de kleeren had gestoken,
kocht ze koffers, ging naar een reisbureau en
het bureau verzorgde haar een reis naar het
Zuiden, -waar haar neefs en verdere familie
vertoefden. Daar d*e neef ook het hotel had
vermeld, wa«.r ze hun tenten hadden opgesla
gen, liet ze in datzelfde hotel kamers bestellen
en overwaoht verscheen tante aan haar neven,
die juist aan de lunch zaten. Dat gaf me een
ontmoeting!
Ze smeet met hot geld, al gin® h1®! baar ook
aan het hart. Al spoedig werd zij een beroemd
heid in het plaatsje en het duurde niet lang
of een oud-majoor deed aanzoek om haar hand
en ondanks het protest van haar familie trouw,
de ze met hem. Ze was immers nooit getrouwd
geweest!
De neve-n waren radeloos. Daar ging hun lief
geld, nu tante hun voorbeeld had gevolgd. Tien
jaar was tante getrouwd en toen stierf ze. Haar
majoor had van haar geld nog net voldoende
ov-er om haar ©en fatsoenlijke begrafenis te be
zorgen.... Overigens had hij nog altijd zijn pen
sioen. En hij had wat opgespaard sinds zijn
huwelijk met Maroeska, zijn lieve Maroeska,
wiPu- geld hij mede had aangesproken.
Tante had baar neven tot universeel© erfge
namen benoemd. Ze aanvaardden de erfenis
niet. Er viel niets te tellen. De wraak van
tapte was volkomen geweest.
(NADRUK VERBODEN).
De Verlhooging van. hot tarief voor post
pakketten naar do Vereen igde Staten, welke
aanvankelijk op 1 April a.s. zou worden inge.
voerd, is uitgesteld tot 1 Juli a.s.
In aansluiting aan een vorig beridhit over de
groote rondvlucht over Nederland op 29 en 30
April a.s. wordt medegedeeld, dat de deel
nemende vliegtuigen op den tweedien d-ag op
hun tocht Over Zuid-Nederland, ook op het
vliegveld "West-Schouwen bij Haamistedte op
het eiland Schouwen-Duiveland zullen landen.
Daar zal voor passagiers van de vliegtuigen
der K. L. M. eveneens gelegenheid worden ge
boden den toclhit te beëindigen of, voorzoover
er plaats is, de reds naar Rotterdam of Am
sterdam mede te maken.
VERDRONKEN.
Eersten Paaschdag is de 17-jarige Siegelink
te Doetinchem bij het roeien in de Kappers-
kolk te water geraakt en verdronken.
Comité van actie te Utrecht.
Teneinde actie te voeren tegen den aanleg
van een pseudo Moerdijk-kanaal, heeft zich te
Utrecht een comité gevormd, bestaande uit
de heeren: mr. H. N. J. Bink, ir. G. Boschloo,
dr. B. H. de Jongh, mr. J. Milius, A. S. de
Muinck Keizer, F. E. Müller, jhr. O. A. W.
Repelaer van Driel, mr. G. P. van Tienhoven
en mr. R. J- H. U. van Zinnicq Bergmann. De
actie wordt gevoerd in kringen van handel en
industrie en wel in samenwerking met de
economische vereenigingen.
BATAVIA 29 Maart. (ANETA).
De regeering van Ned.-Indië heeft den
ambtenaar voor Chineesche zaken, den heer
De Kat Angelino, opdracht gegeven zich naar
Moekden te begeven, teneinde zich ter be
schikking te stellen van het Mandsjoerije-
oomité van den Volkenbond.
Toespraak van Z. H. Exc. Mgr. Diepen.
Hoezeer de hoogeerw. heer Mgr. C. C. Prinsen
pastoor van St. Jacoh, te 's Hertogenbosch oo-k
moge verlangd hebben, dat de viering van zijn
SOen verjaardag in stilte zou voorbijgaan, de
hoogst© kerkelijke overheid van het diocees zoo
wel als de parochianen zijn van een andere
meening geweest en hebben deze welkome ge
legenheid gaarne benut om van bun groote
vereering en hoogachting en tevens van huD
erkentelijkheid jegens den grijzen maar van
hart nog zoo jeugdigen Pastoor blijk te geven.
Na -de Hoogmis op Tweeden Paaschdag be
gon de huldiging met een zangere-aubade bin
nenshuis van het parochiale zangkoor. In de
ontvangstkamer stond een schat van bloemen.
Om 12 uur versohenen, met Z. H. Exc. Mgr.
A. F. Diepen, bisschop van den Bosch, de leden
van het hoogwaardig kapittel, de hoogeerw
heer Mgr. F. N. J. Hendrikx, Vicaris-Generaal
van het Bisdom, Mgr A. Hermus, directeur van
het Doofstommen-Instituut, Mgr. A. Sweens
president van het Groot Seminarie, dr. J. M. M.
Maas, deken van Eindhoven, Joh. L. Brekel-
mans, plebaan van de Kathedrale Basiliek van
St. Jan, de geestelijkheid en verschillende oud
kapelaans en andere priesters uit de parochie,
alsmede het kerkbestuur. Verder waren aan
wezig de heer Prinsen, oud-wethouder van
Aarle-Rixel, broeder van Mgr. Prinsen en de
kunstschilder Antoon van Welie.
Mgr. Diepen achtte zich gelukkig niet alleen
namens zich zelf doch ook uit naam van de
leden van het hoogwaardig kapittel, de kape
laans en oud-kapelaans van St. Jacob en de
seculiere priesters, uit de parochie afkomstig,
het woord te mogen voeren.
Mede namens het hoogwaardig kapittel, de
kapelaans en oud-kapelaans en de priesters af
komstig uit de parochie van St. Jacob bood Mgr.
hef door Antoon van Welie geschil-derde levene
groot portret van M-gr. Prinsen aan.
Mgr. Prinsen sprak een hartelijk dankwoord
tot den Bisschop en allen die aan dit kostbare
geschenk hebben bijgedragen. Mede richtte hij
zijn dank tot den schilder Antoon van Welie.
Daarna was het woord aan mr. P. H. Loeft
die de gevoelens van dankbaarheid der paro
chianen jegens pastoor Prinsen want dat
blijft toch zijn voornaamste titel vertolkte.
Namens hei, kerkbestuur en parochie wenschte
spreker hem geluk dat hij na zulk een reuzen
arbeid, die door Mgr. Diepen zoo terecht ge
roemd was, nog gezond van lichaam en geest
dien feestdag mocht vieren. Wetende dat dit
in dezen benarden -tijd niiet met de wensohen
van Mgr. Prinsen zou stroaken, had het kerk
bestuur gemeend aan de parochianen geen of
fer te mogen vragen voor een blijvend aanden-
ken, doch spontaan zijn de parochianen met
bijdragen gekomen, zoodat het kerkbestuur zoo
gelukkig was o<m voor het front der prachtige
kerk, hie tot in het verre nageslacht van den
noesten arbeid van Pastoor Prinsen zal spre-
kenen, een, misschien zelfs twee beelden te
kunnen aanbieden, waarvan spreker hoopte,
dat er één zal zijn van den patroon van den
pastoor, den H. Carolus, wiens voorbeeld hij
'zoo trouw hieett gevolgd. De parochie hoopt een
schitterender Wijk van haar aanhankelijkheid
te kunnen geven over een drietal jaren als Mgr.
Prinsen zijn 60-jarigen priesterarbeid, zijn. 50-
jarige werkzaamheid in de parochie en zijn
40-jarig pastoraat herdenkt.
Nadat Mgr. Prinsen een dankwoord had ge
sproken, kwamen velen hem persoonlijk ge-
lukweneclien.
's Hertogenbosch' Harmoniekorps en de Pa
tronaatsharmonie van St. Catihrien brachten
aubades, waarbij hartelijke toespraken gewis
seld werden.
Om 5 uur volgde nog een serenade van het
Koninklijk Muziekkorps (voorheen Goulmy en
Baar) waarbij M,gr. Prinsen gelegenheid vond
om het nog geluk te wenschen met de dezer
dagen opnieuw toegekende onderscheiding
„Koninklijk".
Het gemeentebestuur, burgemeester, wethou
ders en secretaris, kwam terzelfder tijd zijn
opwachting maken.
Hiermede eindigde de sohoone huldiging van
St. Jacobs' Pastoor, die getuigenis geeft van
de groote hoogaclitng en erkentelijkheid, die in
aLle kringen voor Mgr. Prinsen gevoeld wordt.
Bij zijn gouden arts-jubileum.
In het mooie Warmond, waar hij sedert
1922, aan de zijde van zijn nu 74-jarige echt-
genoote, een wglverdiend „otium" geniet,
herdenkt de heer J. H. van Bouwdijk Bas-
tiaanse beden den dag, waarop hij voor vijf
tig jaren tot arts bevorderd werd.
Een weinig-voorkomend jubilé, dat in rui
men kring ongetwij
feld belangstelling
zal wekken. Want
niet alleen de jubi
laris zelf is een ba
kende persoonlijk
heid door zijn rus-
teloozen arbeid in
het belang der
menschheid, maar
de geheele familie
van Bouwdijk Bas-
tiaanse is in den
vollen zin van het
woord een dokters
familie en daardoor
in groote kringen
gekend.
Ue jubilaris werd
Arts van Bouwdijk 7 Januari 1851 te
Bastiaanse. SoeBtfll geboren;'
zijn vader was daar
geneesheer. Na zijn lagere studies en het
gymnasium te Oldenzaal doorloopen te heb
ben, volgde hij de geneeskundige colleges te
Utrecht en Leiden. In 1882 vestigde hij zich
te Bemmel, waar hij gemeente-geneesheer
bleef tot 1901, terwijl hij tegelijk als waarne
mend officier van gezondheid op het fort
Westpannerden optrad. In 1901 werd hij ge
meente-geneesheer te Winssen (Ewijk) en
waarnemend arts van een drietal plaatsjes ia
*de omgeving. In 1922 vertrok hij na 40 jaren
harden arbeid in dienst van de lijdende
menschheid naar Warmond, om van een rus-
tigen levensavond te genieten, die hem volop
gegeven werd en nog vele Jaren geschonken
moge worden.
Twee zoons van den jubilaris zijn hun va
der en grootvader en vroegere geslachten in
het nobele familie-officium opgevolgd: de
vrouwenarts te Rotterdam en de zenuwarts te
's-Gravenhage. Een broer, inmiddels overle
den, was arts te Zoeterwoude en een schoon
zoon, dr. v. Winning, is vrouwenarts van de
Maria-stichting te Haarlem.
Den jubilaris „ad muitos annos".
Men meldt uit Rhodos d.d. 27 cleze^0 i
Het gezelschap Nederlanders, e
oogen'blik eem reis maakt door G-ri _*s
na een paar mooie dagen in -rfJVi 8
ben doorgebracht, op het eii^ aan"
gekomen. Het weer is schittere
28 dezer:
Men seint uit Cam» dM.
Het gezelschap Neder^n
het 8.S. „Patris II 'ie
gebracht aan de eiland Santorln en Naxos.
Ook een tentoonstelling in
Ned.-Indië,
Men meldt ons, dat Hare Majesteit de
Koningin roorniemems Is in het begin van het
TOlgeud jaar een beperkte verzameling van
haar schilderijen en teekening'em naar Neder.
landisch-I-ndlië te zenden, oim aldaar ten toon
gesteld te worden ten bate van een liefdadig
doel roor de bevolking van Nederlandsch-Indië,
Dit werk, waaraam Hare Majesteit reeds
Sedert enkele maanden begonnen is, (wordt
door H. M. speciaal voor dit doel vervaardigd
on kan daarom eerst begin 1933 verzonden
wonden. Het zal In verband met de eigen
aardige moeilijkheden op het, gebied van
transport en beschikbare expositie-ruimten
•uit aan loper'k.t aantail stukken bestaan, waair-
uverte «en rnrmmj maiooii •v,,,-!,,-,,,,. ntn&e
afmetingen aal zijn te vuffl-en.
Hun, die voor het ondenbrengen van deze
verzamel tag in aanmerking wenschen te
komen, ailsnrede allen, die op eenige andere
wijze willen medewerken tot het welslagen van
diit plan, wordt verzocht zicih in verbinding
te stellen met Hr. M». adjudant, kapitein van
den Genei-alen Staf van het Nederlandsch-
Indisclh leger C. O. van Resteren, Kon. Paleis
'is-Gravenihage (Het Loo).
BATAVIA, 29 Maart (ANETA).
Charlie Chaplin komt hier morgen aan en
aaj onmi'dide.lijk doorreizen naar Soerabaja
teneinde een trip naar Bali te maken. Ohairlie
zal tot li April in Ned.--Inid.ie venblijven.
VERVOlgjnG VAN DE TRIBUNE.
Het dagblad De Tribune zal, naar de „N. R,
d- meldt, vervolgd worden wegens het plaat
sen van een afbeelding van den Paus, de wa
pens voor den strijd in China zegenende, en
■wegens het opnemen van een afbeelding 'van
het Belgische koningspaar bij het bezoek aan
de jongste mijnramp in België, met het onder
schrift. Krokodillentranen schreiende.
PROF. DR. J. DE NIJS.
De bekende bacterioloog dr. Jozef de Nijs,
hoogleenaar aan de Leuvensche Al-ma Mater,
is Zondag in den ouderdom van 75 jaar over
leden.
vqy rtAAi^ het EnaeifjCH
VAM M. F. LEAM.
3).
U moet mijn kleine meid toch eens
.vóór U uit Brussel weg gaat.
DatzaJ ik heel graag doen. Welken dag
mag ik de eer hebben, U te bezoeken'
Nu had ik de gewoonte aangenomen Dins
dagmiddags thuis te blijven, om mijn kennis
een te ontvangen. Ik zou Lord Eustace dan
ook gevraagd hebben, om den volgenden Dins
dag te komen, als hij mij niet had meegedeeld
dat hij eerstdaags zou weggaan. Bovendien zou
hij May dan toch niet getroffen hebben, ik
zei hem dat.
Maar mag ik dan niet in Brussel blijven?
antwoordde hij met komisch gebaar.
O, natuurlijk, stamelde ik. Alleen, ik
dacht, ik meende,, dat u zei....
Dat ik op de doorreis was? Juist, dat
was ik ook, omdat ik tot dusver geen reden
had, om langer te blijven. Maar ik ben mijn
eigen baas, mrs. Power, en als U mij wilt toe
staan, U a.s. Dinsdag te bezoeken....
Miaar dan zult u May niet zien, onder
brak ik hem. Zij is op kostschool, en komt
alleen 's ZateTdags en 's Zondags thuis. En
U moet May zien.
Ik moet May zien, herhaalde Lord Eusta-
ce. Dat brengt dus mee, dot ik tot den vol
genden Zaterdag hier moet blijven. Dat is
eveninwel zoo vreeselijk niet, Mrs. Power,
vooral niet, als u mij wilt helpen, om dien
tueschentijd aangenaam door te bremgen. Rijdt
n schaatsen?
Het waa een van de weinige amusementen,
Waaraan ik meedeed, samen met May.
J» zeker, antwoordde JLk met graagte, en
mijne kleine meid ook. We waren vanmiddag
drie uur lang op den vijver van den Jardin
B-otanique. May had een Poolsch oostuum aan.
Daar ziet ze er zoo aardig miee uit!
Een Pootsch costuum! herhaalde Lord
Eustace.
ja, van donkerblauw laken, met bont er
op. Tusschen twee haakjes, ze had bijna een
ongeluk gehad, het lieve kimd. Ze werd on
dersteboven gereden door een paar jongens, en
zou in een wak zijn terechtgekomenals een
heen* aan den kant haar niet vastgegrepen
had. Ik ben er zóó van geschrokken! Ik zal
haar nooit meer een eind ver all-eern liaiten
rijden
Die heer was ik! riep Lord Eustace. "Wat
doet me dat een genoegen!
Was u het, die haar* redde?
Redden is het woord niet. Ik greep haar
bij haai* jurk, toen ze langs kwam. Ik was
aan den kant bezig met mijn schaatsen, toen
ik die jongens achter haar aan zag komen.
Dat was dus uw dochter! Wat een merk
waardig toeval!
0> boe kan ik u ooit genoeg dankbaar
rijn! riep ik uit. Ik probeerde den heer te
vinden, die haar gered had, maar May kon
i.em niet uitduiden. Wat kan ik doen om u
mijn dank te betuigen?
Niets Mrs. Power. Het was niet van het
mmste belang, wat ik deed. Maar ik kan me
e me sje herinneren. Het leek mij een heel
knap dong.
O ze is allerliefst, zei ik vol geestdrift.
I3.!6 «venbeeld vam haar vader. Ik heb
nu dubbel graag, dat u haar ziet, Lord Eusta-
ce. Zou u morgenmiddag kunnen komen9 We
hebben gewoonlijk 's-Zondags een paar rustige
uurtjes tussohen kerktijd in.
Dat zal ik bijzonder graag doem, ant
woordde Lord Eustace.
En Ik ging naar huis terug, vol dankbaar-
beid en lof jegens mijn nieuwen kennis.
Mijn kind zat nog op, en was bezig met
het verslinden van een roman.
O jou ondeugend© May! zei ik. Waarom
ben je niet twee uur geleden naar bed gegaan?
O, u ondeugende moedie! Waarom bent
u miet thuis gekomen op den tijd, dien u gezegd
hadtï
Ben ik later dan andere, lievëling?
Wel, het is één uur, mevrouw, en u bent
gewoonlijk om elf uur in bed. Was het hij de
Chestere zoo buitengewoon verrukkelijk, diat
u dem tijd vergat? Wie was er al zoo?
Toen begon ik een beschrijving te geven
van Lord Eustace, die samen met Hugh op
school geweest was, en zoo gewéldig veel be
lang stelde in zijn weduwe en dochter.
kn st«l 3e voor, lieveling, ging ik voort,
Lord Eustace is die mijnheer, die je vanmid
dag tegenhield, dat je niet ondeir h-et ijs kwaan.
O ja? zei May op teleurgestelden toon.
Maar, moedie, u zet, dat hij knaip was.
Dat is hij ook, antwoordde ilk, blozend.
Dan kan het niet dezelfde geweest zijn,
als die mij vandaag vastgreep. Die was heel
oud en donker.
Oud en donker, lieveling?
Ja, moedie, donker haar, donkere oogen,
en een baard, en even oud als.... o, even
oud als Mr. Chester.
Onzin, May, Lord Eustace is even oud
als je vader nu zon geweest zijn, 36 jaar. Dan
is een man in de kradht va-n zijn leven, lie-
veüiing.
Zoo moedie? Nu, ik vond hem oud. En
ik mocht hem ook niet graag.
Dat is erg ondankbaar, May.
O, ik ben natuurlijk blij, dat hij mij bij
tijds pakte. Maar u zei, dat liij knap was.
Komt u mee naar bed, moedie. Ik ben zoo
moe, zei ze gapend.
Den volgenden middag was Lord, Eustace
present. Ik keek naar hem, toen hij binnen
kwam, en kon nipt begrijpen, dat Majr een
afkeer van hem had. Hij was beslist heel
knap, en lenig en gespierd.
Lord Eustace groette mij, alsof hij een oud
vriend van de familie was. Ik had May met
zorg gekleed. Het blonde haar viel over haar
schouders, haar blauwe oogen straalden van
vroolijlkheid en levensvreugd, en haar wangen
waren zacht gekleurd. Zij zag er mooi uit, en
toen dk haar aan Lord Eustace voorstelde,
sloeg ik hem oplettend gade. Ik bemerkte met
trots, dat hij aangenaam verrast scheen te
zijn.
U hebt gelijk, zei hij tot mij. Ze lijkt
inderdaad sprekend op mijn ouden vrijend.
Zóó sprekend, dat.dat
Lord Eustace sprak den zin niet uit, maar
wendde zich af naar het venster, alsof het
zien van Hugh's kind te veel voor hom ge.
weest was.
Ik sloeg mijn oogen neer, en mijn lippen
beefden.
Hier is Hugh's portret, zei May kortaf
terwijl zij de foto vain den wand nam, ei)
Lord Eustace voorhield.
Zachtjes aan, kind, zei ik vermamend.
Ach, onzin moedie! Als hij ziich Hugh
zoo goed herinneren kan, aal hij het graag
zien.
En zonder meer duwde zij hem het portret
in zijn hamd.
Ik meen -ook een gelijkenis van karakter
in deze jongedame te ontdekken, zei Lord
Eustace een oogenhlik later. Hij glimlachte
maar ik geloof, dat die glimflaich ietwat ge>
dwongen was. Zij heeft iets van Hugh's on
stuimigheid en warmte, is 't niet, Mrs. Po-
wer?
Heel juist, Lord Eustace. Mijn kind is
soms wat heetgebakerd, maar daarom is ze
mij niet minder dierbaar. We zijn samen zóó
opgegroeid, dat we elkaar volkomen begrijpen
en opperbeste vriendjes zijn, niet waar, lieve
Ja moedie, zei May, met een uitdagenden
blik op' onzen nieuwen kennus en we willen
nooit andere vrienden hebben dan ons beidjes,
h.è?
Ik heb geen andter noodig, kind, ant
woordde ik, flauwtjes glimlachend.
Maar ik oop^ dat d-eze heilige bood toch
een kleine afwisseling toelaat, zei Lord Eusita-
oe, en dat u een rij van kennissen hebt, waar
in ook anderen m-ogen worden opgenomen.
O, natuurlijk begon ik....
Maar May viel mij in de rede-
Neen, die hebben we niet, red ze, bijna
ruw. Moediie en ik zijn volkomen gelukkig
met elkaar. We hebben geen buitenstaanders
noodiig, oina tusdhen ons te komen, is 't wel,
rooedie?
Kind! riep ik. Je begrijpt Lord Eustace
heelemaal verkeerd. Hij spreekt vam onze ken
nissen. Je bent zelf dol op Mr. en Mrs. Ches
ter en zooveel anderen. We zouden ons dik
wijls vervelen, als we ben niet hadlden.
O ja, hen bedoel ik ook niet, zei ze
scherp.
Lord Eustace scheen zfch met die opmer
kingen slechts te amuseeren.
Ik hoop. dat u mij te eenigertijd tot hen
zult rekenen z«i bij lachend, want ik zou het
jammer
vinden, als ik bij u ln ongella(ie bleef,
mies May-
O, zeg dat zóó niet, riep ik, geërgerd
over May s opti eden. Zij bedoelde niets met
die ondoordachte praat. Dat zou ook ondank
baar van haar wezen. May, je hebt Lord Eusta
ce nog niet eens bedankt, dat bij je gisteren
te rechtertijd te hulp la gekomcn.
O ik ben heim natuurlijk zeer verplicht
moediie.
Dat moet je ook zijn, lieveling. Je kon
andens wel verdronken zijn. Ik huiver, als
ik er aan denk.
Ik zou me zelf er w6] uitgeholpen heib-
-fet-h, ala i!k la dat wak gevallen waa^
Ik twijfel er niet aan, of u zou in dat
geval blijk hebben gegeven van den noodigen
moed, rniias May, zooals u dat wel in elk
ander geval zult doen, merkte Lord Eustace
op. En mag ik vragen, naar welke school u
gaat?
Door die vraag Voelde mijn kind zich diep
in haar waardigheid gekwetst. Veertien jaar
oud, en dan werd haar gevraagd, naar welke
sahj°'bl ze ging!
Ik ga naar geen enkele school, antwoord
de ze botweg. Ik woon de lessen bij in het
klooster hierover.
O zoo, neem me niet kwalijk. En wat
omvatten diie lessen?
Alles.
Dat is een ianigie lijst.
Dan moet u die zelf maar invullen.
May, lieveling? riep ik uit, want haar
brutaliteit hinderde mij. Tracht toch eens te
antwoorden als eten redelijk mensch.
Nu, moedie, u wilt tooh niet een op
somming van wat we een heele week doen,
is 't veel?
Ik wil dat je je gedraagt als een jonge
dame, kind.
Miss May is blijkbaar ndet in de stem
ming, vanmididag, om te praten, zei Lord
Eustace. Maar ik weet zeker, dat we binnen
kort de beste vrienden zullen zijn. Zij heeft
volkomen gelijk, als ze niet haar vertrouwen
schenkt, zoolang zie niet weet, of dat vertrou-
vcti gewettigd iis.
Hij bracht nu het gesprek op mijzelf, en
weldra waren wij verdiept in herinneringen
uit het verleden. Het sloeg zes uur, en do
klokken begonnen te luiden voor do Vespers.
Het is tijd voor de kerk, moedie! riep
May.
(Wondt varvolfid).