I „AI>EVEL ZAE HIJ STADHOUDER ZIJN." .J dood. ZATERDAG 9 APRIL 1932 BIJ WELKE FABEL. De mitslag. WILLEM III ALS PRIESTER MET SCHAAK EN LUMPQT Oplossing van den vorigen rebns (a) en van het letterraadsel (h). Van 'n fijn diner VOOR KNUTSELAARS. zwrge i 'n Vouwsel. DRIEMAAL IS SCHEEPS* RECHT. tv.l LETTERRAADSEL. WIE REDT HEN VAN DEN Nieuwe puzzle en der vorige. CCCCTTTTTCCTGCCTCTT CCTTTCTTCCT. 1 X C, 2 x T, 2 x C, 3 x T, 1 X C, 2 x T, 2 X C, 1 X T. HOE NOEM JE ZE ALLERLEI. ïtll i KLEURPLAAT. -ii-HI'i'lK* Do vèrste inzending kwam uit... Pau, de schoonste stad in de „Basses Pyrénées". waar het de helft van het jaar regent! Zij was van Wim V., die aldaar het college der Onbe vlekte Ontvangenis bezoekt, en in het Fransch omschreven... ,,'n gedichtje in het Neder- landsch" Bchrijft Wim „zou ik nog niet kunnen maken!" We drukken hier deze ver ste inzending af voor onze vriendjes, die Fransch leeren; nog meerderen (Elly de B. e.a.) hadden Fransch werk ingestuurd. POëSIE. La première fable s'adresse maltre corbeau; Get animal imbécile et sot Se laissa prendre sa proie par un renard, Etant toujours rusé et bavard. Cette legon nous apprend nous méfier. De ceux qui veulent nous flatter. La deuxième au loup trop gourmand Qui se pres sa, dit on, tellement Qu'il garda un os au fond du gosier, Quand une cigogne arriva pour ie délivrer. Elle demands un salaire comme il était de justice. „Votre salaire", dit le loup, ,,vous n'en aurez pas, Et me tombez pas sous ma paitte a un moment propice". Voilé, les paroles d'un ingrat. La troisiême est trés connue dans le monde, Un renard habitant de la machine ronde 1) Apergut des raisins sur un mur, „Peuh! Ms ne sont pas encore müre" Dlt-il, voyant qu'il n'y pouvait atteindre, Kous apprenant de ne pas sans nécessité se plaindre. Et la quatrième ce renard, qui se croyait rusé. En présentant la cigogne un plat d'oü elle ne pouvait rien tirer; Mais quelle ne fut pas sa colère, quand la cigogne, l'ayant invité, Dans un vase lui présenta une friandise qu'il ne pouvait attraper, Que la cigogne a été contente et amusée. De voir le trompeur, trompé. La cinquième presente le sot paysan Ayant une poule, qui pondait des oeufs d'o-r, La tua, espêrant trouver un trésor; Majs il se trompait lè-dedans Et au lieu de s'enrichir, il s'appaumtrit, Comme tous ceux qui foot car"®® lui- WIM V, Pau (B-P.) 28 Mars 1932' 1) „La machine ronde" voor ,,de wereld", daarom zoo aardig bedacht, omdat Lafontaine dit in een andere „fable" door iemand laat verzuchten. Zéér talrijk waren de oplossingen uit ons eigen landje. Wim uit Nijmegen, is óók aan 't dichten geslagen, lees maar: DE VOS EN DE DRUIVEN, Heintje, die veel houdt van smullen, Zou zijn huikje gaarne vullen. Met de druiven, groot en rond, Die hij op zijn rooftocht vond. Maar, hoe hij zich ook bewoog, De druiven hingen veel te hoog. Hij kon er wèl naar kijken. Maar helaas! Ze niet bereiken, Daarom ging hij verwaand voorbij, En zei: „Zoo'n zure druif is niets voor mij". ►k Zou makkelijk vier kolom met de inzen dingen kunnen vullen, doch ik laat het bij deze twee. 'n Kameraad uit Arnhem vond 't stel wat moeilijk en vraagt om iets eenvoudiger werk. Hij doet dat op zóó'n ronde wijze, dat wij gaarne aan zün verzoek gevolg hebben ge geven, en zullen, geven. Kareltje is, tenslotte aan 't loten gesla gen. 'k Had 'm als helper al dóórgedaan, om dat hij na de paascüvacantie naar de am bachtsschool is gegaan en hij zich nu 'n reuze piet vindt, die zich eigenlijk niet meer tot as sistent kan verlagen. Gelukkig kwam hij toch nog aanzeilen en trok als de gelukkige; m. v. d. W„ Rauwenhofplein 21, Rotterdam. Kn>i(P elf stukken, die den vorm van A heb ban, 7 van B, 4 van C, 1 van D, 2 van E, TB/n H. Zoo toekom je33 stukjes, precies Leg daarvan den naam van Iemand, dien we met eertoded herdenken-. Het heeft lang geduurd vóór de mensehen er in slaagden de lucht te veroveren met lucht ballons en vliegmachines. Mag men de ou e fabeldichters gelooven, dan heeft men ie éérst met vleugels geprobeerd Daidaios en zijn zoon Ikèros immers waren in het doolhof opgesloten wegens een mis- diijf toen heeft de kunstrijke man voor zich en zijn jongen sterke vleugels vervaardigd uit veêren, door was aan elkaar gehecht van deze vlerken voorzien stegen zijnadat de vader met teedere zorg zijn teerbeminden zoon menigen wenk gegeven had, hóé en naar wel ken kant htj vïiegen moest, uit hun gevangenis de lucht in, de zee over. Doch de eigenwijze boy, de lessen zijns vaders spoedig vergetend, vloog in zijn jeugdigen overmoed te hoog, na derde te dicht de schroeiende zon, het was van zijn vleugels smolt en hij kwam terecht in dèt gedeelte der Middellandsehe of oude Wereld zee, wat nu nóg, naar hem, de Ikarlsche Zee genoemd wordt. De dichter zegt van hem Om zijn vriendschap dongen wilde dieren, Vogels streken aan zijn voet van ver, Even vrij verlangde hij te zwieren, Vleugelings zwevend onder zon en ster, I Vluchtend is hij overnacht verdwenen, In den morgen heeft men hem gezien, Stijgend, stralend op een top verschenen, Edeler en tro-tscher dan voordien. Hier was dus het gevaar van de zon, waar mede ónze luchtvaarder» niet te rekenen heb ben. Zij hebben heusch aan mist en regen en wind al de handen vol. Doch bestaat er óók 'n gevaar uit de dierenwereld Als je Jules Verne gelezen hebt, dan wéét je, dat meerdere roofvogels 'n ballon aanvielen* maar dat Is natuurlijk 'n verhaaltje wèl hebben de kran ten ons verteld, dat condors de arenden uit Amerika, 'n ballon aanvielen, waarin zich twee hooge, Mexicaansche officieren bevonden, die door revolverkogels hun vijanden op 'n afstand moesten houden één vogel werd 'gedood. Nu meenen de meesten, dat de roofvogels met hun snavel aanvallen, maar iedere vogel vanger weet te berichten, dat dèt 'n praatje is! Die snavel is daartoe te klein en te machte loos nee, ze gebruiken hij voorkeur hun scherpe klauwen,, behalve de gieren, die meer heil van hun snavel verwachten, 'n Sperwer jaagt zijn prooi met z'n messenscherpe nagels, niet met den snavel en zou, 'n mensch aanval lend, met die nagels naar de oogen slaan of hef gezicht. Omdat men spreeuwen en musschen en duiven hij hun twisten heftig met den kop ziet hakken meent men, dat de roofvogels dat óók doen, doch men is er glad naast. Ge steld nu eens, dat 'n arend zich van boven af op 'n ballon-omhulsel zou storten, dan heeft hij nóg geen kans, want die stof is als elastiek, geeft mee en biedt den nagels géén steun om dóór te k'lau wen. Gieren zijn lastiger. Die stuurt de ballon- vaarder niet met 'n kluitje in 't rietDat zijn de mond-helden onder de roofvogelsZij ja gen geen levende vogels, maar voeden zich met lijken, doode kameélen, doodle ezels, ook wel menschen, zooals in „de torens van het zwijgen" der Parsenf die hun overledenen door gieren laten verslinden, zooals 'k al wel eens verteld heb. De gieren worden dan ook wel de hyena's onder de vogels genoemd immers de hyena voedt zich óók met cadavers. Om nu de huid, van hun prooi te doorboren, behoeven deze lijkschenners 'n scheermes-scherpen sna vel en aan scherpe klauwen hebben zij niets. Hun klauwen zijn dan ook bij lange na niet zooals die van den arend b.v., doch zij ver richten ook 'n heel anderen dienst. Het is moeilijk te gelooven, dat gieren, die zoo goed als géén dieren aanvallen, zich nu plotseling op 'n ballon zonden storten. Déden zij het, dan zou deze onherroepelijk lek worden. Rei gers, ooievaars, papegaaien zijn óók in staat een zijden omhulsel te doorboren, maar zij houden zich in <len regel netjes, terwijl pape gaaien niet in die liooge kringen verkeeren Anders wordt het, wanneer de luchtreizigers de broedplaatsen van condors of zoo zouden passeeren. Dan zou het er slecht voor hen uitzien. De broedende wijfjes zijn. lang niet voor de poes en storten zich onder merg-ver- starrend geschreeuw op alles, wat haar nesten durft naderen. Het ls dan zaak zoo spoedig mogelijk een ander plekje onder de wol-ken op te zoeken als dat gaatwant anders zou het getal der Icarus-vliegers wel weer eens met enkelen vermeerderd worden Summa summérum, oftewel gevolgtrekking stap gerust in liet rieten mandje onder de ballon, wees niet bang voor gevederde aan vallers, doch mijd de broedplaatsen van de machtigen, die we overigens in ons lage landje niet rijk zijn t A. Nileiman-di is te jong om een goeden invloed o(p anderen, te hébben. Tracht elkaar te hielden en te steunen dn den strijd tegen al •wat e(lecht ds. B. Beloken Paechem. L to; 2. -ver; 3. Ale; 4. kroos; 5. maaksel; 6. gebeden7. behangers8. geknuppeld; 9. toetdaard; 10. Ibiaiaisijeia; 11. caicao; 12. Oho!; 12. -bes; 14. N. Tja, zoo gro-'clitd© het kleine prinsje op tot het jaar 1672, jurist ja, het ramp-jaar uit de Vaidieirtandscibe Geschiedenis, toen er oip een maal 'n kéêr in zijn lavein kwam 'k Ga hier die toe-keimde ge-beiuirbenii-sisie® niet weer na, alleen roep 'k nog eens in je geheugen terug, dat wij ihiet' met Frankrijk, Engelland, Munster en Keralem tegelijk aan den stok gekregen, een stel vijanden, waa.r mi-et mie-e te spotten v-iel Br waren gelukkig noig flinke kerels genoeg im ons landje, dliie niet zoo maar dadelijk van hun stuk raakten Jan de "VVitt, Kees Tromp, -die R-uyter, Kees de Watt, allemaal menschen, die er wezen mochten Weet je nog, hoe Kee-s -die Watt dle-n slag tegen die Engelseh-en in de touiurt van Solebay meemaakte Hij zat op de Ruyter's schi-p, vóór de boivanlhiut, iin een giroen ftaweeilen armstoel, op een krassen, ver sierd met het wapen van den Staat, terwijl ■de kogels hem zoo om -de oore-n floten Gaif-ie iiuiks om Verkoos geen -póót van z'n stoel te verzetten- Willem III als stadhouder. Rondomf hem stand eetm wacht van helle baardier®, uitgedost la de livrei van Holland, Toode rokken met gele voering, diie daardoor nogal erg Sn de gaten Hepen hij dien vijand, dat spreektDrie ya/n deze airmesoldaten werden door één kegel gedood, 'n paar anderen doodelijfc gewond, van een zesde wenden de toeienen weggleniomeinalleen, Co-melis de Wli-tt toleef doodbedaard zitten en toeval met de grootste kalmte de do-ode® over lboord. te zetten-...™ hard ais stéén -waren die Gaudeu- Eeiuwstoh© toestuur-diers iDe toieisch-op van Munster, OhristofBfél Ton Galen, was wiel de lèètste bisschop, die de wapenen gevoerd heeftDaarvoor was hij dan ook afkomstig -uit een WestfaaJlsiche adellijk geslacht, dat zat hem -in toet -bloed* de wapen handel 'm Beste bisschop hoor, voor zijn -bisdom. Wat -hij al niet -gedaan heeft om.de mlenisohen braver te maken en de kinderen goed te laten onderwijzen, dat -vailt -niet zoo-maar een, twee, drie te toeschrijvenAllerlei paters verzocht hij om In het -bisdom Munster te komen wer ken, en dat deden zij graag. Als wereldlijke vorst streed hij tegen d© -stadt Munster* idle hem niet ibimuen wou laten, tegen om® land. en telgen Zweden Ja, hij was miu ee-nmaai vorst- bisschop van Mu-nlster en voe-rde het zwaard néést den -kromstafIn omze gesehliieidien'is- boekjes wordt nog ott eems den draak gestoken met dezen vijand van 1672 en 'm raar portret van hem geteekend; inbusschan: geheel onver diend. Temidden van al die narigheid werd Willem van Oranje en Nassau -in dam. nacht van 3 -op 4 Juli stadhouder van Holland, tevenskapi tein en admiraal (1672) In Dordrecht hadden de menschen dat ai éérder willen hebben (29 Juni), maar Cornells de Wiitt, die da-ar miedK de lakens uitdeelde, wou er niets vara weten Ze brachten hem 'n st-uk, om met zijn naam te onderteekenen, terwijl hij z-ie-k te -bed log: in dat stuik stond, dat W-ittilieim stadhouder zou wonden, de W-itt wou niet. Vergeefs MieM-en z-ij-n ihiud&genooteni hem voor, dat g-ewapen-dein burger® de woning om ringden en hem m-et den dood dreigden, ais hij -het niet -deed. „Er zijn mij in den laatsten zeeslag zóóveel k-ogeils over 't hoofd gevlogen, dat ik er géén meer vrees", üuliidde het trotsiohe antwoord. ÊMdeMjk gaf hij toe aam 't smeeken -zijner v-rouw en kinderen en teeke-nde, met bijvoeging van de twee Hatters V. C. (vi coactu-s: Idool- geweld gedwongen-!). Dit maakt© d-e -heel© oodérteekeniing weer va® nul en geene-r waard© en de woédende burgers wanen niet tevreden,, vóór de Witt er de pen had doorgehaald Stadhouder Willem Hl wieirfd evenleens te Rotterdam uitgeroepen en al sipoediilg lira een heeletooei ander© steden-. Er wend ©an reuze- feest gegeven. Alia priinss-alijk© toedienden kregen een nieuw -pakje „wam schoon toto-a® Laken* kostelijk en rijkelijk mat Silver -geboord." De gewon© vergaderzaal van de Staten wam Hollltonid werd Ingericht tot feestzaal Tot vier uiuir in den. morgen duurde d-e pret ,,-ale wan- nieieir haar E-d. Groot Mogen-den zeer wél vol daan zijn gescheijden Wat 'n wonder Voor idleiaen -maaitijd „ddle eer een Konlingilijk© als Prinicelijke - gelijk lis geveest, tot wenwonde- rimigihe vtam alle Menschen" waren, noadiig ge weest: 300 oude duiven, 300 jonge, 300 jonge kippetjes, 500 kuikens, 500 -patrijzen-, 168 fazan ten, 60 hazen, 100 konijnen, 800 leeuweriken 16 schapen-, 32 heel© jonge biggetjes, 30 wiild'e zwijnen, 40 lammetjes, 16 kalverem, 500 -pond confituren, 600 peren, 300 appels van de een®, 900 van de an-dere soort, 200 kleine 20 middelmatige en 34 groot© pasteien Ou nog maar niets te zeggen van, de siooten wijn, die werden- vérzwollgffl®. Onze voorvaderen kon-d-en stevig tafelem, kijk maar eens naar die stoere ©teira oip den schuttersmaaltijd van v. d. HelstVóór de -zaal laig -die bevroren, vijver en op h-et ijs werd voor -de Hage-naairs, die n-iet mee mochten fui ven of -naar d-e schoon© tal-ei-mu-ziek luisteren, v uurwerk afge-stoken, zelfs in de opengehakte bijten torand-den vuiu-ribalilons, tot vea-wondering van alle -belangstellenden Enkel© wieken later wenden Ja® en Corn, de W-itt door Haags-ohe b-uirgea-B op ec-hamidelijke wijze vermoor-d. D-at kon Zijn Hoogheid niet lielipen, maar liij lia-d de-n moordeuaara géén jaargeld van 400.— en 600.— hoeven te gevén en hij had het begane kwaad m-oeten sbrafiien, al was d-it da.n 00-k u-it lief-d© vooa zijn persoon en zijn Hud-s ges-chaed. Hen-da'ik Vémhoeff „de Haagse Silve-rsmit", die dten heelen dia,g on/besiohaamd voor het pla-n o-m de gt6lbroeic.fc.ils te tveamiooadén was u-itigelk-omen, had men zéker moeten vonnissen, i-mpiaats van -lre-m „Seshon-dert gu-ld-ans jaerlij-ks" toe te stoppen 1 Het' is niet te prijzen -in den Prins, -dat -hij dit heeft gedaan» W-iilem Tichelaar, een van de grootste schurken, noemde hij zelf ,,'n ihonldsivot", dliie® tn-en 't beste met een achop tegen z'-n zitvlak kon, laten loo-pe-n Maar nog i.n 1699 toeraride deae onverlaat zijn pensioen Goed te praten valt dit niet; d-r. J. Witlox, prof. Kerarkaimip aan-hailein-d, heeft g-eacibireveu: „Het -is te ihopein, dat de geschiedschrijvers auilk ee® hoog© opvatting -van de eer© der Oranjes zullen hebben, .dat zij oOk aan een Oranije ide-n eiscih auillen toliijven stellen, dat -hij ,,-diie eere ongereipt houjde." („De Maasbode", FPbr. 1931). Koning van. Engeland wend Willem III ten- riotte. Hij -heeft -heel weel gestreden tegen Lodewljk XIV van Frankrijk, éénmaal zelfs slag geleverd, terwijl hij zeker wieten kon, dat te Nijmegen, de v-red-e was geteekend. Lang izaimerhaind -begon zijn zwakke gezonlöihead heau te toegeven,. -Hij raadpleegde d© knapste dok ters van Engeland en Holla-nid en sobreetf hun o-ndèr een vailschan, naam over allerlei zi-ekte- versohijnselen, die hij ibij ai-dhizelf merkte. Ook aa® dien -beroemden Guy Fagon, .^raniiier m-é- deoiin de Louis XIV", éérste geneesheer van Lodewijk XIV Hij dacht natuurlijk, dat d-e doktoren hem ida® eerlijker en zonder er' doek jes oim te wiimde-n -zoud-ein schrij ven wat er aan scheelde, Aain Fagon steüde hij zich voor ais een -pamochieHgeesteliijke ID© gKIl-eleird© FWamsdhman antwoordde, d-at der-geOJjke kwalen maar één ibe-teekenis konden (hebben en dat hij nog maar één neicapt voor den armen, priester wist te schrijven: „maak ra gjerleed om. t© et-ervle®Hooifidipijfciiein en koortsen kiwelde® -de® koning-,stadtoouder vooirt- dtu-nem-d, maar tóch r-eed hij nog ter jacht. Den 20-en Februari 1702 gebeurd© 't, dat zijn lieve lingspaard Some! to ©en mrisihoop trapte en struikelde. Da' koning kwam te vallen en -brak zij® sleratelhleen. Het werd geziet en d-e vonst gling d® een koets naar zij® kasteel terug. Door hiet botsen op d© ruw© wfegen, h-rak het toeen wéér. Het zou nliets Ibeteekend hetoben, wanneer die lijder ©en- krachtig gastel had ga- had, maar dèt had dokter Fagon weil anders verteld Stukke® telekenlem kon hij mi-et mieier, ae maak-ten 'm stempei voor hem. gereed om de iperkamenten alidtus te toek-raidhtigeinL 1 V v l ALLE VOGELS VLIEGEN Ja, nu gaan we eens een vouwsel probeeren voor' een kleiner broertje of zusje, een vogel, die echt vliegen kan. Neem een vierkant stuk papier, 16 bij 16 c.M. en vo-uw daarin middellijnen en diago nalen (I) diagonalen zijn die twee schuine strepen. We leggen de zijden van het vierkant lang-s die diagonalen (II). s Figuur III duidt aan het lijnenspel, dat ontstaat wanneer we zoo -de zijde® 8 maal langs de diagonaal leggen, elke zijde 2 maal naar links en rechts. De vier kruispunten zijn door ons gemerkt. Daarom komen de 4 hoekpunten (IV) waardoor ontstaat het vierkant op de punt' (V). Nu maken we een Egyptisch konings graf een py-ra-mide, met dit vierkant als grondvlak. Daartoe trekken we de 4 punten omhoog, terwijl we gelijktijdig de zijden in drukken (VI) We openen -hert graf een beetje en drukken een pyrami-de-zijde op in in VII voorgestelde wijze naar -binnen. Hierbij moet je er om denken, dat de bodem met zijn mid delpunt naar buiten komt en in een punt -uit loopt. Hetzelfde gebeurt met de tegenoverlig gende zijde. Figuur VIII maakt de geheele geschiedenis wel duidelijk. Nu nemen we de buiten-slip en toui'gen hem naar onderen (IX), waardoor X te voorschijn komt. We openen het vouwsel en trekken -beide bovenslippen naar om-laag (XI). Den nieuwen vorm -geeft XII te tem We trek ken de rechter en1 linker -binnenst© slippen op de wijze van XIII, De slippen stellen hals en staart van den vogel voor, de bals iets meer rechtop dan de staart. De stippellijnen in XIII en XIV geven aan hoe de vlerken naar beneden gevouwen wordena Op den vleugel is -de lijn reeds in een vouw aangegeven, wan neer we aan d-en hals n-u nog de kop vouwen, is onze vogel klaar; we openen den hals, druk ken den kop in -het midden door en vouwen den gnave/l schfeT-p in. Buig nu de wieken horizontaal; houd met één hand het borststuk vast en trek met de andere voorzichtig aan de pnnt van den staart, de vleu-gele zetten ziöh ln beweging en de 1 vogel vliegt. De grootste president, dien de Vereenigde Staten ooit gehad hebben, is wel Abraham Lincoln (spreek uit Lin-k'n) geweest Gods. dienstig en nuchter, was hij buitengewoon eerlijk, ze noemden hem „honest Abe", zooveel als: „eerlijke Bram". Wat hij zich eenmaal ten goede voorgenomen had, zette hij door ondanks alle tegenkanting, 't Vechten leerae hij tegen de Indianen in het Verre Westen en bouwde er zelf een blokhut, waarin zijn familie leefde. Hij was een groot vijand van de slavernij (denk aan „De Negerhut" van H. Beecher Stowe), maar de Zuidelijke Staten beweerden de slaven in hun warme klimaat niet te kun nen missen. In 1860 nu werd Lincoln tot pre sident gekozen. De Zuidelijke Staten wilden hem niet gehoor zamen en kozen Jefferson Davis als hun pre sident; er kwam een oorlog met het Noorden, n heel bloedige oorlog, die door Lincoln met zijn generaals Grant en Sherman tegen den Zuidelijken veldheer Robert Lee werd gewon nen, waarna de slavernij werd afgeschaft. Vlak na het einde van dien oorlog secèssie (arscheidings)-oorlog werd Lincoln 14 April 1865 door een vóórstander der slavernij den tooneelspeler Wilkes Boothl, in het Ford's theater te Washington doodgeschoten. Zijn zoon, Robert Lincoln, kwam 's avonds laat op het paleis te Washington, „het Witte Huis", aan en vernam er, dat zijn vader, de president, naar het theater was gegaan. Juist toen hij daar aankwam, werd de stervende naar buiten gedragen.... Onder president James Garfield was deze Robert Lincoln minister van oorlog. Op zekeren dag zou hij met den president een reis naar New Jersey ondernemen, maar werd daarin plotseling verhinderd. Hij snelde nu naar het station om dit aan Garfield mede te deelen. Juist toen hij het gebouw bereikte, knalde het schot van den moordenaar Guiteau, dat den president velde (2 Juli 1S81). Onaer president Mac-Kinley geviel het, dat en Robert Lincoln en het hoofd-van-staat werden uitgenoodigd om de groot- tentoon stelling te Buffalo te komen bezichtigen. Juist had Lincoln het terrein der expositie betreden, toen de anarchist Czolgodz zijn doo- delijk schot op Mac-Kinley loste, waaraan deze enkele dagen later (14 September 1901) over. leed. Driemaal had Robert Lincoln een presi- dents-moord bijgewoond. Het geheel bestaat uit twaalf letters en is een plaatsje „aan 't kleine rivierke" in Gel- derland. X X X X X X X X X X X X 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 Maria Stuart, gemalin van II illem III, „Gij Weet, dat lik -den dood, nooit gevaiéesd iheb, en dat er tijden geweest zijn, waarin ik naai- (hem verfamlgde, irnaar zo-u dik gaarne nog wtot willen blijven" sprak d© zieke t-ot zij® omiglevlng. En tot d© dokters „Ik weet -dat jullie voor me geldaa® toetot èl wat toehen- dlilglveid en gefl-elendihleiid vermodhten, m-aair het geval gaat uw -kiraahte® te -boven; ik schik mij lerini 1N|U en da® siohee® het, of hij Ibaid. -Hij ontving toet avondmaal, zooals dat in die p-roteistants-cihe kerk van Engeland gietor-u"-- kelij-k lis, en nam afs«hei-d -van zijn -vrienden. Zij® lèètste viraag was maair -graaf Benttmeik, de® vrie®|d -zijner jeugd. Deze naderde het -beid, boog ri-cli voorover en legde zij® oor tegen d-e -lippen -vara id-an stervende, diie bewo gen; toet wanen die -fiiiuisteringe® van d-e ©erawiiigiheiiid. De -kon-ing legde Bentd-nck's Ihanid tegen zijn toa-rt; toet wa-s t-ussObeni zevei® en acht -in den pah-bend van 19 Maart 1702. Hij sloot die oogen en vocht o-m adem. -De aamwteizige prelaten knllel'd-en en Bileven d© gelbede-n der stervende® aan. Toen zij eimdlig- .dlan* was die laatste nechtsbra-etecih© maninie- lijlke -naikomeltog -uit -het 'Huis va® Oiranje- Nassaiu dood. 'n Zwartzijden strook lint op zijn ibors-t Ibotrg een gouden ring en een Vlokje hiaiair, teejdlene toieiriininiealeg-en aam zij® overle den gemalin M-ar-ia, diie zijn -moed-liij,kiste, tevens zij® schoonst© jaren had geldleel-d. De -vijanden -va® -den koning zouidem voortaam nog tong een dronk wij-den aan de® im-pd, „dien kleine® heer dm zwart fluweel, d-ie zoo gróóte dlien-ste® iha|d toewnezie® aa® de goledie zaak „Het Hdllandisidhe nageslacht" re-gt dBarentegem Joh. Been „vereert hepn nog altijd riet eenst en het imeiest als die kraicihtvöl- tte persoonlijkheid, diie -met Gods touilp ons wad-onland van die® ondergang to-eeft gered We diuilden een Turk aan met T en een Christen m©t C. iDe opstelling toehoort dan als -vo-lgt te ge schieden, wilton'al-Ie Christenen gereid wonden: Tellend van 1 tot 9, doorbellend na dte laatste T -en de dtoongestreepte overslaand, zal telkens een T-urk luiitvalie® en over lboord moeten. iDe Christenen schieten over. Je moet maar op de gedaöbte kam-e®Onthoud dus 4 X C. 5 X T, 2 X C, 1 x T. 3 X C, 1 X T, 'n Andere, soortgelijk© puizzle 6s deze; zij laat méér d-en één oplossing toe In de gevangenis zitten 15 gevangenen, dó© élke® dag „gelucht" wouden gedurende een kléin h-alif uurtje, en wel dm vijf rijen -drieën. -De directie heeft deze menschen zóó inge deeld, dat op eiken dfeg dér zeven dagen in d-e week elk© geetrefte* sliechts éénmaal naast colle,ga loopt; ®o. 2 loopt dras b.v. Maandag maast no. 1, en dan -die hteele week niet meer. De -directie heeft dit zoo ingesteld, om het plannen maken tot onit>vlluic.htem tegen te gaan. Hoe moeten nu de veroordeelden loepen dag voor dlag 10. 11. 12. Verkorting voor „grein" of „wichtje". is teer! Onbepaald voornaamw.; leder. Het grondvlak, de onderkant. Geestelijken, heiast met het toezicht over een aantal parochies. Voorzitters van het dijksbestuur, van het polderbestuur. Slaperig, onnoozel, afgetrokken. Het geluid van hennen, die een ei gelegd hebben. Leuning van een brug; rechtbank. Afkorting voor „psalm". Om mee te snijden. Noorden. HET OUDE POMPEJI, verwoest door stee- nen en aech uit den Vesuvius in 79 v. Chr„ -wordt al verder opgegravenuit zijn graf. Er komen slaapkamers te voorschijn in deftige villa's, die thans door de gezondheids-com missie zéker zouden worden afgekeurd, want zónder licht e-n zónder lucht! Pompeji was 'n industrie-stad van 'n 20.000 inwoners, haar wijnen en fruit waren zeer gezocht, de kool, die er groeide, werd graag gegeten, in heel Italië waren ze dol op 'n soort Pom-pej-ische saus, die van gezouten visch werd gemaakt J, DE NOORDPOOL met 'n onderzeeër te be reiken, komt prof. dr. Samoilovi-tdh, directeur van het Russische Instituut -tot ontdekking der Noordpool, een onmogelijkheid voor. Jam mer voor de „Nautilus" en zijn commandant Wilkins! De boot zal niet tijdig ijsvrij water vinden om óp te duiken, zal tegen ijsbergen aanvaren, die 20—70 M. diep in het water steken, het roer zal onklaar raken en de stook voorraad ontoereikend blijken. „Men moet met groote bezorgdheid dit gewaagde en hopelooze avontuur gadeslaan", meent deze geleerde. Alleen 'n machtige ijsbreker kan, volgens hem, daarginder wat uitrichten. De tijd zal 't leeeen. ilfli ti Kies wooldjlke, hel,dare timtan. G-roöter nage tekend,, gekleumd, en apgeptokt, wordt het 'n leuk scliiiliderijtje, voor d® de ktodeirtemer. Wlat -voor landtslrali rij® dilt en ln welk veel- toestprotoein kedzemrijik kun je -ze zoo rien, Er kamén er nu mog dirfte* waarna ik de oplossingen ve-nwtacht aan mijn aldres. On-der de goed© oplossHnfe©® wordt weer een mooi hoek verioot.

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Nieuwe Schiedamsche Courant | 1932 | | pagina 7