I
„AI>EVEL ZAE HIJ
STADHOUDER ZIJN."
.J
dood.
ZATERDAG 9 APRIL 1932
BIJ WELKE FABEL.
De mitslag.
WILLEM III ALS PRIESTER
MET SCHAAK EN LUMPQT
Oplossing van den vorigen
rebns (a) en van het
letterraadsel (h).
Van 'n fijn diner
VOOR KNUTSELAARS.
zwrge
i
'n Vouwsel.
DRIEMAAL IS SCHEEPS*
RECHT.
tv.l
LETTERRAADSEL.
WIE REDT HEN VAN DEN
Nieuwe puzzle en
der vorige.
CCCCTTTTTCCTGCCTCTT
CCTTTCTTCCT.
1 X C, 2 x T, 2 x C, 3 x T, 1 X C, 2 x T,
2 X C, 1 X T.
HOE NOEM JE ZE
ALLERLEI.
ïtll i
KLEURPLAAT.
-ii-HI'i'lK*
Do vèrste inzending kwam uit... Pau, de
schoonste stad in de „Basses Pyrénées". waar
het de helft van het jaar regent! Zij was
van Wim V., die aldaar het college der Onbe
vlekte Ontvangenis bezoekt, en in het Fransch
omschreven... ,,'n gedichtje in het Neder-
landsch" Bchrijft Wim „zou ik nog niet
kunnen maken!" We drukken hier deze ver
ste inzending af voor onze vriendjes, die
Fransch leeren; nog meerderen (Elly de B.
e.a.) hadden Fransch werk ingestuurd.
POëSIE.
La première fable s'adresse maltre corbeau;
Get animal imbécile et sot
Se laissa prendre sa proie par un renard,
Etant toujours rusé et bavard.
Cette legon nous apprend nous méfier.
De ceux qui veulent nous flatter.
La deuxième au loup trop gourmand
Qui se pres sa, dit on, tellement
Qu'il garda un os au fond du gosier,
Quand une cigogne arriva pour ie délivrer.
Elle demands un salaire comme il était de
justice.
„Votre salaire", dit le loup, ,,vous n'en aurez
pas,
Et me tombez pas sous ma paitte a un moment
propice".
Voilé, les paroles d'un ingrat.
La troisiême est trés connue dans le monde,
Un renard habitant de la machine ronde 1)
Apergut des raisins sur un mur,
„Peuh! Ms ne sont pas encore müre"
Dlt-il, voyant qu'il n'y pouvait atteindre,
Kous apprenant de ne pas sans nécessité se
plaindre.
Et la quatrième ce renard, qui se croyait rusé.
En présentant la cigogne un plat d'oü elle
ne pouvait rien tirer;
Mais quelle ne fut pas sa colère, quand la
cigogne, l'ayant invité,
Dans un vase lui présenta une friandise qu'il
ne pouvait attraper,
Que la cigogne a été contente et amusée.
De voir le trompeur, trompé.
La cinquième presente le sot paysan
Ayant une poule, qui pondait des oeufs d'o-r,
La tua, espêrant trouver un trésor;
Majs il se trompait lè-dedans
Et au lieu de s'enrichir, il s'appaumtrit,
Comme tous ceux qui foot car"®® lui-
WIM V, Pau (B-P.) 28 Mars 1932'
1) „La machine ronde" voor ,,de wereld",
daarom zoo aardig bedacht, omdat Lafontaine
dit in een andere „fable" door iemand laat
verzuchten.
Zéér talrijk waren de oplossingen uit ons
eigen landje. Wim uit Nijmegen, is óók aan 't
dichten geslagen, lees maar:
DE VOS EN DE DRUIVEN,
Heintje, die veel houdt van smullen,
Zou zijn huikje gaarne vullen.
Met de druiven, groot en rond,
Die hij op zijn rooftocht vond.
Maar, hoe hij zich ook bewoog,
De druiven hingen veel te hoog.
Hij kon er wèl naar kijken.
Maar helaas! Ze niet bereiken,
Daarom ging hij verwaand voorbij,
En zei: „Zoo'n zure druif is niets voor mij".
►k Zou makkelijk vier kolom met de inzen
dingen kunnen vullen, doch ik laat het bij deze
twee. 'n Kameraad uit Arnhem vond 't stel
wat moeilijk en vraagt om iets eenvoudiger
werk. Hij doet dat op zóó'n ronde wijze, dat
wij gaarne aan zün verzoek gevolg hebben ge
geven, en zullen, geven.
Kareltje is, tenslotte aan 't loten gesla
gen. 'k Had 'm als helper al dóórgedaan, om
dat hij na de paascüvacantie naar de am
bachtsschool is gegaan en hij zich nu 'n reuze
piet vindt, die zich eigenlijk niet meer tot as
sistent kan verlagen. Gelukkig kwam hij toch
nog aanzeilen en trok als de gelukkige; m. v.
d. W„ Rauwenhofplein 21, Rotterdam.
Kn>i(P elf stukken, die den vorm van A heb
ban, 7 van B, 4 van C, 1 van D, 2 van E,
TB/n H.
Zoo toekom je33 stukjes, precies Leg
daarvan den naam van Iemand, dien we met
eertoded herdenken-.
Het heeft lang geduurd vóór de mensehen
er in slaagden de lucht te veroveren met lucht
ballons en vliegmachines. Mag men de ou e
fabeldichters gelooven, dan heeft men ie
éérst met vleugels geprobeerd
Daidaios en zijn zoon Ikèros immers waren
in het doolhof opgesloten wegens een mis-
diijf toen heeft de kunstrijke man voor zich
en zijn jongen sterke vleugels vervaardigd uit
veêren, door was aan elkaar gehecht van
deze vlerken voorzien stegen zijnadat de
vader met teedere zorg zijn teerbeminden zoon
menigen wenk gegeven had, hóé en naar wel
ken kant htj vïiegen moest, uit hun gevangenis
de lucht in, de zee over. Doch de eigenwijze
boy, de lessen zijns vaders spoedig vergetend,
vloog in zijn jeugdigen overmoed te hoog, na
derde te dicht de schroeiende zon, het was van
zijn vleugels smolt en hij kwam terecht in dèt
gedeelte der Middellandsehe of oude Wereld
zee, wat nu nóg, naar hem, de Ikarlsche Zee
genoemd wordt.
De dichter zegt van hem
Om zijn vriendschap dongen wilde dieren,
Vogels streken aan zijn voet van ver,
Even vrij verlangde hij te zwieren,
Vleugelings zwevend onder zon en ster,
I
Vluchtend is hij overnacht verdwenen,
In den morgen heeft men hem gezien,
Stijgend, stralend op een top verschenen,
Edeler en tro-tscher dan voordien.
Hier was dus het gevaar van de zon, waar
mede ónze luchtvaarder» niet te rekenen heb
ben. Zij hebben heusch aan mist en regen en
wind al de handen vol. Doch bestaat er óók
'n gevaar uit de dierenwereld Als je Jules
Verne gelezen hebt, dan wéét je, dat meerdere
roofvogels 'n ballon aanvielen* maar dat Is
natuurlijk 'n verhaaltje wèl hebben de kran
ten ons verteld, dat condors de arenden uit
Amerika, 'n ballon aanvielen, waarin zich twee
hooge, Mexicaansche officieren bevonden, die
door revolverkogels hun vijanden op 'n afstand
moesten houden één vogel werd 'gedood.
Nu meenen de meesten, dat de roofvogels
met hun snavel aanvallen, maar iedere vogel
vanger weet te berichten, dat dèt 'n praatje is!
Die snavel is daartoe te klein en te machte
loos nee, ze gebruiken hij voorkeur hun
scherpe klauwen,, behalve de gieren, die meer
heil van hun snavel verwachten, 'n Sperwer
jaagt zijn prooi met z'n messenscherpe nagels,
niet met den snavel en zou, 'n mensch aanval
lend, met die nagels naar de oogen slaan of
hef gezicht. Omdat men spreeuwen en musschen
en duiven hij hun twisten heftig met den kop
ziet hakken meent men, dat de roofvogels
dat óók doen, doch men is er glad naast. Ge
steld nu eens, dat 'n arend zich van boven af
op 'n ballon-omhulsel zou storten, dan heeft
hij nóg geen kans, want die stof is als elastiek,
geeft mee en biedt den nagels géén steun om
dóór te k'lau wen.
Gieren zijn lastiger. Die stuurt de ballon-
vaarder niet met 'n kluitje in 't rietDat zijn
de mond-helden onder de roofvogelsZij ja
gen geen levende vogels, maar voeden zich
met lijken, doode kameélen, doodle ezels, ook
wel menschen, zooals in „de torens van het
zwijgen" der Parsenf die hun overledenen door
gieren laten verslinden, zooals 'k al wel eens
verteld heb. De gieren worden dan ook wel de
hyena's onder de vogels genoemd immers de
hyena voedt zich óók met cadavers. Om nu de
huid, van hun prooi te doorboren, behoeven
deze lijkschenners 'n scheermes-scherpen sna
vel en aan scherpe klauwen hebben zij niets.
Hun klauwen zijn dan ook bij lange na niet
zooals die van den arend b.v., doch zij ver
richten ook 'n heel anderen dienst. Het is
moeilijk te gelooven, dat gieren, die zoo goed
als géén dieren aanvallen, zich nu plotseling
op 'n ballon zonden storten. Déden zij het,
dan zou deze onherroepelijk lek worden. Rei
gers, ooievaars, papegaaien zijn óók in staat
een zijden omhulsel te doorboren, maar zij
houden zich in <len regel netjes, terwijl pape
gaaien niet in die liooge kringen verkeeren
Anders wordt het, wanneer de luchtreizigers
de broedplaatsen van condors of zoo zouden
passeeren. Dan zou het er slecht voor hen
uitzien. De broedende wijfjes zijn. lang niet
voor de poes en storten zich onder merg-ver-
starrend geschreeuw op alles, wat haar nesten
durft naderen. Het ls dan zaak zoo spoedig
mogelijk een ander plekje onder de wol-ken op
te zoeken als dat gaatwant anders
zou het getal der Icarus-vliegers wel weer eens
met enkelen vermeerderd worden
Summa summérum, oftewel gevolgtrekking
stap gerust in liet rieten mandje onder de
ballon, wees niet bang voor gevederde aan
vallers, doch mijd de broedplaatsen van de
machtigen, die we overigens in ons lage landje
niet rijk zijn t
A. Nileiman-di is te jong om een goeden
invloed o(p anderen, te hébben. Tracht elkaar
te hielden en te steunen dn den strijd tegen al
•wat e(lecht ds.
B. Beloken Paechem.
L to; 2. -ver; 3. Ale; 4. kroos; 5. maaksel;
6. gebeden7. behangers8. geknuppeld; 9.
toetdaard; 10. Ibiaiaisijeia; 11. caicao; 12. Oho!; 12.
-bes; 14. N.
Tja, zoo gro-'clitd© het kleine prinsje op tot
het jaar 1672, jurist ja, het ramp-jaar uit de
Vaidieirtandscibe Geschiedenis, toen er oip een
maal 'n kéêr in zijn lavein kwam 'k Ga hier
die toe-keimde ge-beiuirbenii-sisie® niet weer na,
alleen roep 'k nog eens in je geheugen terug,
dat wij ihiet' met Frankrijk, Engelland, Munster
en Keralem tegelijk aan den stok gekregen, een
stel vijanden, waa.r mi-et mie-e te spotten v-iel
Br waren gelukkig noig flinke kerels genoeg
im ons landje, dliie niet zoo maar dadelijk van
hun stuk raakten Jan de "VVitt, Kees Tromp,
-die R-uyter, Kees de Watt, allemaal menschen,
die er wezen mochten Weet je nog, hoe Kee-s
-die Watt dle-n slag tegen die Engelseh-en in de
touiurt van Solebay meemaakte Hij zat op de
Ruyter's schi-p, vóór de boivanlhiut, iin een
giroen ftaweeilen armstoel, op een krassen, ver
sierd met het wapen van den Staat, terwijl
■de kogels hem zoo om -de oore-n floten Gaif-ie
iiuiks om Verkoos geen -póót van z'n stoel te
verzetten-
Willem III als stadhouder.
Rondomf hem stand eetm wacht van helle
baardier®, uitgedost la de livrei van Holland,
Toode rokken met gele voering, diie daardoor
nogal erg Sn de gaten Hepen hij dien vijand,
dat spreektDrie ya/n deze airmesoldaten
werden door één kegel gedood, 'n paar anderen
doodelijfc gewond, van een zesde wenden de
toeienen weggleniomeinalleen, Co-melis de
Wli-tt toleef doodbedaard zitten en toeval met
de grootste kalmte de do-ode® over lboord. te
zetten-...™ hard ais stéén -waren die Gaudeu-
Eeiuwstoh© toestuur-diers
iDe toieisch-op van Munster, OhristofBfél Ton
Galen, was wiel de lèètste bisschop, die de
wapenen gevoerd heeftDaarvoor was hij dan
ook afkomstig -uit een WestfaaJlsiche adellijk
geslacht, dat zat hem -in toet -bloed* de wapen
handel 'm Beste bisschop hoor, voor zijn
-bisdom.
Wat -hij al niet -gedaan heeft om.de mlenisohen
braver te maken en de kinderen goed te laten
onderwijzen, dat -vailt -niet zoo-maar een, twee,
drie te toeschrijvenAllerlei paters verzocht
hij om In het -bisdom Munster te komen wer
ken, en dat deden zij graag. Als wereldlijke
vorst streed hij tegen d© -stadt Munster* idle
hem niet ibimuen wou laten, tegen om® land. en
telgen Zweden Ja, hij was miu ee-nmaai vorst-
bisschop van Mu-nlster en voe-rde het zwaard
néést den -kromstafIn omze gesehliieidien'is-
boekjes wordt nog ott eems den draak gestoken
met dezen vijand van 1672 en 'm raar portret
van hem geteekend; inbusschan: geheel onver
diend.
Temidden van al die narigheid werd Willem
van Oranje en Nassau -in dam. nacht van 3 -op
4 Juli stadhouder van Holland, tevenskapi
tein en admiraal (1672) In Dordrecht hadden
de menschen dat ai éérder willen hebben (29
Juni), maar Cornells de Wiitt, die da-ar miedK
de lakens uitdeelde, wou er niets vara weten
Ze brachten hem 'n st-uk, om met zijn naam
te onderteekenen, terwijl hij z-ie-k te -bed log:
in dat stuik stond, dat W-ittilieim stadhouder
zou wonden, de W-itt wou niet.
Vergeefs MieM-en z-ij-n ihiud&genooteni hem
voor, dat g-ewapen-dein burger® de woning om
ringden en hem m-et den dood dreigden, ais
hij -het niet -deed. „Er zijn mij in den laatsten
zeeslag zóóveel k-ogeils over 't hoofd gevlogen,
dat ik er géén meer vrees", üuliidde het trotsiohe
antwoord. ÊMdeMjk gaf hij toe aam 't smeeken
-zijner v-rouw en kinderen en teeke-nde, met
bijvoeging van de twee Hatters V. C. (vi
coactu-s: Idool- geweld gedwongen-!). Dit
maakt© d-e -heel© oodérteekeniing weer va® nul
en geene-r waard© en de woédende burgers
wanen niet tevreden,, vóór de Witt er de pen
had doorgehaald
Stadhouder Willem Hl wieirfd evenleens te
Rotterdam uitgeroepen en al sipoediilg lira een
heeletooei ander© steden-. Er wend ©an reuze-
feest gegeven.
Alia priinss-alijk© toedienden kregen een nieuw
-pakje „wam schoon toto-a® Laken* kostelijk en
rijkelijk mat Silver -geboord."
De gewon© vergaderzaal van de Staten wam
Hollltonid werd Ingericht tot feestzaal Tot vier
uiuir in den. morgen duurde d-e pret ,,-ale wan-
nieieir haar E-d. Groot Mogen-den zeer wél vol
daan zijn gescheijden Wat 'n wonder Voor
idleiaen -maaitijd „ddle eer een Konlingilijk© als
Prinicelijke - gelijk lis geveest, tot wenwonde-
rimigihe vtam alle Menschen" waren, noadiig ge
weest: 300 oude duiven, 300 jonge, 300 jonge
kippetjes, 500 kuikens, 500 -patrijzen-, 168 fazan
ten, 60 hazen, 100 konijnen, 800 leeuweriken
16 schapen-, 32 heel© jonge biggetjes, 30
wiild'e zwijnen, 40 lammetjes, 16 kalverem, 500
-pond confituren, 600 peren, 300 appels van de
een®, 900 van de an-dere soort, 200 kleine
20 middelmatige en 34 groot© pasteien
Ou nog maar niets te zeggen van, de siooten
wijn, die werden- vérzwollgffl®.
Onze voorvaderen kon-d-en stevig tafelem,
kijk maar eens naar die stoere ©teira oip den
schuttersmaaltijd van v. d. HelstVóór de
-zaal laig -die bevroren, vijver en op h-et ijs werd
voor -de Hage-naairs, die n-iet mee mochten fui
ven of -naar d-e schoon© tal-ei-mu-ziek luisteren,
v uurwerk afge-stoken, zelfs in de opengehakte
bijten torand-den vuiu-ribalilons, tot vea-wondering
van alle -belangstellenden
Enkel© wieken later wenden Ja® en Corn, de
W-itt door Haags-ohe b-uirgea-B op ec-hamidelijke
wijze vermoor-d. D-at kon Zijn Hoogheid niet
lielipen, maar liij lia-d de-n moordeuaara géén
jaargeld van 400.— en 600.— hoeven te
gevén en hij had het begane kwaad m-oeten
sbrafiien, al was d-it da.n 00-k u-it lief-d© vooa
zijn persoon en zijn Hud-s ges-chaed. Hen-da'ik
Vémhoeff „de Haagse Silve-rsmit", die dten
heelen dia,g on/besiohaamd voor het pla-n o-m de
gt6lbroeic.fc.ils te tveamiooadén was u-itigelk-omen,
had men zéker moeten vonnissen, i-mpiaats van
-lre-m „Seshon-dert gu-ld-ans jaerlij-ks" toe te
stoppen 1 Het' is niet te prijzen -in den Prins,
-dat -hij dit heeft gedaan» W-iilem Tichelaar,
een van de grootste schurken, noemde hij zelf
,,'n ihonldsivot", dliie® tn-en 't beste met een achop
tegen z'-n zitvlak kon, laten loo-pe-n Maar nog
i.n 1699 toeraride deae onverlaat zijn pensioen
Goed te praten valt dit niet; d-r. J. Witlox,
prof. Kerarkaimip aan-hailein-d, heeft g-eacibireveu:
„Het -is te ihopein, dat de geschiedschrijvers
auilk ee® hoog© opvatting -van de eer© der
Oranjes zullen hebben, .dat zij oOk aan een
Oranije ide-n eiscih auillen toliijven stellen, dat
-hij ,,-diie eere ongereipt houjde." („De Maasbode",
FPbr. 1931).
Koning van. Engeland wend Willem III ten-
riotte. Hij -heeft -heel weel gestreden tegen
Lodewljk XIV van Frankrijk, éénmaal zelfs
slag geleverd, terwijl hij zeker wieten kon, dat
te Nijmegen, de v-red-e was geteekend. Lang
izaimerhaind -begon zijn zwakke gezonlöihead heau
te toegeven,. -Hij raadpleegde d© knapste dok
ters van Engeland en Holla-nid en sobreetf hun
o-ndèr een vailschan, naam over allerlei zi-ekte-
versohijnselen, die hij ibij ai-dhizelf merkte. Ook
aa® dien -beroemden Guy Fagon, .^raniiier m-é-
deoiin de Louis XIV", éérste geneesheer van
Lodewijk XIV Hij dacht natuurlijk, dat d-e
doktoren hem ida® eerlijker en zonder er' doek
jes oim te wiimde-n -zoud-ein schrij ven wat er aan
scheelde,
Aain Fagon steüde hij zich voor ais een
-pamochieHgeesteliijke
ID© gKIl-eleird© FWamsdhman antwoordde, d-at
der-geOJjke kwalen maar één ibe-teekenis konden
(hebben en dat hij nog maar één neicapt voor
den armen, priester wist te schrijven: „maak
ra gjerleed om. t© et-ervle®Hooifidipijfciiein en
koortsen kiwelde® -de® koning-,stadtoouder vooirt-
dtu-nem-d, maar tóch r-eed hij nog ter jacht. Den
20-en Februari 1702 gebeurd© 't, dat zijn lieve
lingspaard Some! to ©en mrisihoop trapte en
struikelde. Da' koning kwam te vallen en
-brak zij® sleratelhleen. Het werd geziet en d-e
vonst gling d® een koets naar zij® kasteel terug.
Door hiet botsen op d© ruw© wfegen, h-rak het
toeen wéér. Het zou nliets Ibeteekend hetoben,
wanneer die lijder ©en- krachtig gastel had ga-
had, maar dèt had dokter Fagon weil anders
verteld Stukke® telekenlem kon hij mi-et mieier,
ae maak-ten 'm stempei voor hem. gereed om de
iperkamenten alidtus te toek-raidhtigeinL
1 V
v
l
ALLE VOGELS VLIEGEN
Ja, nu gaan we eens een vouwsel probeeren
voor' een kleiner broertje of zusje, een vogel,
die echt vliegen kan.
Neem een vierkant stuk papier, 16 bij 16
c.M. en vo-uw daarin middellijnen en diago
nalen (I) diagonalen zijn die twee schuine
strepen. We leggen de zijden van het vierkant
lang-s die diagonalen (II).
s
Figuur III duidt aan het lijnenspel, dat
ontstaat wanneer we zoo -de zijde® 8 maal langs
de diagonaal leggen, elke zijde 2 maal naar
links en rechts. De vier kruispunten zijn door
ons gemerkt. Daarom komen de 4 hoekpunten
(IV) waardoor ontstaat het vierkant op de
punt' (V). Nu maken we een Egyptisch konings
graf een py-ra-mide, met dit vierkant als
grondvlak. Daartoe trekken we de 4 punten
omhoog, terwijl we gelijktijdig de zijden in
drukken (VI) We openen -hert graf een beetje
en drukken een pyrami-de-zijde op in in VII
voorgestelde wijze naar -binnen. Hierbij moet
je er om denken, dat de bodem met zijn mid
delpunt naar buiten komt en in een punt -uit
loopt. Hetzelfde gebeurt met de tegenoverlig
gende zijde.
Figuur VIII maakt de geheele geschiedenis
wel duidelijk. Nu nemen we de buiten-slip en
toui'gen hem naar onderen (IX), waardoor X
te voorschijn komt. We openen het vouwsel en
trekken -beide bovenslippen naar om-laag (XI).
Den nieuwen vorm -geeft XII te tem We trek
ken de rechter en1 linker -binnenst© slippen
op de wijze van XIII, De slippen stellen hals
en staart van den vogel voor, de bals iets
meer rechtop dan de staart. De stippellijnen in
XIII en XIV geven aan hoe de vlerken naar
beneden gevouwen wordena Op den vleugel is
-de lijn reeds in een vouw aangegeven, wan
neer we aan d-en hals n-u nog de kop vouwen,
is onze vogel klaar; we openen den hals, druk
ken den kop in -het midden door en vouwen den
gnave/l schfeT-p in.
Buig nu de wieken horizontaal; houd met
één hand het borststuk vast en trek met de
andere voorzichtig aan de pnnt van den staart,
de vleu-gele zetten ziöh ln beweging en de
1 vogel vliegt.
De grootste president, dien de Vereenigde
Staten ooit gehad hebben, is wel Abraham
Lincoln (spreek uit Lin-k'n) geweest Gods.
dienstig en nuchter, was hij buitengewoon
eerlijk, ze noemden hem „honest Abe", zooveel
als: „eerlijke Bram". Wat hij zich eenmaal ten
goede voorgenomen had, zette hij door ondanks
alle tegenkanting, 't Vechten leerae hij tegen
de Indianen in het Verre Westen en bouwde
er zelf een blokhut, waarin zijn familie leefde.
Hij was een groot vijand van de slavernij
(denk aan „De Negerhut" van H. Beecher
Stowe), maar de Zuidelijke Staten beweerden
de slaven in hun warme klimaat niet te kun
nen missen. In 1860 nu werd Lincoln tot pre
sident gekozen.
De Zuidelijke Staten wilden hem niet gehoor
zamen en kozen Jefferson Davis als hun pre
sident; er kwam een oorlog met het Noorden,
n heel bloedige oorlog, die door Lincoln met
zijn generaals Grant en Sherman tegen den
Zuidelijken veldheer Robert Lee werd gewon
nen, waarna de slavernij werd afgeschaft.
Vlak na het einde van dien oorlog secèssie
(arscheidings)-oorlog werd Lincoln 14
April 1865 door een vóórstander der slavernij
den tooneelspeler Wilkes Boothl, in het Ford's
theater te Washington doodgeschoten. Zijn
zoon, Robert Lincoln, kwam 's avonds laat
op het paleis te Washington, „het Witte Huis",
aan en vernam er, dat zijn vader, de president,
naar het theater was gegaan. Juist toen hij
daar aankwam, werd de stervende naar buiten
gedragen.... Onder president James Garfield
was deze Robert Lincoln minister van oorlog.
Op zekeren dag zou hij met den president een
reis naar New Jersey ondernemen, maar werd
daarin plotseling verhinderd. Hij snelde nu
naar het station om dit aan Garfield mede te
deelen. Juist toen hij het gebouw bereikte,
knalde het schot van den moordenaar Guiteau,
dat den president velde (2 Juli 1S81).
Onaer president Mac-Kinley geviel het, dat
en Robert Lincoln en het hoofd-van-staat
werden uitgenoodigd om de groot- tentoon
stelling te Buffalo te komen bezichtigen.
Juist had Lincoln het terrein der expositie
betreden, toen de anarchist Czolgodz zijn doo-
delijk schot op Mac-Kinley loste, waaraan deze
enkele dagen later (14 September 1901) over.
leed. Driemaal had Robert Lincoln een presi-
dents-moord bijgewoond.
Het geheel bestaat uit twaalf letters en is
een plaatsje „aan 't kleine rivierke" in Gel-
derland.
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
2
3
4
5
6
7
8
9
10
11
12
Maria Stuart, gemalin van II illem III,
„Gij Weet, dat lik -den dood, nooit gevaiéesd
iheb, en dat er tijden geweest zijn, waarin ik
naai- (hem verfamlgde, irnaar zo-u dik gaarne
nog wtot willen blijven" sprak d© zieke t-ot
zij® omiglevlng. En tot d© dokters „Ik weet
-dat jullie voor me geldaa® toetot èl wat toehen-
dlilglveid en gefl-elendihleiid vermodhten, m-aair het
geval gaat uw -kiraahte® te -boven; ik schik
mij lerini 1N|U en da® siohee® het, of hij
Ibaid. -Hij ontving toet avondmaal, zooals dat in
die p-roteistants-cihe kerk van Engeland gietor-u"--
kelij-k lis, en nam afs«hei-d -van zijn -vrienden.
Zij® lèètste viraag was maair -graaf Benttmeik,
de® vrie®|d -zijner jeugd. Deze naderde het
-beid, boog ri-cli voorover en legde zij® oor
tegen d-e -lippen -vara id-an stervende, diie bewo
gen; toet wanen die -fiiiuisteringe® van d-e
©erawiiigiheiiid.
De -kon-ing legde Bentd-nck's Ihanid tegen zijn
toa-rt; toet wa-s t-ussObeni zevei® en acht -in den
pah-bend van 19 Maart 1702. Hij sloot die oogen
en vocht o-m adem.
-De aamwteizige prelaten knllel'd-en en Bileven d©
gelbede-n der stervende® aan. Toen zij eimdlig-
.dlan* was die laatste nechtsbra-etecih© maninie-
lijlke -naikomeltog -uit -het 'Huis va® Oiranje-
Nassaiu dood. 'n Zwartzijden strook lint op
zijn ibors-t Ibotrg een gouden ring en een Vlokje
hiaiair, teejdlene toieiriininiealeg-en aam zij® overle
den gemalin M-ar-ia, diie zijn -moed-liij,kiste, tevens
zij® schoonst© jaren had geldleel-d.
De -vijanden -va® -den koning zouidem voortaam
nog tong een dronk wij-den aan de® im-pd, „dien
kleine® heer dm zwart fluweel, d-ie zoo gróóte
dlien-ste® iha|d toewnezie® aa® de goledie zaak
„Het Hdllandisidhe nageslacht" re-gt
dBarentegem Joh. Been „vereert hepn nog
altijd riet eenst en het imeiest als die kraicihtvöl-
tte persoonlijkheid, diie -met Gods touilp ons
wad-onland van die® ondergang to-eeft gered
We diuilden een Turk aan met T en een
Christen m©t C.
iDe opstelling toehoort dan als -vo-lgt te ge
schieden, wilton'al-Ie Christenen gereid wonden:
Tellend van 1 tot 9, doorbellend na dte laatste
T -en de dtoongestreepte overslaand, zal telkens
een T-urk luiitvalie® en over lboord moeten.
iDe Christenen schieten over. Je moet maar
op de gedaöbte kam-e®Onthoud dus
4 X C. 5 X T, 2 X C, 1 x T. 3 X C, 1 X T,
'n Andere, soortgelijk© puizzle 6s deze; zij
laat méér d-en één oplossing toe
In de gevangenis zitten 15 gevangenen, dó©
élke® dag „gelucht" wouden gedurende een
kléin h-alif uurtje, en wel dm vijf rijen
-drieën.
-De directie heeft deze menschen zóó inge
deeld, dat op eiken dfeg dér zeven dagen in
d-e week elk© geetrefte* sliechts éénmaal naast
colle,ga loopt; ®o. 2 loopt dras b.v. Maandag
maast no. 1, en dan -die hteele week niet meer.
De -directie heeft dit zoo ingesteld, om het
plannen maken tot onit>vlluic.htem tegen te gaan.
Hoe moeten nu de veroordeelden loepen dag
voor dlag
10.
11.
12.
Verkorting voor „grein" of „wichtje".
is teer!
Onbepaald voornaamw.; leder.
Het grondvlak, de onderkant.
Geestelijken, heiast met het toezicht over
een aantal parochies.
Voorzitters van het dijksbestuur, van
het polderbestuur.
Slaperig, onnoozel, afgetrokken.
Het geluid van hennen, die een ei gelegd
hebben.
Leuning van een brug; rechtbank.
Afkorting voor „psalm".
Om mee te snijden.
Noorden.
HET OUDE POMPEJI, verwoest door stee-
nen en aech uit den Vesuvius in 79 v. Chr„
-wordt al verder opgegravenuit zijn graf. Er
komen slaapkamers te voorschijn in deftige
villa's, die thans door de gezondheids-com
missie zéker zouden worden afgekeurd, want
zónder licht e-n zónder lucht! Pompeji was
'n industrie-stad van 'n 20.000 inwoners, haar
wijnen en fruit waren zeer gezocht, de kool,
die er groeide, werd graag gegeten, in heel
Italië waren ze dol op 'n soort Pom-pej-ische
saus, die van gezouten visch werd gemaakt J,
DE NOORDPOOL met 'n onderzeeër te be
reiken, komt prof. dr. Samoilovi-tdh, directeur
van het Russische Instituut -tot ontdekking
der Noordpool, een onmogelijkheid voor. Jam
mer voor de „Nautilus" en zijn commandant
Wilkins! De boot zal niet tijdig ijsvrij water
vinden om óp te duiken, zal tegen ijsbergen
aanvaren, die 20—70 M. diep in het water
steken, het roer zal onklaar raken en de stook
voorraad ontoereikend blijken. „Men moet met
groote bezorgdheid dit gewaagde en hopelooze
avontuur gadeslaan", meent deze geleerde.
Alleen 'n machtige ijsbreker kan, volgens hem,
daarginder wat uitrichten.
De tijd zal 't leeeen.
ilfli
ti
Kies wooldjlke, hel,dare timtan. G-roöter nage
tekend,, gekleumd, en apgeptokt, wordt het 'n
leuk scliiiliderijtje, voor d® de ktodeirtemer.
Wlat -voor landtslrali rij® dilt en ln welk veel-
toestprotoein kedzemrijik kun je -ze zoo rien,
Er kamén er nu mog dirfte* waarna ik de
oplossingen ve-nwtacht aan mijn aldres. On-der
de goed© oplossHnfe©® wordt weer een mooi
hoek verioot.