ALGEMEEN OVERZICHT.
DE Zv/ER/ER
CENTRUM EN NAZIS.
JAPAN EN CHINA.
DONDERDAG 28 APRIL 1932
HERVATTING DER CORTES-
DEBATTEN.
MUTATIE BIJ DE „GERMANIA'
HET WAPEN STILST ANDSV OORSTEL.
DE IERSCH-ENGEL5CHE WRIJVING.
AMERIKA'S WERKLOOZEN.
DE VERKIEZING IN FRANKRIJK.
3617 candidaten voor 615 zetels.
5-URIGE WERKDAG IN PRUISEN
WEER EEN SPOORWEGONGELUK IN
RUSLAND.
Hoo+d-enKiesp/jn^l
MIJNHARDT5 POEDERS
EEN GEHEIMZINNIGE SHEIK.
DE AFFAIRE-LOEVENS TEIN.
VRIJHEIDSBEPERKING IN LITAUEN.
HUISZOEKINGEN TE LEMBERG.
DE INT. ARBEIDSCONFERENTIE
DEMOCRATISCHE PRINSEN.
CHARMAM EDWARDS.
"5
De Fransch-Britsche samenwerking
Wickham Stead constateert in de „Sunday
Times" dat de EngelschFransche besprekin
gen over het plan om de Donaulanden te helpen
(even voor de bijeenkomst der viermogend he
den-conferentie) „onverwacht gunstig" verlie
pen. De viermogendheden-conferentie die er op
volgde ging slecht.
„Er zijn er die meenen dat deze conferentie
nooit gehouden had moeten worden", vervolgt
bij, „en dat de zaken, nu zij mislukt is, slechter
staan dan daarvoor. De waarheid is, dat he
denkbeeld eener vier-mogendkedenconferentie
het eerst opgeworpen werd door lieden, die
niet wenschten dat Fransch-Engelsch overleg
zou slagen. Toen <Ht overleg geslaagd was be
sloten zij dat ten minste de viermogendheden-
conferentie zou mislukken. En hierin kregen
zij hun zin".
Uit hetgeen volgt, blijkt, dat het volgens
Wickham Steed Duitschland geweest is, dat op
een mislukking aanstuurde.
Het Duitsche volk had te kiezen tusschen
Hindenburg en Hitler. Had een Duitsch gedele
geerde te Londen ingestemd met eenig Fransch
plan tot hulpverleening aan Oostenrijk en de
andere Donaulanden, dan zouden millioenen
stemmen van Hindenbuig op Hitier zijn over
gegaan. Bijgevolg versperde Herr von Bülow.
de Duitsche gedelegeerde, met de hulp van Ita
lië den weg aan het Fransche of Fransch-
Britsche Donauplan.
Steed herinnert er aan, hoe Frankrijk en zijn
vrienden een jaar geleden den weg versperden
aan het plotseling opgeworpen Duitsch—Oosten-
rtjksch douaneplan, en gaat dan in het kort de
verdere ontwikkeling der gebeurtenissen na:
Duitschland aan den rand van een bankroet,
zijn beroep op Amerika, 't Hoover-moratorium,
Engelsobe hulp aan de Oostenrijksche Credit-
j*nstait:
„Britsche bankiers en financiers die, misleid
door propaganda vian belanghebbende zijde,
groote bedragen aan Duitschland en Hongarije
geleend hadden, werden bezorgd. De gevolgen
van de wereldcrisis deden zich steeds meer ge
voelen. Toen brak in Augustus de Britsche cri
sis uit en in September ging Groot Brittannie
van den gouden standaard".
„Gedurende al dien tijd", schrijft Steed, „zaten
Parijs en Londen elkaar in de haren. Londen
sympathiseerde om financieele redenen
met Duitschland en verwachtte hulp van de
Vereenigde Staten in den vorm van verminde
ring der Britsche oorlogsschuld-betalingen. De
Amerikaansche senaat vernietigde die hoop
door te verklaren, dat er geen penny van de
oorlogsschulden mocht worden afgetrokken. On-
dertusschen nam de commercieele en finan
cieele depressie in Amerika toe, en Frankrijk
zag in, dat het binnenkort ook aan de beurt
zou komen. Zoodat tenslotte, nadat de Britsche
algemeene verkiezingen en de fut der Britsche
'belastingbetalers bewezen hadden, dat Groot
Brittannië nog niet afgedaan had, Parijs en
Londen tot elkaar begonnen te komen en gin
gen begrijpen, dat zij in een overhoop liggende
wereld op de been zouden kunnen blijven, door
op elkaar te steunen en dat zij aldus ook Eu
ropa weer overeind zouden kunnen helpen.
Hieruit kwam de voorloopige overeenstem
ming voort tusschen sir John Simon en Tar-
dieu te Genève en P^ijs en, op Zondag 3 April,
werd in Downing Street tusschen de heeren
MacDonald en Tardleu tot op zekere hoogte een
FranschBritsch vergelijk bereikt. Dit ver
gelijk was meer dan mondeling. Daar de bespre
kingen in het Engelsch gevoerd waren, dat de
heeren Tardieu en Flandin goed spreken, wer
den minuten in het Engelsch opgesteld door sir
Maurice Hankey (den particulieren secretaris
van MacDonald) en door beide partijen als ac
curaat erkend. De beteekenis hiervan moet noch
worden verkleind, noch vergroot. Het is 'n stap
In de richting van eendracht en éénheid van
doel tusschen Londen en Parijs ten aanzien van
wat het best zou zijn voor Centraal-Europa".
Deze lezing van de omstandigheden, waar
onder een begin van FranschEngelsche sa
menwerking tot stand gekomen zou zijn, is in
leder geval belangwekkend. De overeenstem
ming tusschen de Fransche en Britsche regee-
ringen zou een logisch en onvermijdelijk gevolg
zijn van de ontwikkeling der gebeurtenissen,
sinds de economische en politieke constellatie
van Europa een algeheele verandering onder
ging.
Maar is er werkelijk een begin van
FranschEngelsche samenwerking? Of hebben
wij op zijn best een poging om zulk een samen
werking tot stand te brengen beleefd? Uit niets
blijkt, dat Frankrijk en Engeland op de vier-
mogendhedenoonferentie samengewerkt heb
ben. Integendeel wordt beweerd, dat mr. Mac
Donald weer tot zijn eerste liefde Duitsch
land terugkeerde. Hieromtrent weten wij
niets met zekerheid; maar indien Steed gelijk
heeft, en er werkelijk een samenwerking tus
schen Londen en Parijs tot stand gekomen is,
dan kan niet beweerd worden, dat hiervan
veel gebleken is uit de mededeelingen betreffen
de de Donau-oonferentie.
„Duitschland en Italië hebben, om verschil
lende redenen, belet dat thans een verdere stap
gedaan zou worden. Duitschland droomt van
een economisch blok In Centraal-Europa, dat
de meeste of alle Donaustaten zal omvatten.
Italië is beducht voor den wederopbouw van
iets, dat op de oude Donaumonarchie zou ge
lijken en verzet zich dus hiertegen.
De Duitsche droom van een Middel-Euro-
peesch economisch blok zou, vroeg of laat een
nieuwen oorlog tengevolge hebben. Briand'3
plan betreffende een Europeesche federatie is
op niets uitgeloopen. Er rest niets anders dan
een Donau-overeenkomst, positief in economi-
schen en conservatief in politieken zin, waar
mede later de groote mogendheden zich zouden
kunnen vereenigen op den grondslag van vrije-
ren handel voor allen.
Het was deze mogelijkheid, welke het oor
spronkelijke Britsche en daaropvolgende Fran
sche Donauplan beoogde te bevorderen. Dit
plan heeft thans een tegenslag gekregen, maar
is daarom niet dood. Zijn geest en strekking zijn
gezond. Maar de eenige kans op eindsucces ligt
in voortdurende en hartelijke samenwerking
tusschen Engeland en Frankrijk. Wellicht zal
de dag komen, waarop zelfs Duitsche politici
gaan inzien, dat hun land slechts politiek ge
zond en economisch voorspoedig kan worden
door tot overeenstemming te komen met Enge
land en Frankrijk tezamen, en dat pogingen om
dezen tegen elkaar uit te spelen kortzichtig, en
tenslotte zelfmoordend zijn".
De nood der Donau-landen
De correspondent van de „Europa Press" te
Genève vestigt, naar het H. N. meldt, de aan
dacht op een bericht, dat dezer dagen in een
Hongaarsch blad is verschenen en waarin
nieuwe bijzonderheden over de Fransche plan
nen voor een Donaufederstie meegedeeld wor
den.
Volgens dit bericht zou Frankrijk wemschen,
dat de 5 Donaustaten een overeenkomst slui
ten, waarbij alle invoerrechten met tenminste
10 pet. worden verlaagd en een gemeenschap
pelijk tarief ingevoerd wordt. Voor den uitvoer
van landbouwproducten naar de groote landen
van afzet zuilen voorkeurrechten worden toe
gestaan, zonder dat daarvoor eenige compensa
tie wordt verlangd, behalve da toezegging, dat
de invoerrechten voor het overige buitenland
niet verhoogd zullen worden.
Wat het financieele gedeelte betreft zou een
eerste crediet van 200 millioen goudfrancs aan
de vijf staten worden verleend en voorts een
gemeenschappelijke leening van 3 milliard
goudfrancs ter aflossing van de bestaande
leeningen.
Alle vijf staten zouden waarborgen voor deze
leening moeten geven, terwijl in den dienst
van deze leening door de opbrengst der invoer
rechten zou moeten worden voorzien.
Ten slotte wordt ook een muntunie voorge
steld. De controle daarover zou uitgeoefend
worden door de bank voor internationale be-'
talingen te Bazel en door circulatiebanken
der groote mogendheden, die de nieuwe gelds
waarden tevens zouden waarborgen. Het plan
schijnt echter bij de desbetreffende banken niet
veel bijval te hebben gevonden. Vooral In
Tsjecho Slowakijë voelt men voor een denk
beeld van een muntunie zeer weinig, daar he-t
Tsjechische geld gezond is en de positie van
de Tsjechische circulatiebank door deze wijzi
ging slechts zou lijden.
Te Bazel is voorts verklaard, dat de bank
voor internationale betalingen niet over de mid
delen beschikt, om sen geldswaarde voor
de Donaustaten te waarborgen.
Koningin Elisabeth van België en prinses
Marie Jose, tijdens haar bezoek
aan Athene.
De richting blijft dezelfde.
BERLIJN, 27 April. (H.N.) De hoofdredac
teur van de „Germania", dir. Bdiuard Bu-hla,
heeft, volgens besluit van den raad vain com
missarissen van het blad, vacantie gekregen
en zal op het einde van 1932, als zijn con
tract afloopt, definitief uit de redactie treden.
Naar aanleiding hiervan wordt. In sommige
bladen het vermoeden geuit, dat het blad
zijn politieke richting zal wijzigen. Er wordt
op gewezen, dat de vroegere afgevaardigde
von Papen, d ie de meerd erheid der aandeel en
bezit en bij de laatste verkiezingen niet meer
herkozen werd, een tegenstander van de coa
litie van Weimar en van de groote coalitie
was ca steeds getracht heeft het centrum
met de rechteclie partijen te doen samen
gaan.
Het streven van von Papen zon zijn de
„Germania" tot een katholiek-getint blad vaD
rechts te maken.
Dè „Germania" zelf publiceert vandaag een
verklaring van de uitgeversomderneming.
waarin gezegd wordt, dat dr. Buhla tenge
volge van een ernstig ongeval reeds sedert
maanden de leiding va,n het blad niet meer
kon waarnemen en dat daarom besloten is.
hem na afloop van zijn verlof en van zijn
contract niet meer te laten terugkeeren.
Over de nieuwe bezetting van het hoofd
redacteurschap is nog geen beslissing gene
nden. Overigens wordt verklaard, dat de tot
nu toe door het blad gevolgde richting ook
in de t-oekomst gevolgd zal worden.
Een belangrijke agenda.
MADRID, 27 April (H.N.) Het Spaansche
parlement heeft gisteren na de vacantie zijn
werkzaamheden hervat. In de nieuwe zitting
zullen de wetten betreffende den Catalo-
nischen staat, de agrarische hervormingen,
de justitie, de constitutioneele waarborgen en
de betrekkingen tusschen Kerk en Staat be
handeld worden.
Poging om klooster in brand
te steken.
SEVILLA, 27 April (B.T.A.) Uit Carmona
wordt gemeld, dat verscheiden personen, ge
lukkig zonder succes, hebben getracht een
nonnenklooster in brand te steken door bran,
dende in benzine gedrenkte lappen tegen de
deur van het gebouw te leggen.
De politie was echter spoedig ter plaatse en
heeft de vlammen gedoofd.
Nog steeds vechtlust.
PARIJS, 27 April H(.N.) In verschillende
Spaansche steden is het gisteren weer tot bot
singen gekomen tusschen stakers en politie,
waarbij 2 burgerlijke personen gedood zijn,
terwijl een agent zwaar gewond werd.
VERKLARINGEN VAN JOOS.
Geen gewaagde experimenten.
ANTWERPEN, 27 April. (R.O.) Het alhier
verschijnende dagblad „Neptune" publiceert
een Interview, dat de rijksdagafgevaardigde
Joos aan een vertegenwoordiger van het blad
in Keulen verleende.
Op de vraag, of een regeeringseoalitie tus
schen het centrum en de uiterste rechterzijde
mogelijk is, zeide Joos, dat het centrum zich
n-ooit aan experimenten, w-elké dan ook, zal
wagen.
Als de sociaal-democraten tot dusverre on
zen steun hadden, zeide Joos, dan geschiedde
dit niettegenstaande dat wij hun sociale leer
bestreden. Wij hadden voor hun discipline en
voor de politieke rijpheid van hup leiders
achting.
De sociaal-democratie heeft, hoewel zij haar
ideeën verdedigt, steeds getoond, een open
oog te hebben voor haar verantwoordelijkheid
tegenover het land.
Als de Hiitler-partij onzen steun zoekt, zeide
Joos, mag zij niet op hersenschimmen bou
wen en moet zij haar revolutionnair karakter
prijsgeven.
Voor zoover de Hitler-partij de fouten van
het Marxisme, de kostbare demagogie van
de wetgeving, het collectieve systeem, dat
alle individualisme doodt, erkent, kunnen wij
met haar slechts instemmen. Wij zouden er
eohter geenszins bij winnen, wanneer de
Marxistische demagogie door een Hitleriaan-
scbe vervangen zou wordén.
De Katholieke partij is zich te zeer van
haar verantwoordelijkheid bewust, om zulk
een spel te wagen.
Partij-bes prekingen.
BERLIJN, 27 April. (W.B.) De concentra
tie-pogingen der burgerlijke partijen wor
den, naar uit kringen van de economische
partij verluidt, voortgezet. Inzonderheid is 't
samengaan van de economische partij en de
landvolkpartij reeds ver gevorderd.
De herkozen partijleider van de economi
sche partij is ijverig in deze richting aan het
werk.
Ook de Duitsche volkspartij heeft het con
tact om tot een politieke concentratie te gera
ken, niet opgegeven. Wanneer op dit gebied
iets kan gebeuren, wordt in die kringen ge
zegd, dan gaat het niet om het samengaan
van meer of minder failliete firma's maar om
de stichting van een nieuwe politieke een
heid van personen, die zoowel In beginsel-
als in tactiek-kwesties één meening hebben
en met nieuwen strijdlust bezield zijn.
Het bestuur van de Duitsche volkspartij
zal de volgende week bijeenkomen.
KOM, HITLER, RUST WAT UIT.
FRANKFORT 27 April (H.N.) De erfprins
van Waldeck heeft Hitier uitgenoodigd van de
vermoeienissen der verkiezingscampagne te ko
men uitrusten op zijn prachtige Schaumburg
aan de Lahn, het stamslot der prinsen van
Schaumburg-Lippe.
GENEVE, 27 April. (R.O.) Naar in wel
ingelichte kringen verluidt, bestaat het essen-
tieële punt van het voorstel van den Brit-
schen gezant te Shanghai, den heer Lamp-
son, in de bevoegdheid van de gemengde
commissie, waarin door de wapenstilstands-
overeenkomst wordt voorzien, om de opmerk
zaamheid van den Japaneohen troepen com
mandant erop te vestigen, dat de verhoudin
gen normaal geworden zijn en dat de defini
tieve terugtrekking der Japansche troepen
dient plaats te vinden.
De Japansctoe regeering heeft dit voorstel
aangenomen, waarvan de commissie van
negentien der buitengewone volkenbonds
vergadering Donderdagmiddag kennis zal
nemen.
Men neemt aan, dat daardoor een spoedige
sluiting van den wapenstilstand verzekerd is.
(Berichten, die reeds de totstandkoming van
den wapenstilstand meldden, schijnen dus
voorbarig te zijn geweest).
De Japansche veldtocht.
MOEKDEN, 27 April. (V. D.) Zooals wij reeds
meldden, zijn de Japansche troepen in Noord-
Mandsjoerije een grootsch opgezetten veldtocht
begonnen tegen de Chineesche troepen, die het
gezag van de nieuwe Mandajoerijsche regeering
niet willen erkennen.
De drie brigades, welke onder bevel van lui
tenant-generaal H'irose oprukken, maken een
omtrekkende beweging naar de Oostelijke zóne
van den Chineeschen Oosterspoorweg in het
gebied van de Beneden-Soengari, teneinde de
daar geconcentreerde troepen van de insurgen-
ten, wier sterkte op twintig duizend man wordt
geschat, te bestrijden.
De eerste brigade rukt onder bevel van gene
raal Moerai Noordwaarts van Imienpo op tegen
Fang Tsjeng en zal zich later vereenigen met
de, onder leiding van generaal-majoor Yoda
staande brigade, welke Oostwaarts opmarcheert
langs den Chineeschen Oosterspoorweg.
Kolonel Nakamoera voert het bevel over de
derde brigade, welke met 23 gepantserde en
leder van twee veldkanonnen voorziene vlieg-
booten de Soengari afvaart.
Deze brigade wordt begeleid door vier kanon-
neerbooten der Mandsjoerijsche regeering.
Een sensationeel incident.
LONDEN, 26 April (H.N.) Bij een receptie
op het Fransche gezantschap te Dublin verlie
ten bij de aankomst van den Engelse hen gou
verneur-generaal de voorz. van den executieven
raad van den Ierschen vrijstaat O'Kelly en
de Iersche minister van landsverdediging
Aiken op demonstratieve wijze de zaal.
De procureur-generaal van Ierland, Maguire,
die op weg naar de receptie was, ontmoette
onderweg de bedde ministers en maakte daar
op met hen rechtsomkeert.
Het incident moet groote sensatie veroor
zaakt hebben.
DE „ZEPP" WEER TE FR1EDRICHSHAFEN
FRIEDRICHSHAFEN, 27 April. (V.D.) Het
luchtschip „Graf Zeppelin" verscheen heden
nacht om 3.55, terug van de derde en voor-
loopig laatste reis naar Zuid-Amerika, boven
de terreinen van de luchtschepenwerf.
Te ruim 5 uur landde de „Zepp" vlot. Aan
boord bevonden zich 14 passagiers.
De voorzitter van den Amerikaanschen vak-
vereenigingsboud raamt het aantal weirkloozen
in de Vereenigde Staten thans op 7.950.000.
Hij dringt aan op invoering van een week van
5 werkdagen ter bestrijding van de werkloos
heid.
IN DE ENGELSCHE KATOEN
INDUSTRIE.
Opzegging der collectieve contracten.
Het bestuur van de federatie van Engelsche
katoenspinners en -fabrikanten heeft eenstem
mig besloten, den werkgevers te adviseeren tot
opzegging der geldend© loon- en werktijden-
overeenkomst.
Dit advies is het antwoord op het verleden
week genomen besluit der textielarbeiders
bonden tot weigering der voorgestelde loons
verlaging. Bij de opzegging van de bedoelde
contracten zijn ruim 200.000 arbeiders betrokken
PARIJS, 26 April (R.O.) De termijn gedu
rende welken de candidaten voor de a.s. par
lementsverkiezingen zich kunnen opgeven, is
thans verstreken.
Er zijn 3617 candidaten voor de 615 zetels
in het parlement, dat is honderd candidaten
minder dan bij de verkiezingen in 1928. Zeer
hoog is het aantal candidaten in de groote
steden, zooals men weet, kan men zich in
Frankrijk candidaat stellen buiten elk partij
verband om.
Berlijn, 26 April. (H.N.) Naar vernomen
wordt, zullen dezer dagen op het rijksminis
terie van arbeid besprekingen worden gevoerd
over een vermindering van den arbeidstijd
tot bestrijding van de werkloosheid.
De Pruisische minister-president heeft zich
voor de invoering van den 5-urigen werkdag
verklaard, teneinde alle werkloozen weder in
het produotiesproces te betrekken.
De regeeringsinstanties zullen thans eerst
met de organisaties der vakvereenigingen en
der bomden van werkgevers onderhandelen,
waarna het rijksministerie van arbeid een
desbetreffend wetsvoorstel zal uitwerken.
KOPENHAGEN, 27 April (V.D.) Naar uit Reik-
javik wordt gemeld, worden de beide op de
Fa.roër-eilanden thuis'behoorende vlschkotters
„Emmanuel" en „Laura", elk met 20 opvaren
den, sinds 8 April j.l. vermist.
Men vreest, dat zij met man en muls zijn
vergaan.
MOSKOU, 27 April. (V.D.) Bij Moermansk
Is een D-tmedm ontspoord, waarbij acht wa
gons en een locomotief ernstig werden bescha
digd. Twee personen werden gedood.
Het spoorwegverkeer was geruimem tijd on
derbroken.
De Gepoe heeft eenige arrestaties verricht.
Doos A-5ct. Per stuk 8 et J"!
Bij Uw drogist
Reel. 5610 DG VS 7
DE KLEINE LINDY.
Lindbergh opnieuw in contact
met de ontvoerders.
HOPEWELL, 26 April. (R.O.) Lindbergh
heeft de vorige week. volgens een mededeeling
van een hoogen staatsambtenaar van New-
Jersey, het persoonlijk contact jnet de ont
voerders van zijn kind hersteld en een bespre
king gehad met de groep, die de vijftigduizend
dollar van hem ontving.
Lindbergh is thans van plan den bemidde
laar Curtis te ontmoeten in een boot ter
hoogte van de kust van Virginia, teneinde de
onderhandelingen over de teruggave van het
kind te beëindigen.
HOPEWELL, 27 April. (R.O.) De inspec
teur van politie, Schoffel uit den staat New-
Jersey is van zijn reis, In verband met de
verdwijning van den baby van Lindbergh,
teruggekeerd.
Hij stelt thans een rapport over deze reis
samen.
PARIJS, 27 April. (R.O.) De „Matin" meldt
den dood van den Engelschmam Fred. Baxter,
gewezen kamerknecht van den destijds zoo
geheimzinnig uit een vliegmachine verdwenen
en sindsdien spoorloos vermisten baron Loe-
wenstein. Baxter, die sedert in dienst was
van den zoon van den verdwenen financier,
heeft volgens het blad zelfmoord gepleegd.
Een zeer mysterieuze zelfmoord, meenen
de Engelsche bladen. Baxter zou een brief
hebben nagelaten, welke nieuw licht werpt
op de verdwijning van den baron.
Tot nu toe heeft men echter te Parijs geen
enkele inlichting ter zake kunnen verkrijgen,
zelfs geen bevestiging van Baxter's dood.
Zijn identiteit 10 jaar geheim gehouden
Het raadsel van een shelk, die tien jaar
geleden spoorloos uit Liverpool verdween, en
van een Fransohen professor in de physiolo-
gie, die na het verdwijnen van den sheik
plotseling opdook, werd eenige dagen geleden
opgelost.
Tien jaar geleden was sheik Abdullah
Quilliam leider van de Muzelmannen in En
geland. Hij woonde te Liverpool, waar bij
werkzaam was als advocaat-procureur.
Op een goeden dag verliet hij echter Enge
land en keerde er niet meer terug.
In zijn plaats kwam een zekere Henri
Maroel Léon, die kort geleden deken werd
van de Londensche school van physiologie.
Mr. Léon droeg bij officieels gelegenheden
een heele reeks van buitenlandsche orde tee-ke-
nen, o.a. ook het onderscheidingsteeken van
commandant van de keizerlijke orde van Im-
tiar (Turkije) alle ondersoheidingsteekenen,
die ook de sheik gedragen had.
Mr. Léon werd de nieuwe leider der Mos
lems in Engeland maar omtrent zijn persoon
bewaarde hij het diepste stilzwijgen. Wanneer
men hem naar den sheik vroeg antwoordde
hij steeds: sheik Abdullah heeft geen schul
den nagelaten en ik ben er zeker van, dat
hij niet dood is.
Maandag j.l. is mr. Léon te Liverpool over
leden. Thans heeft een vriend van den over
ledene aan een correspondent van de „Daily;
Herald" de opzienbarende onthulling gedaan,
dat de sheik en de professor dezelfde persoon
waren.
Een der secretarissen van de Internationale
Transportarbeiders-Federatie (I. T. F.) beeft
onlangs bij een bezoek aan Litauen moeten
vaststellen, dat het spoorwegpersoneel aldaar,
evenals het geheele personeel der overheids
bedrijven, trots de bepalingen van het vredes
verdrag, door de Litausche regeering onder
teekend, en ook tegen de nationale wet
geving in, het recht ontnomen is om een
vakvereenigiing te mogen vormen naar eigen
keuze.
In het begin der dictatuur werd bij spe
ciaal verbod dit recht opgeiheven, en tot
heden toe is zulks van kracht gebleven.
WARSCHAU, 27 April (H.N.) De politie
heeft te Lemberg een huiszoeking gedaan bij
talrijke Oekralnsche studenten, ook vrouwe
lijke, waarbij ontplofbare stoffen, wapenen en
munitie gevonden zijn. Een en ander wijst er
op, dat de studenten een militaire organisatie
vormen. In het geheel zijn 24 studenten ge
arresteerd.
GENèVE, 27 April. (VAN ONZEN CORRES
PONDENT). Op de internationale arbeidscom-
ferentie werd vandaag de nieuwe gewijzigde
oonventie voor de bescherming van de ha
venarbeiders tegen de gevaren van het laden
en lossen van schepen eenstemmig aangeno
men met alle 109 stemmen voor.
Dit succes is des te fraaier, wanneer men
zich den grooten strijd herinnert, die in 1929
over de eerste conventie was gevoerd.
Dank zij den goeden wil van alle groepen,
is thans een gewijzigde conventie tot stand
gekomen, die alle kans heeft op spoedige
ratificatie door alle landen, die bij deze con
ventie belang hebben.
LONDEN, 26 April. (N.T.A.) Kort na mid
dernacht is de prins van Wales van Londen
naar Newcastle on Tyne vertrokken om daar
een tweetal dagen in het industrie-centrum
door te brengen.
Het bezoek van den prins is niet officieel
en hij reist incognito. Hij verlangt zich per
soonlijk van de toestanden in de industrie
op de hoogte te stellen en de maatregelen te
loeren kennen, welke genomen zijn om den
nood der industrie te lenigen.
LONDEN, 26 April. (N.T.A.) Het ministe
rie van binnenlandsche zaken maakt bekend,
dat de jongste zoon van den koning, prins
George, het verlangen heeft te kennen gege
ven, op de hoogte te komen met de indu-
strieele toestanden en de industrieele admini
stratie en de ambtenaren van de afdeeling
fabrieken van het ministerie van binnen
landsche zaken wil vergezellen bij hun in
spectie-bezoeken aan fabrieken en werkplaat-
MAAG HET EnöEl^Ch
N/AM
EERSTE HOOFDSTUK
Mijn kennismaking met Bavalengro.
Hebt ge oude kleeren te verkoopen? Zijt ge
Werkelijk zoo goiukkig, dat ge de versleten
spullen kunt opruimen, zonder hoofdbreken
over de aanschaffingsikosten van nieuwe? Mag
ik u dan den raad geven, u met Mrs. Rodd in
verbinding te stellen, die oip Hand Court, vlak
bij de bekende jurietenbuurt. Bedford Row,
High Hol born, te Londen, een handel in oude
kleeren en ongeregelde goederen drijft, bene
vens een tweedehands boekwinkel. Eén brief
kaartje aan Mrs. P_odd. en liaar man komt
bij u, bereid, om alles wat ge aan onbruik,
bare zaken itn huis hebt, van u over te neme®
en meteen op z'n kar te laden. Maar ge kunt
veel meer genoegen van uw transactie beleven,
wanneer ge in oen loop <ier onderhandelingen
Mrs. Redid eens persoolijk op nand Court gaat
bezoeken. Ge komt dan in een geheimzinnig
too verlam!waar de romantiek nog onbetwist
heerschappij voert.
Eens had ik zelf het buitengewone geluk,
dat deze vorstin, juist op het oogenbdik. dat ik
er binnentrad, haar intocht hield in het stof
fige winkeltje, ik denk, om er van haar rus-
telooee omzwervingen wat uit te rusten. Ik
was toen echter te blind, om op te merken,
koe al die oude dingen daar met zilveren
festoenen van spinrag versierd waren, en te
doof otn het geklep der kleine vleugeltjes te
boor en. Had ik maar geweten, dat er iets bij
zonders gaande was! Maar hoe kon ik diat
weten? ik zag immers niets andera dan, dat
de weig-Qclaiiie Mrs. Rodd, met gekruiste armen
een klant zat op te nemen, die, haar den rug
toekeerend, over het rek met tweede-hands
muziek gebogen stond etf den inhoud daarvan
aan 't doorvorsohem was.
Doorvorschendat was wel 't juiste
woord! Met het vuur en den ijver van iemand,
diie naar een verborgen schat zoekt, gaf hij
zich geheel aan zijn bezigheid; 't eene oogen
blik slaakte' hij onverwacht 'n zucht van ver
lichting, alsof hij 'n verblijdende ontdekking
deed, om hei. volgende oogenblik, als door he
vige pijn gekweld, smartelijk te kreunen.
't Is toch vervloekt, madam! 'tis ver
vloekt, mijnheer! Hij had zich plotseling op
gericht en stond tegenover mij.
Hij was lang, ik geloof wel de langste man,
dien ik ooit za.g. en ook de magerste.
't Is vervloekt, mijnheea-! zei hij nog
eens. De diepte van zijn donkere, doordringende
oogen en die prachtige, ravenzwarte kleur
van zijn haar en van zijn langen puntbaard
maakten 'n grooten indruk op me. Hij bleef me
strak aanzien, als wachtte hij een antwoord
mijnerzijds. Maar, daar ik geen flauw ver
moeden had van de reden zijner verontwaar
diging, kon Ik zijn blik slechts beantwoorden,
door sprakeloos ook hem aan te staren. Het
geluid van Mrs. Rodd's stem maakte een eind
aan deze eenigszins pijnlijke situatie.
Wat scheelt er nu weeT aan, mijnheer?
vroeg ze, terwijl ze van haar stoel opreee.
Nu weer. Dus hij was geen onbekende
hiier.Hij antwoordde met een luid klin
kende stem, zoodat het glos en porcelein in
den winkel ervan rinkelden.
Wat eraan scheelt, madam?Wat
enaan scheelt, mijnheer? 't Is verschrikkelijk.
Ik kom hier, denkende, wat muziekte kun
nen uitzoeken, en wat vind ik?... Beethoven,
goed!
Mendetosotjn, |best 1,W agner,
prachtig! En danvind ik opeens dit
ding! 't I® vervloekt!''
Wild zwaaide hij met een blad muziek,
kneep het dan in zijn hamden samen en
wierp het vol verachting naar buiten, op de
stiraatsteenen.
Wat 'n gruwelijke hoon!... wat een
verachtelijke onbeschaamdheid't Is me als
had ik een zwijn in een paleis aangetroffen,
't Ie een heiligschennis!
Wat was dat dan voor een stuk muziek,
mijnheer? wiaagde ik te vragen.
Die vraag maakte hem bijna woedend.
Muziek?!... Muziek?!. Balh! 't Is 'n
bespotting. Den man, diie diat heeft samenge
flanst, moesten ze ophangen, radbraken en vie-
rendeelien!
Hij maakte een dwaas wanhoopsgebaar met
beide armen en verliet Mrs. Rodd's winkel.
Stomme verbazing moet wel duidelijk op mijn
gezicht te lezen geweest zijn; ik hoorde ten
minste Mms. Rodd, zachtjes sehoklachend, zeg
gen:
tls niets, mijnheer, u zult Mr. Bava
lengro well een® vreemder zien do-en.
Heet hij Bavalengro? vroeg ik. Wat 'n
rare naam!.. Maar waarover heeft hij zich
nu eigenlijk zoo boos gemaakt?
Als antwoord hierop ging Mrs. Rodd naar
de deur en raapte het onzalige stuk muziek
weer van de straat op.
Ik heb daar geen verstand van, mijn
heer, u zult beter zelf kunnen zien wat het is.
Ze gaf me het verkreukelde papier en, toen
ik er een blik op geslagen had, barsttê ik in
lachen uit
Neen maar' nep ik uit, weet u, wat t
is? ên Ragtime! en ik vond Mr. Ba-
valengro's verontwaardiging nu toch wel heet
belachelijk.
De plotselinge verschijning van een gestalte
in tie deur-opening deed ons beiden opzien, Mr.
Bavalengro kwam terug, nog langer, schraler
en zonderlinger dam straks, naar 't mij voor
kwam. Alle stpoiem van verontwaardiging wa
ren nu edhter van zijn gelaat verdwenen en
in de plaats daarvan vertoonde zich nu een
glimlach vun een buitengewone bekoring en
aanstekelijkheid. Gehoorzamend, als 't ware.
aan een onverklaarbare ingeving, lachten we
alle drie tegelijk en ik voelde, diat op dat
zelfde oogenblik reeds een zekere intimiteit
tusschen ons geboren was. Het duurt gewoon
lijk zeer lang eer twee zielen elkaar begrijpen,
maar in dit bijzondere geval scheen zich dat
proces met ongekend© snelheid te hebben afge
speeld, zoodat wij ons ail teretomid verheugden
in een warme, milde, rijpe, wederzijdsche sym
pathie.
Ik heb m'n tasch vergeten, zoo verklaarde
de lange, schrale, zonderlinge mam zijn terug
keer. En ik heb u ook nog niet die schade
vergoed, die ik u zoo juist in mijn opgewonden
heid veroorzaakte, madam.
Ik hoop, mijnheer, dat ik u zoo even
niet gehinderd neb, voegde hij er, zich tot mij
wendend, aan toe.
Ik stelde hem met een beleefd: „Volstrekt
niet, mijnheer", gerust.
Dat doet me genoegen, antwoordde hij
weer, hartelijk .ichenid.
Hij nam z'n portefeuille op en de lange,
schrale, zonderlinge mam met den vreemden
aaam stond op 't punt te vertrekken. Toen
dit tot me doordrong, werd ik vagelijk den
indruk gewaar, als ging ik iets voor alijtd
verliezen. In een oogwenk zou hij weg zijn,
verdwenen tusschen de menigte en alleen üet
zuiverste toeval zou hem misschien weer
eens mijn pad doen kruisen.
Maar vandaag nog zou het toeval een zeer
besliste rol in mijn bestaan spelen en dat
wel op een zeer onaangename manier, zooals
ik spoedig zou bemerken. In mijn zak tastende
naar mijn beur®, om een paar boeken, die ik
gekocht had, te betalen, ontdekte Ik tot m'n
schrik, dat ik mijn beurs verloren had. Het
drong onmiddellijk tot me door, dat ik tot den
kaatsten stuiver, dien ik bezat, daarin gebor
gen haij, zoodat ik nu geen roeden duit meer
had.
Het spijt me. Zoo wendde ik me tot Mrs.
Rodd. maar ik zial deze boeken toch bij u
moeten achterlaten. Ik heb mijn beurs ver-
loren.
De lange, schrale, zonderlinge man lachte.
Hoeveel hebt ge verloren? vroeg hij, mij
vrlendelijk-nieuwsgierig aandienende.
Ik had een oogenblik lust, om mijn ongeluk
slechts als een kleinigheid voor te stellen,
maar zijn houding dwong mij, ik voelde het,
om eerlijk met de waarheid voor den dag te
komen.
Al het geld, dat ik in de wereld bezit.
tot den eerstivoilgenden traktementsdag, ant
woordde ik. Het waren slechte tijden en ik
was maar een onbeduidend adrvocaatsklerk,
diie in het naburige juristenkwartier, Bedford
Row, niet meer verdiende don een zeer sober
bestaan.
Beslist alles? vroeg hij nog. Kon er niet
hier of daar nog een stuivertje in uw zakken
zitten?
- Neen.geen roode duit!
Dan verkeert ge in benijdenswaardige
omstandigheden, hroeder! Er is niets, dat u
bezwaart, en de aarde behoort u!
Ik glimlachte eens maar, ik moet toege.
ven, droevigjes. Aal hielp mc die zonderlinge
denkbeeldige troost bij mijn zuiver stoffelijk
verlies?
Uw redeneering zal wel volkomen juist
zijn, gaf ik hem te kennen, doch, daar mijn
aanspraken op de aarde mij niet bepaald on
betwistbaar lijken, zal ik er maar op uitgaan,
om mijn beurs terug te zoeken.
Mijn belangstelling in den onbekende was nu
eenigszins geluwd door de zorg over mijn ver-
idee. Na een verre van vnoolijkeo afscheids
groet aan hem en Mrs. Rodd verliet ik den.
winked. A1 spoedig echter zag ik, dat hij ma
volgde.
Hoe denkt ge nu uw beiins terug te
krijgen? was zijn vraag.
Ik bleef staan en moest me weer beken
nen, dat ik zijn eigenaardigen, onweerstaan
bare® glimlach verrukkelijk vond.
Ik denk naar de politie te gaan, luidde
mijn antwoord, dat hem in een schaterlach
deed uitbarsten.
Gaat ge don heusch probeeren, het Nood
lot te dwarsboomen?
Ik keek hem verwonderd en ik geloof zedf3
eenigszins verstoord aan. Ik stond op het
punt, hem te doen opmerken, dat zijn looze
praat weinig baat gaf aan iemand, die ten
minste voor eenige dogen tot bittere armoede
gedoemd was. Maar hij voorkwam me.
Broeder, het was nu eenmaal tevoren zoo
beschikt. Do mam, die een beurs gevonden
heeft, was eveneens daartoe voorbestemd.
Schrijf uw verlies af met één woord: 't
Noodlot! Alles is vooruit bepaald, zoo goed
als ik voorbestemd ben, om hierbij mijn rol
te spelen.
Uw rol? riep ik uit. Het werd me nu
waarlijk haast te sterk.
Ja, mijn nol. zei hij nog eens en baalde
uit zijn zak een rolletje banknoten, met een
elastiekje bijeengehouden.
Eén hiervan zal tot uw naasten trakte
mentsdag den honger verdrijven, die u anders,
naar ik uit uw woorden heb opgemaakt, be
dreigt.
Ik stond verbluft.
Maar dat kan ik niet van u aannemen,
betoogde ik.
(Wordt vervolgd), j