EXTRA PINKSTER AANBIEDING MAISON DIERCKS Philips Gloeilampenfabrieken f Schiedam, Hoogstraat 131 Speciaalzaak voor mantel- en gar- neerknoopen. Alle soorten kant en zijden garneeringen en fournituren, zijden kragen, volants en chabots, enz. enz. Speciaal ate!ierv.ajouren,plisseeren, festonneeren, borduren enz. enz. enz. SPANJE'S BALANS. vermakelijkheden. A VRIJDAG 13 MEI 1932 DECENTRALISATIE VAN HET t PRODUCTIE-APPARAAT. DE GRAAL REPETEERT IN HET STADION. j LIJM- EN GELATINEFABRIEK T „DELFT". KAMERLID-GESALARIEERD BESTUURDER. Over een besluit dat niet genomen werd. HET DRAMA IN STRAAT MADOERA. Rotterdam, Schiedamscheweg 136 138 Een interessant artikel van de „Ulustrazione Vaticana". NA DEN VERJAARDAG DER REPUBLIEK. EEN WINDMOLEN ALS KERK. ALBERT LEBRUN EN ZIJN GEZIN. VERKEERSONGELUKKEN. DE WET OP DE ZONDAGS- PURITEINSCHE INVLOEDEN? 113 TWAALF OLIETANKS IN VLAMMEN. t Aan het verslag der N.V. Philips' Gloeilam penfabrieken over 1931, ontleenen wij het volgende: De bestaande wantoestanden in het interna tionale goederen- en geldverkeer, welke een gezonde internationale ontwikkeling en ratio nalisatie van de industrie volkomen verhin deren, hebben ons tegen onzen wil gedwongen, tot een sterk doorgevoerde decentralisatie van ons productieapparaat en daardoor tot het vastleggen van aanzienlijke bedragen in het buitenland, hetgeen wij bij het opmaken van ons vorig jaarverslag niet konden voorzien. Maakten wij reeds in ons vorig jaarverslag melding van een vermindering van den omzet in het laatste kwartaal, zoo moeten wij over 1931 een verdere daling constateeren, welke veroorzaakt werd door tallooze moeilijkheden, zooals verminderde ko pkracht, invoerverbo den, contlngenteeringen, deviezenbeperkingen. verhoogde invoerrechten enz., welke moeilijk heden steeds grooter zorgen baren. De val van het pond in September J.I., als mede van andere valuta's die hierdoor werden medegesleept, veroorzaakte een aanmerkelijk verlies zoowel op onze vorderingen als op de verkoopen in de daarop volgende maanden, aangezien de verkoopprijzen niet overeenkom stig konden worden verhoogd. De hierbovengenoemde belemmeringen in het internationale handelsverkeer, alsmede de noodzakelijkheid de kostprijzen van onze fabri katen aan te paseen aan de buitenlandsche marktprijzen, no-dzaakten ons dan ook in ver schillende landen de fabricage van onze arti kelen ntt te breiden: dit kon gedeeltelijk wor den bereikt door overeenkomsten met onder nemingen in dezelfde branche, waardoor te vens de afzet van onze producten in die lan den kon worden geconsolideerd en in enkele gevallen zelfs kon worden vergroot. De aan passing van den kostprijs werd verkregen door belangrijke besparing aan vrachten en invoer rechten, terwijl bovendien het lagere loonni veau in de meeste landen een gunstigen in. vloed uitoefende. Verplaatsing van fabricage naar het buitenland. De verplaatsing van fabricage naar het bui tenland kon in enkele belangrijke landen slechts worden bereikt door het sluiten van overeenkomsten, welke investeering van aan zienlijke bedragen vorderden. Hierdoor is, in verband met onze conservatieve waardeerings- politiek, een afschrijving van 9.527 890 oo Deelnemingen wenschelijk, welk bedrag wij voorstellen ten laste te brengen van de Reserve voor Uitbreiding. Naast alle andere bezuinigingsmaatregelen bij onze ondernemingen in binnen- en buiten land werd een verlaging, zoowel van salaris sen als loonen, in onze fabrieken en kantoren hier te lande onvermijdelijk, teneinde althans een gedeelte van het exportgebled voor den afzet van onze producten van Nederlandscb fabrikaat te kunnen behouden. De tengevolge van de crisis verminderde betalingscapaciteit in alle landen maakt het innen van onze vorderingen steeds moeilijker, weshalve wij voorstellen dit jaar een bedrag van f 1.000.000 ten laste te brengen van de Winst- en verliesrekening als reserve op Debi teuren, ofschoon reeds zoowel door ons als door pnze dochterondernemingen tegen niet vol. waardige debiteuren ruime voorzieningen zijn getroffen. Hierdoor zal de voorziening tegen Debiteuren, welke per 31 December 1930 2.000.000 bedroeg, worden verhoogd tot 3000.000, waarmede wij het bedrag der Debi teuren hebben verminderd. Het afbetalingssysteem werkt nog steeds gunstig; de verliezen hierop blijven onbetee- kenend. r Het verlies-saldo blijft op 106.712 P gehandhaafd. Verdere productie- V inkrimping noodzakelijk. Aan het jaarverslag over 1931 der Lijm- en Gelatinefabriek „Delft" ontleenen wy het vol gende De onbevredigende gang van zaken noodzaakte ons tot een loons- en salarisverlaging, gedeel telijk In December 1931, gedeeltelyk in Maart 1932 ingevoerd. Wil de Nederlandsche industrie den stryd om het bestaan met de concnrreerende buitenland sche industrie kunnen volhouden, zoo zal een aanpassing van het loonniveau hier te lande aan het peil in het naburige buitenland bestaande, noodzakelyk zyn. De mogelykheid van daling van het loonpeil is echter nauw verbonden aan de kosten van het levensonderhoud. Op de over heid rust in dezen de zeer verantwoordelyke taak om daadwerkeiyk mede te werken aan een ver laging dezer kosten van het leven. o.a. door ver laging van de door haar betaalde loonen en van de tarieven tot welke zfl de door haar, krach tens verkregen monopolie, vervaardigde produc ten aan de gemeenschap levert, als electriciteit, gas en water, en diensten verricht als vervoer per spoor, tram. enz. Onder de gegeven omstandigheden moet een voorstel tot uitkeering van dividend zoowel op de gewone als op de preferente aandeelen ach terwege blyven. Wy ondervinden een steeds moeilyker worden den afzet, gepaard aan een nog steeds verder voortschrydenne prijsverlaging onzer producten, niet alleen tengevolge van afnemende consump tie, doch ook doordat steeds meer staten den Invoer onmogelyk maken of belemmeren. Wy wyzen verder speciaal op de invoerrechten ■waarmede Engeland in Maart 1932 onze produc ten belast heeft, waardoor onze export naar En geland. althans voorloopig. vrywe! geheel stil gelegd i-. Niettegenstaande wy in den loop van het boekjaar onze productie reeds aanmerkelyk ingekrompen hebben, zullen wy tengevolge van den steeds moeilyker wordenden afzet, binnen kort moeten overgaan tot een verdere beperking onze.- productie. De winst- en verliesrekening staat Debet voor: saldo A. P. 106.712 (136.548), afschryving op gebouwen, machinerieën en meu bilair 36.188 (138.327), afschryving op effecten ƒ7.090, interest 23.844 32.3131 en Credit voor: exploltatiewinst ƒ35.974 (200.478), winst op verkoop grond en gebouwen ƒ31.150, saldo ƒ100.712 (onv.) r „Da's maar een sardineblikje, vader". „Hou je bakkes, jongen; misschien heb ik de volgende maal een sardientje aan den baak!" Voor haar Pinksterspel. Achter de muren van het Stadion brandt licht. De booglampen wei-pen haar lichtcirkels op bet wit-grijze beton van de wielerbaan, dat bet schijnsel terugkaatst over de muren heen. Af en toe slaan er golven door de avondlijke stilte en de menschen die voorbijgaan blijven een wijle talmen voor de hekken en vragen zich af: wat zou ddar te doen zijn? Zij pogen tevergeefs een glimp op te vangen van wat daar op het ruime Stadionveld gebeurt, de deuren blijven gesloten en de wachtenden buiten moeten zich tevreden stellen met af en toe een zin, een enkel woord soms op te van gen, gesproken door duizenden meisjeskelen. Daar binnen dwalen de lichtbundels van schijuwerpers over het groene veld. In het mi-dden staat een vreemd gevaarte, niet veel meer dan een geraamte van witte houten bal ken bekroond door iets dat den vorm heeft van een wijde schaal of schotel; een afbeelding van de Heilige Graal, het verheven zinnebeeld van onze fiere katholieke meisjesbeweging, die zich de Graal noemt. Aan beide zijden van het Stadionveld, daar waar de wielerbaan in een scherpe bocht schuins omhoog loopt, staan honderden gestal ten in gesloten formatie. Haar silhouetten steken scherp af tegen den lichten achter grond. Er zit beweging en leven in deze groepen, die de verzen van het Pinksterspel zeggen met een zuiver begTfp van kiank en rhythme, en wier rhythmische lichaamsbewegingen de cadans der zinnen op een markante wijze ondersteunen. De kolonnes bewegen zich over het veld met strakke, scherp geaccentueerde gebaren en krachtig gearticuleerde woorden, die zelfs in de uiterste hoeken nog duidelijk verstaanbaar zijn. De nagalm van de woorden rolt soms langs de verlaten tribunes en blijft een oogen- blik hangen onder de ver vooruitstekende overkappingen. Er zit een prachtige vaart In dit spel, die zelfs reeds nu in 't half donker waar het gedisciplineerde optrekken van duizenden ge stalten fantastische vormen aanneemt weet te fascineeren en mee te slee-pen. Een enkele repetitie is reeds voldoende om te bemerken, dat dit Pinksterspol zich op vele punten essentieel onderscheidt van het Paasch- spel dat de Graal het vorige jaar heeft uitge voerd. Dit onderscheid ligt niet alleen in den inhoud en de beteekenis van het spel, niet alleen in het veel grooter aantal meespelenden (dit jaar tienduizend, het.vorig jaar twee en een half duizend) maar vooral ook in de wijze van uitvoering. Blijkbaar heeft de Graal de met het „Paasch. kruis" opgedane ervaringen benut. Er zit nu veel meer beweging en speelschbeid in de op voering. Het statische element, dat in het vorige spel overheerschend was en wel eens al te star aandeed is voor een groot deel ver vangen door het dynamische, waardoor de op voering zeker aan levendigheid en vermogen om te boeien zal winnen. Groepen trekken op, vereenigen zich en nieuwe groepen scheiden zich af. De zware gang der verzen wordt nu eens onderbroken door een tegenzang, dan weer door dansen in een fraaien, bebeerschten stijl. Het slot wordt gevormd door een overweldigend „Te Deum" en daarna een défilé van alle deelneemsters langs de tribunes. De Graal zal met deze opvoering een be langrijke daad van werkelijk cultureels be teekenis stellen. Met steeds nieuwe middelen tracht zij uitdrukking te geven aan het eigene, dat In haar karakter ligt en dat zij aan de wereld openbaren wil en moet. En daarom staat het nu reeds vast, dat de opvoering van het Pinksterspel een succes zal worden, ondanks de schier bovenmenschelijke kracht die gevergd wordt om een menigte van tienduizend jonge en levenslustige menschen te lelden en te bezielen, opdat er een eenheid ontsta die schoon is door de contrasten die zich er in voordoen en die tezamen opgaan in een zuivere harmonie. Het zal een succes worden, ondanks de ont zettend hooge kosten, aan een dergelijke uit voering waarvoor duizenden en duizenden costuums noodig zijn, verbonden,, ondanks de groote zorg en verantwoordelijkheid van de leiding, die de duizenden onderdak moet bren gen. O.m. is het geheele hotel van den Kon. Hollandsche Lloyd reeds voor de deelneem sters afgehuurd. Op het Stadion zelf zullen de tienduizend een H. Mis bijwonen, die door den moderator van de Graal, den Zeereerw. heer J. Voorham in de open lucht zal worden opgedragen. Zij zullen daaronder tot de H. Tafel naderen en gezamenlijk als uit één mond en één hart Gods zegen over het spel afsmeeken. Gaarne voldoen wij nog aan een verzoek van de Graal om een opToep te plaatsen om dekens, teneinde de Graalleden tijdens hun logies te beschutten tegen de koude. Zij, die voor enkele dagen een dpken kunnen missen, kunnen deze bezorgen bij een van de clubbuizen van de Graal. De dekens moeten in den linkerhovenhoek voorzien zijn van een reep wit katoen waarop naam en adres van den' eigenaar staan vermeld. WYBERT-TABLETTEN. Het Gerechtshof te Arnhem heeft uitspraak gedaan in de zaak tusschen de N.V. Gaba, ge vestigd te Bazel, en een winkelier, T. ge naamd te Nijmegen. Genoemde N.V. stelde in Nederland gerech tigd te zijn tot het gebruik van het merk „Wybert" en dat T. op dat recht inbreuk maakte door losse hoesttabletten af te leveren als iemand in zijn winkel om Wybert-tablet- ten vroeg. T. verweerde zich o.m. door te stellen, dat hij slechts inbreuk kon maken op het merk van eischeresse als hij dat merk op zijn waar zou hebben aangebracht, daar de wet wel een woordmerk, maar geen klank. merk kent, en dat verder het woord Wybert- tabletten een gewone soortnaam is. T. ont kende derhalve te hebben gedaan wat hem werd ten laste gelegd. De Rechtbank nam aan, dat als T. gedaan had, wat hem ten laste was gelegd, hij zulks niet mocht doen. doch daar hij dat ontkende, liet zij de eischende N.V. toe zulks door ge tuigen te bewijzen. Tegen deze beslissing kwam T. bij het Arnhemsche Gerechtshof in beroep, doch het Hof vereenigde zioh met die beslissing en bevestigde dus het vonnis waar van beroep. De zaak komt nu weer ten volle voor de Arnhemsche Rechtbank om het bevolen getui genverhoor alsnog te houden. Een der hesluiten op de laatst gehouden bondsvergadering van „St. Pauius", den Ned. R.K. Bond van Overheidspersoneel, genomen, heeft den inkt in de journalistieke inktpotten heftig in beroering gebracht. Ja zelfs een professorale vulpen kwam er door in beweging. Typisch is het hierbij op te merken, dat heel deze artikelenstroom in en buiten onze Katho lieke Pers gaat over een kwestie waarover op de bewuste vergadering van „St. Pauius" geen besluit genomen is en ook niet behoefde ge nomen te worden. In de artikelen van „De Tijd", „De Nieuwe Dag", „de Maasbode", „de Nederlander" enz. gaat 't over de vereenigbaarheid van de functie van gesalarieerd bestuurder- (schijnbaar ge bruikt men met voorliefde hier-het nietszeggen de woord „vrijgestelde") -kamerlid. Deze vereenigbaarheid der twee bezoldigde functies nu is nimmer bij "St. Pauius" aan de orde geweest en ik meen te mogen zeggen in de geheele arbeidersbeweging niet. Het staat daar als het ware a priori vast, dat, indien iemand gesalarieerd bestuurder is, deze functie niet toelaat het Kamerlidmaatschap erbij waar te nemen of omgekeerd. Beide functies vragen zoo goed als den ge- heelen mensch. De gevolgde praktijk is dan ook tot nog toe dat, indien een gesalarieerd bestuurder kamer lid werd, hij wel lid bleef van het betrokken bondsbestuur, in een enkel geval met een heel kleine vergoeding, maar als gesalarieerd be stuurder (vrijgestelde) verdween. Bij „St. Pauius" nu heeft men het besluit genomen, dat het Kamerlidmaatschap onver- eenigbaar is met het lidmaatschap van het dagelijksch bestuur van den Bond. Daarbij hebben zuivere overwegingen van bondsbelang den doorslag gegeven, zoodat alle beschouwingen, die in de pers aan dit besluit zijn gewijd, vrijwel langs de zaak heen gaan. Over de kwestie, die In de pers ter sprake is gebracht, zou nog^heel wat te zeggen zijn, vooral over het feit, of de belangensfeer van bepaalde personen het meer of minder onmoge lijk maakt, op juiste wijze een openbare functie te vervullen. Als dit zou worden aanvaard als maatstaf, zal het aantal mensohen tot wie men zich voor het vervullen der plaatsen in de openbare li chamen kan wenden, niet voldoende zijn om de te bezetten plaatsen in te nemen, terwijl dan bovendien bij een ernstig onderzoek zeer waar schijnlijk zou blijken dat een van de meest onafhankelijke posities in het maatschappelijk leven juist, die van gesalarieerd bestuurder in de arbeidersbeweging is. Maar genoeg daarover. Doel van dit artikel was, vast te stellen dat men over zaken schreef die niet aan de orde zijn geweest. i Laten zij die de verantwoordelijke taak hebben, het publiek voor te lichten, toch vooral beden ken dat, door het schrijven over zaken, die meer fantasie dan werkelijkheid zijn, men hij een groot aantal menschen meeningen doet post vatten die onjuist zijn en zeker schade moeten toebrengen aan de katholieke zaak en de verhouding der personen én groepen onder, ling. F. SPIT. P.S. Voor zoover ons bekend, is ln onze katholieke fractie de vereeniging van de twee genoemde functies alleen maar aanwezig wat de werkgevers betreft. EEN GESCHENK VOOR MGR. LEMMENS. Door de bewoners van den Johannes Nepo- mucenus en St. Bruno-put te Roermond werd bij gelegenheid van de wijding van Z. H. Exc. Mgr. Dr. G. Lemmens een fraai gesmeed ijzeren kroonluchter ten geschenke aangeboden. Deze thans gereed gekomen driearmige luchter, in oud-gotischen stijl, rijk geornamenteerd uit gevoerd in zwart ijzer, zal over eenige dagen een plaats krijgen in een der zalen van het R. K. Godshuis, waar Z. H. Exc. Mgr. Lem mens voo-rioopig nog resideert. De gezonken prauw. Gedurende het noodweer dat in de Straat Madoera gepaard ging met tamelijk hevigen wind, is zooals reeds telegrafisch werd ge meld ter reede van Soerabaja ongeveer op de hoogte van Semampir een prauw omgesla gen. Wij lezen thans nader in het Soer. Hbl. Het s. s. Benkoelen van de K.P.M., dat juist van Soerabaja vertrokken was om de Oost. draaide onmiddellijk bij en het gelukte den op varenden van dezen stoomer, niet minder dan 26 menschen te redden, ofschoon verscheide- nen in bewusteloozen toestand aan boord ge bracht werden. Bij dit reddingswerk onder scheidde zich in het bijzonder Bongo, pand- jerwalla (matroos eerste klasse) aan boord van de Benkoelen. De hoofdmachinist van den stoomer was ijverig in de weer, om de drenkelingen, die het bewustzijn verloren hadden, weer bij kennis te brengen, terwijl alle geredden van droog goed werden voorzien. Intusschen had ook de politie van den wal uit, de omgeslagen prauw waargenomen, De Benkoelen seinde met vlaggeseinen, wat er ge beurd was, welke seinen van het havenkantoor op dezelfde wijze beantwoord werden. Motor booten voeren uit en hielpen zoeken, terwijl de Benkoelen terugkeerde naar de haven, om de geredden aan wal te brengen. Men had opgemerkt, dat nog enkele dren kelingen door andere prauwen waren opgepikt en reeds waren eenige lijken drijvende ge vonden en geborgen. Ooggetuigen verklaarden, dat er wel hon derd menschen in de prauw gezeten hadden, doch dit viel van meet af te betwijfelen, aan gezien de prauw een certificaat had voor 56 opvarenden, passagiers inbegrepen. Nu hebben prauwvoerders nog wel eens de gewoonte, hun ne vaartuigen te overladen, doch meer dan 60 k 70 menschen konden er toch moeilijk ln. Bij nader onderzoek bleek de prauw zelfs in het geheel niet overladen te zijn geweest. In het geheel bleken 29 personen gered; vier lijken konden worden geborgen en 16 personen worden nog vermist. De politie slaagde er ook in, de prauw zelve binnen te sleepen. Later kon worden vastgesteld, dat nog elf van de zestien, als vermist opgegeven, opva renden waren gered, zoodat het aantal slacht offers is teruggebracht tot 9. J 11154S 14t Onder den kop „De balans der Spaansche republiek" publiceert de „Iliustra-zione Vati cana" een artikel over Spanje, waaraan wij om enkele belangrijke opmerkingen, welke daarin voorkomen, het volgende ontleenen. Den 14en April j.l. heeft de Spaansche re publiek haar eerste levensjaar voleind. De groote volksfeesten, welke door de regeering bij die gelegenheid georganiseerd werden, wa ren echter zoo weinig spontaan, dat zelfs een van de trouwste organen der republiek schrij ven moest: „We hebben den plicht ronduit te zeggen, hoe diep bedroefd ons gemoed ia bij het schouwspel van de feestelijkheden der republiek". Met een militaire parade, carnevaleske op tochten, vuurwerk en sportdemonstraties, is de verjaardag der republiek herdacht, maar Spanje, het eigenlijke Spanje, heeft zich verre van deze feestelijkheden gehouden en heeft in den geest de treurige balans van de afge- loopen twaalf maanden opgemaakt. Aanvankelijk had het den schijn alsof het nieuwe regiem, dat enkele dagen na de ge meenteraadsverkiezingen in Spanje gevestigd werd, aan de verlangens van het grootste ge deelte van het Spaa-nsche volk voldeed. Een krachtigen steun vooral ontving het nieuwe regiem door het bekende artikel van „El Debate" van 15 April 1931, waarin de re publiek werd aanvaard en haar een loyale sa menwerking werd aangeboden. Een oogenblik had het den schijn alsof het grootste deel van het Katholieke Spanje zijn aanhankelijkheid aan het nieuw© regiem betuigde. Velen zagen in deze onmiddellijke aanpassing het beste middel, om de voorstanders van het anti-cle- ri cal isme bij voorbaat te ontwapenen. Anderen daarentegen herinnerden zich, door welke tra ditie van seotarisme en godsdiensthaat zicto de Spaansoke republikeinen steeds hebben la ten inapireeren, en wachtten zich er wel voor, zich illusies te maken. Een feit is, dat niets er meer toe heeft bij gedragen om de republiek bij haar begin te oansolideeren dan de houding, welke door het groote Katholieke Madrileensche blad werd aangenomen. Het standpunt van „El Debate" werd een leuze, die door velen werd aanvaard met buitengewone verwachtingen, in zekeren zin gerechtvaardigd door de aanwezigheid in de regeering van twee mannen, die zich als Katholiek bekenden-, n.l. Alcala Zamora en Maura. Al heel spoedig echter kwamen de teleur stellingen en welke smartelijke teleurstellin gen! Eenige weken na de vestiging der repu bliek gingen kloosters en kerken in vlammen op, terwijl de regeering en daarmede ook senor Maura „catolico corno el que mas" volkomen ou verschi l l ig toe zag, zonder de geringste maatregelen tegen het vandalisme van het gepeupel te nemen en zelfs bij monde van een minister verklaarde, dat het leven van een republikein meer waard is dan honderd ker ken en kloosters. Deze afschuwelijke feiten wekten in geheel Spanje een heftige verontwaardiging, welke echter met een nog heviger vervolging beant woord werd. Het werk. dat de constituante tot dusverre verricht heeft, had geen ander doel, dan de Kerk in Haar grondvesten te treffen, Spanje te ontkerstenen en de Katho lieken te vervolgen. Er waren anderzijds tal van gewichtige so ciale vraagstukken op te kissen, maar aan geen enkele daarvan werd de zoo dringend gewenschite oplossing gegeven. Integendeel, de werkloosheid is schrikbarend toegenomen en de openbare orde wordt voortdurend door sta kingen, opstanden en aanvallen op den par ticulieren eigendom bedreigd. Geen enkel economisch vraagstuk, schreef Catvo Sotelo, is in dit eerste jaar der repu bliek opgelost; integendeel zijn tal van nieuwe problemen geschapen en andere zijn nog ge compliceerder geworden. Nooit nog was de toestand der Spaansche arbeiders zoo bedroevend slecht, nooit nog verkeerden de Spaansche financiers in noo u catastrophale positie: minister Carner heeft het zelf moeten erkennen. De voornaamste voormannen der republiek, die al hun krachten in het werk gesteld heb ben, om het republikeineche ideaal te verwe zenlijken, als Maura, Lerroux, Ortega y Gas set, zijn thans de ouverzöenlijkste critici ga. worden van het werk der tegenwoordige re geering. De constitutie, welke wordt toegepast met een ijver, een betere zaak waardig, is een „monument" van sectarisme, dat slechts iü twee landen is overtroffen, n.l. in Rusland en in Mexico. Inmiddels weerklonk uit Rome het plechtig protest van den H. Stoel in de waardige en tevens bedroefde stem van den H. Vader, maar het vermaan van Z. H. werd door de regee ring Azana kort daarna beantwoord met een nieuwe reeks van anti-godsdienstige decreten: ontbinding van de Jesuietenor-de, verbanning van het kruisbeeld uit de scholen, verbod van iuet godsdienstonderwijs en opheffing van de begroo-timg van geestelijkheid en eere-dienst enz. enz. Het is alles de triomf van een vrijmetse laars-dictatuur. Maar ondanks allen schijn gaat de anti-cleri-cale politiek in Spanje haar ondergang tegemoet. Zij kan Spanje nog groote nadeelen -berokkenen m-aar het oogen blik is niet verre meer, waarop men zich ge noodzaakt za-1 zien tot het verte-den terug te keeren. Reeds houdt men zich bezi-g met de toekomstige verkiezingen, welke zelfs vol gens de meening der vurigste republikeinen, wegens de invoering van het vrouwenkies recht, d-e „urnas funerarias" zullen worden van de tegenwoordige cartes en regeering. De vervolging der laatste maanden, heeft tenminste dit onschatbare voordeel gehad, dat zij van d-e S-paansch-e Katholieken ijverige strijders gemaakt heeft voor het Koninkrijk van Christus. Dr. E. J. Haslinghuis schrijft ons: Het in stand houden van een standerdmolen, die als zoodanig niet meer werkt, is ln de meeste gevallen onzinnig. Men kan een enkel exemplaar naar een openluchtmuseum verplaat sen goed. Men kan den molen bewaren vanwege zijn functie in het landschap, zijn ligging op een lioog punt bijv. maar eigenlijk is hij dan een stuk „coulisse" geworden, en een duur stuk, door 't onderhoud. Bij 'n steenen mo len van 't in ons land zoo bekende type „boven kruier", kan men zich echter denken, dat voor het groote molenlijf nog een andere dan de oor spronkelijks bestemming te vinden is, al zullen de wieken dan moeten worden verwijderd, wat er wei een groot deel van de bekoring aan ontneemt. Een jeugdherberg, die immers aan slechts zeer matige eischen van comfort be hoeft te voldoen, zou men er best in kunnen onderbrengen. Of dit al eens gebeurd Is, weet ik niet, al zou het mij niet verwonderen, dat men over onze Oostgrens zoo iets al heeft ge daan. Daar in Duitschland, en wel in Veltenhof bij Brunswijk, heeft men het nu ook aangedurft zoo'n steenen „Bock-hollander" in te richten als kerk voor de „reformierte Pfalzer" die daar lang tevergeefs een lokaal hadden gezocht. Het gelijkvloers en de eerste verdieping zijn samen tot één ruimte met omgaande gaanderij ge maakt, de tweede verdieping tot vergaderlokaal Ondanks het gemis van zijn wieken doet het kegelvormige gebouw het goed op zijn hoogeo heuvel boven de Oker-vlakte en wanneer er wat wilde wingerd omheen komt wordt bet effect nog fraaier. Zelfs de oude molensteen is weder gebezigd en hier begroeten we een mooie symbol1®1', op zettelijk of toevallig: men heeft hem als a|- taarsteen toegepast. Naar de „Echo de Paris" me!clt" nieu we president der Fransche republiek, Albert Lebrun, evenals de overleden Pres'dent Dou- me-r, boven alles gehecht aan zi'1'" Sezin. De heer Lebrun, wiens lev®11 een toonbeeld is van arbeidzaamheid en eenvoud, trad in het huwelijk met mile. Nivoit, wier vader directeur was van de „Ecole des mines' en algemeen inspecteur van het -mijnwezen. Uit dit h-uwelijk zijn twee hinderen geboren, eenzoon, die ingenie,ur is, en een dochter, die gehuwd is met een zekeren heer Freyssi- nard, eveneens ingenieur aan de havenwerken van Marseille. De nieuwe president is grootvader van twee jeugdige kleinkinderen. Zijn broer bewoont nog steeds het ouderliJK h-uis te Mercy-le-Haut in Lotharingen, waar Albert het liefst zijn vacanties ging doorbren gen. Een correspondent van de Matin" bracht dezer dagen een -bezoek aan den broei van den nieuwen president, Gabriel Lebrun. Toen hij Gabriel gelukwenschte met de verkiezing van zijn broer tot president, kwamen heni de tranen in de oogen. „Ik beklaag mijn broer meer, dan dat ik hem benijd", zei de hij, „want zijn grootste ontbering zal ongetwijfeld zijn, dat hij niet meer te Mercy-'e-11111"- zal kunnen terugkeeren. U ku-nt gerust aan de lezers van uw blay zeggen, yat hij. als hij een bekwaam politicus is, even goed thuis is in ]anb- b-ouw. Toen hij aan het lyceum van Nancy studeerde, was zijn gróótste genot, vader en mij te komen helpen. Hij liep dan achter den ploeg en in den oogsttijd bestuurde hij de landbouwmachines-" BAD SASSEMDORF, li Mei (V.D.) Bij het veria-ten van station heeft de Leipzige-r- D-tre-in op den spoorwegovergang naar So-est een wagen gegrepen. De baanwachter had de spoorboomen niet neergelaten. De paarden wa ren reeds over de rails, toen de trein naderde, den wagen greep en volkomen vernielde. De landbouwer Haule kon zich nog op het laat s-te oogenblik redden. De beide in den wagen zittend e boeren arbeiders werden door de loco-motief gegrepen. Een hunner was op slag dood, de andere la ia het ziekenhuis overleden. «W 'f AL*- Zondagswetten in het verleden. Van onzen correspondent) Londen, Mei 1932. Nog stee-da is het vraagstuk der Zondags- ver make 1 ij khed en niet opgelost, en zooala de zaken thans staan, stellen bioscopen die des Zondags geopend zijn, zich bloot aan hooge geldstraffen. Opge-merkt is, dat de puritein-sdhe stroomin gen, die thans weer zooveel sterker blijken te zijn dan men gedacht had, en vooral het sar bath-Isme, eerst gerui-men tijd na Enge land 3 afval van Rome een rol begonnen te spelen, on dat zij vreemd waren aan John Knox, gelijk ook aan Ma-rtin Lu-th-er. Ook Is terecht aan gevoerd, dat in zul ver-katholieke landen sabo- tliistische praktijken in he-t geheel niet voor komen. Toch is het onjuist aan te nemen, dat da puriteins-che mentaliteit eerst na de afscheu ring van Rome ingang vond, en dat zij voort sproot ui-t bepaalde godsdienstige opvattingen. Wij mogen veeleer het tegendeel aannemen, n.l. dat die godsdienstige opvattingen voort sproten ui-t een puritelnsche mentaliteit,, welke het.al) een pers-oon, hetzij een' vollt of ras ken merkt, en welke dus bestaan kan hebben (ea dan ook bestaan heeft) lang vóór de hervor ming, gelijk zij thans ook o-nder indivldueela katholieken kan voorkomen. De Mi-d'deleeuws'Ohe en zelfs de vroeg-Mid- deleeuwsche wetgeving op de Zondagsheiliging ln Engeland was zeer streng. Reeds de wetten van koning Athelstan verboden eiken handel op Zo-ndag, en stelden zware s-traffen op over treding van het verbod. Thans is niet elka handel op Zondag verboden. Onder Hendrik VI werd bij statuut bepaald, dat geen mark ten op zon- en fee-s-tdagen ge-houden mochten worden. In onzen tijd worden wel Zondags markten gehouden. in de li de eeuw werden onder Karei I, Ka reiI II en Willem III de Zondagwetten herhaal delijk aangevuld, vaak met een pijnlijke nauw gezetheid d'ie aan het belachelijke grensde. Zoo werd onder Willem III bepaald, dat des Zondags vóór en na de kerkdiensten makreel Vp!'kocht mocht worden. Voor visechers en vischve-rkoopers, en ook voor melkslijters, wer den nog tal van uitzonderingen op de al-ge- mee-ne sabnthwetten gemaakt en nauwkeurig omschreven. En voerman of koerier mocht, volgens een statuut onder Kare-1 II, op Zondag niet rijden. On-cler Karei I Werd vastgesteld, dat men des Zondags geen sport mocht beoefenen buiten, zijn parochie; in de parochie zelf ware.n ze kere volksvermaken en onwettige ontspannin gen!!) verboden. De boete, welke op overtre ding stond, was evenwel zeer iaag; zij bedroeg slechts 3 s. 4 d. De thans befaamd^ beworde-n wet van 17,81 werd aangenomen één jaar na den dood van, den be-roeniden commentator sir William Biackstone. In de ln 1°09 verschenen vijftiende editie zijner „Commentaren" bren-gt evenwel prof. Edward Christian, die het werk van noten en aanvullingen voorzien had, d-e wet, welke thans zooveel opschudding veroorzaakt, ter sprake. Zij vverd „aangenomen om een onbe hoorlijke gewoonte tegen te gaan, die zeer veel voorkwam te Lo-n-den en Westminster; zij be paalt, (Jat indien eenig huis, lokaal of plaats °1' Zondag geopend wordt voor eenjg open baar vermaak of voor debatten over welk on derwerp ook, waartoe personen tegen geld of kaartje-s toegelaten worden, de houder (van huis, lokaal of plaats) 200 verbeuren zat aan-eiken persoon, die hem vervolgt (de z.g. „public informer); de beheerder of president 100. en de ontvanger va,n hot gom of de kaartjes 50.; zoo zal ook iedere persoon die zulk een bijeenkomst adverteert, of een adver tentie afdrukt, 50 voor elke °vertreding betalen". Wij zien, dat de hier o*p8eleS( e straffen on eindig veel hooge-r zijn dan die, welke onderdo beide Kareis en Willem 111 vastgea-teld wor- den. De op godsdienstig goomd nogal bekrompen (en anti-paapsche) sn' "'lliam Biackstone oefent in zijn werk weinig commentaar uit op de verschillende, tijdmis^ zijn leven bestaande Zondagswetten, ma:"' z'in. hoofdstuk over de „Vergrijpen tegen God en Godsdienst" brengt den indruk teweeg dat hij, als representatief jurist van zÜn §een bezwaar had tegen, codificatie van bet puritanisme. TAMP*00- 12 Mei. (V.D.) Door tot nu toe onbekende oorzaak is te Huesca een geweldige brand uitgebroken, welke zich tot nu toe reeds aan twaalf olietanks heeft medegedeeld j>e stad is geheel in rookwolken gehuld.

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Nieuwe Schiedamsche Courant | 1932 | | pagina 2