K
t
i
ER IN GELOOPEN
DE GRAMOFOONPLAAT
P1NKSTERGEBRUIKEN
ALLERLEI
DE PHENOMENALE LOOPBAAN VAN JETJE.
De afstamming en een preek
WOENSDAG 18 MEI 1932
O—
O—
—O—
O—
o—
n
Uitgelaten van vreugde zocht ik mijn oom
op, die als naar gewoonte om dezen tijd, zijn
ochtendblad, in de Victoriahar in de Green-
street zat te lezen, en vertelde hem tamelijk
luidruchtig, dat ik als bediende op de Con
tinentalbank was aangenomen. En dat nog
wel op een simpelan sollicitatieibrief, zonder
dat men mij gezien had. Wat kunnen goede
getuigschriften toch doen!
Ik had juist een vrijen dag en onder het
genot van een sigaar zat ik 's middags voor
het raam van mijn kamer bij mijn oom, toen
een cab stilhield en een man van middel
matige lengte en chique gekleed uitstapte en
aanbelde.
Het dienstmeisje deed hem open en bracht
mij een visitekaartje, waarop ik „John Hayes,
financieel agent" las.
Ik had dien naam nooit gehoord en kon mij
niet voorstellen, wat de man hebben moest.
Hij kwam binnen.
Mijnheer James Wider, geloof ik, zeide hij.
Ja mijnheer was mijn antwoord, ik
schoof hem een stoel toe.
Den laatsten tijd in betrekking bij de
firma Smit Co., niet waar?
Ja mijnheer, en over twee dagen bij de
CoatinentaLbank, antwoordde ik hem.
Zoo, dat wist ik met, doch ik helb u
wat te zeggen.
Men heeft mij medegedeeld, dat u een
uitstekende bediende van Smit Co ben. Uw
directeur, Castor Castell, is vol lof over u en
zal u zeker niet graag missen.
Natuurlijk verheugde 't mij dit te hooren. Ik
was altijd nog al bijdehand geweest in bank
zaken, doch wist niet, dat mr, Castall zoo
over mij zou spreken.
Mijn bezoeker zeide me: U bent juist de
man, dien ik zoek, schrander, eerlijk en nog
niet veeleischend. U zult, wed ik, niet naar
de Continentalbank gaan, als u mijn voorstel
hoort.
Ik bied u een onder-directeursplaats aan
bij onze Midland-appendages-maatschaptpij met
haar 125 depots in steden en dorpen van
Frankrijk en Duitschland op een salaris van
500 pond per jaar.
Ik, die Juist was aangenomen op een salaris
van 200 pond per jaar stond verbijsterd en
zeide: ik heb nooit van die maatschappij ge
hoord.
Dat begrijp ik, antwoordde hij. De aan-
deelen zijn nog niet op de beurs te New-
t-Vork en de oprichting is in Amerika stil in
zijn werk gegaan. Mijn broer Tim Hayes is
presidént-comm issaris en is. thans bezig een
directeur te zoeken.
Maar ik heb in het geheel geen verstand
ven appendages zeide ik.
Mijn jongen, dat is niet noodig. Ge hebt
verstand van cijfers. Ik geef u honderd pond
als voorschot op uw salaris. Neemt ge mijn
voorstel aan, dan kunt ge morgen reeds in
dienst komen.
Waarlijk mijnheer Hayes, ik weet niet,
hoe ik u mijn dank zal betuigen, zeide ik hem.
Tut, -tut, dat is allemaal niet noodig, je
krijgt, wat je verdient, maar vooral, doe je
best in je nieuwe functie. Er ls ook nog pro
motie te maken, antwoordde hij.
Er zijn slechts nog eenige formaliteiten te
vervullen, die ik even zal regelen. Schrijf op
dat stukje papier, dat ge als onder-directeur
hij de Midland-appendages-maatschappij zult
optreden, op een salaris van 500 pond per
jaar.
Ik deed het en gaf het hem over.
Nu nog iets, zeide hij. Wat doe je nu
met de betrekking aan de Continentalbank?
Ik zal schrijven, dat ik daar van af zie
gaf ik ten antwoord.
Dat zou ik juist liever niet doen; laat
die zaak aan mij over en het komt in orde.
Ik spreek morgen den directeur en zal een
en ander regelen.
Den volgenden dag, zou ik mij moeten mel
den aan het kantoor deir maatschappij, Hun-
terstreet 78.
Ik was wel een beetje verwonderd, zelfs
geen naamplaat op het peroeel te vinden,
waar ik voor stond.
Aarzelend wilde ik juist bellen, toen de
deur geopend werd en een man van middel
baren leeftijd, goed gekleed, mij vroeg, of ik
James Wider, de onder-directeur van de Mid-
iand-appendages-maatschappij was. Op mijn
bevestiging werd ik in een groot vertrek bin
nengelaten, dat er allerminst als kantoor
uitzag.
De wanden waren kaal en in het midden
stond slechts een schrijfbureau met eenlge
stoelen. Neem u plaats, mijnheer Wider, ik
ben de president-commissaris der maat
schappij Tim Hayes, zeide hij. Ik ben bezig
dit gebouw als kantoor in te richten en moet
straks nog eenige bestellingen doen. Mijn broer
John vertelde mij, dat hij u gisteren als on
der-directeur onzer maatschappij heeft aange
nomen en vergis ik mij niet, dan heeft hij
een goede keus gehad. Trouwens van onzen
vriend Castor Castell hebben wij de beste in
lichtingen van u ontvangen. Ik had, ging hij
voort, wel liever gezien, dat u eerst over een
dag of veertien in dienst waart getreden, dan
zou tenminste uw werkkamer in orde zijn ge
weest. Zou het bezwaarlijk zijn, dat u thuis
voorloopig werkte? Natuurlijk gaat uw sala
ris op heden in.
Ik antwoordde hem: wel neen mijnheer, ik
woon bij mijn oom en heb daar een kamer
voor me zelf.
Welnu, ging de president-commissaris
voort, terwijl hij de lade der schrijftafel open
trok, Ik heb hier een adresboek van Berlijn.
Zoek u hierin alle namen van fabrieken, win
kels enz. die met appendages iets te maken
kunnen hebben en maakt daar een alfabe
tische lijst van. Maak er verder drie afschrif
ten van, want ik heb die alle noodig. Kom
u hier dan over een dag of veertien terug en
dan zal uw werkkamer gereed zijn.
Vier dagen later kwam mijn oom met een
ochtendblad in zijn hand binnen gestormd en
liet mij een artikel zien, waar boven met
groote letters stond: Diefstal In de Continen
talbank. Oppasser neergeslagen. De dader
James Wider gelukkig gevat. Wasafdrukken
van sleutels op hem gevonden.
Het kostte mij toch nog eenige moeite mijn
oom van mijn onschuld te overtuigen.
Het stukje papier, dat ik voor John Hayes
De moordenaar trok den dolk uit de borst
van zijn slachtoffer, veegde de bloedvlekken
van bet wapen af aan het vloerkleed en hing
het weer tusschen de jachtmessen ln het rek
op den schoorsteen. Hij maakte zich meester
van de portefeuille van den vermoorde en ver
liet vervolgens doodstil het vertrek.
Inspecteur Jack Dennis van Scotland-Yard
onderzocht met zijn helper Dicks, de kamer,
waarin de millionair Dexterton vermoord was,
Moeilijk, zeer moeilijk" zeide de beroemde
speurder, „geen Vingerafdrukken, de dader
had dus handschoenen aan, handelde derhalve
met voorbedachten rade. De moord werd ge
pleegd met een van de jachtdolken uit het rek,
waarschijnlijk de middelste, omdat die pas
schoongeveegd schijnt te zijn. Zoeken naar het
wapen ls dus niet noodig. Het motief van de
misdaad is waarschijnlijk diefstal, aangezien
de portefeuille van Dexterton verdwenen is
Verder is er geen enkele aanwijzing. Er heeft
ook geen worsteling plaats gehad. Hola, wat
is dat?"
Hij liep naar een hoek van de kamer, waar
een geopende koffergramofoon stond.
„Zie je dat Dioks? De plaat is halverwege
beschadigd. De naald ls gebroken. Hoe heet
die plaat? O, de Marche Militaire van Schu
bert. H'm, een merkwaardig geval!"
„Hoe staat het met de verklaring van de
huisgenooten en gasten?" vroeg Dicks.
„Er zijn drie personen, die geen behoorlijk
alibi kunnen opgeven: James, de butler, ko
lonel Tweeds, zwager van den vermoorde en de
jonge Price, een vriend van den zoon des hui'
zes".
De spreker dacht even na. „Kom Dicks'
zeide hij toen „laten wij weggaan". Hier valt
verder niets uit te richten".
Inspecteur Dennis had in zijn woning een
bijeenkomst belegd. Zijn gasten, kolonel
Tweeds, Freddy Price, Dicks en James, de
butler, welke laatste zich kennelijk in dit ge
zelschap niet op zijn gemak voelde, zaten in
gemakkelijke stoelen bij den baard en dronken
de whisky-soda die Dennis met gulle band
schonk.
„Kennen jullie de nieuwste plaat van Mar
iene Dietrich?" vroeg de gastheer. „Ik heb er
vanmiddag pas een gekocht. Ach, Price, wil jij
de gramofoon even aanzetten, terwijl ik nog
een rondje inschenk!"
De aangesprokene voldeed aan het veTzoek
en weldra klonk de nieuwste bioscoopschlager
door de kamer.
„Houd je van gramofoon muziek James?"
vroeg Dennis. „Nogal, mijnheer" antwoordde
de butler. „Mr. Dexterton was er dol op en
hij gaf mij geregeld zijn oude platen, omdat
hij wist, dat ik ook een gramofoon had. Mr.
Dexterton was altijd heel goed voor mij!"
James zweeg ontroerd. Het liedje liep op
zijn eind. Dennis zette de gramofoon stop en
verwisselde de plaat voor een andere, de Marche
Militaire van Schubert.
„Een mooi ding blijft dat altijd" zeide Price.
James proefde bedachtzaam zijn wih'lsky-soda
Kolonel Tweeds werd bleek. Toen de plaat
half afgedraaid was, stond de inspecteur plot
seling op.
„Kolonel Tweeds, wilt U de gramofoon even
stop zetten?" vroeg hij nadrukkelijk.
De aangesprokenen stond langzaam en
eenigszins wankelend op.
„Ik heb niet veel verstand er van" zeide hij
aarzelend.
„Juist" merkte Dennis op „U weet niet hoe
U het doen moet. U kon het ook niet klaarspe
len dien avond, toen Uw zwager vermoord
werd. a propos, kolonel, hoe denkt U de vele
schulden te betalen die U de laatste jaren ge
maakt hebt?"
Tweeds sloeg de handen voor de oogen. Hij
ging gewillig mee, toen Dicks hem bij den arm
pakte en de kamer uit bracht. Den volgenden
dag legde hij een volledige bekentenis af.
,,Hoe lk het wist?" zeide Dennis later tegen
Dicks, „het was eigenlijk heel eenvoudig".
„Ik vermoedde direct, dat de moordenaar de
gramofoon besohadigd had, waarschijnlijk, om
dat hij haar wilde afzetten, teneinde zooveel
mogelijk de stilte te verkrijgen. Mijn onderzoek
naar de financien der verdachten bracht aan
het licht, dat Tweeds diep in de schulden stak.
Het plan om den schuldige definitief te vinden
lag voor de hand en het resultaat heb je gezien.
Voila tout!"
I. Y. E.
(NADRUK "VERBODEN
Business.
Bij een Amerikaanschen papierkoning kwam
een jongeman op bezoek.
„Ik wilde u gaarne spreken", zei deze.
„Geen tijd", antwoordde de Amerikaan, ,,'t is
toch zeker om geld te doen".
„Neen, lk wilde om de band van je dochter
vragen".
„Zie je wel, toch om geld".
Moeilijke kunst.
„Ik heb bij een van mijn vrienden een stil
leven van U gezien", zei een beer tot een schil
der.
„O, dat, dat heeft vijftien jaren arbeid ge
kost."
„Vijftien jaar, hoe zoo?"
„Wel twee dagen om het te schilderen, en
de rest om het te verkoopen."
beschreef, was noodig op^pit de „nieuwe be
diende" mijn schrift, dot van mijn sollicitatie
bekend was, eenigszins kon nabootsen.
A. de J.
(NADRUK VERBODEN).
„Voor den donder, kindliefIk moet zeg
gen je ziet er allemachtig aardig uit
JaOm eerlijk te zijn: deze woorden
werden gesproken door den ouden Davidson
van Seligmeier, Davidson Oo. En ze waren
gericht tot de kwieke, jonge typiste, die nog
slechts veertien dagen bij hem in dienst was.
Ja, ja Nu staan wij natuurlijk onmiddellijk
aan de verdenking bloot, dat wij hier zoo Iets
begonnen zijn als een lichtzinnig verhaal. Maar
ln dit blad, op deze plaats, verschijnen geen
lichtzinnige verhalen. Ik kan U dan ook zeg
gen, dat de goede Davidson zich nooit anders
dan correct gedroeg, verder dat hij een eer
zaam fabrikant was van een draaglijk soort
tandpasta, dat de zaken den laatsiten tijd niet
al te best gingen, en dat hij „voor den don
der" em. dergelijke ruwe uitdrukkingen al
leen gebruikte, wanneer hij een idee had (wat
overigens niet zoo heel vaak voorkwam).
„Ik had gedacht, juffrouw Jetje", ging hij
dien morgen voort, „dat U zich aldus eens
moest laten fotografeeren, zóó, met dat onge^
loofTijk-oharmante kleine hoedje. En dan moet
U lachen, leuk en kittig lachenZóó
jazóó ls het goéd. En dan moet U ons
die foto afstaan voor de nieuwe reclame-cam
pagne -
Jetje zweeg.
„Weldrong Davidson aan.
„Ik weet niet, of Harry daar wel voor voelt!"
zei Jetje.
Harry was haar verloofde, in dien tijd de
bekende links-buiten van V. U. C. Dat was
eigenlijk al-les wat er van hem te vertellen
viel.
„Denk er eens over zei Davidson en hij
begon de post te behandelen.
Het was eigenlijk Harry, die er over dacht.
Hij overwoog, dat de carrière van Jetje hem
ter harte behoorde te gaan, want dat trouwen
duur was. „Ik heb ruime opvattingen in die
dingen!" zei bij plechtig.
Davidson bestelde den fotograaf en toonde
zich zeer ingenomen met de kieken. Een paar
weken later verschenen er in alle bladen
groote advertenties, met het portret van Jetje,
lachend, haar hoedje op één oor. En daarbij
als tekst„De bekende filmster Nilla Nitez
zegt „Ik gebruik nooit anders dan Amandol-
tandpasta en Ik kan er geen dag meer buiten."
Voor den donder Dat was de idee van den
ouden Davidson I
De reclame-campagne in de dagbladen ls een
succes geweest; de Amandel komt er weer in.
Davidson is tevreden en hij treedt zacht neu
riënd morgens het kantoor binnen met zijn
hoed achter op zijn hoofd.
Er is een brief bij de post., die hem amu
seert. Een chocolade-fabrikant vraalt beschei
den, of hij zou mogen weten, hoe hij zich in
verbinding zou kunnen stellen met den mana
ger van Nilla Nitez. Davidson lacht, hij is in
een belangekioze bui en hij geeft den brief door
aan Jetje. Zij kleurt er van. Manager van Nilia
Nitez, zoo flitst het door haar pientere brein,
is Horace Campbell in Hollywood. Zij kan den
naam niet goed uitspreken, maar zij heeft dien
zoo juist gelezen in het detectiveverhaal, dat
zij in de tram verslindt. Het is een mooie, ge
heimzinnige naam. Horace Campbell is dus
de manager en zijn vertegenwoordiger in
Europa is Harry, de bekende links-buiten. Het
wordt hem niet gevraagd, of hij deze betrek
king ambieert. Hij tikt gehoorzaam een klein
briefje en beraadslaagt mee over het tarief.
Het blijkt spoedig uit de bladen, welke cacao
Nilla Nitez het liefst heeft. Een paar stra
lende oogen komen boven den kop uit, waar zij
met welbehagen uit drinkt. Zij kan er geen
morgen meer. buiten
Met de cacao gaat het goed; Nilia Nitez
heeft succes. Zij moet zeggen, dat zij ver
knocht is aan een bepaalde methode van water
golf, dat zij haar hart gegeven heeft aan ze
ker soort vruchtenjam, dat zij alles veil heeft
voor een nieuwe vinding op het gebied van
veiligheidsspelden en dat zij de hoogste ver
rukkingen beleeft aan een huid-orême, die door
Cléo de Mérode ls gecreëerd.
Zij laat zich fotografe-eren in alle standen en
stemmingen, lachend en melanoholiek, mèt
een sigaret en zonder, bulten op een omgeval
len boomstam, in een kano, thuis in een easy
chair, bij een schemerlamp en in het bad.
(Neen, het wordt géén lichtzinnig verhaal. En
kel een vroolijk hoofd stak boven een frag
ment van den kuiprand uit. Het was een re
clame voor een schepping inzake toiletzeep.)
Nilia Nitez gebruikt intusschen nog steeds
Amandel. Zij is voor een andere tandpasta niet
te vinden, dat is een ongeschreven overeen
komst met Seligmeier Davidson Co.
Harry is echter niet meer in functie: hij
sukkelde te veel met zijn vreemde talen. Een
handige leeraar van de Berlitz School vertegen
woordigt nu Horace Campbell uit Hollywood.
Het gaf hem en zijn opdrachtgeefster een
kleine emotie, toen Nilia voor het eerst in de
„Sketch" verscheen.
Harry is opgetogen. Hij zegt telkens „Erg
leuk en „Wat is dat aardig gegaan Hij
moet intussche% een week van te voren be
ginnen te vragen, of Jetje mee naar de revue
wil, zij beslist op het laatste moment en hecht
er aan zelf te betalen. Zij vergezelt hem niet
meer naar de wedstrijden vaar de voetbal
club. Aan de telefoon heeft zij nooit tijd,
van wandelen wordt zij dadelijk „bek-af' en de
kleine cadeautjes, die hij haar gaf, ziet Harry
niet meer. Op een dag is het ringetje, dat zij
eenmaal zélf heeft uitgezocht, van haar vinger
verdwenen,
,Het was niet geschikt voor die foto van
laatst"zegt Jetje.
Harry zwijgt. Hij is machteloos tegenover
deze onwezenlijke en opwindende wereld van
de lens, waar hij Jetje hoe langer hoe moeilij
ker bereiken kan. Haar kleine en koele gun
sten verbitteren hem, hij zegt„Die verrekte
foto's!" (tegen zichzelf) en hij besluit den
jongen man van de Berlitz-School een oorvijg
te geven, 's Avonds ziet hij in de „Illustration"
den glimlach van Nilia Nitez en hij wordt
week als was.
was Nilia Nitez? Met welk concern had zij een
contract? Onder welken regisseur zou zij uit
komen? Niets bleek de leiders van de rolprent
industrie meer te verontrusten dan deze onze
kerheid over een actrice, die nog niemand had
zién spelen. Een diep wantrouwen hield de
groote centra ln Europa en Amerika in span
ning. Dat Horace Campbell een manager was,
die niet bleek te bestaan, deed de opwinding
slechts toenemen. Nilia Nitez bestond wèl: zij
droeg de nieuwste creaties van de modehulzen
op betooverende foto's in „La Femme élégante".
En ieder oogenblik werd de vernietigende con
currentie gevreesd van een serie Nilia-Nitez-
films. Waar werden ze voorbereid? Welke
maatschappij zou ze aan de markt brengen?
De Amerikanen wilden er ten slotte haring
of kuit van hebben en zij wisten met den
vertegenwoordiger van Nilla Nitez in relatie
te komen en met hem een contract af te slui
ten.
Toen nam Jetje ontslag bij Seligmeier, Da
vidson Co. Haar vertrek had in stilte plaats.
Harry was aan de boot met bloemen. En op
het laatste oogenblik was er nog een telegram
van den ouden Davidson, die soms aardig uit
den hoek kon komen. „Per pasta ad astra",
seinde hij als afscheidsgroet.
Eigenlijk! is het beter het levensverhaal
van Jetje niet meer te vervolgen. Zij heeft als
film-actrice nooit bijzonder veel opgang ge
maakt. Zij fotografeerde nog altijd verrukke
lijk, maar haar volslagen gebrek aan drama
tisch talent heeft Hollywood tot wanhoop ge
bracht en was een oneindige bron van vreugde
voor Ncu-Babelsberg. Ten slotte kan een regis
seur ook niet alles en de bekende Hans Bri-
nofski is bij een liefdesscène die zeetien maal
moest worden overgedaan zóó buiten zichzelf
geraakt over bet expressie-looze van haar on
handig gebaar, dat hij in drift van een hoog
plankier sprong en een enkel brak.
Nilia Nitez verschijnt niettemin in een reeks
vervelende films. Zij doet in niets meer denken
aan de advertenties uit het begin van haar op
gang. De schmink, de lampen en de teleurstel
ling hebben dit meisjesgezicht verwoest.
Kunstmiddelen schiepen een koud-mooi
masker, waar dienstboden op vrije avonden
met hun vrijers zich aan vergapen en waar
mariniers een briefkaart-foto van ophangen
boven hun krib.
Harry voetbalt niet meer. maar verschijnt
trouw op de clubavonden. Hij was de ziel van
bet feest toen er gefuifd moest worden bij ge.
legenheid van het kampioenschap. Hij heeft
toen een beetje te veel zijn beet gedaan. Des
nachts bleef hij staan voor een groot affiche
van een nieuwe film: het gelaat van een jonge
vrouw, glimlachend met baar hoedje op één
oor. Hij beweerde bij hoog en bij laag, diat bij
Nilia Nitez kende en haar een jaar lang eiken
Zondagavond gezoend had. Iedereen lachte
behalve hij. Hij maakte zich kwaad.
Tusschen twee vrienden ln is hij jammerend
naar huis gebracht.
JAN N.
Het is in de jaren 1923 en '24 een typisch
geval geweest met de film-actrice Nilia Nitez,
die overal verscheen, behalve op de film. JVie
„Wij zijn de hoogste der zoogdieren. Wij
zijn, naar geologischen maatstaf nog maar zeer
kort geleden voortgekomen uit een of andere
groep van anthropoïde apen. De gorilla en de
chimpanzee zijn letterlijk onze neven. Onze
zonden zijn het gevolg va.n het voortduren van
dierlijke instincten, welke strijd voeren tegen
den kort geleden aangevangen zedelijken en
geestelijken groei, die nog treurig onvolmaakt
is ln het mensehdom".
Aldus Dr. Barnes, de destijds door Mr. Mac
Donald benoemde bisschop van Birmingham,
in een voo-r de universiteit van Cambridge ge
houden preek.
Het pluralis majestatis is, althans ln Enge
land, op den kansel niet gebruikelijk; zelfs een
besoheiden-heids-meervoud wordt nimmer ge
bezigd. Dt. Barnes had dan ook, om elke ver
warring te voorkomen, beter in den eersten
persoon enkelvoud kunnen spreken.
Het kan zijn dat de gorillas en chimpanzees
nog andere neven hebben, diie beter geschikt
zouden zijn voor het ambt van Bisschop van
Birmingham, maar zonder iets op deze zoog
dieren te willen afdingen, moet ik toch zeggen
dat zij met hun eerste poging om dit diocees
van een herder te voorzien, niet hijster geluk
kig geweest zijn.
De eigenlijk© preek begon na deze inleiding,
waarin de bisschop met zooveel gratie zijn
familieomstandigheden blootgelegd had, en
klaarblijkelijk vochten zijn dierlijke instincten
weer vinnig tegen zijn zede-lijken en geestelij
ken groei, want hij beging onmiddellijk een
feiitelijken blunder. Ik zeg niet een ethischen
of theologischen blunder, want over de ethiek
en de theologie van Dr. Barnes' familie kan
ik niet oordeelen.
.Stel tegenover de nieuwe waarheid de
oude dwaling!" riep hij uit.
„Dat Adam, verleid door Eva, een appel at,
welke zijn „val" tengevolge had kan niet
meer worden aangenomen."
Op welke „oude dwaling" doelt bisschop Bar
nes toch? Op het eten van een appel door
Adam? Een dwaling ls dit ongetwijfeld, maar
zij ls niet oud. Zij is ontstaan sinds de af
stammelingen van gorilla's en chimpanzee's aan
theologie gingen doén. Waar komt in het derde
hoofdstuk van Genesis het woord „appel"
voor?
„Van de vrucht der hoornen dezes hofs zullen
wij eten; maar van de vrucht des booms die
in het midden des hofs is heeft God gezegd:
Gij zult daarvan niet eten noch die aanroeren,
opdat gij 'niet sterft.
„En de vrouw zag, dat die boom goed was
tot spijs en zij nam van zijne vrucht en
at; en zij gaf ook haren man met haar, en hij
at!"
De eenige boom, die onmiddellijk daarna met
name genoemd wordt, is een vijgeboom: „En
zij hechtten vijgeboombladeren tezamen.
Een nuttige boom voor bisschoppen, die af
stammen van anthropoïde apen,
In Duitschland ls 3® Zg Pinksterrit tamelijk
verbreid. Boeren werpeu zich op de ruggen
hunner paarden en rijden overide akkers heen
om Gods zegen over den ontluikenden oogst af
te smeeken. In,de oergermaansche tijden deden
hun vporzaten dat ook al, maar dat was dan
om de heksen en andere boozs geesten van
de velden te jagen. In Weingarte-n, ju Wurtem-
berg, wordt een relikwie van het h. Kruis
meegenomen, reden, waarom de tocht daar den
naam van Blutritt draagt. Het best kan men
dit gebruik overigens zien in Kötzing, in
Beiersche Woud, waar 200 stramme boeren in
de bonte kleedij, welke daar nog heersebt, op
hun kleppers klauteren en dan met den pas
toor aan het hoofd, met het kruis en de no©
dige vaandels ter processie naar de bedevaarts
kerk van Steinbühl in het Zeilerdal rijden,
Biddend en zingend wordt deze tocht in groo-
ten ernst afgelegd maar na thuiskomst wordt
weer plaats aan het jolijt ingeruimd en wordt
op de markt van Kötzing een knaap tot Pink
sterbruidegom uitgekozen. De pas-toor doet aan
de pret mee en drukt den jongeling de krans
der deugdzaamheid op de slapen. Daarvan
voorzien mag hij zich uit de dorpsschoonen een
bruid uitkiezen en dan wordt er in den kring
der notabelen een groot feestmaal van stapel
gelaten, waarvan het jonge paar het middel
punt vo-rmt. Als dessert: kennis. In Kötzing,
zooals in eenige andere dorpen van Beieren,
wordt deze plechtigheid door het z.g. Pfingst-
tusehen vooraf gegaan. Vier jonge mannen
trekken daarbij door d© straten en over de
velden, gewapend met groote zweepen, waar
mede zij in de maat zeer kunstvol en rythmlsch
knallen.
In het Rijnland zijn deze Plnksterritten ook
bekend maar hier en daar, zooals b.v. in
Neuwied, gaan zij vergezeld van de „meisjes
vendutie", op den eersten Zaterdag van 'Mei.
Bij deze gelegenheid moet elke kapitaalkrach
tige jonge man zich bij opbod van een „Mal
frau" verzekeren» Heeft een bepaalde jonk
vrouw haar oog bereids op een boerenzoon la
ten vallen dan wordt de prijs erg opgedreven
en moet d-e betrokkene daarvoor natuurlijk
zwaar bloeden. De opbrengst van den publieken
verkoop wordt in een gemeenschappelijke kas
verzameld en om deze nog wat aan te dikken
heeft men het snoode verbod uitgedacht, dat
in de dagen, die tusschen de vendutie en Pink
steren liggen, geen knaap zijn Maifrau op min
der dan vijf pas naderen mag. Patrouilles hou
den op de handhaving van dit gebruik een
wakend oog én wanneer zij iemand op over
treding Bnappen moet dez.e ten ba,te van (le
feestkas een boete van 20 pfennig betalen.
Dinsdag na Pinksteren heeft dan de rondrit
plaats. Do mannen dragen daarbij hooge boe
den, die met een stormband vast gehouden en
rijkelijk met bloemen getooid moeten zijn. Aan
den rondrit zijn wedrennen op de zware akker-
paarden verbonden, alsmede bezoeken aan om
liggende dorpen, waar de vreemdelingen fees
telijk onthaald worden. 's Avonds kermis,
waarbij de ban gebroken en de jonge mannen
hun bruiden ook op minder dan vijf pas mo
gen naderen.
In Deldesheim, in de Rljnpalz, bestaat ove
rigens nog het gebruik een bok publiek te
verkoopen. Dit gebruik s-ta/mt van keizer Ru-
precht, die in 1404 voorschreef, dat de stad
Lambrecht elk jaar een bok als tribuut beta
len moest als equivalent tegen zekere weide-
rechten in bet Deidesheimer Woud. De be
treffende oorkonde werd to 1805 door Napo
leon vernieuwd met bijvoeging van de woor
den, dat de bok „bi en cornu et bien capable"
moet zijn. Naar het schijnt werd van dit ge
bruik nimmer afgeweken en komt dit jaar dus
de 528ste bok aan bod.
Een ander gebruik, dat in de Pinksterdagen
gehuldigd wordt zonder er eigenlijk iets mee
van doen te hebben, is de „Augszug der Ge"
hannischten" in Torgau aan den Beneden Elbe-
Dit feest heeft plaats op Donderdag na Pink
steren maar alleen in de even jaren. De
plechtigheid herinnert aan liet beëindigen van
een© veete in het jaar 1542. Zij bestaat daar
in dat drie vendels burgers, prachtig in his
torische costuums uitgedost, de stad uit rijden
naar de weiden voor de muren, waar een ten
tenkamp voor hen in gereedheid gebracht is.
Hierin worden ze verondersteld drie dagen
te vertoeven, terwijl er lustig feest wordt ge
vierd. op den avond van den derden dag rijdt
en marcheert men in groote statie weer naar
de stad terug, waar de kei-mis nog een wijle
voortgezet wordt.
In den Harz worden met Pinksteren ook nog
de „Vinkenmanöver" gehouden en wel in drie
dorpen bestaan z.g. vinkenclubs, flat zijn ver-
eenigingen van mannen, welke zich in hun hoofd
gezet hebben, dat zij den zang van de vinken
weten te verbeteren. Op bet Pinksterfeest ko
men deze lieden met hun discipelen bij elkaar
en wordt er een groote wedstrijd georgani
seerd. De beste vink krijgt een krans om zijn
kooi en de leeraars stellen zich door een rond
je schadeloos voor de moeite terwijl heit feest
verder opgeluisterd wordt door het gansche re
pertoire van Harzer.liederen.
Een meer muzikaal Pinksterfeest kan men
elk jaar op de hoogte^ van Fohrenbühl bij de
koekoekenstad Schramberg 'n bet Zwarte
Woud beluisteren. Hier wordt alsdan een
soort markt gehouden, waar de herders wijd
en zijd uit de omgeving samenkomen om zich
welluidende bellen voor bun vee uit te zoe
ken. Natuurlijk gaat dat met een geweldig
geraas gepaard, want elke bellenfabrikant ram
melt met zijn waar naar best vermogen en
tracht zijn concurrent te overkllugelen. j^a af
loop van de markt heeft de z.g. Hammeltanz
plaats. Boeren en boerinnen dansen daarbij
rondom een sierlijk uitgedosten ram en geven
tegelijk een staf van hand tot hand verder. Op
een gegeven oogenblik begint een wekker te
ratelen en wie op dat moment de staf In de
hand heeft, is eigenaar van den ram geworden.
Hoe de wereld haar
schulden kan betalen.
De clown vond in het circus een rijksdaalder.
Hij ging er mee naar den paardenknecht en
zeide: „ik ben jou nog vijf gulden schuldig, hier
heb je alvast een rijksdaalder, dan ben ik je
nog 2.50 schuldig".
De paardenknecht bedacht zich en ging naar
den stalmeester: „ik ben u nog vijf gulden
schuldig, hier heb je alvast 'n rijksdaalder, de
rest komt later".
De stalmeester ging ©p zijn beurt naar den
hoogeschoolrijdar, en deze ging weer naar den
hiracteur.
Hu de directeur nam den clown terzijde en
*™de; „gij krijgt nog altijd vijf gulden van mij,
nier neem alvast dezen rijksdaalder."
0l°wn ging nu W€er naar den paarden*
^"eC„,,e°.Zelae: „Hier heb je nog 'n rijksdaal.
der nu zijn w« quitte'.. De paardenknecht be
taalde met dezen zelfden rijksdaalder zijn ach-
terstalligen schuld aan den stalmeester, en
deze betaalde weer aan den hoogeschoolrijdar,
en deze weer betaalde den heer directeur
De directeur riep den clown bij 7/Ich en Z9l(le!-
„Hier is de laatste rijksdaalder dien j6 nog van
mij kreeg."
Zoo kreeg de clown zijn rijksdaalder terug, en
alle zes waren van hun schuld af. f
Als men dit spelletje eens navolgde.
De economie bekracht.
In een der laatste oorlogen van Noord-Ame
rika werd de rechterarm van Generaal Howard
door een kogel verbrijzeld, zoodat de arm tot
boven den elleboog moest worden afgezet.
Aan zijn lijdensbed stond deelnemend Gene
raal Kearny, die in den Mexicaanschen oorlog
zijn linkerarm verloren had.
„Generaal Howard", meende Generaal Kear
ny, met een stoicijnsch lachje, „laten wij samen,
voortaan verstandig zijn en in de toekomst ge
zamenlijk onze handschoenen koopen".
Afdoend middel.
O—
„Je vrouw was zoo nerveus, ia ze nu weer
heelemaal beter?"
,,Ja, de dokter bad haar gezegd, dat *t een
ouderdomsverschijnsel was".
De geliilcJcige^
„Hoe gaat 't tegenwoordig met je vriend
Smft?"
„Nou heel goed. Z'n zaak bloeit".
„Zoo, en dat in den tegenwoordigen tijd?"
„Ja, bij drijft een zaak in voorjaarsbloemen."
Geen prettig vooruitzicht.
Gelezen in „de Gelderlander":
„Wordt gevraagd een flinke R.K. Slagers
jongen, die genegen is te werken, liefst van
buiten. Wordt thuis geslacht."
—O—
Het probleem opgelost
Meester: „Als je moeder vijf kinderen heeft
en maar vier appelen, wat doet ze dan?
Jantje: „Dan maakt ze appelmoes".
O—
Ook een probleem.
„Mevrouw is niet thuis", zei het dienstmeisje,
„Wanneer denkt U, dat ze thuis zal komenï"
vroeg de bezoeker.
,Dat kan ik niet weten, ze is voorloopig nog
niet weg".
Het schil
De onderwijzer behandelde voor de klas de
verschillende staatsvormen.
Toen vroeg hij een van zijn leerlingen
„Weet jij nou het onderscheid tusschen een
Koning en een President
„Ja, natuurlijk, meester antwoordde vlot
de jongen, ,,'n Koning is een zoon van z'n va
der, en een President natuurlijk nleti"
Levenservaring.
Wie schrijft 't beste. Die ook met gesloten
oogen zien kan.
Helden zijn dichters zonder woorden, omdat
zij hun daden voor zich laten spreken.
De magneet is de origineel onder de meta
len, de origineel is de magneet onder de men-
schen.
Menigeen gelooft zijn ouden Adam te hebben
uitgetrokken, als bi] door een nieuwe Eva wordt
aangetrokken.
De rechte weg heet de korste, althans in
theorie, in de practijk, waar zich altijd onver,
wachte moeilijkheden voordoen, is hij dat zel
den".
Die goede ouwe tijd.
Gelezen in hef eerste niummer van „Broers-
veld omhoog" uitgegeven door samenwerkende
Schiedamscihe winkeliers.
„Zoo zag men Vrijdag al heel vroeg b1J Ram-
maöht en vrouw Kok de heldere ronde bakken,
van buiten groen en van binnen wit geverfd,
gevuld mef noten, waarin de heerlijk geweekte
stokvisch lag te spartelen
O—
Er niet beter op geworden.
Geleizen in een filmcritlek van „de Nieuwe
Dag" 23 April '32:
Rial to Theater. „Een Vrouw van slechte
Reputatie". Deze oude Garbo-film werd reeds
vroeger afgekeurd, toen 26 n°S „Een vrouw
van Eer" heette.
leder naar eigen karakter
Een Spanjaard, een Amerikaan en een Schot
waren samen in gesprek, wat zij wel zouden
doen als zij op een goeden morgen wakker wer
den en tot de ontdekking kwamen, dat zij
millionnair waren.
De Spanjaard zei, dat hij een mooi paleis zou
bouwen.
De Amerikaan zou naar Parijs gaan, om 'ter
eens goed van te nemen.
De Schot zei, dat bij dadelijk weer zou gaan
slapen om te zien of hij er nog een mlllioei»
M hou krijgen,