HET AL TE DURE KERKHOF.
LEZERS VAN ONS BLAD.
GEADVERTEERDE ARTIKELEN.
MGR. DR. METHOD ZAVORAL
IN ONS LAND.
NA CHRISTUS' ZEGETOCHT.
,*r
-
Een rommelmarkt
t
DE HELPENDE HAND
HET WOORD IS NU AAN
DE LIEFDE.
ZATERDAG 2 JULI 1932
NAAR HET VOORBEELD VAN
SCAPA FLOW.
OVERWEGINGEN VAN DE OUD-
IJZERMARKT.
PUBLICATIE VAN GEHEIME
STUKKEN.
DE INDISCHE POSTYLUCHTEN.
UNIE-LOTEN-
Moderne kooplieden geven door hunne advertentiën
in de dagbladen blijk, met hunne aanbiedingen de
concurrentie het hoofd te kunnen bieden.
Zij treden met hunne producten en de prijzen, welke
zij er voor rekenen, openlijk op en leveren hierdoor
het bewijs, aan het publiek de beslissing in daden
van koop te durven overlaten.
De meest geadverteerde goederen vinden den groot
sten aftrek. Zij zijn bijna altijd de beste en de goed
koopste. Koopt dus uitsluitend
DOELMATIGE ADVERTENTIËN
'N ONDERHOUD MET DEN HOOG-
VAARDIGEN ABT VAN
STRAHOV.
INDRUKKEN VAN HET EUCHARIS
TISCH CONGRES TE
DUBLIN.
De positie der Katholieken in
Tsjecho-Slowakië.
IK
GYP t
gF
I
(Van onzen correspondent.)
Berlijn, 30 Juni 1932
21 Juni 1919. Triest ligt de Duitsche oorlogs
vloot op het stille water van Scapa Flow, be
spiegelingen te maken over de vele glorie, die
eens beloofd, maar nimmer behaald werd. Zon
der te vechten is dit instrument, waar zoo
enorm veel om te doen was, naar zijn laatste
ankerplaats gestoomd en het ligt daar nu in
de machtige greep van den vijand, die het
vier jaar lang tot een eerlijk gevecht uitgedaagd
heeft, een schouwspel biedend, waarbij zelfs
de buitenstaander zich het schaamrood naar
de wangen voelde stijgen.
Maar daar komt opeens leven ln de doode
schepen. Booten worden uitgezet en de beman
ning schaart zich erin. De wacht aan de kust
blaast alarm en schroeft haar verrekijkers uit.
Ze kijkt, en ziet meteen ook, dat het al te laat
is om nog tusschenbeiden te komen. Want toen
de Duitsche admiraal, die het bevel over de
gevangen oorlogsvloot voerde, vernam, dat in
Versailles tot de definitieve uitlevering be
sloten was, van wat eens de trots der Duitsche
natie uitmaakte, deed hij nog een laatste zee
manspoging om de eer te redden en beval
daarom de ventiels op den bodem der zee-
kasteelen open te draaien.
Deze daad is in de laatste dagen weer
actueel geworden. Niet vanwege haar histo
rische maar vanwege haar economische betee-
kenls. Want het verbazingwekkende geval doet
zich voor, dat hier en daar de vraag geopperd
wordt of het maar niet het beste is de ver
zinking van Scapa Flow nog eens te herhalen.
Niet op de paar Duitsche kruisers, wel te ver
staan, die den dans van Versailles ontspron
gen zijn, maar op de handelsvloot. En wel op
dat groote deel ervan, dat op de scheepskerk-
hoven opgeborgen is en daar enorm veel kos
ten veroorzaakt, die nooit of te nimmer meer
goed te maken zijn.
In Januari j.l. ongeveer wierp de Tijksver.
keersminister een voorstel in het openbare de
bat, dat er op doelde 100.000 ton aan vracht
schepen en 300.000 ton aan passagiersstoomers
eenvoudigweg af te breken. Hierbij redeneer
de hij als volgt. Een deel van de opgelegde
schepen zal nimmer meer in de vaart komen
en is dus totaal overbodig. Een ander deel
eerst over zooveel jaren, dat het geheel ver
ouderd zal blijken te zijn. Aan al die schepen
hebben we dus niets. Ze veroorzaken slechts
hooge onderhoudskosten en derhalve is het
maar het beste ze op te ruimen. Komen er
■weer betere tijden, dan kunnen we fluks nieu
we schepen bouwen en hebben we daarmee op
de concurrentie alweer een stuk voor. Boven
dien, zoo dacht de minister, zijn er nog de
werven, die niets hoegenaamd te doen hebben
en welker bestaan met het oog op de toekomst
toch bestendigd moet blijven. Deze werven zul.
len met het afbreken langen tijd van werk
voorzien zijn en daarmede is de gemeenschap
alweer van een nijpende zorg bevrijd. Op grond
van deze redeneering sloeg hij een premie van
ongeveer 35 mark voor, door het Rijk aan de
reeders te betalen, voor eiken ton, dien zij
naar den slooper zouden brengen.
In scheepvaartkringen werd dit vandaalsch
aandoende plan niet slecht opgenomen, maar
natuurlijk was men er dadelijk op uit de con
dities nog wat verbeterd te krijgen. Een min
der goed onthaal vond het voorstel bij den mi
nister van financiën en aldus werden er vele
discussies geopend, tijdens dewelke de af
braak langzaam in den doofpot verzonk. Maar
daar is zij nu weer uit opgevischt en wel door
de vergaderingen van de groote scheepvaart
maatschappijen, welke bij elkaar geroepen
werden om hun fiat aan de saneeringsplannen
te hechten, welke door den loop der dingen
noodzakelijk en door de regeering voorge
schreven werden. Hierbij kwam de dure post
van het scheepskerkhof natuurlijk ook ter
sprake alsmede de volkomen overbodigheid
van een aantal eenheden, die daar bijgezet
zijn.
Maar nu blijkt bij nadere berekening, dat
het Januari-voorstel van het verkeers-ministe-
rie toch te duur is om uitgevoerd, te worden
en dat er ten slotte weinig anders overblijft
dan de lastposten maar naar open zee te slee
pen en daar de ventiels te openen, juist zooals
dat dertien jaar geleden ook in Scapa Flow
gedaan werd. Er bestaat weinig kans, dat deze
radicale maatregel tot uitvoering zal komen,
maar ze mag toch wel gememoreerd worden,
wijl ze een goed licht op de situatie werpt.
De zaak is n.l. deze, dat de schepen der
Duitsche handelsvloot gemiddeld met 50 a 60
mark aan allerlei verplichtingen belast, zijn.
Breekt men de schepen af, dan blijven deze
lasten over. Echter neemt de regeering er 35
mark van voor haar rekening, zoodat de lasten
met dat bedrag verminderd worden. En dan is
er nog de kwestie van het oud ijzer. De koer
sen van oud ijzer staan echter catastrofaal
laag. Worden er vier honderd duizend ton aan
scheepsruimte afgebroken, onverschillig hoe
langzaam het tempo is, waarin deze operatie
voltrokken wordt, dan zal de noteering tot
niet meer dan 5 mark per ton zakken. Die 5
mark kunnen aan de 35 mark van de regee
ring toegevoegd worden en door afbraak zou
den de reeders dus ongeveer 75 tot 80 pet. van
hun verplichtingen kwijt raken.
Maar nu zijn er nog de werven. Deze ver
langen voor het afbreken 10 a 11 mark per ton
en dus tweemaal zooveel als het oud ijzer op
leveren zal. Deze onkosten moeten echter door
de reeders gedragen worden en dezen hebben
daarin uit den aard der zaak niet veel lust.
Het is op grond hiervan, dat vanzelf de vraag
geopperd wordt, of het maar niet het goed
koopste is de heele overbodige boel kortweg
tot zinken te brengen.
Maar hieraan hebben eerstens de werven
niets. En dan is er ten tweede nog rekening te
houden met de oud-ijzer-koersen van de bui-
tenlandsche markt. Deze koersen zijn aanzien
lijk veel hooger dan de Duitsche, maar men
kan de rommel niet exporteeren, wijl er een
uitvoerverbod op oud ijzer bestaat. Opheffing
hiervan stoot op zekere bezwaren, maar in
alle gevallen zijn de Duitschers het over één
ding met zich zelf eens: wanneer zij niet snel
met afbraak beginnen, zullen anderen hen vóór
zijn en dan zal de internationale oud-ijzer
markt zoodanig gederouteerd worden, dat er
werkelijk weinig anders over blijven zal dan
het openen van de ventiels.
Beklaagden tot resp. IV2 en 1 jaar
veroordeeld.
BATAVIA, 1 Juli. (ANETA.)
In de zitting van den Raad van Justitie al
hier heeft de President voorlezing gedaan van
het vonnis tegen den journalist F. M. de Wit.
Het vonnis dat een jaar en drie maanden ge
vangenisstraf luidde, bevat een uitvoerig
exposé van de aanrakingen, die De Wit met
den ambtenaar Noya heeft gehad en van de
levering der stukken door dezen, en voorts
een relaas van de diverse gesprekken tusschen
beiden terzake van de aanbiedingen, gevoerd
o.a. over de geheime notulen van den Raad
van Ned.-Indië.
Het vonnis staat vervolgens stil bij het
vraagstuk van de mededaderschap en de daar
mede samenhangende feiten, en bevat tenslot
te de schuldigverklaring wegens het nemen
van inzage van een geheim stuk betreffende
de Landsdefensie van een ambte.iaar onder
belofte van een gift teneinde dezen er toe te
bewegen handelingen te plegen strijdig met
zijn plicht.
Het vonnis in de zaak tegen den ambtenaar
Noya luidde een jaar gevangenisstraf.
Het vonnis tegen Noya is gebaseerd op de
aanneming van eene belooning voor een han
deling in strijd met zijn plicht.
De beide vonnissen luiden met aftrek van
den tijd in preventieve hechtenis doorgebracht.
De „Duif" op de thuisreis, is te 6.56 uur uit
Batavia vertrokken en na een tusschenlanding
te Palembang om 14.64 in Medan geland.
De „Ekster" op de uitreis, is te 5.21 uit Me
dan vertrokken en met tusschenlandlngen te
Palembang en Batavia, te 16.15 te Bandoeng
geland.
De Ijsvogel verrok gisteren uit Athene en
arriveerde in Cairo.
RELLETJES TE HOORNSTERZWAAG.
Donderdag diende voor het Hof te Leeuwarden
in hooger beroep de zaak van J. S.. J. A., J. M.
en A. K., allen betrokken bij de relletjes op 7
Januari 1932 in de werkverschaffing te Hoorn-
storzwaag.
Bij vonnis van de rechtbank te Leeuwarden
op den 14den Maart werd J. S. veroordeeld tot
drie maanden, J. A. tot twee maanden met
aftrek van preventieve hechtenis en werden
M. en K. vrijgesproken.
De procureur-generaal eisohte tegen S. en A.
een gelijke straf, tegen M. drie maanden en
tegen K. vijf maanden gevangenisstraf.
Mr. Heemskerk, raadsman van K., vroeg vrij
spraak. Mr. van 't Hoff Stolk, die de vorige
maal raadsman van S. was, had zich thans
teruggetrokken.
De rechtbank te A'dam deed Donderdag
uitspraak in de zaak tegen J. B., hoofdvertegen
woordiger van de N.V. Handelsmaatschappij
Presto, die zgn. Unieloten verkoopt.
Wegens overtreding van de Loterijwet was
de hoofdvertegenwoordiger door den kanton
rechter veroordeeld tot 100 boete, nadat twee
maal de dagvaarding nietig was verklaard.
De Officier van Justitie had bevestiging van
het vonnis geëischt, terwijl de verdediger, mr.
Max Levenbach, ontslag van rechtsvervolging
subs, vrijspraak had gepleit.
De rechtbank vernietigde op formeels gron
den het vonnis van den Kantonrechter en ver
oordeelde verd. wegens het in voorraad heb
ben en te koop aanbieden van loten zonder de
bij de wet vereischte toestemming tot een
voorwaardelijke hechtenis van 8 dagen met een
proeftijd van twee jaar en een geldboete van
300 subs, één maand hechtenis.
Loterijen als de onderhavige aldus over
woog de rechtbank, buiten de speelzucht van
het publiek ten eigen bate uit, terwijl de
loterij deze speelzucht aanmoedigt.
De verdediging heeft cassatie aangeteekend.
Waarin de kracht ligt
.VOORTAAN ALLEEN MAAR TOEKIJKEN 7
Door de week trekken een paar armzalige
bloemententjes op den Campo del Fiori slechts
vluchtig de aandacht der voorbijgangers. Bij
ihet hekwerk dat het standbeeld van Giordano
Bruno voor de zucht naar klauteren der
ïtomeinsche jeugd moet beveiligen, staat een
enkele keer wel eens 'n koopman, die tien
stukken prima, prima, echte Parijsche reuk-
zeep aanbiedt, niet voor twintig, niet voor
vijftien, niet voor tien, maar voor vijf on-
noozele lire. Het straatgewemel in de nabij
heid van het Palazzo Farnese, tegenwoordig
het Fransche gezantschapsgebouw, onder
scheidt zich overigens in geen enkel opzicht
van het gewone stadsbeeld van het Pauselijke
Rome, schaduwrijke straten; waarboven een
smalle streep zonnelicht vlamt, dat nooit naar
beneden kan doordringen, kooplieden, die ge
laten en slaperig voor de deur van hun kel-
A«rrachtigen winkel luieren, vrouwen uit het
volk die onder druk gepraat levensmiddelen
koopen voor 's middags, 's avonds en tegelijk
ook voor den dag van morgen, en eindelijk
kinderen, tall-ooze kinderen, schreeuwende,
spelende en grienzende kinderen, van kruipen
de hummels tot opgeschoten bengels en
schreeuwerige reclameplaten voor films van
bet vorige jaar.
Maar een enkelen keer per week (en volgens
de traditie is het altijd op Woensdag) krijgt
dit beeld zijn eigen kleur, wint het aan nooit
vermoede levendigheid en tint, dan wordt he.
in den wirwar van den doolhof der steegjes
nog drukker, dan lijkt de buurt op den hek
senketel uit het sprookje die overkookt en met
zijn schuimenden inhoud alles overstroomt.
De uitdragers van heel Rome zijn hier samen
gestroomd; hier worden -dingen aangeboden,
die schijnbaar bun laatsten kooper reeds lang
-gevonden hebben. Nu is het absoluut onmoge
lijk om door de smalle steegjes, die door de
opeengehoopte en aaneengerijde kraampjes
nog smaller lijken, een doorgang te vinden.
Onder oorverdoovend geschreeuw wordt hier
letterlijk alles te koop aangebeden. Verroeste
kachels, en gebarste guitaren, prenten in
schrille kleuren naast herhaaldelijk opgelapte
ketels, kostbare miniaturen op ivoor, naast
„spreekhoorns" uit lang vervlogen tijden,
antiek brocaat en kunstzijden ondergoed, be
duimelde -boeken in perkament© banden,
schreeuwerig beschilderde bloemvazen, wonder
volle tabaksdoozen uit den empiretijd en
pluche stoelen, geheel door den houtworm
doorvreten, parasols en muizenvallen; prach
tig kantwerk uit de zeventiende eeuw en auto-
claxons, zilveren kerkkandelaars en versleten
-vloermatten, echte R-omeinsche munten, che
mische retorten, en ja noem maar wat ge
wilt, op het Campo del Fiorl zijn overal han
delaars en liefhebbers voor te vinden.
De koopers kan men in drie groepen on
derscheiden.
Het eerste type: Mario en Peppina willen
over veertien dagen trouwen. Peppina droomt
van een mahoniehouten ledikant zooals zij
er een3 een gezien heeft in een Hollywood-
film. Mario was altijd zuinig, maar nu heeft
hij geld en trekt hij met zijn bruid naar de
rommelmarkt. Daar ziet hij een heeriijk breed
Ijzeren ledikant uit grootvaders tijd. Onver
schillig vraagt hij naar den prijs. Tachtig
Lire! Hij biedt er twintig. Tenslotte wordt
hij het met den koopman eens voor den prijs
van 27.5 Lire. Hij beeft een goeden slag ge
slagen. Maar de koopman niet minder! Voor
543 Lire koopt Mario zijn heele huwelijksuit
zet. Peppina heeft gezien dat haar weelderige
droomen over vorstelijke meubels ijdel waren.
Het tweede type: Hij heeft geen geld, maar
veel fantasie d.w.z. hij heeft evenmin verstand
van brokaat als van aluminlum-pannen. Maar
bij alle kraampjes staat hij even stil, van alles
wil hij den prijs weten; hij amuseert zich als
een straatjongen, die over de schutting naar
een voetbalwedstrijd staat te loeren; hij biedt
bespottelijke prijzen, maar trekt zich handig
terug, wanneer de koopman op zijn bod dreigt
in te gaan. Voor zijn oud horloge of ziju ring
wil hij wel wat ruilen, maar hij vraagt zooveel,
dat de koopman hem ten slotte onder allerlei
fraaie -bewoordingen -hartelijk verwenscht. Dan
verdwijnt hij weer in de massa.
Het derde type: Meestal is het een vreemde
ling die bewust van zijn handelsinstinct en
zijn intelligentie een goeden slag denkt te
slaan. Zoodra het een of ander ding hem in
teresseert, zit hij er aan vast als een visch
aan het lokaas. Hij dingt wel af, maar dit
hoort nu eenmaal zoo bij den markthandel.
Voor een pronkstukje waarvoor de koopman
400 Lire vraagt, biedt hij er 200,en hij
krijgt het ook voor dien prijs. Maar wanneer
hij wat meer onverschillig gelboden had, dan
had hij toet ding gemakkelijk voor 100 Lire
los kunnen maken. En toch is toij geen ver
liefde Mari-o, maar een nuchtere Engelschman,
die zakelijk rekent!
De kracht van den koopman op de Woens-
dagache rommelmarkt te Rome ligt in zijn
slimheid. Hij kent zijn klanten op toet eerste
gezicht. De prijs van zijn koopwaar weet hij
precies af te meten aan toet voorkomen van
zijn koopers. Mario, die een ijzeren ledikant
n-oodig heeft, of Mister Clark, die een antieke
snuifdoos voor zijn verzameling wil hebben,
allen toetalen den prijs, waarvoor zij te voren
Instinctmatig zijn aangeslagen. Sofakussens
er. antieke Siciliaansche divankleeden hebben
altijd en op het geschikte oogentolik hun
juisten prijs.
En nu ik zelf. Ik heb op den Campo dei
Fiori een zilveren cigarettenkoker gekocht,
waai- geen grein zilver aan was. Ik heb daar
een Kaschmir kleedje met franjes voor mijn
divan gekocht, na veertien dagen was het
enkel franje. Ik was zoo gelukkig er een an
tieke vaas machtig te worden, maar later ont
dekte ik op den voet 'het merk van een
Tsechische fabriek. Blijkbaar moet ik dus bij
de derde groe-P van koopers ingedeeld worden.
In het vervolg kijk ik alleen nog maar toe
zooals de marktbezoekers van de tweede cate
gorie. Hopelijk kom ik nooit terecht bij de eer
ste groep en behoef ik mijne woning nooit als
Mario te sieren met dure meubeltjes en ver
sleten tapijtjes!
Wanneer de fabricatie, of
de voorraad uwer artikelen,
den omzet, den verkoop
overtreffen, geeft aan 'n serie
dan eens de kans U te
helpen, den aftrek uwer
producten te vergrooten.
Onze Haagsche redacteur schrijft ons:
Bij zijn aankomst Donderdagavond in Den
Haag had mgr. dr. Method Zavoral reeds wel
willend toegestemd in een onderhoud met ons
in zijn hotel en zoo zaten we dan Vrijdagmor
gen, terwijl de chasseur met ons kaartje naar
boven was om ons bij mgr. aan te dienen een
oogenblik ln de ruime, weelderige hall van het
Palace-hotel te Scheveningea op mgr. te wach
ten.
Buiten striemde de regen door de lucht en
hoe welkom zoo'n buitje na de droogte van de
laatste weken velen ook moge zijn geweest, het
was toch niet het meest geschikte weer om de
badplaats op z'n voordeeligst te doen uitkomen.
Neen, dan was de entree van den
Abt van Strahov op Scheveningea heel
wat stralender geweest, toen hij onder
het prachtigste zomerweer ln het Palace-
hotel afstapte en toen even na zijn aan
komst op het strand voor zijn hotel een schit
terend vuurwerk werd ontstoken, alsof het
was te zijner verwelkoming.
We hadden slechts even gelegenheid om
over deze tegenstelling te mijmeren, want spoe
dig zagen we de rijzige figuur van mgr. Zavoral
de trap afdalen en de hall betreden. Zijn hooge
en forsche gestalte in wit habijt, met
het gouden abtskruis op de borst en de
kruin gedekt door een paars kalotje, was wel
een imposante verschijning in deze statige om
geving. Een oogenblik stonden wij er door ge
troffen, toen mgr. reeds allerminzaamst op ons
toetrad en met een innemende twinkeling in
zijn vertrouwen-wekkende oogen, ons vriende-
lijk uitnoodigde tegenover hem plaats te nemen.
DE PRACHTIGE HOUDING VAN
HET IERSCHE VOLK.
(Van onzen bijzonderen correspondent
Mgr. Dr. Zavoral.
De meden van onze kornet was bekend, en we
konden dus direct met het verzoek om ©enige
indrukken vam het Dublinsche wereldcongres,
waar mgr. toet katholieke Tsjecho-Slowakië
vertegenwoordigde, van wal steken.
Wat mgr. Zavoral, die als lid van toet per
manent comité voor de organisatie der Eucha
ristische congressen reeds verscheidene van die
congressen heeft meegemaakt, ln Dublin het
meest had getroffen, was de slot-processie in
het Phoenixpark, waaraan meer dan een mil-
lioen menschen deelnamen. Dat was iets gran
dioos, zooals hij nog nimmer gezien had! En
met de grootste bewondering ©prak mgr. over
de voortreffelijke organisatie van deze massale
bijeenkomst.
Enthousiast was mgr. ook over de Fransche
bijeenkomst, waar de generaal der Dominicanen
de hoogwaardigste pater Gillet een schit
terende rede hield.
En dan de deelneming van heel het Iersche
volk aan het congres. Iedere stad en ieder dorp
van Ierland was zoo versierd, alsof daar het
congres plaats had.
Ook het Eucharistisch congres te Amsterdam
had mgr. bijgewoond, ook daar was de deel
neming van de katholieken algemeen. Maar
omdat daar de processies niet door de straten
mochten trekken, kwam deze deelneming
slechts hoofdzakelijk tot uiting in de plechtige
bijeenkomst ln het Stadion. De Ho-llandsche
aard spreekt zich niet zoo sterk naar buiten
uit; de Hollanders zijn kalmer en ernstiger
dan vele andere volkeren, maar als zij zich
geven aan iets, dan ia toet ook geheel en al en
duurzaam. Het was nu de vierde keer, dat
mgr. Zavoral Nederland bezoekt en hij had alle
bewondering voor de heilige energie en het
prachtige doorzettingsvermogen waarmee de
Nederlandsche katholieken de zaak van den
godsdienst behartigen. In menig opzich geldt
voor ons het Hollandia dooet, zeide mgr.
De Katholieken in Tsjecho-
Slowakije.
Vervolgens kwam het gesprek op de positie
der katholieken in Tsjecho Slowaklë.
Mgr. vertelde, dat e-r ln zijn land een ge
lukkige wederopleving van het katholicisme
De kerken worden des Zondags weer druk
bezocht, ook door de mannen. En het zijn juist
de intelleotueelen, die het onredelijke en in.
houd-looze van het atheïsme beginnen in te
zien.
We hebben voorts prachtige katholieke jeugd
organisaties, zei mgr. Een veree-niging van stu
denten van lycea en universiteiten telt niet
minder dan 30.000 leden.
Een andere uiting van opbloeiend geloofs
leven is bijvoorbeeld, dat er In acht dagen tijds
200.000 pelgrims de Svata-Hora (Heilige Berg),
een genade-oord van de H. Maagd, bezochten.
De overgroote meerderheid der bevolking, on
geveer 80 procent, is katholiek, maar het zijn
helaas niet allen practiseerende katholieken.
En dat is vooral een gevolg van de niet-ka
tholieke scholen. In Tsjecho-Slowakië zijn een
zeker aantal katholieke scholen, maar in Bo-
hemen en Moravië, waar de bevolking xatho.
lie-k is, hepft men staatsscholen. Weliswaar ge
ven daar de priesters godsdienstonderwijs,
maar dat wordt bij de kinderen weer geheel ge
neutraliseerd door den anti-religieusen geest
der links georiënteerde onderwijzers.
Ook over de verhouding van de katholieken
ten opzichte van de regeering sprak mgr. Zavo
ral nog eenige oogenblikken. Het teganwoor
dige Tsjecko-Slowaaksche gouvernement doet
al het mogelijke om de betrekkingen met den
H. Stoel te regelen en ook van de zijde van het
Vaticaan wordt alles gedaan om de bestaande
moeilijkheden op te lossen. De tegenwoordige
nuntius mgr. Ciriaci heeft reeds in 1928 met
de Tsjectoo-Slowaaksctoe regeering ©en Modus-
vivendi gesloten, welke de basis is voor verders
overeenkomsten en- vergelijken. Eén der gods
dienstige kwesties, welke reeds is opgelost, i3
bijvoorbeeld de erkenning door den staat van
het recht mn geheel vrije benoeming der bis
schoppen door den Paus, waartegenover
dat het Vaticaan zijn instemming beeft be uig
met de herziening van de begrenzing der fl
ees© n in overeenstemming met de 3j-aa s£rstt-
zen. Deze kwestie is bijvoorbeeld van e^ groot
ste belang voor Slovakië, waarvan een ge- eelte
valt onder bet gezag van den aarts isschop van
Esztergom, den primaat van Hongarije.
De priesters van dat di-ocees zijn materieel
afhankelijk van den bisschop van een ander
land, terwijl de vreemde bisschop vaak uitge
breide 'bezittingen heeft op Tsjeclio-Slowaaksch
grondgebied. Dat leidt tot allerlei complicaties
en daarom is een regeling van deze aangelegen
heid zeer gewenscht. Maar dat zulk een rege
ling groote moeilijkheden met zich brengt, vaït
te begrijpen. Intusschen wordt er ijverig aan
gewerkt en men hoopt tegen het einde van dit
of het begin van het volgend jaar deze aange
legenheden tot een oplossing te hebben ge
bracht.
Intusschen waren pastoor Postma met den
heer Rückl, die mgr Zavoral op zijn reis ver
gezelt, de hall van het hotel binnengekomen.
Dankend namen wij dus afscheid van mgr.
Zavoral en spraken nog eenigen tijd met den
heer Rückl, die ons verschillende Tsjecho-Slo-
waaksche vraagstukken nog nader toelichtte,
D u b 1 1 n, 27 Juni 1932.
De grootheid van een Euoharistiscto Congres
kan niet worden uitgedrukt ln cijfers. Millioen
menschen aldus schat men hebben giste
ren de Pontificale Hoogmis bijgewoond in
Phoenix park. Het was verbijsterend. Hon
derdduizend, of twee- of drie honderdduizend
menschen stonden te bidden en zongen hymnen
langs den weg, dien de Eucharistische pro
cessie volgde. Ook dit was overweldigend.
Maar de glorie van toet schouwspel mag, hoe
heilig dit schouwspel ook zijn moge, onze aan
dacht niet blijven afleiden van toet wezen der
dingen. Het zou valsch zijn ln verrukking uit
te roepen: dit Congres was een heerlijk succes,
want daar waren tien kardinalen en honderden
bisschoppen en duizenden priesters en honderd
duizenden leeken van alle naties, en uren lang
hebben hymnen geklonken in alle hoeken van
Dublin en bij onafzienbare legioenen hebben
de geloovlgen geknield.
Dit alles is treffend geweest, het heeft onze
geestdrift opgewekt en onze Katholieke trots
gestreeld, maar nu de guirlandes verdord en
de bloemen verwelkt zijn en toet hoogaltaar
van Phoenix heerscht over een vierkanten mijl
van platgetrapt gras, met honderdduizenden
stukken papier 'bezaaid, nu het meerendeel der
congresgangers huiswaarts gekeerd is en Du
blin's straten haar gewoon aanzien weerkrij
gen, nemen onze gedachten een andere rich
ting.
WIJ vragen ons thans niet at, of een mll-
lioen dan wel honderdduizend menschen de
Pontificale Hoogmis bijgewoond hebben, -maar
wij herinneren ons, dat er 250 millioen Ka
tholieken waren in onze stormachtige wereld
en nog oneindig veel meer menschen, die Ka
tholiek k-onden zijn.
Vergeleken bij die honderden millloenen
was dat ééne millioen gisteren in Phoenix park
weinig.
Dat ééne millioen heeft het succes van het
Congres niet kunnen bepalen. De honderden
mil-lioenen zullen het moeten doen.
Christus is geschreden door de straten van
Dublin, en wij hebben de genade gehad Hem
fco zien
Christus is geschreden» negentien eeuwen
geleden, door de straten van Jerusalem.
Wij hebben ons op de knieën geworpen; en
negentien eeuwen geleden wuifden de Joden
met palmen en riepen Hosanna!
Neen, wij beoordeelen het succes niet naar
cijfers en getallen.
Boven cijfers en getallen, eindeloos hoog er
boven verheven, staat de geest van de Kath°.
Heken der wereld, van de 250 millioen die nie
te Dublin waren. Het is die geest, die getuigen
zal van het succes of van de mislukking van
Twee honderd-en-vijftig, en niet één miLHoen
Katholieken zullen het succes moeten bekro-
ne-n. A1
Wij maken liet ons gemakkelijk. s wij van
vrede spreken, denken wij bÜ voorkeur aan een
•betere verhouding tu&s-cU*11 Jandeny
overeenstemming tusschen de staatslieden, aan
afschaffing van reparaties, a*" beperking van
'bewapeningen Wij onttrekken ons gaarne aan
de verantwoordelijkheid; 'wij betal-an onzen
ministers zooveel d-uizend gulden per jaar om
verantwoordelijk te «Ja voor den vrede, waar
voor to-oh in werkelijkheid onzer verant
woordelijk is-
Do vrede met ons zelf de vrede met onze
naasten, -de vrede in Christus!
Arm® staatslieden! Wanneer wij betere Chris
tenen waren, zouden zij niet zoo -hard voor
den vrede behoeven te zwoegen.
Wat zullen wij, pet&rimis, huiswaarts ge
beerd, doen? Zullen wij met geestdrift ge-wa
gen van die één millioen menschen vóór het
altaar in Phoenixpark, van het purper der
.bisschoppen en het scharlaken der Kardinalen
van de beminnelijkheid van den Pauselijken
Legaat en van zijn vorstelijke ontvangst? Of
zullen wij zwijgen, maar de in onze harten ver
gaderde schatten, die immers voor allen be
stemd zijn, uitstorten?
De wereld wacht er op, de wereld hunkert
ernaar! Wij, Katholieken, hebben het recht
en den plicht te gejooven, dat onze benauwen-
de wereldcrisis er niet op de eerste plaats een
is van reparaties en goederenprijzen, Wij keeren
ter-ug van een Congres dat oneindig veel be
langrijker is dan de Conferentie van Lausanne.
Het werd gehouden onder voorzitterschap van
den Koning der Kopingen. Van ons mag de we
reld, van ons zal de Hemelsche Vader, meer
verlangen en verwachten dan van de staats
lieden der naties.
De slotplec'htigh-eden van het Congres op
Zondag zijn zoo overweldigend schoon en
grootsch geweest dat zij al wat in de vorige
dagen daaraan voorafgegaan was, overstemd
hebben. De herinnering aan het oogenblik, waar
op van het altaar aan de O'Connell's bridge de
zegen gegeven werd; zal onultwi-schbaar zijn,
En die Zondag was vooral zoo schoon, om
dat toen het Congres in waarheid internationaal
was. Wij zagen de Fransche delegaties naast
de Duitsche opmarcheeren over de kade, en de
Franschen hadden Duitschers en de Duitschers
hadden Franschen kunnen zijn. Wij waren
allen katholieken, wij waren allen Christenen,
en niets meer dan dat, want wij konden niets
-meer zijn en wnden niets meer zijn.
De vorig© dagen waren wij nog verdeeld ge
weest in sectie®, bevriend© en broederlijke
secties wel-is-waar, maar toch verdeeld. Zondag
waren wij één, volkomen één.
Du'blin was ons al-Ier Kathedraal.
'De Ieren waren onze beminnelijke gast-
heeren geweest. Hun hulpvaardigheid, hun
vriendelijkheid, hun hoffelijkheid jegens vreem
delingen waren voorbeeldeloos. Zij vochten om
de eer onze dienaren te zijn. Zij zijn een volk
om te omhelzen. Ik ken volken, die zich beter
wasschen en die ik minder gaarne zou om
helzen.
De Ieren waren ons dankbaar, omdat wij
gekomen waren. Zij, strijders voor het Katho
liek geloof bij uitnemendheid, strijders en lij
ders, ontvingen ons, hun geioof&genooten, met
ongekunstelde liefde. Zij waren trotsch op
ons. Maar bovenal waren zij blijde met ons be
zoek. Zij verstonden ons en zij wisten dat wij
hen vers-tonden. Want wij spraken één taal: de
taal van onzen Goddelijken Zaligmaker.
Zoo hebben de Ieren, ons gezien, en ik hoop
dat wij allen de Ieren evenzoo gezien hebben.
Maar het waren vooral de volksklassen die
ons zoo broederlijk onthaalden. Ik heb gedele.
geerden van andere naties, ongetwijfeld volko
men te goeder trouw, hooren zeggen:
,,In dit land is nog veel te doen".
Ik heb hen hooren zeggen en zij zelden
het met Christelijke bedoelingen: „Wat zouden
wij voor dit volk niet kunnen doen".
Ik geloof het niet. Zij, die zoo spreken, ken
nen noch begrijpen de Ieren.
Zij begrijpen niet hoe het mogelijk Is, dat
die Iersche volkszonen er zulk een eer en vol
doening in stelden onze dienaren te kunnen
zij, en hoe zij het dienaarschap met zulk een
onvergelijkelijke gratie konden beoefenen als
een edel eereambt.
Het is gedurende de eerste dagen van het
Congres mijn eenige doch niet geringe teleur
stelling geweest dat er onder verschillende
nationale delegaties een al te duidelijke neiging
merkbaar geweest is fcidh op te "Vv'grpeg- tct
vertegenwoordigers van de vol maak tst-KatllO-
lieke bevolking der wereld. Ik ben herhaalde
lijk gestuit op een vorm van nationalisme^ van
nationale hoovaardij, welke indruisehte tegen
heel het wezen van zulk een verbroederings
feest in Christus. Zelfs rechtmatige trots op
hetgeen een Katholieke natie of het Katholieke
deel eener natie tot stand gebracht heeft of
meent te hebben, kan het best tot uiting ge
bracht worden door nederig zwijgen.
Toen ik uittreksels uit de redevoeringen, op
de nationale sectie-vergaderingen gehouden,
in -de Iersche bladen las, was het mij soms te
moede alsof te Dublin niet een Eucharistisch
Congres, doch Olympische spelen voor Katho
lieke voortreffelijkheid «®houden werden, het
geen natuurlijk heel iets anders is.
En deze indruk werd eerst gisteren geheel
overstemd t®°n alle naties één werden in de
aanbidding van het Allerheiligst Sacrament Op
dit oogenblik dacht niemand er aan, dat de
leren dit konden overnemen van de Franschen
en dat van de Hollanders. Geen Duitscher of
Engelschman dacht meer aan de voortreffe
lijkheid zijner eigen katholiek© instellingen,
en geen Ier want ook dit moet gezegd wor
den beleefde meer eenige vruegde aan d©
Pogingen door zijn regeering ongetwijfeld aan
gewend om het Congres dienstbaar te-maken
aan de Iersche wereldpropaganda tegen En
geland.
Het Iersche volk in zijn geheel kan niet
hoog genoeg geprezen worden, maar voor zoo
ver dat nationalisme, vereenzelvigd met dit
Congres, van bovenaf bevorderd werd, moet
het veroordeeld worden. Des te schooner Is
het dat het volk er niet op gereageerd heeft,
en allen hezoetet's zonder onder-scheld van
nationaliteit de blijken zijner Christelijke broe
derliefde en edele verdraagzaamheid heeft ge
geven.
De Fransche schrijfster Gyp Is overleden. Zij
was een gravin de Mirabeau de Martel, die
zich jong reeds op journalistiek en literatuur
heeft toegelegd. Zij ontpopte zich als een zeer
vruchtbaar schrijfster, die minstens eens per
jaar een boek liet verschijnen. Soms waren
het er echter wel twee of drie.
Haar schetsen, romans en verhalen, dikwijls
tamelijk frivool en dubbelzinnig van aard,
munten uit door een vlotten en sprankdienden
dialoog. Zij gaf met haar werk een uitvoerige
zedenschildering van Fransche aristocratische
en gefortuneerde, kringen in de laatste decen
niën der 19de eeuw.
EEN NIEUW GELUlDSFILM-PROCEDé
Uit Leningrad woTdt gemeld dat de film-tech
nicus Scholpo aldaar een nieuwe methode heeft
uitgevonden voor de registreering van het ge
luid hij het opnemen van geluidsfilms. Het ge
luid wordt eerst grafisch geregistreerd alvo
rens op de filmstrook te komen. De proefne
mingen zouden hebben aangetoond dat de zui
verheid van de geluidsweergave zoowel van het
gesproken woord als van muziek volmaakter
is dan bij een der thans bestaande systemen.
Schoone vrouwen zijn slechts een week lang
goed, goede vrouwen zijn haar leven lang
schoon. i
Wat drie weten, weten allen.
Nalatigheid in het kleine maakt grootq
verdiensten te niet.
De mensch struikelt niet over bengen, maag;
over eteenen, J