f P EEN HERDENKINGSPLECHTIGHEID VOOR ALBERT THOMAS. DE UITTOCHT DER JODEN UIT PRAHA. advertentien Onze Kabouters. Distilleerderij Fa. Wed. A. i< COPPENS f f f NET MEISJE jH RABBI JEHOEDAH BEN BEZALEL. EEN ADVERTENTIE DOET GEDENKEN bijverdienste te huur DINSDAG 5 JULI 1932 UIT GOUDA MASSA-ONTSLAG BIJ DE „PLAZUID" l INDRUKWEKKENDE HULDE AAN EEN GROOTE FIGUUR. SERRARENS NAMENS DE CHRIS TELIJKE VAKVEREENI- GINGEN. llpllip: FRANS PAUL EDMUND VAN DITZHUYZEN CORNELIUS MARIA ASSELBERGS JOANNES AD0LPHUS HENDRICUS KRUL, Maria Johanna Helena Heijnen. JAN FRITS NYLAND Gevraagd middelen Mevrouw, Zet de vruchten onder met Inmaak- Brandewijn van een bekende Distilleer derij. Dan heeft U zeker succes per liter f2.40 f 1.90 f3.15 f3.15 f3.40 TE HUUR GEM. BETALING! Prima Inmaak Brandewijn Gentia (vervangt Inmaak-Brandewijn) Oude Genever 't Kraantje Cognac Cognac enz. enz. Tot Zaterdag 9 Juni geven wij bij het bestellen voor een waarde van ten minste f 2.50 een liter fijne Limonade cadeau. BESTELT NOG HED^N. Vraagt volledige prijscourant NOORDMOLENSTRAAT 16, SCHIEDAM, TEL. 68408 NOODHULP DIENSTBODE MOOI VRIJ BOVENHUIS 7.— f Algeheeele reorganisatie' Zaterdag is aan alle werknemers van de N.V. Koninklijke Plateelbakkerij Zuid-Holland ontslag aangezego onder mededeeling dat bet bedrijf wordt gereorganiseerd en dat gelegen heid wordt gegeven zich voor het gereorga niseerde bedrijf als werknemer aan te mel den. Het gerucht dat het aangezegd ontslag de beteekenis zou üelbiben dat de fabriek zou worden gesloten, kan op grond van vei kregen inlichtingen, ten stelligste worden tegenge sproken. De toestand van dit bedrijf, zoowel als voor vele andere, is zeer moeilijk door de groote bezwaren, diie aan den export in den weg ■worden gelegd, terwijl de lasten die op hef geheele bedrijfsleven drukken, onder de huidi ge omstandigheden veel te zwaar zijn en nood zakelijk moeten worden verlicht. Daarbij ondervindt dit bedrijf nog steeds de gevolgen van den stilstand der fabriek gedu rende langen tijd tengevolge van de staking, •waardoor bepaaide afzetgebieden verloren gin gen. Door die staking is een belangrijk deed der werkgelegenheid teniet gegaan, waarvoor destijds tevergtefs is g.waarsohuwd. Wij ©nitleonpu dit bericht aan de „Goudsohe Courant", daar de directie van de ,,Plazuid" weigerde ons inlichtingen te versohaffen. In het „Goudsch Volksblad" lezen we over deze aangelegenheid: De directie van de N.V. Kon Plateelbakkerij „Zuid-Holland", had de collectieve arbeidsover eenkomst, die d.d 1 April j.l. expireerde, op gezegd. Onderhandelingen met de directie en de hoofdbesturen van de samenwerkende arbeiders organisaties over het afsluiten van een nieuw contract hadden plaats. Hierbij bleek de di rectie tegen het vigeerende contract eenige bezwaren te hebben en zoo schreef zij d.d. 1 April J.l. de organisatie: „Overwegende, dat een arbeidscontract ook waarde kan hebben, zullen wij u binnenkort een concept aanbieden, waarover, voor zoo iver noodig, van gedachten gewisseld kam Worden". Echter het toegezegde concept bleef uit. In- tusschen vonden er gebeurtenissen plaats, waarbij de betrokkenen wel zeer sterk gedu peerd werden. Hierover had op 16 Juni j.l. oipnieuw een bespreking plaats, evenals over het uitblijven van het concept Hierbij zegde de directie toe, dat de arbeidersorganisaties eind Juni j.l. het concept-contract tegemoet konden zien. Hoewel er terwijl wij dit schrijven nog niets binnen is, ontvangen we het be- ricfht, dat Zaterdag 2 Juni jJ. het geheele per soneel tegen Zaterdag 9 Juli a.s. ontslag is aangezegd. Deze mededeeling is den betrokkenen mon deling gedaan met de mededeeling, dat er een nieuwe loon- en tariefregeling komt en dat dan zal worden nagegaan wie daarvoor op nieuw kan en (of) wil tewerk: gesteld worden. (Van onzen correspondent.) Ismail Sidky Pasja, minister-president van Egypte voert het eerste telefoongesprek langs de pas geopende lijn CairoLonden. Genève, 30 Juni 1932. De raad van beheer van het internationaal arbeidsbureau heeft de eerste zitting, die hij na den dood van den directeur Albert Thomas gehouden heeft, natuurlijk niet willen openen, zonder daaraan een plechtige herdenking van den betreurden doode te verbinden. Weliswaar had de raad van beheer reeds in Mei bij de begrafenis te Champigny getuigenis van zijn gevoelens van dankbaarheid en rouw afgelegd, doch de raad was zich ervan bewust, dat zeer velen, die niet in staat waren geweest van Genève naar Champigny zich te verplaatsen, een behoefte eraan gevoelden In deze stad, waar Thomas gedurende twaalf jaren het belangrijk ste werk van zijn arbeidrijk leven verricht had, nog een laatste eer aan den overledene te bewijzen. De „Victoria Hall", de grootste concertzaal van Genève, die steeds voor groote Geneefsche plechtigheden van droevigen en meer opgewek- ten aard pleegt te worden gebruikt, was dan ook goed gevuld met een zeer internationaal publiek, toen vanmorgen het orgel het voorspel van „Parsifal" aanhief en de leden van den raad van beheer, met den Belgischen voorzitter profesor E. Mahaim aan het hoofd, de zaal betraden, waar zestien redenaars, van verschil lende landen en verschillende maatschappelijke kringen, de buitengewone gaven van hoofd en van hart van den gestorvene en zijn niet minder buitengewone verdiensten voor het werk van Genève nogmaals zouden herdenken. Aan de raadstafel was de stoel rechts van den voorzitter, vanwaar Albert Thomas twaalf jaren lang met zijn levendige gebaren en zijn medesleepend woord de ware leider der raads- discusies was geweest, onbezet gelaten. Een bos donker-roode rozen lag op de raadstafel vóór dien stoel op de plek, waar Thomas' handen zoo vele jaren lang tijdens de debatten haastige notities hadden neergeschreven of door hun spel reeds de stemming van den directeur ver raden hadden, nog voordat hij het eerste woord van repliek geuit had. En telkens en telkens weder dwaalden onze oogen tijdens de her denkingsredevoeringen van de plek van den spreker af naar die ledige plek aan de raads tafel en viel het ons nog steeds moeilijk te gelooven, dat wij die krachtige, vitale figuur, naar wiens woorden vol enthousiasme èn wer kelijkheidszin alle raadsleden steeds met de grootste aandacht pleegden te luisteren en dia een zeldzaam grooten invloed op den afloop der debatten had, nimmer meer zonden zien. Zestien redevoeringen werden gehouden door den voorzitter van den raad van beheer Mahaim en de voorzitters der drie raadsgroepen van vertegenwoordigers der regeeringen, werk gevers en arbeiders, door den secretaris-gene raal van den volkenbond sir Eric Drummond en den voorzitter der ontwapeningsconferentie Arthur Henderson, door de vertegenwoordigers van het internationale verbond van vakver eenigingen (Jouhaux) en van de internationale federatie van Christelijke vakvereenigingen (Serrarens), door den Zwitserschen minister voor economische aangelegenheden Sohulthess, den Franschen minister van arbeid Dalimier en den president der regeering van het kanton Genève Martin, door den voorzitter der inter nationale vereeniging van volkenbondsjourna- listen Clarence Streit, door vertegenwoordigers van nog enkele anclere internationale organisa ties en tenslotte door den waarnemenden direc teur van het internationale arbeidsbureau Harold B. Butler, die uit naam van het geheele personeel voor de gebrachte hulde dankte en uit de gehouden redevoeringen de slotsom trok, dat allen, ieder op eigen gebied, de nagedach tenis van Albert Thomas ook in de toekomst zullen blijven huldigen door onverzwakte trouw aan het werk, waaraan hij zijn leven had gewijd. Al die zestien redevoeringen, welker inhoud natuurlijk niet in bijzonderheden is weer te geven, getuigden van de buitengewone hoe danigheden van Albert Thomas als staatsman, als denker, als organisator, als strijder voor vrede en rechtvaardigheid, als redenaar en als schrijver, als loyale dienaar van den raad van beheer, doch ook als de werkelijke leidsman daarvan, en niet minder als mensch, uitblin kend door onwankelbare trouw en onbaatzuch tige goedheid. Dat ook de Christelijke arbeiders in den algemeenen rouw deelen, dien het plotseling heengaan van Thomas in de geheele wereld verwekt heeft, bleek uit de rede, die ons Eerste Kamer-lid P. J. S. Serrarens, vandaag gehouden heeft. Albert Thomas behoorde niet tot de onzen, zeide Serrarens hijzelf heeft eenige jaren op het congres der Christelijke vakvereenigingen te München de scheidingslijn scherp getrokken, door zijn verklaring „Gij zijt Christenen, ik heb een andere vorming". Maar Thomas had, zooals Serrarens in herinnering bracht, onmid dellijk aan deze erkenning van de scheidingslijn toegevoegd „Maar telkens, wanneer wij naast elkander gearbeid hebben, deden wij dit met een even vurig, even hartstochtelijk geloof, ondanks de verscheidenheid van bron, in de verwezenlijking van het gemeenschappelijk ideaal". En dit waren geen ijdele woorden, ging Serrarens voort, want als directeur van het internationale arbeidsbureau heeft Albert Tho mas al het mogelijke gedaan, om een zoo vol ledig mogelijke medewerking der Christelijke vakvereenigingen in alle organen der interna tionale arbeidsorganisatie te verzekeren. Hoe goed die samenwerking tuschen de Christelijke vakbeweging en Albert Thomas steeds geweest was, Serrarens illustreerde dit door een kleine bijzonderheid. Juist een week vóór zijn dood, op den laatsten dag der inter nationale arbeidsoonferentie van dit jaar, had Thomas zijn portret aan Serrarens geschonken met de daarop geschreven woorden „in dank bare herinnering aan een reeds langdurige en steeds vertrouwensvolle samenwerking". De Christelijke vakbeweging, verzekerde Serrarens, is trotsch erop met Thomas te hebben kunnen samenwerken, omdat hij een man was van een zeldzaam talent, van 'n vruchtbaar geuie, een arbeider die zijn leven aan een taak gewijd had, die hem ondanks de groote teleurstellingen die hij somtijds moest ondervinden toch steeds tot geestdrift stemde. Wij zijn trotsch op die samen werking, omdat het gemeenschappelijke doel was de verheven taak, om de sociale rechtvaar digheid te doen zegevieren, den socialen vrede te doen heerschen, hetgeen de onontbeerlijke voorwaarde voor den wereldvrede is. Serrarens eindigde zijn herdenkingsrede met een herinnering aan Thomas' laatste groote rede op de internationale arbeidsconferentie, toen deze, na een herdenking van Fontaine, Nolens en Sokal weemoedig opmerkte, dat de levenden ondanks al hun droefheid over deze verliezen den weg naar het doel moesten voort zetten, al liggen reeds zoovele graven naast dien weg. Thomas verzocht toen de conferentie den vasten wil te bevestigen „zonder voorbehoud de zaak der sociale rechtvaardigheid te blijven dienen". Wij, Christelijke vakvereenigingen, beloven U dit te zullen doen. „Den strijd, dien Gij met zooveel energie en talent gestreden hebt, wij zullen dien met al onze krachten voort zetten, bezield door een onwankelbaar vertrou wen in de Christelijke en sociale gerechtigheid" Twee en een half uur duurde de plechtigheid, die met een orgelbespeling besloten werd, gelijk zij daarmede was begonnen. En allen verlieten het gebouw diep onder den indruk van het zware verlies, dat de wereld geleden had door het zoo onverwachte heengaan van den man, van wien de voorzitter van den raad van beheer Mahaim getuigen kon „Wij hebben dank zij hem het genie in actie gezien. De roem van Albert Thomas straalt en zal steeds over de menschheid blijven stralen!" „Mijn vrouw en ik moeten nood zakelijk bezuinigen, heb ik haar gisteren twee uur lang duidelijk zit ten maken". „En wat heeft ze besloten „Ik moet het bierdrinken laten". --"UA i - g&r «Mi V%. W DE GEBLAKERDE RU NE van een fabr iek van nadiiokasten aan den Zwaanshals te Rotterdam, waar Zatemdagimi ddag een flelle brand woedde. ALT-NEU SYNAGOGE EN 'N MERK WAARDIGE BEGRAAF- PLAATS. (Van onzen H.correspondent.) Praha, de stad, waar de Joden bijna sinds de stichting een rol hebben gespeeld, bezit geen Ghetto meer. Maar het heeft een voormalig Ghetto en enkele straten, die als een overblijfsel van het oude Ghetto gelden kunnen, zooals de Meislgasse, zoo genoemd naar één der be roemdste Joden van praha. In het voormalige Ghetto, tevens er om heen staan voorts nog enkele herinneringen aan den ouden tijd. Ze behooren tot de oudste monu menten van Phaha en spreken zooals zooveel in Praha van leed en ellende, van tranen en bloed Aan den rand van een zakelijk nieuwe straat sluimert b.v. de z.g. Alt-Neu synagoge den slaap der eeuwen. Alt-Neu, omdat ze in de veertiende eeuw op de fundamenten van een oude synagoge werd gebouwd. En, aldus de legende, deze fundamenten waren gemetseld uit steenen van Jeruzalem's verwoesten tem pel. Een eenvoudig, simpel, Ingetogen gebouwtje somber van buiten en duister van binnen. Een huis des gebeds in benarde tijden, nu meer een alledaagsche bezienswaardigheid, maar toch vol van een sfeer, waarvan zelfs de kud den toeristen e.ven stil worden. De eeuwen hebben zich hier opgestapeld in al haar zwaarte van verachting en vervolging en het funda ment was gemetseld uit den doodsnood van de drieduizend Joden, die in de synagoge werden ingemetseld, toen op Paasch-Zondag van het jaar 1389 weer eens een fogrom was losge broken. Do groote Rabbi Jehoe-da ben Bezalel (Leeuw) zat er temidden zijner leerlingen en deelde met hen zijn wijsheid. Er wordt van hem verhaald, dat hij uit leem een mensch had gemaakt, een Homunculus, den Golem, wien hij al naar be. lieven het leven geven en ontnemen kon. Vol gens den volksmond liggen de stukken van dezen Golem, bekend geworden door Meyrink's roman, nog ergens in een hoekje van de ge heimzinnige synagoge. De Rabbi zelf staat nu i het Nieuwe Stadhuis van Praha, uit st. -i gehouwen, en ziet wijsgeerig op de pas- seerende Christenen neer. In de dagen van het Ghetto van Praha was er niet veel ruimte om de dooden te begraven. Heel klein ligt dan ook de oude Joodsche be graafplaats in Praha's binnenstad, wel heel klein, nadat een flink stuk er van in verband met het aanleggen van nieuwe straten werd onteigend. Reeds in 't groote pogrom jaar 1389 heette deze begraafplaats de oude. Men heeft er zelfs een grafsteen uit de zesde eeuw gevonden, tus- schen de graf-steenen zonder tal. Zestig dui zend Joden werden er ter aarde gedragen. Om dat de ruimte beperkt was en de pieuse tra ditie verbood, oude graven op te ruimen, moes ten de dooden in rijen op elkaar gestapeld worden. Op de eene laag ging telkens wat aarde en dan weer een kist. Zoo ligt dit leger van zestig duizend in enkele tientallen vier kanten meters grond en staan de grafsteenen schouder aan schouder, slechts even ruimte latend voor wat onkruid en geboomte. Sommige der grafsteenen doen denken aan die op de groote begraafplaatsen van Constan- tinopel, zooals zo daar scheef en als moede van het eeuwen lange getuigen in onregelmatige rijen zij aan zij leunen, vergrijsd en vergrauwd, meestal met half uitgewisehte letteirteekems en naamsymbolen. De haan duidt het graf van Mozes Hahn aan, de duif dat van Aaron Taube, de roos dat van Mordeohai Rose. Enkele grafsteenen, dragen als symbolen twee handen. Hier liggen Ko- hanim begraven, afstammelingen van Aaron, den hoogepriester. Twee geden.kteekenen trekken de aandacht, dat van Rabbi Leeuw en dat van Jakob Schmiles, bijgenaamd von Treuenberg, den eer. sten Jood, die in Oostenrijk in den adelstand verheven werd. Hij diende drie keizers, van wie Ferdinand II hem tot edelman uitverkoos. Beide monumenten zijn rijk bewerkt, doen schier weelderig aan tusschen den eenvoud aan alle kanten. Maar de tijd heeft aan de weel de het overladene en protsige ontnomen, hij heeft aan het gesteente geknaagd, het doen barsten en splijten en rond het monument van Rabbi Leeuw groepen zich in het volmaakts e aceoord de grafsteenen van dertig zijner ^at lingen, even verweerd en verwaaid aecjlter van hun meester, met minder sporen omdat weer en wind niet zoooveel v hadden. raafplaats rust In de stilte van de oude ver des kei- de kleerenjood naast den raa zers. den in den en ze zullen er blijven rusten tot in verre tij den. Want het Friedhof ligt nu in een uit hoek en veilig voor alle uitbreidingsplannen. En men zal de dooden niet meer verdrijven, zooals men dat eens de levenden heeft gedaan. Het jaar 1745 staat in de geschiedenis der Joden van Praha opgeteekend als het onge- luksjaar bij uitstek Toen moesten ze op bevel van Maria Theresia midden in den barren win ter de stad verlaten, met een verbanningsde creet boven hun hoofden. De kwestie der Joden had altijd de aandacht der Habsburgers getrokken en enkele hunner hebben zich hierbij van hun goeden kant laten kennen. Maar Maria Theresia schonk geloof aan de praatjes, als zouden de Joden van Praha met de vijandige Pruisen hebben geheuld. En ze gaf het fameuze bevel, waarbij alle Boheem- sche Joden het land werden uitgewezen. Het decreet werd in December 1744 van AV e e n e n naar Praha gebracht en op 31 Januari 1745 moesten alle Joden over de grenzen zijn. Een nieuwe Exodus stond voor de deur. Vertwijfe ling in het Ghetto De Joden van Praha hadden voor Maria The- resia's kron'ingsgeschenk 450.000 florijnen bij. gedragen. De rijke koopman Wolf Frankl had prachtige optochten laten houden. Gewis waren hierbij de ijdelheid en de pronkzucht in het spel geweest, maar Maria Theresia had al die hulde en al het geld dankbaar aanvaard. En ofschoon een tamelijk goedhartige vrouw, weigerde ze ditmaal zich door de smeekingen der Joden het pleiten hunner vrienden te laten beïnvloeden. In 1740 waren er in Praha nog veertien dui zend Joden geteld. En deze veertien duizend Joden moesten het geliefde Ghetto verlaten, hun dierbare dooden achterlaten op de stille begraafplaats. 1 BÜ sneeuw en ijs begon de tragische uittocht, een uittocht in een onzeker verschiet, een gang naar den vreemde, een afscheid van allen en alles. Zoo triest was die uittocht, dat zelfs de felste Jodenhaters medelijden kregen. Het stadsbestuur zond een verzoek om gratie naar den landvoogd. De opperkanseller Graaf Kinsky sprak zich tegen het decreet uit. Hij oordeelde de uitwijzing een catastrofe voor heel den han del, voor heel het economische leven van het land. Het crediot werd ontwricht. Maria Theresia bleef onverbiddelijk. Ze wil ligde slechts een uitstel in tot den laatsten Februari. Een speciale oommisie zou de zaken der Joden afwikkelen en de meestal erg inge wikkelde zakenrelaties tusschen Christenen en Joden regelen. En de armste Joden moesten direct en bloc over de grenzen worden gezet. Streng, meedoogenloos streng was het bevel en even meedoogenloos streng de winter. De zieken waren wanhopig, moeders vertwijfelden om hun kleine kinderen. Wie zou den uittocht kunnen overleven Den zes en twintigsten Februari waren al zes duizend Joden door de stadspoorten gegaan. Einde Februari was dit getal tot veertien dui zend gestegen, het getal van 1740. De ernstig zieken en allerkleinste kinderen mochten voor- loopig achterblijven. De laatsten, die naar de verbanning trokken, waren Wolf en David Frankl. Tot het laatste oogenblik baden ze ia de synagoge. Te laat bracht een ijlbode uit Weenen een uitstel tot 31 Maart. Een paar dagen vroeger zou dit uitstel nog veel ellende voorkomen hebben. Nu evenwel zwierven de meesten reeds door het harre, wintersohe land. Toch kwamen er nog terug en einde Maart herbergde Praha weer twee duizend Joden. Drie jaren na den uittocht mochten de Joden terugkeeren. En ze kusten den grond hunner vaderen met dezelfde vurigheid, waarmede ze Jeruzaleim's klaagmuur zouden hebben gekust, Een groote tragedie was weer geileden Xlsund verheven financier ■y De strijd in Amerika kan beginnen. De twee rivalen Roosevelt en Hoover, j De Heer en Mevrouw OTTO BRENNINKMEYER— SCIIMUTTE geven hierbij met groote vreugde kennis van de geboorte van hunne Dochter, die bij het H. Doopsel de namen ontving i HELGA MARIA THERESIA. Amsterdam, 3 Juli 1932. (Van Eeghenstraat 92. 34096 11 Volstrekte eenige en alge- meene kennisgeving. Heden èverleed na een lang durig lijden, zacht en kalm, voorzien van de H.H. Sacra menten der Stervenden, onze innig geliefde Man en Vader Notaris te Baam, in den ouderdom van 65 jaar. Baarn: C. M. P. VAN DITZHUYZEN- Driessen, M. C. VAN DITZHUYZEN C. S. VAN DITZHUYZEN P. E. VAN DITZHUYZEN Breda: F. G. VAN DITZHUYZEN De plechtige gezongen Uit vaart is or Woensdag 6 Juli 10 uur te Baarn. Begrafenis is ongeveer 2.30 uur op de R. K. Begraafplaats te Terborg. Verzoeke geen bezoek en geen bloemen. Baarn, 2 Juli 1932. >4126 32 Heden overleed tot onze diepe droefheid, In het Diaconessen- huis te Rotterdam, na een kortstondige ongesteldheid, tijdig voorzien van de H.H. Sacramenten der Stervenden, onze beste Man, Vader, Be huwd- en Grootvader Directeur der Suikerfabriek „WIttouck" te Breda, Ridder in de Orde van Oranje Nassau, in den ouderdom van 58 jaar. Breda: L. ASSELBERGS— Van Dixhoorn Sittard. M. J. G. VAN DOOREN— Asselbergs H. J. F. VAN DOOREN Breda: G. G. M. THUNNISSEN— Asselbergs Ir. W. J. H. THUNNISSEN en Kinderen Ir. C. J. ASSELBERGS L. ASSELBERGS— Van Wymen en Kinderen Berlijn: C. J. ODéAsselbergs J. Odé en Kind Breda: A. M. ASSELBERGS Delft: K. J. ASSELBERGS. Breda, 3 Juli 1932. Burgem. Kerstenlaan 8 „Zonnehof". De plechtige Uitvaartdienst zal gehouden worden op Woensdag 6 Juli ten 10 uur in de Parochiekerk van den H. Martinus te Princenhage, waarna de teraardebestelling op de Begraafplaats Zuylen. Geen bezoek. Eenige en algemeene kennisgeving. 63 Heden overleed tot onze diepe droefheid, na een langdurig en geduldig gedragen lijden, voorzien van de H.H. Sacramenten der Stervenden, onze lieve Vader, Behuwd- en Grootvader in den ouderdom van 84 jaar. Weduwnaar van 's-Gravenhage: G. M. J. KRUL A. W. KRUL CHR. J. F. KRULFranses en Kinderen de Weduwe L. A. H. DE WOLFKrul en Kinderen E. M. J. PEET—Krul Dr. J. B. C. PEET en Kinderen J. W. M. KRUL R. M. L. GEENEN—Krul M. CH. J. GEENEN A. C. M. VAN TILBURG—Krul A. J. VAN TILBURG en Kind C. M. KRUL 2. M. KRULCaminada en Kinderen J. L. WATERREUS en Kind A. J. WATERREUSFranses. 's-G'ravenhage, 3 Juli 1932. Bezuldenhout 205. Geen bezoek. Geen bloemen. Woensdagavond te 7.30 uur Rozenkransbidden in de Kerk. De H.H. Uitvaartdiensten worden gehouden Donderdag 7 Juli a.s. in de Parochiekerk van O. L. Vrouw van Goeden Raad (Bezul denhout). De H.H. Missen te 6.45, 7.30, 8.15 uur en te 9.30 de plechtige Uitvaartdienst, waarna de begrafeniR van uit de kerk en bijzetting in het familiegraf op de R. K. Begraafplaats Kerkhoflaan. Amsterdam: 's-Gravenhage: Nunhem: Gorinchem: 's-Gravenhage: Heden overleed na een lang durige ziekte, voorzien van de H.H. Sacramenten der Stervenden, onze lieve Echt genoot, Vader, Broeder, Be- huwdbroeder en Oom Kapitein ter Zee b. d., oud-lid van het Hoog Militair Gerechtshof (N. I.), in den ouderdom van 66 jaren. Uit aller naam E. J. J. NYLAND geb. Green FRIDA E. W. NYLAND. 's-Gravenhage, 3 Juli 1932. Valeriusstraat 116. Geen rouwbezoek. Geen bloemen. De H.H. Uitvaartdiensten zul len gehouden worden in de Parochiekerk van de H.H- Martelaren van Gorcum, Stad houderslaan, Woensdag 6 Juii a.s. De stille H.H. Missen zijn te 7 VS en 8K uur. te 10 ure de plechtige Requiem, waarna de begrafenis van uit de ^er in het Familiegraf op de e- graafpaats Nieuw y Duinen te circa U54 uur Eenige en algemeene kennisgeving. 34131 35 per 1 Augustus voor dag en nacht, als meisje alleen. Aanmelden Dinsdag en Don derdag na half acht. Warande 195. 11327S 10 WOENSDAG 6 Juli Een ons groote Plockworstc"'Jven Ean pond orlasm II. bsssensar,. met'n plus statiegeld*'116'12" Ct' worst 9Sltfuido varsohe Ptrpondl8ct. 34159MVS 31 Hoofdagenten en Agentessen gevr. voor den verkoop van Unie Obl. gaties 3.60. Hooge prov. Br. of adr. Leesbibl. J- Catstr. 68, R'dam gedeelte van woning voor alléén- wonende Dame of Heer. Brieven onder no. 2823S Bur. van dit Blad. Ameublementen, dressoirs, buffett., theemeub., divans, karp., bedd.. dek. ledik., spieg. enz. Simonstr. 44 en 57, nabij Schiek., Tel. 41641, R'dam. Voor spoedig gevraagd goed kunnende werken en koken. Aanmelden 's avonds tussc len iy, en 8/, uur, Nassaulaan^b.t Calileïstr. 65 (bij het Pompstation Schiedam) 2 groote kamers, keuken met wa randa, slaapkamers met waranda. Telef. 43387, 2822# X\

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Nieuwe Schiedamsche Courant | 1932 | | pagina 8