3P5 -""«zsz ir- REISINDRUKKEN UIT POLEN EN RUSLAND. 1 NOVEMBER ZATERDAG 29 OCTOBER 1932 rn „Alle Heiligen groeten U... HET GODSGERICHT VOQKHNBIE. 1 'n PUZZLE. OPLOSSING DEM „NIEUWE SEMEE". WIE KWEELT EM MEE? aiiMiagB VOOR KNUTSELAARS. 'n Droogrels. Oplossing vorig letterraadsel. Oplossing van den vorigen rebus. ■gifF' illfe Onbrandbaar papier. Alva, de ijzeren hertog. Dinsdag viert onze H. Kerk het feest, het hóóg-feest van Allerheiligen. Gods uitverkorenen, Wij denken dan aan zuiver en vol glorie, die in den Hemelzijn. Alle heiligen! Van ons wordt nletJfe^a^ hun getal te noemen; wij weten aUeen en dat is voldoende, dat zij zijn in menigte, jalit alle landen, volken, talen, en dat z" staa" V00' den Troon en voor het Lam, m witte gewaden en met palmen in hun handen. Het zijn heiligen. Niet d° maar welke vereerd worden door d 'T allen, die de eeuwige zaligheid hebben mogen verwerven. Het zijn zij, die zich onbevlekt van de wereld hebben bewaard, die hunne kleederen gewasschen hebben in het Bloed des Lams- die gevochten en gedurfd hebben en geleden ook voor God, de Waarheid en het R Er'zijn zelfs zwakke vrouwen onder hen, die haar bloed hebben gegeven in den strijd om de roepstem der genade te volgen. Deze Heiligen zijn allen in den Hemel. De H. Joannes heeft h,un woonplaats in zijn „Boek der Openbaring" beschreven. De bouw stoffen van haar muur zijn van edelsteen; haar grondvesten zijn met kostbare steenen ge sierd. Het plein der stad is louter goud, door schijnend als kristal; haar twaalf poorten zijn twaalf paarls; „iedere poort" zegt de schrij ver dan nog eens met nadruk „iedere Paaj"' Ik denk, dat de Evangelist dat daarom schiijlt, °mdat de Heiligen door één dezer twaalf poor- tea zijn binnengegaan. Ln iedere poort een paarl, Paarls zijn de juweelen van het leed. In zee leven kleine diertjes, die ooit een pareloester aanboren. Er dringt iets binnen, dat niet in dien oester thuis hoort. Onmiddellijk begeven zich alle hulptroepen van het teere lichaam naar de plaats, waar de bres werd gemaakt. Heelende krachten trekken naar het punt des gevaars op. In die ure des onheils en alleen in die ure, scheidt de bedreigde oester een kostbare stof af om de wonde te sluiten en dus zijn leven veilig te stellen. De indringer wordt bedekt met paarlstof en met een paarl aldus de wond geheeld. Daarom zijn parels de tooisels van het leed, misschien ook, omdat het visschen ervan zóó veel inspanning kost. dat de. gezichten der paarlvisschers een sluier van leed dragen. Zonder wond geen paarls. Er zijn oes die nimmer worden gewond en de dui er ten ze achteloos terzijde. Mensc e° door Gods' Genade gewond in hun trots,Jiun eigenliefde, hun gehechtheid aai gegaaTen bevonden zich nadien in den Hemel je wordt maar niet één twee drie n heilx- Maar het kan voor iedereen, zelfs in de ze van God vervreemde wereld. Het kan! „Alle heiligen groeten U, vooral die uit het huis des Keizers zijn schrijft de te Rome gevangen gehouden Apostel Paulus aan de Kerlt van de stad Philippl, die hem zoo dikwerf milde gaven toezond. Er bleken dus in dat verheidenschte Rome menschen te wonen, die niet aan de algemeene schande wilden meedoen, heiligen. Waar woon den deze heiligen? In 'n kluis? Onder'n steenen stolp? Tusschen dubbele muren gescheiden van het rumoer der wereldstad? Wel neen! n een keizerlijk paleis! In Paleis van waar het bloed van een moedermoor véél erger dingen meer aan de lc_ In een omgeving waar de Chris gn vende flambouwen werden aans door de honden verscheurd. In <- van een vorst, die nog dieper wegzo nen zonde dan in het bloed van zijn 011 Toch leefden daar nog heiligen het paleis van dezen duiveldie hun s smetteloos bewaarden van de modder der zonae, zonde. Kon het daar, dan kan het hier des te eei- der, des te gemakkelijker, al kost het moeite; inspanning, breken met véél, met vrienden boeken, plaatsen, gedachten en dat kan zeer genoeg doen voor het oogenblik de paar- len poort! Wie deze poort achter zich heeft, zooals alle Heiligen, krijgt, als zij, een palmtak in de hand, het blinkende gewaad der vreugde aan, hij zal geen tranen meer storten, geen dorst meer lijden, geen dood, geen smart, geen leed, geen „paarlen poort" meer hoeven door te gaan. Voor de papieren guirlandes en bloemfestoenen der wereld, geeft God palmen in ruil Palm-dagen, ze liggen nu al opge tast ih de silo's van Gods Genade over Zijn «Schepselen, zooals ook alle heiligen hebben ondervonden. Zetten wij onze tanden 0p el- om den weg te blijven volgen, aangeduid door Hun aller voorbeeld, die leidt door de Om uit te maken of iemand schuldig of onschuldig was aan een bepaald misdrijf wenl vroeger algemeen en hij de natuurvolken nog, het Godsgericht of Godsoordeel („ordale .oor deel) toegepast. Men meende, dat door mi e van dit gericht, de schuldige door God zou worden kenbaar gemaakt. De menschen die men voor schuldig hield, moesten kokend water of kokende olie drinken, zij werden met steenen aan hun lijf in e wa ei gegooid, moesten hun handen in koken ei o ie steken of een steen uit die olie grijpen, drinken, blindelings tusschen 'n paar 6 °e ploegijzers wandelen, een gloeiend s u in de hand nemen enz. Overkwam geen leed, dan wa3 zijn onschu geacht. Zeer bekend was de vuurproef, daarbij moest de verdachte blootsvoets 1°°Pjwud.water. vuur of een heet ijzer dragen, proef diende om uit te maken o De autobussen voeren ons over de slecht geplaveide straten van Leningrad naar het station. Voor vandaag staat een bezoek aan het vroegere czaren-paleis op den rooster. Geduren de den rit vallen ons de eindelooze slierten van menschen op, die voor een of ander groe zelig magazijn, met het portret van Lenin of Stalin achter de glazen, naar toerbeurt eeu rood kooltje of 'n fleschje bier mogen halen. Het station biedt een troosteloozen aanblik, 'n Gezonken vloot van opgejaagde, verdreven, verdrietige of naar ander werk reizende men schen bevolkt de wachtkamers. Het doet den ken aan platen van Gustave Doré hij het dicht werk „De Hel" van Dante. Ze liggen op tafels, op banken, neergekromd op grauwe zakken, piuei uieuue om uil lb ui».tjh water gegooid, dreef, 'n bewijsbrood de broodproef moest een gro« krulsproef ongekauwd worden doorgeslik gehouden werd tusschen meerdere verd terzljde op. Men stond daarbij wijdbeens e geheven armen. Wie zijn a hej. Ujk_ liet zinken had het gedaan. O de moQr_ baar-gericht wel toegepast, w v£m den denaar naderde, begonneu.tep d van Pausen verslagene te bloeden. Onder in langzalller. bisschoppen werd het uou»5c hand afgeschaft. Hindoes wordt bet n ooi -Indie onder laatste restje nog toegepast, eveneens om streken van twijfel weg te nemen, a het Go(Js_ vroeger het geval was. Men oordeel met de weegsehale kokende olie, een heet pl s vo]et. Het vergif-gericht Se^m wordt vermengd Een klein beetje a - Jder van de plechtig- met gesmolten boter D heid houdt een toespraak^,, &pen Qm «d-nf dip veel ltwa&d doet» b veel ge en den 0 Gij door het groote serpent werd eens ui gebraak schuldlge reuzen |e Vasoeki om den dooa ■f. Kerk bij het voormalig keizerlijk paleis in „Tsarkoje Selo". paarlen P' oort! Teeken den rechthoek op stevig karton. Sim langs de lijnen en leg de verkregen stukjes tol verschillende figuren samen. Een paar vooi- beelden geven wij, maar je kunt er zelf nog een massa meer verzinnen. Probeer eens de figuren samen te stellen zonder naar de teekening te zien! vasoeiii om a pen persoon, die wordt SïïSÏÏ" van een hijzelf zijn onschuld staande houd er hij in derdaad onschuldig is, ontdoe uzelf dan van uw schadelijke uitwerking en wordt voor hem als amrita". (honing). Nu neemt de verdachte het vergif in. Wanneer hij na drie dagen nog leeft, is zijn onschuld bo ven allen twijfel verheven. De water-proef gebeurt op deze wijze; Ergens in de rivier, waar de stroom niet al te sterk is, wordt een staak geplaatst. De verdachte wordt uitgenoodigd naast dien staak plaats te nemen; het water komt hem daarbij gewoon- üjk tot aan het middel. Nu zegt de leider der ceremonie het volgende: „Water, gij zijt het leven van alles wat leven heeft; gij schept en doet teniet naar uw wel behagen. Gij reinigt alles en wij mogen ons altijd overtuigd houden de waarheid te ver nemen, wanneer wij u tot rechter uitroepen. Onderscheid de duistere kwestie die ons bezig houdt en duidt ons aan of deze persoon schuld heeft of niet". De man in de rivier duikt nu geheel onder zich vasthoudend aan den staak. Iemand loopt een bepaalden afstand en komt terug. Wanneer het hoofd van den verdachte boven water komt vóór hij terug is, wordt zijn schuld onomstoote- lijk geacht; anders is hij onschuldig. Het slangen-gericht bestaat hierin, dat een zeer vergiftige slang in een mand wordt ge plaatst, samen met een ring of een muntstuk. De verdachte wordt geblinddoekt en uitgenoo digd dat voorwerp te grijpen, wordt hij daarbij niet gebeten, dan heeft hij ook geen kwaad gedaan. De kokende olie-proef is deze, dat die olie gemengd wordt met de zoo zeer heilige koe uitwerpselen; de man in kwestie moet zijn arm tot aan zijn elleboog in dat goedje dompe len; loopt hij geen brandblaren op, dan is hij onschuldig aan het feit als een pasgeboren lammetje. Tenslotte het „ordaal" met de weegschalen: He priester betuigt eerbied aan acht hemel streken; evenzoo aan de twaalf zonnen, aan de zestien moeders, aan de twaalf roedra's (go den). De verdachte, na gevast en gebeden te hebben, wordt in natte kleeren gekleed en op een der schalen geplaatst; evenwicht wordt>ge- maakt met een soort gras en keien. Daarna ver laat de man zijn schaal en gaat zich reinigen zonder zich van'zijn kleedingstukken te ontdoen, Intusschen schrijft de priester maar niet met zwarten inkt eenige regels van gelijke lengte en met hetzelfde aantal woorden, die luiden als volgt: Zon maan, wind, vuur, swarga (paradijs) aarde, water, deugd, Yama ('n god), dag, nacht schemering, dageraad, Gij allen kent de daden van dezen mensch en of de beschuldiging juist is of valsch" Daaronder komt te staan het feit, waarvan de proef-persoon wordt verdacht. Deze papierstrook wordt hem op het hoofd ge- honden. Dan vervolgt de leider: „Schalen, gij kent alles wat in de harten der menschen ritselt, hun deugden, hun feilen Wat der menschen aandacht ontsnapt, het blijft voor u niet verborgen. Aanschouw dezen man, beschuldigd van^een misdrijf, dat hij zelf ont- kent en die openlijk wenscht zijn onschuld te bewijzen. Indien hij geen schuld heeft dan vor dert de rechtvaardigheid, dat gij u uit in zijn voordeel". Een Brahmaan van beproefde deugd en- on aantastbare eerlijkheid wordt nu belast het bewegen van den naald in het weegschaalhuisje Sade te slaan. Tevoren echter spreekt hij: ■■Schalen, de goden hebben u bestemd ge- ^e°btigheid onder de menschen te verbreiden en ae waarheid te openbaren. Toont dit bij deze se egenheid. Indien de man, dien Gij wegen *»06 '.WMkelijk schuldig is, staat hem dan niet j e' z!]'n evenwicht te bewaren, maar door den dalen ")10r Z01)cle' laa' de schaal naar zijn kant De ^e.r(*acbte wordt weer op de schaal geplaatst nn 'i '!es1ter stemt vijf hymnen aan, toepasselijk riion 00rdeel. Zakt-de-schaal-met-den-man in sHh* ass®bentijd, dan is zijn schuld bewezen, b dan behoeft aan zijn onschuld niemand 13 e. n- Bllj'ft de naald roerloos staan, dan ii n beele, maar toch een gedeeltelijke scnum aangetoond. Breekt het touw, dan duidt dit eveneens op schuld. slapend, wakend, soezend, zieken en gezonden, stervenden en kloeken, alles komt hier bijeen om op het vertrek van een geschikten trein te wachten. Ik zou wel graag willen weten wét en wie deze ontredderde schepen van hun an kers woelde; waarom die moeder met dr jonge kinderen, die ze hoedt als 'n leeuwin haar wel pen, haar vredige blokhut ergens in een geu rend herkenbosch verliest voor deze vaalt van Leningrad. Het Vijfjaren-plan" wordt mij geant woord. Het Vijfjaren-plan, „de vijf jaren, die de wereld veranderden" zou als het „Sesam open u" zijn naar de schatkamers van een nieuwe wereld! Na in vier jaar voor vijf ge werkt te hebben aan dit en aan dat, vooral aan machines, aan turbines, aan tractors H Rusland zwéért bij machines,zij komen zelfs op het behangselpapier voor! zou de deur van het aardsche paradijs welhaast opengaan. De menschen hébben vier jaar gewacht 'n Rus is aan wachten gewoon er is nog geen voldoende kleeding; nog geen voldoende voed sel. Dan maar weer 'n ander vijfjaren-plan en zien wat dat brengt! Niet zoo haastig, men schen, geduld, geduld Maar wij zitten al in het lokaaltreintje naar Tsarkoje Sólo" („Dorp" van den Czaar"). Na onze aankomst verkwikken wij ons in een kiosk ('n TurksCb woord „Kioesjk"; „Kioesjk" heette het „paleis" van den Turkschen sul tan) voor onze dure penningen met 'n glas „kwosj", 'n drank, die in hoofdzaak uit ge gist brood wordt bereid, in tonnen. Men moet aan dit vocht 'n beetje wennen. De Russen zijn er gek op; wij niet bepaald; het laat zich bij de heerschende blakerende hitte echter wèl drinken. Tegenwoordig heeft men het dorp, of juister, de stad een anderen naam gegeven: „Detskoje Sélo", „het dorp der kinderen". De gezqnde lucht en het aangename klimaat heb ben aanleiding gegeven van dit vroegere czaren- dorp een soort Zandvoort of Hoek van Hol land te maken. Eigenlijk is 't de Russische keizerin Cathe- rina II geweest (pl.m. 1780), die deze paleizen- verzamelmg heeft gegrondvest. De parken, vij vers en tum-aanleg worden wellicht nergens in Europa overtroffen. Millioenen en millioe- nen moeten noodig zijn geweest om dit oord te stichten. Het lijkt wel of men het tooverslot van de „schoone slaapster" betreedt! De prach tige salons de wachtkamers uit kristal eu barnsteen, de met ebbenhout en paarlmoer in gelegde wanden en vloeren doen meer aan een droom denken dan aan werkelijkheid! De barn- steenen kafher is een cadeautje van den Prui- sen-koning Frederik den groote als tegen- beleefdheid kreeg hij de langste Russische sol daten gestuurd voor zijn kern-regiment! Sprakeloos maakte ons de troonzaal. Daar lag n tapijt.nee, daar is de trots van onze Hollandsche dames: 'n gespijkerd kleed, ge woonweg nlets bij! 140 knechten waren nóodig om deze vloerbedekking uit te leggen" De te genwoordige regeerders van Rusland'hebben hier en daar spotbeeltenissen opgesteld langs de gangen, waarin de weelde van het meubilair en de onkosten der feestmaaltijden op de grofste wijze worden beschimpt. Het vernuft scheen d>tmaalniet zóóver te reiken, dat men er ook Zijne Heiligheid in betrekken kon bv zit tend op een boerenwoning, die half' bezwijkt onder den zwaren last! Door een zaal van lapis ldzuli (lapis steen; ldzoeli van azuur, lazuursteen) van heerlijk blauwe kleur en de allerfijnste polijsting, terwijl de vloer ervan Is ingelegd met paarlemoer, glinsterend als zilver en in zeer fraaie tinten spelend ver laten wij het paleis om een oogenblik van de prachtige parken te genieten. De zwemmers krijgen van de niet-zwemmende deelnemers aan het uitstapje, zij het na eenig aanhouden, ver lof, om een bad te nemen in de voormalige keizerlijke vijvers, waar eens de „groote" Ca- therina II in gondels rond voer; vijftien minu ten mag deze verfrissching duren, langer niet. Dit kwartier is voldoende, om nog eens ernstig het; „Zoo vergaat 's werelds glans" te over wegen. Anderhalve eeuw was dit een oord voor keizers en koningen, grootvorsten en gene raals. 'n Potémkin (spr.: pa-tsi-óm-kien) heeft hier vertoefd, de maarschalk, die vooral onder Catherina II van zich deed spreken. Toen hij de vorstin op haar reis naar Zuid-Rusland ver gezelde, deed hij dorpen van planken en kar ton uit den grond verrijzen, om haar de wel vaart harer provincies duidelijk te maken! („patemkiseeren", „Potemkinsche dorpen!"). En dan de vroegere 'czaar, Nicolaas II, met zijn kinderen, en den troonopvolger, den trots en de hoop der keizerlijke familie! Thans loopen hier arbeiders rond, en vreemdelingen uit het "Westen die de stilte van de wijde parken door kruisen met hun gerucht. Overal klinkt de radio-muziek uit luidsprekers. De kinderen van Detskoje-Sélo, de eigenlijke bewoners van deze vacantiekolonie zijn tegen de blikken der vreem de verspieders geborgen. Men ziet er haast geen! Op mijn vraag ons eens zoo'n troepje voor te stellen, antwoordt de weg-wijzende jongedame „gidsende" mag ik niet meer schrijven voor 'n leeraar, die zoo vriendelijk was de reisschet sen te lezen! dat dit de kleuters maar schuw en zenuwachtig zou maken; blijkbaar zijn hun teere zenuwtjes tegen de overal schet terende muziek beter bestand. Dan gaan wij naar het Alexander-paleis, waar de laatste(?) keizer uit het huis Romanof, Nicolaas II, (18941918) 't liefst verbleef. Onze gedachten zweven uit, rond deze aangrijpende figuur „vadertje Czaar", die nooit iets aan zijn lakeien zou vragen, wat hij zelf doen kon. Die zóó goed kon fietsen, dat hij al rijdende, een schietschijf wist te raken. Die tegen zijn zin, al leen uit plichtsgevoel den wankelen troon zij ner vaderen besteeg. Hier woonda-hij het liefst met zijn gemalin, de Hessische prinses, klein dochter van Engeland's koningin Victoria, door de Russen schimpend „Anglechanka" (Engel- sche) genoemd en „Puritanka" (kuische) we gens haar streng-zedelijk leven. Het is hier niet de plaats overigens om de meerdere of mindere schuld van den keizer aan den ondergang van het huis Romanof na te pluizen; wie het naadje van deze kous willen weten, moeten er hun ge schiedenis-hoeken maar eens over raadplegen. Onze aandacht wordt het eerst gevraagd door een spotprentop Zijne Heiligheid; in ge zelschap van kardinaal van Rossum roemrijker gedachtenis afgebeeld, spoort de Verkondiger van Christus' Vrede in Christus' Rijk" aan tot Een Russische moezjiek (boer). Het aantal inzendingen was dezen keer niet zoo groot als wij gewoon zijn wij kregen nog al eens 'n standje, dat de zoekplaatjes wat moei lijk waren en hebben nu den teekenaar ver zocht met een gemakkelijker stel van vijf te komen. No. 1 is al weer gereed Wij geven den uitslag der verloting de vol gende week. Zoeken, zoeken, nog eens zoeken Dat was het parool dit keer. Geen nakijken in de boeken Maar een scherp geconcentreer Op des teekenaars producten Die (als ik 't zoo zeggen mag) Toch al bitter slecht gelukten. 't Was alles bokken wat ik zag Ik denk niet, dat 't mee zal vallen U op maat en als gedicht Al die vreeselijke malle Fouten mee te deelen. Licht Zal 't rijmwoord me ontbreken, Toch steek ik nu maar van wal, 'n Goed begin is steeds gebleken De helft van 't geen volgen zal. De boom links op 'teerste plaatje Bevat geen stam, dat is wel raar Hoe die daar in de lucht blijft hangen Ik weet 't werkelijk niet, maar Laat ik gauw weer verder gaan, want Anders kom ik er nooit mee klaar. He bijl in des houthakkers hand Wordt omgekeerd door hem gehouden. He pannen op 't dak (wel wat vierkant) Maar dat is wel geen fout, zouden Hunkt me, zoo, den regen wel doorlaten Zooals ook de lange houten platen Langs den muur bevestigd zijn. Be boom valt vast niet goed. Volgens mijn Meening gaat die straks wellicht 't Huis met inboedel vernielen. En dan 't nijdige gezicht Van z'n eega te aanschouwen Nu, daar zou ik uiet van houën Heur en raam zijn even duister (Of moet ik zeggen even licht Nu, we gaan naar 't tweede luister Bus, wat daar 't gezicht Des rijmelaars getroffen heeft, Hoe die linksche plant toch leeft Zonder stengel in den grond Het behangsel links is loodrecht En rechts evenwijdig met 't plafond. Strakjes, als de schilder klaar is Maakt hij dus de boel weer vuil Want, hoewel 'tvoor hem naar is Zit hij als in een berenkuil. 't Insect, dat op de omgekeerde Schilderij zit is te groot In verhouding tot de handen Van den man en die gesloten verfpot dan Nummer drie. Een poot Van 't stoeltje rechts vergeten, En een hengel zonder lijn De man, links op den grond gezeten Doet zijn rechterhand wel pijn, Want zoo met die duim naar huiten Zal heusch niet gemakkelijk zijn De eendjes zullen toch niet blijven Waar iemand aan 't visschen is De jas hangt in de luchj te hengelen Zonder lus of zonder haak Gewis. Is 't vierde plaatje van dit stel 't Moeilijkst(Althans volgens mij.) Fotografeeren kun je wel, Maar niet tegen zon in, hoor Met 't meisje in de schaduw Wordt 't ook niet duid'lijk Voor Het karretje zijn twee wielen Slechts geteekend. Zonnescherm Is ook niet heel best in orde. De rechtsche planken (deze term Is misschien een beetje vreemd Voor die rechtopstaande latten) Zijn boven verkeerd gezaagd En slechts naar één kant „verlaagd". En ten slotte komt het laatste Van dit nieuwe vijftal weer. De kraan, links, staat niet op open En toch kletst 't water neer. Ook al zit de stang dan niet Aan de waterleiding vast. Nu nog zoeken naar een poot Die onder paard of bankje past En een paaltje voor 'thek Dan is de teek'ning niet zoo gek. Ziezoo, eindelijk is 't einde Dan van deze serie daar. Nu weer naar een volgend vijftal (Maar niet zoo gek, maar niet zoo gaar De teekenaar brengt een stel van vijf plaatjes allemaal gemaakt naar zeer bekende deuntjes die jullie raden moeten. Na het vijfde plaatje, er komt er iedere week één zend je de oplossing in. De plaatjes hoef je niet te bewaren. Het gaat om drie prijzen. Nog hout over van vorige week? Komt uit stekend te pas voor ons droogrek! Let op:] We beginnen met de twee half-ronde plankjes! A en B. uit te zagen. A maken we van hout, dat 1 c. M. dik is, B uit een plankje van 2 c. M. dikte. Zaag in elk plankje de aange duide zes inkeepingen. De maten staan in m.M. aangegeven. Lijm en schroef de plankjes aan een. een algemeenen oorlog tegen Rusland! Het Paleis klein en weinig indrukwekkend is in den toestand gelaten van 16 Maart 1917, toen zijn bewoner het moest verlaten om met zijn gezin de kogels der communisten tegemoet te gaan ergens aan een wand in Jekaterinenburg (16 Vil 'is) een moord-tooneel zelfs de kleine ziekelijke troonopvolger werd op beestachtige I (Varianten zijn mogelijk.) wijze omgebracht waarvan ik geen hijzonder- heden geven zal. De kaarten van den stand der Russische strijdkrachten tijdens den wereld oorlog liggen nog op het billard! De lakeien in hun glanzend-roode uniformen schijnen on danks alle communisten hun dienst nog uit te oefenen. Onder glazen kasten pronken de uniformen van Czaar Nicolaas II Romanof. Zeer aangrijpend vond ik een rood-fluweelen J. J. ARNHEM. Karei de Stoute (1467—1477) 1. K., van kilo, twee pond; 2 gal; 3 ark; 4 dwerg; 6 gelag; 6 ridders; 7 fluweelen; 8 costuum met den dubbelen gouden adelaar erop teesten; 9 uiten; 10 klont; 11 hut; 12 sta; 13 e, gestikt; in dit gewaad haalde de jonge vorst zijn bruid af uit het verre Duitschland. Wie zou toen gedacht hebben, dat deze zelfde uni form aog eens het ïaicd K.Vend gegruinik van spotzieke bezoekers zou gaande maken? Een andere zaal is ingericht als de kajuit van 's keizers jacht. Op zee gevoelde deze mensch zich eigenlijk nog het veiligst; de sfeer van het wijde Papier kan men op de volgende manier onbrandbaar maken. Een vel papier leg je in 'n sterke aluin-oplossing en dan goed laten .drogen. Dit herhaal je tweemaal, telkens goed laten doorweeken en opdrogen. Daarna kun je het gerust in de vlam van een kaars houden; h«t zal niet gaan branden, Tsaar Nicolaas II (vermoord in 1918) links; rechts: zijn neef, de tegenwoordige koning van Engeland. Het doel bepaalt de waarde van een streven, en het ruime heeft hij met dit kunstig nage- j^iieg in de wereld moet goed gedaan worden en bootst paleis willen scheppen. Dan komt een ty.d> gewijd aan verbetering in dit opzicht, is enorme bibliotheek boekenkast aan hoekenkast, noo'it verkwist, alle bekende schrijvers der wereld staan hier bijeen, verzameld door den krankzinnigen heer- scher Paulus I! Nicolaas II dweepte het meest I met de oppervlakkige praatjes van de Engel- sche dichteres Marie Corelli; een Russisch dich ter als Maxim Gorki vond hij onbeduidend om dat zijn schetsen zoo kort waren. Aan den muur hangt een groote schilderij van de keizerlijke kozakken zijn geliefdste ruiterij „deze heeft hem het eerst verraden" merkt onze ge leidster op. Ook een portret van Marie An toinette, onthoofd door de Fransche opstan-1 delingen in 1793. „Een dergelijk lot kan de Cza rina aller Russen nooit overkomen!" was de meening van Nicolaas' gemalin! In den salon blijkt een helling gebouwd te zijn tot vermaak van den troonopvolger. Wanneer het buiten ruw I weer was, kon het tengere kereltje hier naar hartelust met zijn houten wagentje en autotje afrijden dit speelgoed staat er nog zoo, of het dadelijk gebruikt zal worden. Eindelijk heeft men den zeer slechten smaak, het slaap- vertrek van het vermoerde keizerlijke echtpaar te toonen.. Ik wil alleen opmerken dat hier j de wanden vol met heiligenprentjes, ikonen zijn bedekt letterlijk zonder eenige tusschen-1 ruimte, de H. Maagd neemt onder allen de eereplaats in. Er staan nog verdorde takken van den vlierstruik, de plant waarvan de on-1 gelukkige vorstin het meeste hield. Onder hoonende opmerkingen van onze gidse omtrent I het geringe kunstgevoel van de vroegere be woners, kenbaar aan ordrinaire bazar-vazen en vK>sthuis-puUaria, verlaten wij het paleis van island's laatstenf?) keizer Nu komt de beurt aan de zes drooglatten. Ze worden aan één zijde voorzien van een gleuf van in het half-cirkelvormig gedeelte van B. We bevestigen de latten met stevig touw, dat) we naar achteren aan B. vastmaken. Gebruiken we het droogrek niet, dan kun nen we de latten naar beneden laten hangen. Hebben we het noodig, dan plaatsen we het verlangde aantal staven in de gleuven, waar door ze verticaal blijven staan. Zoo'n droogrek neemt maar weinig plaats in. heeft een graftouilbe in de keirk van San Esfay ham dieir Dominicanen te Saiamémca, d>a Spajansche unjversitedtsstaid, bekend doordat haar professors den bloedsomloop loochenden, toen deze aJ vele tientallen jaren door den Bngelaohman- Harvey, was aangetoond De groote veldlhieer, die door zijn koning met ondank werd beloond, hoewel hij heel Portugal voor hem veroverde en voor hem streed in Italië en Holland, heeft lang op_d.it monument moeten wachten, maar zijn familie, die tot de allereerste van Spanje behoort, heeft tenslotte de stichting ervan weten, te verkrijg T

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Nieuwe Schiedamsche Courant | 1932 | | pagina 7