3P5
-""«zsz ir-
REISINDRUKKEN UIT POLEN EN
RUSLAND.
1 NOVEMBER
ZATERDAG 29 OCTOBER 1932
rn
„Alle Heiligen groeten U...
HET GODSGERICHT
VOQKHNBIE.
1
'n PUZZLE.
OPLOSSING DEM
„NIEUWE SEMEE".
WIE KWEELT EM MEE?
aiiMiagB
VOOR KNUTSELAARS.
'n Droogrels.
Oplossing vorig letterraadsel.
Oplossing van den vorigen
rebus.
■gifF'
illfe
Onbrandbaar papier.
Alva, de ijzeren hertog.
Dinsdag viert onze H. Kerk het feest, het
hóóg-feest van Allerheiligen.
Gods uitverkorenen,
Wij denken dan aan
zuiver en vol glorie, die in den Hemelzijn.
Alle heiligen! Van ons wordt nletJfe^a^
hun getal te noemen; wij weten aUeen en dat
is voldoende, dat zij zijn in menigte, jalit alle
landen, volken, talen, en dat z" staa" V00'
den Troon en voor het Lam, m witte gewaden
en met palmen in hun handen.
Het zijn heiligen. Niet d° maar
welke vereerd worden door d 'T
allen, die de eeuwige zaligheid hebben mogen
verwerven. Het zijn zij, die zich onbevlekt
van de wereld hebben bewaard, die hunne
kleederen gewasschen hebben in het Bloed
des Lams- die gevochten en gedurfd hebben
en geleden ook voor God, de Waarheid en het
R Er'zijn zelfs zwakke vrouwen onder hen,
die haar bloed hebben gegeven in den strijd
om de roepstem der genade te volgen.
Deze Heiligen zijn allen in den Hemel. De
H. Joannes heeft h,un woonplaats in zijn
„Boek der Openbaring" beschreven. De bouw
stoffen van haar muur zijn van edelsteen; haar
grondvesten zijn met kostbare steenen ge
sierd. Het plein der stad is louter goud, door
schijnend als kristal; haar twaalf poorten zijn
twaalf paarls; „iedere poort" zegt de schrij
ver dan nog eens met nadruk „iedere Paaj"'
Ik denk, dat de Evangelist dat daarom schiijlt,
°mdat de Heiligen door één dezer twaalf poor-
tea zijn binnengegaan.
Ln iedere poort een paarl,
Paarls zijn de juweelen van het leed. In zee
leven kleine diertjes, die ooit een pareloester
aanboren. Er dringt iets binnen, dat niet in
dien oester thuis hoort. Onmiddellijk begeven
zich alle hulptroepen van het teere lichaam
naar de plaats, waar de bres werd gemaakt.
Heelende krachten trekken naar het punt des
gevaars op. In die ure des onheils en alleen
in die ure, scheidt de bedreigde oester een
kostbare stof af om de wonde te sluiten en
dus zijn leven veilig te stellen. De indringer
wordt bedekt met paarlstof en met een paarl
aldus de wond geheeld. Daarom zijn parels de
tooisels van het leed, misschien ook, omdat
het visschen ervan zóó veel inspanning kost.
dat de. gezichten der paarlvisschers een sluier
van leed dragen.
Zonder wond geen paarls. Er zijn oes
die nimmer worden gewond en de dui er
ten ze achteloos terzijde. Mensc e°
door Gods' Genade gewond in hun trots,Jiun
eigenliefde, hun gehechtheid aai
gegaaTen bevonden zich nadien in den Hemel
je wordt maar niet één twee drie n heilx-
Maar het kan voor iedereen, zelfs in de
ze van God vervreemde wereld. Het kan! „Alle
heiligen groeten U, vooral die uit het huis des
Keizers zijn schrijft de te Rome
gevangen gehouden Apostel Paulus aan de
Kerlt van de stad Philippl, die hem zoo
dikwerf milde gaven toezond. Er bleken
dus in dat verheidenschte Rome menschen
te wonen, die niet aan de algemeene
schande wilden meedoen, heiligen. Waar woon
den deze heiligen? In 'n kluis? Onder'n steenen
stolp? Tusschen dubbele muren gescheiden van
het rumoer der wereldstad? Wel neen! n een
keizerlijk paleis! In Paleis van
waar het bloed van een moedermoor
véél erger dingen meer aan de lc_
In een omgeving waar de Chris gn
vende flambouwen werden aans
door de honden verscheurd. In <-
van een vorst, die nog dieper wegzo nen
zonde dan in het bloed van zijn 011
Toch leefden daar nog heiligen
het paleis van dezen duiveldie hun s
smetteloos bewaarden van de modder der zonae,
zonde.
Kon het daar, dan kan het hier des te eei-
der, des te gemakkelijker, al kost het moeite;
inspanning, breken met véél, met vrienden
boeken, plaatsen, gedachten en dat kan zeer
genoeg doen voor het oogenblik de paar-
len poort!
Wie deze poort achter zich heeft, zooals
alle Heiligen, krijgt, als zij, een palmtak in
de hand, het blinkende gewaad der vreugde
aan, hij zal geen tranen meer storten, geen
dorst meer lijden, geen dood, geen smart, geen
leed, geen „paarlen poort" meer hoeven door
te gaan. Voor de papieren guirlandes en
bloemfestoenen der wereld, geeft God palmen
in ruil Palm-dagen, ze liggen nu al opge
tast ih de silo's van Gods Genade over Zijn
«Schepselen, zooals ook alle heiligen hebben
ondervonden. Zetten wij onze tanden 0p el-
om den weg te blijven volgen, aangeduid
door Hun aller voorbeeld, die leidt door de
Om uit te maken of iemand schuldig of
onschuldig was aan een bepaald misdrijf wenl
vroeger algemeen en hij de natuurvolken nog,
het Godsgericht of Godsoordeel („ordale .oor
deel) toegepast. Men meende, dat door mi e
van dit gericht, de schuldige door God zou
worden kenbaar gemaakt.
De menschen die men voor schuldig hield,
moesten kokend water of kokende olie drinken,
zij werden met steenen aan hun lijf in e wa ei
gegooid, moesten hun handen in koken ei o ie
steken of een steen uit die olie grijpen,
drinken, blindelings tusschen 'n paar 6 °e
ploegijzers wandelen, een gloeiend s u
in de hand nemen enz. Overkwam
geen leed, dan wa3 zijn onschu
geacht. Zeer bekend was de vuurproef, daarbij
moest de verdachte blootsvoets 1°°Pjwud.water.
vuur of een heet ijzer dragen,
proef diende om uit te maken o
De autobussen voeren ons over de slecht
geplaveide straten van Leningrad naar het
station. Voor vandaag staat een bezoek aan het
vroegere czaren-paleis op den rooster. Geduren
de den rit vallen ons de eindelooze slierten
van menschen op, die voor een of ander groe
zelig magazijn, met het portret van Lenin of
Stalin achter de glazen, naar toerbeurt eeu
rood kooltje of 'n fleschje bier mogen halen.
Het station biedt een troosteloozen aanblik,
'n Gezonken vloot van opgejaagde, verdreven,
verdrietige of naar ander werk reizende men
schen bevolkt de wachtkamers. Het doet den
ken aan platen van Gustave Doré hij het dicht
werk „De Hel" van Dante. Ze liggen op tafels,
op banken, neergekromd op grauwe zakken,
piuei uieuue om uil lb ui».tjh
water gegooid, dreef, 'n bewijsbrood
de broodproef moest een gro« krulsproef
ongekauwd worden doorgeslik gehouden
werd tusschen meerdere verd terzljde op.
Men stond daarbij wijdbeens e
geheven armen. Wie zijn a hej. Ujk_
liet zinken had het gedaan. O de moQr_
baar-gericht wel toegepast, w v£m den
denaar naderde, begonneu.tep d van Pausen
verslagene te bloeden. Onder in langzalller.
bisschoppen werd het uou»5c
hand afgeschaft. Hindoes wordt bet
n ooi -Indie onder laatste restje
nog toegepast, eveneens om streken
van twijfel weg te nemen, a het Go(Js_
vroeger het geval was. Men
oordeel met de weegsehale
kokende olie, een heet pl s vo]et.
Het vergif-gericht Se^m wordt vermengd
Een klein beetje a - Jder van de plechtig-
met gesmolten boter D
heid houdt een toespraak^,, &pen Qm
«d-nf dip veel ltwa&d doet» b
veel ge en den 0 Gij
door het groote serpent
werd eens ui gebraak schuldlge reuzen |e
Vasoeki om den dooa
■f.
Kerk bij het voormalig keizerlijk paleis in
„Tsarkoje Selo".
paarlen P'
oort!
Teeken den rechthoek op stevig karton. Sim
langs de lijnen en leg de verkregen stukjes tol
verschillende figuren samen. Een paar vooi-
beelden geven wij, maar je kunt er zelf nog een
massa meer verzinnen. Probeer eens de figuren
samen te stellen zonder naar de teekening te
zien!
vasoeiii om a pen persoon, die wordt
SïïSÏÏ" van een hijzelf
zijn onschuld staande houd er hij in
derdaad onschuldig is, ontdoe uzelf dan van
uw schadelijke uitwerking en wordt voor hem
als amrita". (honing).
Nu neemt de verdachte het vergif in. Wanneer
hij na drie dagen nog leeft, is zijn onschuld bo
ven allen twijfel verheven.
De water-proef gebeurt op deze wijze; Ergens
in de rivier, waar de stroom niet al te sterk
is, wordt een staak geplaatst. De verdachte
wordt uitgenoodigd naast dien staak plaats te
nemen; het water komt hem daarbij gewoon-
üjk tot aan het middel. Nu zegt de leider der
ceremonie het volgende:
„Water, gij zijt het leven van alles wat leven
heeft; gij schept en doet teniet naar uw wel
behagen. Gij reinigt alles en wij mogen ons
altijd overtuigd houden de waarheid te ver
nemen, wanneer wij u tot rechter uitroepen.
Onderscheid de duistere kwestie die ons bezig
houdt en duidt ons aan of deze persoon schuld
heeft of niet".
De man in de rivier duikt nu geheel onder
zich vasthoudend aan den staak. Iemand loopt
een bepaalden afstand en komt terug. Wanneer
het hoofd van den verdachte boven water komt
vóór hij terug is, wordt zijn schuld onomstoote-
lijk geacht; anders is hij onschuldig.
Het slangen-gericht bestaat hierin, dat een
zeer vergiftige slang in een mand wordt ge
plaatst, samen met een ring of een muntstuk.
De verdachte wordt geblinddoekt en uitgenoo
digd dat voorwerp te grijpen, wordt hij daarbij
niet gebeten, dan heeft hij ook geen kwaad
gedaan.
De kokende olie-proef is deze, dat die olie
gemengd wordt met de zoo zeer heilige koe
uitwerpselen; de man in kwestie moet zijn
arm tot aan zijn elleboog in dat goedje dompe
len; loopt hij geen brandblaren op, dan is hij
onschuldig aan het feit als een pasgeboren
lammetje.
Tenslotte het „ordaal" met de weegschalen:
He priester betuigt eerbied aan acht hemel
streken; evenzoo aan de twaalf zonnen, aan de
zestien moeders, aan de twaalf roedra's (go
den). De verdachte, na gevast en gebeden te
hebben, wordt in natte kleeren gekleed en op
een der schalen geplaatst; evenwicht wordt>ge-
maakt met een soort gras en keien. Daarna ver
laat de man zijn schaal en gaat zich reinigen
zonder zich van'zijn kleedingstukken te ontdoen,
Intusschen schrijft de priester maar niet met
zwarten inkt eenige regels van gelijke lengte
en met hetzelfde aantal woorden, die luiden
als volgt:
Zon maan, wind, vuur, swarga (paradijs)
aarde, water, deugd, Yama ('n god), dag, nacht
schemering, dageraad, Gij allen kent de daden
van dezen mensch en of de beschuldiging juist
is of valsch" Daaronder komt te staan het
feit, waarvan de proef-persoon wordt verdacht.
Deze papierstrook wordt hem op het hoofd ge-
honden. Dan vervolgt de leider:
„Schalen, gij kent alles wat in de harten
der menschen ritselt, hun deugden, hun feilen
Wat der menschen aandacht ontsnapt, het blijft
voor u niet verborgen. Aanschouw dezen man,
beschuldigd van^een misdrijf, dat hij zelf ont-
kent en die openlijk wenscht zijn onschuld te
bewijzen. Indien hij geen schuld heeft dan vor
dert de rechtvaardigheid, dat gij u uit in zijn
voordeel".
Een Brahmaan van beproefde deugd en- on
aantastbare eerlijkheid wordt nu belast het
bewegen van den naald in het weegschaalhuisje
Sade te slaan. Tevoren echter spreekt hij:
■■Schalen, de goden hebben u bestemd ge-
^e°btigheid onder de menschen te verbreiden en
ae waarheid te openbaren. Toont dit bij deze
se egenheid. Indien de man, dien Gij wegen
*»06 '.WMkelijk schuldig is, staat hem dan niet
j e' z!]'n evenwicht te bewaren, maar door den
dalen ")10r Z01)cle' laa' de schaal naar zijn kant
De ^e.r(*acbte wordt weer op de schaal geplaatst
nn 'i '!es1ter stemt vijf hymnen aan, toepasselijk
riion 00rdeel. Zakt-de-schaal-met-den-man in
sHh* ass®bentijd, dan is zijn schuld bewezen,
b dan behoeft aan zijn onschuld niemand
13 e. n- Bllj'ft de naald roerloos staan, dan
ii n beele, maar toch een gedeeltelijke
scnum aangetoond. Breekt het touw, dan duidt
dit eveneens op schuld.
slapend, wakend, soezend, zieken en gezonden,
stervenden en kloeken, alles komt hier bijeen
om op het vertrek van een geschikten trein te
wachten. Ik zou wel graag willen weten wét
en wie deze ontredderde schepen van hun an
kers woelde; waarom die moeder met dr jonge
kinderen, die ze hoedt als 'n leeuwin haar wel
pen, haar vredige blokhut ergens in een geu
rend herkenbosch verliest voor deze vaalt van
Leningrad.
Het Vijfjaren-plan" wordt mij geant
woord. Het Vijfjaren-plan, „de vijf jaren, die
de wereld veranderden" zou als het „Sesam
open u" zijn naar de schatkamers van een
nieuwe wereld! Na in vier jaar voor vijf ge
werkt te hebben aan dit en aan dat, vooral
aan machines, aan turbines, aan tractors H
Rusland zwéért bij machines,zij komen zelfs
op het behangselpapier voor! zou de deur
van het aardsche paradijs welhaast opengaan.
De menschen hébben vier jaar gewacht 'n
Rus is aan wachten gewoon er is nog geen
voldoende kleeding; nog geen voldoende voed
sel. Dan maar weer 'n ander vijfjaren-plan en
zien wat dat brengt! Niet zoo haastig, men
schen, geduld, geduld
Maar wij zitten al in het lokaaltreintje naar
Tsarkoje Sólo" („Dorp" van den Czaar"). Na
onze aankomst verkwikken wij ons in een
kiosk ('n TurksCb woord „Kioesjk"; „Kioesjk"
heette het „paleis" van den Turkschen sul
tan) voor onze dure penningen met 'n glas
„kwosj", 'n drank, die in hoofdzaak uit ge
gist brood wordt bereid, in tonnen. Men moet
aan dit vocht 'n beetje wennen. De Russen
zijn er gek op; wij niet bepaald; het laat zich
bij de heerschende blakerende hitte echter wèl
drinken. Tegenwoordig heeft men het dorp, of
juister, de stad een anderen naam gegeven:
„Detskoje Sélo", „het dorp der kinderen". De
gezqnde lucht en het aangename klimaat heb
ben aanleiding gegeven van dit vroegere czaren-
dorp een soort Zandvoort of Hoek van Hol
land te maken.
Eigenlijk is 't de Russische keizerin Cathe-
rina II geweest (pl.m. 1780), die deze paleizen-
verzamelmg heeft gegrondvest. De parken, vij
vers en tum-aanleg worden wellicht nergens
in Europa overtroffen. Millioenen en millioe-
nen moeten noodig zijn geweest om dit oord
te stichten. Het lijkt wel of men het tooverslot
van de „schoone slaapster" betreedt! De prach
tige salons de wachtkamers uit kristal eu
barnsteen, de met ebbenhout en paarlmoer in
gelegde wanden en vloeren doen meer aan een
droom denken dan aan werkelijkheid! De barn-
steenen kafher is een cadeautje van den Prui-
sen-koning Frederik den groote als tegen-
beleefdheid kreeg hij de langste Russische sol
daten gestuurd voor zijn kern-regiment!
Sprakeloos maakte ons de troonzaal. Daar lag
n tapijt.nee, daar is de trots van onze
Hollandsche dames: 'n gespijkerd kleed, ge
woonweg nlets bij! 140 knechten waren nóodig
om deze vloerbedekking uit te leggen" De te
genwoordige regeerders van Rusland'hebben
hier en daar spotbeeltenissen opgesteld langs de
gangen, waarin de weelde van het meubilair en
de onkosten der feestmaaltijden op de grofste
wijze worden beschimpt. Het vernuft scheen
d>tmaalniet zóóver te reiken, dat men er ook
Zijne Heiligheid in betrekken kon bv zit
tend op een boerenwoning, die half' bezwijkt
onder den zwaren last! Door een zaal van
lapis ldzuli (lapis steen; ldzoeli van
azuur, lazuursteen) van heerlijk blauwe kleur
en de allerfijnste polijsting, terwijl de vloer
ervan Is ingelegd met paarlemoer, glinsterend
als zilver en in zeer fraaie tinten spelend ver
laten wij het paleis om een oogenblik van de
prachtige parken te genieten. De zwemmers
krijgen van de niet-zwemmende deelnemers aan
het uitstapje, zij het na eenig aanhouden, ver
lof, om een bad te nemen in de voormalige
keizerlijke vijvers, waar eens de „groote" Ca-
therina II in gondels rond voer; vijftien minu
ten mag deze verfrissching duren, langer niet.
Dit kwartier is voldoende, om nog eens ernstig
het; „Zoo vergaat 's werelds glans" te over
wegen. Anderhalve eeuw was dit een oord voor
keizers en koningen, grootvorsten en gene
raals. 'n Potémkin (spr.: pa-tsi-óm-kien) heeft
hier vertoefd, de maarschalk, die vooral onder
Catherina II van zich deed spreken. Toen hij
de vorstin op haar reis naar Zuid-Rusland ver
gezelde, deed hij dorpen van planken en kar
ton uit den grond verrijzen, om haar de wel
vaart harer provincies duidelijk te maken!
(„patemkiseeren", „Potemkinsche dorpen!").
En dan de vroegere 'czaar, Nicolaas II, met zijn
kinderen, en den troonopvolger, den trots en
de hoop der keizerlijke familie! Thans loopen
hier arbeiders rond, en vreemdelingen uit het
"Westen die de stilte van de wijde parken door
kruisen met hun gerucht. Overal klinkt de
radio-muziek uit luidsprekers. De kinderen van
Detskoje-Sélo, de eigenlijke bewoners van deze
vacantiekolonie zijn tegen de blikken der vreem
de verspieders geborgen. Men ziet er haast geen!
Op mijn vraag ons eens zoo'n troepje voor te
stellen, antwoordt de weg-wijzende jongedame
„gidsende" mag ik niet meer schrijven voor
'n leeraar, die zoo vriendelijk was de reisschet
sen te lezen! dat dit de kleuters maar
schuw en zenuwachtig zou maken; blijkbaar
zijn hun teere zenuwtjes tegen de overal schet
terende muziek beter bestand.
Dan gaan wij naar het Alexander-paleis, waar
de laatste(?) keizer uit het huis Romanof,
Nicolaas II, (18941918) 't liefst verbleef. Onze
gedachten zweven uit, rond deze aangrijpende
figuur „vadertje Czaar", die nooit iets aan zijn
lakeien zou vragen, wat hij zelf doen kon. Die
zóó goed kon fietsen, dat hij al rijdende, een
schietschijf wist te raken. Die tegen zijn zin, al
leen uit plichtsgevoel den wankelen troon zij
ner vaderen besteeg. Hier woonda-hij het liefst
met zijn gemalin, de Hessische prinses, klein
dochter van Engeland's koningin Victoria, door
de Russen schimpend „Anglechanka" (Engel-
sche) genoemd en „Puritanka" (kuische) we
gens haar streng-zedelijk leven. Het is hier niet
de plaats overigens om de meerdere of mindere
schuld van den keizer aan den ondergang van
het huis Romanof na te pluizen; wie het naadje
van deze kous willen weten, moeten er hun ge
schiedenis-hoeken maar eens over raadplegen.
Onze aandacht wordt het eerst gevraagd door
een spotprentop Zijne Heiligheid; in ge
zelschap van kardinaal van Rossum roemrijker
gedachtenis afgebeeld, spoort de Verkondiger
van Christus' Vrede in Christus' Rijk" aan tot
Een Russische moezjiek (boer).
Het aantal inzendingen was dezen keer niet
zoo groot als wij gewoon zijn wij kregen nog
al eens 'n standje, dat de zoekplaatjes wat moei
lijk waren en hebben nu den teekenaar ver
zocht met een gemakkelijker stel van vijf te
komen. No. 1 is al weer gereed
Wij geven den uitslag der verloting de vol
gende week.
Zoeken, zoeken, nog eens zoeken
Dat was het parool dit keer.
Geen nakijken in de boeken
Maar een scherp geconcentreer
Op des teekenaars producten
Die (als ik 't zoo zeggen mag)
Toch al bitter slecht gelukten.
't Was alles bokken wat ik zag
Ik denk niet, dat 't mee zal vallen
U op maat en als gedicht
Al die vreeselijke malle
Fouten mee te deelen. Licht
Zal 't rijmwoord me ontbreken,
Toch steek ik nu maar van wal,
'n Goed begin is steeds gebleken
De helft van 't geen volgen zal.
De boom links op 'teerste plaatje
Bevat geen stam, dat is wel raar
Hoe die daar in de lucht blijft hangen
Ik weet 't werkelijk niet, maar
Laat ik gauw weer verder gaan, want
Anders kom ik er nooit mee klaar.
He bijl in des houthakkers hand
Wordt omgekeerd door hem gehouden.
He pannen op 't dak (wel wat vierkant)
Maar dat is wel geen fout, zouden
Hunkt me, zoo, den regen wel doorlaten
Zooals ook de lange houten platen
Langs den muur bevestigd zijn.
Be boom valt vast niet goed. Volgens mijn
Meening gaat die straks wellicht
't Huis met inboedel vernielen.
En dan 't nijdige gezicht
Van z'n eega te aanschouwen
Nu, daar zou ik uiet van houën
Heur en raam zijn even duister
(Of moet ik zeggen even licht
Nu, we gaan naar 't tweede luister
Bus, wat daar 't gezicht
Des rijmelaars getroffen heeft,
Hoe die linksche plant toch leeft
Zonder stengel in den grond
Het behangsel links is loodrecht
En rechts evenwijdig met 't plafond.
Strakjes, als de schilder klaar is
Maakt hij dus de boel weer vuil
Want, hoewel 'tvoor hem naar is
Zit hij als in een berenkuil.
't Insect, dat op de omgekeerde
Schilderij zit is te groot
In verhouding tot de handen
Van den man
en die gesloten verfpot dan
Nummer drie. Een poot
Van 't stoeltje rechts vergeten,
En een hengel zonder lijn
De man, links op den grond gezeten
Doet zijn rechterhand wel pijn,
Want zoo met die duim naar huiten
Zal heusch niet gemakkelijk zijn
De eendjes zullen toch niet blijven
Waar iemand aan 't visschen is
De jas hangt in de luchj te hengelen
Zonder lus of zonder haak Gewis.
Is 't vierde plaatje van dit stel
't Moeilijkst(Althans volgens mij.)
Fotografeeren kun je wel,
Maar niet tegen zon in, hoor
Met 't meisje in de schaduw
Wordt 't ook niet duid'lijk Voor
Het karretje zijn twee wielen
Slechts geteekend. Zonnescherm
Is ook niet heel best in orde.
De rechtsche planken (deze term
Is misschien een beetje vreemd
Voor die rechtopstaande latten)
Zijn boven verkeerd gezaagd
En slechts naar één kant „verlaagd".
En ten slotte komt het laatste
Van dit nieuwe vijftal weer.
De kraan, links, staat niet op open
En toch kletst 't water neer.
Ook al zit de stang dan niet
Aan de waterleiding vast.
Nu nog zoeken naar een poot
Die onder paard of bankje past
En een paaltje voor 'thek
Dan is de teek'ning niet zoo gek.
Ziezoo, eindelijk is 't einde
Dan van deze serie daar.
Nu weer naar een volgend vijftal
(Maar niet zoo gek, maar niet zoo gaar
De teekenaar brengt een stel van vijf plaatjes
allemaal gemaakt naar zeer bekende deuntjes
die jullie raden moeten.
Na het vijfde plaatje, er komt er iedere week
één zend je de oplossing in. De plaatjes
hoef je niet te bewaren.
Het gaat om drie prijzen.
Nog hout over van vorige week? Komt uit
stekend te pas voor ons droogrek! Let op:]
We beginnen met de twee half-ronde plankjes!
A en B. uit te zagen. A maken we van hout,
dat 1 c. M. dik is, B uit een plankje van
2 c. M. dikte. Zaag in elk plankje de aange
duide zes inkeepingen. De maten staan in m.M.
aangegeven. Lijm en schroef de plankjes aan
een.
een algemeenen oorlog tegen Rusland! Het
Paleis klein en weinig indrukwekkend is in
den toestand gelaten van 16 Maart 1917, toen
zijn bewoner het moest verlaten om met zijn
gezin de kogels der communisten tegemoet te
gaan ergens aan een wand in Jekaterinenburg
(16 Vil 'is) een moord-tooneel zelfs de kleine
ziekelijke troonopvolger werd op beestachtige I (Varianten zijn mogelijk.)
wijze omgebracht waarvan ik geen hijzonder-
heden geven zal. De kaarten van den stand
der Russische strijdkrachten tijdens den wereld
oorlog liggen nog op het billard! De lakeien
in hun glanzend-roode uniformen schijnen on
danks alle communisten hun dienst nog uit te
oefenen. Onder glazen kasten pronken de
uniformen van Czaar Nicolaas II Romanof.
Zeer aangrijpend vond ik een rood-fluweelen
J. J. ARNHEM.
Karei de Stoute (1467—1477)
1. K., van kilo, twee pond; 2 gal; 3 ark; 4
dwerg; 6 gelag; 6 ridders; 7 fluweelen; 8
costuum met den dubbelen gouden adelaar erop teesten; 9 uiten; 10 klont; 11 hut; 12 sta; 13 e,
gestikt; in dit gewaad haalde de jonge vorst
zijn bruid af uit het verre Duitschland. Wie
zou toen gedacht hebben, dat deze zelfde uni
form aog eens het ïaicd K.Vend gegruinik van
spotzieke bezoekers zou gaande maken? Een
andere zaal is ingericht als de kajuit van 's
keizers jacht. Op zee gevoelde deze mensch zich
eigenlijk nog het veiligst; de sfeer van het wijde
Papier kan men op de volgende manier
onbrandbaar maken. Een vel papier leg je in 'n
sterke aluin-oplossing en dan goed laten
.drogen. Dit herhaal je tweemaal, telkens goed
laten doorweeken en opdrogen. Daarna kun je
het gerust in de vlam van een kaars houden;
h«t zal niet gaan branden,
Tsaar Nicolaas II (vermoord in 1918)
links; rechts: zijn neef, de tegenwoordige
koning van Engeland.
Het doel bepaalt de waarde van een streven,
en het ruime heeft hij met dit kunstig nage- j^iieg in de wereld moet goed gedaan worden en
bootst paleis willen scheppen. Dan komt een ty.d> gewijd aan verbetering in dit opzicht, is
enorme bibliotheek boekenkast aan hoekenkast, noo'it verkwist,
alle bekende schrijvers der wereld staan hier
bijeen, verzameld door den krankzinnigen heer-
scher Paulus I! Nicolaas II dweepte het meest I
met de oppervlakkige praatjes van de Engel-
sche dichteres Marie Corelli; een Russisch dich
ter als Maxim Gorki vond hij onbeduidend om
dat zijn schetsen zoo kort waren. Aan den muur
hangt een groote schilderij van de keizerlijke
kozakken zijn geliefdste ruiterij „deze heeft
hem het eerst verraden" merkt onze ge
leidster op. Ook een portret van Marie An
toinette, onthoofd door de Fransche opstan-1
delingen in 1793. „Een dergelijk lot kan de Cza
rina aller Russen nooit overkomen!" was de
meening van Nicolaas' gemalin! In den salon
blijkt een helling gebouwd te zijn tot vermaak
van den troonopvolger. Wanneer het buiten ruw I
weer was, kon het tengere kereltje hier naar
hartelust met zijn houten wagentje en autotje
afrijden dit speelgoed staat er nog zoo,
of het dadelijk gebruikt zal worden. Eindelijk
heeft men den zeer slechten smaak, het slaap-
vertrek van het vermoerde keizerlijke echtpaar
te toonen.. Ik wil alleen opmerken dat hier j
de wanden vol met heiligenprentjes, ikonen
zijn bedekt letterlijk zonder eenige tusschen-1
ruimte, de H. Maagd neemt onder allen de
eereplaats in. Er staan nog verdorde takken
van den vlierstruik, de plant waarvan de on-1
gelukkige vorstin het meeste hield. Onder
hoonende opmerkingen van onze gidse omtrent I
het geringe kunstgevoel van de vroegere be
woners, kenbaar aan ordrinaire bazar-vazen
en vK>sthuis-puUaria, verlaten wij het paleis
van island's laatstenf?) keizer
Nu komt de beurt aan de zes drooglatten.
Ze worden aan één zijde voorzien van een gleuf
van in het half-cirkelvormig gedeelte van B.
We bevestigen de latten met stevig touw, dat)
we naar achteren aan B. vastmaken.
Gebruiken we het droogrek niet, dan kun
nen we de latten naar beneden laten hangen.
Hebben we het noodig, dan plaatsen we het
verlangde aantal staven in de gleuven, waar
door ze verticaal blijven staan.
Zoo'n droogrek neemt maar weinig plaats
in.
heeft een graftouilbe in de keirk van San Esfay
ham dieir Dominicanen te Saiamémca, d>a
Spajansche unjversitedtsstaid, bekend doordat
haar professors den bloedsomloop loochenden,
toen deze aJ vele tientallen jaren door den
Bngelaohman- Harvey, was aangetoond
De groote veldlhieer, die door zijn koning met
ondank werd beloond, hoewel hij heel Portugal
voor hem veroverde en voor hem streed in
Italië en Holland, heeft lang op_d.it monument
moeten wachten, maar zijn familie, die tot de
allereerste van Spanje behoort, heeft tenslotte
de stichting ervan weten, te verkrijg
T