VOEDOET DE AFSLUITING AAN DE VERWACHTINGEN?
IS
m
irsrsxss."-
HERFST IN DE WIERINGERMEER.
üa
TWÊÈ
I ACTUEELE
ZUIDERZEE-KWESTIES.
t-W-WWk':e.
Él
WêÊIÈÊÊÏèêêêM
S :v r
U|f|||bggg| ,i <4Vi
i
ONRUST IN HET LAND.
g^nis
DE WIERINGERMEER.
liSlllill
mmmmm
wmÊËËËËÈËMm
mmttÉÊH
-
STORMEN-
BEROERING
ND HET IJSSELMEER
w*-' '4 f.AV
mj
SM
- <*-4
88;.;:8:b":i;;yi;: V - bui
.;U.£iu
.'SU/r; ;-,2.--- gtó
b V i V JiS4- Ér'
- gks&Sfevwjf-ift' '•w''''''W«";
llli:lJüi;j;:li!llillill!M;ii:ill>ll!l!ililll!i!ll!lll!l!!llll!illllI!llll!lllll!!lllllll!!lllliM
Op 28 Mei 1932, des middags om één minuut
óver eenen, plofte uit de bakken van een der
daverende en stampende kranen, bezig met
het diehtingswerk in den grooten afsluitdijk
Noord-HollandFriesland, de zware vracht
keileem in het water, die de laatste opening
van Holland's binnenzee naar de open zeeruimte
afslootterzelfder tijd brak een gierend en
oorverscheurend gefluit, geloei, gegil, getoeter
uit sirenen, schoorsteenen en stoomfluiten der
voor den dijk ligende schepen losop dit
historische oogenblik hield onze aloude Zuider
zee op te bestaan en was het IJsselmeer
geschapen.
De beteekenls hiervan reikte verder dan het
ïeit, dat de droogmakingen der verschillende
Zulderzee-gedeelten thans op een gemakkelijker
en minder kostbare manier konden geschieden,
ook heel wat verder dan het andere feit, dat aldus
een snel en veilig landverkeer in het leven
drie sluizengroepen, ieder van vijf sluizen
liggen er bij Den Oever, twee groepen bij Korn-
werderzand in werking zijn gesteld.
De Octoberstormen hebben het water duchtig
opgezweept, er is een regenval geweest, die zeer
ver boven de normale uitging, aan de Zuiderzee
werken zijn door de natuurelementen hooge
eischen gesteld en daarom lijkt het gerecht
vaardigd momenteel eens na te gaan, hoe zij
zich gehouden, hebben, in hoeverre zij aan de
verwachtingen en berekeningen hebben beant
woord, hoe in 't algemeen de gevolgen zijn
geweest van de afsluiting der Zuiderzee.
Te meer is dit het geval, daar door verschil
lende omstandigheden in het land een vrij
groote onrust was ontstaan omtrent den toe
stand der werken en In verband daarmee, over
het peil van het IJsselmeer.
De laatste weken toch kwamen er zoowel
uit Noord-Holland als uit Friesland voortdurend
klachten over den abnormaal hoogen stand van
het boezemwater aldaar, wat in tal van polders
reeds schade veroorzaakte, doordat plantgoed
Een zinkstuk van kolossale afmetingen, dat wordt neergelaten in den stroom, die
bij het spuien ontstaat (zie de foto rechts in den kop). Deze stroom schuurde den
bodem uit.
geroepen kon worden tusschen twee deelen van
Nederland, die de zee reeds in het begin onzer
geschiedenis van elkaar gescheiden had.
Op de allereerste plaats waren het water
staatkundige belangen, die men met de afslui
ting der Zuiderzee hoopte te dienen. Daardoor
toch heeft men van het IJsselmeer een binnen
meer gemaakt en moest het mogelijk worden
deze zoutwaterzee in een zoetwaterreservoir om
te vormen. Daar er regelmatig tweemaal daags
door de uitwateringssluizen bij Den Oever en
Kornwerderzand zout water geloosd wordt en
er uit de verschillende rivieren, vooral uit den
JJssel en van de omliggende landen voort
durend groote hoeveelheden zoet water in het
meer afstroomen, moet dit als de pessimis
ten, die beweren, dat het zwaardere, zoute
water altijd op den bodem zal blijven hangen,
geen gelijk hebben binnen eenige jaren tot
een zoetwatermeer geworden zijn.
Het peil van dit zoetwatermeer zou men door
de groote complexen van sluiswerken in den
afsluitdijk in de hand krijgen daardoor kan
men dus zoo noodig in den zomer Friesland
en Noordelijk Holland voorzien van water voor
land- en tuinbouw, van drinkwater voor het
vee, van boezemwater in het belang van Fries-
land's scheepvaart.
In den winter, als het water in de omliggende
landen hoog gestegen is, zou men voor een
betere en gemakkelijker afwatering kunnen
zorgen, terwijl men ook tegen periodieke en
buitengewone overstroomingen beter beveiligd
zou zijn.
Een goede vijf maanden is het thans geleden,
dat de algeheele afsluiting der vroegere Zuider
zee tot stand kwam en dat de sluiscomplexen
In den kopde drie complexen, elk van
drie uitwateringssluizen bij Den Oever op
Wieringen. Ze dienen voor den waterraf-
voer uit het IJsselmeer. Rechts: spuien op
volle capaciteit.
e. d. vernietigd werd of doordat veehouders
genoodzaakt waren hun vee vroeger op stal
te zetten en het wintervoer dan te spreken,
terwijl nog voldoende gras aanwezig was.
Deze hooge waterstand werd voor een groot
deel geweten aan het veel te hooge peil van
het IJsselmeer, dat in plaats van 043 N, A. P.
(normaal Amsterdamsch peil, ongeveer overeen-,
komende met den gemiddelden zeestand), waar
op het voorloopig was vastgesteld, do laatste
maand tot 0.18 -). N. A. P. rees, een overtollige
hoogte dus van 31 c.M. N
En toch werkten de uitwateringssluizen niet
op volle kracht, er werd slechts zeer matig
gespuid, terwijl in Friesland het boezemwater
steeg en steeg.
Was er iets niet in orde Was het slechts
een illusie geweest, dat men door den afsluitdijk
het waterpeil in Noord-Holland en Friesland
meer in de hand zou krijgen Waren de bereke
ningen-niet uitgekomen?
Een mijnheer uit Leeuwarden, inquisitief
aangelegd, trok er op uit. Hij zette zijn Zuid
wester op, trok de stoute waterlaarzen aan en
reisde naar Kornwerderzand. Daar aangekomen
liep hij quasi-oiiverschillig langs de sluiscom
plexen maar bekeek ze intusschen met scherpen
blik, zooals hij dat bij Conan Doyle, Wallace
en anderen gelezen had. Wat hij zag, ontstelde
hem ten zeerste. Keurig-regelmatig vertoonde
het betonwerk der tien sluizen over de geheele
breedte en diepte lange, rechte breuken, zeer
symmetrisch verdeeld en hier en daar naïevelijk
met cement en mastiek opgevuld.
Verschrikt wendde hij zich tot de arbeiders,
die bij de sluiscomplexen aan het werk waren,
om deskundige voorlichting. Maar de werklie
den zeiden „Dat kunnen wij u niet vertellen
of „Daar weet ik niets van, moet u bij de
ingenieurs wezen".
Dit vond de mijnheer uit Leeuwarden zeer
geheimzinnig en in plaats van naar de inge
nieurs te gaan, besloot hij zijn sensationeels
ontdekking omtrent de scheuren in het „Leeu
warder Nieuwsblad" te publiceeren. De sluis
deuren moesten ontzet zijn, het betonwerk
ontwricht.
Het is natuurlijk niet noodig, dat ge een
omweg maakt, ge kunt ineens naar Medemblik
gaan (nee, ik bedoel dit heel vriendelijk) in
een nette trein, leunend in een hoek, met je
beenen over elkaar geslagen, een sigaar in Je
mond.
Dat is de makkelijkste manier en dan kun
je meteen, voor je den polder ingaat, dè „Lely"
gaan bekijken, het grootste der twee gemalen,
dat, als het moet, met zijn drie pompen per
minuut 1200 kub. M. water uit den polder
slaat. Maar dan mis je het trammetje.
Het is een heel oud trammetje en het staat
aan het station in Schagen op je te wachten,
zoo mak en zoo geduldig als een koetsiers-
paard.
Misschien is het mijn historisch gevoel, maar
ik heb een zwak voor zulke trammetjes. Het
locomotiefje doet je onmiddellijk denken aan
het eerste treintje, dat van Amsterdam naar
Haarlem liep in den tijd, dat 's morgens om
kwart voor negen de stationsklok begon te
ljiiden, als men om negen uur vertrekken
ging. Het lijkt onmiskenbaar op een paard,
inderdaad krijg je een oogenblik het gevoel,
dat het een paard is, dat men heeft omgebouwd
en daarna groen geverfd.
Als ik den stift van Breitner had, zou ik
het teekenen, met evenveel ziel en met even
veel tragiek. Maar ik heb den stift van Breit
ner niet en daarom ga ik er eenvoudig in zit
ten. Of eigenlijk, eenvoudig is dat niet. Je
laat je op de kussens vallen en dat geeft je
een merkwaardigen schok en pijn in de zach
tere deelen van je lichaam; want er is hout
onder de kussens en zij veeren niet terug.
Dan gaat het trammetje plotseling vooruit
en het loeomotiefje van Breitner heeft nauwe
lijks dertig stappen gezet,, of er is een geram
mel en gekraak als bij een ordentelijk spoor
wegongeluk, je vliegt op den schoot van «rijze wolken,
overbuurman eri als je opkijkt en. tót het. besef
komt, dat er niets gebeurd is en dat de tram.
eenvoudig stilstaat, treedt vriendelijk-groetend
de laatgekomen passagier binnen, een stevige,
roode Noord-Hollandsche boer en gaat op Je
plaats zitten. r- y y_ -
En het trammetje sukkelt weer verder, met
een philosophisehe berusting sukkelt het voor
uit, het puft en blaast, en hügt zeer amechtig,
want het is al verschrikkelijk oud en als je
oud bent, heb je geen haast meer om iets te
bereiken. Maar het brengt je toch, geduldig
en braaf, in van Ewijcksluis en daar kun je
immers de bus nemen naar de Haukes of Hip-
polytusboèf: dan ben jè zoo in den polder.
Och ja, je kunt natuurlijk ineens over Me
demblik gaan, maar als je. gevóel voor historie
hebt, dan neem je het trammetje. In Schagen,
staat het op je te" wachten.
Iedereen vraagt het opnieuw en als je er
voor den tweeden keer terugkomt, vraag je het
nog, in verbazing en moellijkibegrijpen„Was
hier nu Voor een paar jaren nog zee, met gpl-
ven en booten en visschers en alles wat er
aan een zee vaét zit 1"
Ja, hier was voor enkeie jaren nog zee, hier
klotsten en deinden de gólvèri, zoover je kijken
kon, ze waren helder groen en glanzend in de
zon of donker en grimmig in denregen en
spoelden over de twintigduizend hectaren land,
die nu Wieringermeer heeten.
Hier zeilden visschersbooten en zweepte de
storm het water schuimend omhoog en nu rij
den we over een prachtig geasfalteerden weg,
op de weien aan weerszijden staan koeien te
grazen, of schapen, die net stille, grijze, wol
vlokken lijken op het gras, er zjjn groene ak
kers, waar pas gezaaide gerst aan 't opkomen
is, er zijn velden vol groeiende kool, mannen
zijn bezig met hooipersen, op geregelde afstan
den langs den weg staan er groote, fraai-
gebouwde voorraadschuren, waar nu nog stroo
ligt opgeslagen van het koren, dat hier den
laatsten zomer in de zon te wuiven stond, en
daar plotseling rijst uit de vlakke vlakte een
heel dorp voor je oogen omhoog: keurige, nieu
we, gele huizen met licht-roode daken, dicht
aaneengerijd langs verschillende straten.
Er zijn allerlei winkels en drie kerken, een
prachtig schoolgebouw, er Woont een dokter,
er spelen kinderen voor de huizen, er rijden-
fietsers over den asfaltweg, vrouwen boenen
en schrobben de stoepen der huizen (dit nieu
we land is immers een Hollandsch land), in
een smederij gloeit het roode vuur, er is een
druk en ontwikkeld leven op dezen grond, die
zoo kort geleden nog bodem der zee was. Och,
Slootdorp is geen erg poëtische naam voor een
plaats, die als in een sprookje op een slag van
de Hollandsche vuist uit den grond verrees,
maar men had zoo weinig tijd om na te den
ken, het ging alles zoo ontzaglijk vlug, en ko
zen de Amerikanen dan altijd zulke mooie na
men voor de plaatsen, die zij op dergelijke
manier, maar langzamer, schiepen
Hadden wij tijd gehad om na te denken, wij
hadden misschien ook gesproken over „Flevo-
meer" in plaats van over „IJsselmeer" om op
een poëtische wijze aan te knoopen bij onze
allereerste historie. Maar wat doet het er veel
toe; de poëzie ligt hier in de daad, meer dan
in mooie namen en voor ons strekt zich een
nieuw land uit, ver en vlak.
Vreemd, een land zonder boomen in den
herfst en zonder het waaien van blaren in den
wind. Want boomen heeft dit land nog niet,
boómen zijn een teeken van adeldom en ouder
dom en hier staan enkel nog wat dunne, schrale
stekjes, die vol met musschen zitten, als klok
jes aan een Kerstboom.
Een nieuw land en een mooi land, nu al, dit
vlakke Hollandsche landschap onder de lage,
verwachtingen niet vol
deden. De sterke stroom
schuurde toch grond uit
en maakte voor de slui
zen te Den Oever gaten
tot 10 M., voor die te
Kornwerderzand, waar
een zandbodem ligt, tot
15 M. en meer. Op den
duur zou dit kunnen
leiden tot ondergraving
van de fundamenten der
sluiswerken en daarom
werden onmiddellijk
voorzieningen getroffen
om de stortebedden
te versterken en te
verlengen. Dit gebeurt
nadat de bodem door
baggermolens is gelijk
gemaakt door het aan
brengen van „zinkstuk-
ken" (groote matten
van rijshout, met stee-
nen belast) en dit ver-
stefkfiigswerk heeft vrij
langen tijd in beslag
genomen, gedurende
welken er natuurlijk
niet op de gewone wijze
gespuid kon worden. De zeer abnormale regen
val deed bovendien het water nog ver boven
de verwachtingen stijgen, zoodat werkelijk een
oogenblik moeilijkheden dreigden.
Momenteel is men echter in Den Oever voor
9/10 met bet versterlcingswerk gereed en wor
den alle vijftien sluizen daar op volle kracht
gebruikt. In Kornwerderzand is men met het
Oostelijke sluizencomplex klaar ook dit werkt
nu op volle capaciteit. Het Westelijke complex
zal binnen een tiental dagen ook zoodanig ver
zorgd zijn, dat het volledig in werking gesteld
kan worden. Noodig is dit wel, als men bedenkt,
dat bij een oppervlakte van het IJsselmeer van
310.000 H.A. 31 millioen M3. water verzet moet
wórden om het meer 1 c.M. in peil te doen
dalen.
„Maar wij twijfelen er niet aan" verzekerde
óns ir. Ringeling, direct leider van dfe werk
zaamheden in Den Oever, met wien wij verschil
lende der boven aangeroerde kwesties bespra
ken en die ons ook persoonlijk alles, wat wij
Zien wilden en meer, tot in finesses toonde,
„of Wij zullen, nu de sluizen weer volop kunnen
s A,
aiaSiSaiao
y>U
Een overzicht van het werk, tijdens den botiïC der schutsluizen op Korn 've'
zand (6 November 1930).
Luchtfoto K- L- M'
Ik wandel er door heen, in den regen, en
ik denk met eenig meewaren om de menschen,
die twisten over het economische voordeel van
dit werk.
Er speelt me een Woord van Colijn döor het
hoofd, dat hij gezegd heeft, toen op 10 Fe
bruari 19B0 de bemaling voor de Wieringer
meer in het werk gesteld werd, toen deze
titanenarbeid begon: „leder vólk, dat gelooft
in eigen kracht heeft van tijd tot. tijd ttehoefte,
dit zelfvertrouwen te voeden door zulke groot
sere ondernemingen als de drooglegging der
Zuiderzee
v. D.
Beroering in het land. Andere kranten nemen
de ontstellende mededeelingen over het groote
Zuiderzeewerk lijkt in acuut gevaar als de
sluizen niet meer functionneeren, dreigt er
voor Noord-Holland, Friesland en Overijssel
overstrooming.
Wat er was van dit alles, dat zich de
afgeloopen week afspeelde, is bekend de
„scheuren" bleken geen scheuren, maar dilata
tie- of krimpvoegen te zijn, die in ieder groot
betonwerk worden aangebracht, om de gevolgen
mm
•x
L-
Gezicht op Slootdorp, het eerste dorp in dei Wieringermeer. Het tweede gebomv van rechts is het eerste hotel, links dè
Nederlandsch Hervormde kerk en meer naar achteren 'de Katholieke kerk.
van een uitzetting van het beton door de
warmte te ondervangen. Van een ontwrichting
van sluisdeuren of betonbouw was geen sprake.
De sluizen functionneeren uitstekend.
Vanwaar dan echter het veel te hooge peil
van het IJsselmeer in de laatste maanden
Waren de sluizen tot verwerking van een meer
dan gewonen regenval niet in staat Of was
er iets anders Inderdaad hebben zich bij de
uitwatering van het IJsselmeer verschijnselen
voorgedaan, die met de te voren gemaakte
berekeningen niet klopten, al stonden deze
verschijnselen met den toestand der sluiswerken
slechts in indirect verband.
Wie ooit gezien heeft met welk een geweldige
kracht het schuimende en Klotsende water dooi
de sluizen jaagt, wanneer deze op volle capaci
teit spuien, zooals wij het dezer dagen zagen,
begrijpt onmiddellijk, wat de technici om n
„bodemuitschuring" verstaan. De groote stioom-
snelheid, waarmee het water regelmatig ovei
den bodem voor de sluizen trekt, zou dezen
bodem uithollen, indien bij niet op eenigeilei
wijze versterkt werd.
Deze versterking geschiedt door z.g. „storte
bedden", d. z. dus verzekeringen van den bodem,
waarover de stroom heengaat.
Op grond van te Delft genomen proeven had
men voor de sluizen te Den Oever Korn
werderzand deze vetaekeringen korter geinaakt
dan normaal, waardoor ongeveer 1.000.000 aan
kosten werden uitgespaard. Het bleek e&htm- j- N. A. P; gehandhaafd wordt
bij de waarnemingen door peilingen en duikers
spoedig, dat de korte stortebedden aan de
spuien, het als-normaal-gestelde Tf1\t
N. A. P. binnen afzienbaren tijd bereiden. Me
is volstrekt geen valsche illlJsI® a
wij het Waterpeil in Noórd-H'illa" and
gunstig kunnen beïnvloeden- - eerste
moeilijkheden overwonnen ZJJn' spoedig
blijken".
„Kunnen de sluiswerken hetgeweld van een
storm gemakkelijk h°u "en wij nog.
„Storm 'veroorzaakt aa nkant immers
een ontzaglijk verschil m waterstand?"
„Ja zeker", vertelde ir. Ringeling, „de nor
maalwaterstand der -mt enzee, die zich tus
schen 80 N- A-R en SO A p beweeKt>
kan bij storm wel eens tot 3.50 a 3.00
oploopen. Niet voor mets i8 de afshlitdijk dan
ook 7 M. tot L*01W. hooger dan liet A. P.,
omdat bij na. J .ook golfloop nog te
keeren krijg a iet slaan van de golven
tegen den v~i ïca en wand der betonwerken
aangaat, de bouw is daar natuurlijk op bere
kend, maar pre ig js jlej daarom, toch nooit.
om de golfhoogte en de hevigheid van hun
sin® mi" hebben wij dan ook z.g.
keveihg'nssdaniinen ontworpen, die 800 M.
buiten y s.uizen in de Waddenzee komen
6 n aanleg van deze dammen zijn
■wij wZig. ij derl iaa^s^en gtorm was het effect
a uice ijv te zien. Tusschen dammen en
mzen was het water opvallend veel rustiger
e!1 T 'n beroering dan in de open zee".
v. a°k gesproken ovei* gevaar voor
ce wer pen tengevolge van de trillingen, veroor-
zaa vdoor den regelmatig aaiistuwenden golf-
s ag, zooals vóór een brug itï den pas marchee
rende militaire colonnes schadelijk ktmhen
zijn".
„Dat zijn werkelijk leeken-praatjes. Het is
toch duidelijk, dat zulke dingen te voren
berekend worden en dat de constructie der
verschillende kunstwerken zoo zwaar is, dat
het absoluut uitgesloten geacht moet worden,
dat het golven-rhythme ze ontzetten kan".
In verband met de verschillende kwesties, die
zich thans rond het IJsselmfeer-vraagstuk voór-
dOéh, lijkt het nfèt onbelangrijk ook de vraag
even aan te roeren, waarom het IJsselmeer
voorlpopig pp een normaalpeil van 0.13
Zooals menweet, lieett het steeds in de
bedoeling van oud-minister Lely, den grooten
De meer dan gewone belangstelling,
dezer dagen aan den dag gelegd voor
den toestand der Zuiderzeewerken,
was voor een onzer redacteuren aan
leiding deze werken persoonlijk te be
zoeken. Hij behandelt hier verschillen
de kwesties, die zich in verband met
de afsluiting van het IJsselmeer de
laatste weken hebben voorgedaan.
ontwerper en promotor van het Zuiderzeeplan.
gelegen, het peil aanzienlijk lager te vestigen,
n.l. op 0.40 N. A. P. Het departement Vati
Defensie staat echter een loslating van hét
minimaalpeil 0.13 niet toe, in verband met
de snellere inundatie-mogelijkheden der Hól-
landsche waterlinie bij dit peil.
Pas wanneer door drooglegging van de Z.W.
en Z.O. Polder» het bi) AmsterdanV' geprofe
teerde TJ-iheèt ontstaan la, en iiOnnnn
daar uit geïhündèërd kan worden, zou -hét
peil van het IJsselmeer mogen zikkem- -
In vergelijking met het oorspronkeiïjk-vïn
uitzicht gestelde peil van 0.40houdt een mi
nimaal peil van 0.13voor de afwatering yan
vele landen rond het IJsselmeer groote nadee-
len in. Immers zoowel de bemalen gebieden
(die ook nog op natuurlijke manier ioozeh)
als de natuurlijk-loozende landen, missen 'ten
zeerste de vroegere ebstanden der Zuiderzee,
die vaak aanmerkelijk lager waren dan het als
gemiddelde ebstand aangenomen peil van
0.13Verschillende gebieden maakten juist
van deze l»Se,e ebstanden gebruik om water
te loozen en dit is thans natuurlijk niet meer
mogelijk-
Zo° zou bijv. de Schermerpolder, die thans
voornamelijk door de sluizen bij den Helder
n wa er moét uitslaan, bij een verlaagd peil
van e, Jsselmeer ook bij Monnikendam op
nLÜ'! k"'me" ,00zen. waardoor óok de
Tal van andere landschappen (ook in
I ti echt en Overijsel) verkeeren in dergelijke
omstandigheden en de ministers van Water-
slaat en Defensie ontvangen momenteel dan
ook tal van adressen van Waterschappeu',
Iaatschappijen van Landbouw, Tuinbouwvèi.
eenigingen e.d. om het peil van het IJsselmeer
°I' 40 c.M. onder A.P. te brengen.
Het wil ons voorkomen, dat men in deze aan
Het ploegen in de WieringermeerDit
geschiedt met twee vierschar!ge ploegen,
getrokken door een 20 P> Retractor op
rupsbanden.
db dringende verzoeken der omliggende lan
den moet voldoen.
Wij kunnen deze kwesties natuurlijk niet
beoordeelen met het inzicht van de deskun
digen, maar het lijkt ons toch niet onmogelijk
om, wanneer er eventueel eenlg oorlogsgevaar
voor ons land jnonht di-elgen, door het open
zetten bij vloed van de uitwateringssluizen
ln. den grooten afsluitdijk, het peil van het
IJsselmeer in betrekkelijk kortbn tijd weer op
de vereischte hoogte t.e biengen. Een oorlog
ontstaat toch nimmer ln een of twee dagen en
tot de onmiddellijke voorbereidingen zou ook
Oen weer op peil brengen van het IJsselmeef
kunnen behoofen. De omringende landen zou*
den in hun afwateringsqysteem met deze mo
gelijkheid rekening kunnen houden.
De technische vraagstukken, die-aan eem
dergelijke oplossing vastzitten, lijken ons t#
overwinnen. Mits mem van. goeden wil zij.
v. Ok