REISINDRUKKEN UIT POLEN
EN RUSLAND.
SÉ3
ZATERDAG 17 DECEMBER 1932
„ZEE BAAR KOMT
Oplossing van den vorigen
relrns.
DE VOLGELINGEN VAN DEN
PROFEET EN MELOENEN
'n HorJogeshanger.
MmÊÊm
BE NATUUR IN.
li
AAN TAFEL
Smakelijk eten.
GRAPJES.
Visscken m den Oceaan.
WELK BEDRIJF
BE KLAAGVROUWEN
IN HET
LETTERRAADSEL.
r
Oplossing vorig letterraadsel.
OM NA TE TEEKENEN.
iv< 'A
He Amerikaansche kaper John Paul Jones
het volksliedje noemde hem „Pouwel Jo-
Has!" wer(j omstreeks 1780 te Amsterdam
ei> den Haag als een held gevierd en als een
bondgenoot tegen de Engelschen, met wie een
oorlog dreigde, toegejuicht.
Drie maanden lang hield deze vrijbuiter
zich bij Texel op; toen pas gelastten de Sta
ten Generaal zijn vertrek. De Engelschen von
den een en ander knapjes vervelend! Want
Jones had een paar Engelsche „prijzen" naar
de Hollandsche reede meegebracht en ver
kocht die in ons land. Amerika, Jones' vader
land, kon dit weinig schelen, dat rijk lag
sinds 1775 al met onze overburen aan de
Noordzee overhoop („Noord-Amerikaansche
Vrijheidsoorlog"), maar voor ons land zon al
dat gejuich rond den boekanier onaangename
gevolgen meebrengenwaar we het, in-
tusschen, niet over zullen hebben!
John Paul Jones was eigenlijk van huis uit
heelemaal geen Amerikaan, doch 'n Schot!
Z'n vader was 'n eerzame tuinman in dienst
bij een hoogadellijk heer, maar Paul (geboren
3 <28) verkoos liever als matroos de wereld in
te gaan dan als landrot. Zoo deed hij ver
scheidene tochten naar West-Indië op koop
vaardijschepen en bracht het door zijn durf
en moed al vrij spoedig tot den rang van
kapitein. Toen de Amerikanen ruzie met het
moederland, Engeland kregen, koos John Paul
de zijde der oproermakers en dat heeft men
hem in Engeland eigenlijk nooit vergeven. Het
was ook bij die gelegenheid, dat hij van voor
naam verwisselde; voortaan zou hij zich
„Paul" noemen, zonder meer. Misschien be
doelde de vechtlustige zeeman heelemaal niet
'n verrader te worden en wist hij niet eens het
onderscheid tusschen de revolutionnairen en
zijn landgenooten; waarschijnlijk dreef hem
de zucht naar avonturen tot deze daad.
Hoe dan ook, hij werd baas over 'n eigen
schip, de „Ranger", bemand met 150 waag
halzen van matrozen en uitgerust met acht
tien kanonnen. Daarmee ging hij tegen de
Engelschen los. De kustplaats Whitehaven
werd door hem hij verrassing genomen. Het
kasteel, waar Jones' vader tuinman was ge
weest, kwam toen aan de beurt, de bewoon
ster, lady Selkirk, werd gedwongen al het
goud en zilver, dat aanwezig was, uit te leve
ren, zelfs 'n zilveren theepot, die gevuld op
tafel stond. De kasteelbewoners waren zoo blij
«■Is iets, dat zij het leven er afbrachtenI Eeni-
dagen later ontving Lady Selkirk van den
«aPer 'n brief, waarin hij haar excuus voor
de berooving aanbood, die niet door hem,
doch door zijn officieren, tegen zijn wil, op
touw was gezet. Ze hadden gehoopt Lord
Selkirk gevankelijk weg te kunnen voeren en
een hoog losgeld te bedingen, doch.... zijne
hoogheid had zich toevallig in Londen be
vonden.
Vijf jaar later kwam het heels servies net
jes bij Lady Selkirk terug.de blaadjes
zaten nog in den theepot!! Zelfs de vracht
was geheel betaald!!
Na deze daad aan de Schotsche kust te heb
ben gesteld, geraakte Jones slaags met het
Britsche oorlogsschip „Drake"; gedurende het
gevecht sneuvelde de kapitein van dien oor
logsbodem en de eerste officier, zoodat, mede
door het wegschieten van don hooMmast het
vaartuig moest worden overgegeven aan de
boekaniers
Enkele jaren later kwam „Pouwel Jonas'
aan het hoofd van een klein eskader te staaii,
meerendeels uit Fransche oorlogsschepen ge
vormd. (Lodewijk XVI waB bondgenoot van
Amerika) en zond een hulpleger. Met deze
achepen maakte hij veel Engelsche „prijzen"
buit, die allemaal in Fransche havens werden
verkocht. In 1779 versloegen de zeeschuimers
de Britsche kapiteins Pearson en Piercy, welke
«IJ naar Texel brachten. Deze beide heeren
hadden zich niettemin zóó dapper geweerd,
dat koning Pearson tot ridder benoemde en
Piercy in rang verhoogde. Tegen Jones was nu
eenmaal niet te vechten.
Na afloop van den oorlog Amerika—Enge
land viel er op zee voor dezen koenen boeka
nier niet veel meer te beleven. Hij vestigde
zich te Parijs, waar hij in de nijpendste
armoede stierf (1792). De Vereenigde Staten
hebben zijn stoffelijk overschot opgevraagd en
het in Amerikaansche aarde begraven.
„Pouwel Jonas" heeft weliswaar nooit geva
ren met den doodskop en de twee gekruiste
doodsbeenderen op z'n vlaf, het uithangbord
van de piraten, maar door zijn wandaden
jegens koopvaardijschepen en visschersbooten
kan hij moeilijk anders dan 'n vrijbuiter g0.
noemd worden. De zwarte vlag op zich maakt
den piraat nog niet, doch diens daden en ge.
heele optreden!
Maar één ding moet van hem getuigd wor
den: hij was 'n man van zijn woord en hij
had een hekel aan al die slapjassen, die hun
woord braken! Eenmaal beloofd aan Lady
Selkirk, dat fcij haar servies van de beman
ning zou terugkoopen, heeft hij dit óók ge
daan, al gingen er vijf lange Jaren over heen!
Wij jagen maar al te vaak zelf op onzen
levensweg stofwolken op en klagen dan, dat
We er last van hebben.
In het land tusschen de rivieren Euphraat
en Tigris, wel eens genoemd „dé bakermat van
het menschelijk geslacht", groeien veel meloe
nen in allerlei kleuren en soorten, roode,
groene, gele, zoete, bittere, geneeskrachtige en
om en bij vergiftige, meloenen, die je het
water in den mond brengen en andere ook,
die een gevoel van afkeer veroorzaken. De
Mohammedaansclie bewoners dezer streken
voeden zich gedurende bepaalde tijden van het
jaar in hoofdzaak met brood en deze vruchten,
hetgeen op de warme dagen, die daar schering
en inslag zijn, een frisch diëet mag genoemd
worden. Zoo'n schijfje watermeloen bij een
temperatuurtje van ver over de tachttlg gra
den in de schaduw, wie zou dat versmaden?
Of stel je eens voor, dat je de gloeiende zand
woestijnen doorkruist, die je huid tot perka
ment en je mond tot leer maken, en dat
iemand je op 5n watter-meloen onthaalt zou
je hem dat kwalijk kunnen nemen? O zoo,
Koos! zoo'n watermeloentje, waarin 'n baby
van twee jaar met gemak een plaatsje zou
kunnen vinden, zou je dat geen ware uitkomst
vinden? En of!
De lekkerste meloenen komen van de ber
gen. Wanneer ze rijpen gaan, moet men erop
bedacht zijn, dat hun bast niet split, want
dan zou de geur van deze verkwikkende spij
zen er bij inboeten.
Eens, zoo verhalen de oude hoeken der Mu
zelmannen, was er eens 'n goudgele meloen,
die er nu heelemaal geen ledee In had naar
de markt te gaan, om daar te worden ver
kocht. Hij hoopte maar, dat vóór den tijd
van het rijp worden 'n ruiter met z'n paard
zou voorbijkomen, de hoefslag waarvan al vol
doende zou zijn, om de huid tot barsten te
brengen. Er kwam 'n ruiter langs de gaarde
gereden, waar deze koppige meloen lag te sto
ven in de schroeiende zon. De vrucht riep de
zen ruitter. Hij wendde zijn paard naar den kant
waar de opstandige zich bevond, En ja, hoor,
het doel werd bereikt, de schil barstte en al
het sap stroomde over den grond. Mieren en
bijen haastten zich naar dit kostelijke vocht,
maar de eigenaar van de plantage smeet het
koppige ding ergens in 'n hoek, waar het een
ellendigen dood vond, betreurende niet mee
naar de markt gegaan te zijn. Zoo zie je
voegen de Mohammedanen er aan toe dat we
altijd maar tevreden moeten zijn met het be
scheiden hoekje, waarin de Eeuwige ons ge
plaatst heeft de Wil van God „Ensha'
Allah" zoo zeggen zij zij geprezen!
Begin met het teekenen van een trapezium,
waarvan de evenwijdige zijden 11 en 4 c.m.
lang zijn en de hoogte 13 c.m. is. Snijd dit
trapezium uit, omrand het en beplak het met
sierpapier. Bevestig er nu met een splitpen-
netje no. 2 «en steunsel achter. Hiertoe ge
bruik je een strookje karton van 2 c.m.
breedte. Dit strookje moet je eveneens beplak
ken en wel met hetzelfde sierpapier.
Nu snijd je 'n trapezium, waarvan alle zij
óen 2 c.m. korter zijn dan die van het eerste
trapezium. Ook dit wordt omrand en aan één
zÜde met sierpapierbeplakt. Bestrijk het niet
beplakte vlak met gluton en plak het OP het
groote trapezium.
Tenslotte nog het koperen hangertje, waar
Je het klokje aan bevestigt.
Een der enorme turbines uit he t krachtstation aan den Dnjepr.
XVII.
Of het tijdens de route naar Dnjeprostroi
geweest is, weet ik niet precies meer, maar
eens, tóen Iemand van ons clubje des morgens
opstond om zich in het groezelige waschbakje
van den trein wat te gaan verfrisschen,
meestal ging dit naar toerbeurtwie het eerst
wakker was, liet zich bovenaan op 'n lijst
plaatsen en zoo vervolgens miste hij zijn
geheele costuum, dat hij nabij zijn beddeplank
's avonds te voren had opgehangen Overal
gevraag en gezoekniets te vindenTen
slotte besliste stootbrigadier Coplak, onze gids,
dat er van het dak van onzen wagon reizigers
naar binnen waren geslopen gedurende den
nachtelijken treinrit, die zich van de kleeren
hadden meester gemaaktDe twee „conduc
teurs", beste jongens, die als nachtwacht dienst
deden, hadden niets gemerkt. Gelukkig had
de bestolene nog 'n tweede pak bij zich, dat
hij den volgenden avond met wat meer voor
zichtigheid weglegde.
AL£XAriDROWS<
De Dnjepr en de Zwarte Zee.
Dien volgenden nacht werd ik tegen 'n uur
of drie wakker van een hevig gegons van
stemmen In onzen wagen. „Zijn ze weer aan
't redetwisten vóór of tegen de bolsjewiki?"
dacht ik en draaide mij behoedzaam óp mijn
smalle plankje om, teneinde, niet als 'n rijpe
appel naar beneden te bonzen - ik lag zoo wat
met m'n neus tegen het plafond doch al
gauw had ik in de gaten, dat er iets auders
aan het handje was. De belangstelling gold
een jeugdigen landgenoot uit Brabant, met
wien ik tijdens de lange reis de beste betrek
kingen had onderhouden. Misschien kon ik
hem van dienst zijn 'k Glipte langs de nis,
waarin het Duitsche Frauleln den slaap des
rechtvaardigen sliep, omlaag en voegde mij
bij het kleine groepje Van den „Hollander"
bleek de heele reiskoffer met Inhoud gestolen
in het holle van den nacht'n Reuze-strop
Gelaten aanvaardde hij dezen tegenslag, zon
der veel ophef, gelijk het 'n Hollander nu
eenmaal past, maar 'n schadepost van belang
bleef het niettemin. Coplak kwam eraan te
pas. Bij 'het eerste station het beste werd uit
de wagens voor de Russische reizigers, over-
beladen tot aan den zolder toe, den hoofdcon
ducteur opgevischt, die lid bleek te zijn van de
gevreesde, geheimzinnige politie der G. P. Oe.
Aanstond begaf de man zich naar de daken
der rijtuigen, waar de touristen der allerhoog
ste klasse zich plegen op te houden. Daar zat
'n grijsaard, in wiens bezit 'n stel zéér on-
Russisch-uitziende sokken werd gevonden, ont
vreemd uit den gegapten koffer. Het vadertje
wist van den prins geen kwaad. Hoe hij aan
die dingen kwam Gevonden -natuurlijk, ge
vonden Ze lagen zoo maar op het dak Hoe
ze daar gekomen waren Tja, dat kon groot-
vadertje ook niet zeggen, ze hadden er nu
eenmaal gelegen De G,. P, Oe.-man ging met
heftige stem en dreigende gebaren tegen het
havelooze manneke te keer. Het duurde niet
lang, of tranen rolden langs den witten baard
En dat om 'n paar onnoozele sokken De
conducteur nam den stakker gevangen en dreef
hem het perron op, waar hij hem aan soldaten
overgaf. Van den koffer geen spoor meer te
bekennen Enkele dagen later kwam de beslis
sing af, dat voortaan op treinberoovingen de
doodstraf staat, al had die bepaling met ons
geval wel niets te maken. Intusschen hadden
wij zélf 'n treinwacht voor den nacht ingesteld
bij toerbeurten werd geregeld gesurveilleerd
en nadien zijn géén diefstallen meer voorge
komen.
Des ochtends stonden wij aan het reusachtige
werk van Dnjeprostroi („Waar aan de rivier
de Dnjepr gebouwd wordt"), den trots der
Russen! In den stroom is een stuwdam ge
bouwd. Het water valt van haast veertig meter
hoogte, en ontwikkelt een kracht, die turbines
in beweging brengt, welke op haar beurt weer
electrischen stroom leveren. Er zijn negen van
deze machines per seconde laten zij gezamen
lijk bijna 2000 M3. oftewel twee mlllioenliter
water door Als er tenminste water genoeg
In de rivier is 's Zomers laat dit wel eens
iets te wenschen over en dan daalt de toevoer
tot 'n 1.500.000 liter per seconde. Wanneer we
nu nog nagaan, dat Iedere turbine een vermo
gen heeft van 90,000 paardekracht, dan is hier
een krachtwerk van de eerste soort geschapen.
„Het csarisme heeft driemaal tevergeefs ge
probeerd deze daad te stellenijCht de
ingenieur, die ons begeleidt, toe Best moge
lijk, maar datzelfde czarisme heeft den Trana-
Siberischen spoorweg gebouwd en dat was óók
niet bepaald kinderspulDe stroom, door deze
werken gewekt, komt ten goede aa'n verschil
lende fabrieken in den omtrek, fabrieken van
staa.1 vooral, waartoe een kabellengte is ge
bruikt van 510 kilometer als hoofdleiding
Meer dan 200 mlllioen rijksdaalders zijn met
den ganschen aanleg gemoeid geweest, en de
fabrieken kosten 600 millloen goudroebels
Een en ander Is een onderdeel van het befaam
de „vijfjaarsplan", dat ln vier jaar geheel of
gedeeltelijk ten einde wordt gebrachtWat
er dan nog in Rusland mankeert, komt met
het volgende vijfjaarsplan wel terecht en anders
niet het daarop volgende'n Beetje geduld
s.v.p.
Eerlijk gezegd heb ik mij bU den stuwdam
en de machines niet erg lang opgehouden. De
Dnjepr lokte mij veel meer Het is een gewel
dige stroom, de Dnjepr, onmiddellijk komend
na „moedertje Wolga 2200 kilometer is zijn
bed lang en de „liman", de monding, heeft een
breedte van 15 K.M. Daar ik, wegens de
ontzettende hitte, eigenlijk weinig méér aan
had dan mijn badcostuum, duurde het slechts
zeer kort, of ik bevond mij in het frissche
natHet deed me echt goed Er was nogal
Veel liefhebberij om 'n duikie te nemen!
Jongens maakten een pleizier van wat ben
je me Om hun toilet hadden zij zich weinig
bekommerd, 'n Surveilleerende diender scheen
dat de gewoonste zaak van de wereld te vinden.
Ze doken naar watermeloenen, die ergens van
'n schuit gekanteld waren en zetten er gretig
hun breede blinkende tanden in. Werklui
kwamen zich verschoonen. Nergens ondervond
ik, als vreemdeling kenbaar aan mijn kleeding,
eenigen overlast, hier niet, en gedurende de
gansche reis evenmin. Wat dat betreft kunnen
sommigen van ónze boys aan de jeugdige com
munisten een voorbeeld nemen. Het was er be
slist gezellig, in de nabijheid ruischten de
enorme watervallen aan den stuwdam een
veerboot haalde voortdurend menschen over
koetsier® verfrischten hun paarden in het koele
Dnjepr-nat'k Had hier gaarne 'n paar dagen
doorgebracht, doch voor dit werk was slechts
één dag uitgetrokken. 'n Uitstekend diner
wachtte ons en daarna zouden we per electri-
sche tram naar het station worden gebracht.
Later op den avond bleek dit niet te kloppen
er liepen geen trams meer of ze waren overvol
of hoe dan ook. Na lang wachten werden er
vrachtauto's besteld en zoo hotsten en botsten
wij langs een zeer ongemakkelijke»» weg door
den killen avond naar de statie „Alexandrovsk".
De rit duurde haast 'n uur, voor mijn gevoel
wel 'n eeuwigheid. Plat op den bodem van den
kar- lag Ik en nog nooit is mijn achterzijde zóó
duchtig gemasseerd
De aanblik van de omgeving der statie en
de wachtende scharen Russen stemde mij aller
treurigst. Ze lagen op het stationsplein op den
grohd, óe stumperds, kinderen, grijsaards,
vrouwen slapend, wakend, half droomend ln
vepfómpte, havelooze kleeding, hun gezichten
gegroefd door de bitterste ontbering en
fret'leed. Ik schaam mij, dat ik dat niet ènders
beschrijven kan, zóó, dat je het nooit meer
zóu vergeten, zooals ik nóóit zal vergeten den
aanblik van een groezelig manneke, dat zoo
maar, de armen wijd als 'n kruis, op den gena-
deloozen grond lag en sliep. Niemand scheen
daar erg in te hebben. Niemand haalde wat
stroo of 'n zak voor dat kereltje. Nitchewó,
nitebewó, in zulke kleinigheden voorziet het
vyfjaarsplan nu eenmaal niet.
Huis der trusts te Charkow
Wij klimmen ln de vale wagons. Ik had geen
zin meer om te praten. Telkens zag 'k dat
kereltje, z'n groezelige handjes, open, als wou
fret graag Iets hebben. Terwijl ik- dit schrijf,
zie ik die handjes nóg. Ik zal ze altijd blijven
zien. Mijn reisgezellen foeterden over het onge
dierte in den wagen.... de trein zette zich
loom ln beweging.
's Morgens om tien uur arriveerden wij ln
Cbarkny, de hoofdstad der Oekraïne.
He manieren aan tafel waren vroeger wel
een kleinigheid anders dan tegenwoordig!
Aan den disch van den Zonnekoning, Louis
XIV (ca. 1715), was het b.v. gebruikelijk, dat
de opperschenker de borden, messen, lepels
en glazen des konings met brood afveegde,
alvorens Zijne Majesteit toetastte. Dit brood
moest die beambte dan aan tafel nuttigen!
De gasten schepten het eten uit den gemeen-
schappélijken schotel op hun bord en dat was
al een Iittél iets, want de armeren namen bet
gezamenlijk uit een schotel!
Dé tijd werd met grappen en kwinkslagen
gekort. Soms traden er tooneelgezelschappen
op om de genoodigden te vermaken. In latere
tijden ontstond bet gebruik uit één beker te
drinken per persoon, vroeger ging dat uit
een gezamenlijken beker, die geheel moest ge
leegd worden. Eigenaardig was onder de ede
len de zeden, zooveel bekers te drinken als de
naam van bun verloofde letters telde!
Uw kleermaker Is er. Hij zegt, dat hij niet
weggaat voor de rekening betaald is.
Maak de logeerkamer maar in orde.
Onderwijzer: Wij zijn op deze wereld om ande
ren te helpen.
Kleine Max: En waarvoor zijn de anderen
das bier, meneer?.
De oceaan wemelt van visschen, van vls-
schen, waarmede de menschen zich voeden,
van roofvisschen en visschen die opvallen
door hun zonderlinge vormen. Er komen
exemplaren in voor, die geen oogen bezitten,
hoewel ze best kunnen zien. 'n Geweldigen
eetlust hebben ze allemaal gemeen, een eet
lust, waaraan weer andere visschen ten offer
vallen. Het bloed van deze waterbewoners Is
koud; van de hoeveelheid zuurstof, die het
natte element bevat, kunnen ze zich slechts
een gering gedeelte toeëigenen, maar zonder
deze kleine portie zouden ze den verstikkings
dood moeten sterven. Dat kille bloed verhin
dert overigens niet, dat visschen hun buien
van toorn en drift kunnen hebben, dat zij ge
prikkeld worden door nieuwsgierigheid, dat
zij schik hebben in hun vochtige bestaan en
spelletjes spelen met water en golven
Onder al deze liefhebbers van het natte
element zijn ons de haringen misschien het
best bekend, de haringen, bij duizenden en
duizenden gevangen en ieder seizoen maar
weer opnieuwEén haring produceert onge
veer dertig duizend eitjes per jaar. Veel daar
van gaan verloren of worden door andere
visschen opgegeten, maar er moeten er toch
ook veel slagen, anders zou de zee al lang
dood gevlscht zijn De kabeljauw is ons even
eens geen vreemde. Men moet deze soort
visch in de diepere wateren der Noordelijke
zeeën zoeken en daar zijn de scholen dikwijls
vergezeld van inktvlsschen, een heele rare
vertooning, want de kabeljauw lust, naast
haring, juist graag deze InktvlsschenDe
zeelui maken daarvan een handig gebruik
als lokaas. Zoodoende worden op de banken
van New Foundland. ieder seizoen door de
Engelschen, de Franschen en de Amerikanen
zoo'n honderd twintig millloen kabeljauwen
gevangenHet is maar gelukkig, dat 'n
kabeljauw per seizoen zoo'n drie of vier mll
lioen eieren in zee deponeert, anders zou deze
vangst sterk achteruit loopen. Men heeft wel
eens 'n kabeljauw onderzocht, die acht mll
lioen eieren bevatte Ook van deze enorme
aantallen gaan er veel „naar de haaien", maar
voorshands is er aan kabeljauw nog geen ge
brek! Voorshands want soms lijkt het
er wel eens op, dat de vlsscherlul de kip slach
ten, die de gouden eieren moet leggen, b.v.
door met de zoo waardevolle vischkuit te gaan
visschen!
Van „vliegende visschen" heeft elke jongen
of meisje stellig wel eens wat gelezen. Ze
springen boven het watervlak uit tot een
hoogte van soms vijf meter. Duizenden ver
maken zich wel tegelijk met dit spelletje en
laten zich heel gemoedelijk verder drijven in
de luchtSoms vertoonen zij deze kunsten
om aan een vijand in het zilte nat te ont
snappen, maar dan vallen zij ooit ten prooi
aan een niet minder te vreezen tegenstander,
'n hongerigen meeuw
Enorme monsters zijn, tenslotte, de „zee
duivels", die er een schrikwekkend gebit op
na houden. Zij nemen soms ongelooflijke af
metingen aan, en zien er heelemaal niet tegen
op een roeiboot aan te vallen. D'r zijn knapen
onder, die het gewicht van 1200 pond berei
ken Eens vingen ze een exemplaar, dat door
veertien ossen aan land gesleept moest wor
den. De parel vtsschers, of juister, de duikers
naar deze „kleinoodiën van het leed" zijn op
deze sinjeurs niet gesteld Het ls meer dan
eens voorgekomen, dat deze duivels van de
oceaan den ongelukklgen duiker In stukken
scheurden en met hun vervaarlijk gebit ver
scheurden.
I. en II.
Op verschillende plaatsen verhaalt ons de
Heilige Schrift van een „misbaar makende
menigtebij een doode, welke menigte dan ln
hoofdzaak werd gevormd door gehuwde, jam
merende vrouwen. Dit geweeklaag komt ln het
Oosten nog immer voor, en dezelfde klanken,
welke de ooren van den grooten Vertrooster
troffen, kan men als in zeer verre echo nog
daarginds beluisteren. Bij 'n zeer „deftige"
uitvaart, kan men wel 'n dertig van zulke
vrouwelijke huilebalken aantreffen. Gezeten op
den grond in het sterfhuis met het hoofd on
bedekt iets wat zelden voorkomt en de
haren in wilde strengen over het gelaat ge
trokken heffen zij hun geweeklaag aan
omdat zij daarvoor nu eenmaal betaald wor
den. Met eentonige stem sommen zij de niet
geringe deugden van den ontslapene op; dan
gooien zij er 'n schepje bij; een hevig gegil
ontstaat, de kleeren worden gescheurd, haren
worden uit het hoofd gerukt, verschrikkelijke
bonzen treffen de borst; 'n slot-gll doet het
merg ln de knoken verstarren! Dan valt 'n
korte pauze in, waarna de Jan-Klaassen-ver-
tooning opnieuw begint. Wie tenslotte de
meeste kleedingstukken heeft verscheurd en
zich het meeste bloed uit hoofd en lijf heeft
gebonsd, verstaat haar vak het beste en wordt
als 'n soort heilige beschouwd!
Over vrouwelijke dooden wordt niet al te
bar gejammerd, 'n Vrouw geldt in het Oosten
niet veel, levend al niet en dood nog veel
minder! Moeders worden er op de onbeschoft-
ste wijze gebrutaliseerd door haar eigen kroost,
'n Koebeest of 'n paard staan onder dit volkje
hooger in achting dan 'n vrouw. Het is nog
dezelfde geest, die aan de allerheiligste Moe
dermaagd toegang weigerde tot de herberg op
dien allereersten Kerstavond: geen plaats!
Maar voor 'n man komen er jammerenden te
kort! Soms heffen er zoo'n tweehonderd haar
gekrijsch aan, dat dan dag en nacht, bij rijk
aards wel 'n week achter elkaar voortduurt!
'n Nieuwe serie! Welk bedrijf stellen deze
plaatjes voor? Voor welke winkels enz. zie je
dergelijke voorwerpen staan?
Zoo komen er vijf! Dus nu nog: drie!
Onder de goede oplossers wordt 'n mooi
boek verloot; ook ls er 'n prijs voor de
leukste inzending. Met dat Inzenden, moet je
wachten, tot het laatste prentje is geplaatst.
Op de serie „Wie kweelt er mee?" komt géén
vervolgprentje meer. Jullie kunt dus deze
heele week aan postbus 8, Hilversum, de op
lossingen zenden. 24 Dec. komt de oplossing
bier in de krant.
Het geheel bestaat uit 14 letters en is een
bekend „veer" aan de Zuidkust van Zuid-
Beveland.
2
3
4
B
6
7
5
s
10
11
13
13
14
X
X
X
1
fl
1
X
1
t
1
X
1
X
1
X
t
X
X
X
V
X
1
X
X
X
t
1. Dë helft van een hectare.
2. In een raam gevat vlechtwerk, dat voor
een venster wordt gezet om het inkijken te
beletten.
3. Rivier in Noord-Oostelijk Utrecht.
4. Twee boeken met oud-IJslandsche sagen,
5. Manier van aanvatten,
6. De Hollandsche nachtegalen.
7. Meervoud van „ten honderd".
8. Een verzameling, waaraan Bommige
scholleren danig het land hebben.
9. Buitenste groene bast of schil van nó»
ten, enz.
10. Bij droppels neervallen,
11. Boerenplaats.
12. Bekende afkorting in de Radio-wereld.
13. Groote rivier in Rusland.
14. Derde toon der diatonische toonschaal.
1521: Rijksdag te Worms. 1. R. voor Ré-
aumur; 2. bijt; 3. Ako; 4. lasso: B. Edda'sj
6. metalen; 7. rijksgraaf; 8. luchtpomp 9. me
teoor; 10. luwen; 11. drost; 12. dra; 13. omaj
14. b voor „solo".
Kies heldere kleuren en breng zelf 'n lucht
enz. aan.
v»"-
-- - - - - I
i