VRIJDAG 20 JANUARI 1933
KERK EN KUNST.
De uiteenzet'gen van de
pauselijke commissie.
DE RENAISSANCE.
BOTSING TUSSCHEN LUXE WAGEN
EN AUTOBUS.
OP GLADDE WEGEN.
DE INDISCHE POSTVLUCHTEN.
MOORD TE ZUILICHEM.
DE KURK ONDER DEN NOTEOP.
ZEILSCHIP GEZONKEN.
BOERDERIJ AFGEBRAND.
PAKHUISBRAND TE VENLO.
N. V. „HET CONCERTGEBOUW".
Bijzonderheden uit het jaarverslag.
WAGNERHERDENKING.
AANDUIDING GEWICHT OP GROOTE
STUKKEN, VERVOERD PER SCHIP.
KRAKATAU WAARSCHUWT.
KATHOLIEK DEMOCRATISCHE
BOND.
DE ROODE HAAN KRAAIT WEER FLINK. Het prachtige buitengoed van den motor-renner
Kapitein Woolf Barnato te Arden Run, Springfield (Eng.) is in vlammen opgegaan.
a 1
De zending der II. Kerk en onze
verantwoordelijkheid.
Het is een diep-ernstig en indrukwekkend
commentaar, dat de Pauselijke commissie voor
de Gewijde Kunst on' de redevoeringen t°:*
zake ran don II. Vader gegeven heeft. De
bekoring is sterk om na dit plechtig woord
hier verder te zwijgen. Maar zonder twijfel
zal het de bedoeling zijn dat deze aan
wijzingen en vermaningen worden be
studeerd en ontleed, om ze aldus bekend
te maken en te doen doordringen in de gees
ten. Daarbij heeft ook het dagblad zijn eigen
bescheiden taak en daarom meenen wij werk
zaam te zijn in den geest van de opstellers
dezer verhandeling, wanneer wij er in het
kort op terugkomen. Elders, we bedoelen in
de kunsttijdschriften, kan er uitvoeriger en
dieper op ingegaan worden: hier gaven wij
slechts eenige voorloopige kantteekeningen.
Allereerst om met voldoening de aanmoedi
gingen naar voren te brengen tot de kunste
naars van onzen eigen moeilijken en beproef
den tijd gericht. De pauselijke woorden ter
verwelkoming van ..nieuwe, schoone vormen"
worden herhaald en waar de pauselijke com
missie zegt, dat de Kerk geen bepaalde rich
tingen of stijlen op wil dringen, laat zij dade
lijk volgen: „de oprechtheid liefhebbend, moe
digt zij zelfs de vormen en methoden van den
tijd, waarin de kunstenaar werkt, aan".
Oppervlakkigheden als dat „de Kerk de mo
derne kunst veroordeelt" en zulke meer, die
wel niet worden geschreven, maar des te meer
gezegd en gepractiseerd, en die aldus de stem
ming en de atmosfeer voor de hedendaagsche
kunst vergiftigen, deze oppervlakkigheden zijn
aldus afdoende weersproken.
Welke de tendenzen en beïnvloedingen zijn,
door den Paus veroordeeld, wordt nu nader
omschreven en aangeduid. De kunst van de
vroege Middeleeuwen, wier naïeve en ruwe
vormen thans niet meer dienen kunnen, wordt
nader gepreciseerd als de kunst van de zeven
de en achtste eeuw. Voor onze gewesten zou
den we in dit verband kunnen spreken van de
'Karolingische periode. Ten overvloede kan
worden opgemerkt dat derhalve het Romaansch
en de gothiek, deze glories van ons ras, er ge
heel buiten staan.
Wat de Paus verder veroordeelt zijn de mis
vormingen door onvermogen en gebrek aan
voorbereiding (wat geen nader betoog behoeft)
en de imitatie of onbewuste weergave van de
kunst der primitieve en wilde volkeren. In
dezen zin heeft ook prof dr. Gerard Brom de
pauselijke woorden reeds geïnterpreteerd voor
de Algemeene R. K. Kunstenaarsvereeniging,
waar hij sprak van „een stelselmatig barbaris
me" en van „gewilde primitieve instincten
(niet in den zin der Prae-Rafaëlieten, maar
In dien der negerkunst)". (Men zie oas Blad
van Maandag 19 December).
Van veel belang is het vast te stellen, dat de
pauselijke commissie bij de veroordeelingen te
rechter plaatse een fijne restrictie maakt. 7,ij
erkent immers, dat „eenige van deze moderne
«troomingen tenminste in het begin een prij-
eensioaardigen drang naar spiritualiteit ver
toonden in tegenstelling met de voorgaande
dpattaS&llstische en heidensehe degeneratles".
Alleen maar, zegt de commissie: zij zijn daar
mee te ver gegaan.
jjaClit-meenen wij aldus te mogen verstaan, dat
niet ieder teruggrijpen naar eenvoudiger vor
men en voorstellingen behoeft te worden afge
wezen, dat met andere woorden niet iedere
„primitiviteit" als zoodanig veroordeelenswaar-
dig is. Voor de kerkelijke kunst moeten echter
bepaalde grenzen geëerbiedigd worden. Van
hoeveel beteekenis dat is behoeft voor degenen
die in het hedendaagsche kunstleven eenigs-
zins georiënteerd zijn, niet te worden uiteen
gezet.
Met dat al is bet zoo gelegen, zooals de
pauselijke commissie nader uiteenzet, dat
„de Kerk een Roomsche en Katholieke voor
liefde niet verheelt voor meer harmonische,
meer evenwichtige, meer aan de waardigheid
der menschelijke natuur, geproportionneerde
vormen".
Er wordt hier gesproken van een „voorlief
de" (predilezione), een bevoorrechting van een
schoonen vorm, die dus andere schoone vor
men niet uitsluit. En inderdaad schijnt hier
het gebied van de algemeene beginselen te
zijn verlaten, voor dat van de stijlcritiek.
Verderop brengen de uiteenzettingen van de
pauselijke commissie dan ook een vurige, maar
beheerschte pleitrede voor de religieuse kunst
van de Renaissance.
Het is zoo begrijpelijk. De meesters van
deze periode hebben de kunst van de Kerk in
Italië goeddeels gemaakt, de Romeinen hebben
hun scheppingen als het ware altijd om zich
heen. Maar voor ons, kinderen van het Noor
den, is van een inheemsche kerkelijke Renais-
sance-kunst nauwelijks sprake. Dit verschil
van historische traditie (en daardoor van
aesthetische vorming) werkt uiteraard ook in
de waardeeringen door. Er is een toevallige
coïncidentie, die dit onopzettelijk treffend
illustreert. We doelen hier op een recent Leu-
vensch proefschrift van een Nederlandsch ge
leerde over het probleem der Renaissance die
voorloopig tot geheel andere uitkomsten kwam.
En wat hier voor de wetenschap geldt, gaat
natuurlijk dee te meeT op voor de kunstprac-
tijk.
Zijn het dergelijke overwegingen, die de
pauselijke commissie doen opmerken, dat de
meesterwerken van Leonardo, Raffael en
Michel Angelo „niet tot allen" hun sublieme
taal spreken? Toch zonden wij ons niet gaarne
gerekend willen zien tot degenen, die deze
taal van de groote meesters der Renaissance
niet verstaan. Wij kunnen het echter niet hel
pen, dat het onze moedertaal niet is.
En het lijkt of de wijze schrijvers van deze
uiteenzetting der pauselijke commissie dit
meevoelen en zij noemen den naam van Ange-
lico. Inderdaad, in het San Marco-klooster van
Florence doen wij een zeer bijzondere erva
ring op. Voor dit wonderbaarlijk fenomeen
van natuur en genade wijkt een besef, dat
ons tegenover een Raffaël en Leonardo nooit
verlaat, het besef n.l. dat zij niet van ons ras
zijn.
Zear Indrukwekkend is het slot van het
commentaar der pauselijke commissie. Daar
laat zij de H. Kerk spreken als de leerares
éer wereld, die het recht heeft haar stem ver
der te laten klinken dan de heilige besloten
heid vaa het Huis des Heeren. En zij breidt
de strekking van hare vermaningen uit om ze
te laten klinken „over alle wegen van angst
en onrust".
Zoo zien wij de H. Kerk optreden als de
beschermster van de edelste goederen der
menschelijke beschaving. Welk een kracht,
maar welk een verantwoordelijkheid tevens!
Want als de Kerk tegenover heidenen en on-
geloovigen het recht opeischt om op dit gebied
met het gezag van haar zending te spreken,
hoe zwaar drukt dan op ons, geestelijken en
leeken. de verplichting om de schoonheid van
onze kerken en onzen eeredienst te doen be
antwoorden aan deze verheven roeping van de
Jloeder der Waarheid. Dit mag ons er opnieuw
aan herinneren, dat de producten van een
zakelijke kunst-industrie en van een verval
len handwerk het Huis Gods onwaardig zijn.
Laten we dit toch vooral bij al de gedachte
wisselingen over het ware karakter der kerke
lijke kunst indachtig zijn.
De theorie der kunst en haar algemeene
beginselen heeft den laatsten tijd sterk de
aandacht gehad. Maar van de practijk moet de
schoonheid in het leven komen en de kunste
naars hebben haar te brengen in den goeden
geest. Dat zij werken, kunnen blijven werken
en zich ontplooien naar de gaven die hun ge
schonken zijn, het is onveranderlijk de groote
voorwaarde voor een Rchoone kerkelijke kunst
in ons goede vaderland.
Vier gewonden.
Gistermiddag heeft op den rijksweg Enschede-
Hengelo onder de gemeente Lonneker een ern
stig autoongeluk plaats gehad. De heer Ir.
Ghert wonende te Driene gemeente Lonneker,
kwam met zijn luxe-auto uit de richting En
schede. Tegelijkertijd naderde uit Hengelo een
autobus, waarin een reisgezelschap uit Almelo
was gezeten. Voorts bevond zich daar ter plaat-
së op den weg een met een paard bespannen
wagen. Om een aanrijding te voorkomen remde
de heer Ghert krachtig, doch zijn auto slipte en
botste tegen de autobus. De schok was zoo he
vig, dat de bumpers van de autobus verbrijzeld
werden. De luxe-auto werd totaal vernield. De
bstuurder bekwam een zeer ernstige hoofdwonde
benevens verscheiden andere bloedende ver
wondingen. Zijn toestand is zeer ernstig. Zijn
vrouw liep een beenfractuur op. Een kindje
van tien weken, dat zich ook in den luxe
wagen bevond, brak een beentje. Van de passa
giers van de autobus liep een een niet-ernstige
hoofdwonde op.
De gewonden zijn naar het ziekenhuis Zieken
zorg te Enschede vervoerd.
Zeven auto's en bussen op elkaar
gereden.
Gisterenmorgen is, naar het „Hbld." meldt,
tengevolge van de gladheid van den weg op
den betonweg NijmegenArnhem nabij Oos
terhout, de autobus van de E. N. K. A. tegen
een vrachtauto uit Venlo gereden. De vracht
auto slingerde van den weg en kwam onderste
boven in een sloot te liggen. De autobus werd
zwaar gehavend en bleef op den weg staan.
Dit had tengevolge, dat een volgende autobus,
eveneens van de E. N. K. A„ tegen de andere
bus gleed, weldra gevolgd door een tractor
met aanhangwagen, afkomstig uit Utrecht, die
eveneens in de sloot terecht kwam. Drie vracht
auto's botsten daarna nog tegen de twee auto
bussen op, zoodat een ware ruïne werd aange
richt. Alle voertuigen werden min of meer
zwaar gehavend. Het verkeer was volkomen
gestagneerd. Persoonlijke ongelukken kwamen
bij deze massabotsing echter niet voor.
DOOD DOOR SCHULD.
Veertien dagen geleden stond voor de Haar-
lemsche rechtbank terecht de 30-jarige vracht
rijder J. D. te Haarlem, die op 24 Oct. j.l. des
avonds dronken aan het stuur van zijn vracht
auto zat, waardoor hij in de St. Anthoniestraat
een 43-jarigen man heeft doodgereden. Heden
morgen werd de zaak voortgezet, waarbij dr.
Hulst uit Leiden als getuige-deskundige ge
hoord werd.
- De Officier van Justitie eischte 9 maanden
gevangenisstraf.
Uitspraak 2 Februari.
5 Augustus j.l. had een 36-jarige chauffeur
uit Scheveningeu als bestuurder van een tou
ringcar op den Vogelenzangschen weg te Bloe-
mendaal te veel naar links uitgeweken, waar
door een 22-jarige jongeman uit IJmuiden zoo
danig werd aangereden, dat hij spoedig aan de
bekomen verwondingen overleed.
Gistermorgen stomd hij voor de Haarlemscihe
rechtbank terecht. De Officier van Justitie
eischte 6 weken hechtenis.
De verdediger pleitte clementie, omdat de
chauffeur op het oogenblik van het ongeval, in
zeer overspannen toestand verkeerde. Verdachte
maakte soms werkweken van 112J4 uur. Hij
sliep soms maar 3'A uur per nacht.
Uitspraak 2 Februari.
SMAADSCHRIFT.
De Haagsche Rechtbank heeft gisteren uit
spraak gedaan in de zaak tegen den journa
list H. A. K., redacteur van het periodiek „De
Vraagbaak", die terecht heeft gestaan wegens
smaadschrift, en veroordeelde verdachte tot
betaling van een geldboete van 100 subs. 50
dagen hechtenis en tot betaling van een scha
devergoeding van 150 aan de beleedigde par
tij, met de kosten.
BRAND IN EEN GROENTENDROGERIJ.
Te Capelle heeft een felle brand -gewoed in
de groentendrogerij van de Vlinderco te Breda.
De maalderij en opslagplaats met de daarin
aanwezige voorraden werden een prooi der
vlammen. Het bedrijf ondervindt echter geen
stagnatie.
De oorzaak van den brand is onbekend, ver
zekering dokt de schade.
De „Havik" naar Indië.
Gistermorgen om 9.03 is het K.L.M.-vliegtuig
de „Havik" naar Ned. Indië vertrokken. Aan
boord bevindt zich 280,187 K.G. post 27.4S0 K.G.
goederen en 7,150 K.G. pakketpost.
Er zijn geen passagiers aan boord. De beman
ning bestaat uit de heeren J. J. E. Duimelaar.
J. J, Abspoel, J. J. Ruben en L. C. Dik, die
respectievelijk de reis zullen zullen medemaken
als eerste bestuurder," tweede bestuurder, werk
tuigkundige en radio-telegrafist.
De „Snip" (thuisreis) is gisteren te Cairo
geland.
De „Pelikaan" (heenreis) is gisteren te
Jodhpur aangekomen.
HET DRAMA IN DE KRANESTRAAT
TE 'S-GRAVENHAGE
De toestand van de vrouw.
Naar wij vern.emen, is de toestand van de bij
het drama in de Kranestraat In den nacht van
Dinsdag op Woensdag ernstig gewonde vrouw,
de 33-jarlge R.G., thans redelijk wel.
Het stoffelijk overschot van haar Woensdag
avond aan de bekomen verwondingen overle
den echtgenoot, den 43-jarigen fotograaf H. R.,
Is zonder sectie-onderzoek vrijgegeven voor de
teraardebestelling.
Verdachte voor het Arnhemsche
Gerechtshof.
Voor het gerechtshof te Arnhem is gisteren in
hooger beroep behandeld de zaak betreffende
den moord te Zuilichem. Terecht stond de
35-jarige arbeider G. J C., wien ten laste was
gelegd, dat hij in den nacht van 24 op 25 Sep
tember 1932 te Zuilichem den 19-jarigen A. van
Heusden met een mes in den buik heeft ge
stoken, tengevolge waarvan deze is overleden.
Verdachte was door de rechtbank te Tiel tot
drie jaar en zes maanden gevangenisstraf ver
oordeeld. Gisteren vroeg de procureur-generaal
bevestiging van het vonnis, echter met aftrek
van de preventieve hechtenis.
De verdediger, mr. E. van Zinnicq Bergmann
uit den Bosch, drong aan op een lichter straf.
Uitspraak 2 Februari a.s.
Hazardspel in den trein.
De Amsterdamsche rechtbank veroordeelde
gisteren een drietal Amsterdamsche .kooplie
den" ieder tot vier maanden gevangenisstraf,
conform den eisch van het O. M., wegens
hazardspel.
Het drietal had in den trein tusschen Amers
foort en Amsterdam het spelletje met de drie
notedopjes en het stukje kurk gespeeld. Tegen
inzet mocht het publiek raden onder welk dopje
het kurkje lag. Door de vingervlugheid van de
spelers raadden de slachtoffers steeds mis. Een
burger, die ook had meegespeeld, ontpopte zich
aan het Centraal-Station als een agent in bur
ger. Hij maakte proces-verbaal op wegens
hazardspel, met bovenvermeld gevolg.
DE DOODENDE STROOM.
Voor de rechtbank te Groningen stonden
gisteren terecht ing. W. en de monteur P., die
ervan werden verdacht, dat aan hun grove on
voorzichtigheid en roekeloosheid is te wijten,
dat de monteur Ettema dezen zomer bij werk
zaamheden aan het prov. electr. bedrijf door in
aanraking te komen met den sterken stroom
werd gedood. Na vele getuigenverklaringen con
stateerde de Officier van Justitie, dat de mon
teur P. zich niet schuldig gemaakt had aan de
roekeloosheid, zoodat hij werd vrijgesproken.
Daar de Officier van meening was, dat ing. W.
de controle niet aan P. had moeten overlaten,
aangezien deze niet op de hoogte was met de
plaatselijke situatie en niet was verbonden aan
het bedrijf, achtte hij hem wel schuldig en
eischte één week hechtenis.
DOODELIJKE AANRIJDING TE LEIDEN.
In hooger beroep heeft voor het Haagsche
Gerechtshof terecht gestaan de 19-jarige mon
teur B. C. H. uit Voorschoten, die door de
Haagsche rechtbank, wegens het schuldmis-
drijf omschreven in art. 307 W.v.S., is ver
oordeeld tot 6 maanden hechtenis met intrek
king van het rijbewijs voor den tijd van één
jaar.
H. heeft, naar de verschillende ooggetuigen
verklaarden, in den avond van 17 Juni 1932
te ongeveer 11 uur met een-door hem bestuur
de auto gereden op den Maresingel te Leiden
en daarbij ter hoogte van de Waldeck Pyrmont-
straat zekere mevr. Kiel, die aldaar met haar
zoon wandelde zoodanig aangereden, dat zij
aan de gevolgen van die aanrijding is over
leden.
Verdachte beweerde, door eenige hem tegen
komende wielrijders genoodzaakt te zijn ge
worden plotseling een wending naar rechts
te maken, waardoor hij in "anraking met het
slachtoffer is gekomen.
De advocaat-generaal mr. Brants, concludeer
de tot bevestiging van het vonnis, op grond
dat IJ. ondoordacht en roekeloos heeft gereden
en hij om dezen reden de opgelegde straf in
overeenstemming met den ernst van het feit
achtte.
Mr. L. Weijl uit^Leiden betoogde, dat de ge
tuigenverklaringen niet precies klopten en er
te veel tegenstrijdigheid in de beweringen ter
getuigen is.
Naar pleiter's gevoelen heeft men hier met
een droeven samenloop van omstandigheden te
doen, zoodat pleiter concludeerde tot vrij
spraak, subs, oplegging van een zeer clemente
straf.
Arrest 1 Februari a.s.
De opvarenden gered.
Op de IJssel onder de gemeente Angerlo is
gisterenmiddag omstreeks 2 uur het zeilschip
„Josephine" van schipper de Beijer uit Gendt
(Geld.) bij het opdraaien op eigen anker ge-
loopen en gezonken. Ternauwernood wisten
schipper de Beijer met vrouw en knecht zich
nog te redden door in het roeibootje te sprin
gen. Het schip, dat 200 ton meet, was geladen
met grint en op weg naar Doesburg. Verzeke
ring dekt de schade. De rijksbakenmeester
heeft de noodige voorzieningen getroffen ter
waarschuwing voor de scheepvaart.
Veestapel omgekomen.
Gisterennacht is de boerderij van H. v. d.
Meer te Koudum, eigendom van den heer O.
Miedema te Birdaard, door onbekende oor
zaak tot den grond toe afgebrand.
De bewoners konden slechts door in nacht
gewaad te vluchten aan den dood ontkomen.
Een paard en meer dan dertig stuks vee
kwamen in de vlammen om. De schade wordt
door verzekering gedekt.
Donderdagavond omstreeks half 9 brak in
de gebouwen der fa. Goossens aan het Hel-
schriksel te Venlo in een der loodsen een brand
Uit, die zich aanvankelijk zeer ernstig liet
aanzien. De achtergebouwen zijn hoofdzake
lijk tot pakhuizen ingericht en aan verschil
lende firma's verhuurd. In de houten loods,
waar het vuur uitbrak was het rollend mate
riaal van den fruit- en groentehandelaar Rin-
ner uit Venlo geborgen; o.a. bevonden er zich
een vrachtauto, eenige venterskarren, verschil
lende roomijswagentjes eenige fietsen, een
groote partij autobanden en een benzinewagen
tje. Een bewoner van het aangrenzende woon
huis, die den brand ontdekte, trachtte, daarbij
geholpen door inmiddels toegeschoten hulp den
auto en den benzinewagen uit het brandende
gebouw te redden in welke pogingen zij na
veel moeite slaagden.
De houten loods was spoedig een groote,
laaiende fakkel.
In het aangrenzende perceel, dat als garage
der fa. Conrads is ingericht, waren vijf luxe
auto's gestald, waarvan er drie verzekerd
waren. Met vereende krachten kon men ook
nog deze auto's redden. De deur en het dak
van dit gebouw, waren intussclien ook reeds
aan het branden.
De brandweer, die spoedig ter plaatse was,
tastte het vuur van alle zijden aan.
De houten loods, die geheel uit haar voegen
hing, werd grootendeels omgetrokken, waar
door het vuur spoedig doofde. Met eenige stra
len bluschte men het begin van brand, in de
garage. In een goed uur tijds was men het
vuur geheel meester en kon de brandweer in
rukken.
In de drukke volksbuurt trok de brand groo
te belangstelling. Naar men ons mededeelde,
wordt de schade door verzekering gedekt.
BEDRIEGLIJKE BANKBREUK.
Een veehouder uit Lutjebroek (in de nabij
heid van Alkmaar) werd in Juli j.l. failliet ver
klaard. De man wilde uit het faillissement een
kleine reserve overhouden en bracht daarom in
den nacht vóórdat de curator zijn bezittingen
kwam controleeren, vier koeien, een aantal pin
ken, 600 contanten en een partij meubelen
naar zijn zoon. Toen de curator navraag deed
naar vee, contanten en inboedel, gaven, vader
en zoon voor, zich niets meer te herinneren van
de transactie. De zoon kreeg later berouw, toog
naar den curator en vertelde, dat hij gekregen
had, wat den crediteuren toekwam. De vader
beweerde zijn zoon slechts „een geschenk" te
hebben willen geven.
De rechtbank te Alkmaar veroordeelde den
vader wegens bedrieglijke bankbreuk tot zes
maanden gevangenisstraf. Gisteren diende de
zaak in hooger beroep. De procureur-generaal
voor het Amsterdamsche Hof achtte kwade
trouw aanwezig en requireerde bevestiging van
het vonnis.
De verdediger, mr. E. B. Asscher, pleitte
vrijspraak, subs, clementie.
Arrest 2 Februari.
ƒ1400 VERDWENEN.
De rechtbank heeft gisteren de behandeling
voortgezet van de zaak tegen den gewezen pen
ningmeester van den Uiteinde- en Middenpol
der te Ter Aar, W. de B., die terecht heeft ge
staan wegens valschheid in geschrifte en ver
duistering van een bedrag van 1400.
Mr. Van Asch van Wyck requisitoir nemend
zeide, dat is vast komen te staan, dat de 1400
verdwenen zijn.
Mocht de rechtbank de verduistering niet be
wezen achten, dan blijft nog over de verval-
sching en het gebruik maken van het ver-
valschte stuk als zijnde echt en onvervalscht.
Om deze redenen requireerde spr. tegen ver
dachte 10 maanden gevangenisstraf.
Vonnis 2 Februari a.s.
ERNSTIGE AANRIJDING.
Gisteren is de 50-jarige courantenbezorger
v. d. S. door een auto, bestuurd door den heer
T. uit Goutum (Fr.), bij het oversteken van
den Groningschen straatweg onder Leeuwar
den aangereden. De ongelukkige bekwam een
arm- en beenbreuk henevens een zware hoofd
wonde. Per brancard lp het slachtoffer naar
het Stadsziekenhuis te Leeuwarden overge
bracht. De auto is licht beschadigd. Den chauf
feur treft geen schuld.
In het verslag omtrent den toestand der N.V.
„Het Concertgebouw" te Amsterdam over 1931
1932 wordt allereerst herinnerd aan de Haydn-
herdenking.
Uitgaande van Haydn werd verder een over
zicht gegeven over de belangrijkste uitingen op
symphonisch gebied der 18de, 19de en 20ste
eeuw. Ook aan de hedendaagsche toonkunst
werd weer een voorname plaats ingeruimd. Ver
schillende componisten waren uitgenoodigd om
hun eigen werken te vertolken. Sergei Proko-
fieff en Ernst Toch speelden hun eigen piano
concerten, Marguérite Long introduceerde Mau
rice Ravel's nieuwe pianoconcert onder leiding
van den componist, Alfredo Casella trad op als
pianist en dirigent, aan werken van Alexander
Glazounoff was een matinée gewijd, waarbij de
componist op treffende wijze werd gehuldigd.
Bij zijn afscheid als dirigent van het Concert
gebouw werd de beteekenis van Cornelis Dop
per als Nederlandsch componist door een Dop
per-avond opnieuw gereleveerd.
Verder werd een aanzienlijk aantal werken
voor het eerst uitgevoerd.
Goethe's 100ste sterfdag werd herdacht door
een programma met composities naar werken
van den dichter.
Door het koor der „Maatschappij tot Bevorde
ring der Toonkunst" werd de „Hohe Hesse" van
Joh. Seb. Bach uitgevoerd, terwijl op Palm
zondag weer de Matthaus-Passion belangstel
lenden uit het geheele land in het Concertge
bouw vereenigde.
Buiten Nederland behaalde ons orkest onder
leiding van Willem Mengelberg weer groote
successen op een tournée in het Rijnland en
te Brussel en Parijs, waar voor 't eerst in de
Grand Opéra twee concerten werden gegeven."
De financieele toestand.
In economisch opzicht heeft het afgeloopen
boekjaar voor de Vennootschap belangrijke fi
nancieele gevolgen gehad. Het stond In het
teeken eener streng doorgevoerde bezuiniging,
waartoe de tijdsomstandigheden alle reden
gaven.
Wat de inkomsten betreft, valt het op, dat
de opbrengst der abonnementen (contributiëu)
daalde met ruim 17.000.die der entree
gelden met 13.000.Op dit laatste hoofd was
evenwel te vorigen jare een bate van 4.000
geboekt, die door wijziging in den opzet van
sommige concerten thans aan de exploitatie van
het orkest ten goede kwam. De meerdere inkom
sten uit dezen hoofde 11.000) vonden, be
halve in het vorenstaande, hun oorzaak voor
namelijk in bezuinigingen op de reiskosten, de
vervoerkosten der bagage en de honoraria der
dirigenten, terwijl bovendien de medewerking
van ons orkest voor enkele, onder deze rubriek
vallende extra-concerten verbeterde de op
brengst der Haag-concerten met bijna 3.000.
De achteruitgang van de posten besproken
plaatsen en vestiaire te zamen met bijna
6.000 is te wijten aan het geringere be
zoek; de post zaalhuren bracht echter een
hoogere bate van 500 in; de inkomsten uit
het buffet stegen met eenzelfde bedrag.
De nadeelige gevolgen van een vermindering
in den omzet der programma's werden niet
slechts door strenge bezuiniging gecompenseerd,
doch de opbrengst vermeerderde met 1.100. De
uitgaven verminderden bijna over de geheele
linie: de post salarissen orkest met ongeveer
13.000, gevolg van het pensionneeren van een
aantal oudere orkestleden, van de medewerking
der dirigenten ten aanzien der minder her
haalde vervanging van tijdelijk afwezigen en
het in geringere mate doeri verrichten van
overwerk; die der sojisten met welhaast
7.000, deels door het niet-engageeren van
enkele zeer hoog gehonoreerde krachten, deels
doordat verschillende hunner aan ons verzoek
afstand te doen van een gedeelte van het over
eengekomen honorarium bereidwillig hebben
voldaan.
De salarissen van het personeel stegen met
ruim 3,000, grootendeels het gevolg eener juist
in dit seizoen vallende periodieke verhooging.
Deze hoogere uitgave werd voor tweederde ge
compenseerd door de besparingen, bereikt op
de posten bureaulisten en suppoosten en pen
sioenfonds employé's. Een grooter gedeelte der
pensioenpremie werd op de salarissen gekort.
Groote zorgen baart de stijging der uitgaven
voor het pensioenfonds van het orkest.
Op de Gemeente Amsterdam zal wederom
een beroep tot uitkeering van het suppletoir
subsidie ad 25.000 moeten worden gedaan.
De directe belastingen stegen met vijf percent.
De overige uitgaven daalden in belangrijke
mate.
Parsifal.
Op 13 Februari a.s. zal het, gelijk bekend,
een halve eeuw geleden zijn, dat
Richard Wagner te Venetië overleed. Ter
herdenking van dit feit zal de Wagnervereeni-
ging, met medewerking van het Concertge
bouworkest, op Zaterdag 11 en Zondag 12 Fe
bruari, des namiddags te 4 uur een ledenuit
voering geven van „Parsifal", in den Stads
schouwburg te Amsterdam.
De muzikale leiding is in handen van Dr..
Willem Mengelberg. De bezetting is nagenoeg
dezelfde als van de laatste uitvoeringen van
„Parsifal" te Bayreuth.
Solisten zijn o.a. M. Fuchs, F. Wolff, A. Kip
nis, Th. Scheide en E. Habich.
Op den sterfdag zelf zal een speciale herden
kingsavond in het Concertgebouw plaats vin
den. De herdenkingsrede zal worden uitge
sproken door Thomas Mann. Voorts zal het
Concertgebouw-orkest onder leiding van Wil
lem Mengelberg enkele fragmenten uit de wer
ken van Wagner ten gehoore brengen.
Het Ministerie van Buitenlandsche Zaken
maakt bekend, dat op 4 Januari 1933 op het
Secretariaat van den Volkenbond is Ingeschre
ven de Nederlandsche akte van bekrachtiging
van het verdrag betreffende de aanduiding
van het gewicht op groote stukken, vervoerd
per- schip, dat als ontwerp-verdrag werd aan
genomen in de in 1929 te Genève gehouden
twaalfde zitting der Internationale Arbeids-
conferentie (Staatsblad 1932, no. 185).
VADER RIJDT ZIJN EIGEN KIND DOOD.
De melkrijder J. de G. te Schagerbrug reed
met zijn vrachtauto achteruit zijn erf af, toen
zijn tweejarig zoontje plotseling achter den
wagen liep. De kleine kwam onder de wielen
terecht en overleed spoedig aan de bekomen
wonden.
Blijkens een Reuter-bericht uit Serang is de
Krakatau wederom voortdurend in werking
en worden groote hoeveelheden lava uitgestoo-
ten.
Met welke kracht dat geschiedt, moge blij
ken uit het feit, dat gisteren de gloeiende
massa werd omhooggespoten tot de enorme
hoogte vaa 4000 voet.
M..
De oprichtingsvergadering.
Woensdagavond is in de groote zaal van het
gebouw „De Vereenigpng" in de Wlllemstraat
te 's-Gravenhage de oprichtingsvergadering ge
houden van den Katholiek Democratlschen
Bond.
Naar schatting waren ongeveer een 350 per
sonen in de zaal aanwezig.
De vergadering stond onder leiding van den
voorzitter van het voorloopig comité prof. dr.
J. A. Veraart.
Prof. Veraart hield na opening der vergade
ring een rede, waarin hij het crisis-beleid van
de R. K. Staatspartij critiseerde en de misvor
ming van het instituut der kwaliteitszetels en
verklaarde tê passen voor de politiek van den
„gulden middenweg". Hij richtte zich tegen de
coalitie, tegen het kapitalisme, tegen „Stre
berei" en tegen de Katholieke pers en zag de
oplossing in een democratisch program-minis
terie. Daarvoor had spreker een crisis-pro
gram gereed.
Hierna was gelegenheid om vragen te stellen.
De heer Kuitenbrouwer merkte op, dat prof.
Veraart gezegd heeft de eenheid te willen en te
strijden tegen het kapitalisme en vroeg, of dan
ook niet gestreden wordt tegen het werk, dat
de arbeider verricht.
De heer v. d. Pet meende, dat uit het Ka
tholicisme het communisme moet komen.
Daar deze spreker niet tot het stellen van
een vraag kwam, werd hem het woord ont
nomen.
Hierop ontstond eenig rumoer.
De heer Kasteel vroeg, of prof. Veraart, spre
kende over vergif, bedoelde de heele Katho
lieke pers en of daaronder ook de Maasbode
werd bedoeld. Verder vroeg hij, of prof.
Veraart bereid was een avond met hem te- de-
batteeren over de politiek der Katholieke
Staatspartij gedurende de laatste 4 jaren.
De heer Ernst vroeg waarom de voorzitter
hier het woord niet de vrije ruimte heeft ge
geven voor gedachtenwisseling over democra
tie. Voorts vroeg hij, of prof. Veraart werke
lijk meent, dat diens zienswijze en actie dë
redding zal brengen voor Nederland en of het
geen ramp fs te achten, dat door deze bewe
ging de eenheid verloren gaat. Waarom moest
In 1929 de kwaliteitsactie zoo scherp opgevoerd
worden dat prof. Veraart zich aan de politieke
actie onttrok?
De heer v. d. Laar vroeg, of er nog contact
heeft bestaan tusschen het voorloopig comité
van den Kath. Dem. Bond en de in de Staats
partij gebleven leden der Democratische Club.
Prof. Veraart, de vragers beantwoordend,
meende, dat de heer Kuitenbrouwer kapitaal,
kapitalisme en kapitaal-goederen verwart. Wij
keeren, aldti£ spr., ons niet tegen kapitaal
goederen. De vraag is, of het systeem van het
kapitalisme niet een zoodanig gebruik van de
kapitaalgoederen heeft gemaakt, dat daaraan
de groote massa der arbeiders is opgeofferd.
Da bedoeling van democratie, zooals spr. dat
verstaat, ls om de arbeiders te brengen in het
productieproces op de plaats waar zij rechtens
behooren.
Spr. herhaalde, wat hij ten opzichte van de
Katholieke pers heeft gezegd. Er is meer dan
een verschil van nuance tusschen hetgeen over
spr.'s persoon In de Residentiebode en de
Maasbode Is gezegd. Maar de bespreking in de
Maasbode over spr.'s laatst verschenen Staat
kundige kronieken, vindt spr. een schandaal.
Tot een gedachtenwisseling met den heer.
Kasteel verklaarde spr. zich ten volle bereid.
Het vrije woord, dat de heer Ernst vroeg,
kan vanavond niet gegeven worden, omdat'
moet gebleven worden hij de oprichting van
een Katholiek Democratischen Bond.
Wat de eenheid betreft, zeide spr., dat hier
thans niets wordlt gebroken, er wordt al
leen geconstateerd.
Het kwaliteitszetelvraagstuk van 1929 is
voor spr. een bewijs, dat de overeenkomst van
1926 niet ernstig was gemeend.
Of er voeling ig geweest tusschen het voor
loopig comité van den Katholiek Dem.
Bond en de leden van de Democratische Club
die in de Katholieke Staatspartij zijn geble
ven, is spr. niet bekend.
Hierna werden de statuten behandeld en
goedgekeurd, waarna de voorzitter den Katho
liek Democratlschen Bond voor opgericht ver
klaarde.
Hierna werd het crisisprogram behandsld
en goedgekeurd.
Uit de statuten van den Katholiek-Democra-
tischen Bond blijkt, dat deze een gewone poli
tieke partij wil zijn, waarvan het lidmaatschap
onvereenigbaar is met dat van een andere
staatkundige partij.
Deze nieuwe „partijformatie" en afscheiding
van de R. K. Staatspartij wordt in het „crisis
program" allerminst gerechtvaardigd.
Bevordering van productieve werken, steun
aan levensvatbare bedrijven en aan de groote
gezinnen wil de Staatspartij ook.
Het vraagstuk van de verkorting van den
arbeidsdag wil dezelfde partij, blijkens de rede
van haar fractie-voorzitter in Genève, ernstig
zien onderzocht. Of handhaving daarbij van het
arbeidsloon met het geheele welvaartspeil van
het Nederlandsche volk, vooral tegenover de
buitenlandsche concurrentie, overeen te bren
gen is, zal juist het voornaamste punt van
Onderzoek moeten uitmaken.
Maar misschien moet er een nieuwe partij
worden opgericht voor de vervanging van de
Nederlandsche Bank door een Staatsclrculatie-
en credietbank? Van een behoorlijk toezicht op
het bankbedrijf, het voornaamste punt op het
terrein van het credietwezen, is de R.K. Staats
partij al wederom allerminst afkeerig.
Of voor de instelling van een crisisfonds? Of
voor verdere conversie? Of wil soms ook de
R.K. Staatspartij bezuiniging op salarissen en
onderwijs ook zonder, „uiterste noodzaak?" En
tot inkrimping van de sociale wetgeving bleek
ze nog in 't geheel niet bereid!
Over financieele voorstellen als;progressieve
crisisbelasting op de inkomens, verhoogde in
voerrechten op artikelen van weelde, tegengaan
van kapi taalvlucht, opheffing van het bankge
heim valt ook zonder oprichting van een nieu
we partij te praten. Maar de belangen van het
zoo bedreigde bedrijfsleven mogen hierbij niet
uit het oog worden verloren.
Na de aanneming in de Tweede Kamer van
het door een „Katholiek" amendement nog be
langrijk gewijzigd ontwerp-Verschuur, ls voor
al op het punt van publiekrechtelijke bedrijfs
organisatie een aparte partij formeering van
katholieke zijde wel bijzonder overbodig.
De steriele versplintering vreet verder.
UITBREIDINGSPLANNEN
KRUISVAARDERS ST. JAN.
Naar de Januari-aflevering van „De Nieuwe
Kruistocht" der Kruisvaarders van St. Jan
mededeelt, zal het dit jaar wederom tot uit*
breiding moeten komen. Er moet nog veel ge
bouwd worden, terwijl o.a. verscheidene werk
plaatsen dienen te worden uitgebreid.
Door middel van het St. Jozef-bouwfonds
hoopt men dit jaar de plannen werkelijkheid
te doen worden.