DE „ZEVEN PROVINCIËN" CAPITULEERT
21 MAN DOOR BOM GEDOOD
WAARONDER 3 EUROPEANEN
DE OVERGAVE
VRIJDAG 10 FEBRUARI 1933
DE MUITERS VERLATEN
HET SCHIP
ONTMOETING MET HET MUITER.
SCHIP.
VOORZORGSMAATREGELEN BIJ
HET ESKADER.
TWAALF DOODEN, VIJF EN
TWINTIG GEWONDEN.
HOE HET DRAMA ZICH AFSPEELDE.
VERKLARING IN DEN VOLKSRAAD.
EEN PALM DER HULDE.
DE ACHTERGEBLEVENEN DER
„ZEVEN PROVINCIËN".
HET „CAMBO" VERGADERT.
De muiterij sterk afgekeurd.
Clementie voor de muiters bepleit.
bewakingstroepen naar
ONRUST.
HOUDT DEN GOEDEN KOERS
EE PLAATST REGELMATIG
HET AANTAL DOODEN STIJGT.
DE VERVOLGING DOOR DE
ALDEBARAN.
HET MUITERS-A VONTUUR BLOEDIG BEËINDIGD
BATAVIA, ld Februari (ANETA)
Vrijdagmorgen 10.45 uur.
De commandant van het eskader som
meerde radiografisch de „Zeven Provinciën
tot onvoorwaardelijke overgave, daaraan
toevoegende, dat anders geweld zou worden
gebruikt.
Medegedeeld werd, dat de vlag moest
worden geheschen en een wit kleed moest
worden getoond op het zonnedek, terwijl
het schip 10 minuten bedenktijd werd gege
ven.
De „Zeven Provinciën" antwoordde met
een draadloos telegram, gelijk aan dat, waar
van eerder melding werd gemaakt, waaraan
was toegevoegd: „val ons niet lastig."
Hierop wierp de vliegmachine de eerste
bom naast het muitende schip.
De „Zeven Provinciën' gaf zich over, na
dat het te 9.13 uur door een bom van een
Dornier-vliegboot was getroffen.
Brand brak uit aan boord van de „Zeven
Provinciën". De bemanning verlaat 't® schip
en gaat in de booten.
De brand is blijkbaar niet ernstig, daar de
„Zeven Provinciën" doorgaat met radiogra-
feeren.
De witte vlag geheschen
Aneta-Holland meldt:
In den afgeloopen nacht werd bij den Marine
staf op het Departement van Defensie de vol
gende officieele mededeeling ontvangen:
„Heden, 9 uur, werd „De Zeven Provinciën"
gesommeerd voor Straat Soenda lot onmiddel
lijke en onvoorwaardelijke overgave door een
groep vliegbooten. Hierop werd door „De Ze
ven Provinciën" verwezen naar de bekende
proclamatie, waaraan werd toegevoegd, dat niet
gehinderd moest worden. Een watervliegtuig
wierp daarop een bom van 50 kg. op „De Ze
ven Provinciën". Lichte brand ontstond. Aan
boord werden witte vlaggen geheschen. „De
Zeven Provinciën" gaf zich over."
De bom geworpen.
BATAVIA, 10 Februari. (ANETA.)
De. ontmoeting van het eskader met Hr. Ms.
„De Zeven Provinciën" ontwikkelde zich vol
gens het ontworpen programma.
De bom. die uitgeworpen werd woog 50 kg.
en is gevallen op een nog niet bekende plaats.
De bom heeft brand veroorzaakt maar tot op
dit oogenblik zijn de gevolgen niet ernstig.
Bij het begin van de operaties ontwikkelde
zich de ontmoeting conform het van tevoren
ontworpen programma. Hr. Ms. kruiser „Java"
bleef met de torpedobootjagers, onderzeebooten
gereed om in actie te komen op verren afstand,
terwijl de Dornier Wall-vliegbooten over
„De Zeven Provinciën" heenviogen. Bij deze
vluchten werd de bom uitgeworpen.
Na radiotelegrafischen eisch van overgave
van des eskadercommandant ging de beman
ning ongewapend in de booten. Inmiddels voer
het eskader in formatie op naar het muiter-
echip.
Hr. Ms. „De Zeven Provinciën" is thans we
derom onder commando van de officieren.
Wij vernemen nader dat een bom van het
type van 50 kg., zooals er een geworpen werd
beschouwd moet worden als behoorend tot het
minst gevaarlijke soort wapen dat niet veel
schade kan aanrichten op een zoo groot schip
als „De Zeven Provinciën."
Indien de overgave van het muiterschip niet
onmiddellijk gevolgd zou zijn'dan had men
een zwaarder bom geworpen, n.l. een van 200
kg. gewicht van welke soort de vliegbooten er
verscheidene meevoerden voor alle omstandig
heden.
BATAVIA, 10 Februari. (ANETA)
Naar wij van officieele zijde vernemen zijn,
alhoewel daartoe geen rechtstreeksche aanleiding
of aanwijzingen waren, en uitsluitend als voor
zorgsmaatregel bij het vertrek uit Soerabaja,
maatregelen getroffen om de Inlandsche be
manning van de torpedobootjagers „Piet Hein"
en „Evertsen" cn een deel van deze bemanning
van Hr. Ms. „Java" hoofdzakelijk te vervangen
door Europeanen.
Bij aankomst van het eskader te Tandjong-
Priok werden gevankelijk een Europeesche
kwartiermeester en twee schepelingen uit het
eskader afgevoerd, zulks als resultaat, van een
telegram van de commissie van onderzoek in
zake de gebeurtenissen bij de Marine te Soe
rabaja.
BATAVIA, 10 Februari. (ANETA.)
In afwijking van de vroegere berichten kan
thans worden gemeld, dat de Dornier-Wall-
vliegtuigboot niet twee doch slechts één bom
heeft geworpen.
Deze bom heeft twaalf loden van de be
manning gedood cn 25 gewond.
BATAVIA, 10 Februari. (ANETA.)
Het verslag van Aneta's specialen correspon
dent aan boord van Hr. Ms. „Java" behelst de
volgende bijzonderheden van de overgave van
het muiterschip.
Aan het drama van Hr. Ms. „De Zeven Pro
vinciën" kwam hedenmorgen een einde, toen
Hr. Ms. kruiser „Java" „De Zeven Provinciën"
sommeerde om zich over te geven.
De bemanning van Hr. Ms. „De Zeven Pro
vinciën" heeft langs radiografischen weg de
goede ontvangst van deze sommatie erkend,
vervolgens hebben de muitelingen tot driemalen
toe het antwoordtelegram uitgezonden, inhou
dende de geseinde bekendstelling van hun voor
nemens, welke tekst gevolgd werd door de
woorden „Ons niet hinderen".
Na den voorgeschreven tijd, die na de som
matie moest verloopen, werd vervolgens een
bom van 50 kilogram uit een Dornier Wall-
vliegboot op het schip geworden. De ontplof
fing van het projectiel had tot resultaat dat
twaalf leden der bemanning werden gedood
en 25 gewond.
Aan de gewonden werd onmiddellijk genees
kundige hulp verleend door de omliggende
marineschepen.
De inslag van de bom deed brand ontstaan
aan boord van „De Zeven Provinciën". Deze
brand werd blijkbaar gebluscht. De muitende
bemanning blijft voorloopig aan boord van het
schip. Aldaar worden -de heihamels uitgezocht.
Vliegbooten vertrokken.
BATAVIA, 10 Februari. (ANETA.)
De Dornier Wall-vliegbooten, die aan de
expeditie tegen de „De Zeven Provinciën" heb
ben deelgenomen zijn, met uitzondering van
de D-35, die in de buurt blijft, teruggekeerd
naar Telok Betong.
llr. Ms. kruiser „Java".
H. \l;s tor pedoboot jager „Evertsen", door marine-vlieg.'ui gen begeleid, uil varend
naar de Oost.
Ook drie gewonden overleden
(Per telefoon.)
BATAVIA, 10 Februari. (VAN ONZEN BIJ
ZONDEREN CORRESPONDENT.)
De bom is geworpen door het Dornier Wall-
vliegtuig D 11. Vermoedelijk is de bom in
geslagen dicht bij het kombuis, omdat zich
onder de dooden drie inlandsche koks bevin
den.
Het aantal dooden is totaal 18, waaronder 2
Europeesche minderen beneden den rang van
onderofficier, 12 inlanders, terwijl drie lijken
onherkenbaar zijn verminkt, zoodat de nationa
liteit niet is vast te stellen.
Er zijn negen zwaar gewonden, waaronder
een Enropeesch schepeling. Zeer licht gewond
is de luitenant de Vos van Steen wijk.
Officieele tegenspraak.
MEDAN, 10 Februari. (ANETA.)
Van officieele zijde wordt het bericht van
den Atjeh-correspondent der „Deli-Courant"
tegengesproken, volgens hetwelk de Europee
sche schepelingen van „De Zeven Provinciën",
die waren achtergebleven te Koetaradja, gewei
gerd zouden hebben petrouillediensten te ver
richten, waarop zij gevangen zouden zijn gezet.
Men deelt aan Aneta mede, dat het bericht
van de „Deli-Courant" onjuist is, dat er geen
kwestie is geweest van het niet gehoorzamen
aan bevelen, dat de Europeesche schepelingen
echter slechts gedurende korten tijd patrouille
diensten verrichtten, aangezien er weinig tijd
was.
Ten rechte, aldus deelt men ons mede, is
slechts een Europeesche schepeling gearres
teerd en wel wegens dronkenschap,
J. ru-
Het type van een Dórnier-Wall-vliegboot, die de bom op de „Zeven Provinciën!*-
lifA i ttU&u
Naar aanleiding van het uitbreken van mui
terij op het Nederlandsche pantserschip „De
Zeven Provinciën", in de parlementaire ge
schiedenis van ons land bekend als de „Tal-ma.",
welke staatsman de parlementaire en wettelijke
geboorte van het schip bevorderde, leest men
uitingen van groote verbazing, met sprake
loosheid gepaard gaande, over de mogelijkheid
van dit ongehoorde feit.
Wij voor ons waren noch verbaasd, noch
sprakeloos, maar wij namen Jaargang 1905
1906 van de Handelingen der Staten-Generaal,
Tweede Kamer, bladz. 52, 54, 57, 58 (Adres
debat) en bladz. 705—723 (begrooting van
Hoofdstuk VI der Staatsbegrooting voor 1906,
departement van Marine).
Daar lazen wij, dat het Ministerie De Mees
ter den Bond van Marine-Matrozen als een
vakvereeniging erkend had, en dat daartegen
zich zeer krachtig verzet hebben de leden der
Tweede Kamer mr. Baron van Wassenaer van
Catwijck, oud-marine-officier, jhr. mr. de Sa-
vornin Lohman, allebei christelijk-historischen,
en vooral jhr. mr. Abraham Pieter Cornelis
van Karnebeek, oud-liberaal.
Deze laatste oud-minister zeidc o. m. dit:
„Maar het wil mij voorkomen, dat, als de
Marine-Matrozenbond voortgaat op den inge
slagen weg, zooals hij dat in de laatste jaren
gedaan heeft dat was derhalve onder het
MinisterieKuyper, kort tevoren op 15 Augus
tus 1905 afgetreden er noodzakelijkheid zal
ontstaan, om de zaak voor den rechter te bren
gen, en bij den rechter aanhangig te maken de
vraag, of die bond niet is een door de wet en
Grondwet verboden vereenigingMaar tocli
wil ik aan den heer Minister verzoeken, zich
tijdig in deze zaak in te denken, zich te her
inneren de bekende spreuk van Caveant Con-
sules, en zich van het vervullen van dit deel
van zijn Regeeringstaak en van zijn Regee-
ringsplicht niet te laten afbrengen door eenige
vervaardheid voor marktgeschreeuw."
Wij zijn thans in 1933 nog even ver als in
de dagen van 1905. alleen hebben de anti-mo
narchale bonden in het huis der monarchie hun
afbrekingstaktiek kunnen voortzetten, want
zulk werk verbieden strijdt met de zóó hoog
geprezen vrijheid, welke alom gehuldigd wordt,
behalve juist daar, waar men deze het meest
zou verwachten.
De voorspelling van den ouden van Karne
beek is nu acht en twintig jaar later vervuld,
zal nu ook zijn vermaning tot den zwakken
minister van Marine, Cohen Stuart, werkelijk
heid worden
Wij vreezen om wille van de vrijheid met
groote vreeze, maar leggen op van Karnebeeks
graf op Oud Eik en Duinen te 'sHage in den
geest den palm der hulde.
GOULMY.
Ontvaar gerucht over dienstweigering.
MEDAN, 10 Februari. (ANETA)
Men meldt ons, dat de Atjeh-correspondent
van de Deli-Courant aan zijn blad seint, dat
de zeelieden en stokers van Hr. Ms. „De Zeven
Provinciën", die aan land 'zijn achtergebleven,
order gekregen hebben van den militair-com
mandant, Kolonel Behrends, om patrouilledien
sten te verrichten, zulks in samenwerking met
de marechaussee's. De patrouilles worden uitge
voerd in de richting van Tjalong en Tang-
Geumpang.
Hierbij wordt gemeld, dat de inheemschen
aan dit bevel hebben gehoorzaamd, doch dat alle
Europeesche manschappen geweigerd hebben
aan dit bevel te voldoen.
Zij werden daarop allen gearresteerd.
Gisterenavond om 8 uur werd te Den Helder
een vergadering gehouden van het „Cambo".
Voor-het Casinogebouw was zeer groote belang
stelling van de zijde der burgerij. De vergade
ring was echter alleen toegankelijk voor mili
tairen in uniform. Ook voor de pers was, op
last der Marineautoriteiten, de toegang verbo
den.
Aanwezig waren voor het Casinogebouw de
burgemeester van den Helder, de Commissa
ris van politie, eenige inspecteurs en agenten
van politie en militaire politie. Controle voor
BATAVIA, 10 Februari. (ANETA.)
Een detachement infanterie is heden van het
garnizoen Meester-Comelis uitgerukt naar
Tandjong-Priok, alwaar het gedirigeerd is ter
bewaking vaA de muiters op Onrust.
UW KABOUTE RTJEI
Europeesche minderen onder
de muiters.
BATAVIA, 10 Februari. (ANETA.)
De commandant van de Zeemacht in Ned.
Indië verklaarde in den Volksraad, in de ver
gadering van heden, dat Europeesche minderen
eveneens hebben deelgenomen aan de mui
terij.
De ontvangen telegrammen toonen aan, dat
aan boord van de „De Zeven Provinciën" wa
ren 16 officieren, 9 Europeesche onderofficieren,
drie Inlandsche onderofficieren, 44 Europee
sche korporaals en minderen en 184 Inlandsche
korporaals en minderen.
De straat Soenda.
Bovendien werd vernomen dat bij „De
Zeven Provinciën" het plan bestond om. wan
neer voedseltekort zou ontstaan; koopvaardij
schepen te berooven.
BATAVIA, 10 Februari. (ANETA.)
In zijn uiteenzetting in den Volksraad heeft
schout-bij-nacht Ost.cn o.m. nog medegedeeld,
dat de aanval geprojecteerd was in drie phasen.
Deze bestonden uit ten eerste een aanval met
bommen uit Dornier Wall-vliegbooten, ten
tweede een aanval met oorlogstorpedo's en ten
derde een aanval met geschut.
Deze volgorde werd door de autoriteiten ge
kozen door de overweging eenerzijds, dat de
bomaanval reeds daarvóór, n.l. bij de nadering
van de vliegbooten, een dieper indruk maakt
en anderzijds uit de overweging, dat de krui
ser „Java", bewapend met, middelbaar geschut
en hebbende een betrekkelijk lichte pantsering,
niet mocht worden blootgesteld aan het zware
geschut, dat „De Zeven Provinciën" voert. De
muiters zuilen op het eiland Onrust (gelegen
tegenover Tandjong-Priok) worden opgesloten
en aldaar onder bewaking gesteld van mare
chaussees.
Volgens geruchten zijn van de zwaargewon
den nog drie personen overleden, waardoor het
aantal dooden stijgt tot 21.
De dooden worden met den torpedojager
„Evertsen" hedenavond aangebracht op het
eiland „Onrust" om daar begraven te worden.
De gewonden komen hedenavond te Batavia
aan.
Het is zoo goed als zeker, dat de gevangen
officieren zich aan boord van „De Zeven Pro
vinciën" vrij mochten bewegen. Of eenigen
hunner aandeel hadden in de navigatie, zij het
onder dwang van de muiters, staat op het mo
ment nog niet vast.
Morgenmiddag komen de gevangenen op het
eiland „Onrust" aan.
Telegramwisseling met de muiters.
BATAVIA, 10 Februari. (ANETA.)
Wij vernemen thans de bijzonderheden van
de vervolging van Hr. Ms. „De Zeven Provin
ciën" door den gouvernementsstoomer „Alde-
baran".
Onmiddellijk toen de „Aldebaran" „De Ze
ven Provinciën" in zicht kreeg werd van af den
gouvernementsstoomer met de vlaggen het sig
naal gegeven: „Wij hebben u iets te zeggen
De bemanning van „De Zeven Provinciën"
antwoordde hierop met een dreigement voor het
geval de „Aldebaran" langszij zou komen. Van
de „Aldebaran" werd door den verrekijker ge
constateerd, dat aan boord van „De Zeven Pro
vinciën" voorbereidingen werden getroffen om
uitvoering aan dit dreigement te geven, indien
dat noodzakelijk mocht zijn. -
Vervolgens radiografeerde het zendstation
van „De Zeven Provinciën", dat de bemanning
besloten had naar Soerabaja door te varen, aan
welk bericht de bijzonderheden waren toege
voegd, die reeds eerder zijn geseind.
Na ontvangst van deze berichten heeft de
„Aldebaran" een draadloos telegram afgezon
den aan den luitenant ter zee Van Boven, die
zich aan boord bevond van het muiterschip (het
telegram is op dit punt niet duidelijk, onder de
officieren van de Kon. Marine bevinden zich de
luit. ter zee tweede klasse H. L. van Boven en
de officier van administratie tweede klasse L.
P. van Boven). In dit telegram werd den of
ficier verzocht te trachten de bemanning te
overreden. In antwoord hierop kwam een tele
gram van „De Zeven Provinciën", waarin deze
zee-officier antwoordde, dat de bemanning
bleef volharden in haar houding.
Nog weer later zond „De Zeven Provinciën"
een radiogram af aan de „Aldebaran", waarin
gevraagd werd waarom de „Aldebaran" stoom
de met gedoofde lichten.
Op dit telegram werd door de „Aldebaran"
geen antwoord gegeven.
de toegang in het gebouw werd uitgeoefend
door een marinier en een manschap der mili
taire politie.
Over het verloop der vergadering werd ons
het volgende meegedeeld:
De vergadering was buitengewoon druk be
zocht. Als spreker trad op de heer P. S. van
der Vaart, socialistisch wethouder van den
Helder en bestuurder van het „Cambo". Spr.
gaf een uitvoerige beschouwing over het ver
loop van de salarisactie van „Cambo" en becri-
tiseerde de houding van den Minister van De
fensie, omdat de indruk gewekt was. dat de
salariskorting niet zou doorgaan en eerst bij de
aangekondigde salarisherziening nader zou wor
den toegepast.
Verder werd critiek uitgeoefend op het niet
toestaan van een audiëntie bij den minister,
immers men miste nu de gelegenheid om mede-
deelingen te doen betreffende de mentaliteit
van het personeel in Indië.
Sprekende over de muiterij werd een zooda
nig optreden sterk afgekeurd, maar door de
verschillende verslechteringen was de stem
ming zeer ongunstig geworden. Spr. bepleitte
clementie voor de dienstweigeraars en muiters,
en hoopte dat slechts in het uiterste geval ge
weld gebruikt zou worden.
Nadat de spreker zijn uiteenzetting had be
ëindigd, deelde de voorzitter mee, dat ter ver
gadering twee telefoonberichten waren binnen
gekomen, dat de regeering was afgetreden. Dit
bericht verwekte groote instemming en werd
met donderend applaus begroet.
Vervolgens werd een resolutie voorges
waarin o.m. verzocht werd de salariskorting
nog ongedaan te maken.
Een der aanwezigen stelde voor eraan
voegen: trouw te betuigen aan deKoningin
Van bestuurszijde werd dit overbodig geacht,
omdat elk militair bij indiensttreding trouw
belooft aan de Koningin.
Een voorstel om aan de kameraden in Indie
een telegram te zenden zich m alle gevallen
te onderwerpen aan het gezag werd eveneens
overbodig geacht, omdat dit zou kunnen
den opgevat, dat de gevoerde actie met goed
dat de regeering niet was afgetrede
dit bericht groote teleurstelling.
Dc vergadering had een rustig