tijd voot LEZERS VAN ONS BLAD. GEADVERTEERDE ARTIKELEN. DE VATIC A AN SCHE STERRENWACHT I m ANTIEK PORCELEJN. ZATERDAG 11 FEBRUARI 1933 VERHOUDING TUSSCHEN NEDER LAND EN BELGIE. BETREKKINGEN MET DE SOVJET. DE VERORDENING OP DE PERS. BARSTJES IN HET NATIONALE FRONT. A DE NOOD DER PARTICULIERE LANDERIJEN. ITALIË EN HONGARIJE. STORM BOVEN ZWEDEN. Moderne kooplieden geven door hunne advertentiën in de dagbladen blijk, met hunne aanbiedingen de concurrentie het hoofd te kunnen bieden. Zij treden met hunne producten en de prijzen, welke zij er voor rekenen, openlijk op en leveren hierdoor het bewijs, aan het publiek de beslissing in daden van koop te durven overlaten. De meest geadverteerde goederen vinden den groot sten aftrek. Zij zijn bijna altijd de beste en de goed koopste. Koopt dus uitsluitend BIJ PATER STEIN IN DIENS TOREN. De verplaatsing naar Castel Gandolfo. (Van onzen H.-correspondent). ROME. Februari 1933. De Vatikaansche Sterrenwacht wordt gelijk bekend naar Castel Gandolfo in de Albaansche bergen overgebracht en zal daar zijn zetel heb ben in het Pauselijke Paleis, waaraan sinds jaar en dag al het mogelijke wordt gedaan, om het weer tot zomerresidentie van den Paus ge schikt te maken. Het paleis heeft reeds talrijke veranderingen ondergaan en aan een der belangrijkste wordt momenteel druk gewerkt. Voordat de beslis sing van de overplaatsing der Sterrenwacht genomen was, had de Paus aanvankelijk een terrein in de aangrenzende villa Barberini op het oog. Maar bij nadere overweging oordeelde Z. H. het wenschelijk, dat de nieuwe fotografi sche kijker zou worden opgesteld op het hooge terras van het paleis. Dit terras ligt 430 meter boven de zee en biedt naar alle zijden een vrij uitzicht. Omdat het zoo groot is, kwam al dadelijk het denk beeld naar voren, er ook den visueelen kijker te plaatsen, zoodat aldus de heele Vatikaansche Sterrenwacht naar Castel Gandolfo zou komen en- het personeel dus ook in zijn geheel zou overgaan. Op deze manier groeide het probleem van het plaatsen van een nieuwen fotografischen kijker in Castel Gandolfo tot het overplaatsen van de gansche Vatikaansche Sterrenwacht. De nood zakelijkheid van het overplaatsen van den foto- grafischen kijker werd teweeggebracht door de lichten van Rome. Vroeger lagen het Vatikaan en daardoor ook de Sterrenwacht aan den rand van Rome. De Eeuwige Stad is echter zoodanig uitgegroeid, dat thans overal in het rond de nieuwe wijken verrijzen en daardoor is de duis ternis, die voorheen 's nachts heerschte, in een flinke schemering veranderd, waardoor een goed bekijken en vooral fotografeeren van den hemel onmogelijk werd. Voorts was de bestaan de kijker onvoldoende gebleken. De Paus heeft het probleem op Zijne gewone voortvarende wijze opgelost. Zelfs heeft Z. H. zich er in hooge mate voor geïnteresseerd en de nieuwe plannen zijn stuk voor stuk door Hem goedgekeurd, nadat ze door de verschil lende bij den bouw van de nieuwe Sterren wacht betrokken personen aan Hem waren uit gelegd. Onder deze personen bevond zich uiteraard ook Pater J. Stein S.J., de bekwame Neder- landsche astronoom, die indertijd na den dood van- den beroemden Pater Hagen tot diens op volger door den Paus werd benoemd. Teneinde iets naders over den loop der werk zaamheden te hooren, hebben we pater Stein in zijn toren in de Vaticaansche stad opgezocht. Een tocht naar de Vaticaansche Sterrenwacht valt intusschen niet mee. Inderdaad lezer, het is een zware tocht naar den toren van pater Stein. Ten eerste al, om dat het tegenwoordig lang niet gemakkelijk is, de Vaticaansche Stad binnen te komen. Bij den ingang dient men zich eerste behoorlijk te le gitimeeren en dan krijgt men een pasje, waar mede men het recht heeft, zich over de wegen en de dreven van den kleinen staat te bewe gen, evenwel niet zonder af en toe door een Pauselijken gendarme te worden aangehouden, door wien het pasje nauwlettend wordt onder zocht-.: De Vaticaansche Sterrenwacht ligt vrijwel op.: het- hoogste punt van den Vaticaansche st^it en tevens aan den rand er van. Men moet dién staat dus dwars doortrekken. Dit is slechts een kwestie van een kwartier, maar tevens een flinke klim. De tocht geeft evenwel gelegenheid, alles eens nader te bekijken. Wie het territorium van den Vaticaanschen staat vroeger heeft ge kend, staat verbaasd over de groote verande ringen, die er hebben plaats gevonden. Zoo Mussolini Rome's aanschijn veranderd heeft, Paus- Pius XI heeft zich zelf niet alleen aan nieuw gebied verworven, maar tevens een totaal nieuwe omgeving. Slechts de Sint Pie- ter verheft zich daar als van ouds. Overigens is het beeld grondig veranderd. En overal heerscht de grootste orde en netheid. Alles blijkt terdege verzorgd. Slechts hier en daar wordt nog de laatste hand aan een verfraaiend plantsoen gelegd. .Langs het aardig stationnetje en het impo sante paleis van het Governatorato klimmen we onder het vandaag reeds warm aanvoelende zonnetje naar de Sterrenwacht toe. Overal klinkt het rhythme van den arbeid. Allerwegen zijn werklieden bezig. Links schemert het Va tikaansche radiostation, rechts de nieuwe Pi nacotheek. Dan op den grooten, ouden muur, de koepel van de Sterrenwacht. Naast den uitersten koepel verheft zich het kapelletje van de grot van Lourdes. Het is een niet al te fraai bouwsel en het valt leelijk uit den toon van het geheel. Het is vermoedelijk hierom, dat de Paus pas besloten heeft, dit kapelletje, dat eigenlijk niet meer is dan een facade, af te laten breken. Al dus zal een onderdeel van het Vaticaansche aspect verdwijnen, dat er jaren lang een mar kante noot van is geweest. Tegelijkertijd zal de nabootsing van de Grot van Lourdes worden gerestaureerd en meer volgens aan de werke lijkheid beantwoordende eischen worden inge richt. In de Sterrenwacht worden we vriendelijk ontvangen. En op de kamer van pater Stein genieten we eerst van het prachtige vergezicht over Rome en omgeving. Dan worden we over stelpt met gegevens. Pater Stein gaat natuur lijk heelemaal op in de nieuwe plannen. Hij behoorde zooals gezegd tot de personen, die door den H. Vader regelmatig werden geraad pleegd. En de nieuwe plannen liggen in de gedaante van talrijke teekeningen op een tafel naast zijn schrijfbureau. Direct worden ze ont rold en we krijgen een denkbeeld van den nieuwen bouw en van de inrichting van de nieuwe Sterrenwacht, in zooverre een leek daarvan althans een denkbeeld krijgen -kan. Enthousiast worden ons allerlei foto's getoond van de manier, waarop de visueele kijker in Gastel Gandolfo zal worden gemonteerd. Na tuurlijk absdluut modern, met een inrichting, naar. Pater Stein's enthousiasme te oordeelen, om van te watertanden en hypermoderne zwenktribune. Doordat de lens van den visueelen kijker mo menteel te Jena bij Zeiss onderzocht en ver beterd wordt, staat het eigenlijke werk in de Vaticaansche Sterrenwacht stil. Pater Stein heeft hierdoor gelegenheid te over, om alle plannen tot in de kleinste bijzonderheden te bestudeeren. Van rust is bij hem geen sprake. Over enkele maanden verhuist hij reeds naar Castel Gandolfo, om daar de geografische lig ging van de nieuwe Sterrenwacht nauwkeurig vast te stellen. Een heel karwei. Bovendien zijn daar al de beslommeringen, verbonden aan de hoogst belangrijke uitbreiding van de Ster renwacht met een astro-physisch laboratorium. De taak van dit laboratorium is, de met kijkers en astro-spectograar waargenomen verschijn selen te verklaren en aldus een inzicht te krij gen in den physico-chemischen toestand van de kosmische materie en wel ten aanzien van dichtheid, druk, temperatuur etc. In het labo ratorium zal men o.a. trachten door een metho dische behandeling van de stoffen deze zóó te doen lichten, dat hun spectrum overeen komt-met het waargenomene aan den hemel. Deider van dit nieuwe laboratorium zal {tater Pater J. Stein S.J. op de galerij van den koepel der Vaticaansche Sterrenwacht. Al. Gatterer S.J. zijn, thans professor in de physica aan de universiteit van Innsbruck. In welk een mate de Paus belangstelling heeft voor de nieuwe Vaticaansche Sterren wacht blijkt wel hieruit, dat deze gedeeltelijk komt boven de vertrekken, in de Pauselijke Villa speciaal voor Zijne Heiligheid bestemd. De kans op mogelijke stoornis weerhielden den Paus niet. Natuurlijk zal daarvan ook geen sprake zijn. De nieuwe Sterrenwacht zal in 1933 geheel gereed wezen en het in de wetenschappelijke wereld zoo gewaarde werk van de Vaticaan sche Sterrenwacht kunnen hervatten. Ze zal in alle opzichten up to date zijn en een groote vooruitgang op de huidige beteekenen. Dit houdt overigens niet in, dat deze op den be zoeker een minderwaardigen indruk maken zou. Integendeel. Pater Stein noodigt ons uit, de Sterrenwacht te bezichtigen, voert ons eerst in de bibliotheek, daarna in een ronde zaal on der den koepel, waar een groote en interessante verzameling hemelfoto's en meteoren is bijeen gebracht. De zoldering is er beschildigd als een sterrenhemel, met verschillende allegorische voorstellingen. Vervolgens klimmen we naar den eigenlijken koepel, waar de thans lenslooze visueele kijker staat. Pater Stein wees ons, in hoeverre deze kijker ouderwetsch geworden is en niet meer aan de eischen voldoet. Het mechanisme laat nogal te wenschen over en de montage is hier en daar te zwak. Ten slotte gaan we op den koepel. Ook hier weer een prachtig vergezicht van dit op den koepel van de Sint Pieter na hoogste punt in den Vaticaanschen staat. In de verte scheme ren de met sneeuw bedekte bergen. En in die zelfde verte ligt ook Castel Gandolfo Recht voor ons de koepel van de grootste ba siliek ter wereld en onmiddellijk naast ons be gint de passage over den ouden muur, waar over men naar den halven toren komt, waar nog een kleine kijker is en ten slotte naar den uitersten toren, die den ^afgekeurden fotogra- fischen kijker herbergt. Nu zien we beter de sytematische ordening van de Vaticaansche stad. Heerlijk groen plekt het frissche gras der gazons en plantsoenen tus schen de fotsche gebouwen. Het Vaticaansche stationnetje is nu heelemaal een miniatuur. Machtig bekroont Sint Pieters' koepel dit al les. Daarachter staan de heiligenbeelden op de fapade van de basiliek als even zoovele schild wachten. En daarneven rijst, forsch het eigen lijke Vaticaan omhoog.... Weer beneden in pater Stein's werkkamer, valt het ons op, hoe mooi bewerkt er de deur is. Geen wonder, is het antwoord op een be langstellende vraag. In de voormalige zomer- villa van Leo XIII, is de Vaticaansche Sterren wacht immers gevestigd. En de kamer van pa ter Stein was eenmaal de slaapkamer van den Paus. In den wand zitten nog de stangen, waar aan het baldakijn voor de sponde des Pausen hing. Zoo is deze omgeving wel heel bijzonder. Behalve de herinnering aan een grooten Paus hangt er die van groote geleerden, die de raad selen des hemels doorvorschten. Het zal pater Stein moeilijk vallen, de Vati caansche stad te verlaten. Maar hij troost er zich mede, dat het daar ginds in Castel Gandolfo ook mooi is. En daar wemelt het van bijzon dere herinneringen Speciaal voor een lid van de Jesuieten-orde. In het Pauselijk Paleis van Castel Gandolfo woonde immers Paus Clemens IV, de Paus, die eens, bukkend voor een over macht, de orde ophief.,.. En bovendien, pater Stein blijft burger van den Vaticaanschen staat. Terloops vertelt hij ons nog, hoe hij op zijn reis naar Amerika het vorige jaar de diverse autoriteiten in verbazing bracht met zijn Vaticaanschen pas, een door hen nog nooit aanschouwde merkwaardigheid. Dan laten we den pater alleen, bij zijn kijkers en zijn sterren.... Aan het voorloopig verslag der Eerste Kamer over de Begrooting van Buitenlandsche Zaken voor 1933 ontleenen we het volgende: Verscheidene leden, hoewel van oordeel, dat de totstandkoming van een nieuw Neder- landsch-Belgisch verdrag gewenscht is, gaven uiting aan hun voldoening over het schorsen der onderhandelingen in het voorjaar van 1932, omdat zij sinds de rede van den minis ter in deze Kamer op 14 October 1931 geen vertrouwen meer konden hebben in onderhan delingen, die onder zijn auspiciën werden ge voerd. Daar de Minister weigerde aan de Tweede Kamer ter zake mededeelingen te doen, zijn de Staten-Generaal aangewezen op vermoedens. De thans door den Minister aangenomen hou ding past echter in den gedachtengang dat officieel nog steeds tusschen Nederland en België overeenstemming bestaat ten aanzien van een gesloten kanaalverbinding tusschen Antwerpen en het Hollandsch Diep. Mocht dit 't geval zijn, dan meenden de leden hier aan het woord de aandacht te moeten ves tigen op het gevaar, dat tegen de alge- meene verwachtingen in straks bij de her opening der onderhandelingen deze officieuse overeenstemming tot uitgangspunt zou worden genomen. Deze leden wenschten reeds nu met nadruk daartegen te waarschuwen. Een volgend kabinet, dat zich niet met beide voeten stelt op de basis van het memorandum van 1929, zooals het door ieder is begrepen, kan zeker zijn van een herleving van een krachtig, nationaal verzet. De leden hier aan het woord, spraken de hoop uit, dat een even tueel na de verkiezingen optredend nieuw kabinet zou toonen een juisteren kijk te heb ben op wat er in ons volk omgaat dan de hui dige minister, die in zijn rede van 29 Novem ber j.l. van de beweging in den lande gewaagde als van een „hier te lande gevoerd wordende campagne". De verschillende groepen van belangstellen den die zich bezwaard gevoelen over de af- (Van onzen correspondent). STl Jules Bowart was een hartstochtelijk ver zamelaar van oud porcelein. Tot de meest waar devolle exemplaren van zijn uitgebreide col lectie behoorde een vaas uit de Ming-periode. Bowart wist, dat er nog een tweede exem- van het bewind in handen krijgen.zou, zijn nog I pjaar van deze bepaalde vaas-soort moest be niet in vervulling gegaan. Het verdrag van Ver- staan en het was zijn vurig verlangen om in het sailles werd nog niet verscheurd en alle vrou- bezit te komen van dit tweede exemplaar. Om wen en meisjes in staatsdienst hebben hun i hierin te slagen had de verzamelaar de hulp congé nog niet gekregen. De Ostjuden zijn nog ingeroepen van zijn ouden vriend Moffat, een niet onteigend, de moordenaars van Potemba <jer meest deskundige antiquairs van Londen. B e r 1 ij n, 6 Februari 1933. De pittoreske daden, welke Hitler ons vroe ger beloofde te stellen, zoqdra hij de teugels nog niet op vrijen voet gesteld en de banken óok nog niet gesocialiseerd. Vroeger werd te kennen gegeven, dat al deze en nog vele an dere dingen in de eerste week van de Hitler- sché jaartellling geschieden zouden, maar deze eerste week is nu voorbij en wij slapen nog altijd op een bed van rozen. Echter mangelt het toch niet aan groote en kleine gebeurtenissen. Zoo werd het weekend b.v. opgevuld met minstens vijf politieke moor den en met het toebrengen van zóóveel ver-.] wondingen, dat men nog bezig is de zwaar verminkten te tellen. Tegen deze terreur maakt de regeering nu echter manhaftig front door een noodverordening, welke wel niet met dood vonnissen en tuchthuisstraffen om zich heen spuwt zooals dat vroeger wel eens geschied is, maar die er toch wezen kan. Vooral tegen de pers wordt dreigend de vinger opgeheven. Zulke dingen als het aanwakkeren tot algemeene sta king of zelfs maar tot staking in 'n gewichtigen tak van algemeenen dienst zijn in de toekomst strafbaar en dat is al weer goed te begrijpen, wanneer men bedenkt, hoe levendig hier de her innering nog is aan die algemeene staking, waarmede indertijd de heer Kapp in een paar Op zekeren dag nu, ontving Bowart het vol gende telegram: „Belangrijk nieuws Ming vaas. Verwacht mij morgen". Moffat. Om vier uur, den volgenden middag, belde de kunsthandelaar aan het huis van den heer Bowart. „En, Moffat vroeg Bowart hoopvol. „Ben je' er 'in geslaagd het tweede exemplaar op te sporen „Absoluut zeker ben ik er nog niet van", ant woordde de antiquair voorzichtig", maar ik ge loof toch wel, dat ik weet waar zich het pen dant van uw vaas bevindt. Drie weken gele den moest ik voor zaken in Weenen zijn en daar maakte ik kennis met een jong Oostenrij ker, die mij op een spoor bracht. De jongeman bleek een neef te zijn van een Oostenrijksch edelman, die zich, tengevolge van den oorlog in ernstige financieele moeilijkheden bevindt. Op het oogenblik vertoeft de man tijdelijk in Praag en probeert nu een gedeelte van rijn kunstschatten te verkoopen om tenminste aan zijn meest dringende verplichtingen te kunnen voldoen. Tot zoover dus niets ongewoons in deze tij den Maar nu komt, wat u bijzonder zal inte resseeren Onder de voorwerpen, die de baron wijking van het memorandum van 1929 en die uur tij dS schaakmat werd gezet. Strafbaar is van pjan js te verkoopen, bevindt zich ook 'lm hr, rmWioV» nninip I Qok het publiceeren van onware berichten, een vaas uit de Ming-periode. En, te oordeelen zich bewust zijn daarin de publieke opinie achter rich te hebben, hebben elkaar gevonden op een positief programma, geheel binnen de grenzen, gesteld in het door Staten-Generaal en publieke opinie aanvaarde memorandum, waarbij zoowel nationale belangen worden gë- diend als aan redelijke Belgische verlangens ruimschoots wordt tegemoet gekomen. Een Regeering, die daarmede ernstig rekening houdt, zal in Nederland nauwelijks tegenstand ondervinden. Mocht België langs dezen weg geen vergelijk begeeren, dan zou dat zeker te betreuren zijn, maar dan zou Nederland tegenover de mogend heden een moreel sterke positie innemen. De onvermijdelijke alternatieven, het doordrijven of de verwerping van een tractaat met een Rijn-Scheldeverbinding, die „door de natie zou welke geëigend rijn het welzijn van den staat te schaden. Met behulp vandeze laatste paragraaf kan een censor ongeveer alles doen, wat hij ver langt. Dat een dergelijke paragraaf kómen zou, was Zaterdag reeds te voorzien, toen de heer Hugenberg zich beklaagde over de boosheid van de menschen, welke hem allerlei dingen in de schoenen schuiven, die hij vroeger wel gezegd heeft, maar die hij nu bezig is te ver loochenen tot tijd en wijle het nuttig mocht blijken het stuur weer eens om te werpen. Op grond van vroeger geluchte plannen meende men aan Hugenberg het volgende staat huishoudkundig plan te mogen toeschrijven. De Staat neemt alle schulden van den landbouw naar de beschrijving, die de jongeman er van gaf, moet' deze vaas het lang gezochte pendant van de uwe zijn Niet alleen, dat de beschrijving precies klop te, maar hij toonde me een foto, die, om zoo te zeggen, van uw exemplaar gemaakt had kunnèn zijn! Bowart had met groeiende belangstelling geluisterd. „Waar en wanneer is de verkooping. En waar zijn die voorwerpen te bezichtigen", vroeg hij gretig. „De veiling heeft volgende week plaats in Praag, in het huis van den baron", antwoord de Moffart." De eigenaar echter wenscht er, uit 'n soort familietrots, zoo weinig mogelijk rucht baarheid aan te geven. Alleen enkele bekende worden gewraakt" zouden echter volgens deze op zich. Dit zal, zooals Hugenberg zelf zei, de kunstk ers zi,n schriftelijk uitgenoodigd leden nationaal en internationaal veel grooter begrooting natuurlijk met vele honderden mil- I P laten. Ze mochten haar eens tegen een imitatie omwisselen 's Nachts, in het hotel, kon Bowart van ze nuwachtigheid geen oog dicht doen. Er mocht eens iets gebeuren Er gebeurde echter niets en den volgenden ochtend aanvaardden Bowart en Moffat de terugreis naar Londen. Dinsdagsavonds nam Bowart aan het Victoria station afscheid van den antiquair. In zijn eigen woning teruggekeerd pakte hij direct de kostbare vaas uit. i_ z verpakking was afdoende .geweest, want ze was niet in het minst beschadigd en Bowart genoot van den aanblik van zijn pas verworven schat. Opeens viel zijn oog op ee- brief, die op zijn schrijftafel lag. „Dringend", stond op het couvert vermeld. Haastig scheurde hij de enveloppe open en las: „Waarde Heer, Aannemende, dat u de vaas in Praag gekocht zult hebben, bericht ik u het volgende. Het is ongetwijfeld een kunstvoorwerp van groote waarde, dat u zoo gelukkig (of ongelukkig waart in uw bezit te krijgen. U herinnert zich natuurlijk, dat de verkoo ping, wegens „onvoorziene omstandigheden" moest worden uitgesteld? Die „onvoorziene omstandigheden" hielden verband met het feit, dat de vaas nog niet in Praag was aangekomen. En nu veroorloof ik mij, u een goeden raad te geven. Waarde Bowart, als u in het vervolg nog eens naar het buitenland gaat, neem dan beter uw voorzorgen om uw iiuis, dat zooveel kunst schatten bevat, te beveiligen tegen misdadigers. Is het nooit bij u opgekomen, dat gewetenlooze mem-hen, tijdens uw afwezigheid, uw huis zouden kunnen binnendringen. Stel eens een onderzoek in, in uw „Porcelein- kamer." Een collega-„verzamelaar". Een oogenblik zat Bowart als versuft. Toen vloog hij naar zijn „porcelein-kamer". Met een wilden kreet opende hij een antieke glazen kast! De vaas uit de Ming-periode was verdwe- ir.il Weg En vanavond was ze teruggekeerd. Zij stond beneden in de eetkamer; Bowart had haar nog geen kwartier geleden uitgepakt 77 (NADRUK VERBODEN.) OUDE INDUSTRIE. De credietvaardigheid sterk gedaald. Het B. N. heeft vernomen, dat de finantièele toestand van de meeste particuliere landerijen in West-Java uiterst precair is. Nu de padi zoo zeer in prijs gedaald is, is de opbrengst aan tjoeke uiterst miniem, althans minder dan de helft dan in normale tijden. Aan afkoop heerendiensten vloeien evenmin meer inkomsten binnen. Integendeel op den landheer rust thans de verplichting die heerendiensten tegen betaling te doen verrichten. De beide, nagenoeg eenige, inkomstenbron nen der landerijen zijn zoodoende opgedroogd, zoodat thans dan ook gerust kan worden aan genomen, dat geen enkel particulier land zijn kosten opbrengt. De gevolgen, welke hiervan voor latere tij den kunnen worden, zijn moeilijk te voorzien Sinds waarschijnlijk was dat de Regeering tot afkoop zou overgaan, is door menigen land heer weinig meer verricht wat betreft het on derhoud van de landerijen. Er zijn er dan ook, waarvan de wegen in een zoo langen staat van verwaarloozing verkeeren, dook dat van modderpoelen moet worden ge sproken. Ongerustheid heerscht in betrokken kringen, in verband met de mogelijkheid van een afkoop in latere jaren door het gouvernement, dan wel van eene onteigening ten algemeenen nutte,waar bij volgens 't reglement rekening gehouden moet worden, z.g. met een doelmatig beheer, terwijl als basis geldt, de kapitalisatie van de winst. Nu geen winst gemaakt wordt, de grond der halve den titel niet meer waardig is, kan te zijner tijd volgens de geldende bepalingen ont eigening plaats hebben tegen spotprijzen. In dit verband is dan ook de credietwaar- digheid der landeigenaren zoodanig gedaald, dat de banken huiverig rijn den financieelen nood te lenigen. nadeelen oproepen. Deze leden gevoelden, geleerd door de erva ring, weinig opgewektheid, den Minister om nadere inlichtingen te verzoeken omtrent den stand der onderhandelingen, ook al bestaat daartoe aanleiding te over. De leden, hier aan het woord, hadden voorts met de grootste verwondering kennis genomen van de uitingen van den Minister in zijn Ka merrede van 29 November j.l. pver de beteeke- nis die aan het memorandum van 1929 zou moeten worden gehecht. De Rijn-Scheldeverbinding. Ten aanzien van de Rijn-Schelde-verbinding, die de Minister vooral op het oog moet hebben gehad, zijn, mede in verband met de voorge schiedenis de uitspraken van dit Staatsstuk zóó stellig en ondubbelzinnig, dat niemand heeft kunnen bevroeden, dat de Regeering bedoelde op dit stuk nog verder gaande concessiesin reserve te houden. De leden hier aan het woord, herinnerden bovendien den Minister aan zijn zeer positieve toezegging aan de Staten-Gene raal, zich van het in het Memorandum inge nomen standpunt niet te laten „afdringen" en daar ook niet van te zullen „afglijden". Zij konden moeilijk aannemen, dat ook deze op de Rijn-Scheldeverbinding betrekking hebbende woorden cum grano salis zouden moeten wor den opgevat. Sommige leden sloten zich bij deze beschou wingen aan. Zij achtten het voortdurend stre ven naar toenadering tot België niet zonder gevaar, omdat Nederland daardoor kan worden gemengd in de Fransch-Belgische betrekkingen, waarvan het zich tot dusverre te recht heeft afzijdig weten te hóuden. Deze leden twijfelden voorts of het vrijwel economisch verdedigbaar is in het algemeen te onderhandelen over de mogelijkheid van een kanaal tusschen Antwer pen en het Hollandsch Diep. vermits door de verbetering der thans bestaande verbinding tusschen Antwerpen en den Rijn, met name bij Hansweert, de bepalingen van het oude verdrag strikt zijn opgevolgd. Totstandkoming Neder- landsch Belgisch tractaat Eenige leden betreurden ten zeerste, dat de Minister de totstandkoming van men Neder- landsch-Belgisch tractaat aan zijn - opvolger, schijnt te willen overlaten. Zoo ja, dan begre pen deze leden niet, waarom de Minister niet is afgetreden teneinde bespoediging van het internationaal overleg mogelijk te maken Thans bevordert hij desbewust een stagnatie- van ten minste zes maanden. Tegen dit laatste werd aangevoerd, dat deze stagnatie juist van belang kan zijn, ten einde een goede sfeer te scheppen, waarin de onder handelingen kunnen worden gevoerd. Enkele leden betoogden, dat door de vertraging ver schillende Nederlandsche belangen, met name die der provincie Limburg zijn geschaad. Deze leden waren van meening, dat men zich bij een definitieve regeling der verhouding tus schen de beide landen op breed internationaal standpunt moet stellen. Met voldoening hadden lioenen mark belasten. Waar die millioenen vandaan moeten komen, zei hij echter niet, maar wel wierp hij zich met verdacht veel edelaardigheid voor de. rechten van de bui tenlandsche geldschieters in den bres. Het ka pitaal van deze geldschieters is in gevaar, riep de heer Hugenberg. Wij moeten die ongelukki- gen te hulp komen en dat kunnen we niet be ter doen dan door de rente op het geleende te verlagen. Tot 1 Vs pet. in het jaar b.v. Voor het overige heeft men maar een beetjè combinatievermogen noodig om te berekenen, dat met de aldus uitgespaarde millioenen mak kelijk de landbouwschuld af te lossen zou zijn. Hugenberg heeft al deze plannen nu uitdruk kelijk verworpen. Niet officieel, maar in een onderhoud met een vertegenwoordiger van zijn blad, de „Lókal Apzeiger". Maar terzelfder tijd gaat dit blad met propaganda voor de gedwon gen converteering voort, zoodat het mes op die manier .van twee kanten snijdt. Hugenberg ver klaart persoonlijk de buitenlandsche spaarders te willen sparen, maar Zondagochtend kon men nog in het Hugenbergsche blad, de „Lokal Anzeiger", lezen, dat deze spaarders eigenlijk snakken naar een vermindering van den ren tevoet hunner uitgeleende gelden. Deze brave menschen vinden, dat Duitschland het magni fieke fabrieksaparaat, dat het op hun kosten aangeschaft heeft, eigenlijk cadeau behoort te krijgen en daarom willen ze maar vast eens beginnen drie kwart van de rente, waarop ze recht hebben te laten waaien. Onder deze bedrijven door werd de heer Mal- kowski met staatseer begraven. Heelemaal zoo mooi als men het - oorspronkelijk wilde, is het wel niet gegaan, wijl de dominé van den Dom zich hier tegen verzette, maar het was alles toch zeer plechtig. Gelijk reeds eerder gezegd was deze heer Maikowski niet precies een hei lig boontje. Hij werd tenminste van mpord be schuldigd en was daarvoor ook uitgeweken, maar de amnestie maakte dit weer in orde en zoo kon hij opnieuw aan het hoofd van zijn Sturm 33 optreden. De kroonprins kwam hem de laatste eer bewijzen en dat was ook noodig, want Zijne Keizerlijke. Hoogheid zit altijd door maar op het verkeerde paard te wedden en moest dus wel een gelegenheid te baat nemen o.m bij, de nazis weer alles goed te maken, wat hij er den laatsten tijd verbruid heeft. Hitier was natuurlijk ook in- het bedehuis present en Göring en diverse andere grooten. De Stalen Helm was eveneens uitgenoodigd, maar de na zis hadden met hun troepen zóó gemanoeu vreerd, dat de Stalen Helm niet aan de kerk kon komen en gedurende de plechtigheid in een zijstraat gedrukt bleef staan, waar niemand haar kon zien en bewonderen. Deze kleine kibbelarij tusschen de verschil lende vrijcorpsen is geen op zich zelf staand feit. Er zijn zeker al een dozijn soortgelijke kleine barstjes in het nationale front aan te wijzen. Heftig staan de twee hoofdgroepen b.v. tegenover elkaar, telkens wanneer het er op aan komt de plaats van een weggejaagd ambtenaar met een nieuwen titularis te bezet ten en de nazis hebben in het. algemeen de zij kennis genomen van eenige berichten in de grootste moeite om niet in die mannentaal, wel Belgische bladen en van een uitlating van den I -« 'J:~ 't: onlangs gekozen burgemeester van Antwerpen, welke doen verwachten, dat een nieuwe rege ling mogelijk zal zijn. Betrekkingen met de Sovjet hebben, tegen hun bondgenooten uit te vallen Deze bondgenooten opperen in hun bladen de vrees, dat het resultaat van de verkiezingen hoofdzakelijk in het weg jagen van hinderlijke ministers, zal bestaan, een inzicht, dat van Eenige leden zouden het op prijs' stellen van goed maar. wat laat inzicht getuigt, maar. dat Het is me echter gelukt voor u een dergelijke uitnoodiging te verkrijgen. U kunt de vaas op den ochtend van de verkooping bezichtigen." H'mzei Bowart onzeker, „wat zou je me aanraden, Moffat! Is alles niet erg vaag2?" .,Nu ja", antwoordde de antiquair", absolute zekerheid hebben we niet, maar toch zou ik u aanraden naar die verkooping te gaan. In uw plaats zou ik een dergelijke kans niet voorbij laten gaan." Even later nam Moffat afscheid, nadat hij den heer Bowart beloofd had hem op zijn reis naar Praag te vergezellen en hem met raad en daad bij te staan. Donderdags arriveerden de beide heeren in Praag. Den volgenden dag zou de verkooping plaats vinden. Donderdagavond wachtte Bowart een teleur- stellihg". .Moffat deelde hem méde, dat, door on voorziene omstandigheden, de. verkooping was uitgesteld tot Zaterdagmiddag drie uur. Vanaf 1 uur waren de te verkoopen voorwerpen te be zichtigen. Klokslag één uur Zaterdagmiddag traden Bowart en Moffat het huis van den baron bin nen. Er bevonden zich reeds vier andere per sonen in het groote salon. De door Bowart zoo vurig begeerde vaas stond, geheel afzonderlijk op een tafeltje voor een der vensters. .We mogen de vaas zeker wel even onder zoeken 7" vroeg Moffat aan den neef van den eigenaar. „Natuurlijk", was het beminnelijke antwoord, onderzoekt u haar gerust. U hebt allen tijd." „Ik sta met mijn reputatie voor de echtheid in", verklaarde de antiquair, nadat hij het voor werp aan een uiterst nauwkeurig onderzoek had onderworpen. Ben je er beslist zeker van vroeg Bowart nerveus. Moffat keek hém, pijnlijk Verbaasd, aan." Mijn beste meneer Bowart", zei hij stijfjes, „ik ben niet gewend mijn woord te verpanden, als ik niet absoluut zeker ben". „Je moet het me maar niet kwalijk nemen", zei Bowart haastig, „ik ben een beetje zenuw achtig, weet je." Precies om drie uur begon de verkooping. „Zou een van de heeren zoo vriendelijk wil len zijn", vroeg de afslager, „een bod te doen op deze vaas Zooals gezegd, waren er, buiten Bowart en -Moffat-,, slechts vier andere belangstellenden. Onmiddellijk stapte een donker uitziend, be weeglijk mannetje, naar voren". Vijf honderd Pond", zei hij gedecideerd. „Wie is dat 7" fluisterde Bowart. „Jules Bourbon, een Fransch kunstkooper lichtte Moffat l.em in. „Ik heb drie weken ge leden, in Weenen, kennis met hem gemaakt." ,Zes honderd", riep Bowart. Duizend", bood een derde. ,Twee duizend", zei Bourbon. ,Twee duizend vijf honderdschreeuwde Bowart. De andere koopers zwegen. De afslager klopte met zijn hamer op tafel en Bowart slaakte een zucht van verlichting. „Goddank", fluisterde h:'j. Een kwartier later had hij de koopsom be- taald, de vaas werd nétjes in een kistje gepakt ke zij zoo lang en zoo zorgvuldig gecultiveerd en met rijn kostbaar bezit bij zich, stapte Bo- wart in gezelschap van zijn vriend Moffat in een taxi. ,,Ik kan er niets aan doen", legde Bowart den verwonderden antiquair uit", maar ik durf die vaas geen oogenbiiu uit mijn gezicht te Pogingen om nieuwen bloei te brengen- 1 In Belgie worden momenteel van verschil lende zijden pogingen gedaan om aan de al oude industrie van met de hand vervaardigde kant, een nieuwen bloei te geven. Er zijn in de oude Vlaamsche en ook in een paar Waalsche steden nog wel kantwerksters, maar de laatste jaren waren deze zeer aan het verminderen; het jonge geslacht is niet meer zoo gemakkelijk achter het kantkussen te krij gen als vroeger. Als er werk is, kan het in de fabrieken meer verdienen, afgescheiden nog van het feit, dat veel meisjes er de voor keur aan geven buitenshuis te gaan werken, dan thuis onder het toezicht van moeder te blijven! de losser geworden na-oorlogsche men taliteit is hier niet vreemd aan. De economische crisis heeft echter veel meisjes de fabrieken doen verlaten én-,zijn er onder haar verschillende, dfe tot het kant kussen zijn teruggekeerd. Men hoopt, dat zij daar zullen blijven en er wordt dan ook Voor geijverd, om haar een loonend bestaan te helpen bereiken. Vroeger werden de kant werksters op werkelijk schandalige wijze ge ëxploiteerd door de opkoopers; daarin is thans verbetering gekomen en men blijft een waak zaam oog in het zeil houden, om de toestan den in de kunstnijverheid op een menschwaar- dig peil te brengen, waarop zij eigenlijk altijd had moeten bestaan. Wanneer de kunst van het kantwerken in dit land if ontstaan, weet men niet met zeker heid te zeggen, doch gotische schilderijen' en beelden wijzen er op, dat hier reeds in de XVe eeuw kant werd gebruikt. Anderzijds is men er achter gekomen, dat een zekere Wil lem Vostermans tusschen 1514 en 1542 een be langrijk ensemble van teekeningen voor kant werk heeft gemaakt. Er bestaat verder ook nog een gravure uit het einde van de XVIe eeuw, een meisje voorstellende dat bezig is z.g. klos jeskant te maken. Men mag veilig aannemen, dat de huidige kantnijverheid in België een tra ditie van ongeveer vijf eeuwen heeft. Meche- len, Brugge, Brussel, Swevezeele, Lier, Gee- raardsbergen, Nieuwkerken, Haeltert en in de Kempen, zijn de centra waar nog een huis nijverheid van met de hand gewerkte kant bestaat, terwijl voor Wallonië het Binche is, waar dit werk nog het meest in eere' wordt gehouden. Te Brugge, te Mechelen en in de genoemde Vlaamsche dorpen en ook te Binche,..kan men bij goed weer, nog verschillende kantwerksters met haar antieke kussens voor de huizen zien zitten. Sommige daarvan kennen nog de oude kantwerkstersliedjes en kan men, als men die vrouwen aan het werk ziet en zij deze liedjes zingen, daar niet zelden een ontroerend stukje folklore bij beleven. In het Brugsche vooral, hetzij op het Begijnhof of in smalle straten met lage, geelachtige huizen en roode daken, treft men deze schilderachtige groepen nog aan. Men vervaardigt in België z.g. klosjes- en speldekant, dit voor wat het procédé betreft, doch als kantsoorten zelf treft men er o.m. aan de Trolle-kant (Vlaamsche kant), de point de Haudres, de Binchoise, de Mechelsche kant, de point de Lille en de Valenciennes, de kant van Geerardsbergen, de point de Paris, de idem d'Espagne ook „de Blonde" genaamd, om met de Guipure, de Duchesse, de point d'Angleterre en de Brusselsche en de Brugsche kant niet te vergeten. Dit is voor wat de klosjeskant be treft. Met de spelden worden vervaardigd de point de Venise, de Rosaline, de Burano en de Bruxelles. den Minister te vernemen of en in hoeverre de Unie der Russische Sovjet-republieken rechtens of feitelijk is erkend, en indien zulks niet het geval was, om welke reden dit tot dusverre is nagelaten. Deze leden waren van meening, dat voor de rest geen groot vertrouwen in de mede- -kapiteins op de brug verraadt. En Hugenberg heeft de gelegenheid al gezocht en gevonden om het lijforgaan van den minister Seldte als een bron te kenschetsen, welke opzettelijk val- aan den op dit stuk heerschende onzekerén sehe berichten omtrent zijn plannen in de we- toestand een einde moet worden gemaakt in het belang van beide mogendheden. Andere leden konden zich met het laatste standpunt niet vereenigen. H.i. huldigt onze Regeering te recht de opvatting dat van harentwege geenerlei betrekking met den Sovjet-Staat mag worden aangeknoopt. reld stuurt. Op grond vgn de noodverordening zou het dus eigenlijk een regeeringsblad zijn, dat het eerst voor bestraffing in aanmerking komt en wel geen ander blad dan de wijd ver maarde „Kreuz Zeitung." PARIJS, 10 Februari. (H. N.) De Fransche pers houdt zich nog steeds bezig met het pu bliceeren van berichten om aan te toonen, dat er geheime afspraken tusschen Italië en Hon garije bestaan. Zoo meldt de „Echo de Paris", dat Italië onlangs aan Hongarije 50 vliegtuigen heeft geleverd, o.a. 12 Fiat-jacht-vliegtuigen met motoren van 450 P.K. en 20 Fiat-verken ningsvliegtuigen voor 6 personen met motoren van 650 P.K. De vliegtuigen zijn van een nood- vliegveld in Italië gestart en ook op een niet- cfficieel vliegveld in Hongarije geland. -' - --^£2 :.f .i.: STOCKHOLM, 10 Februari. (V. D.) Woens dagnacht woedde boven Zweden en boven de beide kusten van de Bothnische golf een krach tige storm. Aan de Finsche kust sloegen groote ijsschot- sen los en dreven in zee. Op verschillende ijs- velden waren visschers aan het werk, die echter tijdig konden worden gered. Vijf visschers echter dreven op een ijsschots af en sedert dien heeft men niets meer van hen vernomen.: Vliegtuigen zóeken thans de Bothnische golf af om de -afgedreven visschers - op te sporen. -SèAtf.Sv; - -t ■,Z ':r. V; 1f;;.s "IV'

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Nieuwe Schiedamsche Courant | 1933 | | pagina 2