VRIJDAG 24 FEBRUARI 1933 DE MOORDZAAK-ESCHAUZIER. Deskundigen oordeel over liet gevonden briefje. JL - «M H zZ 9 u u m t ,fe - - DE RESTJES OP DEN WAL. Gisteren sloeg de zware deining een garnalen-loggertje te pletter in de haven van Scheveningen. DE DOODSOORZAAK. NED. R. K. BOND YAN HOTEL- EN RESTAURANTPERSONEEL. DE UITZENDING VAN PERSONEEL VOOR DEN INDISCHEN DIENST. HET DREIGEND CONFLICT IN ANKERSMIT'S KATOENFABR1EKEN. WIJZIGING DRANKWET. Regeling van het dans- vraagstuk. HET TEMPERATUUR-VOORSCHR1FT. INDISCHE POSTVLUCHTEN. Overschrijving vergunningen VERREGAANDE BRUTALITEIT VAN NAZI'S. DE KATHOLIEKE VERKENNERS. SMOKKELEN VAN EFFECTEN. VERLAGING SPOORWEGTARIE VEN VOOR GOEDEREN VERVOER Gaat waarschijnlijk 1 Mei in. De stationskosten van 50 cent komen te vervallen. MAX EN ZIJN VRIENDEN. Koninklijke toorn. Het Haagsche gerechtshof heeft gisterochtend de behandeling van de strafzaak in hooger be roep tegen den 32-jarigen techniker J. A. J. H. K. en den 20-jarigen kantoorbediende J. G. W. P., verdacht van den moord op den heer W. G. J. Eschauzier, op 9 Mei 1931, in een perceel aan de Prins Hendrikstraat te 's-Gravenhage, voort gezet. Er is weder veel belangstelling. Als deskundige wordt thans eerst gehoord dr. W. F. Hesselink, die in zijn rapport tot de conclusie is gekomen, dat het briefje uit het zakboekje, dat door den heer E. aan K. ge schreven zou zijn en waarbij de heer E. zou erkennen aan K. 100.000 schuldig te zijn, echt is, zulks in tegenspraak met andere deskun digen, die het als valsch verklaarden. Hij hand haaft die conclusie. Dr. Hesselink wenscht voorop te stellen, dat men zich moet houden aan het briefje zelf en niet aan de vergrootingen ervan. Het schrift is volkomen harmonisch, evenals het gewone handschrift van den heer E. was. De deskundige demonstreert dit met de be schikbare documenten op de tafel van den pre sident. President: Het gestelde op het blaadje zou dus op een gemakkelijke, vlotte manier geschre- 'ven zijn en niet letter voor letter geconstrueerd? Deskundige: Inderdaad. Mr. (J. A. de Visser, advocaat-generaal: Dit kladje maakt toch alleszins den indruk letter voor letter te zijn geschreven. Het is geen ge woon vloeiend schrift. Niemand, die een kladje schrijft, maakt zulke teekens en op zichzelf staande letters. Dr. Hesselink betwist deze opmerkingen en wijst op een aantal kenmerken van echtheid. Een tweede vraag, aldus spr. is deze: Vertoont het briefje teekenen van valschheid, bijv. las- schen, retouches e.d.? Dr. van Ledden Hulsebos meent een aantal teekenen van vervalsching te hebben gevonden, doch spreker kan die con clusie niet deelen. Wat de L van Loe betreft in het maleische postscriptum, die volgens dr. Van Ledden Hulsebos niet de normale L van het schrift van den heer E. 2 zijn, verklaart spr.. dat die letter, al zou déze iets afwijken van den normalen, zeer wel door den heer E. aldus werd geschreven. Ook de afwijking van 'dé g van gulden, die aanvankelijk als 'n j zou zijn neergezet cn daarna van een rond haakje zou zijn voorzien, is geenszins in strijd met het echte schrift. Hoofdcommissaris Van 't Sant herhaalt zijn verklaring, dat, indien het blaadje, waarop het geschrevene staat, uit het boekje zou zijn ge scheurd, vóórdat hij het boekje had gezien, hij dit blaadje zou hebben gemist. Hij heeft daar uit echter niet dat blaadje gemist. Deskundige van Waegeningli. Vervolgens wordt als deskundige gehoord dr. J. E. H. van Waegeningh, die eveneens tot de conclusie is gekomen, dat het potloodbriefje uit het zakboekje geschreven is door den heer Eschauzier en dat het vloeiend, regelmatig en zonder onderbreking is geschied. De president: Is het naar uw meening niet mogelijk, dat het is vervalscht door iemand, die voldoende materiaal o.a. van den heer Eschau zier tot zijn beschikking had en die de kunst van het maken van vervalschingen verstond? Dr. van Waegeningh antwoordt zeer beslist, dat zulks ten aanzien van dit briefje niet moge lijk is. De deskundige wijst verder op een aantal strepen e.d. door dr. van Ledden Hulsebos aan gebracht op de reproducties van het briefje en •betoogt naar aanleiding daarvan, dat dit peu terwerk is, dat hij niet van dr. van Ledden Hulsebos had verwacht. Spr. acht K. niet in staat zulk een briefje als hier is geschreven, te produceeren, en demonstreert dit o.a. aan de hand van het origineele schrift van den heer Eschauzier. Ook het uiteenloopen van de strepen op de handteekeningen van den heer Eschauzier, •welke streep op het briefje verder van den naam zou zijn verwijderd dan gewoonlijk bij diehs handteekening, bewijst niets tegen de echtheid, daar spreker dit beschouwt als een vrijheid van beweging bij het schrijven. Dr. van Waegeningh herinnert verder aan een onderzoek naar de vervalsching van 100 pond biljetten, die hier door allerlei deskundigen voor echt waren gehouden, doch waarvan alleen de Bank of England onmiddellijk de valsch heid ontdekte o.a. aan de letter K. van het woord Bank. Dat was werkelijk buitengewoon bedriegelijk knoeiwerk. Spr. zou op het oogenblik niet kunnen zeggen hoeveel blaadjes uit het boekje waren ge scheurd; hij vindt het echter wei opmerkelijk dat de politie-autoriteiten verklaren dat bij het vinden van het boekje op het slachtoffer er slechts één blaadje uit ontbrak. De president: Daarvan heeft de hoofdcommis saris een zeer logische verklaring gegeven. Verder is het zeer vreemd, dat K. nooit eerder over hef briefje, waarop de schuldbekentenis van den heer Eschauzier voorkwam, heeft ge rept. Dr. van Waegeningh houdt zijn opvatting staande, dat het briefje echt is en voegt daaraan toe, dat het de sporen, o.a. een vouw, draagt van geruimen tijd in een vestzak verborgen te zijn geweest. De adv.-generaal mr. de Visser zou gaarne van den deskundige dr. Schrijver, (dr. van Led den Hulsebos is helaas vertrokken), vernemen of hij daarmee instemt. Dr. Schrijver betwist dit en zegt dat 't briefje dan allicl't scheuren e.d. zou vertoonen. Dr. van Waegeningh: Die zijn er! Mr. Bourlier: Dr. Schrijver heeft het briefje zelf nooit gezien. Dr. Schrijver: Reeds na twee dagen kunnen de bedoelde scheurtjes aanwezig zijn. Dr. van Waegeningh leest nog een schrifte lijke verklaring voor van een deskundige in Maleisch, den heer Jaspers te Arnhem, oud onderwijzer aan de inlandsche school te Probo- lingo en oud-leeraar in het Maleisch aan een H B S. die verhinderd is heden te verschij- <-~v tóf y -fwssèi, J)e verdediger van verdachte K., mr u»derven, begeeft nch naar de rechttsaal nen welke verklaring hierop neerkomt, dat het Maleische onderschrift op het briefje ge wone, alledaagsche Passar-taal is. Te één uur wordt pauze gehouden. Te 2.10 wordt de zitting heropend. Dr. Schneikert, privaat-docent aan de univer siteit te Berlijn, als deskundige gehoord, ver klaart in te stemmen met het oordeel van dr. Hesselink uit Arnhem. Wat het onderhavige briefje betreft, spr. is spoedig tot zijn conclusie gekomen omdat de echtheid z.i. vrij gemakkelijk aantoonbaar was. Wel geeft hij toe, dat het briefje meer rustig geschreven moet zijn dan het gewone schrift van den heer E., doch hierbij speelt de stem ming vpn den schrijver een rol: het meer lang zame, als 't ware letter-voor-letter schrijven is te verklaren op grond van die stemming en op grond van de geringe afmetingen van het blaad je papier. Er zijn volgens dezen deskundige geen positieve kenteekenen van vervalsching aanwezig. Ook het onderschrift stemt met het karakter van het briefje overeen. Dr. Robert Saudek uit Londen, privaat-ge leerde, verklaart, dat hij tot een vaste con clusie is gekomen. Hij heeft zoowel van dr. Hesselink als van dr. van Ledden Hulsebos de rapporten bestudeerd naar aanleiding van een in September j.l. door dr. H. tot hem gericht verzoek en een reeks van graphologische ken merken van overeenstemming met het schrift van den heer E. gevonden in het briefje. Met absolute autoriteit kan geen deskundige iets verklaren; het blijft een zoo geperfectio neerd mogelijk zoeken naar de waarheid. In elk schrift komt een zekere ruimte van verschillen voor. Wanneer een handteekening absoluut identiek is aan een andere, dan is er eerder aanleiding om van een reproductie of nabootsing te gewagen dan wanneer er geringe verschilpunten zijn aan te toonen. Bij potloodschrift gaat het om den aard van het potlood, de afmeting, de onderlaag enz. Het schrijven in kleinere letters omdat men slechts een klein stukje papier tot zijn beschik king heeft, verlangzaamt het tempo van den schrijfarbeid. Niémand is in staat met eenzelfde snelheid verkleind schrift te schrijven als hij met nor maal schrift kan verwerken. Kenmerkende neerhalen in het schrift van den heer E. zijn niet in het schrift van ver dachte K. te vinden. Daarentegen zijn er wel verscheidene kenmerken van eerstgenoemd schrift op het kalenderblaadje te vinden. De president geeft een toelichting van de zaak ten gerieve van dr. Saudek en wijst erop, dat K. niet wegens vervalsching van een agen da-briefje wordt vervolgd, doch dat de verde diging en verdachte met dit briefje voor den dag zijn gekomen teneinde den verdac". te eeni- germate te ontlasten. Dr. Saudek, vernomen hebbende, dat de heer E. een, rheumatischen rechterarm had, ver klaart dit zeer in overeenstemming te achten met eenige typische afwijkingen van het ge wone schrift van den heer E. vergeleken met dat op het blaadje. Dr. J. P. L. Hulst, deskundige uit Leiden komt tot de algemeene conclusie, dat het briefje meer is te beschouwen als een echt, door den heer E. geschreven stukje, dan als een vervalsching. Het draagt niet zoozeer het kenmerk van het volle, losse, loopende schrift van den heer E., doch is ietwat meer gedrongen en daardoor moeilijker te beoordeelen. Niettemin houdt spr. vast aan zijn indruk dat het briefje door den heer E. zal zijn geschreven. De politie-inspecteur Waltmann, als deskun dige gehoord, concludeert, dat het briefje niet door den heer E., doch door K. is geschreven. De heer Waltmann licht toe, dat hij niet van hetzelfde materiaal als de andere deskundi gen gebezigd hebben is uitgegaan, doch van materiaal, beschikbaar gesteld door den heer W. Eschauzier. broeder van het slachtoffer. De buitengewone regelmatigheid van het schrift op het briefje komt in het gewone schrift van den heer E. niet voor. Ook de steilheid van de letters is kenmerkend verschillend. De verbin ding van de letters op het blijkbaar langzaam en bedachtzaam geschreven briefje is veel min der vloeiend dan die in het werkelijke schrift van den heer E., die ook klaarblijkelijk over een groote schrijfvaardigheid beschikte. Bijzondere kenmerken in het schrift van den heer E. heeft spr. op het briefje niet kunnen vinden. De holle stok in de letters k, 1 en t van het schrift van den heer Eschauzier is ge heel anders in die letters op het briefje even als de slothaaltjes van de e en de n. De ver binding van de letters in het schrift van den heer E. is logischer dan die van de letters op het briefje. De afwijking van de hoofdletter M op het briefje vergeleken bij de M, zooals de heer E. die placht te schrijven, is opvallend. Ook de W is anders geschreven, blijkbaar op zettelijk, om het verschil met de M begrijpelij ker te maken. De letters van het werkelijke schrift van den heer E. toonen vrijwel geen onderbrekingen, de letters op het briefje echter vele. Op een vraag van mr. Nederveen antwoordt get. Waltmann dat het schrift zeer slecht op 't briefje is nagemaakt. De heer Waltmann toont nog een handteeke ning, zooals die 9 dagen voor den dood van den heer E. door dezen is geschreven en con stateert naar aanleiding daarvan dat deze ge heel andere kenmerken draagt, dan de onder- teekening op het briefje. Wat nu het schrift van K. betreft, dit toont schoolsche vormen. Het is meer in steilen vorm geschreven, met uitzondering van de kleine m en n, die schuiner geschreven zijn. Dr. R. R. Rochat wordt vervolgens nogmaals gehoord. Mr, D« Visser vraagt hem of in varband mat het vinden van den schoen, die uit de kist stak volgens den getuige B., de mogelijkheid bestaat dat de heer E. in die kist nog kan hebben ge leefd. Dr. Rochat: Vijf minuten na het inbrengen van de prop in den "mond kan hij nog geleefd hebben, doch niet langer, zoodat de heer E. reeds overleden moet zijn geweest toen hij in de kist in het pakhuis was opgesloten. Mr. Bourlier vraagt of dr. Rochat kan ver klaren, dat de dood door het touw om den hals is veroorzaakt. Dr. Rochat acht dit mogelijk, doch geenszins zeker. Verdachte K. vraagt nog of dr. R. thans van meening is, dat de dood door het touw kan zijn veroorzaakt, terwijl hij den vorigen keer zou hebben verklaard, dat de dood moest zijn veroorzaakt óf door de prop öf door het touw. Dr. RochatOf door beide tezamen. Intus- schen kan één der oorzaken den dood ten ge volge hebben gehad; het moet echter zijn ge weest óf de prop, óf het snoer, öf beide. Dr. Van Rijssel, die met dr. Rochat het sec tie-onderzoek verrichtte, acht het eveneens waarschijnlijk, dat de prop de luchtwegen ge heel heeft afgesloten. De blauwe, paarsachtige kleur van het hoofd van den verslagene schrijft dr. Rijssel daaraan toe, dat het touw de aderen heeft afgesloten, niet d enslagader en ook niet den luchtweg. De afsluiting van dezen laatste moet door de prop zijn geschied. Dr. Rochat onderschrijft deze meening. Nog ontstaat een verschil van meening tus- schen dr. Rochat en den verdachte K. omtrent de vraag, of er één winding of twee windingen om den hals waren. Dr. Rochat licht toe, dat er van voren twee windingen waren, waarvan een over de boord liep en één op den hals zelf. Dr. Hulst gelooft niet dat de dood door het snoer is veroorzaakt. Een mogelijkheid is er, dat de heer E. door schrik zijn weerstands vermogen heeft verloren. Dr. Rochat heeft wel aanwijzingen van dood door verstikking gevonden, doch niet van een verlamming van het hart. Dr. Hulst acht de positieve aanwijzingen van dood door verstikking niet groot. Te 6.25 wordt de zitting geschorst tot heden ochtend 10 uur. Het getuigenverhoor wordt dan voortgezet. Jaarvergadering te Amsterdam. De Ned. R.K. bond van Hotel- en Restaurant- personeel St. Antonius heeft gisteren te Amster dam zijn jaarvergadering gehouden. In zijn openingswoord heeft de voorzitter, de heer Th. v. d. Willik den nieuwen bonds- adviseur, den zeereerw. heer P. Koelman uit Utrecht verwelkomd, alsmede den vertegen woordiger der Belgische zusterorganisatie. Daarna sprak de voorzitter der afdeeling Am sterdam, die op den verheugenden groei van den bond wees. De Belgische afgevaardigde deed mededeeling van de voorspoedige ontwikkeling, waarin de Belgische bond zich verheugt. De heer Verweij, die dertien jaren bestuurs lid is geweest van de afd. Rotterdam, maar wegens het bereiken van den 70-jarigen leef tijd zijn functie moest neerleggen, ontving van het R.K. Werkliedenverbond het diploma. Het jaarverslag van den secretaris werd goed gekeurd, evenals het jaarverslag van den pen ningmeester, dat sloot met een batig saldo van 730. Daar de heer v. d. Meer zijn functie als redacteur van het bondsorgaan wenschte neer te leggen, werd tot zijn opvolger benoemd de heer Kempers. Tot leden van de commissie van redactie van het orgaan werden gekozen de hoeren Th. Doove, en A. Schalks. Als plaats waar de vol gende bondsraadsvergadering zal worden ge houden werd aangewezen 'sHertogenbosch. Het bestuursvoorstel om over te gaan tot een con- tributieverhooging van 10 ct. per week bij aan stelling van een vrijgestelde werd aangenomen, De aftredende bestuursleden de heeren Th. v. d. Willik, J. F. Mooyman en W. J. v. d. Bol werden herkozen. Voor het overige behandelde de vergadering de ingediende afdeelings-voor stellen. Steunverleening oud-gepensionueerde mindere militairen. Verschenen is een memoirie van antwoord op het Voorloopig Verslag der Eerste Kamer nopens het wetsontwerp tot vaststelling van hoofdstuk XI (Departement van Koloniën) der Rijksbegrooting voor 1933. Hieraan wordt het volgende ontleend: De minister geeft de verzekering dat bij de be perking van opleiding en uitzending van perso neel voor den Indischen dienst de meest mo gelijke voorzichtigheid in acht wordt genomen en dat met het belang van den dienst in de eerstvolgende jaren rekening wordt gehouden. Alle oud-gepensionneerde mindere militai ren, die buiten hun schuld in financieele moei lijkheden geraakt zijn, kunnen voor steunver leening in aanmerking komen. Het voor die steunverleening uitgetrokken bedrag is ge raamd naar de in de practijk gebleken behoef te en kan voldoende worden geacht. Onder den drang van de financieele omstan digheden heeft de Regeering mede de militaire uitgaven ten behoeve van Curacao moeten be perken; daarbij is echter de noodzakelijke zorg voor veiligheid en orde niet uit het oog ver loren. Voorstel van den Rijksbemiddelaar. Gistermiddag heeft in het Departement van Economische Zaken en Arbeid onder leiding van den rijksbemiddelaar prof. mr. A. C. Josephus Jitta een bespreking plaats gehad met partijen, betrokken bij het dreigend conflict in Anker- smit's katoenfabrieken te Deventer. Aanvanke lijk had prof. Josephus Jitta met beide partijen afzonderlijk vergaderd; daarna ving om drie uur een gezamenlijke bespreking aan. Aan het slot van deze conferentie heeft de rijksbemidde laar het volgend voorstel gedaan: a. de toelage van de dobbywevers wordt verminderd tot 2% pCt. en 5 pCt.; b. er zal gedurende drie maanden een proef worden genomen met het nieuwe tarief van satijntouwwevers; mocht blijken dat dit tarief niet de resultaten oplevert die de werkgevers zich daarvan voorgesteld hebben, dan zal over dit tarief met de arbeidersorganisaties overleg worden gepleegd. De vertegenwoordigers der werknemers ver klaarden dat zij deze voorstellen in hun or ganisaties zullen bespreken en overwegen. De heer Ankersmit deelde mede bereid te zijn het voorstel van den rijksbemiddelaar aan zijn mede-directeur voor te leggen en te ver dedigen. HOUDT DEN GOEDEN KOERS PLAATST REGELMATIG UW KABOUTERTJEI DE STAKING IN HET VISSCHERIJBEDKIJF TE IJ MUIDEN. De besprekingen door den burgemeester van Velsen in de laatste dagen gevoerd met verte genwoordigers der reeders eénerzijds en enkele bestuursleden der IJmuider Federatie, aange sloten bij den Centralen Bond van Transport arbeiders anderzijds, hebben er toe geleid dat binnenkort onderhandelingen zullen aanvangen tusschen het bestuur der Reedersvereeniging en het bestuur der IJmuider Federatie inzake de mogelijkheid van een oplossing van het conflict in het visscherijbedrijf. De onderhandelingen zullen worden gevoerd ten raadhuize onder lei ding van den burgemeester, als bijzonder be middelaar in dit conflict. JUBILé M. H. VAN TILBURG- Men schrijft ons: Heden herdenkt de heer M. H. van Tilburg den dag, waarop hij vóór 25 jaar zijn intrede deed bij het voormalig Departement van Oor log. De meeste actief-dienende. militairen, van de hoogste tot de laagste rangen af, kennen den stamboekbeheerder aan het Departement. Hi is daar de vraagbaak voor velen. Voordat hi bij het voormalig Departement van Oorlog werd te werk gesteld, diende hij het Vader land als onder-officier. Op 1 Maart a.s. hoopt hij te herdenken, dat hij vóór 40 jaar zich als soldaat-vrij williger aanmeldde. Niet alleen in militaire kringen wordt zijn arbeid gewaardeerd, doch ook in de burger maatschappij heeft men meerdere malen zijn kunst op teekengebied kunnen bewonderen. Deze dagen zullen voor hem dan ook niet on opgemerkt voorbijgaan. De Rijstvogel is op de thuisreis te Mersa-Ma- truh geland. De Kwartel is op de, uitreis in Calcutta aan gekomen. De Pelikaan is gisteren op de uitreis te Ro me aangekomen. Bij de Tweede Kamer is een wetsontwerp in gediend tot wijziging van de artikelen 1, 56, 76, 79, en 81 en toevoeging van artikel 81a der Drankwet. Aan de Memorie van Toelichting wordt het volgende ontleend: De definitie „sterke drank". De bepaling inhoudende de definitie van „sterken drank" behoeft wijziging, omdat is gebleken, dat het voorschrift betreffende een temperatuur van vier graden technische be zwaren heeft opgeleverd, die het toezicht op de naleving der Drankwet belemmeren. Een tem peratuur van 20 graden stemt overeen met het geen reeds geruimen tijd praktijk is. In ver schillende internationale overeenkomsten van den laatsten tijd is deze temperatuur ook als grondslag bij alle bepalingen genomen. Het dansgevaar. In het eerste lid van art. 56 van de Drankwet wordt bepaald, dat het verboden is in gemeen ten, dor de Kroon daarvoor aangewezen in een voor het publiek toegankelijke localiteit, waarvoor B. en W. een vergunning of n verlof A hebben verleend, of in de aanhoorigheid van zoodanige localiteit zonder toestemming van den burgemeester gelegenheid tot dansen te geven. De Regeeringscommissie inzake het dans- vraagstuk adviseert in haar rapport aan de Regeering om in art. 56 der Drankwet een bepaling op te nemen, die aan de Regeenng de vrijheid geeft om in een algemeenen maatregel van bestuur de normen te stellen, die als mini ma in alle gemeenten zouden behooren te worden in acht genomen. Blijkens haar toelichting is de commissie van oordeel, dat het dansgevaar zich alleen zal voor doen in localiteiten, waarvoor vergunning of verlof A is verleend. Zij acht daarom art. bb van de Drankwet de aangewezen plaats om een wettelijken grondslag voor een nieuw „Eischen- besluit" te leggen. Met dit door de commissie ingenomen standpunt kan de minister zich ver eenigen. Hij onderschrijft ook de meening der commissie dat een regeling dezer materie in de Drankwet meer op haar plaats is dan in een afzonderlijke wet. zooals dat in het buitenland wel wordt gevonden. Er is immers een verband tusschen den alcohol §n het dansgevaar. Voor wat betreft de voorwaarden, waaronder de toestemming tot het gelegenheid geven tot dansen door den burgemeester mag worden verleend, welke in een algemeenen maatregel van bestuur zullen moeten worden opgenomen, biedt het rapport der commissie naar de mee ning van den minister eveneens belangrijk ma teriaal. Inzake de strekking van het voorgestelde ar tikel wordt nog het volgende opgemerkt: Het verbod om in een voor het publiek toeganke lijke localiteit, waarvoor een vergunning of een verlof A is verleend, zonder toestemming van den burgemeester gelegenheid tot dansen te geven is niet beperkt tot de gemeenten, door de Kroon daarvoor aangewezen, maar zal krachtens het voorgestelde artikel voor alle gemeenten van toepassing zijn. Naar de mee ning van den minister verdient een uniforme regeling, welke zich over het geheele land uit strekt, ten (ieze de voorkeur. Verder verdient vermelding, dat ook de sociëteiten en de hotels onder de voorgestelde regeling vallen. Voorts strekt het verbod zich niet alleen uit tot de voor het publiek toegankelijke localiteit waarvoor een vergunning of een verlof A is verleend, maar ook tot de aanhoorigheid van zoodanige localiteit, die met zoodanige locali teit binnenshuis gemeenschap heeft. In financieele moeilijkheden verkeerende personen. De tijdsomstandigheden hebben geleid tot een sterke inzinking in het bedrijf van ver gunning- en verlof (A)-houders. Velen dezer personen verkeeren in financieele moeilijkhe den en 'zijn daardoor niet in staat, de bedragen, die voor een overeenkomst tot liquidatie van de pachtverhouding noodig zijn, te betalen. Dit leidt er toe, dat ten aanzien van veel zaken art. 79 van de wet niet tijdig, d.i. vóór 1 April 1933 kan zijn toegepast. Blijft de termijn in dit artikel gesteld, onveranderd, dan zullen velen broodeloos worden. Op grond van verschillende overwegingen heeft de minister het voorstel gedaan den ter mijn van één jaar, gesteld in de artikelen 79 en 81, te verlengen tot twee jaar, opdat nog eenige gelegenheid worde gelaten om een uit voerbare overeenkomst te maken. Overschrijving vergunningen. Voorts merkt de minister nog het volgende op: Er zijn personen, vennootschappen onder firma's en commanditaire vennootschappen, die 1 Mei 1931 pachters van vergunningen waren, maar een rechtspersoon hebben opgericht of willen oprichten, die voldoet aan de eischen, rechtspersoon in art. 79, lid 2 ten einde op die rechtespersoon de vergunning te laten over schrijven. Verschillende gemeentebesturen wciger=n zulks mogelijk te maken, omdat de juridische persoon, ook al is hij slechts een nieu^e-V?o?| voor de economische eenheid van 1 Mel, ff op dien dag niet bestond. Door de voorgestelde wijziging wordt overschrijving alsnog mogelijk gemaakt. Teneinde een gelijke toepassing der wet te bevorderen en te voorkomen, dat enkele be langhebbenden door een interpretatie van bur gemeester en wethouders, afwijkende van de beslissingen, die elders worden genomen, hun vergunningen zien vervallen, wordt invoeging van art. 81 voorgesteld. Vervolgens het eerste lid moeten de verzoeken van overschrijving van vergunningen, welker houders tusschen 1 April 1931 en 1 April 1932 zlJn overleden, zijn ingediend voor 1 Juli 1932, dit omvat ook de verzoeken, die nog in 1931 zijn ingediend. Een Duitscher mishandeld op Nederlandsch grondgebied. Niet alleen, dat de Nazi's na Hitler's Rijks kanselierschap in Duitschland zich nog meer gaan veroorloven dan voorheen, hun machtswel lust strekt zich thans ook uit tot op Neder landsch grondgebied. Pas is het geval gebeurd aan de Douane te Kerkrade, waar enkele bruin- hemden op Nederlandsch grondgebied een per soon bedreigden. Gisteren weer, aldus de „Zuid-Limburger", kwam uit de richting Kohlscheid-Pannesheide een auto aan, beladen met Nazi's, de zgn. Sturmtruppe S. A., die nabij den winkel van L. aan de Nieuwstraat (Nederl. gebied) stopte. Enkele „Heil-Hitler"-lui sprongen van den wagen, drongen den winkel van L. binnen en bedreigden een aldaar vertoevenden Duitscher uit Würselen. Blijkbaar was deze in hun oogen een anti-Hitleriaan en men pakte hem hand tastelijk aan, tengevolge waarvan hij enkele verwondingen opliep. Toen later na de gedane aangifte de Kerk- raadsche politie ter plaatse verscheen was niets meer van een „Bruinhemd" te bespeuren. DOOR EEN AUTO AANGEREDEN. Kind ernstig gewond. Aan den Kaidenkerkerweg te Venlo had gis terenavond omstreeks 5 uur een ernstige aan rijding plaats. Het 8-jarige zoontje van den heer A. J. Teeuwen werd bij het oversteken van den weg door een luxe-auto gegrepen en ongeveer 25 M. meegsleurd. De bestuurder H. Maegs uit Stralen trachtte nog te remmen, doch hierdoor slipte de auto en botste tegen een langs den weg staande electrische licht mast aan, terwijl een ijzeren verkeersbord je geheel werd omvergereden. Dr. Receveur ver leende geneeskundige hulp en constateerde bij het slachtoffer een bovenbeenbreuk, zware her senschudding en ernstige inwendige kneuzin gen. In zorgwekkenden toestand werd de kleine naar het R.K. ziekenhuis te Venlo overge bracht. De politie stelt een onderzoek naar de schuldvraag in. Majoor-indendant P. v. Leeuwen tot voorzitter van de vereeniging benoemd. Door het Doorluchtig Episcopaat is benoemd tot voorzitter van de Vereeniging de Katho lieke Verkenners de heer P. P. W. van Leeu wen, majoor-intendant te 's Gravenhage, die van den hoofdverkenner van Nederland een vol macht als hoofdkwartiercommissaris van Ka tholieke Verkenners heeft verkregen. In de bestuursvergadering van 22 Februari j.l. heeft de nieuwe functionaris zijn taak aan gevangen. CRITIEK OP HET EERSTEKAMERLID IJSSELMUIDEN. In de j.l. Zaterdag te Arnhem gehouden ver gadering van den bond van R. K. kiesvereni gingen in Gelderland, waarin o.a. het politiek advies voor de' groep ArnhemNijmegen werd vastgesteld is door den heer v. d. Dungen, als woordvoerder van de R. K. Kiesvereniging te Nijmegen critiek uitgeoefend op het Eerste Kamerlid den heer IJsselmuiden, die ook can- didaat is gesteld voor de Tweede Kamer. Naar we thans vernemen heeft de heer ÏJs- selmuiden aan het bestuur der R. K. Kiesvér- eeniging te Nijmegen,het verzoek gericht -om een debatvergadering te beleggen, waar de ver tegenwoordigers van die kiesvereniging op de j 1. Zaterdag gehouden vergadering van den Gelderschen bond van R. K. Kiesvereenigingen hun critiek tegenover hem zouden kunnen uiten, in meer omschreven en toegelichten vorm, waarna de heer IJsselmuiden gelegenheid zou hebben tot verweer. Een zestal Nederlainlsche kooplieden veroordeeld. Men seint ons uit Bochum: Op 12 November j.l. zijn um een zes tal Nederlandsche kooplieden gearresteerd, die op heeterdaad betrapt werden bij een poging tot effectensmokkelen, voornamelijk aandeelen van de I. G. Farbenindustrie. Reeds tweemaal waren zij erin geslaagd de uit Nederland meegebrachte papieren te ver- koopen cn het geld weer mee naar Nederland te nemen. De politie had hiervan echter lucht gekregen en de derde keer werden zij gearresteerd toen zij met 74.000 mark de grens wilden passeeren. Thans zijn zij veroordeeld tot straffen, vari- eerend tusschen 3 maanden gevangenisstraf plus 38.000 mark en 7 weken gevangenisstraf plus 6.000 mark boete. Naar wij vernemen, zal de verlaging van de tarieven voor het goederenvervoer bij de Ne derlandsche Spoorwegen zeer waarschijnlijk met 1 Mei a.s. ingaan. Een van de bijzonderhe den van het nieuwe tarief is, dat naast vracht verlaging de tot nu toe voor iederen beladen, wagen geheven stationskosten van 50 cent ge heel komen te vervallen. ra C c c 616. Jaap toont zijn vader, den Koning, de voornaamste bezienswaardigheden der stad. Veel belang stelt de Monarch in den dieren tuin. Hij heeft nog nooit een leeuw gezien, en ook de meeste andere dieren zijn hem ge heel vreemd. 617. Maar als zij aan de apenkooi toe zijn, maakt zich een heftige toorn van Zijne Majesteit meester. „Hoe wagen ze het apen op te sluiten alsof ze dieren zijn roept hij woedend uit. „Kom, Jaap, we moeten zien ze te bevrijden". 618. Vader en zoon klauteren tegen het traliewerk op, maar weldra merkt de op passer wat er aan de hand is. „Snel Jaap", zegt de koning, „ze komen op ons af. ii

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Nieuwe Schiedamsche Courant | 1933 | | pagina 4