VRIJDAG 24 FEBRUARI 1933
DE MOORDZAAK-ESCHAUZIER.
Deskundigen oordeel over liet
gevonden briefje.
JL - «M
H zZ 9 u u m
t ,fe
- -
DE RESTJES OP DEN WAL. Gisteren sloeg de zware deining een
garnalen-loggertje te pletter in de haven van Scheveningen.
DE DOODSOORZAAK.
NED. R. K. BOND YAN HOTEL- EN
RESTAURANTPERSONEEL.
DE UITZENDING VAN PERSONEEL
VOOR DEN INDISCHEN DIENST.
HET DREIGEND CONFLICT IN
ANKERSMIT'S KATOENFABR1EKEN.
WIJZIGING DRANKWET.
Regeling van het dans-
vraagstuk.
HET TEMPERATUUR-VOORSCHR1FT.
INDISCHE POSTVLUCHTEN.
Overschrijving vergunningen
VERREGAANDE BRUTALITEIT VAN
NAZI'S.
DE KATHOLIEKE VERKENNERS.
SMOKKELEN VAN EFFECTEN.
VERLAGING SPOORWEGTARIE
VEN VOOR GOEDEREN
VERVOER
Gaat waarschijnlijk 1 Mei in.
De stationskosten van 50 cent komen
te vervallen.
MAX EN ZIJN VRIENDEN.
Koninklijke toorn.
Het Haagsche gerechtshof heeft gisterochtend
de behandeling van de strafzaak in hooger be
roep tegen den 32-jarigen techniker J. A. J. H.
K. en den 20-jarigen kantoorbediende J. G. W.
P., verdacht van den moord op den heer W. G.
J. Eschauzier, op 9 Mei 1931, in een perceel aan
de Prins Hendrikstraat te 's-Gravenhage, voort
gezet. Er is weder veel belangstelling.
Als deskundige wordt thans eerst gehoord
dr. W. F. Hesselink, die in zijn rapport tot de
conclusie is gekomen, dat het briefje uit het
zakboekje, dat door den heer E. aan K. ge
schreven zou zijn en waarbij de heer E. zou
erkennen aan K. 100.000 schuldig te zijn, echt
is, zulks in tegenspraak met andere deskun
digen, die het als valsch verklaarden. Hij hand
haaft die conclusie.
Dr. Hesselink wenscht voorop te stellen, dat
men zich moet houden aan het briefje zelf en
niet aan de vergrootingen ervan. Het schrift is
volkomen harmonisch, evenals het gewone
handschrift van den heer E. was.
De deskundige demonstreert dit met de be
schikbare documenten op de tafel van den pre
sident.
President: Het gestelde op het blaadje zou
dus op een gemakkelijke, vlotte manier geschre-
'ven zijn en niet letter voor letter geconstrueerd?
Deskundige: Inderdaad.
Mr. (J. A. de Visser, advocaat-generaal: Dit
kladje maakt toch alleszins den indruk letter
voor letter te zijn geschreven. Het is geen ge
woon vloeiend schrift. Niemand, die een kladje
schrijft, maakt zulke teekens en op zichzelf
staande letters.
Dr. Hesselink betwist deze opmerkingen en
wijst op een aantal kenmerken van echtheid.
Een tweede vraag, aldus spr. is deze: Vertoont
het briefje teekenen van valschheid, bijv. las-
schen, retouches e.d.? Dr. van Ledden Hulsebos
meent een aantal teekenen van vervalsching
te hebben gevonden, doch spreker kan die con
clusie niet deelen. Wat de L van Loe betreft
in het maleische postscriptum, die volgens dr.
Van Ledden Hulsebos niet de normale L van
het schrift van den heer E. 2 zijn, verklaart
spr.. dat die letter, al zou déze iets afwijken
van den normalen, zeer wel door den heer E.
aldus werd geschreven. Ook de afwijking van
'dé g van gulden, die aanvankelijk als 'n j zou
zijn neergezet cn daarna van een rond haakje
zou zijn voorzien, is geenszins in strijd met het
echte schrift.
Hoofdcommissaris Van 't Sant herhaalt zijn
verklaring, dat, indien het blaadje, waarop het
geschrevene staat, uit het boekje zou zijn ge
scheurd, vóórdat hij het boekje had gezien, hij
dit blaadje zou hebben gemist. Hij heeft daar
uit echter niet dat blaadje gemist.
Deskundige van Waegeningli.
Vervolgens wordt als deskundige gehoord dr.
J. E. H. van Waegeningh, die eveneens tot de
conclusie is gekomen, dat het potloodbriefje
uit het zakboekje geschreven is door den heer
Eschauzier en dat het vloeiend, regelmatig en
zonder onderbreking is geschied.
De president: Is het naar uw meening niet
mogelijk, dat het is vervalscht door iemand, die
voldoende materiaal o.a. van den heer Eschau
zier tot zijn beschikking had en die de kunst
van het maken van vervalschingen verstond?
Dr. van Waegeningh antwoordt zeer beslist,
dat zulks ten aanzien van dit briefje niet moge
lijk is.
De deskundige wijst verder op een aantal
strepen e.d. door dr. van Ledden Hulsebos aan
gebracht op de reproducties van het briefje en
•betoogt naar aanleiding daarvan, dat dit peu
terwerk is, dat hij niet van dr. van Ledden
Hulsebos had verwacht. Spr. acht K. niet in
staat zulk een briefje als hier is geschreven, te
produceeren, en demonstreert dit o.a. aan de
hand van het origineele schrift van den heer
Eschauzier.
Ook het uiteenloopen van de strepen op de
handteekeningen van den heer Eschauzier,
•welke streep op het briefje verder van den
naam zou zijn verwijderd dan gewoonlijk bij
diehs handteekening, bewijst niets tegen de
echtheid, daar spreker dit beschouwt als een
vrijheid van beweging bij het schrijven.
Dr. van Waegeningh herinnert verder aan een
onderzoek naar de vervalsching van 100 pond
biljetten, die hier door allerlei deskundigen
voor echt waren gehouden, doch waarvan alleen
de Bank of England onmiddellijk de valsch
heid ontdekte o.a. aan de letter K. van het
woord Bank. Dat was werkelijk buitengewoon
bedriegelijk knoeiwerk.
Spr. zou op het oogenblik niet kunnen zeggen
hoeveel blaadjes uit het boekje waren ge
scheurd; hij vindt het echter wei opmerkelijk
dat de politie-autoriteiten verklaren dat bij het
vinden van het boekje op het slachtoffer er
slechts één blaadje uit ontbrak.
De president: Daarvan heeft de hoofdcommis
saris een zeer logische verklaring gegeven.
Verder is het zeer vreemd, dat K. nooit eerder
over hef briefje, waarop de schuldbekentenis
van den heer Eschauzier voorkwam, heeft ge
rept.
Dr. van Waegeningh houdt zijn opvatting
staande, dat het briefje echt is en voegt daaraan
toe, dat het de sporen, o.a. een vouw, draagt
van geruimen tijd in een vestzak verborgen te
zijn geweest.
De adv.-generaal mr. de Visser zou gaarne
van den deskundige dr. Schrijver, (dr. van Led
den Hulsebos is helaas vertrokken), vernemen
of hij daarmee instemt.
Dr. Schrijver betwist dit en zegt dat 't briefje
dan allicl't scheuren e.d. zou vertoonen.
Dr. van Waegeningh: Die zijn er!
Mr. Bourlier: Dr. Schrijver heeft het briefje
zelf nooit gezien.
Dr. Schrijver: Reeds na twee dagen kunnen
de bedoelde scheurtjes aanwezig zijn.
Dr. van Waegeningh leest nog een schrifte
lijke verklaring voor van een deskundige in
Maleisch, den heer Jaspers te Arnhem, oud
onderwijzer aan de inlandsche school te Probo-
lingo en oud-leeraar in het Maleisch aan een
H B S. die verhinderd is heden te verschij-
<-~v
tóf y -fwssèi,
J)e verdediger van verdachte K., mr
u»derven, begeeft nch naar de rechttsaal
nen welke verklaring hierop neerkomt, dat
het Maleische onderschrift op het briefje ge
wone, alledaagsche Passar-taal is.
Te één uur wordt pauze gehouden.
Te 2.10 wordt de zitting heropend.
Dr. Schneikert, privaat-docent aan de univer
siteit te Berlijn, als deskundige gehoord, ver
klaart in te stemmen met het oordeel van dr.
Hesselink uit Arnhem.
Wat het onderhavige briefje betreft, spr. is
spoedig tot zijn conclusie gekomen omdat de
echtheid z.i. vrij gemakkelijk aantoonbaar was.
Wel geeft hij toe, dat het briefje meer rustig
geschreven moet zijn dan het gewone schrift
van den heer E., doch hierbij speelt de stem
ming vpn den schrijver een rol: het meer lang
zame, als 't ware letter-voor-letter schrijven is
te verklaren op grond van die stemming en op
grond van de geringe afmetingen van het blaad
je papier. Er zijn volgens dezen deskundige
geen positieve kenteekenen van vervalsching
aanwezig. Ook het onderschrift stemt met het
karakter van het briefje overeen.
Dr. Robert Saudek uit Londen, privaat-ge
leerde, verklaart, dat hij tot een vaste con
clusie is gekomen. Hij heeft zoowel van dr.
Hesselink als van dr. van Ledden Hulsebos de
rapporten bestudeerd naar aanleiding van een
in September j.l. door dr. H. tot hem gericht
verzoek en een reeks van graphologische ken
merken van overeenstemming met het schrift
van den heer E. gevonden in het briefje.
Met absolute autoriteit kan geen deskundige
iets verklaren; het blijft een zoo geperfectio
neerd mogelijk zoeken naar de waarheid.
In elk schrift komt een zekere ruimte van
verschillen voor. Wanneer een handteekening
absoluut identiek is aan een andere, dan is er
eerder aanleiding om van een reproductie of
nabootsing te gewagen dan wanneer er geringe
verschilpunten zijn aan te toonen.
Bij potloodschrift gaat het om den aard van
het potlood, de afmeting, de onderlaag enz.
Het schrijven in kleinere letters omdat men
slechts een klein stukje papier tot zijn beschik
king heeft, verlangzaamt het tempo van den
schrijfarbeid.
Niémand is in staat met eenzelfde snelheid
verkleind schrift te schrijven als hij met nor
maal schrift kan verwerken.
Kenmerkende neerhalen in het schrift van
den heer E. zijn niet in het schrift van ver
dachte K. te vinden. Daarentegen zijn er wel
verscheidene kenmerken van eerstgenoemd
schrift op het kalenderblaadje te vinden.
De president geeft een toelichting van de
zaak ten gerieve van dr. Saudek en wijst erop,
dat K. niet wegens vervalsching van een agen
da-briefje wordt vervolgd, doch dat de verde
diging en verdachte met dit briefje voor den
dag zijn gekomen teneinde den verdac". te eeni-
germate te ontlasten.
Dr. Saudek, vernomen hebbende, dat de heer
E. een, rheumatischen rechterarm had, ver
klaart dit zeer in overeenstemming te achten
met eenige typische afwijkingen van het ge
wone schrift van den heer E. vergeleken met
dat op het blaadje.
Dr. J. P. L. Hulst, deskundige uit Leiden komt
tot de algemeene conclusie, dat het briefje meer
is te beschouwen als een echt, door den heer
E. geschreven stukje, dan als een vervalsching.
Het draagt niet zoozeer het kenmerk van het
volle, losse, loopende schrift van den heer E.,
doch is ietwat meer gedrongen en daardoor
moeilijker te beoordeelen. Niettemin houdt spr.
vast aan zijn indruk dat het briefje door den
heer E. zal zijn geschreven.
De politie-inspecteur Waltmann, als deskun
dige gehoord, concludeert, dat het briefje niet
door den heer E., doch door K. is geschreven.
De heer Waltmann licht toe, dat hij niet van
hetzelfde materiaal als de andere deskundi
gen gebezigd hebben is uitgegaan, doch van
materiaal, beschikbaar gesteld door den heer
W. Eschauzier. broeder van het slachtoffer. De
buitengewone regelmatigheid van het schrift
op het briefje komt in het gewone schrift van
den heer E. niet voor. Ook de steilheid van de
letters is kenmerkend verschillend. De verbin
ding van de letters op het blijkbaar langzaam
en bedachtzaam geschreven briefje is veel min
der vloeiend dan die in het werkelijke schrift
van den heer E., die ook klaarblijkelijk over
een groote schrijfvaardigheid beschikte.
Bijzondere kenmerken in het schrift van den
heer E. heeft spr. op het briefje niet kunnen
vinden. De holle stok in de letters k, 1 en t
van het schrift van den heer Eschauzier is ge
heel anders in die letters op het briefje even
als de slothaaltjes van de e en de n. De ver
binding van de letters in het schrift van den
heer E. is logischer dan die van de letters op
het briefje. De afwijking van de hoofdletter
M op het briefje vergeleken bij de M, zooals
de heer E. die placht te schrijven, is opvallend.
Ook de W is anders geschreven, blijkbaar op
zettelijk, om het verschil met de M begrijpelij
ker te maken.
De letters van het werkelijke schrift van den
heer E. toonen vrijwel geen onderbrekingen,
de letters op het briefje echter vele.
Op een vraag van mr. Nederveen antwoordt
get. Waltmann dat het schrift zeer slecht op 't
briefje is nagemaakt.
De heer Waltmann toont nog een handteeke
ning, zooals die 9 dagen voor den dood van
den heer E. door dezen is geschreven en con
stateert naar aanleiding daarvan dat deze ge
heel andere kenmerken draagt, dan de onder-
teekening op het briefje.
Wat nu het schrift van K. betreft, dit toont
schoolsche vormen. Het is meer in steilen vorm
geschreven, met uitzondering van de kleine m
en n, die schuiner geschreven zijn.
Dr. R. R. Rochat wordt vervolgens nogmaals
gehoord.
Mr, D« Visser vraagt hem of in varband mat
het vinden van den schoen, die uit de kist stak
volgens den getuige B., de mogelijkheid bestaat
dat de heer E. in die kist nog kan hebben ge
leefd.
Dr. Rochat: Vijf minuten na het inbrengen
van de prop in den "mond kan hij nog geleefd
hebben, doch niet langer, zoodat de heer E.
reeds overleden moet zijn geweest toen hij in de
kist in het pakhuis was opgesloten.
Mr. Bourlier vraagt of dr. Rochat kan ver
klaren, dat de dood door het touw om den hals
is veroorzaakt.
Dr. Rochat acht dit mogelijk, doch geenszins
zeker.
Verdachte K. vraagt nog of dr. R. thans van
meening is, dat de dood door het touw kan
zijn veroorzaakt, terwijl hij den vorigen keer
zou hebben verklaard, dat de dood moest zijn
veroorzaakt óf door de prop öf door het touw.
Dr. RochatOf door beide tezamen. Intus-
schen kan één der oorzaken den dood ten ge
volge hebben gehad; het moet echter zijn ge
weest óf de prop, óf het snoer, öf beide.
Dr. Van Rijssel, die met dr. Rochat het sec
tie-onderzoek verrichtte, acht het eveneens
waarschijnlijk, dat de prop de luchtwegen ge
heel heeft afgesloten.
De blauwe, paarsachtige kleur van het hoofd
van den verslagene schrijft dr. Rijssel daaraan
toe, dat het touw de aderen heeft afgesloten,
niet d enslagader en ook niet den luchtweg. De
afsluiting van dezen laatste moet door de
prop zijn geschied.
Dr. Rochat onderschrijft deze meening.
Nog ontstaat een verschil van meening tus-
schen dr. Rochat en den verdachte K. omtrent
de vraag, of er één winding of twee windingen
om den hals waren.
Dr. Rochat licht toe, dat er van voren
twee windingen waren, waarvan een over de
boord liep en één op den hals zelf.
Dr. Hulst gelooft niet dat de dood door het
snoer is veroorzaakt. Een mogelijkheid is er,
dat de heer E. door schrik zijn weerstands
vermogen heeft verloren.
Dr. Rochat heeft wel aanwijzingen van dood
door verstikking gevonden, doch niet van een
verlamming van het hart.
Dr. Hulst acht de positieve aanwijzingen van
dood door verstikking niet groot.
Te 6.25 wordt de zitting geschorst tot heden
ochtend 10 uur. Het getuigenverhoor wordt
dan voortgezet.
Jaarvergadering te Amsterdam.
De Ned. R.K. bond van Hotel- en Restaurant-
personeel St. Antonius heeft gisteren te Amster
dam zijn jaarvergadering gehouden.
In zijn openingswoord heeft de voorzitter,
de heer Th. v. d. Willik den nieuwen bonds-
adviseur, den zeereerw. heer P. Koelman uit
Utrecht verwelkomd, alsmede den vertegen
woordiger der Belgische zusterorganisatie.
Daarna sprak de voorzitter der afdeeling Am
sterdam, die op den verheugenden groei van
den bond wees.
De Belgische afgevaardigde deed mededeeling
van de voorspoedige ontwikkeling, waarin de
Belgische bond zich verheugt.
De heer Verweij, die dertien jaren bestuurs
lid is geweest van de afd. Rotterdam, maar
wegens het bereiken van den 70-jarigen leef
tijd zijn functie moest neerleggen, ontving van
het R.K. Werkliedenverbond het diploma.
Het jaarverslag van den secretaris werd goed
gekeurd, evenals het jaarverslag van den pen
ningmeester, dat sloot met een batig saldo van
730. Daar de heer v. d. Meer zijn functie als
redacteur van het bondsorgaan wenschte neer
te leggen, werd tot zijn opvolger benoemd de
heer Kempers.
Tot leden van de commissie van redactie van
het orgaan werden gekozen de hoeren Th.
Doove, en A. Schalks. Als plaats waar de vol
gende bondsraadsvergadering zal worden ge
houden werd aangewezen 'sHertogenbosch. Het
bestuursvoorstel om over te gaan tot een con-
tributieverhooging van 10 ct. per week bij aan
stelling van een vrijgestelde werd aangenomen,
De aftredende bestuursleden de heeren Th. v.
d. Willik, J. F. Mooyman en W. J. v. d. Bol
werden herkozen. Voor het overige behandelde
de vergadering de ingediende afdeelings-voor
stellen.
Steunverleening oud-gepensionueerde
mindere militairen.
Verschenen is een memoirie van antwoord
op het Voorloopig Verslag der Eerste Kamer
nopens het wetsontwerp tot vaststelling van
hoofdstuk XI (Departement van Koloniën) der
Rijksbegrooting voor 1933.
Hieraan wordt het volgende ontleend: De
minister geeft de verzekering dat bij de be
perking van opleiding en uitzending van perso
neel voor den Indischen dienst de meest mo
gelijke voorzichtigheid in acht wordt genomen
en dat met het belang van den dienst in de
eerstvolgende jaren rekening wordt gehouden.
Alle oud-gepensionneerde mindere militai
ren, die buiten hun schuld in financieele moei
lijkheden geraakt zijn, kunnen voor steunver
leening in aanmerking komen. Het voor die
steunverleening uitgetrokken bedrag is ge
raamd naar de in de practijk gebleken behoef
te en kan voldoende worden geacht.
Onder den drang van de financieele omstan
digheden heeft de Regeering mede de militaire
uitgaven ten behoeve van Curacao moeten be
perken; daarbij is echter de noodzakelijke zorg
voor veiligheid en orde niet uit het oog ver
loren.
Voorstel van den Rijksbemiddelaar.
Gistermiddag heeft in het Departement van
Economische Zaken en Arbeid onder leiding van
den rijksbemiddelaar prof. mr. A. C. Josephus
Jitta een bespreking plaats gehad met partijen,
betrokken bij het dreigend conflict in Anker-
smit's katoenfabrieken te Deventer. Aanvanke
lijk had prof. Josephus Jitta met beide partijen
afzonderlijk vergaderd; daarna ving om drie
uur een gezamenlijke bespreking aan. Aan het
slot van deze conferentie heeft de rijksbemidde
laar het volgend voorstel gedaan:
a. de toelage van de dobbywevers wordt
verminderd tot 2% pCt. en 5 pCt.;
b. er zal gedurende drie maanden een proef
worden genomen met het nieuwe tarief van
satijntouwwevers; mocht blijken dat dit tarief
niet de resultaten oplevert die de werkgevers
zich daarvan voorgesteld hebben, dan zal over
dit tarief met de arbeidersorganisaties overleg
worden gepleegd.
De vertegenwoordigers der werknemers ver
klaarden dat zij deze voorstellen in hun or
ganisaties zullen bespreken en overwegen.
De heer Ankersmit deelde mede bereid te
zijn het voorstel van den rijksbemiddelaar aan
zijn mede-directeur voor te leggen en te ver
dedigen.
HOUDT DEN GOEDEN KOERS
PLAATST REGELMATIG
UW KABOUTERTJEI
DE STAKING IN HET VISSCHERIJBEDKIJF
TE IJ MUIDEN.
De besprekingen door den burgemeester van
Velsen in de laatste dagen gevoerd met verte
genwoordigers der reeders eénerzijds en enkele
bestuursleden der IJmuider Federatie, aange
sloten bij den Centralen Bond van Transport
arbeiders anderzijds, hebben er toe geleid dat
binnenkort onderhandelingen zullen aanvangen
tusschen het bestuur der Reedersvereeniging en
het bestuur der IJmuider Federatie inzake de
mogelijkheid van een oplossing van het conflict
in het visscherijbedrijf. De onderhandelingen
zullen worden gevoerd ten raadhuize onder lei
ding van den burgemeester, als bijzonder be
middelaar in dit conflict.
JUBILé M. H. VAN TILBURG-
Men schrijft ons:
Heden herdenkt de heer M. H. van Tilburg
den dag, waarop hij vóór 25 jaar zijn intrede
deed bij het voormalig Departement van Oor
log. De meeste actief-dienende. militairen, van
de hoogste tot de laagste rangen af, kennen den
stamboekbeheerder aan het Departement. Hi
is daar de vraagbaak voor velen. Voordat hi
bij het voormalig Departement van Oorlog
werd te werk gesteld, diende hij het Vader
land als onder-officier.
Op 1 Maart a.s. hoopt hij te herdenken, dat
hij vóór 40 jaar zich als soldaat-vrij williger
aanmeldde.
Niet alleen in militaire kringen wordt zijn
arbeid gewaardeerd, doch ook in de burger
maatschappij heeft men meerdere malen zijn
kunst op teekengebied kunnen bewonderen.
Deze dagen zullen voor hem dan ook niet on
opgemerkt voorbijgaan.
De Rijstvogel is op de thuisreis te Mersa-Ma-
truh geland.
De Kwartel is op de, uitreis in Calcutta aan
gekomen.
De Pelikaan is gisteren op de uitreis te Ro
me aangekomen.
Bij de Tweede Kamer is een wetsontwerp in
gediend tot wijziging van de artikelen 1, 56,
76, 79, en 81 en toevoeging van artikel 81a der
Drankwet.
Aan de Memorie van Toelichting wordt het
volgende ontleend:
De definitie „sterke drank".
De bepaling inhoudende de definitie van
„sterken drank" behoeft wijziging, omdat is
gebleken, dat het voorschrift betreffende een
temperatuur van vier graden technische be
zwaren heeft opgeleverd, die het toezicht op de
naleving der Drankwet belemmeren. Een tem
peratuur van 20 graden stemt overeen met het
geen reeds geruimen tijd praktijk is. In ver
schillende internationale overeenkomsten van
den laatsten tijd is deze temperatuur ook als
grondslag bij alle bepalingen genomen.
Het dansgevaar.
In het eerste lid van art. 56 van de Drankwet
wordt bepaald, dat het verboden is in gemeen
ten, dor de Kroon daarvoor aangewezen in
een voor het publiek toegankelijke localiteit,
waarvoor B. en W. een vergunning of n verlof
A hebben verleend, of in de aanhoorigheid van
zoodanige localiteit zonder toestemming van den
burgemeester gelegenheid tot dansen te geven.
De Regeeringscommissie inzake het dans-
vraagstuk adviseert in haar rapport aan
de Regeering om in art. 56 der Drankwet een
bepaling op te nemen, die aan de Regeenng de
vrijheid geeft om in een algemeenen maatregel
van bestuur de normen te stellen, die als mini
ma in alle gemeenten zouden behooren te
worden in acht genomen.
Blijkens haar toelichting is de commissie van
oordeel, dat het dansgevaar zich alleen zal voor
doen in localiteiten, waarvoor vergunning of
verlof A is verleend. Zij acht daarom art. bb
van de Drankwet de aangewezen plaats om een
wettelijken grondslag voor een nieuw „Eischen-
besluit" te leggen. Met dit door de commissie
ingenomen standpunt kan de minister zich ver
eenigen. Hij onderschrijft ook de meening der
commissie dat een regeling dezer materie in de
Drankwet meer op haar plaats is dan in een
afzonderlijke wet. zooals dat in het buitenland
wel wordt gevonden. Er is immers een verband
tusschen den alcohol §n het dansgevaar.
Voor wat betreft de voorwaarden, waaronder
de toestemming tot het gelegenheid geven tot
dansen door den burgemeester mag worden
verleend, welke in een algemeenen maatregel
van bestuur zullen moeten worden opgenomen,
biedt het rapport der commissie naar de mee
ning van den minister eveneens belangrijk ma
teriaal.
Inzake de strekking van het voorgestelde ar
tikel wordt nog het volgende opgemerkt: Het
verbod om in een voor het publiek toeganke
lijke localiteit, waarvoor een vergunning of een
verlof A is verleend, zonder toestemming van
den burgemeester gelegenheid tot dansen te
geven is niet beperkt tot de gemeenten, door
de Kroon daarvoor aangewezen, maar zal
krachtens het voorgestelde artikel voor alle
gemeenten van toepassing zijn. Naar de mee
ning van den minister verdient een uniforme
regeling, welke zich over het geheele land uit
strekt, ten (ieze de voorkeur. Verder verdient
vermelding, dat ook de sociëteiten en de hotels
onder de voorgestelde regeling vallen.
Voorts strekt het verbod zich niet alleen uit
tot de voor het publiek toegankelijke localiteit
waarvoor een vergunning of een verlof A is
verleend, maar ook tot de aanhoorigheid van
zoodanige localiteit, die met zoodanige locali
teit binnenshuis gemeenschap heeft.
In financieele moeilijkheden
verkeerende personen.
De tijdsomstandigheden hebben geleid tot
een sterke inzinking in het bedrijf van ver
gunning- en verlof (A)-houders. Velen dezer
personen verkeeren in financieele moeilijkhe
den en 'zijn daardoor niet in staat, de bedragen,
die voor een overeenkomst tot liquidatie van
de pachtverhouding noodig zijn, te betalen.
Dit leidt er toe, dat ten aanzien van veel zaken
art. 79 van de wet niet tijdig, d.i. vóór 1 April
1933 kan zijn toegepast. Blijft de termijn in dit
artikel gesteld, onveranderd, dan zullen velen
broodeloos worden.
Op grond van verschillende overwegingen
heeft de minister het voorstel gedaan den ter
mijn van één jaar, gesteld in de artikelen 79
en 81, te verlengen tot twee jaar, opdat nog
eenige gelegenheid worde gelaten om een uit
voerbare overeenkomst te maken.
Overschrijving vergunningen.
Voorts merkt de minister nog het volgende
op: Er zijn personen, vennootschappen onder
firma's en commanditaire vennootschappen, die
1 Mei 1931 pachters van vergunningen waren,
maar een rechtspersoon hebben opgericht of
willen oprichten, die voldoet aan de eischen,
rechtspersoon in art. 79, lid 2 ten einde op die
rechtespersoon de vergunning te laten over
schrijven.
Verschillende gemeentebesturen wciger=n
zulks mogelijk te maken, omdat de juridische
persoon, ook al is hij slechts een nieu^e-V?o?|
voor de economische eenheid van 1 Mel, ff
op dien dag niet bestond. Door de voorgestelde
wijziging wordt overschrijving alsnog mogelijk
gemaakt.
Teneinde een gelijke toepassing der wet te
bevorderen en te voorkomen, dat enkele be
langhebbenden door een interpretatie van bur
gemeester en wethouders, afwijkende van de
beslissingen, die elders worden genomen, hun
vergunningen zien vervallen, wordt invoeging
van art. 81 voorgesteld. Vervolgens het eerste
lid moeten de verzoeken van overschrijving
van vergunningen, welker houders tusschen 1
April 1931 en 1 April 1932 zlJn overleden, zijn
ingediend voor 1 Juli 1932, dit omvat ook de
verzoeken, die nog in 1931 zijn ingediend.
Een Duitscher mishandeld op
Nederlandsch grondgebied.
Niet alleen, dat de Nazi's na Hitler's Rijks
kanselierschap in Duitschland zich nog meer
gaan veroorloven dan voorheen, hun machtswel
lust strekt zich thans ook uit tot op Neder
landsch grondgebied. Pas is het geval gebeurd
aan de Douane te Kerkrade, waar enkele bruin-
hemden op Nederlandsch grondgebied een per
soon bedreigden.
Gisteren weer, aldus de „Zuid-Limburger",
kwam uit de richting Kohlscheid-Pannesheide
een auto aan, beladen met Nazi's, de zgn.
Sturmtruppe S. A., die nabij den winkel van
L. aan de Nieuwstraat (Nederl. gebied) stopte.
Enkele „Heil-Hitler"-lui sprongen van den
wagen, drongen den winkel van L. binnen en
bedreigden een aldaar vertoevenden Duitscher
uit Würselen. Blijkbaar was deze in hun oogen
een anti-Hitleriaan en men pakte hem hand
tastelijk aan, tengevolge waarvan hij enkele
verwondingen opliep.
Toen later na de gedane aangifte de Kerk-
raadsche politie ter plaatse verscheen was niets
meer van een „Bruinhemd" te bespeuren.
DOOR EEN AUTO AANGEREDEN.
Kind ernstig gewond.
Aan den Kaidenkerkerweg te Venlo had gis
terenavond omstreeks 5 uur een ernstige aan
rijding plaats. Het 8-jarige zoontje van den
heer A. J. Teeuwen werd bij het oversteken
van den weg door een luxe-auto gegrepen en
ongeveer 25 M. meegsleurd. De bestuurder H.
Maegs uit Stralen trachtte nog te remmen,
doch hierdoor slipte de auto en botste tegen
een langs den weg staande electrische licht
mast aan, terwijl een ijzeren verkeersbord je
geheel werd omvergereden. Dr. Receveur ver
leende geneeskundige hulp en constateerde bij
het slachtoffer een bovenbeenbreuk, zware her
senschudding en ernstige inwendige kneuzin
gen. In zorgwekkenden toestand werd de kleine
naar het R.K. ziekenhuis te Venlo overge
bracht. De politie stelt een onderzoek naar de
schuldvraag in.
Majoor-indendant P. v. Leeuwen tot
voorzitter van de vereeniging
benoemd.
Door het Doorluchtig Episcopaat is benoemd
tot voorzitter van de Vereeniging de Katho
lieke Verkenners de heer P. P. W. van Leeu
wen, majoor-intendant te 's Gravenhage, die
van den hoofdverkenner van Nederland een vol
macht als hoofdkwartiercommissaris van Ka
tholieke Verkenners heeft verkregen.
In de bestuursvergadering van 22 Februari
j.l. heeft de nieuwe functionaris zijn taak aan
gevangen.
CRITIEK OP HET EERSTEKAMERLID
IJSSELMUIDEN.
In de j.l. Zaterdag te Arnhem gehouden ver
gadering van den bond van R. K. kiesvereni
gingen in Gelderland, waarin o.a. het politiek
advies voor de' groep ArnhemNijmegen werd
vastgesteld is door den heer v. d. Dungen, als
woordvoerder van de R. K. Kiesvereniging te
Nijmegen critiek uitgeoefend op het Eerste
Kamerlid den heer IJsselmuiden, die ook can-
didaat is gesteld voor de Tweede Kamer.
Naar we thans vernemen heeft de heer ÏJs-
selmuiden aan het bestuur der R. K. Kiesvér-
eeniging te Nijmegen,het verzoek gericht -om
een debatvergadering te beleggen, waar de ver
tegenwoordigers van die kiesvereniging op de
j 1. Zaterdag gehouden vergadering van den
Gelderschen bond van R. K. Kiesvereenigingen
hun critiek tegenover hem zouden kunnen uiten,
in meer omschreven en toegelichten vorm,
waarna de heer IJsselmuiden gelegenheid zou
hebben tot verweer.
Een zestal Nederlainlsche kooplieden
veroordeeld.
Men seint ons uit Bochum:
Op 12 November j.l. zijn um een zes
tal Nederlandsche kooplieden gearresteerd, die
op heeterdaad betrapt werden bij een poging tot
effectensmokkelen, voornamelijk aandeelen van
de I. G. Farbenindustrie.
Reeds tweemaal waren zij erin geslaagd de
uit Nederland meegebrachte papieren te ver-
koopen cn het geld weer mee naar Nederland
te nemen.
De politie had hiervan echter lucht gekregen
en de derde keer werden zij gearresteerd toen zij
met 74.000 mark de grens wilden passeeren.
Thans zijn zij veroordeeld tot straffen, vari-
eerend tusschen 3 maanden gevangenisstraf
plus 38.000 mark en 7 weken gevangenisstraf
plus 6.000 mark boete.
Naar wij vernemen, zal de verlaging van de
tarieven voor het goederenvervoer bij de Ne
derlandsche Spoorwegen zeer waarschijnlijk
met 1 Mei a.s. ingaan. Een van de bijzonderhe
den van het nieuwe tarief is, dat naast vracht
verlaging de tot nu toe voor iederen beladen,
wagen geheven stationskosten van 50 cent ge
heel komen te vervallen.
ra
C c c
616. Jaap toont zijn vader, den Koning, de
voornaamste bezienswaardigheden der stad.
Veel belang stelt de Monarch in den dieren
tuin. Hij heeft nog nooit een leeuw gezien, en
ook de meeste andere dieren zijn hem ge
heel vreemd.
617. Maar als zij aan de apenkooi toe
zijn, maakt zich een heftige toorn van Zijne
Majesteit meester. „Hoe wagen ze het apen
op te sluiten alsof ze dieren zijn roept hij
woedend uit. „Kom, Jaap, we moeten zien
ze te bevrijden".
618. Vader en zoon klauteren tegen het
traliewerk op, maar weldra merkt de op
passer wat er aan de hand is. „Snel Jaap",
zegt de koning, „ze komen op ons af.
ii